COURT OF THE FUTURE: TOEGANKELIJKER EN STIPTER, EN DAAROM RECHTVAARDIGER

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "COURT OF THE FUTURE: TOEGANKELIJKER EN STIPTER, EN DAAROM RECHTVAARDIGER"

Transcriptie

1 1

2 2 COURT OF THE FUTURE: TOEGANKELIJKER EN STIPTER, EN DAAROM RECHTVAARDIGER (25 oktober 2017) Inhoudsopgave Inleiding... 4 Toegankelijke justitie: nabij en betaalbaar... 5 Stipte justitie: optimalisatie van procedures en informatica en efficiënte inzet van het personeel... 7 Besluit Toegankelijke justitie: nabij en betaalbaar Digitale nabijheid Fysieke nabijheid Betaalbaarheid Stipte justitie: optimalisatie van procedures en informatica en efficiënte inzet van personeel Focus op kerntaken Optimaliseren van de procedure Optimalisering van de procedure in eerste aanleg Optimalisering van de procedure in hoger beroep Een digitaliseringsstrategie die bijdraagt tot meer stiptheid De diagnose en de remedie Naar een digitaal dossier, een digitale keten en kwaliteitsvolle databanken Business intelligence en artificiële intelligentie Efficiënte inzet van de magistraten en het personeel zodat er voldoende zijn in functie van het werk Verdeling van werk en middelen over de hoven en rechtbanken Naar een modern dynamisch allocatiemechanisme Een veralgemening van de hoofdbenoeming en bijkomende benoeming Moderner HR-beleid voor het personeel Statuut van de magistraat Pilootprojecten van de rechtbank van de toekomst: vredegerecht en ondernemingsrechtbank... 56

3 3 Bijlagen Bijlage A: Fysieke nabijheid: Gebouwenpolitiek Masterplan gebouwen Bijlage B: Betaalbaarheid Bijlage C: overzicht van wetgeving en uitvoerende maatregelen C.1. Digitalisering van Justitie C.2. Duurzaam budgettair beleid C.3. Toegankelijkheid van Justitie C.4. Rechterlijke orde C.5. Hulp aan rechtszoekenden en slachtoffers C.6. Gerechtelijk recht C.7. Strafrechtelijke procedure C.8. Penitentiair beleid en beleid ten aanzien van geïnterneerden C.9. Burgerlijk recht C.10. Ondernemingsrecht C.11. Familiaal vermogensrecht C.12. Familierecht C.13. Internationaalrechtelijk beleid C.14. Strijd tegen radicalisering en terrorisme C.15. Veiligheidsbeleid Bijlage D: Overzicht ICT-applicaties Bijlage E: Alleenzetelende rechter

4 4 Inleiding Het Justitieplan van de lente van 2015 en het Hercodificatieplan van december 2016 zijn gerealiseerd en in uitvoering. Het plan dat u hier zal lezen onderscheidt zich van de voorgaande plannen en is op bepaalde punten futuristisch. Ik stel u dan ook mijn toekomstvisie voor over de rechtbank van de toekomst, of beter the court of the future. Zowel logistiek als informatica-technisch zal de geïnformeerde lezer zich vol ongeloof in de ogen wrijven, omdat hij al te goed vertrouwd is met de huidige situatie op het terrein. Ik hoop van harte dat wie gelooft in het verbeteringstraject, dat deze legislatuur onherroepelijk werd ingezet, zijn geloof in dit plan terugvindt. Iedereen kent de wet van de remmende voorsprong. Er is dus ook een voortstuwende achterstand: precies die achterstand biedt vandaag een opportuniteit om sneller vooruit te gaan. Als we maar voldoende open durven denken, voldoende grondig durven hervormen en ook, het dient toegegeven, dare to put our money where our mouth is, nu er licht aan het einde van de budgettaire tunnel komt. Ons kompas wijst steeds dezelfde richting uit, die van de hinkstapsprong. Dit document is opnieuw een deel van de sprong naar een justitie van de 21 ste eeuw. In deze inleiding wordt enkel ingegaan op de meest voor de hand liggende vernieuwingen die worden voorgesteld. Om het verband tussen verleden, heden en toekomst beter te leggen. En om aan te duiden welke lijn er in onze politiek zit: krachtdadig, vastberaden, vernieuwend en toch realistisch. Ons kompas wijst steeds dezelfde richting uit, die van de hinkstapsprong: dit document is opnieuw een deel van de sprong naar een justitie van de 21 ste eeuw. Dat deze sprong heel wat mensen bezighoudt, valt niet te betwisten. Op korte tijd verschenen twee brochures over de toekomst van de rechtsbedeling en de rechterlijke orde. Een Groenboek dat in mei 2017 werd uitgegeven door VZW 400 jaar (Grote Raad van Mechelen) bevat 15 voorstellen voor een betere justitie. En bij het begin van de zomer 2017 gaf het College van de hoven en rechtbanken in een blauwdruk zijn visie op de verzelfstandiging van het beheer. In dit plan staat de rechtzoekende en zijn recht op een toegankelijke en stipte Justitie centraal. Zoals in het Regeerakkoord staat, werken we eraan om rechtszaken te versnellen, justitie nabij te maken voor iedereen en verplaatsingen te beperken. De doorlooptijd tussen de inleiding van een zaak en het vonnis mag niet meer dan een jaar in beslag nemen; een jaar per aanleg wel te verstaan. Wie beroep en cassatie wil aantekenen, heeft al vlug drie jaar nodig om zijn gram te halen. En als cassatie de zaak opnieuw naar een beroepsinstantie verwijst, zijn er vier jaar voorbij. Een benijdenswaardig minimum dat heel zelden wordt gehaald. Justitie zou ook financieel toegankelijk moeten zijn voor iedereen. Vandaag kan minstens de kost van de rechtsgang niet op voorhand worden bepaald. Maar niet alleen is er de vrees voor kostprijs en voor

5 5 lange duur. Er is ook de onzekerheid over de uitkomst van het geding die al snel wordt vertaald als een gebrek aan voorspelbaarheid, transparantie, duidelijkheid en verstaanbaarheid. Samen voeden deze bezwaren een negatieve perceptie, en voor sommige rechtzoekenden zijn het onoverkomelijke hinderpalen. Dan maar geen rechtszaak, denken ze. De rechtbank van de toekomst wil aan deze bezwaren tegemoet komen. Laagdrempeligheid, d.w.z. nabijheid, betaalbaarheid en stiptheid van justitie zijn heel belangrijke parameters van rechtvaardigheid Allen dragen bij tot de kwaliteit van justitie en de verwachtingen van de rechtzoekende. Het is in dat verband dat dit derde plan in deze legislatuur de nadruk wil leggen. Naast de fysieke nabijheid is het immers steeds meer een digitale nabijheid die de meeste rechtzoekenden van justitie verwachten Nabijheid blijft ook vandaag in zekere mate belangrijk om toegankelijkheid te meten, zij het in een andere zin dan vroeger. Naast de fysieke nabijheid is het immers steeds meer een digitale nabijheid die de meeste rechtzoekenden van justitie verwachten. Gebruiksvriendelijkheid heeft door de informatisering een meervoudige betekenis gekregen. Toegankelijke justitie: nabij en betaalbaar Wie een modern ziekenhuis bezoekt, of een eigentijds justitiegebouw, wordt getroffen door het verschil in benadering. De verwelkomingsbalie in een ziekenhuis functioneert volledig elektronisch. Zelfs mensen die niet eenvoudig hun weg vinden, geraken steeds in de juiste wachtzaal, en worden doorgaans op het afgesproken uur geholpen - behoudens bij urgentie, omdat er dan geen afspraak werd gemaakt. Justitie kan op termijn nog beter doen dan dat. Een modern land moet werken met een uniek loket dat op gelijke wijze toegankelijk is in alle gerechtsgebouwen van het Rijk. Wie er binnengaat kan informatie over zijn dossier opvragen, ook al is de rechtbank die in dat gebouw gehuisvest is niet bevoegd voor zijn dossier. De rechtzoekende kan hiervoor terecht aan de balie of in de kioskruimte waar computers ter beschikking zullen staan. Via de website Just-on-Web zal men immers zijn dossier digitaal kunnen raadplegen of opstarten. Deze website vormt de toegangspoort voor wie digitaal in contact met de rechtbank en haar diverse diensten wil komen. Voor wie van thuis uit zelf op het internet kan, zal deze verplaatsing overbodig zijn, want deze persoon zal de verschillende handelingen met betrekking tot zijn dossier zelf kunnen stellen via de website Just-on-Web. De applicatie RegSol, waarlangs elke schuldeiser zijn schuldvordering kan neerleggen bij de curator van een faillissement, werkt al in die zin en bespaart de griffie fysieke neerleggingen per jaar. Ook de e-betekening aan het elektronisch adres of mailadres van bedrijven en overheden en de elektronische raadpleging van het daarmee gepaard gaand betekeningsdossier vormen een eerste stap in de goede richting. Dossiers van collectieve schuldenregeling en bewindvoering zullen weldra volgen.

6 6 in modern uitgeruste multifunctionele gebouwen enkel een front office vinden met ruime onthaal- en griffiefuncties, zittingszalen en vergaderzalen Naast de vredegerechten en de politierechtbanken, moet elk arrondissement (d.i. nagenoeg elke provincie) kunnen volstaan met maximum drie zittingsplaatsen. Niet elk van deze zittingsplaatsen behoeft een gerechtsgebouw dat zowel alle kantoor- als alle zittingsfuncties kan vervullen. In de regel moet slechts één gerechtsgebouw per provincie als back én front office kunnen dienen. In de andere zittingsplaatsen zal men in modern uitgeruste multifunctionele gebouwen enkel een front office vinden met ruime onthaal- en griffiefuncties, zittings- en vergaderzalen. De gerechtsgebouwen met front office functies kunnen in heel het land volgens eenzelfde concept worden gebouwd. De nood aan ruimte zal verminderen doordat, in combinatie met thuiswerk, steeds meer een beroep zal worden gedaan op videoconferentie en andere elektronische faciliteiten, ook voor pleitzittingen. Ook de archieven zullen digitaal worden. Voor voorleidingen bij de onderzoeksrechters, en zittingen van de onderzoeksgerechten en correctionele rechtbanken moet maximaal gebruik worden gemaakt van het centrale gerechtsgebouw omwille van de nabijheid van de gevangenis. Voor de zittingen van de raadkamer, waar over de verlenging van de voorhechtenis wordt beslist, kan zelfs gebruik worden gemaakt van een bijgebouw van het arresthuis zelf. Dit zal transport- en beveiligingskosten sparen. De rol van de vrederechters als nabijheidsrechters bij uitstek moet worden versterkt. De vredegerechten hebben de voorbije twee jaren in drie fasen het voorwerp uitgemaakt van een beperkte, maar noodzakelijke concentratie en rationalisatie. Zij hebben een gedeelte van hun bevoegdheden afgestaan in de voorbije legislatuur. Het verdient daarom aanbeveling om hun bevoegdheid op basis van het belang van het geschil ( ratione summae ) op te trekken van euro naar euro. Ook de organisatie van de bewindvoering moet na evaluatie worden bijgestuurd en de procedure gedigitaliseerd. En idealiter wordt de vrederechter eveneens de natuurlijke nabijheidsrechter voor de moderne schuldbemiddeling, ondersteund door een nieuw digitaal platform. Nabijheid en gebruiksvriendelijkheid zijn voor alles een kwestie van kost. De vergoedingsregeling voor gratis juridische bijstand en rechtspleging voor minvermogenden dateert van het einde van de jaren 80. De regeling werd in 2016 met het oog op meer fairness en met een accent op bemiddeling geheel herzien. Het budget bedraagt - inclusief het in het voorjaar van 2017 zopas opgericht Fonds voor Juridische Bijstand - 95 miljoen euro. Gelet op de bijkomende kosten die het vervolg op de Salduzwetgeving van eind 2016 met zich brengt, is dit budget eerder aan de lage kant, althans als men het vergelijkt met wat in Nederland gangbaar is. Het budget kan relatief beperkt worden gehouden doordat de inkomensgrenzen laag zijn 994 euro voor een alleenstaande voor volledige kosteloosheid, tussen 994 en euro voor gedeeltelijke kosteloosheid. De rechtzoekenden waarvan het inkomen boven die grenzen ligt, kunnen vandaag nauwelijks gebruik maken van een rechtsbijstandsverzekering. De premies worden relatief hoog geacht in verhouding tot de meestal lage risicoperceptie, terwijl precies reële risico s als echtscheiding en

7 7 bouwgeschillen dikwijls niet of nauwelijks worden gedekt. Precies die dubbele oorzaak kan ten grondslag liggen aan een zekere onderconsumptie van juridische diensten in die gevallen waarin ze het meest noodzakelijk zijn zonder dat die juridische diensten daarom noodzakelijk tot een gerechtelijke procedure moeten leiden. Vandaar dat de regering momenteel een inclusieve maar facultatieve rechtsbijstandsverzekering voorbereidt die risico s als echtscheiding en bouwgeschillen wel dekt. Er wordt daarvoor gewerkt aan tarieven per prestatie die de advocaten bij voorkeur volgen, naar het voorbeeld van de artsen. Deze verzekering zal vanaf 2018 fiscaal in rekening kunnen worden gebracht. Stipte justitie: optimalisatie van procedures en informatica en efficiënte inzet van het personeel Meten om te weten is nooit de sterkste kant van Justitie geweest. Recht moest er vooral genoeg zijn, en het moest ook goed zijn. Dat het stipt moest zijn leek dikwijls minder belangrijk. Pas in 2008 begon men met het meten van de stroom van de inkomende en de uitgaande zaken in elke rechtbank. Iedereen is het erover eens dat het gemiddelde van een jaar voor één aanleg frequent wordt overschreden. Weliswaar niet voor de vrederechter, en niet in de meeste zaken in eerste aanleg. Maar in vele andere gevallen wel. Dat ligt niet altijd aan de rechter. Hij bepaalt weliswaar de kalender, maar moet het initiatief aan de rechtzoekenden laten. De advocaten en ook de partijen zelf hebben soms hun deel in de traagheid, al was het maar omdat ze hun argumentatie zo goed mogelijk willen maken, en bij herhaling willen aanvullen, of omdat ze de rechter vragen de zaak even on hold te zetten omwille van onderhandelingen. alles aan gedaan om te verminderen wat bijdroeg tot nutteloze werklast De voorbije twee jaar hebben we er alles aan gedaan om te verminderen wat bijdroeg tot nutteloze werklast voor de rechters en de griffies, en om af te bouwen wat minder constructieve partijen toeliet om processen te vertragen. Onbetwiste schulden van ondernemers en achterstallige RSZ-schulden moeten daarom sedert vorig jaar niet langer via de rechtbank worden ingevorderd, terwijl elektronische applicaties zoals e-deposit en e-box verlichting brachten. Rechtbanken zullen weldra geen attesten van de burgerlijke stand meer moeten afleveren of geen verklaringen van verwerping van nalatenschap of aanvaarding onder voorrecht van boedelbeschrijving meer moeten registreren. Het aantal burgerlijke en sociale materies waarin het parket pro forma advies moet verstrekken aan de Zetel werd drastisch gereduceerd. Om de procedure en het beantwoorden door de rechter van argumenten van partijen te vereenvoudigen en te versnellen, werden de conclusies in burgerlijke zaken verplicht gestructureerd, en moet de beroepsakte in strafzaken summier de punten aangeven waartegen beroep wordt ingeleid. Zowel in burgerlijke als in strafzaken werd ervoor gezorgd dat rechtsmiddelen als verzet en beroep, of het inroepen van vormnietigheden en procedurefouten, niet langer nodeloos worden aangemoedigd.

8 8 Voor de zware misdrijven werd het Hof van Assisen ontlast door de veralgemeende correctionalisering. En voor de lichtere misdrijven werd de guilty plea ingevoerd. De opsporingsmethoden werden aangepast aan de tijd in de BOM-wet, en de mini-instructie werd uitgebreid tot de huiszoeking die voortaan bij terreur- en wapenmisdrijven ook s nachts kan. De maximale vrijheidsberoving in de politiecel werd in de Grondwet verlengd van 24 tot 48u. Het is nog erg vroeg om de balans van deze maatregelen op te maken. Sommige dateren van eind 2015, andere werden pas gestemd in oktober Bovendien is het moeilijk om te weten welk verschil die maatregelen maken. Ook al kan vrij gemakkelijk worden geteld hoeveel keer de nieuwe procedure inzake onbetwiste schulden werd benut, of hoeveel minder assisenprocedures er waren in 2016 dan in 2015 of 2014, dan nog is niet zeker welke impact dat had op de eventueel snellere doorlooptijd van andere zaken. voorstellen hangende om aan de procedureregels te sleutelen Het is uiteraard niet omdat er globaal minder zaken zijn, dat een welbepaalde zaak noodzakelijk ook sneller gaat. Eventuele traagheid zal bij minder instroom weliswaar minder aan overbelasting te wijten zijn. Zo zal de rechtsdag, d.i. de dag waarop de zaak wordt gepleit, dan op een meer nabij moment worden ingepland. De uitspraak van het vonnis moet zo normalerwijze sneller volgen na de rechtsdag. Maar voor het overige zijn het de procedureregels, bijvoorbeeld het aantal keren dat conclusies worden gewisseld en de termijn waarbinnen dat gebeurt, die de voortgang binnen één en dezelfde aanleg bepalen. De doorlooptijd over alle aanleggen samen is reeds drastisch gewijzigd. Het hoger beroep verloor in burgerlijke zaken zijn schorsend effect. Verzet is in strafzaken nog slechts mogelijk op de inleidingszitting en indien het verstek een gegronde reden had; in burgerlijke zaken kan verzet bij dezelfde rechter alleen nog indien er geen hoger beroep mogelijk is. Wanneer een zaak door het Hof van Cassatie naar een Hof van Beroep wordt teruggestuurd, is het arrest van het Hof van Cassatie voortaan onmiddellijk bindend. Er zijn nog meer voorstellen hangende om aan de procedureregels te sleutelen, vooral in de verhouding tussen eerste aanleg en hoger beroep, maar dit zonder ook maar in het minst aan de meest volstrekte tegensprekelijkheid te tornen. Eerder werd een lans gebroken voor meer bemiddeling. In dat perspectief legde de regering een voorontwerp van nieuwe wetgeving voor aan de Raad van State. Maar om tot meer bemiddeling te komen, kan ook de inleidingszitting van een reeds opgestarte procedure nog beter worden benut. De inleidingszitting wordt opgesplitst in een eerste, puur formeel appèl van de partijen, en een vervolgzitting op zeer korte termijn waarop de rechter alvast kennis kan nemen van het uitgeschreven antwoord van de verweerder op een meer uitvoerige dagvaarding dan voorheen. Daardoor kan de rechter in de openingszitting het geschil nog afwenden en omzetten in een bemiddeling of een akkoord. Dat bemiddeling de werklast van rechters mogelijks vermindert, is

9 9 hoogstens een neveneffect. De bemiddeling, gerechtelijk of buitengerechtelijk, net als de minnelijke schikking, laat mensen vooral toe om deel uit te maken van de oplossing, eerder dan van het probleem. Ook de verbreding van de toegang tot een kwalitatieve rechtsbijstandsverzekering moet leiden tot een toegankelijke juridische dienstverlening, maar niet tot meer gerechtelijke procedures. De opsplitsing van de inleidingszitting, en de daarmee gepaard gaande betere voorbereiding van de procedure door de partijen en door de rechter, is in eerste aanleg een voorbode op de maximale concentratie van het geding. Het komt erop neer dat de rechter in eerste aanleg heel het geschil afhandelt, alvorens hoger beroep kan worden ingesteld. Tenzij de rechter zelf toestemming geeft om tegen zijn tussenvonnis in beroep te gaan. Deze nieuwe regel zal bijdragen tot de herwaardering van de eerste aanleg. Hij zorgt er immers voor dat de zaak in eerste aanleg blijft en dat een grotere kans bestaat dat er geen hoger beroep zal volgen, omdat de partijen zich gemakkelijker neerleggen bij het resultaat van het volledig beslecht geschil. Zo worden de rechten van de verdediging beter gerespecteerd: de nieuwe regel komt erop neer dat er nooit nog een aanleg verloren gaat, want de eerste aanleg moet helemaal worden uitgeput, alvorens beroep mogelijk is. Terwijl vandaag op grond van de zogenaamd verruimde devolutieve werking de appelrechter dikwijls het hele geschil moet behandelen, ook al is men in eerste aanleg nooit voorbij een tussengeschil geraakt. Een andere mogelijkheid zou zijn de beroepsprocedure integraal schriftelijk te laten verlopen. Vandaag verstrijkt niet zelden veel tijd voor de rechtsdag. Die tijd wordt dan opgevuld met het trager dan nodig wisselen van conclusies. In vele gevallen is de zaak al uitvoerig gepleit in eerste aanleg, en zal een mondeling pleidooi in hoger beroep nog weinig bijbrengen. Voorgesteld wordt dat de partijen zo n mondelinge toelichting in hoger beroep nog wel kunnen aanbieden, maar dan zonder dat dit een vertraging kan veroorzaken. Het spreekt vanzelf dat de doorlooptijd niet alleen een probleem vormt in de burgerlijke zaken in de ruime zin, maar ook in strafzaken. Daarop wordt in dit plan slechts in beperkte mate ingegaan omdat het samenhangt met de hervorming van de strafprocedure, waarover uitvoerig werd gerapporteerd in het plan over de hercodificatie van december De krijtlijnen van deze hervorming zijn ver gevorderd, en zullen uiterlijk begin 2018 aan de regering worden voorgelegd. Een meer efficiënte inzet van de magistraten en het gerechtspersoneel zal ook kunnen bijdragen tot een kortere doorlooptijd Dat de perceptie van een te trage rechtsgang blijft bestaan, ondanks alle genomen en voorgenomen maatregelen, stemt tot nadenken. Uit de beschikbare cijfers van de steundienst van Hoven en Rechtbanken, blijkt dat de instroom van de zaken bij de verschillende rechtscolleges sedert 2010 consistent is gedaald. De verminderingsratio hangt af van het type rechtscollege, de graad van jurisdictie en het arrondissement. In sommige rechtscolleges is de uitstroom beduidend trager afgenomen dan de instroom, zodat alvast een gedeelte van de stock, d.i. de achterstand is ingehaald.

10 10 En in bijna alle rechtscolleges is de uitstroom minstens even groot als de instroom, zodat alvast geen bijkomende achterstand wordt opgebouwd. Met groot voorbehoud staan de voormelde cijfers toe om te concluderen dat de gemiddelde doorlooptijd de laatste jaren in de meeste rechtscolleges is gedaald. Van sommige andere weten we dat dit zeker niet het geval is, omdat rechtsdagen voor 2021 en later worden vastgesteld. De telmethodologie die nodig is om een zaak per rolnummer te volgen komt evenwel pas binnenkort in voege, zodat meer verfijnde conclusies vooralsnog onmogelijk zijn. Desondanks worden in dit document enkele voorbeelden gegeven om het effect van een aantal van de recent genomen maatregelen te kwantificeren. Sommige zijn te recent van datum nu Potpourri V pas in augustus 2017 in werking is getreden. Een meer efficiënte inzet van de magistraten en het gerechtspersoneel zal ook kunnen bijdragen tot een kortere doorlooptijd. Om die reden werd het principe van de alleenzetelende rechter in burgerlijke zaken doorgevoerd in Potpourri I. Meer informatie omtrent deze maatregel is te lezen als bijlage E (randnummers 312 tot 314). Uiteraard betekent dit niet dat de capaciteit in die zaken met drie mag worden vermenigvuldigd, maar de maatregel kan niet anders dan de doorlooptijd verkorten. De Hoge Raad voor Justitie buigt zich momenteel over een evaluatie daarvan. Minstens tussen rechtscolleges van hetzelfde type, en opnieuw onder alle voorbehoud, moeten de cijfers inzake instroom en uitstroom enige vergelijkbaarheid van de werklast per magistraat toestaan. En opnieuw onder alle voorbehoud, uit die cijfers blijkt minstens een zekere ongelijkheid in de verdeling van de werklast. Dit toont aan dat de kaders op basis waarvan de benoemingen per rechtscollege worden ingevuld zijn voorbijgestreefd. Daarbij maakt het weinig uit of deze kaders voor 100 % of voor 90 % - of zoals bij het gerechtspersoneel op vele plaatsen voor 110 % - zijn ingevuld. Want op sommige plaatsen is 90 % nog bijna te veel, en op andere 100 % of 110 % nog bijna te weinig. Daarom wordt voorgesteld de kaders op termijn af te schaffen, en nog slechts voor een bepaald percentage van de voltijds equivalenten rekening te houden met de objectieve gegevens die de kaders destijds wellicht grond onder de voeten hebben gegeven: bevolkingsaantal en dichtheid, het aantal ondernemingen, de oppervlakte, Een tweede, nog te bepalen percentage van de voltijds equivalenten, wordt toegekend op basis van de gemiddelde instroom van de laatste drie jaar. En een derde op de gemiddelde uitstroom over dezelfde periode. Uiteraard moet ook het statuut van magistraten worden aangepast aan de noden van de tijd, zonder te raken aan hun onafhankelijkheid. Daarover bestaat vergevorderd overleg met de Nationale Adviesraad voor de Magistratuur en de Hoge Raad voor Justitie. Zo mag een langdurig zieke magistraat niet langer in aanmerking worden genomen en wordt door zijn terbeschikkingstelling aan 60 % van zijn wedde ruimte gecreëerd voor zijn vervanging. Nu de kaders worden afgeschaft, is deze vervanging absoluut geen hinderpaal meer voor zijn terugkeer.

11 11 Men moet de beschikbare menskracht verdelen op basis van deels variabele gegevens, zoals de voortschrijdende gemiddelden van input en output. Slechts nieuwe benoemingen kunnen oordeelkundig beslist worden en er samenhangend met de anticipatie van pensioneringen voor zorgen dat de rigiditeit van de kaders wordt vervangen door een meer op behoeften gericht personeelsbeleid. Idealiter wordt gewerkt met globale personeelsenveloppes per entiteit, waardoor directiecomités, binnen zekere door de overheid vastgestelde marges, kunnen opteren voor een geheel eigen ratio tussen magistraten, referendarissen en griffiepersoneel. De keuze voor andere dan de traditionele functies, zoals bijvoorbeeld een informaticus of een manager, moet makkelijker worden. Ook de bestaande mogelijkheden voor contractuele aanwervingen zullen worden verruimd. Bovendien zal, zij het in ondergeschikte mate, ook meer mobiliteit van reeds benoemde magistraten en leden van het gerechtspersoneel zo n flexibel personeelsbeleid moeten ondersteunen. Daarvoor wordt aan verschillende maatregelen gedacht. Zo wordt overwogen de eerste benoeming van de magistraat niet alleen te doen in een bepaalde rechtbank, maar meteen hem of haar ook, subsidiair, te benoemen in de andere rechtbanken van hetzelfde ressort. Zo wordt het eenvoudiger om de betrokken magistraat, occasioneel of, met zijn instemming, structureel in een andere functie binnen hetzelfde ressort tewerk te stellen, zonder dat een hele nieuwe benoemingsprocedure moet worden doorlopen. Deze mobiliteit zal slechts in uitzonderlijke gevallen moeten spelen. In de benoeming van de vrederechters vindt men een voorbeeld: zij worden reeds benoemd in hun eigen vredegerecht alsook, met het oog op meer mobiliteit en dus subsidiair, in elk ander vredegerecht van het arrondissement. Dit is ook het geval voor de rechters van de rechtbank van eerste aanleg en de parketmagistraten bij eerste aanleg die worden benoemd in een bepaald arrondissement en subsidiair worden benoemd in een ander arrondissement van het ressort. Deze mobiliteit gaat veel minder ver dan het concept van de eenheidsrechtbank, dat geen doorgang vond. Het spreekt vanzelf dat een doorgedreven personeelspolitiek op het niveau van de rechterlijke orde, met inbegrip van het griffiepersoneel, een bijkomende managementcapaciteit veronderstelt. De begeleiding van de personeelsleden in de cultuuromslag die Justitie moet maken om een klantgerichte dienstverlenende organisatie te worden, is van het allergrootste belang. Zij vormen immers een belangrijke troef voor Justitie. Minstens in elk ressort en in elk arrondissement, moet daarom een manager human resources worden aangesteld. Later moeten vergelijkbare capaciteiten op het niveau van informatica en gebouwenlogistiek worden uitgebouwd. Besluit De beoordeling van de ultieme vraag of een vonnis of een arrest rechtvaardig is, komt de Minister van Justitie in het geheel niet toe. De onafhankelijkheid van de rechter in de uitoefening van zijn rechtsprekende functie staat immers buiten kijf. Daarover gaat dit plan dus niet. Dit plan gaat erover hoe nabijheid, betaalbaarheid en stiptheid tot meer rechtvaardigheid kunnen leiden. Elk vonnis dat niet kan worden geveld omdat de partij die het wil

12 12 bekomen, de middelen niet vindt om zich toegang tot de rechter te verschaffen, is een vonnis te weinig. En elk vonnis of arrest dat er weliswaar komt, maar te laat, schiet grotendeels zijn doel voorbij. Minstens zet het de rechtzoekende ertoe aan een volgende keer op een andere wijze zijn recht te vinden. Toegankelijkheid, zowel in de betekenis van nabijheid als in die van betaalbaarheid voor de rechtzoekende, alsook stiptheid of gepaste voortvarendheid zijn dus op een opmerkelijke manier verweven in het bereiken van rechtvaardigheid. Zonder ruime toegankelijkheid, dient redelijke stiptheid vooral de meer begoeden. En zonder stiptheid, leidt brede toegankelijkheid tot veel frustraties. Rechtvaardigheid kan dus alleen worden bereikt mits ruime toegankelijkheid én grote stiptheid. Niemand betwist dat rechtvaardigheid soms tijd en geduld vergt, noch dat er een zekere rem moet staan op de herhaaldelijke sollicitatie van de rechter. Toegankelijkheid en stiptheid zijn dus niet absoluut. De menselijke redelijkheid is zoals steeds de juiste maat. Dit plan heeft de ambitie om het startschot te geven voor een breed debat over de toekomst van Justitie in het algemeen en de rechtbank van de toekomst in het bijzonder. De ontwikkeling van een langetermijnvisie op Justitie moet immers gedragen worden door alle betrokken partijen. De rechtbanken en de hoven, het openbaar ministerie en de verschillende beroepsgroepen worden daarom opgeroepen om hun visie op en hun rol in de rechtbank van de toekomst kenbaar te maken. Elk initiatief hiertoe wordt verwelkomd en zal op de nodige aandacht en betrokkenheid van de Minister van Justitie kunnen rekenen. Door samen in te zetten op de rechtbank van de toekomst zal Justitie de rechtzoekende beter van dienst kunnen zijn. Maar ook als organisatie zal Justitie daardoor aantrekkelijker worden. Als Justitie de nieuwe generaties te weinig boeit, zal het de war for talent verliezen.

13 13 1 Toegankelijke justitie: nabij en betaalbaar 1. De toegankelijkheid van justitie, waarvan sprake in de inleiding, omvat een aantal kernbegrippen die van belang zijn in een rechtbank van de toekomst. Zo is een toegankelijke justitie in de eerste plaats laagdrempelig. Meer concreet wil dat zeggen: verstaanbaar en duidelijk voor de rechtzoekende. Verstaanbaar en duidelijk betekent ook een dienstverlening afgestemd op de rechtzoekende. Een dienstverlenende informatica en een efficiënt gebouwenbeheer, die zorgen voor een fysieke en digitale nabijheid, en betaalbaarheid zijn hierbij essentieel. 2. Door in te zetten op nabijheid zal de rechtzoekende in de rechtbank van de toekomst, de Court of the Future, gemakkelijker zijn weg kunnen vinden. 3. Door de lancering van een uniek digitaal loket voor de burger en de ondernemingen, meer bepaald één website die luistert naar de naam Just-on-Web, wordt één unieke toegangspoort gecreëerd voor elke burger of onderneming die over het web in contact wil treden met de rechtbank en haar diverse diensten. Een dossier online opstarten, het dossier digitaal en van op afstand raadplegen, de griffie per videoconferentie aanspreken, het zijn maar enkele voorbeelden die mogelijk zullen worden via de Just-on-Web website. Meer gedetailleerde informatie betreffende de werking van de portaalsite Just-on-Web alsook de applicaties die via Just-on-Web toegankelijk zullen zijn voor de rechtzoekende zijn als bijlage D (randnummers 235 tot 240) te vinden. De burger zal naar deze website kunnen surfen en aanklikken wat hij wenst te doen. 4. Burgers en ondernemingen die verkiezen om zich toch naar de rechtbanken te begeven, zullen daar een open en op dienstverlening georiënteerde inrichting van het gebouw vinden. In elk rechtbankgebouw zal de burger een balie vinden waar hij informatie kan bekomen en administratief verder wordt geholpen. En dit niet enkel voor dossiers die worden behandeld door de rechtbank die in dat gebouw haar vaste zetel heeft, maar voor dossiers van om het even welke rechtbank. Op die manier wordt de nabijheid van iedere rechtbank laagdrempelig. Elke griffie is in fysieke afstand zo dichtbij als de dichtstbijzijnde griffie. Naast elke griffiebalie komt er een ontvangstruimte met computers waar de burger toegang heeft tot de website Just-on-Web. Deze ontvangstruimte wordt de Just-on-Web kiosk genoemd. Wie deze kioskruimte en zijn computers wenst te gebruiken zal beroep kunnen doen op het griffiepersoneel. Zowel voor hulp bij het gebruik van de Just-on-Web website als voor administratieve hulp bij het invullen van formulieren. De tijdswinst die vrijkomt door de digitaliseringprojecten, die hieronder verder aan bod komen, kan het griffiepersoneel investeren in de begeleiding van wie zich fysiek of via videoconferentie aanbiedt aan de balie van de griffie. En dit zowel voor informatie en toelichting aangaande dossiers van de eigen rechtbank als dossiers van andere rechtbanken 5. De juridische dienstverleners zoals advocaten, gerechtsdeurwaarders en notarissen zullen op hun beurt op een beveiligde manier via hun centrale informaticaplatformen rechtstreeks en nog meer geïntegreerd contact houden met de rechtbanken zodat ze rechtstreeks vanuit hun eigen dossierbeheer informatie kunnen uitwisselen met de griffies en procedures digitaal kunnen voeren.

14 14 6. Zo worden de griffies de belangrijke voortrekkers van het unieke loket van de rechterlijke orde, die elke vestiging van de Court of the Future zal kenmerken. 1.1 Digitale nabijheid 7. Digitalisering brengt niet enkel efficiëntiewinst om zo meer ruimte te creëren voor andere taken. Ze brengt justitie ook dichter bij de burger door de rechtsingang -het opstarten van een procedure- te vergemakkelijken. Zoals steeds meer burgers erin slagen om hun belastingaangifte elektronisch in te dienen, zo moeten burgers ook ondersteund worden om een eenvoudige veel voorkomende procedure in te leiden door middel van gestandaardiseerde verzoekschriften. Een verzoekschrift tot een oproeping in verzoening of in een eenvoudige huurzaak, een verzoekschrift tot aanpassing van een onderhoudsgeld of een verblijfsregeling, zullen allemaal kunnen gebeuren via Just-on-Web en de verschillende Justitie-applicaties. Een overzicht van de verschillende applicaties waarvan sprake in deze tekst is terug te vinden als bijlage D (randnummers 235 tot 311). 8. Just-on-Web zal, zoals tax-on-web, niet alleen aangeven hoe formulieren moeten worden ingevuld en welke documenten moeten worden toegevoegd. Just-on-Web zal zelf ook een aantal gegevens ter beschikking stellen en controleren. Figuur 1. Toegang tot e-services op Just-on-Web via website FOD Justitie 9. Omwille van de veiligheid en privacy zal elke gebruiker bij de raadpleging van zijn dossier zich moeten identificeren aan de hand van zijn elektronische identiteitskaart of elk ander technologisch identificatie-instrument. 10. Naast de rechtsingang zullen via deze weg ook de verdere stappen in de procedure kunnen worden gezet. Vandaag is dit reeds mogelijk voor het neerleggen van conclusies en stukken in een dossier via de e-deposit-applicatie, dat een concrete toepassing van Just-on-Web is. De toepassing en het concrete uitrolschema betreffende de e-deposit-applicatie zijn terug te vinden als bijlage D (randnummers 254 tot 256). 11. Even belangrijk als een laagdrempelige toegang aan de hand van een portaalwebsite en allerlei applicaties, is de transparantie omtrent de stand van de procedure. Nog te vaak heeft de burger het

15 15 gevoel dat na het indienen van een verzoekschrift, het laten uitbrengen van een dagvaarding of het neerleggen van een klacht, zijn dossier achter een scherm verdwijnt zonder te weten welk gevolg eraan wordt gegeven. Welke zijn de verdere stappen? Wat is de timing? Volgt het dossier zijn normale weg? Wanneer kan een definitief resultaat worden verwacht? Al die onbeantwoorde vragen geven een gevoel van machteloosheid ten overstaan van het gerechtelijk apparaat en de gerechtelijke procedures. Een gevoel dat recht niet of te traag geschiedt. Daarom is het creëren van de mogelijkheid om op elk ogenblik inzicht te hebben in het dossier en de voortgang ervan belangrijk. De digitalisering van het gerechtelijk dossier en de procesketen zullen toelaten dit inzicht aan de burger te geven. Recht moet niet alleen geschieden, men moet ook kunnen zien dat het geschiedt. 12. De assertieve burger laat zich niet langer wegsturen met het gezegde dat zijn dossier op de rol staat. Hij wil zeer concreet weten wat de volgende stap in zijn dossier is en wanneer die zal plaatsvinden. Dit inzicht zal zijn vertrouwen in Justitie versterken en zo ook zijn gevoel dat rechtvaardigheid zal geschieden. De burger van de toekomst zal niet steeds meer naar de rechtbank gaan om inzicht in zijn dossier te verwerven. Hij zal dit willen doen, zoals bij andere administraties, op digitale wijze. Vandaag zijn voor de bijzondere procedures reeds de eerste stappen in die richting gezet: bij faillissementsdossiers kan elke betrokkene digitaal, vanop afstand en op elk ogenblik inzage nemen in het dossier. Het beheer van het dossier verloopt via de applicatie RegSol. Deze applicatie wordt meer in detail omschreven als bijlage D (randnummers 277 tot 281). Volgend jaar zal dit ook het geval zijn voor de bewindvoeringsdossiers, voor de procedures van collectieve schuldenregeling en voor de inzage in het strafdossier. Ook deze applicaties zijn meer in detail omschreven als bijlage D (randnummers 286 tot 289, 282 tot 285 en 273 tot 274). Via een stappenplan dat de digitale burgerlijke rechtsketen en de strafrechtketen tot stand brengt, zullen ook alle andere procedures dezelfde transparantie kennen. 13. Wat digitaal kan worden gecommuniceerd, zal digitaal worden gecommuniceerd, ook met de professionele partners van de rechtbank. Niet alleen de juridische beroepsbeoefenaars, maar ook de gerechtsexperten, de tussenkomende verzekeraars, de tolken en vertalers, zullen de overstap maken naar een digitale, meer gestandaardiseerde en snellere communicatie. Infokiosken met mogelijkheid voor de burger om digitale toegang te krijgen tot zijn dossier, om zijn dossier op te starten of om een aanvraag te doen voor tweedelijnsbijstand, de zogenaamde pro deo, worden in de griffies ingericht. Ook ondernemingen zullen via Just-on-Web vanop afstand en digitaal sneller, goedkoper en veel gebruiksvriendelijker ondernemingsinformatie kunnen overmaken of raadplegen via het KBO+-project. Het KBO+-project, de volgende generatie van de Kruispuntbank voor Ondernemingen, verzamelt op één centrale plaats ondernemingsinformatie die vandaag in aparte registers verspreid is over de ondernemingsdossiers in de griffies, de kruispuntbank ondernemingen en de publicaties in het Belgisch Staatsblad. Bijlage D (randnummers 290 tot 293) geeft een verdere beschrijving.

16 16 Figuur 2. Schematische weergave KBO+ 14. De centralisatie van al de informatie in één nieuwe centrale databank KBO+ zal de neerlegging van de informatie door de onderneming in één enkele beweging mogelijk maken, zonder dat daarvoor nog verplaatsingen nodig zijn. Ook zal, via Just-on-Web, de verzamelde informatie over vennootschappen en vzw s in één keer kunnen worden geraadpleegd, eveneens zonder verplaatsing naar de griffie waar het register van de vennootschappen en vzw s zich bevindt. Dankzij een digitaliseringsinspanning zullen ook de historische archieven steeds meer digitaal beschikbaar worden. Al deze voorbeelden geven aan hoe de digitalisering en de herinrichting van de gerechtsgebouwen zal leiden tot een nieuwe rechtbankorganisatie die zich richt op digitale toegankelijkheid enerzijds en een nabije fysieke toegankelijkheid en dienstverlening aangepast aan ieders behoefte anderzijds. Verder in dit plan wordt ingegaan op de diverse deelprojecten van de digitalisering en de voordelen die ze bieden voor burgers, ondernemingen en professionals. In volgend punt zal blijken dat dit alles ook zijn weerslag heeft op onze gebouwenpolitiek.

17 Fysieke nabijheid 15. Een grote organisatie, zoals de rechterlijke orde, die een grondige digitalisering doormaakt en zo overschakelt naar een nieuwe manier van werken waarbij dienstverlening centraal staat, heeft een andere gebouwenbehoefte dan vroeger. Daarom is er nood aan een gebouwenpolitiek die de transitie maakt naar de behoeften van de rechtbank van de toekomst. Deze transitiestrategie is opgenomen in het Masterplan gebouwen dat als bijlage A is gevoegd. 16. De rechterlijke orde telt vandaag meer dan 300 gebouwen, verspreid over het hele land. Dit is een zeer hoog aantal in vergelijking met onze buurlanden. Minder gebouwen betekent niet noodzakelijk een minder nabije justitie. De afstanden van de rechtbanken werden in 1809 vastgelegd aan de hand van de afstand die kon worden afgelegd met een postkoets. Geen enkele burger mocht langer dan één dag onderweg zijn naar de rechtbank. Vandaag moet de nabijheid van de rechtsbedeling aan andere criteria worden getoetst en in het juiste perspectief worden bekeken. 17. Een deel van de gerechtsgebouwen is verouderd en niet meer aangepast aan de normen van een moderne justitie. De modernisering van het gerechtsgebouwenpark werd decennia geleden reeds ingezet. Maar niemand zal ontkennen dat er nog een lange weg af te leggen is. De overstap naar minder maar kwaliteitsvollere gebouwen, gericht op de ruimtelijke behoeften van de rechtbank van de toekomst, dient nog gemaakt. Met dit plan worden alvast een aantal nieuwe en vooral vernieuwende stappen gezet. Bijlage A (randnummers 160 tot 220) licht de weg naar een efficiënte en functionele gebouwenpolitiek toe. 18. Uitgetekend op de landkaart, is er in de toekomst behoefte aan één central office per ressort. In dat gebouw wordt het beleid en het beheer voor heel het ressort geconcentreerd en is ook de zetel van het ressort en de hoven gevestigd. Op provinciaal niveau kunnen er maximum drie front offices worden ingericht. Een front office bestaat uit zittingszalen, een multifunctionele ruimte beschikbaar voor magistraten en gerechtspersoneel alsook een uniek loket aangevuld met een kiosk. In één van deze drie zittingsplaatsen zal eveneens een provinciale back office zijn, waar de administratieve verwerking van de dossiers plaatsvindt. Naast de front offices zullen ook de vredegerechten en de politierechtbanken worden uitgerust met een uniek loket en een kiosk waardoor ook de fysieke afstand tot de griffie en de rechtbank veel kleiner wordt. Meer info over de organisatie van de front en back offices is te vinden als bijlage A (randnummers 165 tot 172). De verschuiving van de focus van het gerechtspersoneel van administratieve taken naar dienstverlenende taken geeft daarnaast een veel modernere en rijkere invulling aan het begrip nabijheid.

18 18

19 Schematisch geeft dit volgend beeld: 20. Het Masterplan gerechtsgebouwen voorziet ook in bijzondere zittingsplaatsen voor de raadkamer, de kamer van inbeschuldigingstelling en de strafuitvoeringsrechtbanken aan of in de onmiddellijke nabijheid van de arresthuizen en de strafinrichtingen. 1 Op die manier kan het aantal overbrengingen van gedetineerden tot het noodzakelijke minimum worden beperkt. De overbrengingen van deze personen hebben tot doel hen voor het onderzoeksgerecht en de rechtbank te laten verschijnen of om hen inzage in het strafdossier te verlenen. Voor de overbrengingen met het oog op verschijning zal waar mogelijk en aangewezen steeds meer gebruik worden gemaakt van de middelen die de videoconferentie biedt. De overbrengingen die plaatsvinden om de betrokkenen in staat te stellen om hun strafdossier te raadplegen, zullen dan weer worden vermeden door vanuit de gevangenis een online raadpleging van het strafdossier mogelijk te maken. Dankzij de applicatie Consult-online kan de gedetineerde nu al, in bepaalde gevangenissen, zijn strafdossier vanuit zijn cel of vanuit een bijzonder 1 Om de zittingsplaatsen in de nabijheid van strafinrichtingen beter te benutten moeten de bestaande bepalingen van het Gerechtelijk Wetboek worden aangepast en uitgebreid. Meer uitleg hierover is te vinden als bijlage A (randnummer 188).

20 20 daartoe ingericht lokaal in de gevangenis raadplegen. 2 Zo wordt een oplossing geboden voor het te grote aantal overbrengingen van aangehoudenen en van hun vrijheid beroofde personen. 21. Het gebruik van de videoconferentie is niet alleen nuttig om nodeloze overbrengingen van gedetineerden te vermijden, maar ook om met minder maar functionelere gebouwen een fysiek en virtueel grotere nabijheid tot stand te brengen. De mogelijkheid voor bijvoorbeeld advocaten of experten om vanuit hun kantoor of vanuit een meer nabij gerechtsgebouw per videoconferentie te kunnen deelnemen aan de procedure of in contact te kunnen treden met de griffie, betekent een grote tijds- en efficiëntiewinst. De reeds ingezette uitrol van de videoconferentie in de gerechtsgebouwen voor zittingen in burgerlijke procedures, vormt een eerste belangrijke stap in die richting (Antwerpen-Hasselt, ondertussen uitgebreid naar Luik-Aarlen, Bergen-Charleroi en Kortrijk-Veurne). De uitrol van de videoconferentie in de griffies is een volgende belangrijke stap. De videoconferentie zal bovendien ook voor het tolken tijdens de procedures een belangrijk instrument worden. Ze zal immers toelaten om de bestaande capaciteit aan tolken in de diverse rechtbanken en onderzoeksplaatsen van het land in te zetten zonder dat de tolken zich telkens fysiek moeten verplaatsen. Het plannen van zittingen en ondervragingen wordt op die manier niet alleen veel eenvoudiger, maar vooral ook sneller. 22. Door de digitalisering kunnen magistraten en gerechtspersoneel zich inschakelen in de nieuwe manier van werken die men ook in andere werkomgevingen dan Justitie vindt. Thuiswerk, maar ook werken op een andere, vaak meer nabije werkplaats dan de vaste locatie, wordt daardoor ook voor hen mogelijk. Dit gebeurt onder meer door het ter beschikking stellen van goed uitgeruste werkruimtes met werkstations waar de magistraten en het gerechtspersoneel zich kunnen op aansluiten zodat ze vanuit om het even welk gerechtsgebouw kunnen werken. Concreet betekent dit dat iemand die bijvoorbeeld op de griffie van de ondernemingsrechtbank actief is, een werkdag in een daartoe aangepaste functionele ruimte in een meer nabij gerechtsgebouw moet kunnen presteren. Dit alles wordt vertaald in het nieuwe concept van een gerechtsgebouw. 2 Meer informatie over de Consult-online applicatie is terug te vinden als bijlage D (randnummers 273 tot 274). Hetzelfde project zal het binnenkort ook voor de advocaten mogelijk maken om vanuit hun kantoor digitaal en van op afstand het strafdossier op.

21 21

22 Ook voor de externe professionelen die vandaag zeer regelmatig in de gerechtsgebouwen fysiek aanwezig moeten zijn, zal de rechtbank van de toekomst een ingrijpende wijziging betekenen. Advocaten, gerechtsdeurwaarders, notarissen, tolken en vertalers, gerechtsdeskundigen, enz. zullen veel minder fysiek aanwezig moeten zijn. Stukken neerleggen en ophalen, alsook dossiers raadplegen, zal steeds meer digitaal via Just-on-Web en de nationale centrale digitale platformen van de externe partners mogelijk zijn. Dit zal onomstotelijk voor elk van de beroepsgroepen een tijdswinst opleveren. Ook de meeste procedurestappen zullen schriftelijk en elektronisch kunnen verlopen. Via videoconferentie zullen de voormelde beroepsgroepen vanuit hun kantoor of een andere locatie aan bepaalde procedures kunnen deelnemen, met de griffie in contact treden of met hun collega s overleggen. 24. Belangrijk is ten slotte dat Justitie in de toekomst geen beheerder van archieven meer zal zijn. Het beheer en de opslag van archieven is immers geen kerntaak van Justitie. De archieven die vandaag een aanzienlijke plaats innemen in de gerechtsgebouwen zullen ofwel versneld worden overgedragen aan het Rijksarchief (burgerlijke stand, vennootschapsarchieven, strafdossiers), ofwel digitaal zijn (gerechtelijke dossiers, databank van vonnissen en arresten) of mogelijks, zoals bij de overtuigingsstukken, in gespecialiseerde centrale depots worden bewaard. Ook de problematiek van de archiefruimte en de overtuigingsstukken komt als bijlage A (randnummers 199 tot 220) meer uitgebreid aan bod. Een beter beheer van de overtuigingsstukken is enkel mogelijk wanneer er duidelijke regels zijn in verband met instroom en uitstroom. Zo nodig zal een wetgevend initiatief hiertoe worden genomen. 25. Het vrijkomen van de ruimte voor de archieven en overtuigingsstukken zal in de betreffende gerechtsgebouwen nieuwe opportuniteiten bieden ten voordele van andere activiteiten. 1.3 Betaalbaarheid 26. Het begrip toegankelijkheid werd in het vorige hoofdstuk over fysieke en digitale nabijheid al vorm gegeven. Deze invulling is echter onvoldoende. Justitie kan immers maar nabij zijn wanneer zij voor elke rechtzoekende betaalbaar is. 27. Zo heeft iedere burger recht op gratis eerstelijnsbijstand. Het gaat om een beperkt, oriënterend advies, meestal verleend door een advocaat of justitie-assistent. Zij helpen de rechtzoekende met praktische en eenvoudige juridische vragen op weg en verwijzen hem eventueel verder. De organisatie van eerstelijns juridische bijstand behoort tot de bevoegdheid van de Gemeenschappen. Zo zet bijvoorbeeld, op Vlaams niveau, Minister Jo Vandeurzen vooral in op multidisciplinariteit en toegankelijkheid van de eerstelijns juridische bijstand. 28. De kost van het gerecht zelf wordt voor het grootste deel gedragen door de Staat, d.i. door het budget van Justitie. Slechts een beperkt gedeelte wordt verhaald op de verliezende of veroordeelde

23 23 partij middels de heffing van rol- en griffierechten en, in strafzaken, door de verplichting tot terugbetaling van de gerechtskosten zoals het ereloon van de gerechtsdeskundige. 29. Elke partij draagt dan weer het ereloon van de eigen advocaat. De verliezende partij wordt wel veroordeeld tot een rechtsplegingsvergoeding die bedoeld is om de winnende partij minstens voor een gedeelte van het betaalde ereloon te vergoeden. 30. Desondanks vormen de erelonen van de advocaat en de kosten van de rechtsgang voor vele burgers een onoverkomelijke drempel om naar de rechter te stappen. Daarom werd een systeem van pro deo bijstand tot stand gebracht ook wel juridische tweedelijnsbijstand genoemd. De pro deo bijstand werd zopas grondig vernieuwd, in samenhang met het recht op juridische bijstand vanaf het eerste politieverhoor ingevolge de Salduz bis-wet. Over beide maatregelen is meer informatie terug te vinden als bijlage B (randnummers 222 tot 226 en 227 tot 229). 31. Het recht op gratis rechtspleging, de rechtsbijstand (d.i. vrijstelling van rolrechten, griffierechten en dergelijke meer), moet automatisch volgen voor wie van pro deo bijstand geniet. Dit zal geschieden door de aanvragen van pro deo bijstand en gratis rechtspleging onder te brengen in hetzelfde centraal register: weet de overheid eenmaal ( only once ) uit de samenvoeging van de informatie dat iemand recht heeft op pro deo-bijstand, dan wordt ook het recht op gratis rechtspleging vanzelfsprekend. Op die manier hoeft de rechtzoekende geen nieuw dossier samen te stellen. 32. Naar onze mening moet het moment van de inning van de kosten van de rechtspleging, zoals onder meer de rolrechten, worden verplaatst naar het moment van de uitspraak. Zo komt niemand met een handicap aan de start. De traditie dat een deel van de bijdrage in de kosten van de procedure via het rolrecht werd geïnd bij de start van de procedure belemmert de toegang tot de rechter. Dit is in het bijzonder het geval voor wie niet van juridische tweedelijnsbijstand kan genieten. Anderzijds krijgt wie wel pro deo bijstand geniet, een vrijstelling van het rolrecht, maar vooralsnog niet automatisch. Het feit dat men deze rolrechten later, bij een gunstige beslissing, van de tegenpartij kan terugvorderen is een magere troost. Want men moet die kost voorschieten uit eigen middelen. Eén van de belangrijkste argumenten voor de inning bij de start verdwijnt nu de inning van de kosten, dankzij de volledige digitalisering van de inningsprocedures in samenwerking met de FOD Financiën steeds performanter wordt, onder meer door de verrekening in het aanslagbiljet van de belastingen. Het zopas gerealiseerde Crossborderproject, waarover meer informatie te vinden is als bijlage B (randnummers 230 tot 234), betekent daarin alvast een grote doorbraak. Ook de gerechtskosten en de rechtsplegingsvergoeding worden trouwens reeds op het moment van de definitieve rechterlijke beslissing betaald. Dat de burger via een nieuwe portaalwebsite, Just-on-Web, een overzicht zal kunnen krijgen van de kosten van de procedure is niets meer dan de transparantie die hij mag verwachten van de rechtbank van de toekomst. 33. Zelfs met de vernieuwde pro deo (annex Salduz bis)-wetgeving en de concentratie van de betaling van alle kosten door de verliezende partij op het moment van de uitspraak, blijft de toegang tot de rechter voor veel mensen te duur. De inkomensdrempels om aanspraak te kunnen maken op

24 24 volledig kosteloze juridische tweedelijnsbijstand blijven immers laag: 994 euro voor een alleenstaande persoon, 1276 euro voor een persoon die gehuwd, samenwonend is of alleenstaand met één persoon ten laste (met een bijkomend bedrag van 178,54 euro per bijkomende persoon ten laste). Op korte termijn zal werk worden gemaakt van een rechtsbijstandsverzekering die fiscaal in rekening kan worden gebracht. Dit werd beslist op de bijzondere Ministerraad Justitie en Veiligheid van 14 mei Immers de kosten van advocaat en gerecht zijn ook voor personen die boven de inkomensgrenzen van de juridische tweedelijnsbijstand vallen, vaak moeilijk te financieren. De rechtsbijstandsverzekering kan door een mutualisering van de risico s een betaalbare oplossing bieden, naar het voorbeeld van de ziekteverzekering. Mutualiseren betekent risico s delen, gemeenschappelijk maken en spreiden over meerdere schouders om ze gemakkelijker te kunnen te dragen. 35. Het sluiten van een rechtsbijstandsverzekering wordt echter niet verplicht. De burger blijft vrij al dan niet een rechtsbijstandsverzekering af te sluiten. 36. Ook het recht op de vrije keuze van advocaat blijft daarbij gewaarborgd. De rechtzoekende zal zoals vandaag een beroep mogen doen op de advocaat van zijn keuze. De vertrouwensband tussen advocaat en cliënt is essentieel voor een geschillenafhandeling. 37. In informeel overleg met de verzekeringssector en de advocatuur werden de minimumvoorwaarden ontwikkeld waaraan een rechtsbijstandsverzekering moet voldoen om zoveel mogelijk juridische risico s af te dekken in het privéleven. Contractuele en buitencontractuele geschillen voor schadevergoeding Strafrechtelijke geschillen Geschillen over fiscaal recht Geschillen over administratief recht Geschillen over consumentenrecht Geschillen over schenkingen en erf- en testamentenrecht De eerste echtscheiding De eerste bemiddeling in familiezaken Bouwgeschillen 38. Opvallend zijn er twee risico s meegenomen die vandaag moeilijk verzekerbaar zijn: de bouwgeschillen en de echtscheiding. Nochtans heeft iedere Belg een baksteen in zijn maag, en stellen we een stijgende trend in echtscheidingen vast. Het zijn twee ogenblikken in iemands leven waar er weinig overschot bestaat, maar des te meer nood om zich door een advocaat te laten bijstaan. 39. Natuurlijk zijn er een aantal nuances aan te brengen. Zo zal de rechtsbijstandsverzekering niet tussenkomen voor strafrechtelijke geschillen waar de verzekerde opzettelijke of grove schuld treft.

25 Daarenboven is naar dekkingsplafonds gestreefd die een normale buitengerechtelijke en gerechtelijke conflictoplossing toestaan zodat de rechtzoekende ervan kan uitgaan dat zijn verzekeraar de volledige geschillenafhandeling draagt: de kosten en erelonen van de advocaten de kosten en erelonen van de gerechtsdeurwaarders en van iedere andere persoon die de vereiste kwalificaties heeft overeenkomstig de op de procedure toepasselijke wet de kosten en erelonen van de deskundigen, technisch adviseurs, bemiddelaars en arbiters de kosten van de tenuitvoerlegging 41. Niet alleen de gerechtelijke, maar ook de buitengerechtelijke geschillenoplossing (bemiddeling, arbitrage ) wordt vergoed. De buitengerechtelijke vorm wordt bijkomend gestimuleerd door een lagere franchise, d.i. de verlaging van het bedrag vanaf hetwelk de verzekeraar tussenkomt. 42. Om de premie voor deze rechtsbijstandsverzekering betaalbaar te houden, wordt samen met de Minister van Financiën een fiscale stimulans uitgewerkt onder de vorm van een belastingvermindering waarbij 30 % van de premie in mindering komt van de te betalen personenbelasting. Deze belastingvermindering wordt jaarlijks via de aangifte personenbelasting toegekend. 43. Rechtsbijstandsverzekeringsproducten, die niet aan de minimumvoorwaarden voldoen, mogen nog steeds worden aangeboden, maar genieten geen fiscale stimulans. 44. Naast het garanderen van de betaalbaarheid, moeten ook alternatieven voor Justitie, zoals bijvoorbeeld bemiddeling en schikking in de loop van de procedure, worden gestimuleerd. Dit kan door bijvoorbeeld een vermindering van het rolrecht of een verhoging bij weigering.

26 26 2 Stipte justitie: optimalisatie van procedures en informatica en efficiënte inzet van personeel 45. Hoewel toegankelijkheid in de zin van nabijheid en betaalbaarheid het gevoel van rechtvaardigheid in belangrijke mate kan verhogen, is ze op zich niet voldoende. Wanneer een partij verwikkeld is in een juridisch geschil waar pas na jaren een einde aan wordt gemaakt, bestaat de kans dat deze partij, hoewel opgelucht, niet het gevoel zal hebben op rechtvaardige wijze te zijn behandeld. Om rechtvaardig te zijn, moet justitie ook stipt zijn. Het begrip stiptheid wordt gebruikt omdat snelheid niet per se geschikt is in complexe geschillen. Stiptheid betekent dat voor elke procedure de tijd wordt genomen die nodig is om alle aspecten van het geschil te onderzoeken en dat die tijd voor alle betrokkenen aanvaardbaar en redelijk is. 46. Opdat justitie stipt te werk kan gaan, moeten een aantal voorwaarden vervuld zijn. Zo is het nodig dat op administratief vlak maximaal voorrang wordt verleend aan de opvolging van de rechtspleging en moet het griffiepersoneel worden ontlast van taken die niet tot de kerntaken van de rechterlijke orde behoren (3.1). Ook moeten procedures die ertoe leiden dat de beslechting van geschillen te lang duurt, worden vereenvoudigd. Een herziening van de burgerlijke procedure is hier aan de orde (3.2). Niet alleen de procedure zelf, maar ook de werkmethoden van zij die instaan voor de administratieve afhandeling, moeten worden bijgestuurd. Het inzetten van meer informatica en het hanteren van een digitaliseringsstrategie zijn hierbij essentieel (3.3). Ook een optimale inzet van de magistraten en het gerechtspersoneel in verhouding tot de instroom van dossiers en de werklast die de verwerking ervan met zich meebrengt, zullen bijdragen tot een stiptere afhandeling van de dossiers (3.4). 2.1 Focus op kerntaken 47. De behandeling van gerechtelijke dossiers vergt naast puur procedurele handelingen ook een hele reeks administratieve taken. Deze laatste nemen vandaag te veel tijd in beslag en vertragen de procedure. Daarom moeten de werkmethoden van het griffiepersoneel, het personeel op de parketsecretariaten en de magistraten onder de loep worden genomen. Een belangrijke hefboom in een vereenvoudigde en stiptere afhandeling is de maximale digitalisering van de administratieve taken. 48. Vooraleer over te gaan tot de digitalisering van de verschillende stappen in de procedure is het van belang te onderzoeken welke taken noodzakelijk te behandelen zijn door de rechterlijke orde. De rechterlijke orde kreeg in het verleden vaak opdrachten toebedeeld louter omwille van het feit dat ze toen de sterkst ontwikkelde administratie was. Vandaag rijst de vraag of die taken wel nog tot het takenpakket van de rechterlijke orde moeten behoren. Opdat de rechterlijke orde zich maximaal kan richten op haar kerntaken en de kwalitatieve invulling ervan, worden sommige opdrachten beter overgedragen naar andere spelers die minstens een even grote interesse en belang hebben bij een correcte en efficiënte afhandeling ervan. Andere opdrachten kunnen dan misschien weer worden afgeschaft omdat ze in de loop van de geschiedenis hun nut hebben verloren. Ook hiertoe werden een hele reeks initiatieven genomen die worden opgesomd als bijlage C. Voor onze rechtbanken worden te veel procedures gevoerd die er enkel op gericht zijn een uitvoerbare titel (d.i. in de meest gevallen een

27 27 veroordeling tot betaling van een geldsom) te bekomen zonder dat er een betwisting aan ten gronde ligt. Op basis van zo n titel kan dan tot gedwongen uitvoering, versta betaling, worden overgegaan. Dit soort procedures zorgt voor werkoverlast voor de rechtbanken, tijdsverlies en overbodige bijkomende kosten voor zowel de schuldeiser en de schuldenaar als de Belgische Staat. 49. Met enkele gerichte initiatieven, waarbij de tussenkomst van de rechter niet meer noodzakelijk is, wordt deze bron van werkoverlast nu al aangepakt. Vooreerst kan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, zoals ook het geval is voor de fiscus, zelf een uitvoerbare titel tot stand brengen. Dit ontlast de arbeidsrechtbanken sedert februari 2017 van ongeveer procedures per jaar. Vooral voor de griffies betekent dit een enorme werklastvermindering. Daarnaast vermijdt ook de nieuwe procedure voor de inning van onbetwiste schuldvorderingen via de advocaat en gerechtsdeurwaarder sedert juli 2016 ongeveer procedures per jaar voor de rechtbanken van koophandel. Na evaluatie van deze initiatieven en de mogelijke invoering van een aangepaste procedure voor consumentenschulden, zouden ook de rechtbanken van eerste aanleg en vooral ook de vredegerechten worden ontlast van minstens evenveel procedures die enkel gericht zijn op het bekomen van een uitvoerbare titel. In al deze procedures zijn de nodige wettelijke waarborgen ter bescherming van de schuldenaar voorzien. Zijn recht om de schuld te betwisten blijft onverminderd overeind maar de kosten die hij moet dragen, lopen minder hoog op. 50. Met een reeks gerichte en kleinere ingrepen in de wet worden verder ook een aantal overbodige procedures afgeschaft of vermeden. Voorbeelden zijn het afschaffen van de tussenkomst van de griffie bij de verwerpingen in nalatenschappen, het afschaffen van de aflevering door de griffie van attesten van de burgerlijke stand en het verplaatsen van de neerlegging van schuldvorderingen in een faillissement van de griffie naar de curator. Een meer uitgebreide lijst is te vinden als bijlage C. 2.2 Optimaliseren van de procedure 51. Indien alternatieve manieren van conflictoplossing niet tot resultaat leiden, is het in een democratie noodzakelijk dat mensen, zonder hindernissen, hun recht alsnog kunnen halen. Als mensen afhaken omdat de rechtsgang te lang duurt, a fortiori omdat elke procedure tot in hoger beroep of verder moet worden gevoerd, dan faalt ons rechtssysteem. Justice delayed is justice denied, zeggen de Anglo- Amerikanen. Redelijke rechtspraak binnen een redelijke termijn aan een redelijke kostprijs in het algemeen en een vonnis binnen het jaar in het bijzonder zijn nochtans mogelijk wanneer een burgerlijk proces in beginsel in één enkele aanleg kan worden afgehandeld. Indien de uitspraak in eerste aanleg kwalitatief, correct gemotiveerd en overtuigend is, zullen de partijen zich daar in de meeste gevallen bij neerleggen. Mensen zijn immers niet geïnteresseerd in het leveren van lange procedureslagen. De cijfers bewijzen trouwens dat er niet massaal in beroep wordt gegaan. Uit de cijfers gepubliceerd door het College van hoven en rechtbanken blijkt dat er in de periode nieuwe beroepen werden aangetekend bij de 5 hoven van beroep (zaken voor de Kamer van Inbeschuldigingstelling niet meegerekend). Daar staat tegenover dat de rechtbanken van eerste aanleg en de rechtbanken van koophandel in dezelfde periode zaken hadden afgehandeld (jeugdzaken, kortgedingen en

28 28 raadkamer niet meegerekend). Bij de arbeidsgerechten werden er in die drie jaar beroepen aangetekend bij het arbeidshof voor zaken die de arbeidsrechtbanken hebben afgehandeld. 52. Om redelijke rechtspraak binnen een redelijke termijn mogelijk te maken, is een versterking en een optimalisering van de procedure in eerste aanleg nodig. Ook bijkomende aanpassingen van de procedure in hoger beroep dringen zich op Optimalisering van de procedure in eerste aanleg 53. Om de procedure in eerste aanleg te optimaliseren, moet een virtueuze cirkel, een zelfversterkend mechanisme, op gang worden gebracht. Zo moet in een eerste stap meer voldragen rechtspraak in eerste aanleg leiden tot een vermindering van het aantal hogere beroepen en dus tot vrijkomende capaciteit bij de appelrechters. In een tweede stap kan deze capaciteit dan bijkomend worden ingezet in eerste aanleg, wat de kwaliteit en de doorlooptijd van die rechtspraak alweer ten goede komt. Dit leidt dan weer tot een vermindering van het aantal hogere beroepen. Een dergelijk perpetuum mobile kan verder in de hand worden gewerkt door passende proceduremaatregelen waardoor alle actoren van justitie meer inzetten op een kwaliteitsvolle eerste aanleg. Figuur 3. Virtueuze cirkel

29 Volgende proceduremaatregelen dienen hiertoe te worden ingevoerd: 55. In de eerste plaats moeten de middelen worden versterkt waarover de eerste rechter beschikt om de partijen ertoe aan te zetten hun geschillen in der minne op te lossen, zodat die geschillen niet meer door hem hoeven te worden beslecht. Maar ook wanneer een minnelijke oplossing niet haalbaar is, moet aan een geschil zo vlug mogelijk een einde worden gemaakt. 56. Hiervoor moet de verdere ingereedheidbrenging van de zaak, d.i. de fase van uitwisseling van conclusies tussen de inleidings- en de pleitzitting, aanzienlijk worden vereenvoudigd. 57. De tussenkomst van de rechter in de administratieve aspecten van deze fase wordt zoveel mogelijk beperkt door een doorgedreven informatisering. Ook de partijen moeten worden aangezet tot doorgedreven concentratie van het geding : zij moeten reeds in eerste aanleg voluit gaan en mogen ook daar hun dispuut niet meer bij mondjesmaat ontwikkelen. 58. Het één zowel als het ander vereist dat de rechter kennis moet hebben van het dossier en het standpunt van de verweerder om zo vlug mogelijk knopen te kunnen doorhakken ( verschijning na antwoord ). 59. Meer concreet wordt de rechtspleging hervormd door de inleidingszitting op te splitsen in een eerste appèl van de partijen 3, op zeer korte termijn gevolgd door een vervolgzitting waarop de rechter alvast kennis kan nemen van de conclusie van antwoord van de verweerder. Daartoe moet de dagvaarding van de eiser voortaan ook zijn middelen, het bewijs dat hij aanvoert, het hem eventueel bekende verweer van de tegenpartij(en) en zijn antwoord daarop, alsook al zijn stukken omvatten. Ook het antwoord van de verweerder moet alle argumenten omvatten, over zowel de procedure als de grond van de zaak, het bewijs dat wordt aangevoerd, alsook alle stukken. 60. Op die vervolgzitting zijn er vervolgens verschillende scenario s mogelijk, naargelang de omstandigheden: een verzoeningspoging, een verwijzing naar de kamer voor minnelijke schikkingen, een vraag naar (nieuwe) onderhandelingen of een bemiddelingsprocedure. Alléén bij gebrek daaraan, of bij het gebrek aan succes daarvan, wordt de eigenlijke procedure verdergezet. Dat gebeurt aan de hand van een wettelijke conclusiekalender die onafhankelijk van de vaststelling van de datum van de pleitzitting wordt vastgelegd. Alleen in geval van bijzondere omstandigheden eigen aan de zaak zal de rechter de conclusiekalender kunnen aanpassen. 61. Na afloop van de conclusieronde wordt, zoals vanouds, een terechtzitting gehouden waarop de zaak wordt gepleit. Vervolgens neemt de rechter de zaak in beraad om een vonnis te vellen binnen de wettelijke termijn van één maand. 3 Tijdens deze zitting kunnen dan bijvoorbeeld ook verstek of dringende, onderzoeks- of voorlopige maatregelen of puur procedurele aspecten onmiddellijk worden afgehandeld.

30 Ook voor tussenvorderingen nieuwe vorderingen, tegenvorderingen, vorderingen tot tussenkomst moet worden voorzien in aangepaste regels opdat zij de nieuwe procedure voor de behandeling van de hoofdvordering niet doorkruisen. 63. In het voorontwerp van wet van 13 juli 2017 inzake de werklastvermindering stelt de regering bovendien voor om geen enkel rechtsmiddel meer te laten aanwenden dat uitsluitend betrekking heeft op een verschrijving, rekenfout of verzuim in een beslissing van de eerste rechter. Voortaan zorgt alleen hij nog voor de uitlegging en de verbetering of het herstel van een verzuim in zijn vonnis. Wat het hoger beroep zelf betreft, moet incidenteel hoger beroep d.i. het tegenberoep van de verweerder in hoger beroep tegen de appellant ten laatste in de eerste conclusie van die verweerder worden aangetekend. 64. De concentratie van het geding in eerste aanleg vereist verder de veralgemening van het uitstel van het hoger beroep tegen alle mogelijke tussenvonnissen. Wel zal het systeem worden aangevuld met een uitzondering, de zogenaamde leave to appeal van de eerste rechter. Dit principe laat toe dat de rechter zelf toestaat dat onmiddellijk hoger beroep tegen zijn tussenvonnis kan worden ingesteld. 65. Ter versterking van de kwaliteit van de eerste aanleg werden naast de verbetering van de ingereedheidbrenging reeds een aantal meer specifieke maatregelen genomen. Bestaande regels die soms bijna een uitnodiging waren om hoger beroep aan te tekenen, werden aangepast in de verschillende potpourri-wetten. Zo werd de schorsende werking van het hoger beroep afgeschaft, zodat geen hoger beroep meer wordt aangetekend louter en alleen om uitstel van betaling te bekomen, en dit dus af te dwingen van de tegenpartij. Ook kan niet langer onmiddellijk hoger beroep worden aangetekend tegen een tussenvonnis alvorens recht te doen (een onderzoeksmaatregel of een provisioneel vonnis, d.i. de voorlopige regeling van de toestand van de partijen): de misnoegde appellant moet wachten op het eindvonnis. Uitstel van het hoger beroep bevordert uiteraard niet alleen de concentratie van het geding in de eerste aanleg, maar maakt het hoger beroep helemaal overbodig als het eindvonnis elk belang bij zo n beroep wegneemt Optimalisering van de procedure in hoger beroep 66. In de eerste plaats wordt het uitstel van het hoger beroep tegen tussenvonnissen zo veel mogelijk veralgemeend, zodat een geding in beginsel in al zijn onderdelen in eerste aanleg wordt behandeld. Hiermee wordt het perverse effect tegengegaan van de verruimde devolutieve werking, omdat de appelrechter niet langer de nog niet in eerste aanleg behandelde aspecten van een zaak,waarbij in beroep wordt gegaan tegen een tussenvonnis, kan afhandelen. De zaak blijft, in afwachting van hoger beroep tegen een tussenvonnis, bij de rechter waar ze in eerste aanleg aanhangig werd gemaakt. Enkel de gewone devolutieve werking van het hoger beroep blijft dus bestaan, waardoor de rechter in beroep alleen die elementen, in feite en in rechte, waartegen in beroep werd gegaan, kan behandelen. Aldus wordt het recht gegarandeerd op een eerste behandeling zowel als een behandeling in hoger beroep van al de elementen, in feite en in rechte, waarmee een partij in eerste aanleg niet akkoord kon gaan. Om ook de procedure in beroep voor de partijen en de appelrechter te vereenvoudigen, moeten de grieven van de appellant tegen het bestreden vonnis in de akte van hoger

31 31 beroep zoveel mogelijk worden ontwikkeld, als ware het een conclusie. Het debat wordt hoe dan ook beperkt tot wat de appellant daarbij heeft aangevoerd. 67. Aangezien de eerste rechter, na de ingereedheidbrenging door de partijen van elk onderdeel van de zaak, die zaak integraal heeft behandeld en daarover een gemotiveerd vonnis heeft geveld, en de appellant al een eerste conclusie heeft ingediend meer bepaald zijn akte van hoger beroep volstaat een eenvoudige conclusieronde van één beurt per partij. Indien evenwel de geïntimeerde het laatste woord moet krijgen, kan de verdere ingereedheidbrenging na de inleiding van het hoger beroep beperkt worden tot een antwoordconclusie van zijn kant. In elk geval wordt in hoger beroep, zoals in eerste aanleg, een wettelijke conclusiekalender toegepast, die onafhankelijk is van de datum van de pleitzitting. Alleen in geval van bijzondere omstandigheden eigen aan de zaak zal de rechter de conclusiekalender kunnen aanpassen. 68. Wat betreft de terechtzitting moeten alternatieven afgewogen worden. Ofwel blijft alles bij het oude, met een rechtsdag waarop de zaak wordt gepleit, de debatten worden gesloten en de zaak in beraad genomen. Ofwel kan de rechter, na afloop van de conclusieperiode, bijkomende schriftelijke toelichting vragen. Rest dan nog de vraag of de partijen, al dan niet in onderling akkoord, alsnog om een terechtzitting kunnen verzoeken. In ontkennend geval neemt de rechter de zaak in beraad om een vonnis te vellen. Overeenkomstig het gemeenrecht wordt uitspraak gedaan binnen een maand na het sluiten van de debatten. Dit is weliswaar een vervaltermijn waarop alleen de disciplinaire overheid toezicht uitoefent. Na het verstrijken van de termijn van zes maanden kunnen de partijen vandaag reeds hun zaak vooruit helpen door het instellen van een vordering tot onttrekking van de zaak aan die rechter die de termijn niet respecteerde. Om een stipte justitie te bevorderen kan de wetgever deze termijn verkorten naar drie maanden. 2.3 Een digitaliseringsstrategie die bijdraagt tot meer stiptheid De diagnose en de remedie 69. De roep om een elektronisch dossier klinkt reeds geruime tijd erg luid. Het Phenix-project moest justitie met een big bang naar de 21ste eeuw brengen, maar de realiteit heeft uitgewezen dat dit geen sinecure is. De omslag naar digitaal werken vraagt immers een belangrijke gedragswijziging en een cultuuromslag van de gebruikers. Het belang van changemanagement mag daarbij niet worden onderschat. De ervaring heeft geleerd dat het beter is stap voor stap te werk te gaan om reële voortgang te boeken. Voorlopers vinden vaak dat het te traag gaat, maar het grote peloton, alhoewel al lang vragende partij, is soms nog verrast. 70. Van de informatisering van het gerechtelijk apparaat mag terecht worden verwacht dat ze een vlotter verloop van de rechtsgang realiseert en zo bijdraagt tot een stiptere justitie. Hiervoor is evenwel een dubbele inspanning vereist: de aanpassing van het wettelijke kader en de technische realisatie van een elektronisch platform. Beiden moeten zoveel als mogelijk simultaan gebeuren.

32 Voor een aantal specifieke procedures of onderdelen ervan werd reeds een juridische basis tot stand gebracht (elektronische betekening, elektronische faillissementsprocedure, de geïnformatiseerde opsporing van ondernemingen in moeilijkheden, het elektronisch dossierbeheer inzake handelsonderzoek, ) of is de voorbereiding ervan lopende (digitaal platform collectieve schuldenregeling, digitaal dossier bewindvoering, digitaal verzoekschrift, digitale databank vonnissen en arresten, ). Bijlage D geeft een overzicht van de verschillende digitaliseringsprojecten en hun concrete werking alsook meer informatie betreffende de technische uitrol van enkele projecten op het terrein. 72. Wie de volledige digitalisering binnen Justitie - een digitaal dossier, een digitale keten en kwaliteitsvolle databanken - wil realiseren, moet een juiste analyse maken van de oorzaken van de op heden te beperkte digitalisering van de rechterlijke orde. Dit is niet zozeer van belang om verantwoordelijken aan te duiden, doch om de juiste bijsturingen te doen en een doelgerichte digitaliseringsstrategie te ontwikkelen. De belangrijkste redenen waarom de digitalisering van de werking van de rechterlijke orde in het verleden heeft gefaald, zijn de volgende: - het particularisme van de verschillende werkmethoden in de verschillende rechtbanken en parketten. Het besef dat nationaal werkende ICT systemen in grote mate gestandaardiseerde werkmethoden vragen, was aanvankelijk niet aanwezig en groeit slechts langzaam. Het gegeven dat elke rechtbank een eigen aparte dossier- en procedureapplicatie heeft, alhoewel de procedure generiek beschreven is in het gerechtelijk wetboek, is daar een uiting van. Onvoldoende kennis van het probleem, onvoldoende communicatie en weerstand ten opzichte van verandering hebben ervoor gezorgd dat een verouderde, niet-efficiënte en verschillende manier van werken is blijven bestaan. De werkmethoden verschillen bovendien niet enkel tussen de verschillende types van rechtbanken, maar ook binnen eenzelfde type rechtbank tussen de arrondissementen onderling. De diversiteit aan werkmethoden moet via een best-practice aanpak leiden tot de implementatie van de beste werkprocessen in alle rechtbanken. - een gebrek aan volgehouden ICT-strategie: vele projecten werden opgestart maar nooit afgewerkt. Als ze op een bepaalde plaats succesvol werden gerealiseerd, werden ze niet overal uitgerold. Ook een steeds wisselend leiderschap op het niveau van de stafdienst ICT heeft te vaak tot een nieuwe aanpak geleid, waardoor eerdere inspanningen niet konden worden verzilverd. - een gebrek aan organisatie aan de kant van de gebruikers voor wie de ICT wordt ontwikkeld. De rechterlijke orde slaagt er niet steeds in om voor de stafdienst ICT een stabiele gesprekspartner te zijn die de gebruikers vertegenwoordigt. De gesprekspartners krijgen onvoldoende vertegenwoordigingsmandaat waardoor beslissingsprocessen eindeloos aanslepen. Bovendien is de grootste gebruikersgroep, het griffie- en parketpersoneel ondervertegenwoordigd. Wie als nationale gebruikersvertegenwoordiger optreedt, beperkt zijn inzet al te vaak tot de realisatie van een project in zijn eigen bevoegdheidsomschrijving en verliest daarna soms zijn interesse om dit te brengen tot bij eenieder die er nood aan heeft.

33 33 - een gebrek aan change management. De opwaardering van werkprocessen naar best practices, de modernisering van de gerechtelijke procedures en de omslag van een papieren omgeving naar een digitale wereld vergt een cultuur van verandering. De leidinggevenden binnen de organisatie hebben onvoldoende ingezet op een sterk change management, d.i. op communicatie, coaching, ondersteuning, vorming naar nieuwe taken, leiderschap in verandering, enz. - een gebrek aan vorming van wie actief is binnen de rechterlijke orde. Dit gebrek aan vorming is er niet enkel voor ICT-kennis en de kennis van de basis-ict-toepassingen, maar ook voor de kennis van de inhoudelijke taken. Dat dit gebrek aan vorming sterker tot uiting komt bij de minst geschoolde profielen, weegt des te zwaarder door op de goede werking en de capaciteit om tot verandering te komen. Het Instituut voor de Gerechtelijke Opleiding (IGO) dient daarom haar beleid ter zake bij te sturen. Elkeen die leiding geeft binnen de rechterlijke orde moet op zijn niveau promotor worden van de kennis- en competentiegroei van diegenen voor wie hij verantwoordelijk is. 73. Vaak wordt verwezen naar een te laag investerings- en beheersbudget voor ICT. Paradoxaal genoeg was het budget zelf nooit dé blokkerende factor aangezien de laatste decennia het beschikbare ICT-budget nooit volledig werd besteed. Uiteraard zal, naarmate de ICT-infrastructuur wordt uitgerold, het ICT-budget in de toekomst stelselmatig moeten worden verhoogd. Dit is evenwel niet problematisch gezien van het positieve hefboomeffect dat de digitalisering heeft op de andere kosten van Justitie. 74. Wat betreft de technologie om de behoeften van Justitie in te vullen, is het zo dat deze vandaag al bestaat. De noodzakelijke digitale instrumenten voor een efficiënt administratief beheer zijn bestaande technologie en worden reeds met succes geïmplementeerd in andere werkomgevingen. Ze vormen de fundering waarop het gebruik van de opkomende artificiële intelligentie (big data en algoritmes) moet worden gebouwd. Met een slimme aanpak en gebruik makend van de wet van de remmende voorsprong moet de rechtbank van de toekomst erin slagen om de achterstand uit het verleden weg te werken en zich om te vormen tot een state of the art gedigitaliseerde organisatie. 75. Om tot een state of the art gedigitaliseerde rechtbank van de toekomst te komen, is een big bang aanpak, zoals in het verleden werd geprobeerd, onrealistisch en niet haalbaar op het terrein. Een aangepaste strategie die rekening houdt met de huidige complexe toestand op het vlak van informatica en werkmethoden is daartoe meer aangewezen. Een consequente toepassing ervan moet leiden tot een coherente aanpak waarbij standaardisering, schaalvoordeel en technologische vernieuwing voorop staan. In deze strategie staan de volgende krachtlijnen centraal: - maximaal streven naar nationaal gecentraliseerde systemen - overgang van opslag van informatie in de vorm van literaire teksten naar opslag van informatie in dataformats

34 34 - omschakeling van point-to-point-communicatie doorheen een spaghettiknoop van communicatielijnen naar centrale datasystemen die intelligent kunnen worden geëxploiteerd en, indien nodig, push- of pull kunnen communiceren en informatie aanpassen aan het profiel van de bestemmeling - opwaardering en verrijking van de informatie aan de bron - opbouw van authentieke bronnen - opbouw van ketensystemen die de gerechtelijke procedures doorheen de verschillende fases ondersteunen maar ook de link leggen met de instanties buiten de rechtbank van de toekomst, zowel binnen als buiten Justitie - transparantie voor alle actoren betrokken bij procedures of dossiers door middel van een digitaal dossier - aanpassing van de bestaande werkmethoden naar werkmethoden die passen in een digitale omgeving 76. Een volgehouden digitaliseringsstrategie moet leiden tot de creatie van een digitaal dossier, een digitale keten en kwaliteitsvolle databanken. Deze drie elementen staan centraal in de uitbouw van een rechtbank van de toekomst Naar een digitaal dossier, een digitale keten en kwaliteitsvolle databanken Het digitaal dossier 77. In elke stap van de gerechtelijke procedure worden documenten en data geproduceerd die samen het digitaal dossier vormen. Twee voorwaarden moeten worden vervuld om te kunnen spreken van een digitaal dossier. Enerzijds moeten alle documenten die deel uitmaken van het papieren dossier, elektronisch voorhanden zijn zodat ze kunnen worden geraadpleegd door eenieder die er toegang toe heeft.

35 35 Anderzijds moet er een applicatie zijn die toelaat het dossier op elektronische wijze te beheren en vooral ook zoveel als mogelijk in gestandaardiseerde data op te slaan. 78. Tijdens het doorlopen van de procedure worden aan de hand van opeenvolgende ICTapplicaties stappen gezet in wat een digitale keten wordt genoemd. Pas wanneer een schakel in de keten volledig op punt staat, kan deze in verbinding worden gesteld met de volgende. Zo wordt een aaneengesloten keten van digitale applicaties aan elkaar gebreid, waardoor de procedure zoveel als mogelijk digitaal kan worden afgehandeld. 79. Een onderscheid moet worden gemaakt tussen de algemene applicaties die in de gewone gerechtelijke procedure kunnen worden toegepast en de specifieke applicaties die voortvloeien uit bijzondere wetgeving (bv. collectieve schuldenregeling, insolventie, ) die de afhandeling van een bijzondere procedure tot voorwerp hebben (omwille van hun specificiteit). De afgelopen jaren werden heel wat informatiseringsstappen gezet die bijdragen tot het tot stand komen van een elektronisch dossier, zowel in straf- als in burgerlijke dossiers. De bedoeling is om uiteindelijk te komen tot een volledig gedigitaliseerde strafrechtelijke en burgerrechtelijke keten vanaf het ontstaan van een document of informatie tot aan de laatste raadpleger in de keten. En dit zonder een tussenstap via een papieren drager. Op die manier kan een einde worden gesteld aan omslachtige en administratief vertragende activiteiten. Documenten en informatie zullen maximaal digital native zijn waardoor ze ook digitaal doorgegeven, verwerkt en geraadpleegd kunnen worden Burgerlijke keten 80. De burgerlijke keten, waarvan het de bedoeling is dat elk dossier in maximaal 1 jaar per aanleg wordt doorlopen, start met de akte van rechtsingang (de dagvaarding of het verzoekschrift). De rechtsingang zal door de advocaat, de gerechtsdeurwaarder of in uitzonderlijke gevallen de notaris digitaal en beveiligd worden opgestart via het centraal platform van zijn beroepsgroep en door gebruik te maken van de applicaties e-betekening of e-verzoekschrift. Beide applicaties worden in meer detail toegelicht als bijlage D (randnummers 247 tot 253). Zoals hoger aangegeven zal ook de burger of de onderneming zelf via de portaalsite Just-on-Web, toegelicht als bijlage D (randnummers 235 tot 240) de rechtsingang kunnen initiëren. Indien de burger dit wenst kan hij zich, zoals besproken in het hoofdstuk over de fysieke en digitale nabijheid, ook begeven naar de dichtstbijzijnde griffie en er gebruik maken van de kioskfaciliteiten om digitaal zijn procedure op te starten. 81. Door de digitale opstart zal het dossier automatisch worden gecreëerd in MaCH, de dossierbeheerapplicatie van de griffies. Deze dossierbeheerapplicatie wordt momenteel reeds in verschillende rechtbanken gebruikt en zal in de nabije toekomst in verschillende andere rechtbanken worden uitgerold. De uitrol van MaCH is een noodzakelijke tussenstap om tot uniformisering en standaardisering van de werkprocessen van de rechtbanken te komen. Eens overal uitgerold, opent MaCH het pad naar de applicatie van de volgende generatie. Het concrete uitrolschema en meer gedetailleerde informatie over de werking van de applicatie is terug te vinden als bijlage D (randnummers 265 tot 269). Het verder neerleggen van conclusies en dossierstukken in het digitaal

36 36 dossier op de griffies zal voor alle voormelde actoren op dezelfde manier kunnen gebeuren door gebruik te maken van de applicatie e-deposit die eveneens als bijlage D (randnummers 254 tot 256) in meer detail aan bod komt. 82. Doordat zowel de juridische beroepsbeoefenaars als de burger die een procedure opstart over een elektronische brievenbus, de e-box, zullen beschikken, is het mogelijk om alle documenten (oproepingsbrieven, beschikkingen, vonnissen, dagvaardingen, enz. ) op elektronische wijze aan hen te bezorgen. Als bijlage D (randnummers 257 tot 259) wordt het toepassingsgebied van de e-box meer in detail omschreven. 83. Wanneer de zitting heeft plaatsgehad, wordt het vonnis in digitale vorm opgemaakt en, dankzij de applicatie VAJA (databank van vonnissen en arresten), opgeslagen en ondertekend. Van het vonnis wordt een digitale expeditie gemaakt die elektronisch naar het elektronisch adres van de partij of vertegenwoordiger van de partij wordt verzonden. Daarenboven worden alle instanties (bv. de FOD Financiën) automatisch verwittigd van het feit dat het vonnis werd geveld. Deze kennisgeving gebeurt hetzij door een link naar de databank van vonnissen en arresten, hetzij door een databulletin met de voor de betrokken partner relevante informatie. Meer over de databank VAJA is te lezen als bijlage D (randnummers 275 tot 276). 84. De partijen of hun vertegenwoordigers kunnen via het geëigende kanaal (het platform van hun beroepsgroep of Just-on-Web ) steeds inzage hebben in hun dossier in elke fase van de burgerlijke keten. 85. In burgerlijke zaken is de uitvoering meestal de verantwoordelijkheid van de partij die in het gelijk werd gesteld. Dit kan door de verliezende partij uit te nodigen om vrijwillig de uitspraak na te leven en uit te voeren, dan wel via de gedwongen uitvoering. 86. Een snelle en eenvoudige terbeschikkingstelling van het afschrift van het vonnis en de afrekening van de gerechtskosten aan de partijen, uiterlijk binnen de vijf dagen na de uitspraak, is een eerste stap in de richting van meer stiptheid. 87. Ook de digitalisering zal het, zowel voor het Openbaar Ministerie als voor de Zetel, mogelijk maken om toe te zien op een stiptere en rechtvaardigere uitvoering van de vonnissen. Zij zullen immers kunnen beschikken over veel meer en rijkere informatie omtrent het gevolg dat aan de uitspraken wordt gegeven. De vrederechters en hun griffiers zullen bijvoorbeeld toegang hebben tot de informatie in het digitaal register voor de collectieve schuldenregeling of voor de bewindvoeringen. Meer details hierover zijn te vinden als bijlage D (randnummers en ). Via rapportering zullen zij snel een zicht hebben op de stand van zaken van alle dossiers die onder hun bevoegdheid vallen. Hun rol, die vandaag nog vaak passief en reactief, is omdat zij vooral afhankelijk zijn van vragen of klachten, wordt op die manier actief en proactief. 88. Klachten die burgers hebben omtrent de niet-stipte of niet-correcte uitvoering van de gerechtelijke mandaten door bijvoorbeeld bewindvoerders of schuldbemiddelaars, kunnen zo worden

37 37 vermeden. Hetzelfde geldt voor de opvolging van de uitvoering van gerechtelijke opdrachten door experten, door curatoren bij de afhandeling van faillissementen of onbeheerde boedels, door notarissen bij onroerende beslagprocedures, vereffening-verdelingen van echtscheidingen, onverdeeldheden of nalatenschappen.

38 38 Figuur. Schematisch overzicht burgerlijke keten

39 Strafrechtelijke keten 89. De digitale strafrechtsketen heeft heel wat gelijkenissen met de burgerlijke keten, maar kent ook belangrijke verschillen. In de strafprocedure treden andere actoren op met een verschillende rol: - het Openbaar Ministerie treedt bij opsporingsonderzoeken (95 %) als enige geding-inleidendepartij op via dagvaarding. Bij gerechtelijke onderzoeken (5 %) verwijst de raadkamer op eindvordering van het OM; - de gerechtsdeurwaarders, advocaten en partijen blijven belangrijke actoren in de procedure. Zij zullen de procedure volgen en erin tussenkomen als verdediging of burgerlijke partij. Het feit dat dit voortaan ook via de digitale kanalen, die voor de burgerlijke procedure werden ontwikkeld, kan gebeuren, maakt dat we ook in de strafrechtsketen over een maximaal gedigitaliseerde procedure kunnen beschikken. 90. Het e-betekeningsplatform, dat momenteel in pilootfase is, laat het Openbaar Ministerie toe om via één digitaal kanaal haar dagvaardingen over te maken. Dit betekent een belangrijke werklastvermindering en versnelling van de dossiers. Bovendien brengt het platform een uniek en door alle partijen consulteerbaar digitaal betekeningsdossier tot stand. Meer concrete informatie betreffende het e-betekeningsplatform is terug te vinden als bijlage D (randnummers 248 tot 253). 91. De procedure ten gronde wordt steeds voorafgegaan door een vooronderzoek en het samenstellen van het strafdossier. De digitalisering van deze fase, opgenomen in het hieronder staande schema is evenzeer belangrijk om tot een stipte, d.i. een tijdig afgewerkte procedure te komen.

40 40

41 Het strafdossier wordt opgestart door een proces-verbaal van de politie of een inspectiedienst (sociale inspectie, voedselveiligheid, economische inspectie, milieu-inspectie, ). De recente creatie van een databank die alle processen-verbaal van de politie bevat, was tot dan toe de belangrijkste ontbrekende schakel voor de realisatie van het elektronisch strafdossier. Dit dossier is immers voor 80 procent samengesteld uit de processen-verbaal van de politie. Door deze e-pv databank, die als bijlage D (randnummers 241 tot 246) wordt toegelicht, wordt het Openbaar Ministerie geïnformeerd over de processen-verbaal die de politie opmaakt. Het Openbaar Ministerie kan dan in diezelfde databank aangeven welk gevolg (seponering of vervolging) het eraan geeft. Hetzelfde zal gebeuren voor het bestaande e-pv platform van de eerder vermelde inspectiediensten. Hierdoor wordt de communicatie tussen het Openbaar Ministerie en de politie- en inspectiediensten aanzienlijk versneld. 93. Indien het Openbaar Ministerie een dossier opstart kan het dit proces-verbaal digitaal elektronisch overdragen naar het digitale strafdossier. De dossierbeheerapplicatie MaCH zal de informatie opslaan en de documenten bewaren. Aan dit dossier kunnen het Openbaar Ministerie en de onderzoeksrechter ook de door hen digitaal opgestelde documenten verder toevoegen. 94. Via de Justscan-applicatie die toelaat om papieren documenten te digitaliseren, kunnen ook nog andere documenten zoals bijvoorbeeld deskundigenverslagen aan het digitaal strafdossier worden toegevoegd. Hoe deze applicatie concreet werkt is terug te vinden als bijlage D (randnummers 270 tot 272). Dankzij de Consult-online applicatie die reeds op verschillende locaties werkt, kunnen de betrokken partijen, zelfs aangehoudenen vanuit de gevangenis, het strafdossier digitaal raadplegen. Bijlage D (randnummers 273 tot 274) bevat meer informatie over deze Consult-online applicatie. Ook de advocaten kunnen mits het bekomen van de nodige toelatingen via een aangepast toegangsbeheer het strafdossier raadplegen. Hiervoor zal opnieuw het daartoe voorziene centraal platform van de advocaten of Just-on-Web als toegangspoort dienen. 95. De inspanningen die sinds het begin van de legislatuur werden geleverd door externe partners (de juridische beroepen, de penitentiaire administratie, politie- en inspectiediensten, enz.) om centrale platformen voor zichzelf en/of hun beroepsbeoefenaars of medewerkers tot stand te brengen, mogen niet worden onderschat. De samenstelling van het digitaal dossier en de digitale keten vertrekt en eindigt immers in vele gevallen bij partners buiten de rechterlijk orde. Dankzij een rechtstreekse verbinding met de voormelde ICT-platformen van Justitie, is een wederzijdse beveiligde digitale communicatie mogelijk geworden. 96. In strafzaken draagt de rechterlijke orde, meer nog dan in burgerlijke zaken, verantwoordelijkheid over de uitvoering van de vonnissen en arresten. Het Openbaar Ministerie en de strafuitvoeringsrechtbanken staan in belangrijke mate in voor de uitvoering van de opgelegde straffen. Zij dragen deze verantwoordelijkheid echter niet alleen. De FOD justitie is bijvoorbeeld verantwoordelijk voor het beheer van het gevangeniswezen en de uitvoering van de vrijheidsstraffen. De gemeenschappen zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van alternatieve straffen en de begeleiding van de strafuitvoeringsmodaliteiten zoals de voorwaardelijke invrijheidsstelling en het elektronisch

42 42 toezicht. De FOD Financiën is verantwoordelijk voor de uitvoering van de financiële straffen (penale boetes, verbeurdverklaring). 97. Opdat het Openbaar Ministerie kan waken over de goede uitvoering van de strafvonnissen, is er nood aan een nieuw instrument. Daarom besliste de regering in de bijzondere themaministerraad veiligheid van 14 mei 2017 tot de oprichting van een centraal strafuitvoeringsregister. Deze databank zal worden opgebouwd vanuit het centraal strafregister. Naast de uitgesproken straffen (de identiteit van de veroordeelde, de referentie van de uitspraak, de uitgesproken straf en het artikel op basis waarvan iemand werd veroordeeld), zal de databank alle informatie bevatten over de concrete uitvoering van elke straf: de eventuele bijkomende opgelegde voorwaarden, de duur en het einde van de proeftijd, de stand van zaken i.v.m. de uitvoering van elk onderdeel van de straf, de eventuele strafrechtelijke minnelijke schikkingen, de beroepsverboden, de omgangsverboden, de uitvoering van de schadeloosstelling van de slachtoffers, enz. Deze databank moet alle nuttige informatie, of de verwijzing ernaar, bevatten vanaf de uitspraak tot en met de volledige uitvoering van de straf. Alle spelers betrokken in de strafuitvoering, in de eerste plaats de strafuitvoeringsrechtbanken, zullen dit register voeden met informatie. 98. Deze databank maakt stipte opvolging haalbaar en kan daardoor straffeloosheid en het gevoel van straffeloosheid tegengaan. Wie bijvoorbeeld zijn werkstraf, elektronisch toezicht of probatie niet of niet gedegen uitvoert en het vonnis dus niet naleeft, zal altijd en sneller door een betere gegevensuitwisseling de vervangende straf worden opgelegd. De databank zal ook toelaten om een volledige toegang tot informatie te hebben met betrekking tot de nog niet betaalde penale boetes en verbeurdverklaringen (samenwerking tussen bv. de FOD Financiën en het Openbaar Ministerie). 99. Ook het toezicht op de naleving van de voorwaarden opgelegd aan personen die geheel of gedeeltelijk in vrijheid worden gesteld, zal aan de hand van het centraal strafuitvoeringsregister stipter kunnen worden opgevolgd. Omdat over iedere persoon die in vrijheid onder voorwaarden wordt gesteld een digitaal dossier wordt bijgehouden, zal het voor de actoren op het terrein, bijvoorbeeld de politie, makkelijker worden om na te gaan of de betrokkene zijn voorwaarden daadwerkelijk naleeft. Dit is overigens niet alleen belangrijk bij de uitvoering van opgelegde straffen, maar ook bij invrijheidsstellingen onder voorwaarden in het kader van de voorlopige hechtenis. Omwille van het grote maatschappelijke belang van correct toezicht op de naleving van de voorwaarden, wordt dit onderdeel van het strafuitvoeringsregister prioritair uitgevoerd zodat het al begin 2018 operationeel wordt. Op die manier zullen de parketten en de politiediensten over de noodzakelijke online informatie kunnen beschikken. Technisch wordt deze databank ingebed in Sidis Suite, de applicatie die de griffiedossiers van het gevangeniswezen beheert. Deze applicatie bevat immers reeds de dossiers van de meeste personen die in vrijheid onder voorwaarden zijn gesteld en is technisch in staat om het toegangsbeheer tot die informatie te controleren met respect voor de regels inzake privacy. Om een wettelijke basis te creëren voor deze eerste stap naar het centraal strafuitvoeringsregister en de conformiteit met de wetgeving inzake privacy, wordt vóór het einde van 2017 het Sidis Suite-wetsvoorstel ter stemming voorgelegd aan het Parlement. Meer details over het centraal strafuitvoeringsregister zijn te vinden als bijlage D (randnummers ).

43 Tot slot is het Openbaar Ministerie ook verantwoordelijk voor de afhandeling van de in beslag genomen en verbeurd verklaarde goederen. Ook dit is een aspect van stipte uitvoering van vonnissen. Eens de uitspraak van de rechter definitief is geworden, moet het Centraal Orgaan voor de Inbeslagneming en de Verbeurdverklaring (COIV), dat onder de verantwoordelijkheid van het Openbaar Ministerie valt, zo mogelijk binnen de maand in staat zijn om hetzij de goederen aan de Belgische Staat over te maken ingeval van verbeurdverklaring, hetzij ze terug te geven aan de burgers of ondernemingen wiens goederen in beslag werden genomen indien de rechter in fine daartoe beslist. Ook de griffies spelen een belangrijke rol in de snellere afhandeling. Meer info over de problematiek van de teruggave van inbeslaggenomen stukken is te vinden als bijlage A (randnummers 216 tot 220) Business intelligence en artificiële intelligentie 101. Een efficiënter beheer en inzet van de menselijke en logistieke middelen binnen de rechterlijke orde is slechts mogelijk wanneer objectief cijfermateriaal voorhanden is dat toelaat om de verdeling van de werklast en de instroom van complexe dossiers te monitoren. Digitalisering moet ertoe leiden dat, zonder bijkomende werklast, real time cijferinformatie kan worden verzameld, verwerkt en geïnterpreteerd Daar de digitale dossiers, de digitale ketens en de databanken steeds verder worden uitgerold en de nodige cijferinformatie aanleveren, kan de operationalisering van het strategisch plan inzake Business Intelligence voor Justitie worden opgestart.

44 Het digitaal ontsluiten van het cijfermateriaal van Justitie vormt ook de basis voor de invoering van artificiële intelligentie in de werking van Justitie in het algemeen en de rechterlijke orde in het bijzonder. Het gebruik van artificiële intelligentie in een juridische omgeving is nog nieuw maar zal in de komende jaren wereldwijd een snelle en grote ingang kennen. Het is daarom, in het licht van de creatie van de rechtbank van de toekomst, van groot belang dat dit nieuwe digitaliseringsmomentum niet wordt gemist Een aantal projecten waarbij gebruik wordt gemaakt van artificiële intelligentie zijn reeds in opstart. Zo is er bijvoorbeeld de ontwikkeling van een bestand met als basisdata de rechtspraak van België waar artificiële intelligentie op kan worden geënt. Een dergelijk project kan leiden tot een nationaal meer gelijklopende rechtspraak en strafmaat. Vandaag hanteert de rechtspraak reeds referentiekaders bij het toekennen van opzeggingsvergoedingen, het uitspreken van veroordelingen (bv. omzendbrief verkeersboetes), het toekennen van schadevergoedingen, enz. Deze referentiekaders worden echter slechts occasioneel aangepast aan de evolutie van de samenleving en blijven in grote mate statisch. Ze zijn ook niet altijd voldoende feitelijk onderbouwd. Er blijft een grote diversiteit tussen de verschillende uitspraken van de rechtbanken bestaan. Omdat alle vonnissen en arresten digitaal beschikbaar worden in een centrale databank, wordt het in de toekomst mogelijk een voorstel van uitspraak te bekomen dat zich rechtvaardig verhoudt tot de uitspraken in andere gelijkaardige zaken. Dit voorstel komt tot stand door de inzet van een applicatie die aan de hand van algoritmes en een intelligente lezing van eerdere uitspraken, voortdurend de referentiekaders aanpast. De rechter zal hierdoor over meer kwalitatieve informatie kunnen beschikken om een uitspraak te doen. Meer aandacht kan dan gaan naar een laatste eventueel corrigerende menselijke tussenkomst die rekening houdt met bijzondere aspecten van het voorliggende dossier. Dit laat ruimte om stiptheid en rechtvaardigheid te combineren met creatieve rechtsvinding Niet alleen in de procedure voor de rechtbank maar ook in het strafonderzoek, zowel het opsporings- als gerechtelijk onderzoek, is een hoge en dringende nood aan meer zoek- en analysecapaciteit. De inzet van nieuwe en performantere digitale middelen, artificiële intelligentie en big data, zal toelaten met veel grotere efficiëntie en doelgericht misdaad op te sporen, een dossier op te bouwen en daders te vervolgen. Een stiptere aanpak leidt ook hier tot meer rechtvaardigheid. 2.4 Efficiënte inzet van de magistraten en het personeel zodat er voldoende zijn in functie van het werk 106. Een nabije, stipte en dus rechtvaardigere Justitie is slechts mogelijk door een zo optimaal mogelijke inzet van magistraten en gerechtspersoneel. Het zijn immers de magistraten en het gerechtspersoneel die een dossier op een correcte en tijdige wijze moeten afhandelen. Dankzij de beschikbaar wordende cijferinformatie is een meer dynamische en proactieve inzet mogelijk. Ook een aanpassing van het statuut zal een modernere allocatie toelaten.

45 Verdeling van werk en middelen over de hoven en rechtbanken 107. Het maximum aantal magistraten en gerechtspersoneel in een hof, rechtbank of parket wordt vooralsnog vastgesteld bij wet of koninklijk besluit, de zogenaamde wettelijke kaders. Die wettelijke kaders zijn destijds bepaald op grond van de door de wetgever op dat specifieke moment ingeschatte behoeften. De kaders vertalen m.a.w. de vermoedelijke werklast in de rechtscolleges zonder dat een precieze verantwoording hieraan ten grondslag ligt. Omdat de kaders op een welbepaald moment zijn vastgelegd, is het daarna nodig gebleken om ze af en toe aan te passen, lees: uit te breiden. Maar ondanks die aanpassingen moet vandaag worden vastgesteld dat de kaders geenszins in verhouding staan tot de inkomende zaken tussen de verschillende rechtscolleges. Het spreekt vanzelf dat de inkomende zaken een zeer onvolmaakte weergave zijn van de effectieve werklast omdat ze tussen verschillende types rechtbanken en hoven niet zonder meer vergelijkbaar zijn (zie randnummer 125) Maar ook tussen de rechtbanken van eenzelfde type onderling zijn de kaders onevenredig verdeeld. Zo blijkt uit de statistieken van inkomende zaken die in de hierna volgende tabellen worden weergegeven. Dit verstoort de werking van de rechtbanken. Het kan verklaren waarom bepaalde jurisdicties, ondanks een 100 % kaderinvulling, een zeer lange doorlooptijd hebben, al kunnen ook andere factoren spelen. Tabel 1: aantal inkomende zaken (input) en de kaders van de rechtbanken van eerste aanleg en koophandel, de hoven van beroep en de arbeidsrechtbanken en hoven REA+K H Antwerpen Brussel/BXL Gent Liège Mons België Kader Input Kader Input Kader Input Kader Input Kader Input Kader Input HVB ARB AH Bron kerncijfers van de gerechtelijke activiteit : Cijfers van rechtbank van eerste aanleg: zonder jeugdzaken (protectioneel), kort geding en zaken bij de Raadkamer en onderzoeksrechters. Cijfers hof van beroep: zonder zaken bij de Kamer van Inbeschuldigingstelling.

46 46 Tabel 2: gemiddelde instroom ( ) wettelijk kader voor de arbeidsrechtbanken en Rechtbanken van koophandel Arbeidsrechtbanken Rechtbanken van koophandel gemiddelde instroom 5 Kader gemiddelde instroom 6 Kader Antwerpen Brussel Leuven Nijvel Gent Eupen Luik Bergen Tabel 3: gemiddelde instroom wettelijk kader bij de hoven 7 Hoven van beroep Arbeidshoven Gemiddelde instroom Kader Gemiddelde instroom Kader Antwerpen Brussel Gent Luik Bergen Sociale zaken en collectieve schuldenregeling. 6 Algemene rol. 7 Gemiddelde over de periode (bron: kerncijfers van de gerechtelijke activiteiten).

47 Verder verschuift ook vaak de werklast bij en tussen de verschillende types van rechtbanken, terwijl de kaders niet bewegen. Deze verschuivingen kunnen zowel het gevolg zijn van maatschappelijke evoluties, van een wetgevend ingrijpen, of van de verplaatsing van het werk van één type rechtbank naar een ander. Zo werden familierechtelijke dossiers geconcentreerd bij de nieuw opgerichte familierechtbank Een ander voorbeeld is de invordering van onbetwiste geldschulden bij de rechtbanken van koophandel. Met de wet van 26 maart 2014 op de natuurlijke rechter werden vanaf 1 juli van dat jaar bevoegdheden overgeheveld naar de rechtbank van koophandel, onder meer vanuit de vredegerechten waardoor het aantal nieuwe zaken vanaf 2014 fors steeg In 2016 trad met de wet van 19 oktober 2015 houdende wijziging van het burgerlijk procesrecht en houdende diverse bepalingen inzake justitie de nieuwe regeling voor onbetwiste schuldvorderingen in werking. Daardoor zakte de instroom weer naar een niveau dat vergelijkbaar is van het niveau Tabel 4: evolutie per ressort en per jaar van het aantal nieuwe zaken invordering onbetwiste geldschulden bij de rechtbanken van koophandel * Antwerpen Brussel Gent Henegouwen Luik Cijfers voor 2017 zijn gebaseerd op een extrapolatie (x1,5 van de reeds beschikbare cijfers van januari - augustus).

48 Onderstaande grafiek toont de evolutie van de procedures inzake onbetwiste schuldvorderingen via het CROS-platform. Het CROS-platform wordt in meer detail toegelicht als bijlage D (randnummers 306 tot 308). Tabel 5: evolutie van de procedures inzake onbetwiste schuldvorderingen via het CROSplatform Jul-16 Aug-16 Sep-16 Oct-16 Nov-16 Dec-16 Jan-17 Feb-17 Mar-17 Apr-17 May-17 Jun-17 Jul-17 Aug-17 CROS Een laatste vaststelling is dat sedert 2010 het aantal nieuwe zaken dat binnenkomt bij de rechtbanken afneemt. Dit blijkt uit het bijzonder onderzoek dat de Hoge Raad voor Justitie in 2016 heeft afgerond bij de hoven van beroep en uit cijfers van burgerlijke, correctionele en jeugdzaken die zijn gepubliceerd door het College van hoven en rechtbanken. De afname bedraagt ten minste 10 %. Daarvoor kunnen diverse redenen worden aangehaald. De cijfers variëren wel enigszins tussen de rechtbanken, maar ze tonen niettemin een duidelijke evolutie aan.

49 49 Tabel 6: evolutie inkomende zaken sinds 2010 bij de hoven van beroep (burgerlijke, correctionele en jeugdzaken) (in absolute cijfers) Ressort Antwerpen Brussel Gent Luik Bergen België De daling van het aantal inkomende zaken moet evenwel genuanceerd worden bekeken naargelang het gaat om werklastvermindering of maatschappelijke meerwaarde. Louter vanuit het oogpunt van werklastvermindering is het een positief gegeven omdat het toestaat achterstand - als die er al is - in te lopen. De doorlooptijd van een zaak wordt daardoor korter, wat leidt tot een stiptere en dus rechtvaardigere justitie. Huidige doorlooptijden bij de hoven van beroep zijn de volgende (bron: College van de hoven en rechtbanken) Tabel 7: doorlooptijd van burgerlijk zaken in de hoven van beroep (bron College van de hoven en rechtbanken) Ressort Gemiddelde duur output Mediane duur Output Antwerpen Brussel Gent Luik Bergen België Als de instroom afneemt door alternatieve manieren van conflictoplossing of het niet-voeren van overbodige procedures is dit maatschappelijk gezien ook positief. Er blijken dan immers betere oplossingen te bestaan dan de klassieke gerechtelijke procedure. Het doen dalen van de instroom van zaken die niet voor een rechtbank hoeven te komen, is een ander middel in een strategie naar meer efficiëntie Indien en in de mate waarin de vermindering van het aantal procedures het gevolg is van een minder democratische toegang tot justitie, wegens complexiteit, kostprijs, opstartkost, psychologische drempel, enz., dan is dit een maatschappelijk negatieve trend. Er moet daarom maximaal worden ingezet op het wegnemen van de negatieve oorzaken van de daling.

50 Het dalen van het aantal zaken is dus geen doel op zich. Het dalen van de doorlooptijd van de zaken, daarentegen, is dat wel Om de output te verhogen, werden in de potpourri-wetten al diverse maatregelen genomen. Zo is bijvoorbeeld in potpourri I, in burgerlijke zaken, het zetelen met een alleenzetelende raadsheer de standaardregel geworden, daar waar voorheen het arbeidshof en het hof van beroep in de regel met drie raadsheren zetelden. Meer informatie te vinden als bijlage E (randnummers 312 tot 314) Naar een modern dynamisch allocatiemechanisme 119. Zoals in werd aangetoond, kunnen de rigide en wettelijk vastgestelde kaders in een omgeving waarin de werklast constant varieert, geen optimale toebedeling garanderen van de middelen aan de verschillende rechtbanken en parketten. Een dynamisch model dat op gezette tijdstippen de verdeling van de middelen in verhouding tot de werklast opnieuw berekent is daarom noodzakelijk. De statische wettelijke kaders moeten vervangen worden door dynamische personeelsenveloppes. De beschikbaar gestelde personeelsenveloppes moeten, overeenkomstig de werkelijke werklast, op basis van een permanente monitoring, systematisch worden aangepast aan de instroom van zaken. Bovendien moeten ze ook een betere uitstroom van zaken stimuleren. Het spreekt voor zich dat daarbij de verschillende types van zaken moeten worden gewogen in functie van hun gemiddelde werklast Een dergelijke dynamische allocatie bestaat niet langer uit door de wetgever bepaalde kaders, uitgedrukt in functies per individuele entiteit, maar vertrekt van een door de wetgever bepaald budget voor de hoven en rechtbanken en het Openbaar Ministerie. Elke entiteit kan, binnen de haar toekomende enveloppe, zelf over het aantal en het soort functies (bv. magistraat, griffier, referendaris) beslissen, zij het met respect voor een nog te bepalen minimum- en maximumgrens (vork) in de verhouding tussen magistratuur en gerechtspersoneel De personeelsenveloppes worden jaarlijks aangepast aan het indexcijfer van de consumptieprijzen en de reële groei van het bruto nationaal product. Uiteraard kan het bedrag steeds worden aangepast door de wetgevende macht indien de opdracht van de hoven en rechtbanken of het Openbaar Ministerie om andere redenen dan inflatie en groei veranderen ( rebus sic stantibus clausula ) Het budget dat de zetel (alle hoven en rechtbanken), respectievelijk het Openbaar Ministerie ontvangen, wordt vervolgens verdeeld aan de hand van een dynamisch allocatiemodel. Dit model houdt niet alleen rekening met de behoeften van de dienst (input), maar ook met andere aspecten zoals de afhandelingstermijn. Het streeft daarbij ook naar een evenwicht tussen de werklast en het geleverde werk, enerzijds, en de behoefte aan stabiliteit en continuïteit van elke individuele entiteit, anderzijds Om de rechtscolleges en parketten middelen toe te kennen overeenkomstig hun aandeel in de werklast, moet rekening worden gehouden met de instroom van nieuwe zaken die de rechtbank of het parket te verwerken krijgt (input). Dit criterium zal gelden voor een nog te bepalen percentage van de te verdelen middelen. Aangezien het voor de rechtzoekende niet zozeer van belang is dat zijn zaak

51 51 aanhangig is gemaakt, maar wel dat er een definitieve oplossing voor zijn geschil komt binnen een redelijk termijn, en dit op een kwaliteitsvolle manier, moet ook rekening worden gehouden met de output. Daarom moet ook het criterium van de uitstroom (definitief afgehandelde zaken) de nodige incentives inbouwen (output). De rechtscolleges en de parketten ontvangen aldus een nog te bepalen deel van de middelen overeenkomstig hun aandeel in de output Het laatste deel van middelen wordt toegekend op basis van socio-economische en demografische criteria die de indicatoren vormen voor de vermoedelijke werklast. Dit criterium biedt de rechtscolleges en parketten een robuuste sokkel die een stabiele werkomgeving voor de magistraten en het gerechtspersoneel, én een goede dienstverlening aan de rechtzoekende, waarborgt Bij een verdeling volgens input en output moet er uiteraard rekening mee worden gehouden dat rechtbanken en parketten verschillende types van zaken behandelen. Men kan zich indenken dat een doorsnee verstekvonnis niet dezelfde werklast met zich meebrengt als bijvoorbeeld een fiscale zaak met internationale vertakkingen. Het Openbaar Ministerie kent ook verschillende vormen van output, gaande van seponering tot doorverwijzing naar een vonnisgerecht en de daaropvolgende strafvordering. Daarom kunnen verschillende types van zaken, voor zowel input als output, niet één op één worden geteld. Input en output moeten worden gewogen overeenkomstig een forfaitaire en benaderende schatting van de werklast die er redelijkerwijs aan beantwoordt Omdat het allocatiemechanisme dynamisch is, kan het uiteraard aanleiding geven tot een herverdeling en dus een verschuiving van de middelen ten opzichte van een vorige periode. Die verschuivingen worden hoe dan ook gedempt. In de eerste plaats gaat er een dempende werking uit van de sokkel. Daarnaast worden jaarlijkse uitschieters in input of output getemperd omdat gewerkt wordt met voortschrijdende gemiddelden over de voorbije drie jaar. Tot slot wordt voorzien in een cliquet-systeem : een daling of een stijging van de middelen tegenover de vorige verdeling zal maar tellen voor de helft. Op deze manier kan stabiliteit in de rechtbanken en parketten worden gewaarborgd, zelfs indien de input of output van een rechtbank in de onderscheiden jaren pieken of dalen vertoont Een veralgemening van de hoofdbenoeming en bijkomende benoeming 127. Een dynamische verdeling van personeelsbudgetten moet noodzakelijk gepaard gaan met een even soepele inzet van de magistraten en personeel. De meeste magistraten zijn vandaag benoemd in een bepaalde rechtbank, hof, parket, auditoraat of parket-generaal zonder bijkomend benoemd te zijn in andere entiteiten Dit is nochtans wel het geval voor de rechters van de rechtbank van eerste aanleg en de parketmagistraten bij eerste aanleg, evenals voor de vrederechters. Naast hun hoofdbenoeming in een rechtbank of parket worden de rechters van en de parketmagistraten bij de rechtbanken van eerste aanleg sinds 2014 bijkomend benoemd in de andere rechtbank(en) of parket(ten) van eerste aanleg binnen het (grotere) rechtsgebied van het hof van beroep. Vrederechters van hun kant worden vandaag benoemd in een vredegerecht op niveau van het kanton en bijkomend in alle andere kantons van het

52 52 arrondissement. Door die subsidiaire, bijkomende benoemingen kunnen de betrokken rechters en vrederechters worden geroepen om te zetelen in andere entiteiten van het ressort, c.q. arrondissement Die mobiliteit moet worden uitgebreid naar alle types van rechtbanken. Rechters zullen daarom in hoofdorde worden benoemd in een welbepaalde rechtbank en bijkomend ook in alle andere rechtbanken van het niveau van eerste aanleg (inclusief koophandel en arbeid) van het ressort. Concreet zou een rechter die in hoofdorde benoemd wordt in de rechtbank van koophandel, subsidiair benoemd worden in de arbeidsrechtbank of rechtbank van eerste aanleg. Hetzelfde geldt voor de raadsheren in het hof van beroep en in het arbeidshof, die telkens bijkomend benoemd worden in het andere hof van het ressort. De benoeming in hoofdorde gebeurt volgens de huidige wettelijke benoemingsprocedure, de subsidiaire benoeming van rechtswege Indien een rechtbank door onvoorziene omstandigheden in de problemen zit (megazaak, onverwacht wegvallen van toegekende personele middelen) en nood heeft aan een tijdelijke versterking kunnen aldus de daar in subsidiaire orde benoemde magistraten via een tijdelijke mobiliteit, voor de duur van de noodsituatie, gevraagd worden om hun collega s daar bij te staan, zonder dat daar formeel de instemming voor moet worden gevraagd. Uiteraard kan de betrokkene beroep doen op de bestaande procedures als waarborg tegen een verborgen tuchtstraf of onredelijke mobiliteit Indien er door gewijzigde omstandigheden (veranderde wetgeving, socio-economische redenen enz.) of als gevolg van de uitrol van het allocatiemodel een structurele verschuiving van middelen plaatsvindt tussen rechtbanken (de vredegerechten worden hierin niet betrokken), zal dat in eerste instantie gebeuren door natuurlijke afvloeiingen en dienovereenkomstige aanwervingen. Dankzij de subsidiaire benoeming wordt echter bijkomend de mogelijkheid geboden om de aldus reeds benoemde magistraten structureel over te plaatsen naar een andere rechtbank binnen het ressort door middel van een soepelere mutatieprocedure. Omdat het echter gaat om een structurele mobiliteit, zal de magistraat hier ook formeel zijn instemming moeten geven Deze werkwijze biedt tevens een opportuniteit voor een soepelere mutatieprocedure. Een overstap van een reeds benoemde magistraat naar een andere rechtbank vraagt vandaag een maandenlange benoemingsprocedure. Een magistraat, na een aantal jaren werkzaam te zijn geweest in een bepaalde rechtbank, zou ervoor kunnen kiezen om in een andere rechtbank van het ressort te gaan werken. Indien de magistraat daar reeds subsidiair is benoemd, is de overstap mogelijk zonder nieuwe benoeming. 9 Het Grondwettelijk Hof heeft de legitimiteit hiervan uitdrukkelijk erkend: Dat mechanisme van benoeming in subsidiaire orde kan niet worden beschouwd als een «overplaatsing» in de zin van artikel 152 van de Grondwet, maar wel als een maatregel van rechterlijke inrichting die zorgt voor een verhoogde mobiliteit van de rechters die wordt beoogd door de hervorming bij de wet van 1 december 2013 [ ] (GH nr. 113/2017 van 12 oktober 2017).

53 Evaluatie bij de toegang tot de magistratuur 133. In 2017 is één van de toegangswegen tot het ambt van rechter, met name de gerechtelijke stage, grondig hervormd. Voortaan is er een unieke stage die toegang geeft tot het ambt van rechter in een rechtbank en tot dat van parketmagistraat bij het openbaar ministerie. De stagiair zal bij elk onderdeel van de stage worden geëvalueerd en slechts bij een positieve evaluatie zal de stagiair het getuigschrift krijgen De tweede toegangsweg is die van het examen beroepsbekwaamheid. Wie daarin slaagt, kan nadien rechtstreeks postuleren voor een vacature binnen de magistratuur. Bij een voordracht door de Hoge Raad wordt de kandidaat onmiddellijk en definitief benoemd. Het systeem biedt aan de rechterlijke orde echter geen mogelijkheid om de kandidaat op het terrein te beoordelen. Daarom moet nagedacht worden, binnen de waarborgen van de Grondwet, over een evaluatie na het eerste jaar die mits een goede beoordeling aanleiding geeft tot een definitieve benoeming Moderner HR-beleid voor het personeel 135. Een versterking van de ondersteuning van de magistratuur draagt zonder twijfel bij tot een stiptere en meer kwaliteitsvolle afhandeling van de dossiers. Daarom is een flexibeler personeelsinvulling (samenstelling, profielen, enz.) en een doorgedreven vorming noodzakelijk. Vandaag bestaat het grootste gedeelte van het huidig ondersteunend personeelskader in de rechtbanken en parketten uit medewerkers met een diploma hoger middelbaar onderwijs (niveau C) of zonder diploma (niveau D). Het gaat hier over ongeveer 60 % van het personeelskader Een tweede groep (circa 30 % van het kader) bestaat uit personeelsleden van het niveau bachelor, onder wie voornamelijk griffiers en parketsecretarissen Slechts een klein deel van het personeelskader (circa 10 %) kan worden ingevuld door personeelsleden met een masteropleiding. Het merendeel van hen zijn juristen (referendarissen of parketjuristen). Tot slot is er nog een zeer kleine groep die een andere masteropleiding (criminologen, statistici, enz.) hebben gevolgd. Deze verhouding op het vlak van kwalificaties garandeert niet steeds een kwalitatief dossierbeheer of de noodzakelijke ondersteuning aan de magistraten. Ze was dan wel logisch in een klassieke, papiergebonden administratie, maar is niet langer aangepast aan de noden van een toekomstige dienstverlenende organisatie In de rechtbank van de toekomst zal het personeel in de front office de burger, die vragen heeft over het mogelijke verloop van zijn dossier, moeten kunnen verder helpen. Ook al gaat het daarbij niet om een juridisch advies, verwacht wordt dat het personeel over een goede kennis beschikt van het reilen en zeilen van de rechtbank en van de procedures Van het toekomstig personeel in de back office zal steeds meer een inhoudelijk beheer van de dossiers worden gevraagd (zelfstandig voorbereiden van briefwisseling, kwalificeren van feiten,

54 54 opstellen van eindvorderingen en correcte brieven, inhoudelijke voorbereiding en controle, contacten met externe stakeholders (bijvoorbeeld: de advocatuur en gerechtsdeurwaarders), doorlezen van nieuwe documenten, opvolgen van de verschillende stappen, etc.) Dit alles betekent dat in de toekomst minstens 50 % van het personeel moet bestaan uit personeelsleden van het niveau bachelor. Ideaal hebben zij bijvoorbeeld een bacheloropleiding rechtspraktijk gevolgd Rechtspractici zullen de magistratuur optimale ondersteuning kunnen bieden bij de verwerking van de dossiers. Een echt dossierbeheer, vergelijkbaar met dat van de management assistant bij advocaten- en gerechtsdeurwaarderkantoren of verzekeringsmaatschappijen, is het streefdoel. Met een goed inhoudelijk voorbereid dossier zal de magistraat sneller zijn of haar beslissing kunnen nemen Daarom zullen ook voor het gerechtspersoneel de middelen worden toegekend in de vorm van budgetenveloppes. De mogelijkheid om zelf een invulling te geven aan de budgetenveloppe laat ook toe om te kiezen voor andere dan de traditionele functies (bv. hoofdgriffier, griffier, etc.). Zo kan men meer en beter inspelen op de reële noden van de verschillende rechtscolleges en parketten en ook mensen met andere vaardigheden (bv. een informaticus of een logistiek medewerker) in dienst nemen Een dergelijk beheer veronderstelt wel dat de bestaande mogelijkheden voor een rechtstreekse aanwerving op de vereiste niveaus en voor contractuele aanwervingen worden verruimd. Voor het bestaande personeel zal worden ingezet op opleidingen om hen te versterken. Daar is een rol weggelegd voor het Instituut voor de Gerechtelijke Opleiding waaraan een extra inspanning zal worden gevraagd Statuut van de magistraat 144. Een modern statuut voor magistraten en gerechtspersoneel zal zonder twijfel bijdragen tot een kwaliteitsvollere en stiptere afhandeling van de dossiers Het profiel van de magistraat is de afgelopen decennia grondig veranderd. De magistratuur is verjongd en vervrouwelijkt, maar het statuut van de magistraat is nooit gewijzigd. Bepaalde sociale rechten en plichten die in de privésector en in de rest van de openbare dienst reeds lang ingang hebben gevonden (vakantieregeling, deeltijds werken, omstandigheidsverlof, ouderschapsverlof, ) zijn voor magistraten niet wettelijk geregeld of zijn zelfs onbestaande. Wil Justitie ook in de komende jaren een attractieve werkgever blijven, moet ook het sociaal statuut worden gemoderniseerd Over het statuut bestaat vergevorderd overleg met de Nationale Adviesraad voor de Magistratuur en de Hoge Raad voor Justitie. Op basis van hun advies zal een voorstel van statuut worden voorbereid met inbegrip van bestaande vormen van sociaal verlof. Vakantieregeling, omstandigheidsverlof of ouderschapsverlof zullen ook voor magistraten wettelijk worden geregeld Daarnaast verstoort de afwezigheid van een langdurig zieke magistraat maar al te vaak de werking van rechtbanken. Een langdurig zieke magistraat mag niet meer wegen op het kader van het

55 55 betrokken rechtscollege. Naast de verloven zullen ook de afwezigheid wegens ziekte een wettelijke regeling moeten vinden, inclusief de deeltijdse terugkeer na en een beter toezicht op medische afwezigheid. Door een terbeschikkingstelling aan een deel van zijn wedde zal ruimte worden gecreëerd voor zijn vervanging. Nu de kaders worden afgeschaft, is deze vervanging absoluut geen hinderpaal meer voor de latere terugkeer uit het ziekteverlof Aansluitend bij het sociaal statuut moet het evaluatiesysteem voor magistraten worden verbeterd. De peerreview en de zelfevaluatie zijn de enige methoden die de onafhankelijkheid respecteren. Al te vaak betekent dit ook in andere onafhankelijke beroepen dat de evaluatie inhoudsloos is. Dat hoeft niet zo te zijn. Volgens de Adviesraad voor de magistratuur is er ook binnen de magistratuur kritiek op de procedure van de evaluatie, het nut ervan en de bereikte resultaten. Een evaluatie moet aan de korpschef de mogelijkheid bieden om, zo nodig, op te treden, maar behoeft niet steeds een zware formele evaluatieprocedure. Een cultuur van dialoog is vaak voldoende.

56 56 3 Pilootprojecten van de rechtbank van de toekomst: vredegerecht en ondernemingsrechtbank 150. De rechtbank van de toekomst mag geen fata morgana zijn of een eeuwig droombeeld blijven. Nog deze legislatuur moeten een aantal rechtbanken de concepten van de rechtbank van de toekomst toepassen. De inhoudelijke versterking en begeleiding van de magistraten en het gerechtspersoneel, de uitvoering van de gebouwen- en de digitaliseringsstrategieën, de modernisering van de procedures en de kerntakenaanpak zijn stuk voor stuk actiepunten die zich op het terrein moeten realiseren. Dit werk is reeds ingezet door de vele wetgevende en organisatorische projecten die werden opgestart met het Justitieplan. In dit document en zijn bijlagen gaan voorbeelden van zowel de afschaffing of vereenvoudiging van niet-kerntaken, van procedurele vereenvoudigingen en van ICT-projecten die administratieve overlast voor alle actoren verminderen. Zij zullen nog in deze legislatuur de rechtbank van de toekomst zichtbaar maken in de vredegerechten en in de ondernemingsrechtbanken. Eerst op pilootplaatsen, daarna veralgemeend Vredegerechten zijn in het verleden steeds voorlopers geweest op het vlak van digitalisering en vandaag is al een driefasig plan in voege waarbij een betere werklastverdeling tussen de vredegerechten onderling centraal staat. Voor hen is de stap naar een volledig doorgedreven digitalisering, die een noodzakelijke voorwaarde is voor de rechtbank van de toekomst, het snelste te realiseren Naast de digitalisering van de gewone burgerlijke procedure zoals uitgebreid beschreven in randnummers 80 tot 88, worden ook de bijzondere procedures bewindvoering en collectieve schuldenregeling gedigitaliseerd. De wetsontwerpen die dit mogelijk maken, worden voor het einde van het jaar voorgelegd aan het Parlement. De oplevering van de informaticaplatformen is gepland voor mei Door de grote werklastvermindering die deze digitalisering meebrengt, zouden de dossiers vanaf de opstart van de procedure onder de bevoegdheid van de vrederechter kunnen worden gebracht omwille van diens nabijheid ( natuurlijke rechter ). Deze suggestie moet eerst grondig bestudeerd worden in overleg met de arbeidsrechters en de vrederechters Het optrekken van de bevoegdheidsdrempel van de vrederechter naar euro maakt dat de burger voor meer procedures bij deze nabijheidsrechter terecht kan. Deze hervorming maakt deel uit van het voorontwerp werklastvermindering Wanneer de burger zich fysiek naar het vredegerecht begeeft zal hij daar gebruik kunnen maken van de computers in de kiosk om aldaar via Just-on-Web zijn procedure op het starten. Het griffiepersoneel zal er desgewenst beschikbaar zijn om administratieve ondersteuning te bieden.

57 57

58 Zoals aangekondigd in het Justitieplan werd ook de rechtbank van koophandel aan een snelle doorgedreven digitalisering onderworpen. De omvorming naar een ondernemingsrechtbank door de uitbreiding van haar bevoegdheden, maakt van haar de nabijheidsrechtbank voor alle ondernemingen. Een gelijkaardige digitaliseringsinspanning als in de vredegerechten realiseert ook hier in het komende jaar de noodzakelijke voorwaarde voor een rechtbank van de toekomst De modernisering van de insolventieprocedure werd samen met de bijzondere procedures gedigitaliseerd. Ondernemingen, maar ook de burgers die schuldvorderingen wensen neer te leggen in het faillissement, kunnen dit via Just-on-Web op een eenvoudige en gestandaardiseerde manier. Alle betrokkenen in een faillissement hebben dankzij deze RegSol-applicatie, zoals toegelicht als bijlage D (randnummer 277 tot 281), ook een permanent zicht op de stand van het dossier Een eenvoudigere en digitale procedure voor de invordering van onbetwiste schulden werd met de CROS-applicatie reeds tot stand gebracht. Meer toelichting over CROS is eveneens als bijlage D (randnummers 306 tot 308) te vinden. De snellere en stiptere buitengerechtelijke invordering van onbetwiste schulden werd daardoor een feit Ook de werking van de kamers van handelsonderzoek werd gedigitaliseerd. Niet alleen zal men met de nieuwe knipperlichtendatabank een zeer gerichte opsporing kunnen doen van bedrijven in moeilijkheden. Ook de samenstelling en opvolging van de dossiers zal gedigitaliseerd verlopen. De nieuwe insolventiewetgeving introduceerde de bevoegdheid voor de ondernemingsrechtbank om de strijd aan te gaan met de zogenaamde malafide en slapende vennootschappen (vennootschappen die hun administratieve verplichtingen niet nakomen). Ook hier zal de knipperlichtendatabanken een 21 e - eeuws instrument aanleveren om deze nieuwe opdracht performant te kunnen uitvoeren. Meer informatie over de knipperlichtendatabank is te vinden als bijlage D (randnummers ) Al deze ingrepen maken het mogelijk dat procedures sneller worden afgewerkt en dat meer aandacht vrijkomt voor de ondersteuning en begeleiding van wie rechtvaardigheid zoekt.

59 59

60 60 Bijlagen Bijlage A: Fysieke nabijheid: Gebouwenpolitiek Masterplan gebouwen Inleiding 160. Een efficiënte en functionele gebouwenpolitiek is een prioriteit om de modernisering en de hervorming van Justitie tastbaar en geloofwaardig te maken. Gebouwen vormen immers een onmisbaar element om justitie op een efficiënte en moderne manier te laten functioneren. Maar hiervoor moeten ze optimaal worden ingezet. Justitie beschikt vandaag over meer dan 350 gebouwen, waarvan ongeveer 300 voor de gerechtelijke diensten verspreid over het hele land. Deze worden ter beschikking gesteld door de Regie der Gebouwen. De toestand van een deel van de gerechtsgebouwen is verouderd en niet meer aangepast aan de normen voor een moderne Justitie. Dit heeft aanleiding gegeven tot een grondige rationalisatieoefening Eerder dan punctuele ingrepen, werd gekozen voor een globaal plan van aanpak van de gerechtsgebouwen. Een efficiëntere aanwending van de middelen en een vermindering van het gebouwenpark vormen de uitgangspunten. Bijzondere aandacht gaat uit naar de veiligheidsaspecten en naar andere problematieken (archieven, de overtuigingsstukken, de vergunningen, het onderhoud, etc.) die allemaal integraal deel uitmaken van een degelijk gebouwenbeleid. 1. Gebouwenbeheer & visie 1.1 Naar een efficiënter gebouwenpark via een new way of working 162. In de toekomst wil Justitie de weg inslaan van een dynamic office en een new way of working. Dit betekent goed uitgeruste werkruimtes waar magistraten en personeelsleden op flexibele wijze op de daartoe voorziene werkstations kunnen aansluiten Een nieuwe bezettingsnorm was de eerste aanzet hiertoe. De FOD Justitie is, zoals andere overheidsdiensten, onderworpen aan deze bezettingsnorm van 13,5 m² per VTE voor kantooroppervlakte. De Regie der Gebouwen werkt momenteel aan een project om deze norm nog verder naar beneden te halen. De normering van de bezetting heeft niet enkel een impact op de kosten van de ter beschikkingsstelling maar ook op de bezettingskost zelf. Minder oppervlakte betekent minder verwarming en airco, energie, klein onderhoud, schoonmaak, enzovoort Investeren in minder, maar beter uitgeruste gebouwen, met een betere dienstverlening naar de burger toe en een betere werkomgeving voor de magistraten en het gerechtspersoneel, is het streefdoel. Ook al betekent dit laatste voor sommigen misschien een ander verplaatsingstraject. 1.2 Central office, back office, front office 165. De nieuwe structuur zal bestaan uit één central office per ressort (Antwerpen, Gent, Brussel, Luik en Bergen) en één back office per provincie. De andere bestaande zittingsplaatsen worden

61 61 behouden als front office. Bedoeling is wel om op termijn (een periode van 10 jaar) te komen tot maximaal drie zittingsplaatsen per provincie. Die zittingsplaats kan voor elk type rechtbank gebruikt worden Het central office staat in voor het professionele beleid en beheer op ressortniveau De back office is het hoofdkantoor van elke provincie en wordt de standplaats van alle personeelsleden van de betrokken provincie De front offices, met een maximum van drie per provincie waarvan één samenvalt met de back office, bestaan uit: Een uniek loket dat de toegang vergemakkelijkt de toegang tot justitie vergemakkelijkt en bijdraagt tot de eenvoud en transparantie van de gerechtelijke organisatie. Dit loket is permanent toegankelijk en vormt een belangrijk aanspreekpunt voor de burger. Hij kan er onder meer terecht voor informatie en vragen over de algemene werking en de procedures van de rechtbank, het eigen procesverloop of voor klachten. De burger kan bij dat unieke loket terecht, ongeacht welke rechtbank bevoegd is voor zijn zaak. Een kiosk of een elektronisch loket. Een werkplek die georganiseerd is volgens de principes van new way of working met werkstations waarop de personeelsleden en de magistraten zich kunnen aansluiten. Dit laatste kan telkens wanneer nodig voor de behandeling van een dossier of enkel op de dagen waarop ment sowieso aanwezig moet zijn voor de zitting. Indien de woonplaats van de magistraat of van het personeelslid dichter gelegen is bij de front office dan kan hij of zij hier ook een aantal dagen per week werken. Een bezoekerscomplex waarbij voorzien wordt in: o Multifunctionele zittingszalen o Beraadslagingsruimte/vergaderzalen o Spreeklokalen advocaten o Spreeklokalen magistraten/personeel 169. Een front office beschikt niet over een correctionele keten en heeft geen cellencomplex. De mogelijkheid tot het houden van zittingen in de gevangenissen of in de beter beveiligde sites waar er ook een back office is, ondervangen dit In de front office zullen zittingen van alle rechtbanken kunnen plaatsvinden. Om dit mogelijk te maken dient er een nieuwe organisatie te komen die een efficiënt gebruik van de ruimte en de aanwezige zittingszalen toelaat. 10 Daartoe zal onder meer het bijzonder reglement van elke rechtbank 10 Art. 186 Ger.W. en de artikelen 1 tot 6 van het bijvoegsel van het Ger Wb moeten niet worden gewijzigd tenzij op termijn toch zittingsplaatsen worden gesloten.

62 62 dienen te worden aangepast. In dat reglement staan immers de dagen en de uren van de zittingen. 11 Ook voor de openingsuren van de griffies zullen de bestaande Koninklijke Besluiten moeten worden aangepast Uiteraard is een belangrijke voorwaarde voor het goed functioneren van een front office een goed werkende ICT en een volwaardig elektronisch dossier Ten slotte zal ook in elk vredegerecht en elke politierechtbank een uniek loket en een kiosk worden ingericht. 1.3 Beheer 173. Justitie bezet niet enkel veel, maar ook complexe gebouwen. Dit noopt tot een centraal aangestuurd beleid en beheer, gebaseerd op efficiëntie en professionalisme Tot op heden was er per gebouw een magistraat-gebouwbeheerder. Dit is meestal de hoogste magistraat in rang binnen de zetel,. De magistraat-gebouwbeheerder is echter onvoldoende technisch geschoold en onvoldoende omringd met experten om alle hem toegewezen taken inzake huisvesting, veiligheid en facilitymanagement goed uit te voeren. Bovendien is de magistraat-gebouwenbeheerder in de eerste plaats een magistraat die zich moet kunnen focussen op zijn/haar professionele (kern)taken. De Ministeriële omzendbrief van 15 maart 1974, die deze taak aan de hoogste magistraat in rang gaf, zal daarom worden ingetrokken Binnen het Directoraat-generaal Rechterlijke Orde zal een nieuwe structuur worden uitgewerkt gebaseerd op het principe van een centrale aansturing. De Minister van Justitie De Minister bepaalt het globale beleid en heeft de controle en het toezicht. Centraal niveau FOD Justitie New Infra Het centrale niveau is verantwoordelijk voor de uitvoering van het beleid inzake huisvesting, facility management en veiligheid (Safety & Security). Ook het aankoopbeleid en de overheidsopdrachten in het kader van de infrastructurele en materiële voorzieningen worden door het centrale niveau beheerd. Het centrale niveau ondersteunt het gedeconcentreerde niveau. Gedeconcentreerd niveau (per ressort) 11 Art. 88 Ger.W. 12 Art. 157 Ger.W.

63 63 Het gedeconcentreerde niveau is, via de regiomanager, verantwoordelijk voor de concrete uitvoering en opvolging van het beleid binnen het desbetreffende ressort. De regiomanager valt onder de hiërarchie van FOD Justitie. Om het beheer te organiseren wordt elk ressort onderverdeeld in één of meerdere clusters. Een cluster zal meestal samenvallen met het geografisch gebied van een front office. Per cluster zal een equipe instaan voor het beheer (incl. veiligheid) van de gebouwen die er deel van uitmaken. Bijvoorbeeld zal er een equipe komen voor de zittingsplaats te Nijvel, met inbegrip van de vredegerechten van Wavre, Braine-l Alleud en Jodoigne en met inbegrip van de afdelingen politierechtbank en arbeidsrechtbank te Wavre die allemaal samen één cluster vormen. Een ander voorbeeld is een equipe voor de zittingsplaats Turnhout die ook zal instaan voor de vredegerechten van Turnhout, Heist-op-den-Berg, Westerlo en Geel/Mol. Colleges De Colleges zullen een adviserende functie hebben op het vlak van het gebouwenbeleid. 2. Veiligheid 2.1 Huidig veiligheidsbeleid 176. Wanneer we spreken over de gerechtelijke diensten en hun huisvesting, is dit onlosmakelijk verbonden met de bezorgdheden inzake veiligheid. Vandaag bestaat er reeds een uitgebreid pakket aan veiligheidsmaatregelen Het huidige veiligheidsbeleid in en om gerechtsgebouwen wordt uitgewerkt in functie van een risicoanalyse. Het integreert steeds drie basiselementen, namelijk organisatie, bouwfysica en elektronische hulpmiddelen, die elk proportioneel aan het risico worden aangepast. De technische en functionele eisen voor de beveiliging van de verschillende types gerechtelijke sites werden vastgelegd in drie basisdocumenten De nieuwe en recent gerenoveerde gerechtsgebouwen volgen de logica van deze documenten en kennen een interne compartimentering van werkgebieden met verschillende toegangsregimes. Daarbij is gezocht naar een optimum tussen toegankelijkheid en openbaarheid van de zittingen en diensten enerzijds en de beveiliging van personeel en bezoekers anderzijds. 13 De drie basisdocumenten maken integraal deel uit van de bijakte bij het administratief reglement van de Regie der Gebouwen. Het gaat over de documenten Algemene richtlijnen en specifieke karakteristieken van een beveiligingsplan voor gerechtsgebouwen of de zogenaamde programma s Saf&Sec PSS1 PSS2 PSS3.

64 Bij de uitbouw van een adequaat veiligheidsbeleid wordt ook steeds rekening gehouden met zowel sociopreventie als technopreventie. Sociopreventie is gericht op een verhoging van de drempel door sociale controle. Technopreventie beoogt hetzelfde doel maar via technische of technologische hulpmiddelen. 2.2 De veiligheidsactoren 180. Er zijn momenteel drie diensten met elk een aparte rol en hiërarchie op het vlak van veiligheid Er is de lokale politie wiens rol beperkt is tot de handhaving van de orde in hoven en rechtbanken en de bewaking van de gevangenen ter gelegenheid van hun verschijning voor de rechter. Daarnaast werd in 2003 het veiligheidskorps opgericht. Dit korps voert taken uit die betrekking hebben op de politie van hoven en rechtbanken, de overbrenging en bewaking van gevangenen, alsook de overbrenging van gerechtelijke dossiers. Het veiligheidskorps ressorteert onder de Minister van Justitie, meer bepaald onder het directoraat-generaal penitentiaire inrichtingen Inmiddels werd beslist dat het Veiligheidskorps zal worden geïntegreerd in een nieuwe dienst Beveiliging (DAB) die deel uitmaakt van de federale politie. Deze dienst zal alle taken van de politie van hoven en rechtbanken overnemen (zowel van het veiligheidskorps als van de lokale politie). De unieke commandolijn zal ervoor zorgen dat in de toekomst efficiënter kan worden gewerkt. Deze dienst zal gefaseerd operationeel worden in de loop van 2018 met een totale overdracht in De bewaking van de gerechtsgebouwen en hun inhoud, maar ook van het gerechtspersoneel en de bezoekers, vallen echter niet onder het takenpakket van de hierboven vermelde dienst(en). Daarom werd in 2005 een bijkomende groep van veiligheidspersoneel gecreëerd met een verschillende taak en statuut. Het betreft de medewerkers toezicht en beheer die ressorteren onder de rechterlijke organisatie zelf. Ook hun taak zal worden herbekeken. 2.3 Een aangepast veiligheidsbeleid 183. Ondanks alle mogelijke veiligheidsmaatregelen, zijn incidenten nooit volledig uit te sluiten. Elke menselijke of technische maatregel kent immers ook zijn zwakheden. Maar men kan er echter wel van uitgaan dat door een aangepast veiligheidsbeleid de risico s kunnen worden beperkt Een aangepast veiligheidsbeleid gaat uit van de volgende krijtlijnen: - De uitwerking van een eenduidige bevoegdheid voor de beveiliging van de gerechtsgebouwen, aangestuurd door één centrale dienst (en niet langer vanuit verschillende diensten). Dit komt terug in het voorgestelde beheersmodel. - Het principe om recht te spreken in de openbaarheid. Justitie is en blijft een open huis. - Geen incident gestuurd veiligheidsbeleid maar een gegarandeerd basisniveau van veiligheid, aangevuld met flexibel inzetbare aanvullende maatregelen waar nodig. - Een adequate risico- en dreigingstaxatie als basis voor de inzet van beveiligingsmaatregelen. Systematische incidentregistraties en analyses zijn hierbij onontbeerlijk. Ook het OFEM-principe: organisatorische, fysische, elektronische en meldingsmaatregelen, dient te worden gerespecteerd.

65 65 - Een nieuwe structuur via coördinatoren safety & security die, aangestuurd vanuit een centrale dienst, een globale veiligheidsopvolging garanderen. - Een duidelijk onderscheid tussen een situatie waarbij er een algemeen verhoogd dreigingsniveau is en een situatie waarbij er een specifieke dreiging is tegen bepaalde personen, gerechtelijke diensten of gerechtsbouwen. - Aangepaste maatregelen voor elk gerechtsgebouw waarbij er een onderscheid wordt gemaakt tussen: o Back office waar hogere veiligheidsnormen gelden. Standaard identiteitscontrole. Aanwezigheid van een scanstraat (met personeel via een externe bewakingsonderneming). o Front office waar openheid en toegankelijkheid centraal staat. Standaard identiteitscontrole. Een extra toegangscontrole waar en wanneer nodig, afhankelijk van de geplande zittingen. Portieken en handscanners worden daartoe ter beschikking gesteld aan de teamleaders safety & security (per cluster). - De opmaak van een gedragscode voor de personeelsleden en een algemene sensibiliseringscampagne om het veiligheidsbewustzijn aan te scherpen. Er komen ook aangepaste opleidingsprogramma s over veiligheid voor leidinggevend en niet-leidinggevend personeel om hen in staat te stellen het dreigingsperspectief correct in te schatten. - Eén centrale dienst binnen de federale politie staat in de toekomst in voor het gedetineerdentraject, de taken van de politie van hoven en rechtbanken, en het gehele takenpakket van het veiligheidskorps. De eenheid van commando zal voor een efficiëntere werking zorgen. - Het heroriënteren van de medewerkers toezicht en beheer : hun takenpakket zal worden geëvalueerd en de nodige aandacht zal worden besteed aan de relatie tussen de veiligheidsfunctie en de onthaalfunctie. 2.4 Zittingen binnen de penitentiaire inrichtingen en videoconferentie Vandaag zorgen de zittingen waarop gedetineerden moeten verschijnen (het hof van assisen en de correctionele rechtbank, maar vooral de onderzoeksgerechten) voor zeer aanzienlijke kosten, zowel wat betreft het vervoer van deze personen als ten aanzien van de noodzakelijke veiligheidsmaatregelen (politie, veiligheidskorps, scanstraat, ) en voorzieningen (cellencomplexen) in de justitiepaleizen Er zijn momenteel 21 arresthuizen die vaak ook deels als strafhuis dienen. Een totale opsplitsing van de arrest- en strafhuizen wordt nagestreefd. Om een efficiënte organisatie van het gedetineerdentransport en het houden van zittingen te kunnen garanderen, moet het aantal

66 66 arresthuizen dalen tot ongeveer één per provincie. Dit is conform de wet die één arresthuis per gerechtelijk arrondissement stipuleert Mits een aangepaste structuur, zullen in de toekomst aan of in de onmiddellijke nabijheid van de arresthuizen aangepaste zittingszalen komen. Zittingen van de raadkamer en de kamer van inbeschuldigingstelling kunnen daar dan worden georganiseerd Om de zittingsplaatsen in de nabijheid van de gevangenissen ten volle te kunnen benutten, moeten een aantal bepalingen in het Gerechtelijk Wetboek nog worden aangepast en uitgebreid. Het Gerechtelijk Wetboek bevat wel al een aantal bepalingen die de volgende zittingen in de gevangenis uitdrukkelijk mogelijk maken: - De zittingen van de strafuitvoeringsrechtbanken (SURB). 15 Deze worden vandaag reeds in de gevangenissen georganiseerd. Dit wordt door alle betrokkenen als positief ervaren. De SURB kan immers in elke gevangenis binnen het ressort zittingen organiseren waardoor het transport van gedetineerden wordt beperkt. Enkel indien een gedetineerde naar een gevangenis wordt verplaatst buiten de ressortgrenzen, dient de betrokkene voor een zitting nu nog tijdelijk te worden overgebracht naar een gevangenis binnen het ressort waar zijn oorspronkelijke dossier werd en wordt behandeld. Ook dit zal worden afgebouwd via de inzet van videoconferentie. - De zittingen van de raadkamer die de voorlopige hechtenis betreffen. - De zittingen van de raadkamer of kamer van inbeschuldigingstelling voor de procedures van uitlevering en overlevering. - De zittingen van de kamer van inbeschuldigingstelling voor het hoger beroep tegen de beslissingen van de raadkamer betreffende de voorlopige hechtenis. Zittingen van de correctionele rechtbank in een ander beveiligd gebouw (hier in een ander gerechtsgebouw) zijn momenteel alleen mogelijk wanneer er een veiligheidsrisico is Bij de nieuwbouwprojecten van gevangenissen worden zittingslokalen op de perimeter, en niet in het gebouw zelf ingericht Een zittingszalencomplex wordt vanaf nu ook standaard opgenomen in de behoeftenprogramma s van de nieuwe gevangenissen. Daar steeds een aparte toegang wordt voorzien, blijft het principe van de openbaarheid van de uitspraak gegarandeerd Daarnaast zullen ook in de gerechtsgebouwen en in de penitentiaire instellingen specifieke ruimten worden ingericht voor ondervraging via videoconferentie. 14 Art. 603 Wetboek van Strafvordering stelt: Behalve de strafinrichtingen, bestemd voor de uitvoering van de straffen, zal er in ieder arrondissement bij de rechtbank van eerste aanleg een huis van arrest zijn om er de verdachten in op te nemen.( ) 15 Met uitzondering van de uitspraak van de vonnissen. 16 Art GW.

67 In dezelfde geest zullen in de penitentiaire inrichtingen ruimten worden voorzien waar de gedetineerden hun (straf)dossier kunnen raadplegen. Op deze manier kan, in combinatie met Justscan en Consult-online, ook de verplaatsing worden vermeden van de gedetineerde naar de griffie voor het inkijken van zijn dossier. 3. De samenwerking met de Regie der Gebouwen en de bijakte 193. Op 27 mei 2009 werd een samenwerkingsprotocol afgesloten tussen de Federale Overheidsdienst Justitie en de Regie der Gebouwen. Het protocol regelt de samenwerkingsbehoeften en de bouw-, renovatie-, inrichtings- en beveiligingswerken voor de gebouwen van de rechterlijke orde In 2012 keurde de Ministerraad een bijakte aan het administratief reglement van de Regie der Gebouwen goed waarin de verdeling van de bevoegdheden tussen de Regie als eigenaar/huurder van een gerechtsgebouw en justitie als bezettende overheidsdienst worden vastgelegd De bijakte gaat uit van het principe dat het plaatsen van nieuwe veiligheidsinstallaties, grote uitbreidingen of integrale vernieuwingen ten laste blijven van de Regie der Gebouwen. Kleine herstellingen, selectieve vervangingen of vernieuwingen, kleine uitbreidingen en updates daarentegen komen ten laste van de FOD Justitie. Bij de grote of nieuwe installaties moet de FOD Justitie eveneens instaan voor het beveiligingsconcept en voor de opmaak van het technisch bestek zodat maximaal met zijn wensen, kennis en ervaring rekening kan worden gehouden. Een extern studiebureau moet de overname van de taken van de FOD Justitie begeleiden Een evaluatie van het samenwerkingsprotocol zal worden uitgevoerd en de tekst zal desgevallend worden aangepast. Ook het principe van de bijakte bij het administratief reglement zal in de evaluatie worden meegenomen Verder zal de FOD Justitie in de toekomst nauwer worden betrokken en medeverantwoordelijk zijn voor de immostrategie met betrekking tot de gerechtsgebouwen Aan de Regie der Gebouwen zal ook worden gevraagd een cel gerechtsgebouwen op te richten. En dit naar analogie met de cel gevangenissen die reeds in 2008 werd opgericht en zijn nut meer dan bewezen heeft. De bedoeling is om zo een transparante structuur en aanspreekpunt te creëren, die in beide richtingen efficiënt werkt. 4. Archieven 199. De opslag van archieven neemt meestal te veel ruimte in. Er zijn verschillende soorten archieven zoals de archieven van vonnissen en arresten, de archieven van de gerechtelijke dossiers, de archieven van de vennootschappen en de rechtspersonen alsook de archieven van de burgerlijke stand. Indien wordt gestreefd naar een concentratie van meerdere diensten in een beperkter aantal gebouwen, dan biedt het vrijmaken van archiefruimten op plaatsen die

68 68 in aanmerking komen voor administratieve activiteiten een opportuniteit. De kerntakenaanpak en de digitale strategie van het Justitieplan reiken ook hier een aantal oplossingen aan: - Zo is de opslag van de duplicaten van de akten van de burgerlijke stand geen kerntaak voor Justitie. Deze back-up archieven worden beter van bij de start ondergebracht bij het Rijksarchief. - Een centrale archivering (in plaats van een decentrale daterend uit de Napoleontische periode) biedt heel wat efficiëntievoordelen. - De digitalisering van de burgerlijke stand, die tegen het einde van de legislatuur wordt gerealiseerd is hier een voorbeeld van. - Ook de vennootschaps- en rechtspersonendossiers worden beter centraal opgeslagen en beheerd. De digitalisering van deze dossiers is reeds gestart, maar moet verder worden doorgezet. De nauwe inhoudelijke band met de Kruispuntbank Ondernemingen (KBO) maakt dat het departement economie meer aangewezen is om deze dossiers te archiveren en te beheren. - De creatie van de databank VAJA (databank vonnissen en arresten) zal de verdere archivering op papier van vonnissen en arresten overbodig maken. Het lijkt dan ook aangewezen om, daar waar nuttige ruimte kan worden vrijgemaakt, een selectieve digitalisering van de historische vonnissen en arresten te organiseren. - Een consequente digitalisering van gerechtsdossiers bij hun afsluiting kan eveneens de aangroei van de fysieke archieven in de gerechtsgebouwen onder controle houden en zelfs verminderen van zodra ook de historische dossiers kunnen worden gearchiveerd. - Daarnaast is er ook een nieuwe omzendbrief met betrekking tot archiefbeheer en de inzet van de mobiele archiefploegen. Om een volwaardige opvolging te garanderen, worden de mobiele archiefploegen versterkt. - Tot slot is er ook een gemengde werkgroep met het Rijksarchief, de FOD Justitie (DGRO) en de gerechtelijke diensten, opgestart rond de herziening van de bewaartermijnen (met de bedoeling deze in te korten). Deze werkzaamheden werden gefinaliseerd en neergeschreven in een nieuwe en duidelijke circulaire. 5. Opslag overtuigingsstukken en voertuigen 200. De problematiek van de overtuigingsstukken is veelvuldig en alomtegenwoordig. Alle rechtbanken van eerste aanleg worden geconfronteerd met de steeds groeiende nood aan opslagruimte voor overtuigingsstukken. Het probleem is niet beperkt tot het ter beschikking stellen van de nodige ruimte. Ook de kennis over hoe iets kan, mag of moet worden opgeslagen, is niet altijd aanwezig De hoofdgriffiers, verantwoordelijk voor de opslag van de overtuigingsstukken, zijn niet altijd correct op de hoogte van de aard van sommige overtuigingsstukken. Ze zijn zich dan ook niet bewust van het gevaar dat een onoordeelkundig opslaan ervan met zich kan meebrengen. Daarnaast blijken de verantwoordelijke hoofdgriffiers ook niet altijd vertrouwd met alle circulaires of toegestane werkwijzen aangaande de opslag van specifieke overtuigingstukken. De richtlijnen zelf zijn

69 69 daarenboven ook niet altijd eenduidig en de hoofdgriffier moet vaak creatief zijn om de opslag zo goed mogelijk te organiseren Soms worden bijvoorbeeld niet-gelabelde chemische stoffen binnengebracht die naderhand uiterst gevaarlijk blijken te zijn indien deze in contact komen met andere stoffen De mensen die zich met de overtuigingsstukken bezighouden beschikken ook niet steeds over de nodige kennis of middelen om de gevaarlijke stoffen van de niet gevaarlijke stoffen te onderscheiden. Dit kan gevaren inhouden voor hun gezondheid. Evenmin zijn onze gebouwen aangepast om dergelijke gevaarlijke stoffen veilig op te slaan, laat staan dat ze in orde zijn met de milieuwetgevingen derhalve. In het beste geval is er een afzuiging aanwezig, doch verdere gespecialiseerde apparatuur is er niet aanwezig Een onderdeel van het hierboven aangehaalde probleem van de overtuigingsstukken vormen de aangeslagen voertuigen. Ze vormen, alleen al door hun omvang, een specifieke groep Het overgrote deel van de betrokken voertuigen betreft voertuigen die werden aangeslagen wegens rijden zonder verzekering. De kleinste groep betreft voertuigen waarmee criminele daden werden gesteld Meestal worden de voertuigen in een daarvoor ingehuurde loods ondergebracht. Dit kost de Belgische staat handenvol geld aan huur, maar ook aan beveiliging. Inbraak, diefstal en vandalisme zijn immers zeer courant. Indien de wagens door schade hun waarde verloren hebben dient de Staat bij teruggave de schade te vergoeden Ook de suboptimale samenwerking tussen het parket die de vrijgave of verbeurdverklaring van de wagens dient te beslissen en de griffie die verantwoordelijk is voor de opslag, zorgt dikwijls voor vertraging waardoor de wagens aan waarde verliezen De richtlijnen aangaande het aanslaan van voertuigen lijken steeds minder gekend te zijn bij de parketmagistraten die de opdracht tot inbeslagname geven, of minstens lijken ze niet te worden toegepast. Zo kunnen de parketmagistraten bijvoorbeeld aan de eigenaar van de wagen vragen of hij bereid is de auto te verkopen in afwachting van de uitslag van het onderzoek en proces. Het geld van de verkochte wagen kan dan in afwachting op een rekening worden gestort en bij vrijgave al dan niet teruggestort aan de eigenaar. Deze regel wordt echter onvoldoende toegepast. Ook de opvolging laat te wensen over: zo staan er op verschillende plaatsen nog steeds autowrakken waarvan niet geweten is of ze al vrijgegeven zijn of nog moeten worden vrijgegeven Ook wat betreft de opslag is er is geen duidelijk en algemeen geldend systeem. In sommige steden wordt een loods ingehuurd voor het stallen van de aangeslagen voertuigen. In andere steden heeft men contracten lopen bij een privé firma voor het inhuren van een garage, welke dan met de gerechtskosten worden betaald. In nog andere steden heeft men een samenwerking met de politiediensten en mag men de wagens in een loods van de gemeente plaatsen. Het is moeilijk daar één duidelijke lijn in te trekken. Veel hangt af van de inventiviteit van de plaatselijke diensten zelf en

70 70 van de vlotte samenwerking met de griffie van de rechtbank van eerste aanleg (verantwoordelijk voor de berging van de aangeslagen goederen) en met het parket van de procureur des Konings (die uiteindelijk beslist over de vrijgave van de aangeslagen goederen) Om een oplossing te vinden voor alle problemen aangaande de opslag van de overtuigingsstukken, wordt een nieuw globaal beleid rond de opslag van overtuigingsstukken uitgewerkt. De dienst Modernisering bij het directoraat-generaal Rechterlijke Organisatie heeft daartoe reeds de beheersprocessen bestudeerd, best practices inzake werkinstructies per type van overtuigingsstuk verzameld en verbetervoorstellen gedaan Er werden een vijftal domeinen voor verbetering gevonden: 1. Actief in plaats van passief beheer 212. Alle betrokken gerechtelijke diensten moeten zich voortdurend de vraag stellen waarom een stuk in beslag genomen is en in functie daarvan beslissen over het lot of de bestemming van het stuk. Inbeslaggenomen stukken blijven te lang liggen omdat er geen of te laat een beslissing wordt genomen omtrent hun bestemming. De oorzaak daarvan is de cultuur van voorzichtigheid, gemotiveerd vanuit de zorg om geen bewijsmateriaal te verliezen. Het rapport stelt voor om instructies vast te leggen die een houvast bieden aan de magistraten. Een actief beheer is mogelijk door: - Een beheer aangepast aan het type van het inbeslaggenomen stuk. - Een referentiemagistraat overtuigingstukken in elk parket en elke rechtbank. - Vaste formele beslissingsmomenten m.b.t. overtuigingsstukken in het onderzoek- en procesverloop. - Het systematische instellen van een vordering door het parket betreffende de overtuigingsstukken zodat de feitenrechter verplicht wordt een uitspraak te doen over alle overtuigingsstukken. 2. Rationaliseren van de instroom 213. Het rapport stelt voor om in elk parket een referentiemagistraat aan te duiden om te oordelen over de noodzaak van bewaring van de ingediende stukken. De vaststelling is dat de politiediensten te veel stukken binnen brengen op de griffie, ook al is het nut niet steeds direct aanwijsbaar. Bij het binnenbrengen worden de stukken met uitzondering van enkele gevallen (bv. seksuele agressie sets) niet geordend naar aard. Dit heeft tot gevolg dat er een grote instroom is van stukken in de griffie die er geen vat heeft. Een ander belangrijk aspect is het werken via staalnames. Enkel de stalen worden nog bijgehouden. De rest kan dan worden vernietigd of verkocht. 3. Beter toepassen van de wettelijke mogelijkheden tot vervroegde verkoop en vernietiging van in beslag genomen stukken 214. Het Wetboek van Strafvordering (art. 28octies en novies) biedt de mogelijkheid om reeds op het ogenblik van het opsporings- of gerechtelijk onderzoek in beslag genomen vermogensbestanddelen

71 71 te verkopen, terug te geven met borgstelling of te vernietigen. Deze mogelijkheden worden echter onvoldoende gebruikt. Daarom is er nood aan duidelijke instructies voor de referentiemagistraten. Er kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een Koninklijk Besluit dat de categorieën en grenswaarden vaststelt van de vermogensbestanddelen die in aanmerking komen voor vervreemding. 4. Opslag in gecentraliseerde depots buiten de rechtbanken 215. De opslag zal in de toekomst niet meer in de kelders van de justitiegebouwen gebeuren, maar in een afzonderlijke depot naar rato van één per provincie. Op die manier de Regie der Gebouwen per provincie één grote hoog beveiligde opslagplaats inrichten. De uitgaven hiervoor zijn te verdedigen aangezien er maar 1 depot per provincie nodig is en dit globaal een besparing ten opzichte van de lokale opslag van overtuigingsstukken betekent. Een standaardbehoeftenprogramma voor een loods werd reeds opgemaakt. Na evaluatie kan op langere termijn de mogelijkheid van een opslag per ressort worden onderzocht. Door een transport tussen alle betrokken griffies en de depots kan de opslagcapaciteit lokaal tot een absoluut minimum worden beperkt. 5. Uitstroom organiseren 216. De afvoer van stukken moet zo worden georganiseerd dat de griffiers beroep kunnen doen op diverse prestatieverleners. Met Defensie zijn protocollen reeds afgesloten voor het weghalen van munitie klein kaliber uit de griffies ligt en voor de tijdelijke opslag en vernietiging van vuurwerk Voor de afvoer van goederen voor verkoop wordt beroep gedaan op de dienst Domeinen van de FOD Financiën, met tussenkomst van het COIV. Met de FOD Financiën dient te worden nagegaan hoe het proces verder kan worden verbeterd, onder meer om een eventuele hogere uitstroom te verwerken Wat de voertuigen betreft, moet met het COIV worden nagegaan hoe voertuigen sneller verkocht kunnen worden en de opbrengst tijdelijk kan worden geblokkeerd Het inrichten van gespecialiseerde depots per provincie zal ook een antwoord bieden op de problematiek van de vergunningen onder meer inzake brandveiligheid en milieu die voor de opslag van specifieke overtuigingsstukken nodig zijn, maar nu vaak ontbreken Tot slot moeten alle personen die in de gespecialiseerde depots zullen werken een gespecialiseerde opleiding volgen. Ze moeten ook over het nodige veiligheidsmateriaal beschikken.

72 72 Bijlage B: Betaalbaarheid 221. Hoofdstuk 2 over de betaalbaarheid stelt dat justitie maar toegankelijk kan zijn wanneer ze ook betaalbaar is en de rechtzoekende niet wordt geconfronteerd met een financiële drempel om een procedure op te starten. Deze bijlage geeft enkele van de maatregelen weer om de financiële drempels te verlagen. 1. Pro Deo 222. De rechtzoekende die met een complexere vraag of probleem wordt geconfronteerd, zal in bepaalde gevallen een beroep willen doen op een advocaat. Indien hij niet over voldoende bestaansmiddelen beschikt, zal hem een advocaat worden toegewezen die volledig of gedeeltelijk wordt vergoed door de Staat. Dit wordt het pro deo -stelsel of de juridische tweedelijnsbijstand genoemd Op initiatief van de Minister van Justitie werd op 6 juli 2016 een wet aangenomen, en nadien enkele uitvoeringsbesluiten, die de juridische tweedelijnsbijstand grondig hebben hervormd De wetswijziging had tot doel een kwalitatieve toegang tot juridische bijstand te garanderen voor zij die het echt nodig hebben. Om de toenemende vraag naar juridische bijstand, die van de overheid een zware financiële inspanning vraagt, blijvend te kunnen garanderen, wordt vandaag een kleine bijdrage gevraagd van elke begunstigde van juridische bijstand. De bijdrage bedraagt 20 euro voor de aanstelling van een advocaat en 30 euro per aanleg voor elke procedure die wordt opgestart. Op die manier wordt ook de rechtzoekende geresponsabiliseerd: er zullen minder snel nutteloze procedures worden aangespannen en alternatieve geschillenbehandeling, zoals bemiddeling, zullen misschien vaker worden overwogen. De wet voorziet vanzelfsprekend uitzonderingen voor de personen die de bijdrage echt niet of slechts deels kunnen betalen. Ook de advocaten zelf worden nu aangespoord om oplossingen te zoeken buiten de klassieke procedurele weg. Ze krijgen immers een hogere vergoeding indien ze het geschil alternatief laten beslechten Wanneer het dan toch tot een gerechtelijke procedure komt, werd een initiatief genomen om de pro deo advocaten beter te vergoeden voor de door hen geleverde prestaties. De Minister van Justitie heeft sinds zijn aantreden jaarlijks om bijkomend budget voor de financiering van het pro deo stelsel gevraagd. Om structureel in een ruimer budget te kunnen voorzien, heeft de Minister zijn medewerking verleend aan de oprichting van een begrotingsfonds voor de juridische tweedelijnsbijstand. Dit fonds wordt gespijsd door bescheiden bijdragen van partijen in burgerlijke, strafen administratieve procedures. Personen die juridische bijstand of rechtsbijstand genieten, hoeven niets te betalen. De opbrengsten zullen integraal worden aangewend voor de vergoeding van pro deoadvocaten Voortaan wordt rekening gehouden met álle bestaansmiddelen van de aanvrager van juridische bijstand. Indien het inkomen laag is, maar er bijvoorbeeld toch waardevolle goederen in bezit zijn of er een grote som op de spaarrekening staat, kan de aanvraag tot pro deo worden geweigerd.

73 73 2. Salduz bis 227. In uitvoering van een Europese Richtlijn, heeft de verdachte van een misdrijf dat tot een vrijheidsstraf kan leiden voortaan steeds recht op een vertrouwelijk overleg met een advocaat vóór het verhoor, en heeft hij ook recht op bijstand van een advocaat tijdens dat verhoor. Voorheen bestond enkel een recht op voorafgaand overleg wanneer de verdachte gearresteerd was of indien op het misdrijf minstens een jaar gevangenisstraf stond. Bijstand tijdens het verhoor was er enkel indien de verdachte van zijn vrijheid beroofd was en enkel vóór het eerste verhoor Indien de verdachte de taal van het verhoor niet machtig is, wordt hem ook een tolk ter beschikking gesteld Deze rechten worden ook verzekerd aan de rechtzoekende die over onvoldoende bestaansmiddelen beschikt. De betrokkene zal dan een advocaat worden toegewezen op kosten van de Staat. Om de extra overheidsuitgaven te dekken die worden veroorzaakt door de wet Salduz bis, werd op vraag van de Minister van Justitie in de Begroting van 2017 een bijkomend budget voorzien van 33 miljoen euro. Ook voor de komende jaren zal worden gezorgd voor voldoende financiering. 3. Betere inning van de kosten van de rechtspleging naar analogie met het Crossborder - project 230. Het 'Crossborder'-project vloeit voort uit de toepassing van een Europese richtlijn die de identificatie van vreemde nummerplaten mogelijk maakt. Sinds 1 juli 2017 kunnen de Belgische en vreemde overtreders op de website (is onlangs aangepast) hun dossier consulteren en hun betalingen online uitvoeren op basis van het PV-nummer en de datum van de feiten. Dit vergemakkelijkt de correcte betaling in een vroeger stadium Voor feiten vanaf 1 juli zullen bij niet betaling van de onmiddellijke inning noch de minnelijke schikking automatisch bevelen tot betalen worden opgemaakt door het Openbaar Ministerie in plaats van te dagvaarden voor de politierechter. Zo kan de politierechter zich concentreren op de zware verkeersovertreders en recidivisten. Dit bevel tot betalen vormt een uitvoerbare titel die door Financiën onmiddellijk kan worden ingevorderd Vanaf eind 2017 zal het Openbaar Ministerie over het volledig overtredings- en betaalprofiel beschikken van alle verkeersovertreders Zoals aangegeven in het randnummer 32 wordt, naar het voorbeeld van het crossborderwerkproces, ook de inning van alle kosten van de rechtspleging steeds performanter. De efficiëntiewinst van dit vernieuwde werkproces ligt bij de federale overheidsdiensten Financiën en Justitie. De griffie zal bij oplevering van een vonnis of arrest de zogenaamde inningsfactuur naar de FOD Financiën sturen in een overzichtelijke en gestructureerde vorm op basis waarvan de inning en invordering vlot kan gebeuren. De schuldenaar zal duidelijk geïdentificeerd zijn, alsook het te innen bedrag. Ook het inningsvoordeel van de compensatie op de fiscale balans blijft spelen. Gedaan dus

74 74 met dozen vol vonnissen en arresten die aan de ontvangers van Financiën worden overgemaakt waarna die zelf de metagegevens moeten zoeken om tot de inning en invordering te kunnen overgaan Het feit dat Justitie (eindelijk) in staat zal zijn om zelf de fiscale afrekening te maken wordt mogelijk dankzij efficiëntiewinsten die ook bij Justitie kunnen worden geboekt: - De applicatie Crossborder kan gebruikt worden om de flux digitaal te laten verlopen - Ook bij Justitie vallen de in- en uitschrijvingen van de vonnissen naar en van Financiën weg - Het platform zal in staat zijn de nodige statistieken omtrent de invordering van de rolrechten te leveren. Vandaag is dit nog voor de helft manueel te verrichten werk - Honderdduizenden beschikkingen voor de toekenning van gratis rechtspleging aan de start van de procedure vallen weg. De toekenningsvoorwaarden voor gratis rechtspleging en juridische tweedelijnsbijstand zijn inmiddels gelijkgeschakeld. Aldus zal de rechter aan het einde van een procedure kunnen vaststellen op basis van de toekenning van een pro deo advocaat of de veroordeelde geniet van de vrijstelling of niet en dit in de afrekening in het vonnis opnemen.

75 75 Bijlage C: overzicht van wetgeving en uitvoerende maatregelen C.1. Digitalisering van Justitie onderwerp wetgeving status Samenwerkingsprotocol met de juridische beroepen Oprichting van het Centraal Register voor Onbetwiste Schuldvorderingen Koninklijk besluit van 16 juni 2016 tot vaststelling van de inwerkingtreding van de artikelen 9 en 32 tot 40 van de wet van 19 oktober 2015 houdende wijziging van het burgerlijk procesrecht en houdende diverse bepalingen inzake justitie, en tot uitvoering van de artikelen 1394/25 en 1394/27 van het Gerechtelijk Wetboek Uitrol van e-box en e-deposit Koninklijk besluit van 16 juni 2016 houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek Oprichting van het platform voor Elektronische Betekening Oprichting van het Centraal Register Solvabiliteit Koninklijk besluit van 14/06/2017 houdende uitvoering van de artikelen 32quater/1, 1 en 32quater/2, 1 en 6 van het Gerechtelijk Wetboek Koninklijk besluit van 23 maart 2017 houdende de werking van het Centraal Register Solvabiliteit Ondertekend 22/06/2016 B.S. 22/06/2016 B.S. 22/06/2016 B.S. 22/06/2016 B.S. 27/03/2017 Wettelijke basis Centraal Register Collectieve Schuldenregeling Potpourri IV B.S. 30/12/2016 Invoering van de wettelijke basis voor detentieinformatica Sidis Suite (wetsvoorstel) Digitale neerlegging en aanpassing van vennootschapsakten Wetsvoorstel betreffende de verwerking van persoonsgegevens door de Federale Overheidsdienst Justitie in het kader van de uitvoering van vrijheidsstraffen en vrijheidsbenemende maatregelen en van het beheer van de inrichtingen waar deze uitvoering plaats vindt (K54/2194) Hangende in de kamer Tekst in opmaak Elektronisch aandelenregister Voorontwerp van wet tot invoering van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen en houdende diverse bepalingen Informatisering van de burgerlijke stand Voorontwerp van wet houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht Creatie van de wettelijke basis voor digitale vonnissen en arresten Verwerking advies Raad van State Verwerking advies Raad van State Tekst in opmaak

76 76 onderwerp wetgeving status Creatie van een wettelijke basis voor een nationale rol voor de hoven en rechtbanken Digitale verkoop van roerende goederen Informatisering van de procedure tot aanvraag van tweedelijnsbijstand Informatisering van de procedure van collectieve schuldenregeling Juridische basis voor een centraal register voor dossiers wilsonbekwamen en bewindvoering Standaardisering en digitalisering van het verzoekschrift Wettelijke basis voor Centraal register vermoede fictieve adressen Wettelijke basis voor een register van elektronische keuze van woonplaats Tekst in opmaak Tekst in opmaak Tekst in opmaak Tekst in opmaak Tekst in opmaak Tekst in opmaak Tekst in opmaak Tekst in opmaak C.2. Duurzaam budgettair beleid onderwerp wetgeving status Betaling van 175 miljoen euro aan achterstallige facturen Investeringen en aanwervingen via interdepartementale provisie (100 miljoen euro recurrent) Gerealiseerd In uitvoering Nieuw budget voor speekselanalyses Koninklijk besluit van 27 november 2015 drugopsporing in speeksel en bloed B.S. 30/11/2015 Nieuwe tarieven voor DNA-testen Koninklijk besluit van 27/11/2015 houdende uitvoering van artikel 6 van de programmawet (II) van 27 december 2006 tot bepaling van de tarieven in strafzaken voor het deskundigenonderzoek in genetische analyse in opdracht van een gerechtelijke overheid Nieuwe tarieven voor tolk-vertalers in strafzaken Programmawet van 25 december 2016 (K54/2208) B.S. 30/11/2015 B.S. 24/11/2016 Nieuwe tarieven voor gegevensopvraging bij telecomoperatoren Koninklijk Besluit van 8 november 2016 tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 januari 2003 houdende modaliteiten voor de wettelijke B.S. 22/12/2016

77 77 onderwerp wetgeving status medewerkingsplicht bij gerechtelijke vorderingen met betrekking tot elektronische communicatie, betreffende de tarieven voor de vergoeding van de medewerking C.3. Toegankelijkheid van Justitie onderwerp wetgeving status Versterking van de onafhankelijkheid van gerechtsdeskundigen Potpourri IV B.S. 30/12/2016 Hervorming juridische tweedelijnsbijstand: prioriteit aan de minstbedeelden, meer punten voor advocaat bij bemiddelde oplossing Deontologische code tolk-vertalers Wijziging van het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten teneinde de griffierechten te hervormen Wet van 6 juli 2016 tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek met betrekking tot de juridische bijstand (K54/1819) Koninklijk besluit van 18 april 2017 tot vaststelling van de deontologische code van de beëdigd vertalers, tolken en vertalers-tolken aangesteld in toepassing van de Wet van 10 april 2014 tot wijziging van verschillende bepalingen met het oog op de oprichting van een nationaal register voor gerechtsdeskundigen en tot oprichting van een nationaal register voor beëdigd vertalers, tolken en vertalers-tolken Wetsontwerp tot wijziging van het Wetboek der registratie-, hypotheeken griffierechten teneinde de griffierechten te hervormen (K54/2569) B.S. 14/07/2016 B.S. 31/05/2017 Hangende in de Kamer Gelijkstelling juridische tweedelijnsbijstand met gratis rechtspleging Tekst in opmaak C.4. Rechterlijke orde onderwerp wetgeving status Indiensthouding van magistraten na 65 jaar Zelfstandig beheer van het Hof van Cassatie Potpourri I B.S. 22/10/2015 Bespreking in IKW Vastlegging van de beginselen van de structuren, samenstelling en bevoegdheden van de Colleges In bespreking met de rechterlijke orde

78 78 onderwerp wetgeving status Omzetting van de kaders in financiële enveloppen Invoering van de principes van mobiliteit, solidariteit en flexibiliteit Uitwerking van een financieringsmodel C.5. Hulp aan rechtszoekenden en slachtoffers In bespreking met de rechterlijke orde In bespreking met de rechterlijke orde In bespreking met de rechterlijke orde onderwerp wetgeving status Invoering van de wettelijke basis voor een Fonds voor tweedelijnsbijstand voor de Raad van State en de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen Wet van 26 april 2017 houdende de regeling van de oprichting van een Begrotingsfonds voor de juridische tweedelijnsbijstand voor wat de Raad van State en de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen betreft (K54/2350) B.S. 22/05/2017 Vereenvoudigde slachtofferverklaring Potpourri III B.S. 13/05/2016 Oprichting van een Begrotingsfonds voor de juridische tweedelijnsbijstand Invoering van de rechtsbijstandsverzekering Wet van 19 maart 2017 tot oprichting van een Begrotingsfonds voor de juridische tweedelijnsbijstand (K54/1851) B.S. 31/03/2017 In bespreking IKW C.6. Gerechtelijk recht onderwerp wetgeving status Potpourri I Beperking van het hoger beroep door opheffing van het beginsel van schorsend effect Veralgemening van de alleenzetelende rechter Facultatief advies van het openbaar ministerie in burgerlijke en sociale zaken Stimuleren van arbitrage en bemiddeling Wet van 19 oktober 2015 houdende wijziging van het burgerlijk procesrecht en houdende diverse bepalingen inzake justitie (K54/1219) B.S. 22/10/2015 Potpourri I B.S. 22/10/2015 Potpourri I B.S. 22/10/2015 Potpourri I B.S. 22/10/2015 Potpourri I B.S. 22/10/2015

79 79 onderwerp wetgeving status Uitvoerbare titel zonder rechter voor niet-betwiste geldschulden (business to business) Vormfouten leiden niet tot automatische nietigheid Oprichting van een Marktenhof bij het hof van Beroep van Brussel Potpourri I B.S. 22/10/2015 Potpourri I B.S. 22/10/2015 Potpourri IV B.S. 30/12/2016 Oprichting van een nationaal register gerechtsdeskundigen en tolken/vertalers Deontologische code gerechtsdeskundigen Hervorming van de procedure inzake sommige vormen van foutloze aansprakelijkheid Potpourri V Diverse werklastverminderende procedurewijzigingen Pilootproject hoger beroep in de rechtbank van koophandel Hervorming vredegerechten fase 1: schrapping van zetels binnen gerechtelijke kantons Wet van 19 april 2017 wijziging van het Wetboek van strafvordering, het Gerechtelijk Wetboek en de wet van 10 april 2014 tot wijziging van verschillende bepalingen met het oog op de oprichting van een nationaal register voor gerechtsdeskundigen en tot oprichting van een nationaal register voor beëdigd vertalers, tolken en vertalers-tolken (K54/2221) Koninklijk besluit van 18 april 2017 tot vaststelling van de deontologische code van de beëdigd vertalers, tolken en vertalers-tolken aangesteld in toepassing van de Wet van 10 april 2014 tot wijziging van verschillende bepalingen met het oog op de oprichting van een nationaal register voor gerechtsdeskundigen en tot oprichting van een nationaal register voor beëdigd vertalers, tolken en vertalers-tolken Wet van 8 juni 2017 betreffende de coördinatie van het deskundigenonderzoek en de versnelling van de procedure in verband met bepaalde vormen van foutloze aansprakelijkheid (K54/2402) Wet van 6 juli 2017 houdende vereenvoudiging, harmonisering, informatisering en modernisering van bepalingen van burgerlijk recht en van burgerlijk procesrecht alsook van het notariaat, en houdende diverse bepalingen inzake justitie (K54/2259) Voorontwerp houdende diverse bepalingen inzake werklastvermindering binnen de Rechterlijke Orde B.S. 31/05/2017 B.S. 31/05/2017 B.S. 21/06/2017 B.S. 24/07/2017 Verwerking advies Raad van State In bespreking met de rechterlijke orde In uitvoering

80 80 onderwerp wetgeving status Hervorming van de vredegerechten fase 2: gefuseerde griffies voor meerdere vredegerechten Hervorming van de vredegerechten fase 3: hertekening van de gerechtelijke kantons Potpourri V B.S. 25/07/2017 Wetsontwerp betreffende de hervorming van de gerechtelijke kantons en tot wijziging van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken (K54/2695) Hangende in de Kamer C.7. Strafrechtelijke procedure onderwerp wetgeving status Potpourri II Aanpakken vormfouten: vergeten handtekening aanhoudingsmandaat leidt niet automatisch tot nietigheid, telefoontap is niet automatisch meer nietig als er fouten worden vastgesteld Wet van 5 februari 2016 tot wijziging van het strafrecht en de strafvordering en houdende diverse bepalingen inzake justitie (K54/1418) B.S. 19/02/2016 Potpourri II B.S. 19/02/2016 Introductie van de guilty plea Potpourri II B.S. 19/02/2016 Probatie en elektronisch toezicht als autonome straffen Veralgemeende correctionalisering van misdrijven (minder Assisenzaken) Potpourri II B.S. 19/02/2016 Potpourri II B.S. 19/02/2016 Vermindering van verstek en verzet Potpourri II B.S. 19/02/2016 Voorlopige hechtenis: vereenvoudiging van de procedures en de termijnen Potpourri II B.S. 19/02/2016 Omzetting van de Crossborder-richtlijn Volledige omzetting van richtlijn 2013/48/EU tot hervorming van bijstand van een advocaat bij het verhoor van verdachten ( Salduz+ ) Wijziging van de identificatieprocedure DNA-onderzoek Hervorming van het verkeersstrafrecht Programmawet van 25 december 2016 (K54/2208) Wet van 24 november 2016 betreffende bepaalde rechten van personen die worden verhoord (K54/2030) Koninklijk besluit van 11 augustus 2017 tot integratie in het federaal parket van de nationale cel, bedoeld in de wet van 22 maart 1999 betreffende de identificatieprocedure via DNAonderzoek in strafzaken Voorontwerp van wet ter verbetering van de verkeersveiligheid B.S. 04/07/2016 B.S. 22/06/2017 B.S. 24/08/2017 Verwerking advies Raad van State

81 81 onderwerp wetgeving status Hercodificatie van het Strafwetboek I Hercodificatie van het Strafwetboek II Herziening van de wet betreffende het COIV Inbeslagname en verbeurdverklaring van cryptografische munten Invoering van de beveiligingsperiode Voorontwerp van wet tot wijziging van het Strafwetboek Boek I Voorontwerp van wet houdende de opdrachten en de samenstelling van het Centraal Orgaan voor de Inbeslagneming en de Verbeurdverklaring Verwerking advies Raad van State In behandeling bij experten Verwerking advies Raad van State Hervorming van de voorlopige hechtenis wat de onmiddellijke aanhouding betreft Herziening in strafzaken Voorontwerp van wet houdende diverse bepalingen van het strafrecht I Verwerking advies Raad van State Europees minderjarigen aanhoudingsbevel Burgerinfiltratie, spijtoptanten en getuigenbescherming Instelling van criminele kamers in de correctionele rechtbanken Hervorming van de opsporingsmethoden voor voortvluchtigen of ontsnapten Voorontwerp van wet houdende diverse bepalingen van het strafrecht II Reparatiewet Grondwettelijk Hof Voorontwerp van wet houdende wijzigingen van diverse bepalingen van het strafrecht, de strafvordering en het gerechtelijk recht Implementatie van de Europese Verordening inzake beslag op bankrekeningen Wijziging van de wetgeving inzake binnendringen van een haven Voorontwerp diverse bepalingen burgerlijk recht Wet van 20 mei 2016 tot wijziging van het Strafwetboek met het oog op het strafbaar stellen van het zonder machtiging of toestemming binnenkomen of binnendringen in een havenfaciliteit of onroerend dan wel roerend goed binnen de grenzen van een haven (K54/1664) Wijziging van het Sociaal Strafwetboek Wet van 29 februari 2016 tot aanvulling en wijziging van het Sociaal Strafwetboek en houdende diverse bepalingen van sociaal strafrecht (K54/1442) Wijziging van het Wetboek van Strafvordering In bespreking in IKW Verwerking advies Raad van State In voorbereiding B.S. 02/06/2016 B.S. 21/04/2016 Behandeling bij experten

82 82 C.8. Penitentiair beleid en beleid ten aanzien van geïnterneerden onderwerp wetgeving status Opening Forensisch Psychiatrisch Centrum Antwerpen Akkoord met China, Kosovo uitleveren en overbrenging van gedetineerden Opening 29/06/2016 Inwerkingtreding 24/11/16 Regelgeving inzake de externe rechtspositie van veroordeelden Vervroegde vrijlating van buitenlanders bij strafeinde Potpourri III Regelgeving inzake de externe rechtspositie van geïnterneerden Oprichting van de Kamer voor de bescherming van de maatschappij Interne rechtspositie van gedetineerden Onafhankelijke controle van het gevangeniswezen Potpourri II B.S. 19/02/2016 Potpourri II B.S. 19/02/2016 Wet van 4 mei 2016 houdende internering en diverse bepalingen inzake justitie (K54/1590) B.S. 13/05/2016 Potpourri III B.S. 23/05/2016 Potpourri III B.S. 23/05/2016 Potpourri IV B.S. 30/12/2016 Potpourri IV B.S. 30/12/2016 Videoconferentie voor inverdenkinggestelden (wetsvoorstel) Potpourri IV Wet van 29 januari 2016 betreffende het gebruik van videoconferentie voor de verschijning van inverdenkinggestelden in voorlopige hechtenis (K54/993) Wet van 25 december 2016 tot wijziging van de rechtspositie van de gedetineerden en van het toezicht op de gevangenissen en houdende diverse bepalingen inzake justitie (K54/1986) Gezondheidszorg voor gedetineerden Voorontwerp van wet houdende diverse bepalingen van het strafrecht I B.S. 19/02/2016 B.S. 31/12/2016 Oprichting van transitiehuizen voor gedetineerden Uitvoering van de overdracht van de penitentiaire toezichtsraden Masterplan gevangenissen III Voorontwerp van wet houdende diverse bepalingen van het strafrecht II In bespreking IKW In uitvoering Overbevolking in het gevangeniswezen aanpakken In uitvoering

83 83 onderwerp wetgeving status Hercodificatie van het Wetboek van strafuitvoering Hervorming van het statuut van het gevangenispersoneel, met inbegrip van de minimale dienstverlening Tekst in opmaak Tekst in opmaak C.9. Burgerlijk recht onderwerp wetgeving status Wijziging van de regelgeving inzake naamsoverdracht aan het kind Wet van 25 december 2016 tot wijziging van de artikelen 335 en 335ter van het Burgerlijk Wetboek betreffende de wijze van naamsoverdracht aan het kind (K54/2220) Pandwet Wet van 25 december 2016 houdende de wijziging van verscheidene bepalingen betreffende de zakelijke zekerheden op roerende goederen (K54/2138) Hervorming van de regelgeving inzake mede-eigendom Wetgeving inzake levenloos geboren kinderen Hervorming van het contractenrecht Hervorming van het recht van buitencontractuele aansprakelijkheid Hervorming van het zakenrecht Hervorming van het bewijsrecht Hervorming van het recht betreffende de lening en persoonlijke zekerheden Voorontwerp diverse bepalingen burgerlijk recht B.S. 30/12/2016 B.S. 30/12/2016 Verwerking advies Raad van State In bespreking IKW In behandeling bij experten In behandeling bij experten In behandeling bij experten In behandeling bij experten In behandeling bij experten C.10. Ondernemingsrecht onderwerp wetgeving status Hervorming van het insolventierecht Wet van 11 augustus 2017 houdende invoeging van het Boek XX "Insolventie van ondernemingen", in het Wetboek van economisch recht, en houdende invoeging van de B.S. 11/09/2017

84 84 onderwerp wetgeving status Uitbreiding van de procedure van ontbinding en vereffening van slapende vennootschappen Hervorming van het ondernemingsrecht en instelling van de ondernemingsrechtbank Invoering van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen Uitbreiding van het vorderingsrecht tot collectief herstel ("Class action") Brussels International Business Court Invoering van bijzondere insolventieregels voor de vrije beroepen Modernisering van de benoemingsprocedure van rechters in handelszaken definities eigen aan boek XX, en van de rechtshandhavingsbepalingen eigen aan boek XX, in boek I van het Wetboek van economisch recht (K54/2407) Wet van 17 mei 2017 tot wijziging van diverse wetten met het oog op de aanvulling van de gerechtelijke ontbindingsprocedure van vennootschappen (K54/1940) Voorontwerp van wet tot hervorming van het ondernemingsrecht Voorontwerp van wet tot invoering van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen en houdende diverse bepalingen B.S. 12/06/2017 Verwerking advies Raad van State Verwerking advies Raad van State Voorbereiding Ministerraad Tekst in opmaak Tekst in opmaak C.11. Familiaal vermogensrecht onderwerp wetgeving status Hervorming van het erfrecht Hervorming van het huwelijksvermogensrecht Hervorming van de regelgeving inzake de private stichting en de bewindsclausule Hervorming van het samenwoningsrecht Wet van 31 juli 2017 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de erfenissen en de giften betreft en tot wijziging van diverse andere bepalingen ter zake (K54/2282) B.S. 01/09/2017 In bespreking IKW Tekst in opmaak In behandeling bij experten

85 85 C.12. Familierecht onderwerp wetgeving status Invoering van permanente saisine van de familierechtbank Potpourri I B.S. 22/10/2015 Hervorming van de adoptieprocedure Nieuw statuut pleegouders (wetsvoorstel) Hervorming van de regelingen inzake transgenders Hervorming van de prenatale erkenning Aanpak van schijnerkenning Hervorming van de regelgeving inzake bewaring van adoptiegegevens Implementatie van het Verdrag tot bescherming van wilsonbekwamen Hervorming van de afstammingswet Hervorming van het echtscheidingsrecht en ouderschapsplan Wet van 20 februari 2017 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek, betreffende de adoptie (K54/1152) Wet van 19 maart 2017 tot wijziging van de wetgeving tot invoering van een statuut voor pleegouders (K54/697) Wet van 25 juni 2017 tot hervorming van regelingen inzake transgenders wat de vermelding van een aanpassing van de registratie van het geslacht in de akten van de burgerlijke stand en de gevolgen hiervan betreft (K54/2403) Wet van 20 februari 2017 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek, wat de prenatale erkenning van een kind door een niet-gehuwde ouder betreft (K54/1658) Wet tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek, het Gerechtelijk Wetboek, de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen en het Consulair Wetboek met het oog op de strijd tegen de frauduleuze erkenning en houdende diverse bepalingen inzake het onderzoek naar het vaderschap, moederschap en meemoederschap, alsook inzake het schijnhuwelijk en de schijnwettelijke samenwoning (K54/2529) Voorontwerp diverse bepalingen burgerlijk recht Koninklijk besluit van 23 april 2017 betreffende de verzameling en de bewaring van en de toegang tot de gegevens in verband met de herkomst van de geadopteerde B.S. 22/03/2017 B.S. 05/04/2017 B.S. 10/07/2017 B.S. 22/06/2017 B.S. 04/10/2017 Verwerking advies Raad van State B.S. 18/05/2017 Tekst in opmaak In behandeling bij experten In behandeling bij experten

86 86 onderwerp wetgeving status Invoering van een rangregeling bij samenloop van onderhoudsgelden In behandeling bij experten C.13. Internationaalrechtelijk beleid onderwerp wetgeving status Verklaring van Brussel van de Raad van Europa onder Belgisch voorzitterschap tot betere opvolging van de arresten van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens Herziening van de wetgeving inzake teruggave cultuurgoederen Wet van 4 mei 2016 tot wijziging van de wet van 28 oktober 1996 betreffende de teruggave van cultuurgoederen die op onrechtmatige wijze buiten het grondgebied van bepaalde buitenlandse Staten zijn gebracht (K54/1645) Aangenomen 27/03/2015 B.S. 25/05/2016 C.14. Strijd tegen radicalisering en terrorisme onderwerp wetgeving status Terro I Wet van 20 juli 2015 tot versterking van de strijd tegen het terrorisme (K54/1198) Terro II Wet van 27 april 2016 inzake aanvullende maatregelen ter bestrijding van terrorisme (K54/1727) Terro III BOM-wet Opsporingsmethoden) (Bijzondere BIM-wet (Inlichtingen- en veiligheidsdiensten) Dataretentiewet Wet van 3 augustus 2016 houdende diverse bepalingen ter bestrijding van terrorisme (K54/1951) Wet van 25 december 2016 houdende diverse wijzigingen van het Wetboek van strafvordering en het Strafwetboek, met het oog op de verbetering van de bijzondere opsporingsmethoden en bepaalde onderzoeksmethoden met betrekking tot internet- en elektronische en telecommunicatie en tot oprichting van een gegevensbank stemafdrukken (K54/1966) Wet tot wijziging van de wet van 30 november 1998 houdende regeling van de inlichtingen- en veiligheidsdienst en van artikel 259bis van het Strafwetboek Wet van 29 mei 2016 betreffende het verzamelen en het bewaren van de gegevens in de sector van de B.S. 05/08/2015 B.S. 19/05/2016 B.S. 11/08/2016 B.S. 17/01/2016 B.S. 28/04/2017 B.S. 18/07/2016

87 87 onderwerp wetgeving status elektronische (K54/1567) communicatie Bevriezing van te goeden van personen die terreur steunen In uitvoering Methodologie OCAD Gerealiseerd Plan radicalisme in de gevangenissen Gerealiseerd Versterking van de Staatsveiligheid Gerealiseerd Oprichting van de Belgian Intelligence Academy Kanaalplan: 20 extra magistraten en 90 extra leden van het gerechtelijk personeel Circulaire "Foreign Terrorist Fighters": betere organisatie van de informatieuitwisseling en het creëren van een wettelijke basis Akkoord 23/01/2015 Akkoord 01/10/2016 Pub. 21/08/2015 Circulaire "financiering terrorisme" Pub. 07/09/2015 Circulaire "haatpredikers" Pub. 19/07/2016 Actieplan Radicalisme DNA-gegevensbank "intervenanten" Opheffing van anonieme prepaidkaarten Wet van 30 maart 2017 tot wijziging van de wet van 30 november 1998 houdende regeling van de inlichtingen- en veiligheidsdienst en van artikel 259bis van het Strafwetboek (K54/2087) Wet van 1 september 2016 tot wijziging van artikel 127 van de wet van 13 juni 2005 betreffende de elektronische communicatie en van artikel 16/2 van de wet van 30 november 1998 houdende regeling van de inlichtingen- en veiligheidsdienst (K54/1964) Goedgekeurd 14/12/2015 B.S. 31/05/2017 B.S. 07/12/2016 C.15. Veiligheidsbeleid onderwerp wetgeving status Oprichting van de DNA-gegevensbank "vermiste personen" Wet van 28 juni 2015 tot wijziging van de wet van 21 december 2013 tot wijziging van het Wetboek van strafvordering en van de wet van 22 B.S. 30/06/2015

88 88 onderwerp wetgeving status Aanstelling van voogden voor nietbegeleide minderjarige vreemdelingen Erkenning van het Executief van Moslims van België Omzetting van de Europese richtlijnen inzake mensenhandel en kindermisbruik maart 1999 betreffende de identificatieprocedure via DNAonderzoek in strafzaken, met het oog op de oprichting van een DNAgegevensbank "Vermiste personen" wat de datum van inwerkingtreding betreft (K54/1133) Koninklijk besluit van 23 september 2015 houdende wijziging van het koninklijk besluit van 22 december 2003 tot uitvoering van Titel XIII, Hoofdstuk 6 "Voogdij over nietbegeleide minderjarige vreemdelingen" van de Programmawet van 24 december 2002, wat de uitzonderlijke en tijdelijke toekenning van toelagen voor de uitoefening van de voogdij betreft Koninklijk besluit van 15 februari 2016 houdende erkenning van het Executief van de Moslims van België Wet van 31 mei 2016 tot verdere uitvoering van de Europese verplichtingen op het vlak van seksuele uitbuiting van kinderen, kinderpornografie, mensenhandel en hulpverlening bij illegale binnenkomst, illegale doortocht en illegaal verblijf (K54/1701) B.S. 13/10/2015 B.S. 19/02/2016 B.S. 23/05/2016 Kadernota Integrale Veiligheid Pub. 07/06/2016 Aanduiding van Child Focus als meldpunt voor kinderporno Europees onderzoeksbevel in strafzaken (EIO) Europees beschermingsbevel (EPO) Wederzijdse erkenning toezichtsmaatregelen (ESO) Optreden tegen valsmunterij Koninklijk besluit van 15 november 2016 houdende de erkenning van Child Focus als organisatie bedoeld in artikel 383bis/1 van het Strafwetboek Wet van 22 mei 2017 betreffende het Europees onderzoeksbevel in strafzaken (K54/2437) Wet van 9 april 2017 betreffende het Europees beschermingsbevel (K54/2263) Wet van 23 maart 2017 inzake de toepassing van het beginsel van wederzijdse erkenning op beslissingen inzake toezichtmaatregelen uitgesproken als alternatief voor voorlopige hechtenis (K54/2264) Wetsontwerp houdende de omzetting van de richtlijn 2014/62/EU van het Europees parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende de strafrechtelijke bescherming van de B.S. 18/11/2016 B.S. 23/05/2017 B.S. 18/05/2017 B.S. 19/05/2017 Aangenomen in de Kamer 05/10/2017

89 89 onderwerp wetgeving status Noodplan voor crisissituaties euro en andere munten tegen valsemunterij en ter vervanging van Kaderbesluit 2000/383/JBZ van de Raad Gerealiseerd Samenwerkingsakkoord inzake kinderontvoeringen Goedgekeurd, ter bekrachtiging Nauwere Europese samenwerking in strafonderzoeken op het vlak van encryptie, toegang tot gegevens van providers, en informatie-uitwisseling van veroordeelden om recidive op in kaart te brengen Actualisering van de wapenwet en invoering van een nieuwe aangifteperiode Nieuwe regelgeving virtuele kansspelen Instelling van een nationaal instituut voor de Rechten van de Mens Toegang voor de politie tot het centraal strafregister Voorontwerp van wet tot wijziging van de wet van 8 juni 2006 houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens. Voorontwerp van wet tot wijziging van de artikelen 3, 10, 11, 15/1 tot en met 15/4, 39, 43/4, 43/5, 43/8, 54, 58, 61 en 62 van de wet van 7 mei 1999 op de kansspelen, de weddenschappen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers Ontwerp van koninklijk besluit betreffende de voorwaarden voor het uitbaten van kansspelen en weddenschappen via informatiemaatschappijinstrumenten. Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 december 2010 tot vaststelling van het maximum aantal vaste en mobiele kansspelinrichtingen klasse IV, de criteria die ertoe strekken een spreiding van deze inrichtingen te organiseren en de procedure voor de behandeling van de aanvragen ingeval een vergunning vrijkomt wegens intrekking of stopzetting Ontwerp van koninklijk besluit tot beperking van de kansspelen in de kansspelinrichtingen klasse III Gerealiseerd Goedgekeurd in tweede lezing in Ministerraad 10/10/2017 Goedgekeurd in tweede lezing in Ministerraad 10/10/2017 Goedgekeurd in tweede lezing in Ministerraad 10/10/2017 Goedgekeurd in tweede lezing in Ministerraad 10/10/2017 Goedgekeurd in tweede lezing in Ministerraad 10/10/2017 Tekst in opmaak Tekst in opmaak

90 90 Bijlage D: Overzicht ICT-applicaties 1. Just-on-Web 235. Just-on-Web is de naam van de website waarop de burger alle informatie zal kunnen vinden over de stand van zaken van zijn dossier. Via Just-on-Web zal hij ook alle procedures kunnen opstarten en verder afhandelen Na zijn lancering in 2018, zal Just-on-Web een uniek digitaal loket vormen voor alle rechtbanken van het hele land. Er zal op de website niet alleen algemene informatie te vinden zijn, maar de burger zal er, na identificatie met zijn e-id, ook een verzoekschrift kunnen neerleggen, een pro deo aanvraag doen, een bewindvoeringsdossier opstarten, een collectieve schuldenregeling aanvragen, een schuldvordering ten opzichte van een faillissement neerleggen of om het even welke andere gerechtelijke procedure opstarten. Ook zijn betekeningsdossiers zal hij er kunnen inzien Eens een procedure opgestart, zal de burger ze verder kunnen opvolgen via de website. Hij zal ook via Just-on-Web zijn verkeersboetes kunnen betalen of aan het einde van de procedure ook de rolrechten en de gerechtskosten waartoe hij eventueel zou veroordeeld zijn Just-on-Web zal ook de unieke toegangspoort zijn voor de raadpleging van databanken zoals de databank burgerlijke stand, KBO+, het erfrechtregister, het huwelijkscontractenregister, het faillissementsregister, de databank beslagberichten, enz. Afhankelijk van de databank zal de toegang beperkt zijn tot zijn gegevens of de dossiers waarin hij betrokken is, dan wel tot alle gegevens als het over gegevens gaat die voor iedereen beschikbaar zijn Bij de start van Just-on-Web zullen al een eerste reeks toepassingen beschikbaar zijn. Naarmate de digitaliseringsprojecten verder worden afgewerkt, zullen steeds meer mogelijkheden om digitale procedures te voeren, beschikbaar worden De beroepsbeoefenaars die met de rechtbank in contact staan, zullen uiteraard ook van de diensten van Just-on-Web kunnen gebruik maken via een rechtstreekse verbinding met hun ICTplatformen. 2. e-pv-platform 241. Een procedure in strafzaken start in de meeste gevallen met een proces-verbaal dat wordt opgesteld door de politie. De politie maakt dit proces-verbaal vervolgens over aan het Openbaar Ministerie dat beslist of er verder gevolg aan moet worden gegeven Een dossier in strafzaken bestaat meestal voor meer dan de helft uit processen-verbaal. Indien deze documenten op elektronische wijze kunnen worden aangeleverd en op digitale wijze bewaard, is het elektronisch dossier al in grote mate aanwezig.

91 De politiediensten zullen in de toekomst hun processen-verbaal aanmaken in de applicatie die hen nu reeds ter beschikking is gesteld. Zij zullen dit digitale document vervolgens kunnen opladen op het e-pv-platform. Van deze handeling zal dan melding worden gemaakt bij de bevoegde diensten, bij het parket of bij de onderzoeksrechter. Deze kan vervolgens het proces-verbaal bekijken en beslissen over het gevolg dat eraan moet worden gegeven. Indien hij verder wil onderzoeken kan hij het procesverbaal digitaal kopiëren naar zijn eigen digitaal dossier. Deze digitalisering zal de politie toelaten om online te vernemen welk gevolg het parket heeft gegeven aan de processen-verbaal. Dit alles binnen een welomschreven en veilig kader Het e-pv-platform laat aldus toe om de stapel processen-verbaal elektronisch te laten toekomen zodat ze kunnen worden bewaard in een elektronisch dossier. Er moeten dan manueel geen documenten meer worden toegevoegd aan het papieren dossier of gegevens ingegeven in de eigen applicatie. De handeling bestaat dan nog louter in de controle van het document en de toewijzing aan het juiste dossier Een dergelijke werkwijze werd reeds tot stand gebracht voor de e-pv s komende van de economische en sociale inspectiediensten. In het najaar wordt dit uitgerold naar alle parketten. Thans lopende testen voor de e-pv s komende van de politie. Als deze testen positief worden afgerond, zal in 2018 een uitrol naar alle parketten en onderzoeksgerechten kunnen worden gerealiseerd Deze verwezenlijking beantwoordt aan de jarenlange vraag vanuit de rechterlijke orde om de PV s samen met de bijhorende data digitaal te kunnen ontvangen in plaats van op papier. 3. Akten van Rechtsingang: het e-betekeningsplatform en de e-verzoekschriften 247. Een gerechtelijke procedure wordt opgestart hetzij door het betekenen van een dagvaarding, hetzij door het neerleggen van een verzoekschrift waarna de oproeping door de griffie per gerechtsbrief wordt verzonden Het platform e-betekening realiseert verschillende doelstellingen. Ten eerste is het de authentieke bron voor alle betekeningen en de betekeningsdossiers. Dit wil zeggen dat alle betekeningen erin worden opgeslagen met alle noodzakelijke bijkomende informatie. Ten tweede is het e-betekeningsplatform ook een communicatiesysteem waarlangs betekeningsopdrachten, uitgaande van het Parket, aan de geografisch bevoegde en beschikbare gerechtsdeurwaarder worden gegeven. Ten derde is de e-betekening ook de applicatie die instaat voor de elektronische betekeningen. De mogelijkheid om elektronisch te betekenen aan een officieel elektronisch adres of een adres van elektronische woonstkeuze werd tot stand gebracht door de tweede potpourri-wet.

92 92 Tot slot zal in de nabije toekomst het e-betekeningsplatform het parket vervangen als betekeningsadres voor al wie zonder adres is en ook op geen andere wijze kan worden teruggevonden De burger, de onderneming of hun advocaat zal dit e-betekeningsplatform te allen tijde kunnen raadplegen om de betekeningsdossiers in te zien Ook wanneer de procedure niet door een dagvaarding, maar door een verzoekschrift wordt opgestart, zal dit in de toekomst overal elektronisch kunnen geschieden. Via Just-on-Web zullen daartoe standaarddocumenten kunnen worden ingevuld. Maximaal zullen gegevens vooraf door de applicatie zelf worden ingevuld. Waar mogelijk zullen de oproepingen aan een elektronisch adres en/of een adres van elektronische woonstkeuze gebeuren. In de gevallen waar dit niet mogelijk is, zal gebruik worden gemaakt van de traditionele gerechtsbrief. Het opmaken en verzenden zal ook zo veel mogelijk via een gestandaardiseerde elektronische procedure verlopen. Wanneer de burger beroep doet op een advocaat of een ander iemand voor juridische bijstand dan zal deze laatste uiteraard ook gebruik kunnen maken van het elektronisch verzoekschrift via de centrale elektronische platformen van de beroepsgroepen Nadat alle betekeningen in een dossier zijn gebeurd, maakt het e-betekeningsplatform een overzichtslijst van alle dagvaardingen op waardoor de vaak omvangrijke betekenisdossiers niet meer op papier beschikbaar moeten zijn Ingeval van betwisting ter zitting omtrent de geldigheid van een betekening zal het dossier onmiddellijk en digitaal kunnen worden ingezien ter controle Al deze toepassingen zorgen voor een belangrijke administratieve lastenvermindering voor de parketten, gerechtsdeurwaarders en advocaten. 4. e-deposit 254. Aan de hand van de applicatie e-deposit die momenteel reeds op verschillende rechtbanken operationeel is, kunnen advocaten of burgers hun conclusies en dossierstukken op digitale wijze neerleggen in het dossier op de rechtbank. De applicatie bezorgt die documenten niet enkel aan de griffie, maar steekt ze ook rechtstreeks in het dossier De e-deposit applicatie biedt voordelen voor alle betrokken actoren. Zo hoeft de advocaat zich niet langer naar de rechtbank te begeven om er zijn conclusies neer te leggen en is hij niet langer gebonden aan de openingsuren van de griffie. De digitale griffie is immers open op alle uren van de dag. Voor het griffiepersoneel heeft de e-deposit applicatie tot voordeel dat ze niet langer manuele handelingen hoeft te stellen om de neergelegde conclusies en stukken in het juiste dossier onder te brengen.

93 Door het platform zijn de conclusies en stukken ook digitaal raadpleegbaar voor de partijen. Advocaten gebruiken e-deposit via hun centraal digitaal platform. Burgers die zelf hun dossier ter harte nemen, kunnen dit raaplegen via Just-on-Web en mits gebruik van hun e-id. Uitrolschema e-deposit: Instantie 1) Vredegerechten 2) Politierechtbanken 3) 4) Rechtbanken eerste aanleg Rechtbanken van koophandel Stand van zaken Uitrol voorzien voor eind De uitrol zal per arrondissement verlopen. Uitrol voorzien voor eind De uitrol zal per arrondissement verlopen. Uitrol voorzien voor eerste helft Reeds uitgerold 5) Arbeidsrechtbank Uitrol voorzien voor eerste helft ) Hoven van beroep Reeds uitgerold 7) Arbeidshoven Reeds uitgerold 8) Hof van Cassatie Niet voorzien 5. E-box 257. De e-box is een digitale brievenbus waaraan een officieel digitaal adres is verbonden. De verschillende digitale brievenbussen zijn onderling met elkaar verbonden via een gesloten en beveiligd netwerk Omdat dit netwerk een in het gerechtelijk wetboek vastgelegd juridisch statuut heeft, is het mogelijk om juridische tegenstelbare communicatie te voeren tussen al de houders van een e-box in het netwerk De instanties van de rechterlijke orde, griffies en secretariaten, de juridische beroepsbeoefenaars, enz. worden allemaal uitgerust met een dergelijke e-box. Vooral daar waar geen specifieke applicaties bestaan biedt de e-box een laagdrempelige oplossing om juridisch geldig en tegenstelbaar met elkaar te communiceren. 6. Pro deo 260. Het digitaal pro deo-platform moet de centrale applicatie worden die de aanvragen behandelt van al wie recht heeft op kosteloze juridische tweedelijns rechtsbijstand.

94 Aangezien de voorwaarden die toegang geven tot gratis rechtspleging in overeenstemming werden gebracht met de voorwaarden voor het bekomen van kosteloze tweedelijns rechtsbijstand, zal dit ICT-platform ook instaan voor de toekenning van dit basisrecht De huidige applicaties zullen vervangen worden door één nationale centrale applicatie Omdat deze applicatie zal worden aangesloten op de overheidsdatabanken, zal het 'only once principe van toepassing zijn. Dit betekent dat alle informatie die nodig is om de aanvraag te kunnen onderzoeken, zoals bijvoorbeeld de inkomenstoestand, de vermogenstoestand en de gezinssamenstelling van de aanvrager, rechtstreeks vanuit de diverse overheidsdatabanken zal kunnen worden opgeladen. Dit zal de administratieve drempel om kosteloze rechtsbijstand en rechtspleging te bekomen, aanzienlijk verminderen Het pro deo-platform zal het beheer en de controle van de dossiers ook vereenvoudigen waardoor de beheerskosten zullen dalen en het budget meer voor de rechtsbijstand zelf zal kunnen worden ingezet. 7. MaCH 265. MaCH is de dossierbeheerapplicatie voor de griffies en de parketsecretariaten. Ze bevat alle datagegevens en documenten die door e-deposit en andere applicaties aan het digitaal onderzoeksdossier worden toegevoegd MaCH vervangt alle verouderde dossierbeheerapplicaties van de diverse rechtbanken en parketten door één gestandaardiseerde applicatie met veel meer functionaliteiten. De standaardisering maakt een efficiënter en kwaliteitsvoller beheer van de gerechtelijke dossiers mogelijk, maar tegelijkertijd speelt MaCH ook in op de specifieke aspecten van elke instantie Bijzondere procedures die aanleiding geven tot een bijzonder dossier (faillissement, collectieve schuldenregeling, bewindvoering of familiedossiers) worden beheerd door specifieke registers maar worden wel verbonden met MaCH om automatische digitale data uitwisseling mogelijk te maken Vandaag is MaCH reeds operationeel bij de vredegerechten, de politierechtbanken en - parketten en bij een aantal correctionele rechtbanken en parketten Stapsgewijs wordt deze applicatie verbonden met alle andere applicaties en databanken en zo neemt ze in het dossierbeheer van de rechtbanken en parketten een centrale plaats in.

95 95 Instantie Stand van zaken 1) Vredegerechten De vredegerechten zijn reeds verschillende jaren uitgerust met de MaCH-dossierbeheerapplicatie. Deze applicatie wordt in 2018 uitgebreid met een centraal register dat de digitale dossiers van bewindvoering zal bevatten. Alle betrokken actoren (bewindvoerders, advocaten, notarissen, enz.) zullen hun dossier digitaal kunnen voeden en raadplegen. In 2018 zullen de vredegerechten ook bevoegd worden voor alle nieuw opgestarte dossiers van collectieve schuldenregeling. Op hetzelfde ogenblik zal het centraal register dat de digitale dossiers collectieve schuldenregeling zal bevatten, in verbinding worden gesteld met de MaCH-dossierbeheerapplicatie. Ook hier zullen alle betrokken actoren (schuldbemiddelaars, schuldeisers, advocaten, gerechtsdeurwaarders, enz.) hun dossier digitaal kunnen voeden en raadplegen. Voor eind 2017 zal de e-deposit-applicatie voor het neerleggen van conclusies en stukken verbonden zijn met MaCH. VAJA, de databank met vonnissen en arresten die ook de elektronische creatie van de afschriften mogelijk maakt, zal in de eerste helft van 2018 ook verbonden worden met MaCH. In 2018 zullen de e-betekeningen en de e-verzoekschriften rechtstreeks en via een digitaal proces in de MaCH-applicatie toekomen. 2) Politierechtbanken en politieparketten 3) Rechtbanken eerste aanleg Door de realisatie van deze diverse projecten zullen tegen het voorjaar 2019 het digitale dossier en de digitale burgerlijke keten een feit zijn. Zowel voor de gewone procedure als voor de bijzondere procedures van bewindvoering en collectieve schuldenregeling. De politierechtbanken en -parketten zijn reeds meerdere jaren uitgerust met de MaCH-dossierbeheerapplicatie. In de tweede helft van 2018 zal met VAJA, de e-betekening en het e-verzoekschrift de digitale keten en het digitale dossier tot stand worden gebracht. De uitrol van MaCH in de correctionele rechtbanken en parketten is aan de gang. Tegen eind 2019 zullen ze allemaal uitgerust zijn met MaCH. In 2018 zullen ook de applicaties e-deposit, VAJA, e-betekening en e-verzoekschrift geconnecteerd worden en beschikbaar zijn in de sites waar MaCH is uitgerold. 4) Ondernemingsrechtban ken 5) Arbeidsrechtbanken Voorzien voor De uitrol van MaCH in de burgerlijke rechtbanken is vandaag in analysefase aan de hand van de zogenaamde labo-aanpak. Hierbij wordt op het terrein de standaard MaCH-versie uitgetest. Na evaluatie zal in 2018 met de uitrol van de basisversie worden gestart. De connectie met de applicaties e-deposit, VAJA, e-betekening en e-verzoekschrift zal worden gerealiseerd. In de eerste helft van 2018 wordt MaCH uitgerold op het niveau van de ondernemingsrechtbanken. De connectie met de diverse applicaties zoals VAJA, e-deposit, e-betekening en e-verzoekschrift, zal worden gerealiseerd. Ook de verbinding met het RegSol-register zal bij de uitrol tot stand worden gebracht.

96 96 8. Justscan 270. Justscan is het register dat de digitale strafonderzoeksdossiers bevat. Het kreeg zijn naam in het tijdperk dat het tot stand brengen van een digitaal dossier nog gebeurde aan de hand van een scan van het dossier. Naarmate de digitale procesketen tot stand komt en meer documenten digitale native zullen zijn, wordt de naam steeds minder toepasselijk Een digitaal dossier in Justscan bevat steeds een inventaris van alle documenten opgenomen in het strafdossier alsook de digitale versie van alle documenten. Het dossier kan ook steeds elektronische worden geraadpleegd. Er kan tevens een digitale kopie van worden afgeleverd op een datastick of een andere digitale drager Zodra in 2018 de processen-verbaal van vanuit de e-pv databank van politie digitaal aan justitie zullen worden overgemaakt, zal het gebruik van de digitale strafonderzoeksdossiers snel toenemen. De werklast, veroorzaakt door het scannen, zal immers verdwijnen. 9. Consult-online 273. Consult-online is de applicatie die, binnen het kader van de wet en mits de vereiste toelatingen, een beveiligde consultatie van het strafdossier toelaat Het gebruik van deze applicatie is nauw verbonden met de veralgemening van het gebruik van het digitale strafdossier. De gevangenissen worden uitgerust met de mogelijkheid om vanuit de cel of vanuit een binnen de gevangenis daartoe uitgeruste ruimte, gebruik te maken van Consult-online. Dit maakt de overbrengingen van gedetineerden van de gevangenis naar de griffie overbodig. Dit betekent een belangrijke werklast- en risicovermindering voor alle diensten betrokken bij die transporten. Voor de gevangenen zelf wordt een voor hen vaak belastende verplaatsing eveneens vermeden. Ook de advocaten zullen te allen tijde het dossier kunnen raadplegen zonder zich nog naar de griffie te moeten begeven. 10. VAJA 275. Alle vonnissen en arresten uitgesproken door de hoven en rechtbanken die onder de bevoegdheid van de Minister van Justitie vallen, zullen worden opgeladen in de VAJA-databank. VAJA maakt de elektronische afschriften van de vonnissen aan en bezorgt ze elektronisch aan al wie het behoort. Daarnaast zal VAJA ook voor de publicatie zorgen van alle strafvonnissen op de Just-on- Web website. De administratieve werklast van het zogenaamde post-vonnis-werkproces zal hierdoor aanzienlijk worden verlaagd.

97 97 De vonnissen zullen in de toekomst immers niet meer integraal moeten worden voorgelezen op de zitting. De uitspraken blijven evenwel steeds openbaar en zullen ook publiek beschikbaar zijn Het publieke luik van VAJA zal een belangrijke bron zijn voor rechtspractici, wetenschappers, journalisten en het publiek want dankzij VAJA zullen zij kennis kunnen nemen van de uitspraken van de hoven en rechtbanken. 11. RegSol 277. Het centraal register solvabiliteit kortweg RegSol is het ICT-platform waarop de digitale faillissementsdossiers worden beheerd. Voor elke faillissementsprocedure wordt het bijhorende faillissementsdossier digitaal bijgehouden op dit platform. Een faillissementsdossier kan bijvoorbeeld de vorderingen bevatten van schuldeisers, de verslagen van de curators en de uitspraken van de rechtbank in dat specifiek dossier Daarnaast verwerkt RegSol alle relevante gegevens, zoals de termijnen en de status van de vorderingen, zodat de administratieve afhandeling van het faillissement grotendeels geautomatiseerd kan verlopen RegSol heeft twee categorieën van gebruikersgroepen. Enerzijds zijn er de rechtbanken en de gerechtelijke mandatarissen de curator en de rechter-commissaris die via RegSol hun interne communicatie voeren. Anderzijds zijn er alle andere betrokkenen in het faillissement zoals de schuldeiser en de schuldenaar De schuldeisers leggen via RegSol hun schuldvordering neer en kunnen er, net als de schuldenaar en andere belanghebbenden, terecht voor een stand van zaken. Ook de Deposito- en Consignatieskas, de gerechtsdeurwaarders en notarissen alsook alle andere actoren die bij een faillissementsprocedure betrokken zijn, zullen digitaal worden geconnecteerd Vanaf 1 mei 2018, wanneer de nieuwe insolventiewet van toepassing wordt, zullen ook de andere insolventieprocedures maximaal via RegSol worden beheerd. 12. Centraal Register Collectieve Schuldenregeling 282. Het Centraal Register Collectieve Schuldenregeling biedt een digitaal platform waarop het beheer, de opvolging en de behandeling van de dossiers van collectieve schuldenregeling kan plaatsvinden Het register verzamelt alle stukken en gegevens die worden gecreëerd in het kader van de afhandeling van de procedure. Het zorgt bovendien voor een snelle en kostenefficiënte uitwisseling van

98 98 deze gegevens tussen de rechtbank, de schuldbemiddelaar, de schuldenaar en de verscheidene schuldeisers De veelvuldige communicatiestromen die vandaag het beheer van de collectieve schuldenregeling bijzonder belastend maken, worden vervangen door een centraal digitaal dossier dat alle in de procedure betrokken partijen kunnen raadplegen. Zij worden per mail of brief verwittigd van zodra er een nieuwe voor hen relevante informatie aan het dossier wordt toegevoegd De vorderingen van schuldeisers, de voorgestelde betalingsplannen en eventuele beslissingen van de rechter in een dossier zullen dus te allen tijde ter inzage beschikbaar zijn voor de betrokkenen en belanghebbenden, zonder dat men zich daarvoor naar de griffie moet begeven of de bemiddelaar moet aanschrijven. Een inzage kan dus voortaan ook buiten de openingsuren van de griffies. 13. Centraal Register Bewindvoering 286. Zoals RegSol voor de insolventiedossiers en het Centraal Register Collectieve Schuldenregeling voor de dossiers collectieve schuldenregeling, zal ook de bijzondere procedure inzake bewindvoering worden beheerd door een specifiek daarvoor gecreëerd register met digitale dossiers Ook dit register zal toegankelijk zijn voor alle in de procedure betrokken actoren en zal de communicatie tussen de actoren organiseren. Het zal ook de rechters toelaten om de bewindvoeringsdossiers veel beter op te volgen Door digitalisering én standaardisering van de verzoekschriften zal het ook voor de burger gemakkelijker worden om deze procedures zelf op te starten en de bewindvoering op zich te nemen. Zij zullen zelf geen dossier meer moeten bijhouden als bewindvoerder omdat een centraal beschikbaar dossier voor hen wordt bijgehouden. Omwille van de enorme toename van de bewindvoeringen, onder andere door de vergrijzing van de bevolking, is dit register en haar gedigitaliseerde procedures een belangrijk instrument voor een kwaliteitsvolle uitvoering en opvolging van de bewindvoeringen Juridische professionelen zullen dit register rechtstreeks kunnen benaderen vanuit hun informaticaplatformen. Burgers zullen van thuis uit of in de kiosk op de griffie via Just-on-Web toegang hebben tot hun dossier in het register. 14. KBO KBO+ is de opvolger van de huidige Kruispuntbank voor Ondernemingen. Deze authentieke bron zal alle juridische en economische informatie of een verwijzing ernaar bevatten. De KBO+ zal, naast de huidige informatie opgenomen in de KBO, ook de informatie opgenomen als de bijlagen van het Belgisch Staatsblad bevatten. Tot zullen ook de vennootschaps- en rechtspersonendossiers die

99 99 zich in de griffies bevinden, na digitalisatie, in de KBO+ terug te vinden zijn. Het samenbrengen van die drie informatiebronnen in één geheel zal de incoherentie doen verdwijnen die vandaag soms nog bestaat tussen de informatie in deze verschillende bronnen Het KBO+-project voorziet bovendien in de creatie van een mandatendatabanken en een databank met gecoördineerde statuten. Deze 2 nieuwe databanken die vanuit de KBO+ raadpleegbaar zijn bieden een antwoord op de noden van de economische actoren Met de creatie van de KBO+ zal de mededeling van de informatie door de ondernemingen of hun vertegenwoordigers volledig worden gedigitaliseerd en door een kwaliteitscontrole worden bewaakt. Op die manier wordt de tegenstelbaarheid die eigen is aan een authentieke bron gegarandeerd Het spreekt voor zich dat via Just-on-Web deze databank raadpleegbaar zal zijn en dat ook hier de fysieke verplaatsing en beperking van de openingsuren van de griffie tot het verleden behoren. 15. Sidis Suite 294. De databank Sidis Suite verwerkt vandaag de gegevens van personen aan wie een vrijheidsstraf, een vrijheidsbenemende maatregel (voorlopige hechtenis) of een internering werd opgelegd en die daartoe in een gevangenis, een inrichting of afdeling tot bescherming van de maatschappij (internering) of een gemeenschapscentrum voor minderjarigen verblijven De gegevens in Sidis Suite hebben voornamelijk betrekking op de duur van de opsluiting, hun rechten en plichten en de beslissingen inzake het al dan niet tijdelijk verlaten van de instellingen. Maar ook de gegevens van derden, zoals bezoekers, worden door Sidis Suite beheerd. Dit alles om een adequaat beheer van de detentie en van de inrichtingen mogelijk te maken Naast de wettelijke basis die daarvoor wordt voorzien, komt er een belangrijke uitbreiding van Sidis Suite opdat het ook zal kunnen dienen als instrument voor de opvolging, begeleiding en controle door de bevoegde overheden (politie, parket, staatsveiligheid, justitiehuizen ) van personen die het voorwerp uitmaken van een strafrechtelijke beslissing en die mits de naleving van voorwaarden in vrijheid zijn. Sidis Suite maakt de noodzakelijke informatie-uitwisseling en gegevensstroom tussen die overheden mogelijk. 16. Centraal strafregister en strafuitvoeringsregister 297. Vandaag is de uitrol van het centraal strafregister en het opladen van de historiek (tot 100 jaar terug) zo goed als afgerond. Het is nu tijd voor de opstart van het centraal strafuitvoeringsregister, dat onder meer het strafregister zal omvatten, maar een veel ruimere scope heeft en digitaal makkelijker exploiteerbaar zal zijn. De lokale gemeentelijke strafregisters zullen daardoor uiteindelijk kunnen

100 100 verdwijnen samen met hun omvangrijke voedings- en consultatieprocessen. Dit zal een belangrijke administratieve lastenverlaging betekenen voor de gemeenten en de rechterlijke orde De informatie uit het strafregister is voor de verzoeker slechts beschikbaar wanneer een uittreksel uit het strafregister wordt gevraagd. Deze oude werkwijze voldoet niet meer aan de noden van de samenleving. Vandaag wensen de maatschappelijke actoren immers online over de informatie te beschikken Bij de uitvoering van het nieuwe strafuitvoeringsregister zal rekening moeten worden gehouden met de regels inzake de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Dat betekent dat het register enkel informatie mag geven als diegene die erom verzoekt daar wettelijk recht op heeft. Enkel die informatie-elementen die relevant zijn voor het doel waarvoor de informatie moet dienen, zal beschikbaar mogen worden gesteld. Daarnaast moet maximaal toepassing worden gemaakt van het only-once principe. Dit betekent onder meer dat wanneer de overheid de vrager is van informatie, ze in de toekomst haar eigen databank zal moeten raadplegen in plaats de burger te vragen om een uittreksel. De burger moet zich immers zelf ook tot de overheid richten om dat uittreksel te bekomen Naast de overheid hebben ook private actoren (veiligheidsdiensten, bedrijven actief op bv de luchthaven, interimkantoren, kinderdagverblijf, enz.) soms nood aan informatie uit het strafregister en over de strafuitvoering. Zij moeten daarom een consultatierecht krijgen dat aangepast is aan hun nood en rekening houdt met de wetten op de bescherming van de persoonlijke levenssfeer Het huidige strafregister bevat vandaag enkel de basisinformatie inzake de straf: de identiteit van de veroordeelde, de referentie naar de gerechtelijke uitspraak, de uitgesproken straf en het artikel op basis waarvan iemand werd veroordeeld. Het bevat geen informatie over eventuele bijkomende opgelegde voorwaarden, beroepsverboden of omgangsverboden, noch over de stand van zaken van de uitvoering of over eventuele strafrechtelijke minnelijke schikkingen, enz. Deze informatie zit vandaag verspreid over verschillende informatiebronnen bij verschillende instanties en wordt op verschillende wijze opgeslagen zodat elk overzicht ontbreekt Het strafuitvoeringsregister moet alle beschikbare informatie vanaf de veroordeling tot aan het uitdoven van elk effect van de veroordeling bevatten en samenbrengen. Het register zal dus ook een lijst bevatten van personen die (nog) niet veroordeeld, doch wel van hun vrijheid beroofd zijn geweest, bijvoorbeeld in het kader van een vooronderzoek. Hun vrijlatingsvoorwaarden zullen worden opgenomen zodat ook voor deze categorie van personen de actoren op het terrein volledige en snel beschikbare informatie kunnen raadplegen In het uiteindelijke strafuitvoeringsregister zal ook de opvolging van de uitvoering van de andere straffen dan vrijheidsberoving, bv. financiële of alternatieve straffen, worden opgenomen. Door de centralisatie op één plaats van alle informatie inzake de strafuitvoering ontstaat een instrument om tot goede en kwaliteitsvolle opvolging van de strafuitvoering te komen.

101 Door het gebruik van een eigentijdse zoekfunctie zal het strafuitvoeringsregister een thans ontbrekende informatiebron worden voor beleid, gerechtelijk en wetenschappelijk onderzoek. Tevens zal het register het gebrek van statistische basisinformatie wegwerken Zoals hoger reeds vermeld, wordt het centraal strafuitvoeringsregister technisch ingebed in Sidis Suite. Deze applicatie bevat immers reeds de dossiers van de meeste personen die in vrijheid onder voorwaarden zijn gesteld. Om een wettelijke basis te creëren voor deze eerste stap naar het centraal strafuitvoeringsregister, wordt vóór het einde van 2017 het Sidis Suite wetsontwerp ter stemming voorgelegd aan het parlement. 17. CROS 306. CROS is de naam voor het digitaal register dat de invorderingsprocedure beheert voor de geldschulden die door de schuldenaar niet worden betwist maar ook niet worden betaald. Bij gebreke aan betwisting, regeling of afbetalingsovereenkomst, bekomt de schuldeiser aan het einde van de procedure een uitvoerbare titel die door een gerechtsdeurwaarder wordt afgeleverd. Indien tijdens het verloop van deze gedigitaliseerde procedure de schuldenaar het bestaan of de hoogte van de geldschuld toch betwist, zal de schuldeiser vooralsnog voor de rechtbank zijn vordering moeten instellen om een uitvoerbare titel te bekomen CROS heeft de rechtbanken van koophandel bevrijd van de werkoverlast die was ontstaan nadat de wet natuurlijke rechter de ondernemingsrechtbanken bevoegd had gemaakt voor de invorderingsprocedures. De cultuurverandering om een uitvoerbare titel te bekomen met een buitengerechtelijke en dus snellere en goedkopere procedure is reeds in belangrijke mate doorgedrongen. De procedure, die enkel in business to business situaties kan worden toegepast, wordt opgestart door een herinneringsbrief van de advocaat van de schuldeiser. Bij gebreke aan resultaat kan de advocaat de gerechtsdeurwaarder verzoeken om de procedure via het platform op te starten. Indien na aanmaning er geen akkoord tussen schuldenaar en schuldeiser tot stand komt, bekomt de schuldeiser een uitvoerbare titel. In de procedure zijn de nodige garanties ingebouwd ter bescherming van de schuldenaar. Hij wordt immers herhaaldelijk geïnformeerd, heeft de kans om regelingsvoorstellen te doen en kan op eenvoudige wijze aangeven of hij de schuld of de hoogte ervan betwist. De kosten, boetes en intresten die boven op de hoofdsom via deze procedure kunnen worden gevraagd en bekomen, zijn bij wet beperkt Alle betrokken partijen winnen bij deze aanpak: de schuldeiser bekomt sneller een betaling, een afbetalingsovereenkomst of een uitvoerbare titel. De schuldenaar krijgt de kans om de schuld te betwisten, een afbetalingsregeling te bekomen of de kosten boven de hoofdsom te beperken. De rechtbanken worden dan weer ontlast van procedures die geen inhoudelijke betwisting inhouden maar enkel worden opgestart om een uitvoerbare titel te bekomen.

102 Knipperlichtendatabank 309. Het handelsonderzoek ingericht bij de ondernemingsrechtbanken tracht ondernemingen in moeilijkheden op te sporen en hen aan te zetten tot de gepaste maatregelen. Indien nodig zal de rechtbank ambtshalve optreden door een curator aan te duiden of een ambtshalve faillissement uit te spreken De wet van 17 mei 2017 verruimde de opdracht van de dienst voor handelsonderzoek met de opsporing van bedrijven die administratief nalatig zijn door bijvoorbeeld het herhaaldelijk niet tijdig neerleggen van de jaarrekeningen. In dezelfde wet werd aan de rechtbank een nieuw instrument gegeven om deze soms slapende en nalatige, maar soms ook malafide vennootschappen, aan te pakken. De rechtbank kan deze ondernemingen nu oproepen en desnoods een procedure van vereffening door de wet opstarten Om een efficiënte opsporing van de ondernemingen mogelijk te maken werd in de wet ook een wettelijke basis voorzien voor de knipperlichterdatabank die vóór het einde van 2017 in alle ondernemingsrechtbanken operationeel zal zijn. Deze databank brengt, dankzij een zoekfunctie in de verschillende overheidsdatabanken, alle nuttige informatie samen omtrent ondernemingen in moeilijkheden of administratief nalatige ondernemingen. Aan de hand van ingestelde parameters levert de databank een lijst op van ondernemingen die in aanmerking komen om te worden opgeroepen door de dienst voor handelsonderzoek. Deze databank levert bovendien de noodzakelijke administratieve informatie en economische analyserapporten op om het dossier te stofferen. Voorbeelden van knipperlichten zijn geprotesteerde wissels, achterstallige belastingen en sociale bijdrage, beslagen, veroordelingen bij verstek, achterstand in de neerlegging van jaarrekeningen, enz.

103 103 Uitrolschema Centrale registers Projecten Operationeel 1 Erfrechtregister 2 Register Huwelijkscontracten 3 Register Testamenten 4 Betekeningsplatform 5 Centraal register collectieve schuldenregeling 6 Centraal register onbetwiste schuldvorderingen 7 Centraal register bewindvoering 8 Centraal strafregister 9 Strafuitvoeringsregister 10 VAJA 11 e-pv a) Sociale zaken b) Politie 12 KBO+ 13 Centraal register solvabiliteit 14 Burgerlijke stand 15 Centraal bestand beslagberichten 16 Pro Deo platform 17 Knipperlichtendatabank 18 Belgisch Staatsblad 19 Bijlagen Belgisch Staatsblad 20 Nationaal register experten 21 Authentieke bronnen a) Advocatuur b) Gerechtsdeurwaarders c) Notarissen 1ste helft Uitrolschema de 1ste 2de 1ste 2de helft helft helft helft helft

104 104 Bijlage E: Alleenzetelende rechter 312. De eerste potpourriwet van 19 oktober 2015 heeft de inzet van alleenzetelende rechters versterkt. Het wettelijk principe dat de vorderingen in burgerlijke en strafzaken buiten wettelijke uitzonderingen voor bepaalde zware misdrijven goeddeels worden toegewezen aan kamers met één rechter bestond reeds. De mogelijkheid voor partijen om toch te opteren voor een collegiale kamer met drie rechters werd met de wet van 2015 opgeheven Enkel in uitzonderlijke gevallen kan de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg of de eerste voorzitter van een hof van beroep ambtshalve een zaak aan een kamer met drie rechters, of raadsheren in geval van een hof van beroep, toebedelen. Daarbij zal hij alleen rekening houden met bijzondere, objectieve omstandigheden, zoals het belang van de zaak, haar complexiteit, haar delicaat, controversieel of mediatiek karakter Dit betekent dat de korpschef zijn magistraten in de toekomst nog efficiënter zal kunnen inzetten. Meer alleenzetelende rechters laat hem immers toe om meer kamers te creëren en de specialisatie van elke kamer te verhogen, hetgeen de gerechtelijke achterstand terug dringt en de rechtsgang versnelt. Uiteraard verzetten drie kamers van één rechter niet driemaal zoveel werk als één kamer van drie rechters. Maar iedereen is het erover eens dat zij afzonderlijk méér aankunnen dan wat een collegiale kamer vermag Op dit ogenblik onderzoekt en evalueert de Hoge Raad voor Justitie de praktijken van de verschillende hoven en rechtbanken op het stuk van de alleenzetelende rechter.

105 105

Het Justitieplan: de hervorming van justitie door Minister Geens

Het Justitieplan: de hervorming van justitie door Minister Geens Het Justitieplan: de hervorming van justitie door Minister Geens FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be 1

Nadere informatie

Tribunal du futur Rechtbank van de toekomst. 25 oktober 2017

Tribunal du futur Rechtbank van de toekomst. 25 oktober 2017 1 Tribunal du futur Rechtbank van de toekomst 25 oktober 2017 Wat is de bedoeling? De drie taken van de politiek Onvermijdelijke opvangen en remediëren Het haalbare mogelijk maken Het vooralsnog onhaalbare

Nadere informatie

JUSTITIEPLAN EEN EFFICIËNTE JUSTITIE VOOR MEER

JUSTITIEPLAN EEN EFFICIËNTE JUSTITIE VOOR MEER JUSTITIEPLAN EEN EFFICIËNTE JUSTITIE VOOR MEER RECHTVAARDIGHEID Wetsontwerp Burgerlijk procesrecht Koen Geens Minister van Justitie 8 mei 2015 Plan-methode op maat van uitdaging» 9 december 2014 (budget

Nadere informatie

JUSTITIEPLAN EEN EFFICIËNTE JUSTITIE VOOR MEER RECHTVAARDIGHEID

JUSTITIEPLAN EEN EFFICIËNTE JUSTITIE VOOR MEER RECHTVAARDIGHEID JUSTITIEPLAN EEN EFFICIËNTE JUSTITIE VOOR MEER RECHTVAARDIGHEID Koen Geens minister van Justitie 18 maart 2015 Plan-methode op maat van uitdaging» 9 december 2014 (budget Justitie): belofte om met een

Nadere informatie

TREINONGEVAL BUIZINGEN: INFORMATIEVE NOTA Fase raadkamer

TREINONGEVAL BUIZINGEN: INFORMATIEVE NOTA Fase raadkamer TREINONGEVAL BUIZINGEN: INFORMATIEVE NOTA Fase raadkamer In het gerechtelijk dossier dat werd geopend naar aanleiding van het treinongeval in Buizingen op 15 februari 2010, hebt u zich burgerlijke partij

Nadere informatie

HOF VAN BEROEP 1 BURGERLIJKE ZAKEN 2 CORRECTIONELE ZAKEN 4

HOF VAN BEROEP 1 BURGERLIJKE ZAKEN 2 CORRECTIONELE ZAKEN 4 Tabellen HOF VAN BEROEP 1 BURGERLIJKE ZAKEN 2 2015 2016 Input Hangende zaken op 1/1 9.408 8.869 8.235 Nieuw ingeleide zaken 3.737 3.358 3.426 Totaal 13.145 12.227 11.661 Tussenarresten 605 586 479 Output

Nadere informatie

Wetboek van 30 november 1939 der registratie-, hypotheek- en griffierechten (Vlaams Gewest)

Wetboek van 30 november 1939 der registratie-, hypotheek- en griffierechten (Vlaams Gewest) Wetboek van 30 november 1939 der registratie-, hypotheek- en griffierechten (Vlaams Gewest) Griffierechten (rolrechten, expeditierechten en opstelrechten). Griffierechten is een algemene beaming die wordt

Nadere informatie

HOF VAN BEROEP 1 BURGERLIJKE ZAKEN 2 CORRECTIONELE ZAKEN 4

HOF VAN BEROEP 1 BURGERLIJKE ZAKEN 2 CORRECTIONELE ZAKEN 4 HOF VAN BEROEP 1 BURGERLIJKE ZAKEN 2 2013 2014 Input Hangende zaken op 1/1 9.682 9.856 9.408 Nieuw ingeleide zaken 3.973 3.821 3.737 Totaal 13.655 13.677 13.145 Tussenarresten 605 586 514 Output Eindarresten

Nadere informatie

Vrij Syndicaat voor het Openbaar Ambt Provincie Oost-Vlaanderen

Vrij Syndicaat voor het Openbaar Ambt Provincie Oost-Vlaanderen Vrij Syndicaat voor het Openbaar Ambt Provincie Oost-Vlaanderen REGLEMENT VAN INWENDIGE ORDE BETREFFENDE DE BIJSTANDSREGELING Art. 1. Het VSOA - Politie, hierna de organisatie genoemd, verdedigt de belangen

Nadere informatie

Digitaal faillissementsdossier: Aangifte van schuldvorderingen. Hasselt 18/04/2017 Nazareth 21/04/17 Grobbendonk 27/04/17

Digitaal faillissementsdossier: Aangifte van schuldvorderingen. Hasselt 18/04/2017 Nazareth 21/04/17 Grobbendonk 27/04/17 Digitaal faillissementsdossier: Aangifte van schuldvorderingen Hasselt 18/04/2017 Nazareth 21/04/17 Grobbendonk 27/04/17 DYZO vzw het anker voor zelfstandigen in moeilijkheden www.dyzo.be info@dyzo.be

Nadere informatie

RECHT vaardig? Voorbereiding of naverwerking Opdracht 4

RECHT vaardig? Voorbereiding of naverwerking Opdracht 4 a) Wie zit waar Lees aandachtig onderstaande tekst. Duid nadien op de foto de plaats aan van de verschillende actoren (rood en onderlijnd in tekst) in een rechtbank. Bij een burgerlijke of een strafrechtelijk

Nadere informatie

1. Hoeveel zaken zijn op dit moment hangende bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen?

1. Hoeveel zaken zijn op dit moment hangende bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen? SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 206 van RENAAT LANDUYT datum: 3 maart 2015 aan GEERT BOURGEOIS MINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED Raad voor

Nadere informatie

U bent gedagvaard. >voor de politierechtbank >voor de correctionele rechtbank. Wegwijs in justitie. In de hoofdrol bij justitie.

U bent gedagvaard. >voor de politierechtbank >voor de correctionele rechtbank. Wegwijs in justitie. In de hoofdrol bij justitie. Wegwijs in justitie In de hoofdrol bij justitie De instellingen Meer informatie Justitie in de praktijk Federale Overheidsdienst Justitie U bent gedagvaard >voor de politierechtbank >voor de correctionele

Nadere informatie

Publicatie : Numac :

Publicatie : Numac : pagina 1 van 5 NL einde FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE Publicatie : 2017-01-30 Numac : 2017010289 Rechtbank van eerste aanleg Leuven. - Kabinet van de voorzitter Beschikking tot vaststelling van het

Nadere informatie

INFORMATIE TEN BEHOEVE VAN DE CLIËNTEN. (Mr. Sandrine Doise)

INFORMATIE TEN BEHOEVE VAN DE CLIËNTEN. (Mr. Sandrine Doise) 1. Algemeen. INFORMATIE TEN BEHOEVE VAN DE CLIËNTEN (Mr. Sandrine Doise) Op 14 augustus 2013 werd de wet van 17 juli 2013 houdende de invoeging van Boek III Vrijheid van vestiging, dienstverlening en algemene

Nadere informatie

BIJZONDER REGLEMENT RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG LIMBURG

BIJZONDER REGLEMENT RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG LIMBURG BIJZONDER REGLEMENT RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG LIMBURG 1 Nr. : 75/2014 Rep. : 1855 BESCHIKKING Wij, T. HEEREN, voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg te Limburg, bijgestaan door dhr. Y. KIELICH,

Nadere informatie

Model van een tuchtreglement

Model van een tuchtreglement Model van een tuchtreglement VOORAFGAANDE BEPALINGEN 1.1 Artikel 1: Toepassingsgebied: De Tuchtcommissie van de [ ]Federatie is bevoegd om in eerste aanleg te oordelen over iedere overtreding van een algemeen

Nadere informatie

MEMORANDUM TER GELEGENHEID VAN DE VORMING VAN DE FEDERALE REGERING

MEMORANDUM TER GELEGENHEID VAN DE VORMING VAN DE FEDERALE REGERING MEMORANDUM TER GELEGENHEID VAN DE VORMING VAN DE FEDERALE REGERING Uit de cijfers die door de FOD Justitie gepubliceerd werden blijkt dat van alle burgerlijke zaken die voor een Belgische rechtbank worden

Nadere informatie

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG LIMBURG

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG LIMBURG RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG LIMBURG Info zoals opgenomen op de website (m.i.v. 16.08.2017) : www.rechtbankentribunaux.be/rechtbank eerste aanleg Limburg INLEIDING FAMILIEZAKEN VANAF 1 SEPTEMBER 2017 U

Nadere informatie

OVEREENKOMST TUSSEN ADVOCAAT EN CLIËNT TUSSEN: ... Verder genoemd de advocaat EN: ... Verder genoemd de cliënt WORDT OVEREENGEKOMEN HETGEEN VOLGT:

OVEREENKOMST TUSSEN ADVOCAAT EN CLIËNT TUSSEN: ... Verder genoemd de advocaat EN: ... Verder genoemd de cliënt WORDT OVEREENGEKOMEN HETGEEN VOLGT: OVEREENKOMST TUSSEN ADVOCAAT EN CLIËNT TUSSEN: Verder genoemd de advocaat EN: Verder genoemd de cliënt WORDT OVEREENGEKOMEN HETGEEN VOLGT: Art. 1. Voorwerp van de dienstverlening en opdracht van de advocaat

Nadere informatie

PERSMEDEDELING VAN HET KONINKLIJK VERBOND VAN VREDE- EN POLITIERECHTERS

PERSMEDEDELING VAN HET KONINKLIJK VERBOND VAN VREDE- EN POLITIERECHTERS PERSMEDEDELING VAN HET KONINKLIJK VERBOND VAN VREDE- EN POLITIERECHTERS Aansluitend op zijn persmededeling dd. 24 november 2017, neemt de raad van bestuur van het Koninklijk Verbond van Vrede- en Politierechters

Nadere informatie

Akkoordprotocol inhoudende een aantal maatregelen die een efficiënter procesverloop beogen in het Hof van Beroep en het Arbeidshof te Antwerpen.

Akkoordprotocol inhoudende een aantal maatregelen die een efficiënter procesverloop beogen in het Hof van Beroep en het Arbeidshof te Antwerpen. Akkoordprotocol inhoudende een aantal maatregelen die een efficiënter procesverloop beogen in het Hof van Beroep en het Arbeidshof te Antwerpen. Een gemengde werkgroep bestaande uit enerzijds magistraten

Nadere informatie

A R R E S T. In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 135, 3, van het Wetboek van Strafvordering, gesteld door het Hof van Beroep te Gent.

A R R E S T. In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 135, 3, van het Wetboek van Strafvordering, gesteld door het Hof van Beroep te Gent. Rolnummer 1924 Arrest nr. 81/2001 van 13 juni 2001 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 135, 3, van het Wetboek van Strafvordering, gesteld door het Hof van Beroep te Gent. Het

Nadere informatie

Standpunt van de Orde van Vlaamse Balies betreffende het deskundigenonderzoek

Standpunt van de Orde van Vlaamse Balies betreffende het deskundigenonderzoek Standpunt van de Orde van Vlaamse Balies betreffende het deskundigenonderzoek Het deskundigenonderzoek neemt in de burgerlijke procedure een belangrijke plaats in. Hoewel de rechters niet verplicht zijn

Nadere informatie

Het verloop van een burgerlijk proces voor de vrederechter

Het verloop van een burgerlijk proces voor de vrederechter VREDEGERECHTEN ARRONDISSEMENT LEUVEN Het verloop van een burgerlijk proces voor de vrederechter De meeste gewone burgerlijke processen verlopen zoals hieronder uiteengezet. Een aantal andere zaken kennen

Nadere informatie

Vlaamse dagbladpers HET WETTELIJK KADER VAN HET DESKUNDIGENONDERZOEK IN STRAFZAKEN

Vlaamse dagbladpers HET WETTELIJK KADER VAN HET DESKUNDIGENONDERZOEK IN STRAFZAKEN Vlaamse dagbladpers HET WETTELIJK KADER VAN HET DESKUNDIGENONDERZOEK IN STRAFZAKEN Frank Hutsebaut Leuvens Instituut voor Criminologie (LINC) KULeuven 1. Ter inleiding: enkele algemene noties 2. De bevoegdheid

Nadere informatie

OVEREENKOMST TUSSEN ADVOCAAT EN PARTICULIERE CLIËNT

OVEREENKOMST TUSSEN ADVOCAAT EN PARTICULIERE CLIËNT OVEREENKOMST TUSSEN ADVOCAAT EN PARTICULIERE CLIËNT 1. Partijen De overeenkomst is gesloten tussen: Advocatenkantoor CHRISTOFFELS ADVOCATEN, gevestigd te 3620 Lanaken, Koning Albertlaan 53, hierna genoemd

Nadere informatie

Rolnummer 4560. Arrest nr. 21/2009 van 12 februari 2009 A R R E S T

Rolnummer 4560. Arrest nr. 21/2009 van 12 februari 2009 A R R E S T Rolnummer 4560 Arrest nr. 21/2009 van 12 februari 2009 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag over artikel 13 van de wet van 21 april 2007 betreffende de verhaalbaarheid van de erelonen en de kosten

Nadere informatie

Orde der Advocaten van Leuven

Orde der Advocaten van Leuven Orde der Advocaten van Leuven Stafhouder Ferdinand Smoldersplein 5 3000 LEUVEN Leuven, 3 oktober 2005 TeL 016214547 Fax 0162214 92 sec retariaat@halieleuven.he www.halieleuven.he Betreft: M. ref. : Uw

Nadere informatie

OVEREENKOMST TUSSEN ADVOCAAT EN CLIËNT BETREFFENDE INVORDERING VAN NIET-BETWISTE FACTUREN

OVEREENKOMST TUSSEN ADVOCAAT EN CLIËNT BETREFFENDE INVORDERING VAN NIET-BETWISTE FACTUREN OVEREENKOMST TUSSEN ADVOCAAT EN CLIËNT BETREFFENDE INVORDERING VAN NIET-BETWISTE FACTUREN 1. Partijen De overeenkomst is gesloten tussen: Advocatenkantoor CHRISTOFFELS ADVOCATEN, gevestigd te 3620 Lanaken,

Nadere informatie

Een oplossing voor de Splitsing van het Gerechtelijk Arrondissement Brussel 4 oktober 2011

Een oplossing voor de Splitsing van het Gerechtelijk Arrondissement Brussel 4 oktober 2011 Een oplossing voor de Splitsing van het Gerechtelijk Arrondissement Brussel 4 oktober 2011 1. Hebben de Franstaligen uit Halle-Vilvoorde het automatisch recht op een Franstalige rechter? Uitgangspunt De

Nadere informatie

in de school Adv ocaat

in de school Adv ocaat Advocaat in de school LAGER ONDERWIJS Wat is het recht? Scheiding der machten Iemand pesten is niet tof, door het rode licht fietsen of lopen is gevaarlijk, met mes en vork eten is beleefd, roepen in de

Nadere informatie

Inhoudstafel. 2. De impact van Potpourri II op het materieel strafrecht : een evaluatie in het licht van het voorontwerp van Strafwetboek...

Inhoudstafel. 2. De impact van Potpourri II op het materieel strafrecht : een evaluatie in het licht van het voorontwerp van Strafwetboek... I Inhoudstafel 1. Potpourri en de burgerlijke rechtspleging... 1 Piet Taelman I. Inleiding... 1 II. VAJA en enkele andere aspecten van de informatisering van justitie.. 2 III. Gezag van gewijsde... 7 IV.

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 5 JANUARI 2006 C.05.0190.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.05.0190.N B.J., eiser, vertegenwoordigd door mr. Paul Wouters, advocaat bij het Hof van Cassatie, kantoor houdende te 1050 Brussel,

Nadere informatie

(plaats & XX XX XXXX datum) De vrederechter van het kanton XXX

(plaats & XX XX XXXX datum) De vrederechter van het kanton XXX (plaats & XX XX X datum) De vrederechter van het kanton Geachte vrederechter, Betreft: voorlopig bewind Het is u bekend dat ik bij vonnis van als voorlopig bewindvoerder aangesteld werd voor De beschermde

Nadere informatie

Strafuitvoeringsrechtbanken

Strafuitvoeringsrechtbanken v.u.: Jos Vander Velpen, Gebroeders De Smetstraat 75, 9000 Gent foto s: Lieven Nollet Strafuitvoeringsrechtbanken Gebroeders De Smetstraat 75 9000 Gent tijdstip eerste publicatie: februari 2007 - herwerking:

Nadere informatie

Overeenkomst tussen advocaat en private cliënt 1

Overeenkomst tussen advocaat en private cliënt 1 Overeenkomst tussen advocaat en private cliënt 1 Tussen : hierna te noemen de advocaat (of het advocatenkantoor) en hierna te noemen de cliënt(en) 2 Wordt het volgende overeengekomen : 1. Voorwerp van

Nadere informatie

Ondernemingsrechtbank Gent. Informatie brochure. Kamer voor ondernemingen in moeilijkheden

Ondernemingsrechtbank Gent. Informatie brochure. Kamer voor ondernemingen in moeilijkheden Ondernemingsrechtbank Gent Informatie brochure Kamer voor ondernemingen in moeilijkheden De hoon Simone-Pol Van Iseghem 12-5-2015 Informatie Wat doet de kamer voor ondernemingen in moeilijkheden precies?

Nadere informatie

Verzet, verstek en hoger beroep na Potpourri V

Verzet, verstek en hoger beroep na Potpourri V Verzet, verstek en hoger beroep na Potpourri V FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be 1 Inhoud Wetgeving Begrip

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Rechtsregels

Samenvatting Maatschappijleer Rechtsregels Samenvatting Maatschappijleer Rechtsregels Samenvatting door J. 867 woorden 25 mei 2013 6,8 2 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer dit is een gedragsregel die nageleefd moet worden, deze is afdwingbaar

Nadere informatie

U bent gedagvaard. voor de politierechtbank voor de correctionele rechtbank

U bent gedagvaard. voor de politierechtbank voor de correctionele rechtbank U bent gedagvaard voor de politierechtbank voor de correctionele rechtbank InLEIDING Als u moet verschijnen voor de politierechtbank of de correctionele rechtbank, heeft u wellicht enkele vragen over wat

Nadere informatie

One Stop juridisch dienstverlening

One Stop juridisch dienstverlening One Stop juridisch dienstverlening Tussen : Blienberg Advocaten, met maatschappelijke zetel aan de Brusselstraat 7 te 2018 Antwerpen en met ondernemingsnummer BE0821.842.792 hierna genoemd: het advocatenkantoor

Nadere informatie

NOTA STUDIEDIENST (mevrouw Y. Güner) (27/07/2016)

NOTA STUDIEDIENST (mevrouw Y. Güner) (27/07/2016) NOTA STUDIEDIENST (mevrouw Y. Güner) 2016-1 (27/07/2016) Potpourri IV - Wetsontwerp van 15 juli 2016 tot wijziging van de rechtspositie van de gedetineerden en van het toezicht op de gevangenissen en houdende

Nadere informatie

DE PROCEDUREGIDS. Stappenplan voor civiele, strafrechtelijke en bestuursrechtelijke geschillen. Frederic Eggermont Saskia Kerkhofs

DE PROCEDUREGIDS. Stappenplan voor civiele, strafrechtelijke en bestuursrechtelijke geschillen. Frederic Eggermont Saskia Kerkhofs DE PROCEDUREGIDS DE PROCEDUREGIDS Stappenplan voor civiele, strafrechtelijke en bestuursrechtelijke geschillen Frederic Eggermont Saskia Kerkhofs Antwerpen Cambridge De proceduregids. Stappenplan voor

Nadere informatie

Safety first in geval van een bouwgeschil: vaststelling van de staat van de werken

Safety first in geval van een bouwgeschil: vaststelling van de staat van de werken Safety first in geval van een bouwgeschil: vaststelling van de staat van de werken Op het ogenblik dat er een nieuw bouwproject, klein of groot, wordt opgestart, zijn alle betrokken partijen vol goede

Nadere informatie

Rolnummers 4519 en 4522. Arrest nr. 66/2009 van 2 april 2009 A R R E S T

Rolnummers 4519 en 4522. Arrest nr. 66/2009 van 2 april 2009 A R R E S T Rolnummers 4519 en 4522 Arrest nr. 66/2009 van 2 april 2009 A R R E S T In zake : - de prejudiciële vraag betreffende artikel 4, derde tot vijfde lid, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande

Nadere informatie

De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken

De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken Wegwijs in justitie In de hoofdrol bij justitie De instellingen Meer informatie Justitie in de praktijk De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken [ Gegevens 2003 ] Notariaat Met dank aan

Nadere informatie

Rolnummer: 21 Nummer van het arrest: A2 van 28 november 2002 ARREST. De Belgische Staat, vertegenwoordigd door de Minister van Financiën,

Rolnummer: 21 Nummer van het arrest: A2 van 28 november 2002 ARREST. De Belgische Staat, vertegenwoordigd door de Minister van Financiën, Blad 1 REKENHOF Rolnummer: 21 Nummer van het arrest: 2.120.043 A2 van 28 november 2002 ARREST De Belgische Staat, vertegenwoordigd door de Minister van Financiën, Tegen: De heer D., gedagvaard in zijn

Nadere informatie

Infofiche DPA-deposit

Infofiche DPA-deposit Infofiche DPA-deposit Versie 28 11 2017 1. Inleiding Diplad, de IT-dochteronderneming van de Orde van Vlaamse Balies, zet sinds 2014 volop in op de professionalisering van het IT-beleid in overleg met

Nadere informatie

PRORELA: rol van de vrederechter. Chris Fourie vrederechter van het kanton Landen-Zoutleeuw

PRORELA: rol van de vrederechter. Chris Fourie vrederechter van het kanton Landen-Zoutleeuw PRORELA: rol van de vrederechter Chris Fourie vrederechter van het kanton Landen-Zoutleeuw taken en bevoegdheden van de vrederechter -Volstrekte bevoegdheid: procedures over geldschulden tot 1.860 (art.

Nadere informatie

SNEL EN GOEDKOOP ONBETWISTE B2B-SCHULDEN INNEN DANKZIJ NIEUWE PROCEDURE. in samenwerking met:

SNEL EN GOEDKOOP ONBETWISTE B2B-SCHULDEN INNEN DANKZIJ NIEUWE PROCEDURE. in samenwerking met: SNEL EN GOEDKOOP ONBETWISTE B2B-SCHULDEN INNEN DANKZIJ NIEUWE PROCEDURE in samenwerking met: VOORWOORD VAN PHILIPPE LAMBRECHT, BESTUURDER-SECRETARIS-GENERAAL VBO Diensten en goederen die geleverd werden

Nadere informatie

Hof van beroep Antwerpen

Hof van beroep Antwerpen Repertoriumnummer 2013 / Uitgifte Uitgereikt aan Uitgereikt aan Uitgereikt aan Datum van uitspraak 25 februari 2013 Rolnummer 2011/AR/2083 op BUR Rechtsmiddelen op BUR op BUR Niet aan te bieden aan de

Nadere informatie

ARBEIDSHOF TE BRUSSEL ARREST

ARBEIDSHOF TE BRUSSEL ARREST 1e blad. rep.nr. ARBEIDSHOF TE BRUSSEL ARREST OPENBARE TERECHTZITTING VAN 7 APRIL 2011 7e KAMER SOCIALEZEKERHEIDSRECHT WERKNEMERS - beroep Bureau Juridische Bijstand tegensprekelijk (art. 747, 2, Ger.

Nadere informatie

INLEIDING. Deze brochure geeft u een kort overzicht van het verloop van een procedure, uw rechten daarin en de stappen die u kan ondernemen.

INLEIDING. Deze brochure geeft u een kort overzicht van het verloop van een procedure, uw rechten daarin en de stappen die u kan ondernemen. U bent slachtoffer INLEIDING U bent slachtoffer geworden van een misdrijf (1). Dit is een ingrijpende gebeurtenis en u stelt zich waarschijnlijk allerhande vragen: welke rechten heb ik? Wat moet ik doen

Nadere informatie

Hoofdstuk 15 : Insolventieprocedures Het faillissement

Hoofdstuk 15 : Insolventieprocedures Het faillissement Hoofdstuk 15 : Insolventieprocedures Het faillissement Deze structuur wordt gevolgd : Lesdag 15.1 Inleiding 15.2 Voorwaarden voor (verplichte) aangifte 15.3 Directe gevolgen en het verloop van het faillissement

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 5 NOVEMBER 2013 P.12.1784.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.12.1784.N R A C, beklaagde, eiser, met als raadsman mr. Henry Van Burm, advocaat bij de balie te Gent. I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF

Nadere informatie

Rolnummers 4767 en 4788. Arrest nr. 53/2010 van 6 mei 2010 A R R E S T

Rolnummers 4767 en 4788. Arrest nr. 53/2010 van 6 mei 2010 A R R E S T Rolnummers 4767 en 4788 Arrest nr. 53/2010 van 6 mei 2010 A R R E S T In zake : de prejudiciële vragen over artikel 162bis van het Wetboek van strafvordering, zoals ingevoegd bij artikel 9 van de wet van

Nadere informatie

Strafuitvoeringsrechtbanken

Strafuitvoeringsrechtbanken Strafuitvoeringsrechtbanken v.u.: Jos Vander Velpen, Gebroeders De Smetstraat 75, 9000 Gent Gebroeders De Smetstraat 75 9000 Gent foto s: Lieven Nollet tijdstip eerste publicatie: februari 2007 - herwerking:

Nadere informatie

Aangifte bij de politie

Aangifte bij de politie U bent slachtoffer INLEIDING U bent slachtoffer geworden van een misdrijf. Dit is een ingrijpende gebeurtenis en u stelt zich waarschijnlijk allerhande vragen: welke rechten heb ik? Wat moet ik doen om

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 1 JULI 2014 P.14.0969.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.14.0969.N B., veroordeelde tot vrijheidsstraf, eiser, met als raadsman mr. Kris Luyckx, advocaat bij de balie te Antwerpen. I. RECHTSPLEGING

Nadere informatie

Strafuitvoeringsrechtbanken

Strafuitvoeringsrechtbanken Strafuitvoeringsrechtbanken Op 1 februari 2007 traden de strafuitvoeringsrechtbanken in werking. Heel wat beslissingen die vroeger door de minister van justitie genomen werden, zullen nu door een rechter

Nadere informatie

Actualia gerechtelijk recht en evaluatie Potpourri I

Actualia gerechtelijk recht en evaluatie Potpourri I Actualia gerechtelijk recht en evaluatie Potpourri I FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be 1 Inhoud 1. Elektronische

Nadere informatie

De publicatie en inwerkingtreding van de verschillende boeken van het Wetboek Economisch Recht gaat door.

De publicatie en inwerkingtreding van de verschillende boeken van het Wetboek Economisch Recht gaat door. Wetgeving Nieuw Wetboek Economisch Recht De publicatie en inwerkingtreding van de verschillende boeken van het Wetboek Economisch Recht gaat door. Het boek dat de wet betreffende de marktpraktijken omzet

Nadere informatie

Versie november 2015 Beroepsprocedure. WEGWIJS IN het beroep tegen een OCMW-beslissing

Versie november 2015 Beroepsprocedure. WEGWIJS IN het beroep tegen een OCMW-beslissing Versie november 2015 Beroepsprocedure WEGWIJS IN het beroep tegen een OCMW-beslissing WEGWIJS IN HET BEROEP TEGEN EEN OCMW BESLISSING in dertien stappen... Wat moet ik doen bij een beslissing van een OCMW?

Nadere informatie

Strafuitvoeringsrechtbanken

Strafuitvoeringsrechtbanken Strafuitvoeringsrechtbanken Op 1 februari 2007 traden de strafuitvoeringsrechtbanken in werking. Heel wat beslissingen die vroeger door de minister van justitie genomen werden, zullen nu door een rechter

Nadere informatie

De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken

De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken Gegevens 2012 Anvers I 902 1 248 199 49 8 1159 Anvers II 666 16 158 137 21 14 854 Anvers III 815 3 315 279 36 7 1140 Anvers IV 1723 5 290 290 0

Nadere informatie

Overeenkomst tussen advocaat en cliënt 1

Overeenkomst tussen advocaat en cliënt 1 Overeenkomst tussen advocaat en cliënt 1 Tussen : Meester Dimitri Vantomme, advocaat met kantoor te 8500 Kortrijk, Beheerstraat 32. hierna te noemen de advocaat (of het advocatenkantoor), en hierna te

Nadere informatie

Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid

Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid 1 Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid IVC/KSZG/18/222 BERAADSLAGING NR. 18/122 VAN 2 OKTOBER 2018 INZAKE DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS OVER HET VERLOOP VAN DE VASTSTELLING

Nadere informatie

Parketjurist. Parketjurist bij de parketten van de rechtbanken van eerste aanleg.

Parketjurist. Parketjurist bij de parketten van de rechtbanken van eerste aanleg. Parketjurist Een enthousiast beginnend jurist met een analytisch en synthetisch denkvermogen en goede redactionele capaciteiten. Hij/zij werkt resultaatgericht, zowel zelfstandig als in team, en heeft

Nadere informatie

Vredegerechten arrondissement Limburg

Vredegerechten arrondissement Limburg Vredegerechten arrondissement Limburg VERZOEKSCHRIFT Artikel 1344bis van het Gerechtelijk Wetboek Procedure inzake huur Aan de Vrederechter van het kanton... (bevoegd is de vrederechter van het kanton

Nadere informatie

Oprichting van strafuitvoeringsrechtbanken (2004-03-31)

Oprichting van strafuitvoeringsrechtbanken (2004-03-31) Persbericht van de Ministerraad Oprichting van strafuitvoeringsrechtbanken (2004-03-31) Op voorstel van mevrouw Laurette Onkelinx, Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie, keurde de Ministerraad

Nadere informatie

Gerechtelijk Privaatrecht

Gerechtelijk Privaatrecht Marc Castermans Gerechtelijk Privaatrecht algemene beginselen, bevoegdheid en burgerlijke rechtspleging ACADEMU PRESS INHOUD Inhoud BOEKDKEL I: AEGEMENE BECINSEEEN 1 1. Toepassingsgebied van het Gerechtelijk

Nadere informatie

AANBEVELINGEN INZAKE HARMONISERING VAN DE GERECHTELIJKE STAGE

AANBEVELINGEN INZAKE HARMONISERING VAN DE GERECHTELIJKE STAGE ECE Evaluatiecommissie Commission d évaluation Commissie voor de evaluatie van de gerechtelijke stage Commission d évaluation du stage judiciaire --------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

OVEREENKOMST ADVOCAAT - PRIVATE CLIËNT

OVEREENKOMST ADVOCAAT - PRIVATE CLIËNT OVEREENKOMST ADVOCAAT - PRIVATE CLIËNT TUSSEN : Mr. du Moulin Evelyne, optredend als zaakvoerder van de BVBA ADVOCATEN DU MOULIN & PARTNERS - hierna genoemd advocaat - EN : - hierna genoemd de cliënt -

Nadere informatie

Inleiding. Probleem = gerecht draait niet goed Oplossing = Potpourri II. Doel? Apparaat beter laten draaien Efficiënter optreden Sneller werken

Inleiding. Probleem = gerecht draait niet goed Oplossing = Potpourri II. Doel? Apparaat beter laten draaien Efficiënter optreden Sneller werken Wet Potpourri II FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be 1 Inleiding Probleem = gerecht draait niet goed Oplossing

Nadere informatie

JUSTITIEPLAN bijlage timing van de hervorming

JUSTITIEPLAN bijlage timing van de hervorming Maatregel Ontwerp (potpourri I/II/III/IV) Regeerakkoord (RA) (Gedr. St. Kamer 2014-2015, nr. 0020/001) Hoofdstuk I Hoofdstuk II BURGERLIJKE RECHTSPLEGING II.1. Minder talrijke procedures RA 6.1.1. 123

Nadere informatie

VRAAGSTELLLING EERSTE HULP BIJ GAS

VRAAGSTELLLING EERSTE HULP BIJ GAS VRAAGSTELLLING EERSTE HULP BIJ GAS Eerste Hulp bij Gas Wat doe je als je een gas krijgt? Waar moet je op letten als je gesanctionneerd wordt voor het voeren van sociale actie? Is er beroep mogelijk? Wat

Nadere informatie

Overeenkomst tussen advocaat en cliënt

Overeenkomst tussen advocaat en cliënt Overeenkomst tussen advocaat en cliënt Tussen : hierna te noemen de advocaat (of het advocatenkantoor) en hierna te noemen de cliënt(en) Wordt het volgende overeengekomen : 1. Voorwerp van de dienstverlening

Nadere informatie

GEDRAGSREGELS VAN DE RECHTSBIJSTANDSVERZEKERAAR

GEDRAGSREGELS VAN DE RECHTSBIJSTANDSVERZEKERAAR Versie juni 2014 GEDRAGSREGELS VAN DE RECHTSBIJSTANDSVERZEKERAAR VOORWOORD Deze gedragscode legt de regels vast die de rechtsbijstandsverzekeraars ten aanzien van de consument in acht zullen nemen. De

Nadere informatie

Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Kortrijk, strafzaken

Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Kortrijk, strafzaken Vonnisnummer/ Griffienummer / \.\bi. /2015 Repertoriumnummer/ Europees 2015 / 461. Datum van uitspraak 18 maart 2015 Rolnummer niet in strafzaken Notitienummer parket 66.RW.500300/2013 Rechtbank van eerste

Nadere informatie

ALGEMENE PRAKTISCHE RECHTSVERZAMELING ONDERZOEKSGERECHTEN. Raoul DECLERCQ

ALGEMENE PRAKTISCHE RECHTSVERZAMELING ONDERZOEKSGERECHTEN. Raoul DECLERCQ ALGEMENE PRAKTISCHE RECHTSVERZAMELING ONDERZOEKSGERECHTEN Raoul DECLERCQ Emeritus Advocaat-Generaal in het Hof van Cassatie Emeritus buitengewoon hoogleraar aan de K.U. Leuven 1993 story sdentia E. Story-Scientia

Nadere informatie

Wet van 22 april 1999 betreffende de beroepstucht voor accountants en belastingconsulenten

Wet van 22 april 1999 betreffende de beroepstucht voor accountants en belastingconsulenten Wet van 22 april 1999 betreffende de beroepstucht voor accountants en belastingconsulenten Bron : Wet van 22 april 1999 betreffende de beroepstucht voor accountants en belastingconsulenten (Belgisch Staatsblad,

Nadere informatie

DE PROCEDURE IN TUCHTZAKEN VAN DE ORDE DER GENEESHEREN

DE PROCEDURE IN TUCHTZAKEN VAN DE ORDE DER GENEESHEREN DE PROCEDURE IN TUCHTZAKEN VAN DE ORDE DER GENEESHEREN Inleiding. Nico Biesmans, Magistraat-assessor Provinciale Raad van Antwerpen Bij de oprichting van de Orde der Geneesheren heeft de wetgever het toezicht

Nadere informatie

Invordering Onbetwiste Schulden (IOS)

Invordering Onbetwiste Schulden (IOS) Invordering Onbetwiste Schulden (IOS) artikel 1394/20 tot en met 1394/27 Gerechtelijk Wetboek Engelse Wandeling 2K5 8500 KORTRIJK Openingsuren: Elke werkdag van 8-12 uur en van 13u30-17 uur Telefoon: 056

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/10/091 BERAADSLAGING NR 10/054 VAN 6 JULI 2010 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR

Nadere informatie

Rechtbanken van Koophandel. Gegevens 2015

Rechtbanken van Koophandel. Gegevens 2015 Rechtbanken van Koophandel Gegevens 2015 Met dank aan het personeel van de Rechtbanken van koophandel en de stafdienst ICT (FOD Justitie). Het gebruik van de inhoud van deze publicatie als toelichting

Nadere informatie

RECHTSBIJSTAND. Hoofdstuk 5. Art.21. Voorafgaandelijke bepaling

RECHTSBIJSTAND. Hoofdstuk 5. Art.21. Voorafgaandelijke bepaling Hoofdstuk 5 RECHTSBIJSTAND Voorafgaandelijke bepaling Gewaarborgd schadegeval Art.21 De bepalingen van de overige hoofdstukken van deze overeenkomst zijn van toepassing op Rechtsbijstand voor zover ze

Nadere informatie

MEMORANDUM VAN DE ORDE VAN VLAAMSE BALIES: 10 ACTIEDOMEINEN VOOR EEN BETER EN TOEGANKELIJK GERECHT VOOR DE BURGER

MEMORANDUM VAN DE ORDE VAN VLAAMSE BALIES: 10 ACTIEDOMEINEN VOOR EEN BETER EN TOEGANKELIJK GERECHT VOOR DE BURGER MEMORANDUM VAN DE ORDE VAN VLAAMSE BALIES: 10 ACTIEDOMEINEN VOOR EEN BETER EN TOEGANKELIJK GERECHT VOOR DE BURGER De gerechtelijke organisatie houdt in ons land geen gelijke tred met de maatschappelijke

Nadere informatie

De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken [ Gegevens 2004 ]

De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken [ Gegevens 2004 ] Wegwijs in justitie In de hoofdrol bij justitie De instellingen Meer informatie Justitie in de praktijk De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken [ Gegevens 2004 ] Notariaat Met dank aan

Nadere informatie

De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken [ Gegevens 2005 ]

De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken [ Gegevens 2005 ] Wegwijs in justitie In de hoofdrol bij justitie De instellingen Meer informatie Justitie in de praktijk De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken [ Gegevens 2005 ] Notariaat Met dank aan

Nadere informatie

College van Procureurs-generaal stelt. jaarstatistiek 2015 van de correctionele parketten voor

College van Procureurs-generaal stelt. jaarstatistiek 2015 van de correctionele parketten voor Statistisch analisten van het Openbaar Ministerie College van Procureurs-generaal BRUSSEL College van Procureurs-generaal stelt jaarstatistiek 2015 van de correctionele parketten voor Persbericht 21 april

Nadere informatie

De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken

De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken Gegevens 2009 Anvers I 902 1 248 199 49 8 1159 Anvers II 666 16 158 137 21 14 854 Anvers III 815 3 315 279 36 7 1140 Anvers IV 1723 5 290 290 0

Nadere informatie

STAP 4: Bekendmakingen: neerlegging & publicatie

STAP 4: Bekendmakingen: neerlegging & publicatie VZW2009.book Page 109 Tuesday, October 20, 2009 4:08 PM DEEL 4: IS UW VZW (WETTELIJK EN ORGANISATORISCH) UP-TO-DATE? 109 STAP 4: Bekendmakingen: neerlegging & publicatie 228. Eenmaal men de voorgaande

Nadere informatie

De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken

De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken Gegevens 2011 Anvers I 902 1 248 199 49 8 1159 Anvers II 666 16 158 137 21 14 854 Anvers III 815 3 315 279 36 7 1140 Anvers IV 1723 5 290 290 0

Nadere informatie

De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken

De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken Gegevens 2010 Anvers I 902 1 248 199 49 8 1159 Anvers II 666 16 158 137 21 14 854 Anvers III 815 3 315 279 36 7 1140 Anvers IV 1723 5 290 290 0

Nadere informatie

Gerechtelijk Wetboek

Gerechtelijk Wetboek Bron: Belgische wetgeving - FOD Justitie Gerechtelijk Wetboek HOOFDSTUK Vquater De gerechtelijke stage Art. 259octies. 1. De Koning

Nadere informatie

A R R E S T. In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 704 van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door het Arbeidshof te Antwerpen.

A R R E S T. In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 704 van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door het Arbeidshof te Antwerpen. Rolnummer 2268 Arrest nr. 29/2002 van 30 januari 2002 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 704 van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door het Arbeidshof te Antwerpen. Het Arbitragehof,

Nadere informatie

Rolnummer 4834. Arrest nr. 78/2010 van 23 juni 2010 A R R E S T

Rolnummer 4834. Arrest nr. 78/2010 van 23 juni 2010 A R R E S T Rolnummer 4834 Arrest nr. 78/2010 van 23 juni 2010 A R R E S T In zake : de prejudiciële vragen over artikel 162bis van het Wetboek van strafvordering, zoals ingevoegd bij artikel 9 van de wet van 21 april

Nadere informatie

Inhoudstafel. 1. De aangetekende brief. 2. Hoe geraakt u aan uw geld zonder advocaat? 3. Andere gevallen waarin de tussenkomst van een

Inhoudstafel. 1. De aangetekende brief. 2. Hoe geraakt u aan uw geld zonder advocaat? 3. Andere gevallen waarin de tussenkomst van een Inhoudstafel Deel I: U werkt zonder advocaat 1. De aangetekende brief 1.1. Wat is het belang van een aangetekende brief?....................... 3 1.1.1. Bewijs.................................................

Nadere informatie

Rolnummer 4495. Arrest nr. 49/2009 van 11 maart 2009 A R R E S T

Rolnummer 4495. Arrest nr. 49/2009 van 11 maart 2009 A R R E S T Rolnummer 4495 Arrest nr. 49/2009 van 11 maart 2009 A R R E S T In zake : de prejudiciële vragen over artikel 128, tweede lid, van het Wetboek van strafvordering, zoals ingevoegd bij artikel 8 van de wet

Nadere informatie