"If your horse says no, you either asked the wrong question, or asked the question wrong Pat Parelli



Vergelijkbare documenten
Het is de bedoeling dat het paard actief aan de longe leert gaan met een regelmatige gang.

BASISCHECK Check of jouw paard een goede basisafrichting heeft

Longeren is als dansen

Bianca s way. Actief in honden training sinds1981

Oefeningen ter Verbetering van je Lichaamshouding

Succes en veel plezier toegewenst!

Progressierapport Jaaropleiding

School voor Mens en Paard

Plaats Datum. Ruiter Paard

Het opleidingsschema voor menners. Ad Aarts

Plaats Datum. Ruiter Paard

Horsemanship. Thema december 2018

Ontdek je kracht voor de leerkracht

In balans door. centreren

School voor Mens en Paard

De dressuurproef klasse B

Geen tijd om elke dag te sporten? Kom thuis in actie met 1-minuut oefeningen!

Core stability training

Informatie fysiek programma

Lage Rugpijn, Aspecifieke Lage Rugpijn, Lumbago, Spit,

VOORBEREIDINGSPROGRAMMA TUSSENSEIZOEN (U14-U15-U16-U17)

Fitnessbal training. Kern training / Core stability

wat komt er kijken bij een warming up?

Angst voor schrikken.

1- Stretchen Flexie - Sets:3 / Vasthouden:10sec / Rust:10sec. 2- Passieve ROM Extensie - Sets:3 / Vasthouden:10sec / Rust:10sec.

Lage rugpijn. Voor meer informatie over onze organisatie kijkt u op:

Belangrijke aanwijzingen voordat u met de oefeningen begint:

Ik ga je wat vertellen, je hoeft alleen maar te volgen wat ik zeg, mijn stem is nu het enige wat voor jou belangrijk is om te volgen.

Voer de oefeningen voor het bovenlichaam (pagina 3) uit, gevolgd door de oefeningen voor de buikspieren en zet er een motiverend muziekje bij op.

Omgaan & Trainen met je hond Door: Jan van den Brand. (3 e druk) 2015, Jan van den Brand adviescentrum.nl

De foamroll oefeningen

PECTUS REVALIDATIE. De pectoralisspieren. De rugspieren

3 Super Oefeningen Voor Je Buik

Mobiliserende oefeningen voor thuis

Cambridge Health Plan Benelux BV

TIPS EN OEFENINGEN OM UW RUG STERK EN FIT TE MAKEN

Buikspieroefeningen (basis)

13. MICROBEWEGINGEN VOOR IN DE BADKAMER

BEWEGINGSBESCHRIJVING AGD DOMINIQUE VERLENT, SOFIE NAERT

2012 Editie v1.0 EquestrianMassage.nl F.S.A. Tuinhof. Oefeningen voor een gezond lichaam en geest

GameChangers. Dogs Talk Hondentraining & Gedrag

Rijtechniek Springen. Fases van de sprong en verlichte zit

Core Stability - serie 1

ZE ZEGGEN DAT JE ZIJGANGEN MOET RIJDEN OM JE PAARD RECHT TE RICHTEN. HMM, HOEZO LOGISCH?

Train de trainers programma SDV Barneveld Sessie 2

Train your Core Stability with energy lab

Relaxatie en ontspanning. voor ouder en kind

Adviezen en oefeningen in het kraambed

2010 Marco Honkoop NLP coaching & training

Hou je rug en nek gezond! Oefeningen om rug-, buik-, en nekspieren in goede conditie te houden

( Hoe moet deze oefeningen doen? )

Borstcrawl keerpunt: - De benadering - De rol - Voeten plaatsen / afzet - Handbeweging

Inleiding. Autisme & Communicatie in de sport

Trainersrichtlijn Der Utrechtse Studenten Schaats Vereniging Softijs

ONTSPANNINGSOEFENINGEN

Ontspannen met progressieve relaxatie

7UDLQLQJYRRU*HUW-DQ. Datum : maandag 19 juli 2004 Doel : aëroob 0-1, techniek, snelheid. Vooraf : drinken (minimaal 1 glas!!!

Wekelijkse Work Out!

Bijzondere verrichtingen

De Geïntegreerde Zit: een introductie.

Zwanger (geweest)? Spieren rondom uw bekken trainen? Klachten voorkomen en/of verminderen? voorkom bekkenpijn FYSIOHOLLAND

Core Stability - serie 2 (met Swiss Ball)

De beste tijd voor yoga

PTV hindernis beschrijvingen basis -TREC

Luisteren, hoe leren kinderen dat?

O m t e b e g i n n e n : V e i l i g h e i d s r e g e l s : G e n i e t e n f o r c e e r n i e t s!

Houd een oogje op de bodem!

Vaginistisch reageren

MINDFUL. Abs Challenge

Maak afspraken over de tijdstippen waarop geoefend gaat worden. Bespreek in welke omgeving er geoefend gaat worden (eerst thuis, later op het werk).

Oefeningen na een onderbeenamputatie

Trainingsprogramma Spierkrachtversterking


10 minuten training 1 Total Body

Organisatie: Yvonne Roosen Uitvoering: Koekkoek en co vertegenwoordigd door:

Calcimatics start steeds met een opwarming. Zo is de overgang dan niet-bewegen naar actief worden niet te bruusk en voorkom je letsels.

WandelTrainersDag 9 april Blok 2 Nr. 11 Functionele Krachttraining voor de wandelaar Elbert van Mourik

Oefeningen nekklachten. Paramedischcentrum Landauer

Kracht en stabilisatie

De vijf Tibetaanse Riten

Fit-o-meter initiatielessen Sportdienst Brecht Kim Van Hofstraeten - Jef Van Dyck

Hoe gebruikt de ruiter zijn eigen lichaam om paard te rijden en meer specifiek om aan de teugel te rijden?

3 Oefeningen Voor Strakke Benen & Billen

Week 1. Week 2. Dinsdag min Dressuurmatige training Woensdag 50 min 8 km 30 min stap, tussendoor 2 x 10 min draf.

voorkomen van een voorkeurshouding bij uw baby

Cursus Rust. Het Slotervaart, een ziekenhuis met ambitie KINDERGENEESKUNDE TELEFOONNUMMER

Ga naar je trainingen! De trainer helpt mee jouw zwakkere punten te ontdekken.

HEADS LARGER THAN HANDS

E-BOOK. Krachtschema. Wil jij fitter en sterker worden? DOE MEE. Voor 1 dag

TRAININGSPLAN XCO-TRAINER

Techniek Pieter v/d Hoogenband Stap voor Stap.

Mateloos Dansen PO/VO Twentedagen 2018

Plaats Datum. Ruiter Paard

Ademhaling. Yoga Oefeningen

Door Jesse van der Velde. Copyright 2011 Jesse van der Velde (Online Personal Trainer)

FEIF Rijpaardenprofiel Formulier voor ruiters / toekomstige kopers

Oefenprogramma revalidatie

7 HEERLIJKE ONTSPANNINGSOEFENINGEN

Oefening 1. Oefening 3 Oefening Oefening. Oefening 2 Oefening 2

10 OEFENINGEN VOOR THUIS

Transcriptie:

PAGINA 1 VAN 10

LOSWERKEN Volgens de Freestyle methode is loswerken niet alleen de eerste stap in de opvoeding of africhting van het paard, maar juist een onderdeel van de dagelijkse training van elk paard. Loswerken is een loslopend paard trainen in een afgesloten ruimte van 15 x 15 meter. Het geeft inzicht in het gedrag en reactie van je paard, maar leert je ook effectief bewegen en communiceren. De houding en beweging die je gebruikt bij het loswerken, heb je ook nodig bij het rijden. Loswerken doe je voor het grootste deel om jezelf te trainen. Het levert je dus vooral veel informatie op over je paard en jezelf. DOELSTELLINGEN Basiscontrole krijgen en houden over de looprichting van het paard Basiscontrole krijgen en houden over de loopsnelheid van het paard Dominantie en leiderschapsverhoudingen bepalen SUBDOELSTELLINGEN Comunnicatie bevorderen tussen mens en paard Balans conditie en spieropbouw van het paard verbeteren Werken aan vertrouwensrelatie tussen mens en paard "If your horse says no, you either asked the wrong question, or asked the question wrong Pat Parelli Tijdens het loswerken moet je een drijver en leider in één zijn, net zoals de hengst en de leidende merrie in een kudde. We werken vooral met de drie basistechnieken positie, beweging en houding. Dus doormiddel van bewuste lichaamstaal. Hierdoor kunnen we controle krijgen over de richting en de snelheid van het paard en zal het paard jou zien als de rangshoogste gste en je leiding accepteren. Hiermee wordt de dominatieverhouding bepaald en zal het paard jou gehoorzamen. Door het aanleren van verschillende technieken om het paard begrijpelijke aanwijzigingen of hulpen te geven, worden we ons bewust van het effect dat lichaamstaal op paarden heeft. Een goede hulp is een hulp die door het paard begrepen wordt. Een verkeerde hulp is een hulp die niet door het paard wordt begrepen. Het paard is de enige die bepaalt of hulpen begrijpelijk zijn. LICHAAMSTAAL De leadrope fungeert als ondersteuner en/of versterker van je beweging. Tijdens het loswerken beweeg je vanuit je centrum (buik) mee in de tact van het paard. Dit is een vorm van verbinding. Wanneer je vanuit verbinding meer of juist minder beweegt, zal het paard je beweging volgen en versnellen of vertragen. We werken nu met het paard zonder te praten en zonder hem aan te raken. Als we de controle over richting en snelheid hebben gekregen dan zal het paard ons als leider ervaren. Gehoorzaamheid en vertrouwen en zijn twee verschillende dingen. Gehoorzaamheid krijg je als je de bovenstaande aanwijzingen goed opvolgt. Vertrouwen krijg je door consequent te zijn. PAGINA 2 VAN 10

MISCOMMUNICATIE De mens is een roofdier en dat maakt ons in de natuurlijke situatie tot de grootste vijand van het paard als prooidier. De lichaamstaal verschilt per soort en zorgt voor onduidelijkheden in de communicatie. De mens vindt het soms moeilijk te begrijpen wat een paard bedoelt, maar andersom is het natuurlijk net zo. Een gesproken woord wordt door het paard niet begrepen. We gebruiken tijdens het loswerken: Hulpen en aanwijzingen van trainer (lichaamstaal) Natuurlijke eigenschappen van het paard Een loswerkbak (15 x 15 meter) Leadrope Natuurlijke techniek van het paard: Overgangen Tempo Stoppen Richting Techniek voor de mens bij het loswerken: Positie Houding Beweging Intentie/energie POSITIE De reactie van een paard heeft sterk te maken met de positie ten opzichte van het paard op het moment dat we een hulp geven. De positie kan leidend, drijvend of centraal zijn. Als we bij een loslopend paard onszelf positioneren in het drijvende gebied (schuin achter), dan zal hij voorwaarts gaan. Lopen we naar het leidende gebied (schuin voor) dan zal het paard juist stoppen. De centrale of neutrale positie is bedoeld om te behouden wat we hebben en het tempo te ondersteunen zonder verandering te vragen. BEWEGING TEN OPZICHTE VAN DE RUIMTE Je stuurt het paard bij je vandaan door druk te zetten richting zijn voorkant. Méér druk aan de achterkant geeft een hoger tempo. Dit kun je doen door bijvoorbeeld vooruit te lopen naar je paard toe voor een drijvende actie. Hierdoor verklein je de ruimte tussen jou en je paard. Leidende acties met minder druk brengen het tempo terug of laten het paard naar je toe komen. Je loopt achterwaarts van je paard weg en vergroot zo de ruimte tussen jou en je paard. Zo nodig schuift de positie op naar schuin voor om het paard te laten stilstaan. Wanneer we het paard in vanuit de drijvende positie (schuin achter) voorwaarts laten gaan, ontkomen we er niet aan om zelf in een cirkel te bewegen. Deze cirkel heeft ongeveer een diameter van 3 meter. Let op dat je met je voeten naar voren loopt en niet kruislings gaat lopen. PAGINA 3 VAN 10

BEWEGING TEN OPZICHTE VAN JE EIGEN LICHAAM De beweging van ons eigen lichaam tijdens het loswerken is ook belangrijk. Jouw beweging doet mee met het ritme van het paard. Hoe meer beweging in ons lichaam, des te meer beweging bij het paard en minder beweging in ons lichaam resulteert in minder beweging bij het paard. We bewegen ons lichaam in stap, draf en galop. TEMPOWISSELINGEN Het gemiddelde tempo dat het paard zelf kiest noemen we het midden tempo. Laag tempo is langzamer dan het paard zelf gemiddeld loopt en hoog tempo is sneller dan het paard zelf gemiddeld STAP Stap is een 4 takt t bewegingsritme: 1-2 3 4. Het is een laterale gang waarbij de benenparen lateraal samenwerken: het rechter achterbeen verjaagt het rechter voorbeen en het linker achterbeen verjaagt het linker voorbeen. In stap maken we een onersteunende beweging met de drijvende arm en tellen 1-2. We tellen 1 op het moment dat het binnen achterbeen naar voren beweegt. Je tilt als het ware het binnen achterbeen op met je hand en zet het been onder de massa van het paard neer. Je leidende arm is neutraal en stuurt het paard de juiste kant op. DRAF Het bewegingsritme in draf is een 2 takt: 1 2. Draf is een diagonale gang waarbij de benenparen diagonaal samenwerken. Het linker achterbeen beweegt tegelijk met het linker voorbeen. We maken een ondersteunende beweging met beide armen. We bewegen onze armen in een soort van weegschaal. Als de ene arm boven is, is de andere arm beneden. De drijvende arm is omhoog wanneer het binnen achterbeen en buiten voorbeen naar voren worden gezet. GALOP Het bewegingsritme in galop is een 3 takt: 1 2 3. Galop is de enige gang waarbij de beenzetting links en rechtsom verschilt. Linksom leidt het linker benenpaar en rechtsom leidt het rechter benenpaar. We maken met de drijvende arm een beweging die lijkt op de forehand tennisslag waarbij de bal laag wordt geslagen. De beweging van de arm is van achter naar voor en van onder naar boven. De beweging van de galop is zowel lateraal als diagonaal. Uiteindelijk is het de bedoeling dat we de bewegingen van het paard volgen met ons lichaam, net zoals met het rijden. Het leren voelen van de bewegingen van het paard en bij onszelf kost tijd en oefening. Je begint met het volgen van de beweging van het paard. Vervolgens leer je zonder moeite mee te bewegen in het ritme van het paard, ook als deze veranderd. En tenslotte beweeg je samen met je paard en bepaal jij het ritme. PAGINA 4 VAN 10

HOUDING Bij houding draait letterlijk alles om het centrum (je buik) van je lichaam. Bij paarden en paardrijden draait alles om balans, leer dus zelf ook in balans te zijn en te bewegen. Daarnaast is ontspanning een belangrijk begrip. Spanning bij de ruiter zal overeenkomen met spanning bij het paard. Laat je armen als het ware aan je lichaam hangen met lage schouders. Knijp je handen niet dicht, maar laat ze open en ontspannen. Zorg dat je bekken soepel en beweegelijk is, dan is je onderrug ontspannen. Je kniegewricht niet overstrekken of blokkeren. ONTSPANNING VS. SLAPTE Verwar onstapnning niet met slapte. Je kunt met de benodigde spierspanning voor een bepaalde handeling toch ontspannen zijn. INTENTIE ENERGIE De intentie of energie waarmee je staat los te werken, is gebouwd op kennis die je op dat ogenblik hebt. Kennis die je door ervaring hebt verkregen, Deze kennis en ervaring zijn verantwoordelijk voor de mate van rust en zekerheid die je in het werk uitstraalt. Het leerproces wat we doorlopen op basis van het Maslow model: Onbewust Onbekwaam (je bent je niet bewust van je eigen onkunde. Dit is makkelijk, dat kan ik best! ) Bewust Onbekwaam (Je realiseert je dat je iets nog niet kan. Ik ben een sukkel Wat is dit moeilijk! ) Bewust Bekwaam (Je kunt het, maar je moet er voortdurend met je gedachten bij zijn om het te kunnen.) Onbewust Bekwaam (Je kunt het zonder dat het al te veel inspanning vergt. Het gaat je bijna automatisch af. Hier komt je gevoel om de hoek kijken.) GEVOELIGHEIDSCIRKELS De loswerktraining is geschikt om er achter te komen hoe het gesteld is met de gevoeligheidsbalans van ons paard. Een paard dat in balans is heeft een twee gevoeligheidscirkels van 50%. Dit is de ideale situatie die wij nodig hebben voor het rijden. Een paard dat drijvend gevoelig is heeft een verhoogde vluchtreactie. Hij heeft een kleine leidende cirkel en een grotere drijvende cirkel. Parelli noemt dit ook wel een Long Horse; ; more GO than WHOA. Je ziet dit vaak bij vol- en warmbloed paarden. Een leidend gevoelig paard heeft veel minder actieve reactie of soms zelfs stakingsgedrag. Hij heeft een grote leidende cirkel en een kleine drijvende cirkel. Parelli noemt dit een Short Horse; ; more WHOA than GO. Je ziet dit vaak bij koudbloed paarden. Als we tegelijkertijd leidende als drijvende hulpen willen geven, doen we dit vanaf het centrale snijpunt. PAGINA 5 VAN 10

DE EERSTE KEER LOSWERKEN De allereerste keer dat we gaan loswerken met een paard doen we een gedragsobservatie. We leiden het paard de loswerkbak in, leiden hem langs de lijnen of omheining en laten hem vanuit hem midden los (zonder halster). Je verlaat daarna de loswerkbak. Normaal gesproken gaat een paard dat voor het eerst losgelaten wordt in een onbekenderuimte, op onderzoek uit. Hij onderzoekt hoe groot de ruimte is, waar er een uitgang/vluchtweg is en of er andere paarden in de buurt zijn. Dit doen ze rustig en weloverwogen. Daarna kan het paard in de inmiddels bekende ruimte sneller bewegen. Een voorbeeld van afwijkend gedrag is een paard dat direct gaat rond rennen of gaat liggen rollen. We noemen dit oversprong gedrag. LEADROPE Tijdens het loswerken maken we gebruik van een leadrope van 4,5 meter. De sluiting kan aan het halster bevestigd worden en dien als leidende deel tijdens het loswerken. Het uiteinde met het touwtje dient als slag ter ondersteuning van drijvende hulpen. Het paard moet zowel respect als vertrouwen hebben in de leadrope en mag nooit gebruikt worden om te straffen. Het leidende deel hebben we in onze leidende hand en de rest opgerold in de drijvende hand. We dragen de leadrope met losse open handen. BELONEN In het leerproces en tijdens de training neemt belonen een belangrijke plaats in. Bij een positieve ervaring, zal dan het paard onder dezelfde omstandigheden de handeling willen herhalen. Bij een negatieve ervaring zal hij deze handeling vermijden en op zoek gaan naar een andere handeling. Op deze manier leert het paard het verschil tussen positief en negatief gedrag. TIMING Tussen het moment waarop een paard de beslissing neemt om een handeling uit te voeren en de beloning, mag niet meer dan drie seconden zitten. Daarna kunnen zij oorzaak en gevolg niet meer met elkaar koppelen. PRIMAIRE BELONING In eerste instantie voeren paarden handelingen uit om te overleven: eten, drinken, veiligheid, rust, ontspanning, sociaal contact en duidelijkheid. Als een handeling resulteert in een beloning op het gebied van deze overlevingscriteria, dan spreken we van primaire beloning. Van de primaire beloning zijn er een beperkt aantal die we gebruiken in de praktijk: Rust Ontspanning Veiligheid Duidelijkheid PAGINA 6 VAN 10

SECUNDAIRE BELONING Secundaire beloningen voorzien niet in een noodzakelijke behoefte zoals de overlevindscriteria, maar leveren bijvoorbeeld een goed gevoel op. Een secundaire beloning moet in overeenstemming zijn met de secundaire beloning. Wanneer je braaaaf zegt terwijl je gespannen bent, is het effect niet duidelijk. Braaf Aaien/kriebelen Klopje NEGATIEVE VERSTERKER De negatieve versterker is geen beloning maar ook geen straf. Negeren Ontbreken van beloning Begrenzen Discomfort Expect obedience, but be ready to correct, not one more than the other. Pat Parelli OMGAAN MET DRUK Als we non-verbaal communiceren met onze paarden dan gebruiken we lichaamstaal. We passen ons aan, aan de lichaamstaal van paarden. Je dient de juiste vraag te stellen en de vraag juist te stellen, als je een goed antwoord van je paard wilt. Bij elke vraag gebruiken we een vorm van druk. De kunst is om met een minimale druk nodig te hebben om een vraag te stellen of een hulp te geven. Less is more! We veroorzaken druk met onze benen, handen, zit, gewicht, beweging, positie en houding. TEGENGESTELDE REFLEX Als paarden de druk die wij gebruiken als te veel druk ervaren, dan zullen zij in een reflex tegen die druk in bewegen. Dit is een natuurlijke reactie van het paard en noemen we een reflexmatige reactie. We kunnen te veel druk uitvoeren, te snel druk zetten of onverwacht druk gebruiken. Het paard bepaalt of de druk te veel, te snel of onverwacht gebruikt wordt, niet de mens! Een natuurlijke reflex bij de mens is bijvoorbeeld het tikken op de knie. Hierdoor maakt je been automatisch een schop beweging. Als je aan een leadrope een ruk naar beneden geeft of te hard aan de teugels trekt, zal het paard zijn hoofd omhoog bewegen. DRUK DOSEREN Het doel is om uiteindelijk met zo weinig mogelijk druk te kunnen gebruiken. Bij de eerste goede reactie op druk (wijken voor de druk) moeten we het paard belonen. Op de manier ontwikkeld het paard een positieve ervaring met de handeling. De hoeveelheid druk is per paard verschillend. PAGINA 7 VAN 10

We bouwen onze hulpen op van laag (weinig druk) naar hoog (meer druk). We doen dit altijd in vier stappen. Wanneer je bijvoorbeeld met je vingers fysieke druk uitoefend op het paard, kun je de zones die erachter vermeld staan an gebruiken. Wanneer het paard bij stap 2 al reageert, wordt dit dus 100%. Op die manier kun je steeds verder de druk af te bouwen. Stap 1 = 25% (haar) Stap 2 = 50% (huid) Stap 3 = 75% (spier) Stap 4 = 100% (bot) HULPEN AANLEREN Om een paard iets aan te leren, gebruik je een bepaalde trainingsvolgorde. Op deze manier kunnen we het natuurlijke gedrag en reflexmatige handelingen van een paard dat ons tijdens de training niet goed uitkomt, omtrainen naar een bewuste handeling die het paard uitvoert. De juiste trainingsvolgorde om een paard iets aan te leren: 1. Druk wegnemen of verminderen (primair) 2. Ontspannen (primair) 3. Belonen (secundair) 4. Herhalen (training) 5. Bevestigen (conditioneren) AFBOUWEN POSITIE & BEWEGING Tijdens het loswerken zijn we steeds verschoven van onze drijvende positie (schuin achter) naar de leidende positie (schuin voor). We stapten daarbij als het ware steeds over het snijpunt van de twee gevoeligheidscirkels. Het afbouwen van positie betekent eigenlijk dat je minder heen en weer hoeft te lopen tussen de verschillende posities. We zorgen dat we precies op de lijn van het snijpunt van het paard gaan staan. Onze ruggengraat is de scheidslijn tussen onze drijvende zijde en leidende zijde. Je kunt pas afbouwen als er sprake is van enige balans tussen de gevoeligheidscirkels van het paard. CENTRALE POSITIE OF BASISHOUDING De uitgangspunt waarbij onze ruggengraat de middenlijn is tussen onze drijvende zijde en leidende zijde, noemen we de centrale positie of basishouding. Deze basishouding is bedoeld om te behouden wat we hebben en het tempo te ondersteunen zonder verandering te vragen. Houd het paard als het ware tussen je handen: een hand achter de billen en een hand voor de borst/schouder. De hoek tussen je armen is ongeveer er 90 graden en je navel is gericht op het paard. Je middelijn ligt dus op 45 graden. Vanuit de centrale houding kunnen we zowel naar de drijvende als leidende houding. PAGINA 8 VAN 10

DRIJVENDE HOUDING De drijvende houding is bedoeld om vanuit de centrale houding een versnelling van het tempo te vragen. De drijvende arm wijst naar de achterhand van het paard en de leidende arm maakt ruimte aan de voorkant. Ook hierbij houd je weer een hoek van 90 graden tussen beide armen. Je navel en bekken zijn naar voren gericht. KIJKEN, WIJZEN, DRIJVEN Zoals eerder aangegeven is het doel om met zo weinig mogelijk druk en lichte hulpen het paard te besturen. We bouwen onze hulpen op van laag (weinig druk) naar hoog (meer druk). We doen dit altijd in vier stappen. De vaste volgorde creëert een voorbereiding die het paard kan herkennen (patronen). 0. Kijken & wijzen (voorspellers) 1. Hulp 1 is de hulp waarop de graag de reactie wilt hebben (suggestie) 2. Hulp 2 is dezelfde hulp in een grotere vorm dus meer druk (vrage n) 3. Hulp 3 is een ander soort ondersteunende hulp inzetten (zeggen) 4. Hulp 4 is een grotere vorm van de ondersteunende hulp (beloven) Belangrijk is dat hulp 4 altijd een reactie veroorzaakt! Je paard laten aandraven vanuit de stap, ziet er dan als volgt uit: 0. Kijken & Wijzen met leidende arm in de richting waar het paard in moet gaan 1. Drijven met drijvende arm 2. Meer en groter drijven met de drijvende arm 3. Naar voren lopen door de ruimte tussen jou en je paard te verkleinen 4. De leadrope richting de achterhand van je paard gooien LEIDENDE HOUDING De leidende houding is bedoeld om vanuit de centrale houding het tempo te vertragen. De leidende arm wijst naar het hoofd van het paard en de drijvende arm draait weg van de achterhand waardoor de drijvende druk vermindert. Ook hierbij houd je weer een hoek van 90 graden tussen beide armen. Je navel en bekken zijn naar achteren gericht. Ook hier pas je het kijken wijzen weer toe. Het wijzen betekent in dit geval dat je stopt met drijven en vervolgens het paard met je leidende hand begrenst. Je paard terughalen naar de stap vanuit de draf, ziet er als volgt uit: 0. Stop met het maken van de ondersteundende beweging. Adem goed uit en maak je houding klein en passief PAGINA 9 VAN 10

1. Paar passen achterwaarts lopen (druk verminderen) 2. Leidende hoek van 90 graden 3. Opschuiven naar het leidende gebied 4. Drijvende stap vooruit naar het paard toe zetten NB. Stap 2 tot en met 4 gebruik je om het paard te laten halthouden TIMING & LEERMOMENT Als het paard reageert op een van de hulpen, ga dan direct weer terug naar de centrale houding om het tempo te behouden en te ondersteunen. Je geeft het paard een release door verdere hulpen niet te gebruiken waardoor hij leert om op een steeds lichtere hulp te reageren. Absolute gehoorzaamheid aan de signalen van de ranghogere dieren dragen bij aan een grotere overlevingskans. Gehoorzaamheid is niet afgedwongen maar uit vrije wil geaccepteerd. LITERATUUR Emiel Voest (2005) Handleiding - Loswerken Machteld van Dierendonck, Eric Laarakker, Emiel Voest (2009) Het tevreden paard Paardenwelzijn in de praktijk Stephen Budiansky (2002) De aard van het paard Een onderzoek naar de evoluatie, de intelligentie en het gedrag van paarden Linda Kohanov (2014) De kracht van de kudde PAGINA 10 VAN 10