MEMORANDUM. 1. Inleiding. 2. Universiteit. 2.1 Digitale omgeving (prioriteit)



Vergelijkbare documenten
O.D. 1.1 Zoeken naar argumenten om anders/meer/beter te investeren, bijvoorbeeld in fietsenstallingen

Inhoud. Praktisch Naar het aanbod The basics... 7 Wil je meer?... 8 Nog niet genoeg?... 10

Congres VELOV Elementen voor de toespraak van Pascal Smet Vlaams minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel Mechelen, 26 maart 2014

Participatiereglement Studentenraad KU Leuven

Vacature Stafmedewerker Centraal

Vacature Stafmedewerker

Kiesreglement verkiezingen

Instroom Doorstroom - Uitstroom

Participatiedecreet. Infofiche 1. WAT VOORAFGING

Voorwoord. Nienke Meijer College van Bestuur Fontys Hogescholen

,87 persoonlijke groei, maatschappelijk engagement)

Participatiereglement verkiezingen

Onderwijs Infobrochure

Rapport alumni-enquête 2016 Vrije Universiteit Brussel

,00 persoonlijke groei, maatschappelijk engagement)

STANDPUNT. 1 Algemene principes en concepten. Het Leuvens Universitair Systeem Algemene Vergadering van 20 maart Principes. 1.

Indeling hoger onderwijs

Stafmobiliteit gewikt en gewogen

WAT SCHAFT DE ONDERWIJSPOT? BELEIDSTHEMA S VAN VORIG EN VOLGEND JAAR

Status Vertrouwelijk Werkdocument Finaal document. Joris Gevaert, Jasper Daniëls, Stef Maelstaf, Wieke van der Kroef

Breek taboe omtrent kansarme

Het hoger onderwijs verandert

VISIE & BELEIDSPLAN: EEN INLEIDING

Vacature Stafmedewerker

Concept Academisering Concrete vereisten Evolutie naar academisch: quid? Academisering. Anton Schuurmans. 8 oktober 2009

Aanvraagformulier toelatingsprocedure Faculteit Theologie en Religiewetenschappen

forum beroepsonderwijs. DEC 6 dilemma s pittige discussies constructieve uitkomsten én hilarische momenten 1 oktober

Verder studer e n. Wat je best weet als student in spé

Beleidsplan AUHL

Het AMF inbedden om het diversiteitsbeleid te versterken. Marjan Van Aerschot

Om, tijdens en rond. Een gids bij het voorbereiden van een studentengesprek in het COBRA-model

Betreft: Participeren en studeren in het buitenland. Knelpunten voor studenten met een functiebeperking

Geneeskunde studiejaar Matchingsvragenlijst MATCHING

Toll-net: samenwerken aan e-leren en gecombineerd leren voor volwassenen

Aanvraagformulier toelatingsprocedure Faculteit Theologie en Religiewetenschappen

Handleiding bij de overeenkomst voor observatiestage of onderzoek zonder interactie met de organisatie versie juli 2014

Standpunt. Mobiliteit. Frédéric Piccavet Liesbeth Maene Zie kader hieronder.

NT2-docent, man/vrouw met missie

Stille ruimtes/ gebedsruimtes een dialoog

Hoorzitting Commissie Onderwijs Conceptnota lerarenopleiding

Advies over de moderniseringsagenda hoger onderwijs van de Europese Unie

UITNODIGING. 1 Goedkeuring verslagen. 2 Goedkeuring agenda. 3 Strategische punten. 4 Operationele punten. 5 Update mandaten. 3.1 Prijsstijging Alma

REISBUREAU INHOUDSOPGAVE

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.2 - November

NOTA. Be kendmaking data herexamens. Onderwerp: Bekendmaking data herexamens Datum: 30/09/2015. Document voor. Ewoud De Sadeleer, Joris Gevaert

Communicatie verenigingen KNVB 2014

Beleid A Eskwadraatbestuur lekker belangrijk

Toekomstige structuur Vlaams Hoger Onderwijs

RUIMTE VOOR HELDEN Ouderbrochure

Statuten. de Leuvense studentenraad

Standpunt Online leren (30 april 2014)

Infosessie voor ouders. 1 juli 2019

zorgen voor kwaliteit altijd, overal en door iedereen

Blokken aan de KU Leuven. Claudia Löwik, Charlotte De Wilde, Lieven Verswyvel, Joris Gevaert(LOKO)

Verkiezingsprogramma

Standpunt Lerarenopleiding (21/04/2016)

Wat was de prijs/maand om deze accommodatie te huren? 180 euro + extra kosten (gas, elektriciteit, water, internet). In totaal ong. 220.

voor UZ Leuven-medewerkers

Studeer wijzer: Iedereen op weg naar succesvol studeren?

Inspirerende cases. CASE 12 Voxtron bij KULeuven

Deskundige ICT - systeembeheerder

Ervaringen van tutoren en tutees in een same-age-in-class PAL setting

Kinderen met een handicap op de schoolbanken

25 november Evaluatie Beleidsbrief

Paul de Knop (53) is vanaf eind september de nieuwe rector van de VUB.

TOELICHTING HANDVEST SUCCESVOL VRIJWILLIGEN

FUNCTIEFAMILIE 5.1 Lager kader

THROUGH OTHERS, WE BECOME OURSELVES LEV VYGOTSKY. VU: Psychologische Kring VZW, Tiensestraat 102, 3000 LEUVEN

Verslag focusgroep ouders met jongeren in secundaire scholen

Handelsweten - schappen in avondonderwijs

De hervorming van het hoger onderwijs in Vlaanderen.

Waarom volgen mensen avondschool?

op vrijwillige voeten over vrijwilligersbeleid en hoe dit opzetten

Standpunt vermastering lerarenopleiding

Verslag over de ronde tafel de meerwaarde van het Aanmoedigingsfonds van 25 maart 2013

Tien jaar master(s) in het sociaal werk en sociaal beleid Een blik op het verleden, heden én de toekomst! Resultaten onderwijsproject

VLAAMSE VERENIGING MEMORANDUM VVS VAN STUDENTEN. Verkiezingen mei 2014 VVS. VVS Memorandum 19 december

In de meeste gevallen moet uw kind een taaltest afleggen. Een vrijstelling hiervan is in sommige gevallen mogelijk, wanneer:

RESULTATEN VAN DE ENQUETE NAAR MENINGEN VAN VLAAMSE STUDENTEN OVER HET STUDEREN AAN DE OPEN UNIVERSITEIT - SEPTEMBER

Reflectievragen voor het ontwerpen van een traject met werkplekleren

MEMORANDUM. voor het beleid op politiek en academisch vlak

id 18 Studiefase op het moment dat je op Erasmus vertrok Bachelor derde studiefase Pedagogische Wetenschappen Orthopedagogiek Land (bestemming)

Samenwerking bedrijven en onderwijs in Limburg zit in de lift

Vraag nr. 788 van 20 augustus 2013 van JOS DE MEYER

Evaluatie van Open Bedrijvendag

Een bachelor- of masterdiploma behalen

Studiefinanciering van de Vlaamse overheid?

Panelleden waren: Meyrem Almaci, Hafida Bachir, Hassan Bousetta, Naima Charkaoui en Viviane Teitelbaum.

Standpunt rationalisering

VLAAMS PARLEMENT HANDELINGEN COMMISSIEVERGADERING COMMISSIE VOOR ONDERWIJS, VORMING EN WETENSCHAPSBELEID

Matchingsvragenlijst. Geneeskunde. studiejaar MATCHING

Hoe meld ik me aan voor een permanente vorming?

Rapport Opvolgingsgesprek onvoldoendes 1 ste Informatica

Algemene informatie. Klinische- en Gezondheidspsychologie: Volwassenen. Aan welke universiteit/onderwijsinstelling heb je gestudeerd-

Maten, makkers, diploma s

ID 343 Studiefase op het moment dat je op Erasmus vertrok. Master eerste studiefase (hoofdinschrijving) Pedagogische Wetenschappen.

Een bachelor- of masterdiploma behalen

Wanneer wordt veranderen een succes?

Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap. Artikel 24 - Onderwijs. Schriftelijke communicatie

MEMORANDUM De Stedelijke Adviesraad voor Personen met een Handicap (SAPH)

Transcriptie:

LOKO ALGEMENE VERGADERING VOORBEELDSTANDPUNT Algemene Vergadering 1 maart 2013 MEMORANDUM 1. Inleiding Binnenkort eisen de rectorverkiezingen weer alle aandacht op. Pagina na pagina aan beleidsplannen zullen de wereld worden ingestuurd. Als studenten durven we echter al op voorhand te vragen waar we het liefste over zouden lezen. Nu de beleidsprogramma s nog niet zijn opgesteld, kan dat nog allemaal. De thema s die we aankaarten zijn voor het gemak onderverdeeld in vier hoofdstukken, Universiteit, Integratie, studenten en Internationaal. Uiteraard zit er vaak een overlap in de aandachtspunten. De hoofdstukken dienen dan ook alleen maar als bladwijzer, niet als een ondoordringbare muur 2. Universiteit Onder universiteit wordt een ruim pakket aan onderwerpen verstaan. Ten eerste onderwijs, de kernopdracht van de universiteit. Ten tweede het bestuur van de universiteit, omdat het universiteitsbestuur een belangrijke impact heeft en al zeker op het beleid van hun partners. 2.1 Digitale omgeving (prioriteit) ToLeDo is een nuttig platform, maar er wordt vaak op een onverstandige manier gebruik van gemaakt aan de KU Leuven. De mogelijkheden van BlackBoard zijn veel ruimer en uitgebreider dan wordt aangeboden aan de studenten. De KU Leuven presteert niet alleen op vlak van ToLeDo ondermaats: heel haar digitaal aanbod loopt achter. Waar de HUB zelfs automatisch sms en kan versturen bij een lesverplaatsing kunnen studenten van onze alma mater niet eens hun mails die ze van de instelling krijgen automatisch laten doorlinken naar hun privé-adres. De digitale omgeving die de universiteit heeft gemaakt is uiteraard beleidsvriendelijk, maar allesbehalve gebruiksvriendelijk. De problemen rond de vervroegde examenplanning vloeien dan ook rechtstreeks voort uit informaticaproblemen. Door deze misser van formaat kent heel Vlaanderen nu zelfs de negatieve kanten van het vervroegde examensysteem. memorandum memorandum bij de rectorverkiezingen 1

Websites ten slotte zijn het eerste aanspreekpunt in de hedendaagse zoektocht naar informatie. De KU Leuven websites zijn echter geen toonbeeld van vindbaarheid. Elke facultaire website heeft een andere indeling en het lijkt alsof er een sport van wordt gemaakt om noodzakelijke informatie op een onvindbare plaats te uploaden. Voor internationale studenten is dit probleem zelfs nog vele malen erger. Een grote opkuis van het hele domein www.kuleuven.be met de nodige aandacht voor gebruiksvriendelijkheid en uniformiteit is noodzakelijk. Hier moet trouwens de link gelegd worden met ToLeDo; studenten moeten weten waar ze de belangrijkste informatie kunnen vinden. Zorg ervoor dat alles een duidelijke plaats krijgt: niet de ene keer via mail, de andere keer via de elektronische valven en nog een andere keer ergens in een duistere hoek van de facultaire website. Een toekomstig rector moet in de eerste plaats deze problemen serieus aanpakken. 2.2 Leercentra Binnenkort kan de KU Leuven pronken met haar nieuw leercentrum; als enige van Vlaanderen zal zij over een dergelijke faciliteit kunnen beschikken. Zonder het feestje te willen vergallen kunnen we al meteen aanvullen dat dit ene centrum niet voldoende zal zijn om aan de werkelijke noden te voldoen. Aanvullende leercentra worden ook georganiseerd in Heverlee en Gasthuisberg. Wil dit zeggen dat elke student recht krijgt om van deze faciliteiten gebruik te maken, of is dit recht louter wie eerst komt, eerst maalt. 2.3 Administratie Waar de universiteit niet onterecht klaagt over een grote planlast die de overheid haar oplegt, mag ze zelf niet vergeten in eigen boezem te kijken. Ook intern moet een grote kuis worden gehouden in de procedures en papiermolens die de universiteit haar eigen geledingen oplegt. 2.4 Duurzaamheid De universiteit bestaat al sinds 1425. Met een dergelijk verleden mag de universiteit niet vergeten om ook aan de toekomst te denken. Projecten die zij opstart, moeten duurzaam worden opgevat, of het nu infrastructuurwerken zijn of andere. Een universiteit mag immers niet alleen denken aan de korte termijn, maar ze is aan zichzelf verplicht om ver vooruit te kijken. memorandum memorandum bij de rectorverkiezingen 2

2.5 Gender Gender staat aan de top van de lijstjes over hoe politici gemakkelijk kunnen scoren. We zouden bijna vergeten dat het wel degelijk een probleem is. Vergeleken met de instroom en de resultaten die worden behaald, is er een onevenwicht in het professorenkorps. Los dit niet op met quota, maar onderzoek het onderliggende probleem om het vervolgens weg te werken. Ten tweede moet er ook gekeken worden naar de studenten. Een verschillend leergedrag maakt dat ook daar een groot onevenwicht bestaat tussen wie doorstroomt en wie blijft zitten. Ten slotte schort er ook wat aan de instroom. Hier moet echter wel het basisbeginsel blijven dat studenten vrij moeten kiezen welke richting zij willen inslaan. Incentieven geven om voor deze of gene richting te kiezen, los van de intrinsieke motivatie moet te allen tijde vermeden worden. De informering naar de instromende studenten moet eerlijk en transparant zijn. Aan de andere kant moet die informatie onterechte vooroordelen uit de wereld helpen. 2.6 Beleidsrelatie De relatie tussen het departement Onderwijs en Vorming en het universiteitsbestuur is levensbelangrijk. Om het politieke spel te winnen moet je de regels kennen en hopen ervaring achter de kiezen hebben als je wil vermijden om van het kastje naar de muur gestuurd te worden. Het dossier rond de tweejarige master is hier een schoolvoorbeeld geweest van hoe de universiteiten door de politiek uit elkaar kunnen worden gespeeld. Voor studenten is het belangrijk dat de relatie tussen de universiteit en het kabinet niet te ontransparant verloopt. De universiteit mag niet aarzelen om bepaalde maatschappelijke debatten aan te zwengelen en daar zelf een voortrekkersrol in te nemen. 2.7 Stadsrelatie Net zoals met het kabinet heeft de universiteit ook heel wat in de pap te brokken bij het stadsbestuur. Wegens de veel grotere onderhandelingsmarge van de universiteit is het belangrijk om te weten dat de rector ook in de onderhandelingen met het stadsbestuur de kaart van de studenten wil en zal trekken. Het is belangrijk om te benadrukken dat de universiteit actief meedenkt aan de vorm van de stad, al was het maar omdat de meeste van haar studenten geen enkele stem en dus ook geen enkele invloed kunnen uitoefenen op het stadsbeleid. memorandum memorandum bij de rectorverkiezingen 3

2.8 Communicatie onderwijsevaluatie De docentenevaluatie is een nuttig instrument. Om de responsgraad van de studenten echter nog te verhogen, is het belangrijk dat zij weten wat er met de ingevulde enquêtes wordt gedaan. Meer duidelijkheid scheppen, zonder daarbij de rechtmatige belangen van de docenten te schaden, is een must. 2.9 Levenslang en Levensbreed Leren Ook met het oog op de integratie is het belangrijk om te weten waar de nieuwe rector staat tegenover het concept van Levenslang Leren. De technieken die worden aangewend bij LLL kunnen evenzeer nuttig zijn voor afstandsonderwijs op de verschillende campussen. Het wordt tijd dat de KU Leuven een pioniersrol opneemt binnen Vlaanderen en nadenkt over hoe zij ook buiten de aula gedegen kwaliteitsvol onderwijs kan verschaffen. 2.10 Sensibilisering proffen over diversiteit Diversiteit is een thema waar de universiteit terecht veel aandacht aan besteedt. Al deze moeite is echter van geen enkele tel als de docenten niet meegaan in het verhaal. Drempels wegwerken kan alleen als iedereen overtuigd is dat er drempels zijn en dat deze kunnen worden weggewerkt door de voorgestelde maatregelen. Een beleid moet dit risico onderkennen en daarop inspelen. 2.11 Sprong SO/HO De afstand tussen het secundair en hoger onderwijs wordt al veel langer aangestipt als een probleempunt. Dat deze afstand nog steeds pijn doet, wordt bewezen door de slaagcijfers van eerstejaarsstudenten die nog steeds opvallend laag liggen. Graag zouden we dan ook een haalbaar plan zien om beide niveaus beter op elkaar af te stemmen, zonder daarbij de hete aardappel steeds weer door te schuiven. Belangrijk daarbij is wel dat het niveau van het universitair onderwijs daarbij niet naar beneden mag worden gehaald. 2.12 Zij-instromers Zij-instromers zijn een groep die vaak over het hoofd worden gezien. Terwijl schakelprogramma s makkelijk gepromoot worden omdat zij toestaan om van het ene programma over te schakelen naar het andere, krijgt de concrete student die het programma volgt weinig tot geen opvolging. De problemen dienen onderzocht en aangepakt te worden. memorandum memorandum bij de rectorverkiezingen 4

2.14 Oriënteringsbeleid Het dossier over oriënteringsbeleid, sinds het terug werd opgepikt, is ondertussen weer enkele jaren oud. Veel concrete resultaten zijn er nog steeds niet en dat is jammer, want een juiste studiekeuze is ontzettend belangrijk. Ook dit dossier verdient een prominente plaats op de agenda. 2.14 Onderwijsparameters Met het outputgebaseerde financieringsmodel werden er parameters ingevoerd voor onderzoek en onderwijs. Onderwijs zou echter niet gemeten mogen worden door enkel de credits en diploma s op te tellen. Dit soort van telwerk is blind voor de kwaliteit van dat onderwijs. Terwijl onderzoek nog het aantal citaties betrekt, heeft onderwijs helemaal geen corrigerende trap. De universiteit zou nochtans voor kwaliteit en niet voor kwantiteit moeten staan. 2.15 Appreciatie voor onderwijsdiensten/onderwijsbeleid Dit punt sluit aan bij het vorige, maar gaat dieper in op het menselijke aspect. De onderwijsprijs en onderwijsportfolio zijn goede voorbeelden van wat vaker zou moeten gebeuren aan de universiteit. Hoewel de universiteit drie basisopdrachten heeft, blijft er een duidelijke voorkeur bestaan voor het onderzoek. Meer dan dat wordt een docent ook nog eens voornamelijk geroemd om diens onderzoeksprestaties, soms voor diens maatschappelijke inzet, maar slechts zelden voor diens prestaties binnen het onderwijs. Daarnaast zijn ook heel wat ZAP-leden betrokken in het onderwijsbeleid, maar zij krijgen daar niet de waardering voor die zij verdienen. 2.16 Commercialisering Door outputfinanciering, integratie en de bijhorende rationalisering raakt het onderwijs steeds meer doordrongen van een klantgerichte benadering. Het universitaire wezen is echter niet te vatten onder strikte economische wetten omdat ze meer wil zijn dan dat. Studenten zouden niet afgehandeld mogen worden als een nummer, maar moeten werkelijk deel uitmaken van de academische gemeenschap. 2.17 Studiemateriaal Goed studiemateriaal is essentieel in het leerproces. De kwaliteit van het aangeboden materiaal moet dan ook onder continue revisie staan van zowel studenten als collega s. Naast kwaliteit is prijs echter ook een belangrijke factor. Docenten hebben hier een belangrijke keuzevrijheid, in het bijzonder wanneer het gaat over materiaal waar zij zelf auteursrechten op hebben. Docenten moeten worden aangemoedigd om steeds de voor studenten goedkoopste optie te kiezen, wanneer de kwaliteit van het onderwijs hier niet onder lijdt. memorandum memorandum bij de rectorverkiezingen 5

2.18 Alumni De universiteit mag haar afgestudeerde studenten niet uit het oog verliezen. Het is belangrijk dat zij een structureel en vooral consequent alumnibeleid voert, zodat ook alumni nog steeds deel blijven uitmaken van haar gemeenschap. Deze netwerken moeten geactiveerd worden en kunnen ingezet worden in het belang van zowel alumni als de studentenpopulatie. Dit alumnibeleid heeft noodzakelijkerwijs ook een internationaal aspect. 3. Integratie Volgend jaar is het zover. Het volgende academiejaar is de KU Leuven verantwoordelijk voor de academische opleidingen die nu nog aangeboden worden in de hogescholen die lid zijn van de associatie. Dit verspreid onderwijssysteem plaatst de universiteit wel voor een aantal uitdagingen. 3.1 Profilering verschillende opleidingen en campussen (prioriteit) Een aantal van de nieuwe opleidingen lijken bijzonder hard op degene die nu al aangeboden worden aan de universiteit. In het verleden is al enige moeite gestoken in het zogenaamde profileren van de opleidingen. De inspanningen hier mogen echter niet eenmalig blijven. Opleidingen veranderen en daarom moet ook voortdurend gekeken worden naar het profiel van de studenten die aan deze opleidingen kunnen beginnen. Ook tussen de verschillende campussen onderling is er nood aan profilering. Het is noodzakelijk dat er op tijd gekeken wordt hoe onafhankelijk van elkaar de verschillende campussen zullen opereren en welk effect dit zal hebben op hun specifieke profilering. Duidelijkheid over de profilering is prioritair en blijvende inspanningen op dit gebied zijn onmisbaar. 3.2 Evolutie Associatie Met het voltooien van de academisering door de integratie van de opleidingen rest de vraag wat nu de rol moet zijn van de Associatie in de toekomst. Van een toekomstige rector mag verwacht worden dat hij hier een duidelijk standpunt over inneemt. Blijft de associatie als beleidsmaker of dient zij louter als forum waar universiteit en hogescholen elkaar tegenkomen? memorandum memorandum bij de rectorverkiezingen 6

3.3 Valorisatie integratie Het doel van de integratie is onder meer om de dwarsverbanden tussen de academische opleidingen te benutten. Daarnaast zijn er ook heel wat samenwerkingsmogelijkheden tussen de professionele en de academische opleidingen denkbaar. Deze voordelen blijven momenteel nog onderbenut. Een toekomstige rector zou er zaak van moeten maken dat deze verbanden werkelijk tot hun volle potentieel ontwikkeld worden. Indien de opleidingen deze voordelen niet ondervinden is de integratie eigenlijk een maat voor niets geweest. 3.4 Emancipatie studentenparticipatie De integratie heeft op heel wat vlakken de studentenvertegenwoordiging danig door elkaar geschud. Studentenraden in heel Vlaanderen moeten noodgedwongen splitsen en samenwerken met andere studentenraden, dikwijls vele kilometers verderop. De universiteit heeft momenteel een studentenvertegenwoordiging die goed draait en actief meedenkt in het beleid. De integratie zorgt echter voor een plotse, onnatuurlijke groei in het aantal te vertegenwoordigen studenten. Om deze overgang niet ten koste te laten gaan van studentenparticipatie is het noodzakelijk dat de nodige infrastructurele goodwill aanwezig is. 3.5 Polarisering professionele en academische opleidingen De academisering en nu ook de integratie zorgen voor een nodeloze tweespalt in het hoger onderwijs. Hoewel de boodschap van samenwerking wordt gebracht heeft de werkelijkheid een ander gezicht. Professionele en academische opleidingen voeren nodeloze discussies over wie de betere opleidingen aanbiedt. Een goed rector heeft oog voor deze werkelijkheid en probeert oplossingen te vinden voor de aanwezige polarisering. 4. Studenten Zonder studenten geen universiteit; dat hoeft niemand verder te verklaren. Studenten vragen echter wel om een degelijke ondersteuning. Student zijn is immers meer dan enkel maar studeren. 4.1 Stijgende studentenpopulatie (prioriteit) Het onderwijs neigt steeds meer naar een massaonderwijs waar honderden studenten in een aula volledig geanonimiseerd worden. Dit zorgt voor een sterk verminderde interactie tussen professor en student. Dit ondergraaft de waarde van het contactonderwijs dat de universiteit zo waardevol acht. Het is een uitdaging voor zowel onderwijs als studentenbeleid om hier creatief mee om te gaan. memorandum memorandum bij de rectorverkiezingen 7

Massificatie toont echter ook haar effecten in alle domeinen. Burgers en politici klagen dat de universiteit uit haar voegen barst en dat de stijgende studentenaantallen een uitdaging vormen voor het stadsbestuur. Het is aan de universiteit om tezamen met de studenten die uitdaging om te vormen naar positieve kansen. De stijgende studentenpopulatie laat zich dan ook op alle gebieden zien, voornamelijk door een stijgende druk te zetten op de studentenvoorzieningen. Hier willen we ook nog wijzen op de infrastructurele problemen voor zowel cultuur als sportbeleving. Zowel sport als cultuur zijn een waardevolle aanvulling aan de opleiding van elke student. Door ruimtegebrek zien we echter steeds meer dat het aanbod de vraag niet meer kan volgen: dit geldt voor repetitielokalen, sportvelden en op zoveel andere vlakken. Louter omwille van de schaal van de uitdagingen is dit punt een van de belangrijkste vragen die een toekomstige rector eerstdaags moet proberen te beantwoorden. 4.2 Huisvesting Huisvesting is een behoorlijk probleem in Leuven. Samen met de stad zoekt de universiteit gelukkig naar oplossingen. Op het huidige elan moet echter wel doorgedaan worden. Vooral buitenlandse studenten ondervinden nog steeds regelmatig hinder bij het zoeken naar een plek om te wonen tijdens het academiejaar. Daarnaast is het ook belangrijk dat de gebouwen aangepast zijn aan de diversiteit die binnen de universiteit wordt nagestreefd. Ook in het kader van de integratie is het noodzakelijk om de situatie in de verschillende externe campussen te evalueren. 4.3 Druk op studentenvoorzieningen De sociale sector zit financieel in de problemen, dat geldt voor heel Vlaanderen. Hoewel de Leuvense studentenvoorzieningen redelijk goed draaien, kan niets eraan verhelpen dat de prijzen van de diensten die aan de studenten worden aangeboden toch telkens weer stijgen. Het is ook voor de volgende beleidsploeg de vraag in welke mate zij willen investeren in studentenvoorzieningen. Daarnaast moet ook vanuit de universitaire gemeenschap worden nagedacht over hoe de voorzieningen efficiënter kunnen. 4.4 Mobiliteit Mobiliteit is een belangrijk dossier voor de Leuvense studenten die dagelijks met duizenden fietsen en bussen zich door de stad verplaatsen. De universiteit moet meedenken met het Leuvense stadsbestuur over de hervorming van de Leuvense mobiliteit en argumenten leveren op basis van de kennis die zij in huis heeft. Ook de integratie zorgt voor een aantal extra uitdagingen. Met campussen over heel Vlaanderen bestaat de kans dat er men overgaat naar een studentenmobiliteit tussen deze verschillende steden. Hoe deze reizen in te plannen vallen binnen de lessenroosters memorandum memorandum bij de rectorverkiezingen 8

wordt een zware dobber. Daarnaast blijft het blijvende probleem van de streken in Vlaanderen die slechts beperkt bereikbaar zijn met het openbare vervoer aanwezig. 4.5 Polyvalente locatie De zoektocht naar een geschikte locatie voor studentikoze activiteiten in Leuven is al meerdere keren gestrand op een nuloperatie. De beschikbare ruimte raakt stilaan op, maar de vraag wordt er niet minder op. Studenten vragen dan ook dat de universiteit blijft volharden in haar zoektocht naar geschikte locaties waar studenten verschillende activiteiten kunnen ontplooien. 4.6 Kringruimte Vorig academiejaar is er een plan opgesteld om alle kringen van Leuven gelijkwaardig te behandelen. De eerste vraag is om deze regeling te respecteren en werkelijk uit te voeren. Een tweede vraag is hoe deze regeling zich vertaalt op de andere campussen. 4.7 Ondersteuning sociale weefsel Het sociale weefsel van de studenten in Leuven bestaat uit kringen, fakbars, clubs en diverse andere studentenverenigingen. Deze verenigingen maken van Leuven een boeiende studentenomgeving en geven studeren in Leuven een extra dimensie. Ondersteuning kan bestaan uit het aanbieden van infrastructuur zoals bij de kringruimtes, maar kan evengoed bestaan uit het positief uitdragen van de verenigingen. De universiteit heeft immers een enorme externe impact wanneer zij het sociale weefsel positief promoot. 4.8 Relatie studentenvertegenwoordiging Hoe het nieuwe bestuur van plan is zich te gedragen tegenover de studentenrepresentatie is van belang voor de studentenvertegenwoordigers en de studenten die zij vertegenwoordigen. Ook al zijn de vertegenwoordigers geen beleidsmakers met jarenlange ervaring, toch zijn zij deskundigen door hun praktijkervaring. Wil het nieuwe bestuur studenten van in het begin betrekken bij haar besluitvorming, of moeten de vertegenwoordigers achteraf de klachten formuleren wanneer zij het niet eens is met een beslissing? Zelfs wanneer we aannemen dat er niets verandert aan de vergaderingen waar studentenvertegenwoordigers aan deelnemen, is het belangrijk om erop te letten dat de studenten al betrokken worden bij de informele besprekingen. Daar worden feitelijk de beslissingen genomen, omdat in de beginfase de geesten nog open zijn voor commentaar. memorandum memorandum bij de rectorverkiezingen 9

4.9 Werkveldrelatie Niet alle studenten eindigen in de academische wereld en dat is ook helemaal niet de bedoeling. De universiteit moet dus nadenken over hoe zij haar alumni een zetje kan geven bij het zoeken naar een job na het afstuderen. Dit kan zij vooral doen door de studenten tijdens hun opleiding ook voor te bereiden op een echte werkervaring. Dit kan door middel van stages, maar ook door de lesinhouden af te stemmen op wat het werkveld verwacht van toekomstige werknemers. Dit uiteraard zonder de academische integriteit van haar opleidingen in gevaar te brengen. 4.10 Statuut studentenvertegenwoordiger Studentenvertegenwoordiger zijn stopt niet in de lessen of tijdens de examens. Integendeel, veel belangrijke beslissingen of vergaderingen worden gepland in het midden van de examenperiode. De faculteiten hebben echter een vrij grote discretionaire marge om een studentenvertegenwoordiger bepaalde voordelen al dan niet toe te staan. Nochtans staan die faciliteiten ingeschreven in het Onderwijs en Examenreglement. Aan deze beleidsvrijheid zou behoorlijk gesleuteld moeten worden. Een vertegenwoordiger zou nooit moeten twijfelen tussen het afleggen van een examen of het volgen van een vergadering. 5. Internationaal Het internationale beleid van de universiteit is in volle ontwikkeling. Het is pas bij de vorige bestuursploeg dat er een vicerector werd aangesteld die zich moest bezighouden met de ontwikkeling van een beleid. Er zijn echter heel wat vragen waar nog geen antwoord op werd geformuleerd. 5.1 Kwaliteit Erasmuspartners (prioriteit) Democratisering van het onderwijs wil niet zeggen dat de KU Leuven niet kieskeurig mag zijn in het kiezen van haar partners. Als er door het professorenkorps geklaagd wordt dat studenten in het buitenland op vakantie gaan, is dat in de eerste plaats de fout van het universitaire beleid. Door partners te kiezen die niet voldoende kwaliteit in huis hebben om een degelijk opleidingsniveau te voorzien, graaft de universiteit haar eigen pedagogisch graf. Richtlijnen over de facultaire partners en een gedegen analyse van de bestaande partnerschappen moet hier een oplossing bieden. Een eenduidig beleid rond de kwaliteit van Erasmuspartners is voor de studenten van prioritair belang. memorandum memorandum bij de rectorverkiezingen 10

5.2 Beleid inkomende/vertrekkende studenten Het huidige beleid rond studenten die binnenkomen of vertrekken staat nog lang niet op punt: afspraken zijn onduidelijk, of studenten weten niet welke steun ze net mogen verwachten van hun instelling. Het is ook niet duidelijk welke competenties verwacht worden van studenten die binnenkomen of vertrekken en evenmin wordt er nadruk gelegd op wat er nu net op intellectueel gebied mag worden verwacht van een internationale ervaring. 5.3 Beleid terugkerende studenten Vaak wordt de terugkeer van studenten volkomen over het hoofd gezien, terwijl deze nazorg in sommige gevallen erg noodzakelijk blijkt. Studenten blijven vaak in het ongewisse over wat er moet gebeuren bij een curriculair ongelukje. Daarnaast lopen sommige studenten ook een tweede cultuurshock op bij het terug binnenkomen in hun eigen land. 5.4 Integratie Vlaamse en internationale studenten Ook al heeft de KU Leuven heel wat ervaring met het ontvangen van studenten, toch ontbreekt de interactie tussen de eigen studenten en de internationale nog vaak. Beide groepen leven in een parallel universum en die werkelijkheid wordt vaak nog gestimuleerd door de verschillende onderwijstrajecten. Het stimuleren van contact tussen beide groepen, niet alleen op het sociale vlak, maar dan toch minstens binnen de opleiding, zou een hoofdbezorgdheid moeten zijn van het internationale beleid van de universiteit. Deze opmerkingen kaderen ook in de vraag om de internationalisatie al thuis te laten beginnen. Dit kan door het contact tussen beide groepen te verhogen, maar ook door andere internationale ervaringen in het curriculum te steken. Geen enkele zichzelf respecterende opleiding mag het internationale plaatje uit het oog verliezen. 5.5 Meer studenten weg met minder geld? De huidige mantra lijkt te zijn om zoveel mogelijk studenten weg te sturen onafhankelijk van de financiële middelen die daarvoor voorhanden zijn. Het internationale beleid moet dus een duidelijke lijn trekken tussen de ondersteuning die zij wil bieden aan welke studenten en welk midden zij wil trekken tussen kwantiteit en kwaliteit. memorandum memorandum bij de rectorverkiezingen 11