Voorbeeldexamen 2018 voor het certificaat Theoretische Kust Navigatie

Transcriptie

1 Koninklijk Nederlands Watersport Verbond Overkoepelende organisatie ten dienste van de watersport Voorbeeldexamen 2018 voor het certificaat Theoretische Kust Navigatie Datum: 2018 Examenduur: Versie: Bakboord Volledig examen: 2 uur 30 minuten; Herexamen deel A: 2 uur; Verkort examen: 1 uur 30 minuten; Herexamen deel B: 1 uur. Naam kandidaat: Examennummer: 181 / Geboortedatum: Handtekening: (Vul vóór aanvang uw naam en bovenstaande gegevens in op dit examenblad en zet uw handtekening.) Dit examen bestaat uit 18 bladzijden en 10 bijlagen. De antwoorden op de vragen dient u op de daarvoor aangegeven ruimte op het examen te vermelden. Bij het examen ontvangt u een antwoordenformulier waarop u de antwoorden dient over te schrijven. Bij meerkeuzevragen noteert u de letter (hoofdletter) behorende bij het juiste antwoord op het antwoordenformulier. U dient het ingevulde antwoordenformulier in te leveren. De uitslag van het examen wordt bepaald aan de hand van de door u gegeven antwoorden op het antwoordenformulier. Zet ook uw naam, examennummer, de versie bakboord of stuurboord op het antwoordenformulier en plaats uw handtekening. Waardering: voor elk goed gegeven antwoord geldt de waardering zoals aangegeven bij de vraag. Let op! Tenzij anders vermeld, is het volgende van toepassing: Bij berekeningen waarbij variatie, deviatie of miswijzing wordt gebruikt, dient u het antwoord af te ronden op de naastbij gelegen hele graad. Voorbeeld: 4º 28' = 4º 4º 30' = 5º Ook de antwoorden op vragen betreffende koersen en peilingen dient u af te ronden op de naastbij gelegen hele graad. Voorbeeld: 135.4º = 135º 135.5º = 136º Posities dienen genoteerd te worden in graden, minuten en tienden van minuten nauwkeurig, met vermelding van: N of S, E of W. Voorbeeld: 52º 17'.2 N 003º 32'.5 E Afstanden dient u te vermelden in mijlen en tienden van mijlen. Voorbeeld: 12.3 mijl of 12.3 M Snelheden dient u te vermelden in mijlen en tienden van mijlen per uur of in knopen. Voorbeeld: 5.6 mijl per uur of 5.6 M per uur of 5.6 knopen of 5.6 kn. Watersportverbond Utrecht TKN Voorbeeldexamen 2018 blz 1

2 Hoogten en dieptes dienen te worden vermeld in meters en tienden van meters. Voorbeeld: 7.9 m of 7.9 meter Tijden dienen te worden aangegeven in uren en minuten Voorbeeld: 09:45 uur Aan boord zijn de benodigde kaarten en boekwerken (zeemansgidsen, almanakken, getijdentafels, lichtenlijsten, enz.). Het schip is uitgerust met een magnetisch stuurkompas, waarbij de volgende deviatietabel hoort: Kompaskoers deviatie Kompaskoers deviatie Met dit kompas worden ook de peilingen genomen. Verder zijn onder meer de volgende instrumenten aan boord: - Een log - Een echolood/dieptemeter - Een VHF (marifoon) - Een Navtex - Een GPS-ontvanger - Een AIS-ontvanger Gebruikte afkortingen BB BT BTW BWK COG DR ETA GrK KK KP MK = Bakboord = Boordtijd = Bearing To Waypoint = Behouden Ware Koers = Course Over Ground (Grondkoers) = Deadreckoning (Gispositie) = Estimated Time of Arrival (Geschatte tijd van aankomst) = Grondkoers (Course Over Ground) = Kompaskoers = Kompaspeiling = Magnetische Koers MP MWS SB SOG UKC Vgr VMG WK WP XTE = Magnetische Peiling = Meest Waarschijnlijke Standplaats = Stuurboord = Speed Over Ground (Vaart over de grond) = Under Keel Clearence, (Afstand onderkant kiel tot de zeebodem) = Vaart over de grond (Speed Over Ground) = Velocity Made Good = Ware Koers = Ware Peiling = Cross Track Error De stroomgegevens in de kaart bij de Tidal Diamonds (wybertjes) en de tabellen gelden van 30 minuten vóór tot 30 minuten ná de gegeven tijdstippen. Bijgevoegd zijn de volgende bijlagen: Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 Tabel geografische dracht Getijtafel Hoek van Holland Getijgrafiek Hoek van \Holland Getijtafel Den Helder Getijgrafiek Den Helder Getijtafel Den Helder Bijlage 7 Bijlage 8 Bijlage 9 Bijlage 10 Bijlage 11 Lichtenlijst Lichtenlijst Illustratie bij vraag 32 Illustratie bij vraag 35 Uittreksel SOLAS V Watersportverbond Utrecht TKN Voorbeeldexamen 2018 blz 2

3 Deel A Gebruik wordt gemaakt van de Nederlandse (les-)kaart 1633, met aan de achterzijde , , en Tenzij anders vermeld: - is het jaar 2018; - zijn de tijden aangegeven in BT (= Midden Europese Zomer Tijd (MEZT of CEST)); - zijn er gemiddelde atmosferische omstandigheden; - staan de voor opgaven benodigde gegevens in de kaart of in de bijlagen. 1. In welke kaart of boekwerk kunt u de betekenis vinden van de magenta rechthoeken zoals in de buurt van Dokkum (ca N E) in kaart 1633? A. HP7 Catalogus van Nederlandse zeekaarten en andere hydrografische publicaties; B. Kaart 1 (INT 1); Tekens, afkortingen en begrippen; C. HP1 The Netherlands Coast Pilot; D. Kaart 1970, Mariner s Routing Guide Southern North Sea. Antwoord: (1) 2. Welk betonningssysteem wordt gebruikt op de kaart 1633? A. SIGNI Maritime Buoyance System (Red to the left); B. IALA Maritime Buoyance System Region B (Red to starboard); C. SIGNI Maritime Buoyance System (Red to the right); D. IALA Maritime Buoyance System Region A (Red to port). Antwoord: (1) 3. Bezie onderstaande BaZ, Wat betekent dit voor de kaartdiepte? *TKN 2018/1 WADDENZEE. WESTGAT. Vorige BaZ: TKN 2018/0 Als gevolg van een gewijzigd dieptebeeld is de UNCLOS-Basislijn gewijzigd. Dientengevolge zijn ook de grenzen van de Maritieme Zones (Territoriale Zee, economische zones etc.) gewijzigd. Ook de buitengrens van de PSSA (Particularly Sensitive Sea Area) is opnieuw bepaald. Voor gedetailleerde informatie zie: Bron: HYD; PNR Schrappen op N E Bron: HYD; PNR Aanbrengen op N E Watersportverbond Utrecht TKN Voorbeeldexamen 2018 blz 3

4 A. De kaartdiepte is 0.7 m meer geworden. B. De kaartdiepte is 0.5 m minder geworden; C. De kaartdiepte is 0.7 m minder geworden; D. De kaartdiepte is 0.5 m meer geworden; 4. Wanneer is het zeegebied juist ten noorden van Borkum voor het laatst gesurveyed? A ; B ; C ; D Een schip nadert overdag vanuit het zuiden de positie gegeven onder 1 van vorenstaande BAZ. Hoe ziet de situatie er uit? Watersportverbond Utrecht TKN Voorbeeldexamen 2018 blz 4

5 A. Een zwart geel zwart horizontaal gestreepte boei aan BB en een geel zwart geel horizontaal gestreepte boei aan SB; B. Een zwart geel zwart horizontaal gestreepte boei vóór en een geel zwart geel horizontaal gestreepte boei achter; C. Een zwart geel zwart horizontaal gestreepte boei achter en een geel zwart geel horizontaal gestreepte boei voor; D. Een zwart geel zwart horizontaal gestreepte boei aan SB en een geel zwart geel horizontaal gestreepte boei aan BB. Antwoord: (3) 6. Op 9 april, onderweg van een weekje in de fjorden bij Farsund naar Den Helder, is om 04:15 uur BT de GPS-positie N E. De Ameland vuurtoren staat aan de westpunt van Ameland. De ooghoogte is 2.0 m. A. Het licht is te zien in WP 040 ; B. Het licht is te zien in WP 220 ; C. Het licht is nog niet te zien, de afstand is te groot; D. Het licht is nog niet te zien, de lichtsterkte is niet groot genoeg. 7. Op 9 april, om 04:15 uur BT, is de GPS-positie N E. Om bij het oversteken van het verkeersscheidingstelsel te voldoen aan Voorschrift 10, wordt de WK verlegd naar 162. De wind = NW3, winddrift = 4, de vaart = 6.0 kn Volgens een eerdere BAZ zijn de stroomgegevens anders dan in de kaart aangegeven. Gebruik daarom voor stroomgegevens nevenstaande tabel, wybertje C Wat is na 1 uur varen de DR? TIDAL STREAMS Referred to HW Hoek van Holland Hours Before High Water High Water After High Water Geographical position 53 40'.0 N 6 010'.0 E º 2,9 1, º 2,0 0, º 0,6 0, º 0,6 0, º 2,3 2, º 2,9 2,0 Directions of streams (degrees) Rates at spring tides (knots) Rates at neap tides (knots) C 0 HW 265 º 2,9 1, º 2,3 1, º 1,2 0, º 2,3 1, º 3,2 2, º 3,5 2, º 3,2 2,0 Breedte Lengte (4) Beide antwoorden moeten goed zijn. Watersportverbond Utrecht TKN Voorbeeldexamen 2018 blz 5

6 8. 06:15 uur BT is de positie N E. Om zoveel mogelijk buiten de PSSA langs de waddenkust te blijven wordt vanaf hier als grondkoers 252 uitgezet. Omdat de GPS niet betrouwbaar lijkt, wordt (bij KK 260 ) om 07:45 uur een zichtpeiling genomen. De gispositie is: N E. Roodbruine vuurtoren met witte banden KP 146 Zwart geel gestreepte vuurtoren KP 179 Gele vuurtoren KP 238 Wat is de MWS? Breedte: Lengte: (4) Beide antwoorden moeten goed zijn. 9. Vanaf de MWS van 9 april 07:45 uur BT, tot de uiterton van Den Helder (circa N E) is de verheid nog 54.1 M. Aannemende dat de gemiddelde SOG over het gehele traject = 5.3 kn, wat is dan de ETA bij de uiterton van Den Helder? a. Datum b. Tijd (2) Beide antwoorden moeten goed zijn. 10. Bezie onderstaande BaZ. Hoe ver is de deze boei verplaatst? Kaart 1630 (INT 1416) Uitgave: apr 2015 *TKN 2018/1 NOORDZEE. BOLLEN VAN GOEREE. SLIJKGAT. Vorig BaZ: TKN 2018(T)/1 Verplaatsen Iso.8s WG Racon(N) van N E naar N E Bron: RWS Berna WSW 156a/2018; PNR A. 114 m naar het westen; B. 0.1 M naar het westen; C. 0.1 M naar het oosten; D. 114 m naar het oosten. Watersportverbond Utrecht TKN Voorbeeldexamen 2018 blz 6

7 11. Bij Terschelling ziet u op een bepaalde locatie staan LAT = NAP -1.2 m. De waterstand t.o.v. LAT is op dat moment 3.5 meter. Wat is de waterstand t.o.v. NAP? A m; B. 4.7 m; C. 2.3 m; D m. 12. Wat betekent het streepje boven het symbool in de kaart praktisch zuid van boei NAM 15 (circa 53º 21.5 N 004º 51.4 E)? A. Aardgasafsluiter met aangegeven minste diepte, afgedregd met dregtuig of vastgesteld d.m.v. duiker; B. Veilige diepte bij onderwaterboorput, met minste diepte afgedregd met dregtuig of vastgesteld d.m.v. duiker; C. Veilige diepte. De diepte is onbekend, maar de aangegeven diepte mag als veilig verondersteld worden; D. Veilige diepte boven de afsluiter van een onderwaterboorput. Antwoord: (1) 13. Er valt iemand overboord. Direct wordt de MOB knop ingedrukt om de positie op de GPS te markeren. Gelukkig weet de schipper welke stroom er staat op dat moment: richting 040º, sterkte 2.4 kn. De manoeuvre om de drenkeling op te pikken duurt 10 minuten. Waar is dan de drenkeling? A. Ongeveer 750 m NE van die in de GPS opgeslagen positie; B. Ongeveer 750 m SW van die in de GPS opgeslagen positie; C. In de positie die in de GPS opgeslagen is; D. Alleen te vinden als de Williamson turn manoeuvre wordt gebruikt. 14. Wat is de betekenis van de omschrijving in de kaart van het vuur Eierland op Texel ( N ' 3)? A. 2 schitteringen per 10 seconden, hoogte licht 29 meter, zichtbaarheid licht 53 M; B. 2 schitteringen per 10 seconden, hoogte licht 53 meter, zichtbaarheid licht 29 M; C. 10 keer 2 schitteringen achter elkaar, hoogte licht 53 meter, zichtbaarheid licht 29 M; D. 10 keer 2 schitteringen achter elkaar, hoogte licht 29 meter, zichtbaarheid licht 53 M. Watersportverbond Utrecht TKN Voorbeeldexamen 2018 blz 7

8 15. Wat betekent de term reductievlak? A. Het zeeniveau waar naar de dieptes in de kaart herleid worden voordat men ze in de kaart tekent; B. De stand van het water tussen gemiddeld hoog- en gemiddeld laagwater; C. De kleinste, in de kaart getekende, astronomisch mogelijke waterhoogte ten opzichte van de zeebodem; D. De laagste in de kaart aangegeven waterstand die astronomisch mogelijk is. 16. Op zeker moment moet beslist worden door te varen naar het Schulpengat, of door het Molengat te gaan. Bij de overweging dat laatste te doen Is de waterdiepte van belang. Het ondiepste gedeelte in de kaart, gecheckt met de dieptestaat, blijkt 2.6 m te zijn. Stel dat er voor de passage door het Molengat wordt gekozen. De diepgang van uw schip is 1.8 m is en we willen een veilige UKC van 2 m aangehouden. Van hoe laat tot hoe laat kan dan veilig over de drempel worden gevaren, op de avond / nacht van 9 op 10 april? Gebruik de bijlagen 4 en 5, de getijgegevens van Den Helder. Antwoord: a (van) b (tot) (4) Beide antwoorden moeten goed zijn! 17. Er wordt besloten toch door het Schulpengat te gaan. 9 april om 16:15 uur. De MWS is 0.4 M West van de NH boei (welke op ca 53º 00.2 N 004º 35.3 E ligt). De grondkoers naar het volgende waypoint = 195º De logvaart 6.0 kn, de wind W, de winddrift = 4º. De stroomrichting = 210º; de stroomsnelheid = 1.6 kn. Wat is de te sturen KK en de grondvaart? KK: SOG (4) Beide antwoorden moeten goed zijn! 18. Wat is het gemiddeld verval bij doodtij in Den Helder? A. 1.2 m; B. 1.4 m; C. 1.6 m; D. 1.8 m. 19. In een BAZ wordt aangegeven onderstaand symbool te plaatsen. Wat wordt hier aangegeven? A. Een virtuele AIS zender die de zijkant van een vaarwater aangeeft; B. Een virtuele AIS zender die veilig vaarwater aangeeft; C. Een virtuele AIS transponder; D. Een virtuele AIS zender met functie cardinale markering. Watersportverbond Utrecht TKN Voorbeeldexamen 2018 blz 8

9 20. Rond het Westgat (circa 52º 57 N 004º 39 E) ligt een gebied, rondom begrensd door groen gekleurde vormige tekens. Wat geeft deze grens hier aan? A. Een periodiek verboden kwetsbaar zeegebied met zeehondenreservaat; B. Een kwetsbaar zeegebied met periodiek verboden zeehondenreservaat; C. Een verboden zeegebied; D. Een bijzonder kwetsbaar zeegebied. Antwoord: (3) 21. In het zeegebied bij Den Helder staan sectoren aangegeven, o.a. NW hoek van Noord Holland. Wat geven die aan? A. Oefengebied voor duikers van de KM; B. Schietoefengebied; C. Operatiegebied voor watervliegtuigen; D. Ankergebied voor schepen met gevaarlijke lading. Antwoord: (1) 22. Het diepte-alarm van het echolood staat afgesteld op een UKC van 2.0 m. Op 9 april om 18:00 uur BT, bij het aanlopen van Den Helder, gaat het alarm af. Wat is dan op die plaats de kaartdiepte? De diepgang = 1.80 m. Gebruik bijlage 6, de getijgegevens van Den Helder. 23. In het noorden van de Noordzee vaart een schip achtereenvolgens 120 M in COG 000º, 120 M in COG 090º, 120 M in COG 180º en 120 M in COG 270º. Waar bevindt het schip zich daarna? A. Ten oosten van de uitgangspositie; B. Terug in de uitgangspositie; C. Ten westen van de uitgangspositie; D. Ten noorden van de uitgangspositie. Watersportverbond Utrecht TKN Voorbeeldexamen 2018 blz 9

10 24. U nadert een boei die verticaal rood-wit gestreept is. Het lichtkarakter is Iso.4s. Wat geeft deze boei aan en hoe vertoont het licht zich? A. Rondom de boei is veilig vaarwater; het licht is 2 seconden aan en 2 seconden uit; B. Rondom de boei is veilig vaarwater; het licht is 4 seconden aan en 4 seconden uit; C. Deze boei markeert de zijde van het vaarwater en moet aan bakboord gehouden worden; het licht is 4 seconden aan en 4 seconden uit; D. Deze boei markeert de zijde van het vaarwater en moet aan stuurboord gehouden worden; het licht is 2 seconden aan en 2 seconden uit. 25. Onderweg bij Vlieland ziet u op enige afstand een boei met het volgende lichtkarakter: elke 3 seconden afwisselend blauw en geel, waarbij het licht langer aan is dan uit. Wat geeft deze boei aan? A. Hij geeft een nieuw gevaar aan; B. Hij geeft een afzonderlijk gevaar aan; C. Hij markeert een hoek in een rak van de 24 uurs-race; D. Hij geeft veilig vaarwater aan. 26. In de aanloop van de haven van Den Helder, in het Schulpengat, ziet u, vooruit kijkend, het gerichte licht dat op de kerktoren van Den Hoorn staat, afwisselend wit/rood. Hoe moet u corrigeren om in de lichtenlijn te komen? A. U zit rechts van de lijn en moet bakboord uit; B. U zit rechts van de lijn en moet stuurboord uit; C. U zit links van de lijn en moet bakboord uit; D. U zit links van de lijn en moet stuurboord uit. Antwoord: (3) 27. Tijdens de reisvoorbereiding van het vervolg van deze trip, een reis naar Scheveningen, wordt een NAVTEX bericht gezien dat over de NAM 22 boei (52º 12.8 N 004º 18.3 E), gaat. Het bericht geeft aan, dat een van een schip afgevallen container is gezonken 1.0 M zuid van deze boei. Waar ligt de container? Breedte: Lengte (1) Beide antwoorden moeten goed zijn! Einde deel A Watersportverbond Utrecht TKN Voorbeeldexamen 2018 blz 10

11 Meteorologie Deel B 28. U vaart op de Noordzee, de wind is NW. Waar ligt dan volgens de wet van Buys Ballot het lagedrukgebied? A. In het noorden; B. In het zuiden; C. In het oosten; D. In het westen. 29. In welke van de onderstaande forecast areas wordt in de NAVTEX op de volgende bladzijde gewaarschuwd voor zicht van tussen de 1000 m en 2 M? Watersportverbond Utrecht TKN Voorbeeldexamen 2018 blz 11

12 ZCZC PB23 NETHERLANDS COASTGUARD GALE WARNING NR UTC APR ISSUED AT UTC APR HUMBER GERMAN BIGHT WEST TO SOUTHWEST 7 OTHER DISTRICTS: NO WARNING NNNN ZCZC GE66 ISSUED BY THE MET OFFICE AT 0900 ON SATERDAY 7 APRIL GALE WARNINGS: FORTIES CROMARTY FORTH TYNE DOGGER FAIR ISLE THE GENERAL SITUATION AT MIDNIGHT LOW 90 MILES SW OF ICELAND 988 EXP JUST N OF VIKING 994 BY MIDNIGHT TONIGHT 24-HR FCSTS VIKING W BACK S 4 OR 5, VEER SW 5 TO 7, VEER NE 5 OR 6 LATER. ROUGH OR VERY ROUGH. RAIN THEN SHWRS. MOD OR GOOD, OCNL POOR FORTIES CROMARTY FORTH TYNE DOGGER W OR SW 5 TO 7, INCR GALE 8 AT TIMES. MOD OR ROUGH, OCNL VERY ROUGH LATER IN FORTIES. OCCASIONAL RAIN. MOD OR GOOD HUMBER THAMES NW BACK W 5 TO 7, PERHAPS GALE 8 LATER EXCEPT THAMES. MOD OR ROUGH. OCCASIONAL RAIN. MOD OR GOOD, OCNL POOR S FAIR ISLE MAINLY W 6 TO GALE 8, PERHAPS SEV GALE 9 FOR A TIME LATER IN ROCKALL AND BAILEY, VEER NW 4 OR 5 OCNL 6, LATER. ROUGH OR VERY ROUGH, OCNL HIGH EXCEPT S FAIR ISLE. OCCASIONAL RAIN. MOD OR GOOD N FAIR ISLE SW BECMG CYCLONIC 5 TO 7, BECMG NE 4 OR 5 LATER. ROUGH OR VERY ROUGH. RAIN. MOD OR GOOD, OCNL POOR OUTLOOK FLW 24 HOURS: GALES EXP IN FAIR ISLE, WITH STRG WINDS EXP IN ALL OTHER AREAS NNNN A. Forties, Cromarty; B. Humber, Thames; C. Forth, Tyne; D. South Fair Isles, Dogger. Watersportverbond Utrecht TKN Voorbeeldexamen 2018 blz 12

13 30. Op 9 april is BT = zomertijd (MEZT of CEST). Het eerstvolgende weerbericht is om 18:15 uur UTC. Hoe laat is dat in boordtijd? A. 17:15 uur; B. 18:15 uur; C. 19:15 uur; D. 20:15 uur; 31. Als onderdeel van uw tochtplanning raadpleegt u aan boord gribfiles. Na het binnenhalen van de informatie krijgt u de hieronder afgebeelde pijlen te zien. Welke windrichting en -kracht geeft de omcirkelde pijl aan? A. Windrichting ongeveer ZW en windkracht 3 Bft; B. Windrichting ongeveer NO en windkracht 3 Bft; C. Windrichting ongeveer NO en windkracht 4 Bft; D. Windrichting ongeveer ZW en windkracht 4 Bft. 32. Zie bijlage 9 In welk gebied op de weerkaart kunnen harde wind met windstoten, felle opklaringen en zware buien verwacht worden? A. P; B. Q; C. R; D. S. Watersportverbond Utrecht TKN Voorbeeldexamen 2018 blz 13

14 In de volgende afbeeldingen zijn de navigatielichten aangegeven met een cirkel met daarin de afkorting van de kleur: R = rood, W = wit, G = groen Navigatie-instrumenten en -systemen 33. Wat geldt er voor het bijwerken (verbeteren) van elektronische kaarten? A. Afhankelijk van de leverancier van de kaarten of het plottersysteem worden er regelmatig updates uitgegeven die u moet installeren; B. Elektronische kaarten worden voortdurend en automatisch bijgewerkt met de officiële hydrografische gegevens zodra er verbinding is met het internet; C. Voor elektronische kaarten is dit niet van toepassing; zij hoeven niet bijgewerkt te worden; D. Voor elektronische kaarten worden de zogeheten ENC-meldingen uitgegeven die u handmatig moet verwerken in de elektronische kaarten. 34. Een lichtenlijn overstekend, bij een koers van 090, peilt u de lichten in lijn: 200 De kaart geeft aan: lichtenlijn 191, variatie 12 05' W (2015) (8' E). Hoe groot is de deviatie op 9 april 2018? A. + 9; B. 9; C. 3; D Op zekere dag wordt s nachts een TSS overgestoken (zie bijlage 10). Er is geen wind. De richting van de TSS is 071 / 251. De stroom is 251 / 3 kn. Op de AIS zijn 4 andere schepen te zien. Hoe zien de schepen B en C er door de kijker uit? A. B2 en C2; B. B2 en C1; C. B1 en C2; D. B1 en C1. Antwoord: (4) Watersportverbond Utrecht TKN Voorbeeldexamen 2018 blz 14

15 36. Met de planning van een traject (COG 180º) wordt rekening gehouden met een vaart door het water van 5 kn bij een stroom 210º / 1.2 kn. 5.0 kn wordt niet gehaald, maar slechts 4.5 kn. Welke cross track error geeft de GPS dan na enige tijd aan? A. Aan bakboord van de koerslijn; B. 0.0, (op de koerslijn) verder naar voren; C. 0.0, (op de koerslijn) verder naar achteren; D. Aan stuurboord van de koerslijn. Wetten, regelgeving en communicatie 37. Sinds 2002 is de regelgeving Hoofdstuk V van het SOLAS verdrag ook in Nederland van toepassing. Welke van onderstaande verplichtingen is niet van toepassing? A. De schipper is vaarbewijsplichtig; B. Het schip moet beschikken over een effectieve radarreflector; C. Aan boord moet een kaart van officiële noodsignalen zijn; D. Er moet vóór vertrek een reisplanning zijn. Antwoord (2) 38. U zeilt vrij hoog aan de wind, die van BB in komt. Circa 120 aan SB nadert een zeilschip, de peiling verandert niet. Wat moet u doen? A. Uitwijken, want het andere schip vaart hoger aan de wind; B. Koers en vaart houden. Het andere schip moet uitwijken, want het is een oploper; C. Koers en vaart houden, want u peilt het andere schip over SB; D. Uitwijken, want voorschrift 2 (goede zeemanschap) eist afwijken van de regels. Watersportverbond Utrecht TKN Voorbeeldexamen 2018 blz 15

16 39. U vaart s nachts een WK van 315. U ziet recht vooruit een vaartuig met navigatielichten zoals hiernaast afgebeeld. Welke van onderstaande koersen kan dit vaartuig voorliggen? A. 270 ; B. 180 ; C. 090 ; D Het is praktisch windstil, het wateroppervlak is olieachtig vlak. U vaart op de motor. Aan bakboord is de kim niet te zien door een ondoorzichtige mistbank. In de mistbank, ruim voorlijker dan dwars aan BB, hoort u het mistsein van een schip: een lange stoot elke 2 minuten. Het geluid wordt sterker, kennelijk naderen we het andere schip, hetgeen ook blijkt uit de AIS. Wat moet er volgens BVA voorschrift 19 gebeuren? A. U moet koers en vaart houden, want het schip komt van BB; B. U moet uitwijken en het sein lang lang kort kort geven, want u bent oploper; C. U moet een veilige vaart aanhouden en ook het voor uw schip voorgeschreven mistsein geven; D. U moet wachten met reageren tot het schip in zicht komt en u moet het voor uw schip voorgeschreven mistsein geven. Antwoord: (3) 41. In de buurt van een haveningang ziet u s nachts een schip dat de lichten voert als in de afbeelding. Er is gevaar voor aanvaring en er staat een sterke stroom. Hoe moet u dit schip passeren? A. Aan uw SB-zijde, want het is een werktuiglijk voortbewogen schip dat naar SB vaart; B. Aan uw SB-zijde, want het is een ankerligger en de stroom staat naar bakboord; C. Aan uw BB-zijde, want het is een werktuiglijk voortbewogen schip dat naar BB vaart; D. Aan uw BB-zijde, want het is een ankerligger en de stroom staat naar stuurboord. Watersportverbond Utrecht TKN Voorbeeldexamen 2018 blz 16

17 42. U loopt een langzaamvarend, werktuiglijk voortbewogen schip op. Wat is het beeld van de navigatie-lichten dan achtereenvolgens? A. S, R, Q, P; B. P, Q, R, S; C. R, S, P, Q; D. S, P, Q, R. 43. Welke navigatieverlichting mag u voeren op uw 36 voets zeiljacht, onder zeil, als u bovenlangs de Waddeneilanden vaart? A. Rondom schijnend wit licht in de masttop en boordlichten; B. Driekleuren toplicht; C. Wit toplicht, boordlichten en heklicht; D. Driekleuren toplicht, boordlichten en heklicht. Antwoord (2) 44. Een opvarende van een jacht in de nabijheid beweegt beide uitgestrekte armen langzaam en herhaald op en neer. Er worden op het schip ook rotjes afgestoken. Wat is hiervan de betekenis? A. U vaart een gevaarlijke koers; B. Een noodsein; C. Man overboord; D. Ik wil contact met u. Watersportverbond Utrecht TKN Voorbeeldexamen 2018 blz 17

18 45. Tijdens een tocht op zee ziet u een marinevaartuig dat onder andere de volgende seinvlag voert: witte rechthoek en een blauw gedeelte met inkeping. Welke betekenis heeft deze vlag? A. Ik ben bezig met dregwerkzaamheden, houd goed vrij van mij en vaar langzaam; B. Ik ben bezig met schietoefeningen, houd goed vrij van mij en vaar langzaam; C. Ik ben bezig met een mijn-opruimingsoperatie, houd goed vrij van mij en vaar langzaam; D. Ik heb een duiker beneden, houd goed vrij van mij en vaar langzaam. 46. U bevindt zich in een gebied op zee waar men bezig is met de aanleg van een windmolenpark en het leggen van kabels. U hoort een geluidssignaal, kort, kort, lang, (morsesein U). Wat betekent dit geluidssein? A. Een sleepboot probeert uw aandacht te trekken omdat deze u aan SB wilt oplopen; B. U hindert een beperkt manoeuvreerbaar schip; C. U stuurt een gevaarlijke koers; D. Een schip van de kustwacht probeert uw aandacht te trekken om langszij te kunnen komen. Antwoord: (1) EINDE DEEL B Watersportverbond Utrecht TKN Voorbeeldexamen 2018 blz 18

19 Geografische dracht Watersportverbond Utrecht TKN 2018 VOOORBEELD bijlage 1

20 Watersportverbond Utrecht TKN 2018 VOOORBEELD bijlage 2

21 Watersportverbond Utrecht TKN 2018 VOOORBEELD bijlage 3

22 TIJDZONE = TIJDEN IN MET + 1 UUR NEDERLAND - DEN HELDER 52º 58' N 004º 45' E TIJDEN EN HOOGTES VAN HW EN LW JAAR 2018 APRIL MEI JUNI tijd m tijd m tijd m tijd m tijd m tijd m , , , , , , , , , , , ,5 ZO ,5 MA ,8 DI ,8 WO ,8 VR ,9 ZA , , , , , , , , , , , , , , , , , ,5 MA ,7 DI ,8 WO ,8 DO ,8 ZA ,9 ZO , , , , , , , , , , , , , , , , ,7 DI ,8 WO ,9 DO ,9 VR ,8 ZO ,3 MA , , , , , , , , , , , , , , , , ,8 WO ,9 DO ,4 VR ,9 ZA ,4 MA ,3 DI , , , , , , , , , , , , , , , , ,9 DO ,4 VR ,3 ZA ,3 ZO ,4 DI ,2 WO , , , , ,8 M ,8 F , , , , , , , , , , , , ,9 VR ,3 ZA ,3 ZO ,2 MA ,4 WO ,1 DO , , ,8 M ,9 F , , , , , , , , , , , , , , ,9 ZA ,2 ZO ,3 MA ,1 DI ,4 DO ,1 VR ,4 M ,0 F , , , , , , , , , , , , , , , , ,9 ZO ,1 MA ,3 DI ,0 WO ,3 VR ,2 ZA , , , , , , , , , , , , , , , , , , ,0 MA ,0 DI ,3 WO ,0 DO ,3 ZA ,2 ZO , , , , , , , , , , , , , , , , , , ,0 DI ,0 WO ,3 DO ,1 VR ,4 ZO ,3 MA , , , , , , , , , , , , , , , , , , ,0 WO ,0 DO ,3 VR ,2 ZA ,4 MA ,4 DI , , , , , , , , , , , , , , , , , , ,9 DO ,1 VR ,3 ZA ,3 ZO ,4 DI ,4 WO , , , , , , , , , , , , , , , , , ,9 VR ,3 ZA ,4 ZO ,4 MA ,4 WO ,8 DO , , , , , , , , , , , , , , , , , ,4 ZA ,4 ZO ,4 MA ,4 DI ,5 DO ,8 VR , , , , , , , , , , , , , , , , ,4 ZO ,8 MA ,5 DI ,8 WO ,5 VR ,8 ZA , , , , , , ,4 DO , ,4 ALLEEN VOOR LESDOELEINDEN bron: Watersportverbond Utrecht TKN 2018 VOOORBEELD bijlage 4

23 Watersportverbond Utrecht TKN 2018 VOOORBEELD bijlage 5

24 Watersportverbond Utrecht TKN 2018 VOOORBEELD bijlage 6

25 Nr. Naam/Plaats N/O Karakter-Lichtsterkte Elevatie Bereik Beschrijving / hoogte in m. Aanvullende gegevens mistsein m. NOORDZEE MM IJM 52 50'.9 Mo(U) W 15s RW frame op gele basis fl 0.5; ec 0.5; fl 0.5; ec 0.5 A2330 Windmolenpark Tromp 3 26'.1 F R 91.5 fl 1.5; ec 11.5 Binnen Meteomast IJmuiden Nacht W 1.40 R 0.03 Dag W 1.40 R Horn Mo(U) 30s Egmond aan Zee 52 37'.1 Iso WR 10s 37 W 18 Witte toren 010º - W - 175º - R - 188º - Ob - B '.3 R º W R Grote Kaap 52 52'.9 Oc WRG 10s 32 W 11 Roodbruine toren 041º - G - 088º - W - 094º - R - B0849 Zanddijk 4 42'.9 R º - Ob - 041º 1.80 G 8 Op ca. 5.8 zm 192 staan twee 45 m hoge, van rode lichten voorziene schoorstenen van de kernreactor Petten ZEEGAT VAN TEXEL 1488 Schulpengat 53 01'.6 F WRG 19 W 22 In kerktoren Den Hoorn 025.1º - G º - WG º - B Gericht licht '.1 AL R 18 W º - WR º - R º G 18 Daglicht W WG 18 R WR 18 G Huisduinen 52 57'.1 F WR 28 W 14 Vierkante bakstenen toren 070º - W - 113º - R - 158º - W - B '.3 R º - Ob - 070º W 9.00 R Kijkduin 52 57'.3 Fl(4) W 20s Roodbruine toren fl 0.2; ec 3.1; fl 0.2; ec 3.1 B ' fl 0.2; ec 3.1; fl 0.2; ec Rondom zichtbaar voor zover niet blind achter de duinen van Texel. Het merk van dit licht253.5 ineen met licht No geeft leiding in het W-lijk deel van het Malzwin. Radarpost 1496 Schilbolsnol 53 00'.5 F WRG 28 W 15 Paal 002º - G - 035º - W - 038º - R - B '.7 R º - W º - Ob - 338º - W - W G º R 3.75 G 2.25 Den Helder 1520 Marinehaven Willemsoord 52 57'.4 Oc G 5s 17 3 Op hoek OZD-gebouw ec 1 B0864 Geleidelichten '.1 Dagmerk: zwarte driehoek, Synchroon met hoog licht Laag punt omhoog Zichtbaar: 183.5º º( 15 ) 1522 Hoog 52 57'.2 Oc G 5s 26 3 Grijze paal met bordes Zichtbaar: 183.5º º( 15 ) B m van lage licht 4 47'.0 Bron: HP2 Watersportverbond Utrecht TKN 2018 VOOORBEELD bijlage 7

26 Nr. Naam/Plaats N/O Karakter-Lichtsterkte Elevatie Bereik Beschrijving / hoogte in m. Aanvullende gegevens mistsein m. Texel NOORDZEE 2064 Eierland 53 10'.9 Fl(2) W 10s Rode toren fl 0.2; ec 2.3; fl 0.2; ec 7.3 B0886 N punt eiland 4 51' Rondom zichtbaar, voorzover niet blind achter de duinen van Texel, Vlieland en Terschelling. Vlieland ZEEGAT VAN TERSCHELLING 2066 Vuurduin 53 17'.7 Iso W 4s Donkerrode toren met wit Het licht schijnt zwakker van B0894 Oost-Vlieland 5 03'.5 lichthuis (90 ) Terschelling 2080 Brandaris 53 21'.6 Fl W 5s Gele toren met radar fl 0.3 B ' Rondom zichtbaar, voorzover niet blind achter de duinen van Vlieland en Terschelling. Stormseinen Kustwacht Terschelling (vervolg) ZEEGAT VAN AMELAND 2065 Noordkaap 53 26'.5 Oc W 10s Zwart-geel gestreepte toren ec 1 B0906q E punt eiland 5 30' Ameland 53 27'.0 Fl(3) W 15s Roodbruine toren met fl 0.2; ec 2.8; fl 0.2; ec 2.8 B0920 W punt eiland 5 37'.5 witte banden fl 0.2; ec Friesche Zeegat NOORDZEE 2192 Schiermonnikoog 53 29'.2 Fl(4) W 20s Roodbruine toren met fl 0.15; ec 3.15; fl 0.15; ec 3.15; B0938 W-zijde eiland 6 08'.8 radar fl 0.15; ec 3.15; fl 0.15; ec Kustwacht 2194 Verklikker 53 29'.2 F WR 30 W º - W - 221º - R - 230º - Ob - B0938 Schiermonnikoog 6 08'.8 R º Verklikker W m onder licht R 3.40 No Borkum (D) MONDEN VAN DE EEMS 2242 Grosser Lcht-Tm 53 35'.3 Fl(2) W 12s Roodbruine toren fl 0.2; ec 2.8; fl 0.2; ec 8.8 B0970 Grote lichttoren 6 39'.7 60 W-zijde eiland 2243 Grosser Lcht-Tm 53 35'.3 F WRG 46 W º - G - 109º - W º - R - B0970 Grote lichttoren 6 39'.7 R º - Ob º Onder licht No G 15 Bron: HP2 Watersportverbond Utrecht TKN 2018 VOOORBEELD bijlage 8

27 Bijlage bij vraag 32 Watersportverbond Utrecht TKN 2018 VOOORBEELD bijlage 9

28 Bijlage bij vraag 35 Watersportverbond Utrecht TKN 2018 VOOORBEELD bijlage 10