Vraagverheldering bij het Ondersteuningsplan

Transcriptie

1 brochure Vraagverheldering bij het Ondersteuningsplan zw Auteursrechten / bescherming voor absoluut vzw

2

3 Inhoudsopgave Wie ben ik? Hoe ziet mijn huidige situatie eruit? Wat is mijn gedroomde situatie? Zet je vraag om naar ondersteuningsfuncties Hoe dringend is mijn vraag? Hoe beoordeelt het VAPH mijn Ondersteuningsplan PVB? Mijn OP is goedgekeurd. Wat nu? Mijn vraag naar ondersteuning wordt geobjectiveerd Mijn vraag wordt geprioriteerd Wachten tot het jouw beurt is en je jouw budget ontvangt Ik mag starten met mijn PVB

4 1. Het Ondersteuningsplan Persoonsvolgend Budget (OP PVB) dat je moet invullen om een Persoonsvolgend Budget aan te vragen, is een op voorhand vastgelegd sjabloon. Het VAPH stelde dit op. Je kan dit hier vinden: ondersteuningsplan-persoonsvolgend-budget-op-pvb. Het invullen van dit sjabloon is niet de eerste, maar wel de allerlaatste stap. Als je klaar bent om het plan in te vullen heb je al het denkwerk verricht en alle info verzameld. Er zijn verschillende diensten die je kunnen helpen bij het opstellen van een Ondersteuningsplan: een D.O.P. (Dienst Ondersteuningsplan), de maatschappelijke dienst van je mutualiteit of een gebruikersorganisatie zoals KVG. Je vindt alle contactgegevens in onze brochure Wat is PVB aanvraag en besteding. In deze brochure helpen we je ook al op weg. De eerste stap is het duidelijk krijgen van jouw vraag. Anders weet je niet wat je uiteindelijk moet invullen. Dit proces heet vraagverheldering. Hierover gaat deze brochure. Bij belangrijke beslissingen horen mensen graag de mening van een ander. Hier is het niet anders. Meer nog, het VAPH verwacht dit. Ze leggen niet op met hoeveel mensen je moet gesproken hebben of hoe je dit moet doen. Er zijn verschillende mogelijkheden en je kiest waar jij jou het beste bij voelt. TIP: Om meer mensen bij je denkproces te betrekken kan je samenkomen met mensen uit je omgeving, je kan een workshop volgen bij KVG, je kan de maatschappelijke dienst van je mutualiteit inschakelen of contact opnemen met een DOP. Het VAPH kijkt niet zozeer naar de inhoud van jouw plan, maar wel naar de manier waarop je tot jouw antwoorden gekomen bent. Naar het vraagverhelderingsproces dat eraan vooraf ging. Hierbij staan de volgende richtvragen centraal: Gaat dit plan over wat jij als persoon met een handicap zelf wil? Op welke manier zijn jouw sterktes, mogelijkheden, moeilijkheden en jouw wensen meegenomen? Heb je alle ondersteuningsmogelijkheden bekeken (alle cirkels, alle levensdomeinen en alle praktische oplossingen)? Waarom werken bepaalde zaken niet bij jou? Met deze brochure zetten we jou op weg om het proces op een kwaliteitsvolle manier te doorlopen. Pas ze toe op jouw situatie. Teken uit, noteer of film je denkproces. Ben je hiermee klaar? Dan pas kan je het OP PVB invullen. Hoe je het beste aan het denkproces begint, lees je op de volgende pagina s. 4

5 1.1. Wie ben ik? Het Ondersteuningsplan Persoonsvolgend Budget gaat over jou als persoon met een handicap. Wie ben jij? En vooral, waar ben je overal heel goed in? Wat doe je graag? Wat maakt je gelukkig? Wat maakt je ongelukkig? Zet dit eens op papier. Maak er bijvoorbeeld een fotocollage van Hoe ziet mijn huidige situatie eruit? In de eerste fase bekijk je de situatie zoals ze nu is. Je kan jezelf hierbij de volgende vragen stellen: Hoe ziet mijn leven er nu uit? Wat kan ik allemaal zelf? Welke ondersteuning heb ik nodig? Van wie krijg ik die ondersteuning? Wat loopt er ondanks de ondersteuning nog altijd moeilijk? Waarom? Heb ik extra ondersteuning nodig die ik nu niet krijg? Wat is het gevolg daarvan? Welke kansen mis ik hierdoor? Je krijgt met deze oefening een zicht op alles wat je zelfstandig kan, maar ook op de ondersteuning die je dag in dag uit nodig hebt. Hierdoor sta je stil bij wat je allicht vaak onbewust krijgt van ondersteuning. Om zeker niets te vergeten, kan je voor deze oefening de verschillende levensdomeinen als hulpmiddel gebruiken. De levensdomeinen kunnen structuur in je gedachtegang brengen en je aan dingen doen denken die voor jou de normaalste zaak ter wereld geworden zijn. Levensdomein Activiteiten Wonen Vragen die je jezelf kan stellen Wat doe je van activiteiten? Studeer je? Volg je een cursus of opleiding? Doe je soms activiteiten in de buurt? Doe je dingen die je graag doet? Kies je zelf welke dingen je doet? Welke hobby s heb je? Kan je die doen wanneer je wil? Ben je afhankelijk van iemand anders om ze te doen? Ga je soms naar de cinema of vrienden bezoeken? Kan je naar een concert als je dit wil? Hoe woon je? Met wie? Heb je dit zelf gekozen? Waar woon je? Kook je zelf? Poets je zelf? Heb je een plekje waar je helemaal jezelf kan zijn? Behandel je jouw post zelf? Behandel je jouw financiën zelf? 5

6 Mobiliteit Als je ergens heen wil, hoe doe je dat dan? Vraag je het aan iemand? Neem je de bus of trein? Kan je jezelf met de wagen vervoeren? Is een taxi een optie? Gezondheid Voel je je fit en gezond? Heb je soms pijn? Moet je vaak op doktersbezoek? Doe je vaak aan sport? Vrienden en sociale relaties Communicatie Emotioneel welbevinden Wie is jouw familie? Wie zijn jouw beste vrienden? Ken je jouw buren? Doe je activiteiten in jouw buurt? Hoe maak je je wensen duidelijk? Kan je goed praten? Heb je een spraakcomputer of gebruik je gebaren? Wie begrijpt jou? Hoe leren mensen jou begrijpen? Begrijp jij de mensen? Ben je gelukkig? Ben je eenzaam? Heb je soms stress? Zit je goed in je vel? TIP: Hou een dagboek bij met je dagelijkse activiteiten. Begin van het moment dat je s ochtends wakker wordt tot je gaat slapen. Heb je ook s nachts ondersteuning nodig? Schrijf dit dan zeker ook op in je lijst! Om je dagboek over te zetten naar de verschillende levensdomeinen kan je het schema hierboven gebruiken Wat is mijn gedroomde situatie? Je hebt nu jouw situatie geschetst op verschillende levensdomeinen. Je hebt stilgestaan bij je sterktes op elk levensdomein, maar ook bij de moeilijkheden. Nu kan je alles samenleggen. Zo zie je voor welke levensdomeinen je veranderingen wil. De volgende stap is nadenken welke veranderingen dat moeten zijn. In het Ondersteuningsplan staan jouw wensen centraal. Toch mag je de wensen van je netwerk niet negeren. Als je op je mantelzorger beroep wil blijven doen, maar die wil dit niet meer of kan dit niet meer, moet je hier rekening mee houden. Dan moet je een andere oplossing zoeken. Daarom is het zo belangrijk dat je met verschillende mensen rond de tafel zit. Samen weet je meer! 6

7 Het moeilijkste in dit deel is nadenken over hoe je het dan anders wil. Je moet kunnen aangeven welke ondersteuning je nodig hebt en door wie deze gegeven wordt. Deze vragen kunnen je helpen om je gewenste situatie in beeld te krijgen: Wil ik deze veranderingen bij mij thuis of wil ik juist minder thuis zijn? Wil ik deze veranderingen voor mij alleen of wil ik als verandering juist meer in groep? Wil ik als veranderingen meer beroep doen op mijn familie en vrienden of juist minder? Wil ik veranderingen overdag of s avonds? In het weekend of in de vakantie? Er bestaan heel wat mensen en diensten die jou ondersteuning kunnen geven. Het VAPH wil dat je goed nadenkt over wie jou zou kunnen helpen. Alle ondersteuning vanuit een vergunde zorgaanbieder laten komen is voor de meeste mensen geen oplossing. Maar ook alleen maar beroep doen op je ouders is geen duurzame oplossing. Om een beeld te krijgen van wie je allemaal kan betrekken, gebruik je het model van de concentrische cirkels. Werken met de concentrische cirkels is een manier om heel jouw omgeving in kaart te brengen. Je kan hierdoor nadenken of datgene wat je nodig hebt, misschien al wel voorhanden is in de buurt. Bedoeling is dat al deze cirkels samenwerken om tot een goede ondersteuning te komen. Het is onmogelijk om alle ondersteuning vanuit één cirkel te laten komen! Zoals je merkt zijn er heel veel verschillende soorten van ondersteuning in de verschillende cirkels te vinden. Iedereen heeft andere wensen en noden en vindt hiervoor andere oplossingen. Elk plan is met andere woorden uniek. Een Ondersteuningsplan op zich kan daarom niet juist of fout zijn. Het VAPH beoordeelt je plan dus niet op de inhoud, maar op basis van het proces dat je doorlopen hebt. 7

8 Probeer daarom je gewenste situatie en de ondersteuning die je daarvoor nodig hebt, zo gedetailleerd mogelijk te overlopen. En probeer voor elke ondersteuningsvraag een gepaste oplossing te zoeken. Ga nu al aan de slag: overloop de verschillende mogelijkheden, ga misschien al eens een kijkje nemen, Zijn er zaken die nu perfect lopen? Die hoef je dan zeker al niet te veranderen. Een voorbeeldje Ellen woont thuis bij haar ouders. Overdag is ze twee dagen per week vrijwilliger in een bejaardenhuis. Daar helpt ze in de kantine: drankjes uitschenken, vaatwasser in- en uitladen en een babbeltje met de mensen doen. Ellen wil alleen gaan wonen, dichter bij haar werk en weg van haar ouders. Ze wil haar eigen plekje. Ze heeft wel hulp nodig in het huishouden en bij de administratie. Haar moeder wil helpen met de was en het poetsen. Met de rest kunnen mama en papa haar niet helpen. Ellen wil echt alleen wonen, zoals haar zus. Maar ze is overdag niet graag alleen: daarom wil ze ook graag naar een dagcentrum tijdens de momenten dat ze niet in het bejaardenhuis kan werken. IKZELF Ik ben Ellen. Ik ben 28 jaar en ik woon nu nog bij mijn ouders. Maar ik wil alleen gaan wonen. Ik zit s avonds lekker rustig op mijn kamer: een beetje tv kijken, en dan een cola drinken,... Of mandala s maken, dat doe ik ook heel graag. Dat wil ik ook doen in mijn eigen huisje. Ik vind het leuk om mensen te helpen en doe graag babbeltjes. Daarom hou ik van mijn werk in het bejaardenhuis. Daar kom ik veel mensen tegen. Ik hou van dieren, maar mijn zus is allergisch. Daarom heb ik nooit een huisdier gehad. MIsschien wil ik er wel een als ik alleen ga wonen. MIJN GEZIN Ik woon nu bij mijn ouders, maar ik wil alleen gaan wonen, zoals mijn zus. Mama en papa vinden dit goed. Zij willen mij helpen met de was en het poetsen van mijn studio. Maar mijn administratie doen en voor mij koken, dat gaat niet als we niet samen wonen. We hebben al wel afgesproken dat ik altijd mag bellen als er iets is. En op zondag ga ik ook op bezoek. Mijn zus woont niet meer thuis. Zij woont samen met haar vriend en hun pasgeboren kindje. Vroeger kon ik daar wel eens blijven logeren, maar dat is nu moeilijk met de baby. We spreken wel soms af in het weekend. Dan gaan we iets eten of help ik om baby Mira in bad te stoppen. 8

9 VRIENDEN, FAMILIE, BUREN, VRIJWILLIGERS Ik heb 2 goede vrienden. Patrick ken ik van in het bejaardenhuis. Hij is de baas van de cafetaria. Op vrijdag gaan we samen aperitieven op café. Lieze is mijn buurvrouw. Daar ga ik soms mee naar een concert want we zijn allebei fan van Jelle Cleymans en van Bart Peeters. Ik wil graag contact blijven houden met Patrick en Lieze als ik alleen ga wonen. Zij hebben al gezegd dat er niets moet veranderen. Daar ben ik heel blij om! Ik ga 1 keer per jaar samen met mijn oma op vakantie. Dan gaan we een week naar de zee. Leuk! REGULIERE DIENSTEN Ik help twee keer per week in de cafetaria van het bejaardenhuis. Dat vind ik heel leuk. Ik moet altijd lachen als Marietje een trappist bestelt. Of als Jules een derde stuk taart komt halen. Patrick helpt mij om de glazen op de juiste plaats weg te zetten en gepast wisselgeld te geven aan onze klanten. In de vakantie ga ik altijd een week op kamp met Akabe. Wanneer ik alleen ga wonen, wil ik graag beroep doen op Familiehulp voor mijn boodschappen en om het eten klaar te maken. Ik zou ook heel graag naar de tekenles gaan. Ik heb al een afspraak gemaakt met een vrijetijdsdienst die me hierbij gaat helpen, want ik wil daar snel mee beginnen. HANDICAPSPECIFIEKE ONDERSTEUNING Wanneer ik alleen ga wonen zal ik hulp nodig hebben met mijn administratie. Er bestaat blijkbaar een speciale dienst die aan huis komt en mij helpt met mijn papieren. Zij maken ook elke week samen met mij een schema zodat ik structuur heb. Papa en ik hebben al een adres gevonden, we hebben volgende week een afspraak om te kijken wat die dienst voor mij kan doen. Ik ben overdag niet graag alleen. Nu ben ik dan thuis met mijn mama, maar als ik alleen woon zou ik graag enkele dagen per week naar de dagopvang gaan. Daar wil ik nieuwe vrienden leren kennen. Of naar een boerderij, dat lijkt mij ook leuk. Dan kan ik daar voor de dieren zorgen. Mama en ik zijn het nu op internet aan het uitzoeken.ik wil graag dat iemand met mij naar de tekenles gaat. En achteraf kunnen we misschien samen ook boodschappen doen of een uitstapje. TIP: Vul voor je eigen situatie en wat jij graag wil in je leven hetzelfde schema in als Ellen hierboven.gebruik hiervoor de verschillende concentrische cirkels. Contacteer zeker al eens mensen of diensten die je wil inschakelen en hoor of zij je kunnen helpen. Schrijf dit mee op in je plan. 9

10 1.4. Zet je vraag om naar ondersteuningsfuncties Je hebt nu de ondersteuningsmogelijkheden onderzocht waar jij gebruik van wil maken. Maar het meest technische luik moet nog komen. Jouw wensen en de ondersteuning die hieraan gekoppeld is, moeten nu omgezet worden naar een aantal ondersteuningsfuncties. De reden hiervoor is dat het VAPH een budget moet zetten tegenover jouw wensen. Iedereen moet dus hetzelfde bedoelen met dezelfde termen. Deze termen hebben een vastgelegde betekenis. Elke term leidt tot een ander budget. Denk dus goed na welke functie(s) jij nodig hebt en hoe vaak! COLLECTIEF = één of meerdere begeleiders voor een groep INDIVIDUEEL = 1 begeleider voor jou alleen Dagondersteuning tussen 9.00 en u.; atelierwerking, zorgboerderij, uitstappen in groep, kookgroep, dagcentrum,...; uitgedrukt in halve dagen per week. Praktische hulp bij dagelijkse activiteiten; vb: wassen, eten, aankleden, dingen aanreiken, huishoudelijke taken, vervoer, ; uitgedrukt in uren per week. Woonondersteuning tussen en 9.00 u.; tehuis, nursing, kleine groep mensen die samenwonen met een begeleider in huis, ; uitgedrukt in nachten per week. Psycho-sociale begeleiding inhoudelijke ondersteuning voor jouw welbevinden; vb: communicatietechnieken, acceptatie handicap, structureren van je leven, budgetbeheer,...; max. 4 uur per week. Oproepbare Permanentie individuele begeleiding na oproep; binnen het half uur is iemand ter plaatse bij jou; je weet niet op voorhand wanneer je de begeleiding nodig hebt; Vb: hulp inroepen na een val, begeleiding vragen via oproep in onvoorziene situaties. Globale ondersteuning assistentie om zelf dingen te (leren) doen, training, coaching, stimulatie, ; vb: je kookt samen, gaat samen op stap, iemand biedt je verschillende activiteiten aan,...; uitgedrukt in uren per week. 10

11 Je kan enkel individuele ondersteuning en oproepbare permanentie vragen op de momenten dat je geen dag- of woonondersteuning krijgt. Vraag je 7/7 collectieve ondersteuning, dan kan je geen individuele ondersteuning vragen. Heb je al ondersteuning vanuit het VAPH en vul je het OP PVB in voor een meervraag? Dan moet je de huidige ondersteuning ook meenemen in je vraag! Noteer zeker ook welke ondersteuning je nu al krijgt vanuit het VAPH en waarom deze niet meer voldoende is. TIP: Vraag hier enkel de ondersteuning aan die je met het Persoonsvolgend Budget wil betalen. Ondersteuning die jouw ouders of anderen blijven geven maar die je niet wil betalen met het PVB, hoef je hier niet te noteren. Hieronder terug het voorbeeld van Ellen Haar vraag vertaald naar de ondersteuningsfuncties ziet er zo uit: Welke ondersteuning? Hoe vaak? Dagondersteuning Woonondersteuning Individuele psychosociale begeleiding Individuele praktische hulp Globale individuele ondersteuning 3... dagen per week -> dagcentrum en zorgboerderij 0.. nachten per week -> alleen wonen in studio, dus niet nodig 2... uren per week (max. 4) -> helpen met administratie en structuur uren per week -> boodschappen en maaltijden uren per week -> assistentie voor tekenles en uitstapje Oproepbare permanentie Ja Nee -> ouders komen langs bij onverwachte situaties 11

12 Extra dag- en/of woonondersteuning naast je vaste weekschema? Soms heb je periodes van extra ondersteuning nodig bovenop je vaste weekschema die al op voorhand vastliggen. Het gaat hier bijvoorbeeld over vakantieperiodes of momenten waarop een mantelzorger gepland afwezig is. Deze extra ondersteuning moet je ook inplannen in je OP PVB. Dit zijn altijd x aantal dagen per jaar. Maar je moet dit omrekenen naar dagen per week. Dat betekent dat je die extra ondersteuning per jaar door 52 moet delen om te weten te komen hoeveel dit is per week. Dit bedrag moet je afronden tot 1 cijfer na de komma. Vb.: Naast je vaste weekschema heb je in de vakantie ook 2 extra weken dagen woonondersteuning nodig. Dit bereken je zo: 2 weken dag-/woonondersteuning = 14 dagen per jaar = 0,3 dagen per week per ondersteuningsfunctie (14/52) Vraag je in je OP PVB 2,5 dagen dagondersteuning aan en 5 nachten woonondersteuning, dan wordt dat 2,8 dagen (2,5 + 0,3) dagondersteuning en 5,3 (5 + 0,3) nachten nachtondersteuning. Hou er dus rekening mee dat je de extra ondersteuning ook in je OP moet steken. Het VAPH voorziet een Excel-formulier waarin je dit makkelijk kan berekenen. 1.5 Hoe dringend is mijn vraag? Je kan in je Ondersteuningsplan zelf extra informatie geven over de dringendheid van je vraag. Dit kan je doen in deel 5. Het is niet verplicht om dit in te vullen. Vul je het wel in, dan gaat deze informatie mee naar de commissie die jouw dringendheid bekijkt. Je hebt hier ruimte om jouw situatie nog eens uit te leggen. Wat zou het betekenen als je de extra gevraagde ondersteuning niet krijgt? Wordt de situatie dan onhoudbaar voor jou en de mensen die je nu helpen? Hoe zwaar is de situatie nu voor jou en je mantelzorgers? Bieden je mantelzorgers al langere tijd bovengebruikelijke zorg? Geef je deze informatie niet, wil dat niet zeggen dat de commissie geen informatie over de dringendheid van jouw vraag krijgt. Ook het MDT (Multidisciplinaire Team) zal samen met jou soortgelijke vragen invullen rond de dringendheid. 12

13 TIP: Deel 5 van het Ondersteuningsplan geeft je de kans om je situatie echt in je eigen woorden op papier te zetten. En dat is sowieso een goede aanvulling op wat een professional voor jou (in professionele standaardtaal) invult. 2. Hoe beoordeelt het VAPH mijn Ondersteuningsplan Persoonsvolgend Budget? Het VAPH controleert vooral op de vraag of je een grondig proces van vraagverheldering hebt doorlopen en of je dus heel goed nagedacht hebt over alles en alle mogelijkheden gewikt en gewogen hebt. Neem het proces van vraagverduidelijking dus serieus! Enkel zo kan je aantonen aan het VAPH dat je goed overwogen jouw Ondersteuningsplan ingevuld hebt. Doe je dit niet en begin je onmiddellijk met het invullen van het sjabloon, dan is de kans heel erg groot dat het VAPH je plan afkeurt. Je zal merken dat in deel 2 en in deel 4 van het sjabloon het VAPH regelmatig vragen stelt over je vraagverhelderingsproces. Beantwoord deze vragen zo specifiek mogelijk en geef altijd enkele voorbeelden ter illustratie. Benadruk waarom je een bepaalde keuze gemaakt hebt, hoe die aansluit op jouw wensen en of je verschillende ondersteuningsmogelijkheden onderzocht hebt. Heb je nu al ondersteuning vanuit het VAPH, verklaar dan ook waarom dit niet voldoende meer is. Leg tot slot heel goed uit op welke manier je betrokken werd bij het proces. Dan pas heb je een kwaliteitsvol proces doorlopen. Dit is heel belangrijk om een goedgekeurd plan te hebben. Wordt je plan niet goedgekeurd door het VAPH, dan kan dat verschillende redenen hebben: Je OP PVB is onvolledig. Het VAPH zal zeggen welke vragen je verder moet aanvullen. Je hebt geen kwaliteitsvol proces doorlopen. Het VAPH zal zeggen welke vragen je niet goed genoeg beantwoord hebt. Je krijgt de kans om je OP PVB aan te passen en je originele aanvraagdatum te behouden. Heb je nadien nog steeds geen kwaliteitsvol proces doorlopen, dan moet je ofwel een volledig nieuw OP PVB indienen met een nieuwe datum ofwel je verplicht laten begeleiden door een Dienst Ondersteuningsplan (D.O.P.) waardoor je je oude datum kan behouden. 13

14 3. Mijn OP is goedgekeurd. Wat nu? 3.1 Mijn vraag naar ondersteuning wordt geobjectiveerd De objectivering van je vraag gebeurt door het Multidisciplinaire Team (MDT). Dit is een team dat bestaat uit verschillende medici, paramedici en sociaal werkers (zoals dokter, psycholoog, ergotherapeut, ). Zij helpen je met je aanvragen bij het VAPH voor hulpmiddelen of een Persoonsvolgend Budget. Het MDT is onafhankelijk van het VAPH, maar maakt wel deel uit van een andere instantie. Je vindt zo n team bijvoorbeeld bij je mutualiteit. Maar ook revalidatiecentra, Centra voor Leerlingenbegeleiding (CLB) of bijvoorbeeld observatiecentra kunnen een MDT hebben. Met je door het VAPH goedgekeurde OP PVB ga je naar een MDT van je keuze. 1. Eerst en vooral onderzoeken zij of jouw vraag objectief gezien overeenkomt met wat jij nodig hebt. Zij maken dus zelf ook een inschatting van wat jij nodig hebt. Heb je een hoge ondersteuningsvraag, dan moeten zij je nog een keer extra inschalen met het zorgzwaarte-instrument. Dit is een schaal die aan de hand van vragen meet hoe intensief jouw nood aan ondersteuning is. Het kan ook zijn dat je geen extra inschaling nodig hebt. 2. Jij vraagt in je plan om uren of dagen ondersteuning. Hier hangt nog geen budget aan vast. Om dit te kunnen berekenen, moet het VAPH weten hoe intensief de zorg is die jij nodig hebt. Heb jij een zware ondersteuningsnood, dan zal het budget hoger zijn. 3. Tot slot bekijkt het MDT hoe dringend jouw vraag is. Dit doet ze door vragen die sterk gelijken op degene die je zelf al kon invullen in deel 5 van je OP PVB. Deze vragenlijst heet checklist prioritering. 4. Het verslag van het MDT gaat terug naar het VAPH. De checklist prioritering wordt samen met deel 5 van jouw OP PVB op de agenda gezet van de commissie die jouw vraag zal prioriteren. 3.2 Mijn vraag wordt geprioriteerd De overheid heeft jammer genoeg niet genoeg geld om iedereen direct zijn gevraagde budget te geven. Daarom is er een onderscheid tussen vragen die heel dringend zijn en vragen die minder dringend zijn (en dus moeten wachten). Een speciaal hiervoor aangestelde commissie velt een oordeel over de dringendheid van de aanvragen. Dit is de regionale prioriteitencommissie (RPC). Deze commissie bestaat uit mensen van het VAPH, mensen uit voorzieningen, ervaringsdeskundigen (dit zijn mensen die zelf een handicap hebben) en andere professionelen (uit gebruikersorganisaties bijvoorbeeld). 14

15 Het RPC bekijkt hoe dringend jouw vraag is aan de hand van volgende 3 criteria: ondersteuningskloof; onhoudbaarheid van de situatie; bovengebruikelijke zorg. Afhankelijk van hoe dringend jouw vraag is volgens de commissie, kom je met je vraag terecht in prioriteitengroep 1, 2 of 3. Is jouw vraag heel erg dringend? Dan kom je terecht in prioriteitengroep 1. Is jouw vraag niet dringend? Dan komt je terecht in prioriteitengroep 3. Er is voor iedere prioriteitengroep geld voorzien om mensen verder te helpen. Alleen is er niet voor iedere groep even veel geld voorzien. Groep 1 krijgt de meeste middelen, groep 3 de minste. In groep 1 zitten minder aanvragen dan in groep 3. Kom je na de bespreking van jouw dossier in groep 1 terecht, dan ga je je gevraagde budget sneller krijgen dan wanneer je in groep 3 belandt. Eenmaal je in een prioriteitengroep zit, gebeurt de toewijzing chronologisch: wie eerst in een groep zit, krijgt eerst een budget. Ben je niet akkoord met de groep waarin je beland bent, dan kan je een herziening vragen. Dit is geen garantie dat je vraag de volgende keer dringender ingeschat zal worden. Voor een herziening moet je opnieuw langs het MDT. 3.3 Wachten tot het jouw beurt is en je jouw budget ontvangt Wachten op jouw beurt wil niet zeggen dat je moet wachten om in actie te schieten tot je je Persoonsvolgend Budget ontvangt. Dankzij het Ondersteuningsplan dat je hebt moeten opstellen voor de aanvraagprocedure, heb je al een beeld van de ondersteuning die je nodig hebt. Gebruik het Ondersteuningsplan om aan de slag te gaan en al een deel van je ondersteuning te organiseren. Ben je van plan om dag- of woonondersteuning in te kopen met je PVB, dan is het een goed idee om al eens enkele organisaties te bezoeken om te zien waar je je prettig voelt. Je kan de mensen uit je omgeving die bereid waren je te helpen nu al aanspreken. Het idee om een buddy te zoeken hiermee moet je niet wachten tot je een PVB hebt. Ook reguliere diensten kan je inschakelen terwijl je wacht. Voor je handicapspecifieke ondersteuning kan je ook nu al een gedeeltelijke oplossing vinden door gebruik te maken van Rechtstreeks Toegankelijke Hulpverlening (RTH). Je zal er niet je hele vraag mee kunnen oplossen, maar misschien al wel een groot deel. Het grote verschil met een Persoonsvolgend Budget is dat de ondersteuning via RTH beperkt is en je er ook een persoonlijke bijdrage voor moet betalen. Je kan er dus niet elke dag gebruik van maken. 15

16 Wat kan wel? 51 ambulante begeleidingen of 36 mobiele begeleidingen of 91 groepsbegeleidingen of 91 dagen dagopvang of 61 nachten verblijf Je kan deze soorten ondersteuning met elkaar combineren. Vb.: 22 mobiele begeleidingen en 14 dagen en nachten opvang/verblijf Vb.: 71 dagen per jaar dagopvang en 14 nachten verblijf Meer info vind je in onze brochure PVF. Via de RTH-teller van het VAPH kan je bijhouden hoeveel RTH je nog kan gebruiken. Die teller vind je hier: Van zodra je aan de beurt bent voor je Persoonsvolgend Budget, krijg je een brief van het VAPH in de bus. In die brief staat op welk budget je recht hebt en hoe je ermee kan starten. 3.4 Ik mag starten met mijn Persoonsvolgend Budget Dit heet de terbeschikkingstelling van het PVB. Je hebt nu maximum vier maanden om op te starten. Dit betekent dat je in deze periode een contract moet hebben afgesloten met iemand die jou ondersteuning zal bieden: een assistent, een vrijwilliger, een reguliere dienst of een zorgaanbieder. Bijstandsorganisatie absoluut vzw kan je bij de opstart helpen. Wij zorgen ervoor dat je goed geïnformeerd kan starten met je Persoonsvolgend Budget. Neem daarom zeker contact op met ons op! Bel ons op of stuur een mailtje naar Website: Kantoor Antwerpen Kantoor Kortrijk Arthur Goemaerelei 66 Spinnerijstraat Antwerpen 8500 Kortrijk Lid worden? Stort 50 euro op het rekeningnummer BE BIC GKCCBEBB