Europashow. Nederlandse hoenderrassen Eikenburger kriel en Schijndelaar

Transcriptie

1 Europashow Nederlandse hoenderrassen Eikenburger kriel en Schijndelaar Vanaf dit nummer treft u maandelijks een artikel over de komende Europashow voor Nederlandse hoender- en dwerghoenderrassen tijdens Oneto 2017 aan. Iedere keer wordt vanuit andere rassen naar dit evenement gekeken. Deze keer zijn de Schijndelaar en de Eikenburger kriel aan de beurt. Tekst en tekeningen: Piet Kroon Foto s: W. en M. Hoekstra Schijndelaar, jonge haan. 60

2 Tekening Eikenburger kriel. Hoofdgebouw van het voormalig internaat van de Broeders van Liefde Eikenburg. De Eikenburgerkriel en de Schijndelaar hebben geen eigen rasvereniging De liefhebbers en fokkers van de Eikenburgerkriel en de Schijndelaar hebben geen eigen rasvereniging. De belangstelling voor deze rassen is nog beperkt. Meerdere fokkers van deze rassen zijn mede daarom lid van de Nederlandse Hoender Club (NHC). Dat heeft er o.a. toe geleid dat er in Ons Hoenderblad, het clubblad van de NHC graag ruimte wordt geboden aan fokkers van deze rassen om hun verhaal te doen. De heer Ruud Kaasenbrood -wiens naam nauw verbonden is met de Schijndelaar-, vulde bijvoorbeeld zelfs een nummer helemaal met informatie over zijn ras. Ook Eikenburgerfokker Ronald Vos laat regelmatig van zich horen. Wij verwachten een podium Meedoen aan de Europashow -dit jaar begin december bij Oneto-, is een prachtig podium voor de Eikenburger en de Schijndelaar. Als daar van 1-3 december velen naar toe zullen gaan om ook deze rassen te bewonderen ligt er een kans om de belangstelling uit binnen- en buitenland te vergroten. Het zou mooi zijn als er via deze weg nieuwe belangstelling gewekt zou worden. Contacten in het buitenland Van enkele fokkers van Schijndelaars en Eikenburgers is bekend dat ze fokkers in het buitenland hebben geïnteresseerd voor hun rassen. De heer Kaasenbrood kreeg bijvoorbeeld belangstelling uit Duitsland, waardoor er Schijndelaars onze oostgrens overtrokken. Ook gingen er broedeieren naar Afrika en Australië. De heer Vos exporteerde dieren naar Tsjechië. Het zou natuurlijk prachtig zijn als er vanuit het buitenland dit jaar ook inzenders van deze rassen naar de Europashow bij Oneto zouden komen. Dat is een uitdaging! Ruud Kaasenbrood stuurde hierover een mail. Leest u even mee: Na overleg met enkele Nederlandse en Duitse Schijndelaarfokkers is besloten om bij de Europashow minimaal 20 Schijndelaars in te zenden, Kleindier Magazine januari

3 Tekening Schijndelaar. Eikenburgerkriel zwart. zodat er ook een Europees kampioen aangewezen kan worden bij de Schijndelaar. Dat is een inspirerend bericht! De Schijndelaars en Eikenburgerkrielen van over onze grenzen zijn allemaal Nederlands fokmateriaal; dus verschillen bij de dieren zijn niet te verwachten. Over de Eikenburger De Eikenburger kriel hoort thuis in het rijtje van kleinste krielrassen. Het ras bestaat bijna 40 jaren. De Eindhovense mijnheer Verhagen hield zilver zwartgezoomde Sebrights. Deze Sebrights kruisten met witte krielen die ook om zijn huis losliepen. Het resultaat werd uiteindelijk de ongezoomde hennenvederige Eikenburger. Men zegt wel: Een Sebright zonder zoming. De naam Eikenburger komt van een Eindhovense wijk die vernoemd werd naar het voormalig klooster en landgoed Eikenburg. Er wordt momenteel naar een nieuwe bestemmingen voor het complex en het landgoed gezocht. We zien Eikenburgerkrielen op tentoonstellingen in wit en zwart. Toch zijn er meer kleuren. Fokker Ronald Vos heeft er een hobby van gemaakt meer kleuren te creëren. Die kleuren zijn (nog?) niet erkend. Er zijn een handjevol trouwe liefhebbers van het ras. Ze willen u vast en zeker aan dieren of broedeieren helpen. Over de Schijndelaar Bijna 40 jaren geleden werd dierenarts Ruud Kaasenbrood gevraagd een praatje te houden bij de Eerste Schijndelse Kleindieren Vereniging. En erfelijkheidsleer was het onderwerp! Hij schetste op die avond een beeld van een nieuw ras met een fazantachtig langstaarttype, een nekkuifje, gele poten, een ruim bevederde staart en dat ook nog groene eieren zou leggen. Hoe doe je dat? Welke rassen zouden ingezet moeten worden om dit te bereiken? Na de vergadering legde hij het nog eens op een bierviltje uit. Het verhaal maakte iets los. En niet in het minst bij zichzelf. Het kwam ervan! Meerdere rassen met de gewenste kenmerken werden ingezet. Het ras werd ongeveer 15 jaren geleden erkend. Inmiddels is hij bezig met het creëren van de Schijndelaar kriel. Het ras verdient zeker meer belangstelling! U wilt contact? Is er bij u belangstelling om mee te doen om de Eikenburgerkriel of de Schijndelaar verder op de rails te zetten? Hebt u interesse in de Europese tentoonstelling voor Nederlandse hoenderrassen bij Oneto van 1-3 december? Er verschijnt regelmatig een Nieuwsbrief. Ze staan op de website van de NHC. Als u mee wilt doen en fokdieren of broedeieren wilt aanschaffen. Kijkt u naar: www. nederlandsehoenderclub.nl en neem daarna contact met ons op. Wij helpen u waar mogelijk. De Europashow heeft ook een eigen website. Daarin staan bijvoorbeeld ook anderstalige teksten. 62

4 Europashow 2017 Het Drentse hoen Drentse Hoen vaandel-logo. Drentse Hoenders en bolstaarten behoren tot de oudste hoenderrassen van ons land. Deze op het oog eenvoudige kip loopt al eeuwen rond op (voornamelijk) het Drentse platteland. Van het oude geharde nuthoen dat het ooit was is in de loop der eeuwen een actief en aantrekkelijk hoenderras overgebleven dat erg doet denken aan het Bankiva hoen. Het Drentse Hoen is zoals te verwachten valt een op-en-top landhoentype Licht gebouwd, goed vliegvermogen en strak in de veren. Nog altijd zijn het uitstekende leggers van witte eieren die zich prima buiten kunnen redden. Bijzonderheden aan het Drentse hoen zijn de gezoomd patrijs varianten en het feit dat ook de bolstaarten erkend zijn. Het ras is tegenwoordig erkend in zeventien verschillende kleurslagen waarvan de patrijs en gezoomd patrijs varianten het meeste voorkomen. De bolstaarten zijn ook nog erkend in enkele andere kleuren (wit, zwart, blauw, koekoek) en de gepelde kleurslagen. Ondanks dat het ras actief is en als schrikkerig te boek staat, valt met geduld en goede verzorging veel te bereiken. Drentse Hoen Club Als speciaalclub vinden we natuurlijk dat dit oude Nederlandse ras zeker niet mag ontbreken op de aankomende show. De Europashow is een uitstekende kans om het zeldzame maar prachtige ras aan meer fokkers te helpen. Niet alleen in Nederland maar ook daar buiten. In het verleden is gebleken dat het ras het meeste aantrekking heeft op mensen in Drenthe. Toch blijkt op clubbijeenkomsten dat iedereen welkom is: de liefde voor het ras en het houden van kippen is wat telt. Drentse hoen. De speciaalclub die vorig jaar het 50-jarige bestaan vierde organiseert elk jaar enkele activiteiten: in september een fokkersdag inclusief jongdierendag in Koekange en in maart een ledenvergadering en foktechnische dag in Schoonoord. Dit zijn gezellige gelegenheden waar het fokseizoen besproken wordt en waar fokmateriaal uitgewisseld of gekocht kan worden. Verder worden er nog andere activiteiten georganiseerd met afgelopen jaar als voorbeeld een bezoek aan het innovatieve vleeskuikenbedrijf Optimum Vita. Omdat het grootste deel van de fokkers uit Drenthe komt zijn er in het buitenland geen speciaalclubs, zoals bij andere Nederlandse rassen wel het geval is. Wel kan het Drentse hoen interessant zijn voor Europese fokkers van andere lokale landhoenders zoals het Deense landhoen en de Franse Gauloise. Verwachting en boodschap Wij hopen als speciaalclub dat zoveel mogelijk kleurslagen en vormen (met staart en bolstaart) van de Drent ingezonden zullen worden om zo de kleurenpracht en variatie die het Drentse hoen kent, te kunnen laten zien. Uiteraard is iedereen vrij in het kiezen van een ras, maar overweeg de Nederlandse (Drentse) rassen eerst eens! Binnen de Nederlandse rassen is er een enorme variatie en vele rassen kunnen fokkers maar ook liefhebbers gebruiken! Contact gegevens zijn: de Drentse Hoen club, drentsehoenclub.nl/, Kleindier Magazine februari

5 Europashow 2017 De Welsumerclub Zo zag Van Gink de Welsumers. In Nederland is de Welsumer en de -kriel slechts in één kleurslag erkend: roodpatrijs. In enkele landen zijn meer variëteiten erkend. In Duitsland roestbruinpatrijs, geelpatrijs, zilverpatrijs, blauwpatrijs en isabelpatrijs. In Zwitserland roestbruinpatrijs, geelpatrijs, zilverpatrijs en blauwpatrijs. In Denemarken roestbruinpatrijs, geelpatrijs en zilverpatrijs en in Engeland roodpatrijs en zilverpatrijs. Bovenstaande landen hebben ook een Welsumerclub, waardoor ik mij beperk tot deze landen. Website Binnen de Nederlandse Welsumerclub is een dergelijke variatie aan kleuren ondenkbaar, maar dat betekent niet dat -in internationaal verband-, er geen vergelijk van Welsumers zou kunnen plaatsvinden. Daarom streeft de Welsumerclub ernaar om in een internationale show bij de Welsumers, meerdere kleurslagen met elkaar te laten wedijveren. Roodpatrijs is namelijk anders dan roestbruinpatrijs of geelpatrijs, enz. Op de komende rasgebonden Europese show in 2017 bij de Oneto heeft de Welsumerclub haar clubshow ondergebracht. En dat niet voor niets! Op deze manier geeft zij er blijk van dat, waar de geschiedenis onomkeerbaar achter ons ligt, er voor de Welsumers een lange mooie toekomst in het verschiet kan liggen. Tevens is een dergelijke show uniek en daar dragen wij als speciaalclub graag een steentje aan bij. Onze motivatie om mee te doen met de Europashow Wij verwachten een grootse happening met veel inzendingen vanuit binnen- en buitenland voor alle Nederlandse hoenderrassen. Daarnaast hopen we op een prettige wijze de dialoog tussen de kooien aan te gaan met de 12

6 Welsumerclub buitenlandse speciaalclubs voor het ras en hoe wij in Europees opzicht nader tot elkaar kunnen komen. Onze ideeën daarover zijn helder: In Europees verband dient er een onderscheid te komen in de variëteiten roestbruinpatrijs en overige in Duitsland en andere Europese landen erkende kleurslagen én de Nederlandse roodpatrijs. Laten de dieren op internationale tentoonstellingen, waar wel alle kleurslagen worden gevraagd en toegelaten, in alle kleurvariëteiten worden gegroepeerd en meedingen naar de prijzen. Dan kan het voorkomen dat bijvoorbeeld een zilverpatrijs de mooiste van alle Welsumers wordt, mooier dan een roestbruinpatrijs, geelpatrijs, roodpatrijs, etc. Elk land is vrij om te kijken welke kleurslagen gewenst worden. Het is dan ook niet ondenkbaar dat Duitsland, Denemarken en Zwitserland naast roestbruinpatrijs ook roodpatrijs zullen erkennen. Voor wat betreft type en bouw moet in Europees opzicht volledig aan de eisen van de Nederlandse standaard worden voldaan. Nederland is immers het land van oorsprong. Het type is datgene waarin een ras zich onderscheidt van andere rassen. Een kleurslag maakt enkel de variëteit. Onze contacten met buitenlandse speciaalclubs Momenteel hebben wij het meest contact met de Engelse Welsumerclub. Dit uit zich in het bezoeken van elkaars tentoonstellingen, het elkaar volgen via Facebook en contact. Helaas kon in 2014 onze jubileumshow ter gelegenheid van het 45 jarig bestaan van de club geen doorgang vinden door de uitbraak van vogelgriep, want anders zouden de ingeschreven collecties Welsumer eieren door een Engelse keurmeester van een beoordeling worden voorzien. De contacten met de Duitse, Deense en Zwitserse Welsumerclub beperken zich tot en Facebook, maar de banden zijn niet erg sterk. De oorzaak is dat we geen gemeenschappelijke kleurslag hebben. Dit is wel het geval met Engeland. Onze contacten met fokkers/liefhebbers in het buitenland De contacten van de leden van de Nederlandse Welsumerclub beperken zich eigenlijk alleen tot onderlinge contacten. En die zijn vrij goed! Dat blijkt uit de gemoedelijke sfeer op de jaarlijkse clubdag. De Welsumers in Duitsland verschillen qua kleur en ook enigszins qua type teveel van de Nederlandse dieren, waardoor uitwisseling van dieren nauwelijks zin heeft. Alhoewel de Engelse Welsumers qua kleur overeenkomen met onze dieren is er buiten het bestuur om, geen contact met de fokkers daar. Engeland ligt toch geïsoleerder in vergelijk met andere Europese landen. Engelse en Nederlandse fokkers ontmoeten elkaar. Bestuurslid Marcel Eissens van de Welsumerclub heeft meermaals een Engelse tentoonstelling bezocht en daar contacten gelegd met een aantal fokkers. Dit resulteerde in een uitwisseling van broedeieren om de schaalkleur van onze Welsumers te verbeteren. De Engelse fokkers zijn namelijk nooit de productie van het mooie donkerbruine ei met spikkels en spatten uit het oog verloren. In Nederland is door de jaren heen meer gelet op de uiterlijke kenmerken van het ras dan op het ei. Door op de jaarlijkse clubdag een eierenkeuring te houden blijft de Welsumerclub ook oog houden voor het karakteristieke ei die de Welsumer zijn bekendheid heeft gegeven. Verschillen in inzicht over ons ras/ onze rassen hier en in het buitenland. Duitsland, Denemarken en Zwitserland verlangen bij de hanen een geloverde borsttekening, iets dat in Nederland uit den boze is. Bij de hennen worden lichte veerschachten verlangd, ook een kenmerk dat wij niet graag zien bij onze hennen. Het type wordt in het buitenland iets gestrekter in lichaam verlangd. Ten opzichte van de Nederlandse dieren is hierdoor de staartdracht lager. Dieren met vier kamtanden kunnen tot prijswinnaar worden uitgeroepen, terwijl we in Nederland vijf tot zeven kamtanden verlangen en bij vier kamtanden de opmerking kam arm getand maken. Dit hoort een hoge bekroning in de weg te staan. Wij hopen dat de deze rasgebonden Europese show op veel inzenders en bezoekers mag rekenen uit binnenen buitenland, waardoor het een groot succes kan worden en wellicht resulteert in meer van dergelijke shows in de toekomst. Onze contactgegevens Op zaterdag 25 maart 2017 houdt de Welsumerclub weer haar clubdag in Eet Tapperij Bijsterbosch te Welsum. Op deze dag wordt het ras besproken en vindt er een dierbespreking en eierenkeuring plaats. Iedereen die geïnteresseerd is in het Welsumer hoen is van harte welkom. Voor adressen van fokkers voor dieren of broedeieren kunt u contact opnemen met de Welsumerclub via onderstaande gegevens. Welsumerclub, Westeinde 20, 9466PH Gasteren (Dr), tel.: , welsumerclub@hotmail.com, Kleindier Magazine februari

7 Europashow 2017 Twentse Hoenders betalen) Biethoonder of Kraienköppe werden ze plaatselijk genoemd, in Duitsland heet het ras nog steeds zo. Maar officieel werden het Grijze hoenders en wat later Twentsche grijzen. Hoewel het ras al in 1888 geshowd werd kwam de officiële erkenning pas in Doordat in de jaren 60 de patrijskleur er bijkwam werd de naam officieel het Twentse hoen. In die tijd was het voornamelijk een legras dat uiteindelijk door de moderne hybride rassen is verdrongen. Het Twentse hoen wordt alleen nog door hobbyfokkers gefokt en in stand gehouden. Twents Hoen geelpatrijs haan. (W&M. Hoekstra) Twentse hoenders en krielen; een ras om van te houden. Het Twentse hoen neemt een bijzondere plaats in tussen de Nederlandse hoenderrassen daar het ras ontstaan is in zowel Twente als in het Graafschap Bentheim Interessant ras van Twentse bodem Dit ras heeft eigenlijk alles in zich om zowel voor de liefhebber als voor de hobbyfokker interessant te zijn. Voor de liefhebber is het een sieraad in de tuin, dat behoorlijk wat heel smakelijke eieren legt. Het is een actieve kip die graag buiten is. Als er een vrije uitloop mogelijk is dan scharrelen de dieren voor een groot gedeelte hun dagelijkse kostje bij elkaar. Deze eigenschappen zijn natuurlijk ook voor sportfokkers van belang, maar om dit ras in een goede kwaliteit te fokken is een uitdaging. Er zijn meerdere kleurslagen erkend wat de keuze vergroot. Dus voor elk wat wils. Bij het stichten van de Nederlandse staat is er in de grondwet vastgelegd dat iedereen mag geloven wat hij of zij wil. Wij als Twentse Hoenderclub zijn van mening dat je in elke kleur mag geloven, waren er eerst zilverpatrijs en patrijs aanwezig, nu zijn er meer mogelijkheden. Wat te denken van geelpatrijs, blauwpatrijs, blauwzilverpatrijs en witpatrijs die tot de nieuwste kleuren behoren. Bij de krielen zijn ook nog de kleuren koekoekpatrijs en koekoek zilverpatrijs erkend. Graag zouden we wat meer fokkers met lef zien die de uitdaging aangaan en de nieuwe kleurslagen willen fokken. De toen aanwezige landhoenders werden gekruist met Maleier hanen De fiere houding verraadt nog steeds hun afkomst. In de tijd van de textielindustrie hadden de fabrikanten vaak rashoenders. De fabrieksarbeiders konden in de beperkte achtertuin van de arbeiderswoningen enkele kippen houden die op de enige vrije dag werden ingezet voor hanengevechten tot de stadsbesturen dit verboden. De nut eigenschappen waren goed, een prima winterleg, ongevoelig voor kambevriezingen en een smakelijke bout. Ook werden de dieren gebruikt als rookhoen (om de jaarlijkse schoorsteenbelasting aan de landheer te Cover van het boek Twentse hoenders. 14

8 Vogelpest Op dit moment heerst er vogelpest en zijn er allerlei beperkingen voor het exposeren van pluimvee en eenden. Helaas bevordert dit onze hobby niet, maar de overheid heeft de belangen te dienen van iedereen. Wel bestaat bij ons de indruk dat de overheid onze hobby steeds meer beperkingen oplegt. De overheid en politiek zouden niet alleen in beperkingen moeten denken maar in mogelijkheden. Zij moeten de voorwaarden scheppen waarmee wij onze hobby kunnen beoefenen. Onze Twentse Hoenderclub is een actieve club die naast de jaarlijkse clubshow bij de Oneto een paar regioshows heeft. Tevens is er jaarlijks een hokbezoek bij verschillende fokkers en een zomertreffen op een vaste plek waar we een bespreking hebben van onze meegebrachte dieren. Onze jaarvergadering wordt meestal afgesloten met iets speciaals. Zo was er in 2016 een bezoek aan een fokker van korhoenders. Ook was de Twentse Hoenderclub present op de Landleven dagen bij het Openlucht Museum in Arnhem. Op de Oneto alsmede de Noordshow zijn we met een stand aanwezig om een trefpunt te zijn voor de fokkers en om geïnteresseerden van advies te dienen. Vrije uitloop Twentse Hoenders.

9 Brabanter, Kraaikop en Uilebaard Seigneurs van onze hoenderrassen Er zijn maar weinig landen, Nederland is daar zeker een van, die beschikken over zulke oude rassen. Op veel schilderijen van oude meesters zijn dieren afgebeeld die veel lijken op de dieren die we nu kennen, zoals de Brabanter en de Nederlandse Uilebaard. Tekst: Hans Tenbergen Tekeningen: Piet Kroon Rassen die opvallen door hun typische eigenschappen en daardoor ook weer van elkaar verschillen. Misschien wat protserig, maar waarom niet? Als voorbeeld de kuif. Bij de een zien we een typische helmkuif en bij de ander beperkt het zich tot wat kroesveertjes. De kam, het zijn slechts twee hoorntjes, kun je best bescheiden noemen. Bij de een staan ze V-vormig en bij de ander als een U. Een schulpneus en een baard horen bij deze rassen en maakt de typische kop compleet. Het derde ras in dit rijtje valt niet op door een kuif, baard, of kam, maar de Kraaikop maakt het weer helemaal goed met zijn gierhakken, been- en teenbevedering. Geen overdreven extra veerpartijen, maar hij staat als een fier heerschap. Bovendien laat dit ras een schulpneus met een zadel zien. Werkelijk uniek. Bijzondere kleurslagen Naast de gebruikelijke kleuren komen er bij deze rassen ook bijzondere kleur- en tekeningcombinaties voor. Denk maar eens aan zwartgetoept of -geloverd in goud, citroen en zilver! Vergeet dan niet de geelwitte variant en de gouden zilver zwartgepelden. Tenslotte de moorkoppen, een kleur die past op de Uilebaard. Onze grote meester Van Gink heeft de moorkop zelfs bij de Brabanters afgebeeld. Brabanters, Kraaikoppen en Uilebaarden in het buitenland Deze rassen -hoen of dwerghoen-, hebben hun weg naar het buitenland gevonden. Zelfs naar Amerika. In die landen ontfermt zich een groep fokkers/liefhebbers over deze bijzondere rassen. Zij zijn lid van de BKU of hebben zich zoals in Duitsland aangesloten bij de daar aanwezige speciaalclub die zich over deze rassen ontfermd. In 2016 waren er dieren te zien op shows in Hannover en Rheinberg. Op de laatste show zat o.a. een fantastische collectie van tien moorkoppen. Daarom verwachten we op de rasgebonden Europashow bij Oneto zeker een aantal dieren uit Duitsland. In ieder geval is een gerenommeerd keurmeester uit Duitsland door ons benaderd om een deel van de clubrassen te keuren. Moeder en dochter Jopie en Mandy Nellestein schilderden hun Hoenderhof ter gelegenheid van een Europashow van de BKU-club tijdens een Kernhemshow in Ede. Het was een hoofdprijs. Naar Jan Steen: De hoenderhof. De BKU-club; een speciaalclub met enthousiaste leden Zo bijzonder als de rassen, zijn ook de speciaalclubleden. Een bijzondere groep enthousiastelingen die de rassen en kleuren in stand willen houden. Er worden zelfs pogingen gedaan om kleurslagen terug te fokken die door de oude meesters op het doek zijn vastgelegd. Het is een vriendengroep die elkaar met raad en daad bijstaat. Er gaan 30

10 Kraaikop. Een kop als een kraai? Cartoon Brabanter: Zou de naam Brabanter hierdoor? fokdieren over en weer zonder er een euro voor te vragen. Een gezellige jaarvergadering en een zomerbijeenkomst zijn naast de club- en districtshows de ontmoetingsplekken. Zelfs enkele Duitse leden gaan op de uitnodiging in voor de jaarvergadering en/of zomerbijeenkomst. U bent nieuwsgierig geworden? Voor meer informatie kunt u o.a. terecht op onze website: Kraaikop zwart. Vrouw jong.

11 Europashow 2017 Groninger meeuwen De Groninger Meeuwen Club is 22 november 1980 opgericht tijdens de Drenato in Hoogeveen. De oprichtingsvergadering vond plaats in Cultureel centrum De Tamboer te Hoogeveen. Tijdens deze vergadering namen 16 personen de moeite om deze vergadering bij te wonen, waaronder twee keurmeesters de heren Boks en Korte, zij hadden veel belangstelling voor Groninger meeuwen. Zij werden tevens benoemd tot clubkeurmeesters. De vergadering werd geleid door de heer Kruizinga, tijdens deze vergadering werden de heren Ten Cate, Boks, Schmaal en Claessens benoemd tot bestuursleden. Bijzonder is dat de heer Schmaal pas in 2016 is afgetreden als bestuurslid. Tekst: Wim van Dijk, familie Hofmeijer Foto s: Wim Knooihuizen Het bestuur had ook als doel de Groninger meeuw van de ondergang te redden Gezamenlijk wilde men de hoenders op een hoger plan brengen. Dit doel wordt nog steeds nagestreefd door de huidige vijf bestuursleden. Alle leden werken onderling goed samen bij het verbeteren van dit mooie Nederlandse landhoenras. Waarom doen we mee Als Groninger Meeuwen Club doen we mee aan de Europashow omdat wij ons mooie ras willen promoten en ook buitenlandse liefhebbers/fokkers willen ontmoeten. We leveren een mooie bijdrage aan het cultureel levend erfgoed. We verwachten van de Europashow, dat we veel nieuwe mensen kunnen enthousiasmeren voor de kleindierfokkerij en ervaringen kunnen uitwisselen. En dat we vooral met andere fokkers een fijn samenzijn zullen hebben. Doordat wij extra prijzen hebben uitgezet proberen wij iedereen extra te stimuleren tot het inzenden op dit mooie evenement. De GMC heeft vier leden in Europa en één lid in Zuid- Afrika. Er zijn wereldwijd liefhebbers van de Groninger meeuw. Wij hebben een enigszins aanverwant ras in Duitsland, echter deze wijkt op een aantal punten af van de Groninger meeuw. Dit ras is de Oostfriese meeuw, mogelijk zijn er leden die contacten hebben met liefhebbers of speciaalclubs in Duitsland. Elkaar helpen is kenmerkend voor onze vereniging Erg kenmerkend voor onze vereniging is dat wij elkaar proberen te helpen de Groninger meeuwen zo goed mogelijk 54

12 te krijgen en te houden. De fascinatie voor ons ras wordt erg breed gedragen binnen onze vereniging. Zo hebben we leden die gaan voor het karakter, het uiterlijk, of om de kleurslagen zo zuiver mogelijk te houden. En de erfelijke eigenschappen zo goed mogelijk te behouden. Zo wordt er tijdens shows veel met elkaar gesproken en helpen wij elkaar geregeld met dieren en eieren. Overtollige dieren gaan veelal naar liefhebbers in het gehele land. We nemen geregeld deel aan evenementen als bijvoorbeeld de Landleven dagen. Wij vragen vaak leden om de stand te bemensen tijdens shows of om een dagje te zitten bij de Landleven dagen. Daarnaast stimuleren wij leden om wat te schrijven voor ons clubblad over hun ervaringen met het fokken van Groningers of praktische zaken die komen kijken bij het houden van hoenders. Tijdens onze jongdieren- en fokkersdagen hebben we intensief contact met elkaar zodat we veel van elkaar leren. Tijdens een fokkersdag organiseren leden activiteiten die heel breed zijn, zoals kijken bij een grootschalige pluimveehouderij, tot bedrijven waar ze stro hakselen, of een lezing door keurmeesters. Uiteraard hebben wij tijdens deze dagen veel aandacht voor het verbeteren van ons ras. Onze jeugdleden betrekken wij actief bij de vereniging. Zo zitten er op de zaterdagmiddag op de Noordshow leden samen met jeugdleden in onze stand en gaan de jongste leden mee naar de Landleven dagen. Regelgeving moet niet te belastend worden Wat wij graag naar buiten uit willen dragen, -vooral in politieke zin-, is dat we er voor moeten waken dat de regelgeving niet te belastend wordt. Liefhebbers en fokkers moeten hun dieren kunnen blijven houden. En zo ook het levend erfgoed voor de toekomst veilig stellen. Belangrijk gegeven hierbij is dat de hobby van het fokken van raskippen wel degelijk anders is dan de beroepsmatige pluimveehouderij. Daar zal in de regelgeving ook rekening mee moeten worden gehouden. Wij wensen iedereen een mooie en vooral gezellig Europashow toe! Voor meer informatie verwijzen wij jullie graag naar onze website: of neem contact op met onze secretaris: P.P. van der Wal, Wollegras 2c, 9421 NA Bovensmilde, tel.: ,

13 Europashow 2017 Friese hoenders Houwink schreef er al over. Er kwamen veel min of meer regionale/lokale rassen voor. Deze werden vaak gehouden als aanvulling op de dagelijkse voedselvoorziening. De Friese hoenders kwamen ook in dit rijtje voor. De verwantschap met vooral de Drentse hoenders was groot. Mogelijk amper onderscheidend. Dat veranderde in de loop van de tijd. Kaartje van Friesland met de Elfstedentocht en de verschillende kleurslagen. we hierdoor wel een ander discussie boven water houden. Je kunt namelijk bolstaart en de staartvariant door elkaar fokken. Dat betekent, als je een gepelde bolstaart hebt moet je een Drent insturen en heeft haar zusje of broer wel een staart dan zal die verderop bij de Friese hoenders worden ingedeeld. Dus in feite fok je dan twee rassen uit een combinatie. Het is niet anders. Als je bolstaarten ook bij de Friese hoenders zou erkennen, dan kan het gebeuren dat eenzelfde dier de ene week als Fries een predicaat haalt en een volgende week als Drent mogelijk hetzelfde predikaat. Ook een situatie waarvan te zeggen is dat dit niet handig is. Foktoom geelwitpellen. Het typeonderscheid was niet zo groot, maar meer de aanwezige kleurslagen. Dit onderscheid is nadien bevestigd en nog aanwezig in de huidige standaard: gepelde en eenkleurige varianten zijn/ worden alleen erkend bij de Friese hoenders en patrijsvarianten in brede zin bij de buren uit Drenthe. Hierover is weliswaar indertijd een besluit genomen, maar toch speelt hier nog wel een discussie. Dat komt omdat Drentse hoenders ook de bolstaat variant kennen en de Friezen (nu) niet (meer). Vroeger kwam deze variant bij beide rassen voor. Maar de speciaalclub heeft in de jaren 90 vastgesteld dat er geen bolstaarten onder de Friese hoenders horen. Een van de raskenmerken bij Friese hoenders is dat de staartdracht vrij hoog en open is. Het ligt voor de hand dat bij de bolstaart dit kenmerk niet tot uiting kan komen. Dan is het typeonderscheid wel heel erg minimaal geworden. Het kan niet zo zijn dat je eerst naar de kleurslag moet kijken om vast te stellen om welk ras het gaat. Maar we erkennen dat Ontstaan club Dit kan als een pijnlijke ervaring worden gelezen. De club is ontstaan als afsplitsing van de Nederlandse Hoender Club omdat de fokkers het toen niet eens waren over de door de NHC gekozen fokrichting voor wat betreft de pelling. Het toenmalige beleid van de NHC was een pelling te wensen welke beschreven zou kunnen worden als streeppelling. Pelling zoals die voorkomt bij de Hollandse hoenders. De in 1922 opgerichte Friese Hoenderclub wenste echter vast te houden aan de kenmerkende pelvorm overeenkomend met de vorm van een tarwekorrel. Nu kunnen we stellen dat de relatie met de overkoepelende speciaalclub goed is. Natuurlijk is er soms wel spanning tussen wie voelt zich waar verantwoordelijk voor. Samenwerking is een must, dat zien beide clubs. Stand van zaken kleurslagen Bij de grote hoenders zijn 12 kleurslagen erkend. We weten dat er aan meer wordt gewerkt. Dat zijn een aantal pelvarianten waarbij parelgrijs een rol speelt. Maar er is ook een groepje fokkers bezig om roodkoekoek terug te fokken. Uit oude beschrijvingen blijkt dat deze kleurslag vroeger ook heeft bestaan. We wachten af wanneer deze nieuwe kleurslagen ter erkenning kunnen worden voorgedragen. Een ontwikkeling die niet tegen gehouden kan worden. 22

14 Fokkers kijken om zich heen en zien overal nieuwe kleuren opduiken. Daarnaast is het zo dat ook de smaak in de loop van de tijd verandert, dit valt niet te keren. Vanuit promotionele overwegingen zou je het jammer kunnen vinden dat er meer kleurslagen bij komen. Wat zou er mooier geweest zijn om vanuit PR aan te kunnen sluiten bij de Elfstedentocht! Iedereen kent dat fenomeen, al na één nachtvorst. Elf kleurslagen bij de Friese hoenders zou daar heel goed bij kunnen. Maar het bestuur realiseert zich dat stilstaan bij wat we hebben, toch ook achteruitgang betekent. Er ontstaan nieuwe smaken, dat is door de jaren heen niet anders geweest. En nieuwe kleurslagen trekken ook nieuwe fokkers, maar als de liefhebberij terugloopt, is het te voorspellen dat al bestaande kleurslagen in het gedrang komen, die worden dan min of meer zeldzaam binnen de fokkerij. Die kleuren zijn er nu al: de bontvariëteiten bijvoorbeeld, maar ook zwart en wit. Bij de krielen zijn er op dit moment nog wel elf kleurslagen. Dan zouden zij de kar wat betreft PR maar moeten trekken. Dit in jaar ontvangen wij hen met hun dieren. Er gaan -afhankelijk van het aantal dieren-, ook keurmeesters mee. Noemenswaardig is misschien wel dat als we daar te gast zijn, de kosten voor de Nederlandse keurmeesters, per 80 Nederlandse dieren 1 man zijn, voor ons als speciaalclub. Wij betalen de reiskosten, de overnachting en de keurvergoeding. Andersom is dat ook het geval. Voor de show waar de clubshow is ondergebracht dus geen extra kosten en wij hebben als speciaalclub wel een internationale show. Uitdaging binnen de club is wel om voldoende verjonging te vinden in bestuur en andere commissies. Daarin zijn we niet uniek, ben ik bang. Waarin we ook niet uniek zijn is de beleving van de fokkers binnen de club. Maar misschien toch ook wel een beetje. Wij hebben een groep leden die geen fanatiek tentoonstellingsfokker is, zij hebben Friese hoenders omdat ze iets hebben met Fries. Een prima eigenschap overigens, maar dat terzijde. Zij zijn van geboorte Fries of wonen in dat Het juiste type Fries hoen, citoenpel haan. directe relatie tot de activiteiten die gaan spelen in 2018 als Leeuwarden culturele hoofdstad van Europa genoemd mag worden, de voorbereidingen zijn al opgestart. Enkele kleuren hebben voldoende fokkers, dan staat de kwaliteit ook op hoog niveau. Denk aan geelwitpel in zowel groot als kriel en aan citroenpel. Grote roodpellen zijn er goed en voldoende. In kriel geldt dat voor zilver- en goudpel. Wat speelt er binnen de club De relatie met de Duitse zustervereniging is uitstekend. Er is jaarlijks contact, zeker tijdens het showseizoen. In de zomer trekken fokkers over en weer naar elkaar toe. Dan is het uitwisselen van dieren en broedeieren ook erg eenvoudig. Voordat deze contacten zo intensief waren, -zeg 25 jaar geleden-, waren er in Duitsland twee kleurslagen erkend: bij groot geelwitpel en bij kriel citroenpel. Nu is het aantal bij beide groepen vrijwel hetzelfde als bij ons. Alle voor Duitsland nieuwe kleuren zijn erkend uit Nederlandse broedeieren. De dieren waren dus al Europees geüniformeerd op het moment dat ze uit het ei waren. Nu wordt geprobeerd om jaarlijks bij elkaar op betreffende clubshows aanwezig te zijn met dieren. Het ene jaar gaan wij naar de buren, het andere Foto van een tarweaar en peltekening van het Fries hoen. mooie deel van Nederland. Hebben Friese paarden of een Friese stabij. En willen dan ook Friese hoenders op het erf. Zij zijn de groep liefhebbers waar we binnen de club zuinig op zijn. Zij hebben dieren lopen die je kunt beschouwen als genenreserve. Daar blijven de oudere kleuren ook wat langer lopen. Maar natuurlijk hebben we ook een groep tentoonstellingsfokkers. Die zou je oneerbiedig gezegd ook nog in twee hokjes kunnen plaatsen. Zij, die een kleurslag oppakken en stap voor stap naar een niveau brengen die steeds dichter bij het standaardideaal komt. En zij, die soms zelfs jaarlijks andere kleurslagen hebben. Wat dan opvalt, is dat dit vaak de kleur is welke het jaar daarvoor de clubshow won. Over beide groepen geen waardeoordeel. Ik besef mij terdege dat de mix de club maakt en het is aan het bestuur om elkaars energie te versterken. En dat probeert het huidige bestuur! Een jong bestuur in dienstjaren gerekend, met de nodige nieuwe ideeën. Wel is het lastig als je wat jonger bent dat je vaak ook andere bezigheden hebt. Dan moeten er wel eens keuzes gemaakt worden. Ook doordat de leden door het hele land wonen, kan de nauwe betrokkenheid misschien wel eens wat intensiever. Kleindier Magazine april