Schooljaar Laatst bijgewerkt: december Sint-Martinuscollege 1e graad Waversesteenweg Overijse

Transcriptie

1 Schooljaar Laatst bijgewerkt: december 2017 Sint-Martinuscollege 1e graad Waversesteenweg Overijse

2 Beste leerling Herinner je je de eerste schooldag nog? Vol spanning kwam je voor het eerst naar onze school, opgewonden vertelde je thuis je eerste avonturen, wie je titularis was en wie je nieuwe klasgenoten waren Die eerste schooldag is nu al enige tijd achter de rug. Meer nog: het 1e leerjaar van de 1e graad is bijna achter de rug. Net als in het 6e leerjaar moet je opnieuw een keuze maken voor het volgende schooljaar. Voor sommigen is die keuze snel gemaakt, voor anderen is het opnieuw nadenken welke richting ze zullen uitgaan. Een van de manieren om een juiste keuze te maken is je goed informeren. Met deze brochure willen we je daarbij helpen. Wil je meer raad of informatie dan kan je terecht bij een van je leraren, je klassenleraar, de leerlingbegeleid(st)ers, de directeur of het CLB. Ook op internet vind je een interessante bron: In ieder geval: goed gekozen is half gewonnen We wensen je alvast veel succes! Je leerkrachten, het CLB en de directie

3 1 Stap voor stap op weg naar het tweede jaar Vorig jaar maakte je voor de eerste keer een keuze. Je koos voor 1 Latijn, 1 Moderne, 1 STEM of voor 1 B. Een nieuwe studiekeuze maken voor het tweede jaar is voor sommigen niet altijd eenvoudig: je kiest immers nog meer welke richting je zult uitgaan. We willen je helpen in dat keuzeproces met de acht volgende stappen: 1 Doorheen het jaar vertellen je leerkrachten vaak over de studierichtingen die onze school aanbiedt en geven er een woordje uitleg bij. 2 In de klas worden de studierichtingen in het Sint- Martinuscollege belicht, maar ook manieren waarop je je keuze kunt maken. 3 Je maakt ZELF een persoonlijke, VOORLOPIGE keuze. 4 Je bespreekt deze keuzebrochure. samen met je ouders en je verkent met hen je mogelijkheden. 5 Je ouders maken een keuze. 6 De klassenraad, die samengesteld is uit je leerkrachten en je directeur, bespreekt jullie VOORLOPIGE keuzes. Het resultaat van deze bespreking krijg je schriftelijk, in een voorlopig advies van de klassenraad. 7 Tijdens de deliberatie (eind juni) formuleert de klassenraad een definitief advies. Dat advies krijg je samen met je rapport. 8 Op het einde van het schooljaar vul je samen met je ouders een definitief keuzeformulier in. Dat keuzeformulier bezorg je op de laatste schooldag aan de school.

4 2 Hoe goed kiezen vanuit 1 A (Latijn, Moderne, STEM) en 1 B? 2.1 Verzamel informatie Welke info vind ik op mijn rapporten? Wat interesseert me echt? Waar ben ik goed in, waar ben ik minder goed in? Hoe heb ik tot vandaag een keuze gemaakt? Wat zeggen mijn leerkrachten? Heb ik raad gevraagd aan het CLB? Hoe heb ik écht gewerkt voor school? Wat verwachten mijn ouders?

5 2.2 Start flink en hou vol tot de eindstreep Op het einde van het schooljaar beslist de delibererende klassenraad op grond van je resultaten of je al dan niet mag overgaan naar het tweede jaar. Die beslissing wordt uitgedrukt in een A-, B- of C-attest. Een attest is bindend en geldt niet alleen binnen deze school, maar ook voor elke andere school. Een A-attest betekent dat je geslaagd bent en dat je om het even welke basisoptie in het tweede leerjaar mag kiezen. Een B-attest betekent dat je geslaagd bent, maar dat je niet om het even welke basisoptie in het tweede leerjaar mag kiezen. Je kunt er ook voor kiezen om je jaar over te doen. Een B- attest zal dus één of meerdere basisopties uitsluiten (clausuleren). Bijvoorbeeld B-Latijn --> je mag naar het volgende leerjaar behalve naar Latijn Bijvoorbeeld B-Latijn én Moderne wetenschappen met STEM: je mag naar het tweede leerjaar behalve naar Latijn en Moderne wetenschappen met STEM. Je mag dus wel naar 2 A met Moderne wetenschappen zonder STEM, naar Bedrijfsmanagement (Handel) of naar BVL. Een C-attest betekent dat je niet geslaagd bent. In dit geval kan je het jaar overdoen of starten in het beroepsvoorbereidend leerjaar. Naast een A-, B- of C-attest formuleert de klassenraad nog een oriënteringsadvies waarin een bepaalde basisoptie wordt aangeraden. Een oriënteringsadvies is niet bindend, maar wordt niet zomaar gegeven: we hopen toch dat jij en je ouders met de gefundeerde argumenten ernstig rekening houden. De uiteindelijke beslissing van de studiekeuze blijft echter altijd het recht van je ouders en van jezelf.

6 2.3 Ken je talenten Ik maak oefeningen snel en juist, ik werk zelfstandig. Ik begrijp de leerstof "meteen". Ik leer vlot. Ik leer zelfstandig. Ikwerk graag samen met anderen. Ik kan goed naar andere luisteren. Ik kan wat ik moet leren gemakkelijk in eigen woorden uitleggen. Ik heb een zelfstandige werkmethode. Ik ga met respect om met anderen. Ik heb een sterk inzicht. Ik heb een hoog leertempo. Ik ben sociaal vaardig. Ik studeer alles en altijd. Ik lever alles tijdig en keurig in. Ik ben goed in het maken van dingen (bv in de les techniek). Mijn boeken en schriften zijn ordelijk en netjes. Ik kan goed om met gereedschap. Ik heb een grote studieinzet. Ik ben technisch aangelegd.

7 2.4 Onderzoek het profiel dat bij je past in de tweede graad Als je een keuze maakt, is het belangrijk te weten welke kant je uit kan NA het tweede jaar. Zo is het goed te weten dat iedere richting in het secundair onderwijs een eigen profiel heeft. Dat wil zeggen dat de leerstof er op een eigen manier wordt benaderd. Het zal juist de kunst worden om je eigen profiel goed te leren kennen en uiteindelijk die richting te kiezen waarvan het profiel het nauwst aansluit bij het jouwe! Doorstroom (verder studeren) Arbeidsmarktgericht (gaan werken) Dubbel doel: doorstroom of arbeidsgericht (verder studeren of gaan werken) ASO BSO TSO en KSO Leerstof Breed en bijna uitsluitend theoretisch. Afwisselend aanbod van theorie en praktijk. Voornamelijk theoretisch. Aanpak Toepassingen (oefeningen) enkel om de theorie vast te zetten en het inzicht uit te breiden. Vakken Wiskunde, talen en de andere algemene vakken bereiden vooral voor op verder studeren na het secundair onderwijs. Na het secundair Je bent vooral voorbereid op verder studeren. Heel veel praktijk onder andere door middel van werkplekleren: het doen is in deze richting toonaangevend. Vakken zijn gericht op het beroepsleven, op gaan werken. Na het zevende jaar ga je werken, maar je kunt ook verder studeren. De aanpak is toepassingsgericht: de theorie die je krijgt, staat in functie van wat je ermee kan doen. Talen, wiskunde, wetenschappen krijgen een praktische aanpak, er wordt iets mee gedaan. Na het zesde jaar kun je aan het werk, maar je bent vooral voorbereid om verder te studeren. In SMO in het 3e jaar Economie, Humane wetenschappen, Latijn, Wetenschappen Office & Retail Handel en Boekhouden-informatica 2 A Latijn 2 A Moderne wetenschappen zonder STEM 2 A Moderne wetenschappen met STEM 2 Beroepsvoorbereidend leerjaar (BVL) 2 A Moderne wetenschappen ZONDER stem 2 A Bedrijfsmanagement (Handel) 2 A Bedrijfsmanagement (Handel) 2 A Moderne wetenschappen met STEM

8 3 Op verkenning in de mogelijkheden in het tweede jaar 1 Algemeen Na het eerste leerjaar A kan je twee kanten op: het tweede leerjaar A ofwel het Beroepsvoorbereidend leerjaar (BVL). Deze keuze is belangrijk omdat die grote gevolgen heeft voor je verdere studies. In het tweede leerjaar A krijg je vooral theorie en word je voorbereid om in de 2e en 3e graad verder te studeren in een studierichting met een bepaald profiel naargelang de gekozen basisoptie in het tweede jaar. Het Beroepsvoorbereidend leerjaar is een voorbereiding op een studierichting binnen het beroepssecundair onderwijs (BSO). 6e leerjaar 1 Latijn 1 A Moderne 1 A STEM 1 B 2 A Latijn 2 A Moderne wetenschappen zonder STEM 2 A Moderne wetenschappen met STEM 2 A Bedrijfsmanagement (Handel) 2 BVL Beroepsvoorbereidend leerjaar

9 2 Weet waarover je les krijgt In het eerste jaar heeft iedereen dezelfde basisvorming met uitzondering van Latijn en 1B. Je kan pas naar het tweede jaar A als je geslaagd bent in het eerste leerjaar A of naar het tweede beroepsvoorbereidend leerjaar als je geslaagd bent in 1A of in 1B. Ook in het tweede leerjaar maak je nog geen echte, definitieve keuze. Dat komt omdat de gemeenschappelijke vorming er 26 lesuren inneemt. Je kiest met andere woorden slechts voor een klein stukje andere invulling, voor een aantal opties: Beroepsvoorbereidend leerjaar Bedrijfsmanagement (Handel) Latijn Moderne wetenschappen (met of zonder STEM) Godsdienst 2 2 Nederlands 5 4 Frans 3 4 Engels / 2 Wiskunde 3 4 Aardrijkskunde / 1 Geschiedenis / 2 Natuurwetenschappen 2 1 Maatschappelijke vorming 2 / Techniek / 2 Muzikale opvoeding 1 1 Plastische opvoeding 1 / Lichamelijke opvoeding 2 2 Totaal Beroepsvoorbereidend leerjaar Kantoor-verkoop én Verzorging-voeding IARL ( staat voor Initiatie in administratie, retail en logistiek) Computervaardig -heden (Bedrijfsmanagement) Handel 2 u. Initiatie in bedrijfseconomie 2 u. ICT en klavierbeheersing Latijn Moderne Wetenschappen (zonder STEM) 3 u. Latijn 6 u. Socioeconomische initiatie (SEI) 2 u. Wetenschappelijk werk Moderne Wetenschappen (met STEM) 3 u. Socioeconomische initiatie (SEI) 2 u. Wetenschappelijk werk 2u. 3u. Personenzorg 2 u. Aanvulling Nederlands 1 u. Aanvulling Nederlands 1 u. STEM 2u. Zorg voor voeding 3 u. Aanvulling wiskunde 1u. Aanvulling wiskunde 1u. Aanvulling wiskunde 1u. Zorg voor leefen woonsituaties 2 u. Totaal 11u. 7u. 7u. 7u. 7u.

10 3 De studierichtingen onder het vergrootglas 3.1 HET BEROEPSVOORBEREIDEND LEERJAAR Wat is het doel? Niet alle leerlingen zijn goed in denkvakken. In het beroepsvoorbereidend leerjaar is de theorie beperkter of meer vereenvoudigd en ligt de nadruk meer op vertaling van de theorie naar de praktijk. Wat leer je? In het beroepsvoorbereidend leerjaar in het Sint-Martinuscollege maak je kennis met twee beroepenvelden: Kantoor-verkoop en Verzorging-voeding. Op het einde van het jaar kies je dan vanuit de kennismaking met deze twee beroepenvelden je definitieve weg. In het beroepenveld Kantoor-verkoop maak je kennis met de wereld van handel, administratie, verkoop en logistiek. Deze richting omvat heel wat beroepsuitwegen als bediende, telefonist(e), verko(o)p(st)er Je maakt een eerste maal kennis met de verschillende activiteiten die op een kantoor gebeuren en ook met verkooptechnieken. Ook neemt de computer een belangrijke plaats in: je leert de computer gebruiken zoals in een kantooromgeving. In het beroepenveld Verzorging-voeding ontdek je dat heel wat beroepen te maken hebben met voeding. Hier bestudeer je onze dagelijkse keuken van dichtbij: je leert gerechten klaarmaken en een aantal keukentechnieken om klaargemaakte gerechten op te dienen. Daarnaast probeer je met materialen als stof, metaal, glas en keramiek werken. Je leert ook het menselijk lichaam en de verzorging kennen. Hierdoor vind je misschien de weg naar een beroep in de sector van kinderverzorging, bejaardenhulp, verpleging, haartooi of hotel. Hoe kies je? Kies je voor het Beroepsvoorbereidend leerjaar in het Sint-Martinuscollege dan leg je meer nadruk op praktijk dan op theorie. Naast zin voor orde, netheid en nauwkeurigheid verwachten we van jou een positieve houding en stiptheid. En verder? Vanuit het beroepsvoorbereidend leerjaar is de logische stap in onze school Office & Retail (Kantoor-verkoop). In de andere scholen van de scholengemeenschap Drieklank kun je terecht voor andere interessante richtingen als Basismechanica, Elektrische installaties, Hout, Publiciteit-etalage en Voeding verzorging. Meer informatie hierover vind je op

11 3.2 Bedrijfsmanagement (HANDEL) Wat is het doel? In Bedrijfsmanagement (Handel) maak je kennis met de bedrijfseconomische wereld (administratie, retail en logistiek) en met de toeristische sector. Aan de hand van levensechte voorbeelden leer je de betekenis en heel wat verplichtingen van een handelaar kennen. Gezien het belang van het secretariaatswerk in de bedrijfswereld leer je ook typen. Wat leer je? Bedrijfsmanagement (Handel) maakt je vertrouwd met begrippen uit de handelswereld. Je leert dat wij niet alleen goederen maar ook diensten kopen. Je onderzoekt waarom, waar en hoe we kopen en wat de resultaten daarvan zijn voor een handelszaak. Je denkt na over hoe een koop of verkoop tot stand komt en uiteraard hoe betalingen kunnen gebeuren. Via aangepaste teksten maak je kennis met de handelstaal. Je oefent heel eenvoudige verkoopgesprekken in. Ook de kantooromgeving en toerisme komen aan bod. Tijdens de lessen ICT-vaardigheden en klavierbeheersing leer je het toetsenbord van de computer gebruiken. Hoe kies je? Wie voor de optie Bedrijfsmanagement (Handel) kiest, voelt aan dat theoretische vakken hem minder liggen. De optievakken handel en ICT-vaardigheden en klavierbeheersing zijn dan ook praktisch gericht en bereiden voor op een sterke richting in het TSO. Naast zin voor orde en preciesheid verwachten we van jou een positieve ingesteldheid t.o.v. de studie én de bereidheid om voor alle vakken behoorlijke resultaten te behalen. En verder? Een logische verderzetting in de tweede graad is Handel of Office & Retail (Kantoor-verkoop). Ook Economie met 4 uur wiskunde of Humane wetenschappen behoort voor sommigen tot de mogelijkheden. In de andere scholen van de scholengemeenschap kun je voor andere sterke technische richtingen terecht: Elektriciteit elektronica, Elektromechanica, Houttechnieken, Techniek wetenschappen, Lichamelijke opvoeding en sport, Sociale en technische wetenschappen. Meer informatie hierover vind je op

12 3.3 LATIJN Wat is het doel? Latijn brengt je in contact met de letterkunde en de beschaving van de Romeinse wereld. Die beschaving drukt tot vandaag een stempel op onze samenleving. Kies je in het tweede jaar opnieuw voor Latijn, dan zal je merken dat je vlotter, meer gestructureerd en met meer inzicht andere talen leert. Ook zal je gemakkelijker moeilijke woorden in andere vakken begrijpen. Je leert ook logisch denken en Latijn leren is ook een uitstekende geheugentraining: dagelijks train je immers je geheugen in het verwerken van woordenschat. Wat leer je? In het tweede leerjaar begin je met een herhaling van de voornaamste leerstof uit het eerste leerjaar: woordjes, naamvallen, vervoegingen. Daarna vermeerder je geleidelijk kennis van het Latijn door eenvoudige en boeiende Latijnse teksten te leren en te bestuderen. Ook heel wat belangrijke aspecten van de antieke leefwereld worden verder uitgediept. je Hoe kies je? Wie Latijn kiest, studeert in de eerste plaats graag en heeft een passie voor taal. Je bent bereid om van bij de aanvang van het nieuwe schooljaar de taalstudie meteen ernstig te nemen. Je resultaten voor de vakken Nederlands en Frans vertellen je heel wat over je belangstelling voor en je mogelijkheden in de taalstudie. Ook een vak als geschiedenis kan je een idee geven of je voldoende belangstelling hebt voor de mens en zijn cultuur. De resultaten die je in het eerste jaar behaalde voor Latijn helpen je de juiste keuze te maken. En verder? In de tweede graad in onze school kies je voor Latijn met 4 of met 5 uur wiskunde, voor Economie (met 4 of met 5 uur wiskunde) of voor Wetenschappen (5 uur wiskunde). Ook kun je kiezen voor Humane wetenschappen. Voor Grieks of Sportwetenschappen kun je terecht in andere scholen van de scholengemeenschap Drieklank. Ook kun je hier kiezen voor een sterke, meer technische richting: Elektriciteit elektronica, Elektromechanica, Houttechnieken, Techniek wetenschappen, Lichamelijke opvoeding en sport, Sociale en technische wetenschappen. Meer informatie hierover vind je op

13 3.4 MODERNE WETENSCHAPPEN (ZONDER STEM) Wat is het doel? Deze studierichting wil je vormen door een grondige studie van moderne talen, wiskunde, wetenschappen en sociaal - economische vraagstukken (hedendaagse economische problemen). Wat leer je? In het vak Socio-economische initiatie (SEI) leer je hoe mensen werken en leven in gezin, gemeente en land. Je onderzoekt wat er rondom jou gebeurt op maatschappelijk en economisch vlak. Enkele voorbeelden: hoe geraakt een gezin aan een inkomen en waaraan geven ze het uit? Welke betaalmiddelen kan je gebruiken? Waaraan geven jongeren geld uit? Hoe speelt reclame in op de jongerencultuur? Is er participatie thuis, op school, binnen de overheid? Wat is solidariteit? In het vak Wetenschappelijk werk verwerf je door het uitvoeren van proeven belangrijke natuurkundige feitenkennis, krijg je inzicht in de natuurwetenschappelijke methode, leer je betrouwbare waarnemingen doen of geldige conclusies trekken. Je leert op een zelfstandige manier efficiënt werken en je doet proeven met elektriciteit (schakelingen, geleiders, isolatoren, spanning, stroomsterkte, weerstand) en je leert over massa, volume, dichtheid, zinken, zweven, drijven, krachten, evenwicht, licht en kleur. Twee keer per jaar behandel je in een gemeenschappelijk project voor SEI en WW thema s zoals mobiliteit en milieu. Er wordt dan van jou verwacht dat je bereid bent om met klasgenoten samen te werken. Hoe kies je? Kies je voor Moderne wetenschappen, dan heb je in het eerste leerjaar sterke resultaten behaald voor wiskunde en talen. Je resultaten voor de vakken natuurwetenschappen, geschiedenis en aardrijkskunde kunnen je iets zeggen over je interesse voor wetenschappen en voor het sociaal en economisch gebeuren in onze samenleving. Ook in deze optie verwachten we van jou een ernstige studiegeest en de bereidheid tot nauwkeurig werken. En verder? In de tweede graad van onze school kies je voor Economie (4 of 5 uur wiskunde), Humane wetenschappen of Wetenschappen (5 uur wiskunde). Ook handel behoort in onze school tot de mogelijkheden. Voor sportwetenschappen kun je terecht in ZAVO, een andere school van onze scholengemeenschap Drieklank. Ook kun je kiezen voor een sterke, meer technische richting: elektriciteit elektronica, elektromechanica, houttechnieken, techniek wetenschappen, lichamelijke opvoeding en sport, sociale en technische wetenschappen. Meer informatie hierover vind je op

14 3.5 MODERNE WETENSCHAPPEN (MET STEM) Wat is het doel? STEM is een Engels letterwoord voor Science (wetenschap) Technology (techniek) Engineering (technologische processen) Mathematics (wiskunde). In onze school ligt vooral de nadruk op wiskunde en wetenschappen. Wat leer je? Door op een projectmatige manier te onderzoeken, te ontwerpen en te realiseren leer je met behulp van wiskunde, wetenschappen en technologie maatschappelijk relevante problemen aanpakken, onderzoeken en oplossen. Hoe kies je? Wie vooral wiskundig aangelegd is en gefascineerd is door wetenschap en techniek, kan ook in het tweede leerjaar van de eerste graad kiezen voor STEM in combinatie met Moderne wetenschappen. De optie STEM werkt op eenzelfde abstractieniveau als de opties Latijn en Moderne wetenschappen. En verder? In de tweede graad van onze school kies je voor Wetenschappen (5 uur wiskunde), Economie (4 of 5 uur wiskunde) of Humane wetenschappen. Voor Sportwetenschappen kun je terecht in ZAVO, een andere school van onze scholengemeenschap Drieklank. Ook kun je kiezen voor een sterke, meer technische richting: Elektriciteit elektronica, Elektromechanica, Houttechnieken, Techniek wetenschappen, Lichamelijke opvoeding en sport, Sociale en technische wetenschappen. Meer informatie hierover vind je op