NOTULEN VAN DE VERGADERING VAN DE REGIORAAD OP 23 OKTOBER Voorzitter : M.J. Bezuijen (VVD-Haarlemmermeer)

Transcriptie

1 STADSREGIO AMSTERDAM NOTULEN VAN DE VERGADERING VAN DE REGIORAAD OP 23 OKTOBER 2007 Voorzitter : M.J. Bezuijen (VVD-Haarlemmermeer) Secretaris : A. Joustra Aanwezig : J.C.T. Adolfs (PvdA-Purmerend), H.J. van den Bergh (PvdA- Amstelveen), mw. J.E. Bos (PvdA-Amsterdam), Tj. Bosma (PvdA- Zaanstad), mw. P.M. Buurma-Haitsma (VVD-Amsterdam), M.J. Cohen (PvdA-Amsterdam), J.R.P.L. Dings (PvdA-Beemster), A.H. van Drooge (CDA-Amsterdam), mw. S.M. Gehrels (CDA- Haarlemmermeer), L. Groen (PvdA-Zaanstad), T. Herrema (PvdA- Amsterdam), L.G.F. Ivens (SP-Amsterdam), E.F. Jongmans (PvdA- Waterland), mw. M.A.J. Kes (Volendam 80-Edam-Volendam), mw. C.C.M. Korrel-Wolvers (CDA-Ouder-Amstel), J.F. Luiten (PvdA- Zaanstad), B.J. Mewe (PvdA-Landsmeer), A.G.C. Neefjes-IJfs (ChristenUnie-Zaanstad), R.Th.M. Nederveen (VVD-Amsterdam), mw. M.M.C.M. Oudshoorn-van Egmond (Uithoorn), mw. M.M. van der Pligt (SP-Amsterdam), mw. M.H.J. van de Pol (GroenLinks-Oostzaan), R. Poldner (SP-Zaanstad), N.C. Portegijs (PvdA-Diemen), P. Reijers (Recht door Zee-Edam-Volendam), P.J. Regouin (GroenLinks- Amstelveen), mw. L. Roos (BBA-Amstelveen), P. van Tellingen (CDA-Zaanstad), L. Verbeek (PvdA-Purmerend), A. Verburg (CDA- Aalsmeer), W.B. Vervenne (VVD-Amstelveen), mw. L. Vissers- Koopman (Z.O.G.-Zaanstad), mw. H.W. Voermans (PvdA-Zeevang), C.H. Vonk (PvdA-Haarlemmermeer), mw. H.J.T. Willemse (PvdA- Amsterdam) A.J.C. de Wit (VVD-Amsterdam) F. de Wolf (PvdA- Amsterdam)en L.W.M. Worm (VVD-Diemen) Afwezig : mw. M.J.N. Bergervoet (PvdA-Amsterdam), mw. C.H.M. Berk (GroenLinks-Haarlemmermeer), mw. W.E. Booij-van Eck (PvdA- Haarlemmermeer), E.B. Bouman (CDA-Purmerend), mw. H.Y. Buyne (PvdA-Amsterdam), R.E. Flos (VVD-Amsterdam), B. Geurts (Groen- Links-Amsterdam), J.H. Hoogkamer (Uithoorn, Uithoorn), mw. D. Kaplan (PvdA-Amsterdam), H. Kuipers (VVD-Haarlemmermeer), I.R. Manuel (D66-Amsterdam), M.P.C. van der Meer (GroenLinks- Amsterdam), W.G.H. Paquay (SP-Amsterdam), mw. C. Sacco (SP- Purmerend), J.O. Straub (PvdA-Amsterdam), P.C. Tange (GroenLinks- Wormerland), mw. F. Ulichki (GroenLinks-Amsterdam), mw. B. Visser (VVD-Zaanstad),

2 1. OPENING De VOORZITTER opent de vergadering. Nieuwe leden van de regioraad, mevrouw Gehrels (Haarlemmermeer), de heer Bosma (Zaanstad) en Litjens (Aalsmeer), worden in het bijzonder welkom geheten. Gemeld wordt dat de heer Van Drooge als sessievoorzitter zal optreden. De berichten van verhindering worden gemeld. 2. VASTSTELLING NOTULEN VAN DE REGIORAAD D.D. 26 JUNI 2007 Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming worden de notulen vastgesteld. 3. VASTSTELLING VERSLAGEN REGIORAADSESSIES D.D. 26 JUNI 2007 Mevrouw ROOS mist in het conceptverslag van de Fysieke omgeving een punt. Zij heeft gevraagd verschillende scenario s van Schiphol te onderzoeken, omdat een en ander invloed heeft op woningbouw, economie e.d. Zonder hoofdelijke stemming worden de notulen vastgesteld, rekening houdend met de vermelde toevoeging. 4. INGEKOMEN STUKKEN Er zijn geen ingekomen stukken. 5. MONDELINGE/SCHRIFTELIJKE VRAGEN Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt de beantwoording van de schriftelijke vragen van de SP voor kennisgeving aangenomen. Er zijn geen mondelinge vragen. 6. MEDEDELINGEN/VOORTGANG UITWERKING REGIONALE AGENDA De heer VAN TELLINGEN heeft een opmerking bij de deelprojecten Urgentie Programma Randstad: A6/A9. De CDA-fractie gaat ervan uit dat de regioraad nadrukkelijk bij het verdere overleg hierover ook gemeenten die niet zijn uitgenodigd, zoals Ouder-Amstel, vertegenwoordigt. De heer HERREMA merkt op dat de discussie over de A6/A9 in een stroomversnelling is gekomen. Het kabinet heeft na veel praten en studie een historisch besluit genomen. Dit is belangrijk voor de regio. De regio is erbij betrokken, voor zover het een onderdeel betreft dat past binnen de BDU-regeling. Daarover wordt nu gesproken. Ook het dagelijks bestuur maakt zich zorgen over het gebrek aan oplossingen aan de oostkant. In de conceptovereenkomst is vermeld dat nadere studie zal plaatsvinden, waarbij de betrokken gemeenten worden ingeschakeld. Bovendien wordt het college van rijksadviseurs, de bouwmeesters van het rijk, hierbij betrokken. Het gaat dus niet alleen om Rijkswaterstaat, die de budgetten moet beheren. Vanuit de regio wordt het initiatief genomen om met de betrokken gemeenten te kijken welke studies nodig zijn om te bereiken dat bewoners aan de oostzijde van het traject minder hinder ondervinden van geluid. De rijksnormen voor luchtkwaliteit gelden ook voor rijkswegen; deze normen worden strenger. Er moeten veel inspanningen worden gepleegd om aan die normen te voldoen. Het is een onderwerp waarover de discussie dus nog volop gaande is. De heer ADOLFS verzoekt de portefeuillehouder plenair te herhalen wat hij eerder heeft aangegeven over het OV: het niet akkoord gaan met de op te leggen korting. 2

3 De heer VERBEEK merkt op dat een discussie is gevoerd over de aangekondigde korting op de BDU. Dit zal in twee tranches geschieden. Een daarvan is al gebeurd bij de kabinetsformatie en de tweede is gebeurd bij de presentatie op de Derde Dinsdag van september. Daarbij is een korting op de BDU aangekondigd, die de komende vier jaar globaal oploopt tot 40 miljoen. Spreker legt zich daarbij niet zonder meer neer. In het overleg met de zeven stadsregio s is afgesproken en afgestemd met het IPO een lobby op te zetten naar de Kamerfracties om een initiatief te krijgen dat bij de begrotingsbehandeling van Verkeer en Waterstaat een correctie zal worden aangebracht. Het dagelijks bestuur verwerkt de korting nog niet in plannen. Pas als de korting definitief is kan worden besproken wat daarvan de consequenties zijn. Zonder hoofdelijke stemming wordt het overzicht voor kennisgeving aangenomen. 7. BENOEMING LID/LEDEN COMMISSIE WERKWIJZE/ALGEMENE ZAKEN De VOORZITTER meldt dat de heer Van Tellingen is voorgedragen. Bij acclamatie wordt de heer Van Tellingen benoemd tot lid van de regioraadscommissie Werkwijze/Algemene Zaken. 8. VASTSTELLING HALFJAARRAPPORT 2007 Mevrouw ROOS noemt de volgende punten: - Wonen. De corporaties wilden kwaliteitswoningbouw leveren; zij wilden liefst bouwen voor 100 jaar. Kan dit als actiepunt worden meegenomen in de onderhandelingen met de corporaties? Dus woningbouw voor de lange termijn. - Grote projecten. In het bedrijfsleven hebben zich zaken voorgedaan die vragen oproepen. Is hetgeen op de Zuidas komt van essentieel belang en heeft de splitsing van ABN Amro gevolgen voor het aantrekken van andere bedrijven? - Toegankelijkheid openbaar vervoer. In een uitzending van AT5 is naar voren gebracht dat in de metro geen routering voor blinden en slechtzienden aanwezig is. Het touch screen is ook moeilijk benaderbaar voor deze mensen. Is deze constatering terecht en wordt daaraan iets gedaan? Wordt hieraan bij de nieuwe Noord/Zuidlijn wel aandacht gegeven? - Jeugdzorg. Het verbaast spreekster dat er nog steeds geen keten bestaat tussen de stadsregio en de gemeente. Dit geldt ook voor stadsdelen. Vastgesteld kan worden dat er 37 organisaties zijn die zich bezighouden met de jeugd. Kan dat niet worden veranderd? De heer VERBEEK heeft geen financiële vragen gehoord. Wel kan hij iets zeggen over het openbaar vervoer. Er is regelmatig overleg met vertegenwoordigende organisaties. Het is de bedoeling dat overal aan de richtlijnen wordt voldaan. Met betrekking tot de touch screen is de afspraak met de vertegenwoordigende organisaties, dat bij het systeem dat wordt toegepast, inclusief de elementen van de invoering van de OV-chipkaart, niet alles hoeft te voldoen aan de regels rond de toegankelijkheid voor gehandicapten, als maar een redelijk alternatief beschikbaar is. Voor de touch screens is sprake van een redelijk alternatief voor het opladen van de kaart via de autoloadcard. Het probleem is in de pers geweest. Er wordt opnieuw met de organisatie, die blinden en slechtzienden vertegenwoordigt, overlegd of het alternatief reëel is. Mevrouw ROOS vraagt ook naar de bereikbaarheid van de perrons. De VOORZITTER stelt voor dat dit onderwerp nadere aandacht krijgt in een van de komende regioraadsessies. De heer VERBEEK zegt toe een te sturen waarin wordt aangegeven hoe met deze materie wordt omgegaan. 3

4 De heer WORM reageert op de vraag over Jeugdzorg. Het is hem bekend dat op dit moment discussie gaande is, zowel binnen de stadsregio als binnen de provincie, over het aantal organisaties dat bij Jeugdzorg betrokken is en dat door het grote aantal vaak fricties geeft. De vraag over de kwaliteit van de woningbouw wordt betrokken in de contacten met de woningcorporaties. Zonder hoofdelijke stemming besluit de regioraad kennis te nemen van de halfjaarrapportage 2007 en de derde wijziging van de begroting 2007 vast te stellen. 9. INSTEMMING ACTUALISERING SPELREGELS WOONRUIMTEVERDELING Mevrouw OUDSHOORN heeft als vertegenwoordiging van Uithoorn geen behoefte meer over dit onderwerp te debatteren. Zij had grote verwachtingen van een nieuw, fris en helder systeem. Dat is het niet geworden. Het is hetzelfde systeem met iets erbij. Zij stelt vast dat het blijkbaar niet anders kan. Het blijkt een mission impossible te zijn om met zestien gemeenten iets nieuws te gaan maken. Zij accepteert het voorstel. Nieuwe ronde, nieuwe kansen, waarschijnlijk pas over zo n tien jaar! De heer WORM attendeert erop dat voortdurend sprake zal zijn van monitoring van wat wordt gedaan en hoe dit wordt gedaan. Er zal ook steeds contact zijn met de portefeuillehouders fysieke omgeving over de uitvoering van deze nota. Zonder hoofdelijke stemming stemt de regioraad in met de voorstellen voor de actualisatie van de spelregels voor de woonruimteverdeling. 10. BESPREKING EN INSTEMMING EVALUATIE VOORTGANG RVVP EN UITVOE- RINGSPROGRAMMA De heer IVENS merkt op dat sprake is van een mooi boekje, met een schoonheidsfoutje: er wordt een stukje politiek bedreven met een suggestieve zin. Daarbij doelt spreker op de tekst: De concessie Amsterdam is onderhands gegund en laat een achterblijvende ontwikkeling zien. Er is geen relatie daartussen. Er is wellicht op basis van de OV-klantenbarometer een achterblijvende ontwikkeling; op basis van andere kerngetallen is mogelijk een geheel ander beeld aanwezig. Spreker kan instemmen met de evaluatie, maar niet met de aangehaalde zin. De heer VERBEEK kent het standpunt van de heer Ivens. Hierover is verschil van mening. Zonder hoofdelijke stemming besluit de regioraad kennis te nemen van de Evaluatie voortgang RVVP en in te stemmen met de aanbevelingen voor het Uitvoeringsprogramma VASTSTELLEN ACTIEPLAN KETENINTEGRATIE Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de regioraad tot het vaststellen van het Actieplan Ketenintegratie Noordvleugel en tot het opnemen van de acties uit het Actieplan in het Uitvoeringsprogramma van het RVVP AANGAAN OVEREENKOMST MET BETREKKING TOT NATIONAL DATA WAREHOUSE Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de regioraad overeenkomstig het voorstel. 13. BEPALING STANDPUNT MET BETREKKING TOT PRE-ADVIES "VAN REGIO NAAR METROPOOL" 4

5 Mevrouw VISSERS-KOOPMAN stelt een punt van orde. In de commissie is een erratum op het besluit uitgedeeld. Dat is niet hier aanwezig. Zij gaat ervan uit dat het erratum onderdeel uitmaakt van het besluit. De heer LUITEN geeft aan dat het erratum betrekking heeft op de vermelding in de notitie te komen tot een regionaal grondbedrijf. Dit is te kort door de bocht geformuleerd. Vandaar het erratum: probeer te onderzoeken tot welke constructies kan worden gekomen tot bedrijven privaat-publiek in de regio, om te komen tot vormen van regionale grondverevening. De precieze vorm kan worden afgewacht, maar kan mogelijk inspelen op het initiatief dat vanuit het kabinet te verwachten valt. De ministers Cramer en Van der Hoeven studeren op de mogelijkheid om in elke regio te komen tot een vorm van grondverevening, waarbij de provincie en/of de stadsregio een grote rol krijgt. De exacte vorm is nog niet bekend, maar een vorm van regionale grondverevening, in het kader ook van Plabeka, is toe te juichen. Mevrouw OUDSHOORN heeft ook een punt van orde. In het voorliggende besluit wordt gesuggereerd dat op 6 september 2006 over de notitie is overlegd met de portefeuillehouders economische zaken van deze regio. Gebleken is dat dit niet het geval is geweest. Daarom mag dit niet zo in het besluit staan. Spreekster zal bij dit onderwerp niet deelnemen aan de discussie. De vertegenwoordiging Uithoorn gaat ervan uit dat zaken worden voorbesproken in het portefeuillehoudersoverleg, waarna de regioraad besluit. De kans van bespreking in het portefeuillehoudersoverleg is niet aanwezig geweest. De heer LUITEN heeft in de sessie over dit onderwerp aangegeven dat er iets mis is gegaan, ook door het cancelen van een portefeuillehoudersoverleg. Daardoor heeft geen consultatie plaatsgevonden. Voor alle duidelijkheid, het is natuurlijk zo dat in de procedure altijd een advies van de portefeuillehouders wordt gevraagd. Spreker gaat ervan uit dat de regioraadsleden vrij zijn vanuit hun gemeenteraad een mening te geven. De VOORZITTER merkt op dat de agendering voor de regioraad een onafhankelijk traject is. Agendering hoeft niet altijd per se via het portefeuillehoudersoverleg te gaan. Veelal wordt dit wel gedaan. In dit geval is het niet gebeurd. Bespreking hier is gewenst, omdat de heer Luiten het standpunt nodig heeft om zich vanuit de stadsregio te kunnen voorbereiden op de Noordvleugelconferentie. De heer VAN DROOGE begrijpt de opmerkingen. Spreker pleit ervoor om uit het besluit te schrappen gehoord het advies. De VOORZITTER stelt voor aan het eind van de discussie de exacte besluitvorming te formuleren. Mevrouw ROOS reageert op de manier van besluitvorming. Zij is altijd van mening geweest, dat de raad het hoogste orgaan is. De portefeuillehouders krijgen een en ander mee van hun gemeenteraad. Zij begrijpt niet waarom er zo veel gewicht wordt toegekend aan het niet plaatsgevonden hebben van het portefeuillehoudersoverleg. Het is aan de raadsleden een en ander te bespreken en hier uit te dragen. De VOORZITTER wil het ordeverhaal beëindigen en gaat over naar de inhoudelijke behandeling. De heer VAN DEN BERGH refereert aan de boeiende discussies over dit onderwerp. Hij is van mening dat het voorstel moet worden gesteund, omdat het een belangrijke stap voorwaarts is in het denken over de metropoolgedachte. Daar begint ook een eerste punt van kritiek. Daar is geprobeerd om de metropoolgedachte niet tot een bureaucratische discussie te maken, maar in de eerste plaats tot een politieke discussie, heeft spreker in de commissie aangegeven het jammer te vinden dat een politieke opvatting van de richting die moet worden gegaan ontbreekt. Het voorstel is een uitstekende samenvatting van een aantal ontwikkelingen, een aantal activiteiten dat moet worden ondernomen. Echter, het voorstel mist een eerste antwoord op de vraag: waarom wordt het gewenst geacht in die richting te gaan? 5

6 Spreker meent dat het antwoord daarop is: de ontwikkeling naar een metropool is absoluut onvermijdelijk, om verschillende redenen. Het gaat om redenen die te maken hebben met internationale economische verhoudingen, redenen omdat elders in en buiten Europa een aantal metropolen zich in snel tempo ontwikkelt. Zij tasten niet alleen de concurrentiepositie en de positie van Amsterdam en de regio aan, maar zijn ook een bedreiging. De ontwikkelingen naar de metropool als een samenhangend gebied met een aantal samenhangende instrumenten als beleid is noodzakelijk. Ook om een aantal sociale problemen, zoals de allochtonenproblematiek, op termijn te kunnen oplossen. Er is economische groei nodig om in het algemeen in werkgelegenheid en welvaart te voorzien. Daarvoor is een aantal samenhangende instrumenten nodig. In het debat tot nu toe heeft spreker het verwijt gekregen dat hij een te veel economisch gerichte invalshoek heeft. Dat is niet helemaal onwaar, maar het is ook zo dat spreker van mening is dat iedereen die terecht pleit voor een behoorlijke ruimtelijke ordeningsontwikkeling of een behoorlijke groenontwikkeling, beide ontwikkelingen uitsluitend plaatsvinden als er een samenhangend beleid is tussen enerzijds economische ontwikkelingen en een efficiënt gebruik van de ruimte. Een van sprekers observaties is dat tussen de gemeenten in deze regio sprake is van een concurrentieverhouding. Het aanwezig zijn van de concurrentieverhouding is een van de redenen waarom minder nauwkeurig met het milieu wordt omgegaan dan mogelijk zou zijn, los nog van de noodzaak van een stabiele en krachtige economische groei. De heer Van Drooge nodigt het dagelijks bestuur uit om een politiek statement te geven: onderschrijft het dagelijks bestuur dat er een dergelijke ontwikkeling, richting metropool, met alle nuances die daarbij passen, een noodzakelijkheid is, gelet op de door spreker aangegeven reden? Ook dat hierbij een aantal samenhangende instrumenten past om dit te bevorderen. Spreker zou het van belang vinden dat de stadsregio die naar zijn oordeel een ondergewaardeerd instituut is zich probeert tot motor te maken van het denken op dit gebied. Wellicht ook tot motor te maken van een aantal ontwikkelingen als zodanig. Dit heeft niet alleen betrekking op de stadsregio, maar ook op de Noordvleugel. De heer Van Drooge hoort voortdurend dat op een aantal terreinen in deze regio, inclusief de Noordvleugel, allerlei belangwekkende dingen gebeuren: op het gebied van de ruimtelijke ordening, economische instrumenten. Het is overigens ontstellend om in de notitie van de portefeuillehouder te lezen dat de meeste gemeenten niet zijn ingesteld op een behoorlijke bevordering van het economische beleid. Bij de stadsregio zijn maar twee ambtelijke medewerkers die zich hiermee bezighouden. Met andere woorden: de aandacht in de stadsregio en de gemeenten voor dit vraagstukken is te gering. Een politiek statement is gewenst. Het gaat om de vraag: welke kant willen wij uit? Is het zo dat de ontwikkeling van de metropool doorgaat, of de stadsregio het wel of niet wil, en dat het om die reden alleen al beter is om zelf het heft in handen te nemen en de beleidsinstrumenten daarvoor te ontwikkelen. Tot slot nog enkele punten. Spreker beschouwt de nota van het dagelijks bestuur als een eerste stap, een eerste fase. Misschien een tweede fase na de nota OPERA. Spreker stelt het op prijs als het dagelijks bestuur toezegt om ieder jaar te rapporteren over de staat van de ontwikkeling. Daarin moet een overzicht worden gegeven van de diverse terreinen: dit wordt gedaan; dat is de ontwikkeling; deze samenwerkingsverbanden worden gezocht, om meer structuur en vorm te geven aan wat wij willen, maar ook om duidelijker te zien wat kan en wat niet kan. Het dagelijks bestuur wordt voorts uitgenodigd om voor 2009 en volgende jaren meer geld vrij te maken voor deze vorm van beleid, met name de economische ontwikkelingen en daarbij de ambtelijke ondersteuning te versterken. De heer Van Drooge heeft waardering voor de thans aanwezige ambtelijke ondersteuning, maar wil men echt iets op de langere termijn dan moet dit zwaarder worden aangezet. Spreker nodigt de portefeuillehouder uit zich daarover uit te laten. De democratische legitimiteit. Spreker ziet dat er rondom Amstelveen allerlei ontwikkelingen plaatsvinden: in de regio, de stadsregio, de Noordvleugel, in samenwerking tussen Noordvleugel en stadsregio. Er gebeuren allemaal belangwekkende dingen. Het is de vraag of voldoende is onderkend of de gekozen volksvertegenwoordiger daarop zicht heeft, een en ander kan controleren en beoordelen. De bestuurlijke vorm is een ingewikkeld vraagstuk. De heer Van Drooge nodigt het dagelijks bestuur uit om zijn gedachten daarover te laten gaan hoe deze processen die gaande zijn een steviger democratische legitimatie kunnen krijgen. De nota is beperkt, maar is zonder meer een belangrijke stap voorwaarts. 6

7 De heer MEWE spreekt als vertegenwoordiger van de gemeente Landsmeer. Het is niet mogelijk geweest het voorstel met de gemeenteraad te bespreken. Een aantal maanden geleden heeft een discussie plaatsgevonden over de notitie van de heer Van den Bergh. Daaruit leidt hij af dat de gemeenteraad van Landsmeer niet kan instemmen met het voorliggende voorstel. Daarom wenst hij aantekening tegen te hebben gestemd. Mevrouw VOERMANS meldt dat hetzelfde geldt voor de gemeente Zeevang. De raad is niet in de gelegenheid geweest om dit onderwerp te bespreken. De heer JONGMANS sluit zich aan bij de voorgaande sprekers. De heer VAN TELLINGEN geeft een advies aan de portefeuillehouder. Er is sprake van een uitstekende notitie. Het is goed dat de portefeuillehouder probeert tot meer samenwerking, meer geheel in de stadsregio, te komen. Spreker adviseert hem in de geest van de notitie voort te werken en gemeenten de gelegenheid te geven de notitie alsnog te bespreken. Daarmee ontstaat meer unanimiteit dan op dit moment. Mevrouw VAN DER POL meldt dat de gemeenteraad van Oostzaan de notitie niet heeft besproken, zodat zij tegen het voorstel zal stemmen. De heer LUITEN merkt op dat de vanavond in de commissie gevoerde discussie inhoudelijk uitstekend was. Hij is erg blij met de aandacht voor economie, met name de vraag of nu wel of niet moet worden doorgegroeid naar een metropool, afgezien van de vraag of het een ontwikkeling is die hier wordt bepaald. Het is een ontwikkeling die niet meer tegen is te houden. Vanuit economisch perspectief is het doorgroeien naar een metropool een absolute noodzaak voor de toekomst van dit gebied. Mondiaal gezien zijn er enorme ontwikkelingen gaande, niet alleen in China, maar ook in andere regio s in de wereld. De stadsregio moet in de Noordvleugeldiscussies een belangrijke rol spelen. De diversiteit van deze metropool moet ten volle worden uitgebuit, of het nu gaat om greenport, agriport of Zaanstreek First in Food, Schiphol. De diversiteit van de metropool Amsterdam, Noordvleugel, stadsregio is ongelooflijk belangrijk. Het is ook van groot belang, omdat in deze regio ook veel mensen met een laag inkomen wonen. Juist omdat de economische ontwikkeling van deze metropool zo belangrijk is, viel het hem op, toen hij lid van het dagelijks bestuur werd, dat bij het vraagstuk van woonruimteverdeling, openbaar vervoer, en dergelijke duidelijk was belegd wie er in deze regio over gingen. Echter, als het gaat om het terrein van economie dan is daar sprake van een diffuse structuur. Alle lof voor de heer Asscher met Amsterdam topstad, alle lof voor de Kamer van Koophandel met de regionale economische structuurvisie. Alle lof voor sprekers voorganger die OPERA heeft neergezet. Alle lof voor de gedeputeerde van Noord-Holland met een economische ambitie over dit gebied. Alle lof voor andere overlegorganen, maar het is niet duidelijk wie op economisch gebied met wie samenwerkt, waar sprake is van overlap en waar het tegen elkaar in werkt. Daardoor komen concreet geen zaken van de grond. Daarom heeft spreker de praktische insteek gekozen om te komen tot het presoverleg, om ervoor te zorgen dat een aantal economische partijen niet moeten verzanden in economische structuurdiscussies. Wie gaat over wie? Is het de wethouder van Amsterdam, de stadsregio of degene die in de bestuurlijke kerngroep Noordvleugel meepraat over economie. Het is goed om de handen ineen te slaan en aan de slag te gaan. De heer Luiten constateert deze insteek ook bij de heren Asscher en Bont. Samen vindt geregeld overleg plaats over de vraag hoe gezamenlijk zaken van de grond kunnen worden getild. Dit heeft geleid tot een aantal afspraken, zoals het toeristisch actieprogramma voor de stadsregio. Dit moet naadloos aansluiten bij het toeristisch actieprogramma van de provincie Noord-Holland. Daar de metropool zo belangrijk is moeten de regionale projecten van de grond worden getild. Genoemd wordt een project over vervoer over water. Het kost heel veel inzet dat vervoer over water, ook buiten Amsterdam, van de grond komt. Het dreigt nu al weer te verworden in een verbinding Amsterdam-Rotterdam, terwijl het project bedoeld was voor de regio. Een ander punt is ervoor te zorgen dat de hotellocaties die in Amsterdam worden geweigerd naar de regio worden doorverwezen. Aan breednet wordt ook gewerkt. 7

8 Spreker zal verzoeken om in het dagelijks bestuur te bepleiten het budget voor economische zaken in de begroting 2009 hoger te laten zijn zeker oppakken. Hij verzoekt in de gemeenteraden te bekijken wat zij kunnen betekenen voor de regionale ontwikkeling. In sommige kleine gemeenten is er bijna geen formatie op het gebied van economische zaken. Het is bekend dat de ambities van Amsterdam op het gebied van economische zaken torenhoog zijn, maar daar wordt vaak nog te weinig regionaal gedacht. Spreker hoopt dat Amsterdam topstad over een aantal jaren Amsterdam topregio heet en er regionaal wordt gedacht. Het kabinet heeft gezegd dat de Noordvleugel niet meer bestaat, er wordt gedacht in UPR, in Randstad. Noordvleugel en stadregio hebben een redelijk geluid naar het rijk als het gaat op het gebied van verkeer en vervoer. Het is goed als de regio de ministers aangeeft voorop te willen lopen; geef gelden aan dit gebied. In de stadsregio is sprake van een zekere democratische legitimatie aanwezig. Daarom is het wellicht van groot belang dat de stadsregio een grote rol in de discussie speelt. De heer Bezuijen zal in algemene zin iets zeggen over de democratische legitimatie in algemene zin. De uitnodiging om over een jaar terug te komen over wat van al die projecten terecht is gekomen. Het gaat om een enorme lijst van projecten. Als voorbeeld wordt genoemd de regionalisering van het Platform Arbeidsmarkt en Onderwijs. Nadenken over goede academici in Amsterdam, over mbo en hbo in de regio. Op dit moment is niet duidelijk wat in deze regio aan mbo-opleidingen nodig is, de komende tien jaar, terwijl er grote tekorten zijn in het bedrijfsleven. Spreker zal over een jaar schetsen wat de stand van de projecten is. Hij zal dan ook proberen aan te geven wat een versnelling kost. Ook wat het kost op de gemeentelijke begroting, want het gaat om cofinanciering. De oproep van de heer Van Tellingen wordt in gedachten gehouden. De heer VERVENNE heeft in de vorige vergadering van de regioraad, namens de gemeente Amstelveen, aan het dagelijks bestuur en de regioraadsleden verslag gedaan van het symposium in Amstelveen, gehouden op 15 juni Het symposium, georganiseerd op initiatief van de heer Van den Bergh, mevrouw Roos en spreker, ging over dit onderwerp. Amstelveen gaat verder met dit onderwerp. Het college van burgemeester en wethouders komt over een periode van zeven, acht maanden met een uitgewerkt voorstel, om aan het onderwerp de goede handen en voeten te geven. Spreker steunt de zienswijze, zoals de heer Van den Bergh heeft verwoord. Het is een eerste stap, maar een belangrijke. De VVD-fractie is voor het voorstel. De heer DE WOLF heeft in de commissie kritiek geuit op de gekozen insteek. Voor de fractie van de PvdA in Amsterdam mogen de ambities hoger zijn. Hij heeft geprobeerd de noodzaak daartoe uit te leggen. Dit is kennelijk in zekere zin als arrogantie ervaren. Men dient zich te realiseren dat Amsterdam groeit. Wil je daarmee iets dan moet het nu worden gedaan. Dit heeft een demografisch kenmerk waar een raadslid niet veel aan kan doen. De gemeenteraad van Amsterdam zal voort willen gaan en zal niet wachten. De heer VAN TELLINGEN heeft de portefeuillehouder in overweging gegeven de notitie even aan te houden. Wel moet daadkrachtig worden doorgegaan met de activiteiten die hij wil ondernemen. Spreker steunt de notitie van harte. Daar in het vooroverleg niet alles goed is gegaan, stelt de heer Van Tellingen voor dit stuk terug te nemen en door te gaan met de projecten. Een notitie ondersteund door alleen de vertegenwoordigers van Amsterdam, Amstelveen en Zaanstad is te smal. De heer REQOUIN merkt op dat, met respect voor de bijdrage van de heer Van den Bergh als een van de motoren voor het congres van de raad van de gemeente Amstelveen, het niet betekent dat de inhoud van de notitie een op een politiek wordt gedragen in Amstelveen. Spreker is het op een aantal punten eens met de heer Van den Bergh, maar is het op een aantal punten ook oneens. Het neemt niet weg dat de heer Van den Bergh de gelegenheid heeft geboden volgens het principe alleen tegenspraak brengt ons verder in debat te gaan om helder op het netvlies te krijgen wat de positie van de regio in de metropoolontwikkeling is. 8

9 De nu aanwezige notitie is een redelijke samenvatting van een aantal activiteiten, zoals die al plaatsvinden en vorm hebben gekregen in voorafgaande debatten. Waardering dat een en ander in samenhang wordt aangepast. Spreker mist daarin het stukje ambitie om de stap verder te zetten om de regio te positioneren in het debat over de toekomst van de Noordvleugel. Met name ook om zichzelf daarbij het politieke instrumentarium te geven om dit te kunnen doen. Daarom valt het spreker tegen dat in de sessie bleek, dat het belangrijkste element uit de vier voorstellen eruit is gehaald. Spreker is van mening dat het streven naar een gemeenschappelijke grondpolitiek, met als uitkomst het formeren van een gemeenschappelijk grondbedrijf een voorwaarde om te komen tot gemeenschappelijk gedragen ontwikkelingen in de regio. In die zin wil de heer Reqouin de wens van de heer Van den Bergh ondersteunen: de regioraad die in samenhang een meer politiek gerichte uitspraak doet over het zichzelf positioneren in het debat en wat zijn de ambities daarbij. De heer POLDNER deelt mede dat de SP-fractie zich achter de notitie van de portefeuillehouder kan scharen. Spreker kan zich vinden in het voorstel van de heer Van Tellingen om het draagvlak zo groot mogelijk te laten zijn, maar wel voort te gaan op de weg die wordt voorgesteld. De heer LUITEN neemt het voorstel over om de besluitvorming aan te houden. Er is overeenstemming over de strekking van het verhaal. Met elkaar is benoemd, dat over het aanscherpen van ambities in de toekomst nog moet worden gesproken. Dat komt later hier weer terug. Spreker zal hetgeen nu naar voren is gebracht inbrengen in de Noordvleugelconferentie. Naar aanleiding van opmerkingen van de heer Reqouin of dit voldoende ambitieus is, blijft spreker zeggen dat een aantal vermelde zaken behoorlijk ambitieus is. In de zin dat het soms een culturele breuk betekent als het gaat over het als Amsterdam uitventen van het gebied. Binnen het verband van Creative City of Amsterdam is dit bereikt. Het heeft de afgelopen maanden veel pijn gedaan bij veel gemeenten, die zich hier uiteindelijk achter hebben geschaard. Dat is goed. De vraag of de regio een 020- of een 070-nummer wil hebben is nog geen gelopen race. Spreker zal zich er sterk voor maken, ook in de randgemeenten. Een grondbedrijf nu positioneren om vervolgens in de discussie over de metropolitane gedachte stuk te lopen op een enorm verzet, is geen goede zaak. Het in deze periode komen tot een privaat-publiek bedrijf dat aansluit op een initiatief van de minister, is al een hele inspanning. Op dit moment is één grondbedrijf een stap te ver. De VOORZITTER constateert dat de leden van de regioraad de uitgangspunten onderschrijven, maar thans niet in stemming wordt gebracht. Het streven is dit in de vergadering van december a.s. te doen. Spreker stelt voor dat hierover nog een raadssessie wordt gepland. De heer Van den Bergh heeft een vraag gesteld over de democratische legitimiteit van alle vormen van overleg in deze regio. In het verleden is daarover veel gesproken. Bij de stadsregio is dit redelijk georganiseerd. De vraag kan worden gesteld of het bij andere vormen op een goede manier is georganiseerd, hoewel veel pogingen worden gedaan de volksvertegenwoordigers er zo veel mogelijk bij te betrekken. Spreker stelt voor binnen een halfjaar, een jaar, met een notitie te komen over dit onderwerp en welke positie volksvertegenwoordigers in deze discussie hebben. Het is overigens geen nieuwe discussie. 14. KENNISNEMING TERMIJNAGENDA 2007 Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming neemt de regioraad kennis van de voortgang van de termijnagenda SLUITING De VOORZITTER sluit de vergadering. 9