Opstartlessen. Lesbrief 9. Muziek. Wat leert u in deze les? Veel succes! www.edusom.nl



Vergelijkbare documenten
Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

Opstartlessen. Les 1. Kennismaken

Thema In en om het huis.

Beginnerslessen. Lesbrief 42. Het inburgeringsexamen

Les 4. Eten en drinken, boodschappen doen

Lesbrief 14. Naar personeelszaken.

Lesbrief 35. AOW aanvragen.

Thema Gezondheid. Les 5. De tandarts

Thema Op het werk. Lesbrief 15. Vrij vragen

Thema Op het werk. Lesbrief 16. Herhaling thema.

Opstartlessen. Les 2. Wonen. Wat leert u in deze les? Veel succes! Een gesprek voeren over wonen. Zeggen hoe u woont.

Lesbrief 7. Leren & werken

Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 6. Het sollicitatiegesprek Antwoord geven op vragen

Thema Op zoek naar werk

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer

Lesbrief 40. Een nieuwe woning zoeken

Thema Op zoek naar werk. Les 9. Het sollicitatiegesprek Antwoord geven op vragen

Thema Informatie vragen bij een instelling

Les 35. Een nieuw paspoort

Thema Op het werk. Les 15. Vrij vragen

Thema Nederlandse cultuur en gewoontes

Thema Kinderen en school. Demet TV. Lesbrief 9. De kinderopvang

Les 34. Meedoen in het verpleeghuis

Thema Op het werk. Lesbrief 15. Het functioneringsgesprek.

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer

Thema Op zoek naar werk. Demet TV. Lesbrief 7. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken

Thema Op het werk. Les 16. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? Veel succes!

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Thema Gezondheid. Les 2. De wachtkamer

Thema Op zoek naar werk

Les 33. Zwangerschap

Thema Kinderen en school. Lesbrief 19. Samen naar de bibliotheek

Thema Gezondheid. Les 3. De huisarts

Lesbrief 6. Gezondheid

Lesbrief 39. Vrije tijd en vakantie

Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 8. Praten en bellen over een baantje

Thema Informatie vragen bij een instelling

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. Naar het ziekenhuis.

Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten

Thema Kinderen en school. Lesbrief 19. Samen naar de bibliotheek

Thema Op zoek naar werk

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Thema Informatie vragen bij een instelling

Herhalingsles van het thema Op zoek naar werk

Les 4. Naar de apotheek.

Lesbrief 8. Een taxi bellen

Thema Gezondheid. Lesbrief 33. In gesprek met de leerkracht.

Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 5. Werk vragen in een winkel

Thema Op zoek naar werk. Les 7. Naar het uitzendbureau.

Les 2. Naar het ziekenhuis.

Thema Op het werk. Demet TV. Lesbrief 8. De eerste werkdag

Thema Op zoek naar werk. Les 10. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken

Les 4. De fysiotherapeut.

Actielessen. Lesbrief 1. Nederlands leren. Wat leert u in deze les? Veel succes!

Thema Kinderen en school. Les 17. De kinderopvang

Thema Op het werk. Les14. Opdrachten

Thema Op het werk. Les 13. Hoe werkt de machine?

Thema Op zoek naar werk

Les 1. Bij de huisarts

Thema Gezondheid. Lesbrief 5. De tandarts

Thema In en om het huis

Thema Kinderen en school

Thema Op het werk. Lesbrief 12. In de pauze.

Les 5. Tijd & het weer

Beginnerslessen. Lesbrief 39. Vrije tijd en vakantie

Herhalingsles van het thema Gezondheid

Actielessen. Lesbrief 2. Leren op het internet. Wat leert u in deze les? Veel succes!

Thema Op zoek naar werk

Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 10. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken

Lesbrief 3. De fysiotherapeut.

Thema Kinderen en school.

Thema Op zoek naar werk

Thema Gezondheid Beginnerslessen

Thema Gezondheid. Lesbrief 3. De huisarts

Thema Informatie vragen bij een instelling

Lesbrief 1. Bij de huisarts

Thema Gezondheid. Lesbrief 5. De tandarts

Thema Kinderen en school. Lesbrief 10. Voor het eerst naar school

Thema Informatie vragen bij een instelling

Lesbrief 37. Aangifte doen bij politie

Thema In en om het huis

Lesbrief 41. Verhuizen

Thema Informatie vragen bij een instelling

Actielessen. Les 5. Feest in de buurt! Wat leert u in deze les? Veel succes!

Les 6. Herhaling thema.

Thema In en om het huis.

Thema In en om het huis

Thema Op zoek naar werk

Thema Gezondheid. Lesbrief 1. Een afspraak maken

Les 5. In het ziekenhuis.

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De huisarts

Thema Kinderen en school

Het Beste Van DieDrie

Thema Gezondheid. Lesbrief 3. Bij de specialist.

Thema Informatie vragen bij een instelling

Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 9. Het sollicitatiegesprek Antwoord geven op vragen

VERLENGEN KOPEN RUILEN BETALEN

Thema Nederlandse cultuur en gewoontes. Les 31. Feest

1. Luister je naar de radio?

Thema Kinderen en school. Les 18. Voor het eerst naar school

Transcriptie:

www.edusom.nl Opstartlessen Lesbrief 9. Muziek Wat leert u in deze les? Wat u kunt zeggen als u iets mooi vindt. Een gesprek voeren over muziek. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag en DWI Amsterdam

HET GESPREK Opdracht 1. Lees het gesprek. U kunt het gesprek ook beluisteren via http://www.edusom.nl en www.stationnederlands.nl. HET GESPREK DEEL 1 Ayse en Job praten over muziek. Van wat voor muziek houdt Job? Ayse: Job: Ayse: Job: Ayse: Job: Ayse: Job: Ayse: Job: Ayse: Job: Ayse: Job: Prachtige muziek hè, Job? Mmm. Vind je dat mooi? Ik hou niet zo van klassieke muziek Nee? Wat vind jij dan mooi? Ik hou meer van moderne muziek, popmuziek en tangomuziek. Muziek met ritme. Muziek om op te dansen! Hou je zo van dansen dan? Ik ben er gek op! Ik ga elke week dansen. Wat leuk! Hou jij ook van dansen? Jawel, een beetje. Maar ik hou meer van zingen. O je zingt. Ja, je hebt een mooie stem. Dank je! En ik speel piano. Wat goed, zingen en piano spelen. Speel jij ook een instrument? Ja, ik speel gitaar. 2

DE WOORDEN Opdracht 2. Lees de woorden. Zoek deze woorden op in het gesprek op pagina 2. Zet er een streep onder. U kunt de woorden ook beluisteren via http://www.edusom.nl prachtig Prachtig is heel mooi. Bijvoorbeeld: Ik vind de muziek van Theodorakis prachtig. klassieke muziek Klassieke muziek is muziek van vroeger, muziek die veel mensen mooi vinden. Bijvoorbeeld: Ik houd van klassieke muziek. Bach en Beethoven vind ik het mooiste. moderne muziek Moderne muziek is muziek die niet lang geleden gemaakt is. Bijvoorbeeld: Van de moderne muziek houd ik het meeste van jazzmuziek en popmuziek. dansen Als je danst, dan beweeg je met je lichaam. Als je danst op muziek, dan beweeg je met je lichaam op de maat van de muziek. Bijvoorbeeld: Ik ga elke zaterdagavond dansen, want ik hou zo van lekker bewegen op muziek. het ritme Het ritme is de maat van de muziek. Bijvoorbeeld: De jongeren dansen op het ritme van de muziek. gek zijn op Als je gek bent op popmuziek, dan houd je heel veel van popmuziek. Bijvoorbeeld: Ik ben gek op Michael Jackson en zijn muziek. Ik houd van het ritme en van hoe hij zingt en danst. zingen Als je zingt, dan maak je muziek met je stem. Bijvoorbeeld: De vogels zingen in de avond. Ik vind dat de mooiste muziek. de stem Met je stem maak je geluid. Je praat en zingt met je stem. Bijvoorbeeld: Oum Kalthoem heeft een mooie stem. Ze zingt prachtig! 3

VRAGEN BIJ HET GESPREK Opdracht 3. Kruis het goede antwoord aan. 1. Van welke muziek houdt Ayse? Klassieke muziek. Moderne muziek. 2. Van welke muziek houdt Job? Klassieke muziek. Moderne muziek. 3. Wat vindt Ayse leuk? Zingen. Dansen. 4. Wat vindt Job leuk? Zingen. Dansen. 5. Welk instrument speelt Ayse? Gitaar. Piano. 6. Welk instrument speelt Job? Gitaar. Piano. Bekijk de antwoorden op p. 20. 4

HET GESPREK Opdracht 4. Lees het gesprek. U kunt het gesprek ook beluisteren via http://www.edusom.nl en www.stationnederlands.nl. HET GESPREK DEEL 2 Het gesprek gaat verder. Job vraagt of Ayse meegaat naar een tangoconcert. Gaat Ayse mee? Job: Ayse: Job: Ayse: Job: Ayse: Job: Ayse: Job: Ayse: Job: Ayse: Volgende week is er een mooi tangoconcert. Ga je mee? Tangomuziek? Sorry, daar hou ik niet zo van! Ik denk dat je het toch wel mooi vindt, Ayse. Kom, ga met me mee! Nou goed dan. Maar ga jij dan ook eens met mij mee naar een klassiek concert? Mozart, Bach of Rachmaninov? Een klassiek concert? Ik? Ik hou alleen van moderne muziek! Ik geloof dat je het heel mooi vindt, als je het hoort. Ja, dat geloof ik Nou, goed dan, ik ga ook een keer met jou mee. Afgesproken! En gaan we dan daarna dansen? Ja, en piano spelen! En gitaar! En zingen! 5

DE WOORDEN Opdracht 5. Lees de woorden. Zoek deze woorden op in het gesprek op pagina 5. Zet er een streep onder. U kunt de woorden ook beluisteren via http://www.edusom.nl het concert Een concert is muziek die een groep mensen op dat moment maakt. Bijvoorbeeld: Ik luister elke dag naar klassieke muziek, maar één keer per jaar ga ik naar een echt concert in het concertgebouw. geloven Geloven is denken dat iets zo is. Als je gelooft dat het mooi weer wordt, dan denk je dat mooi weer wordt. Bijvoorbeeld: Hij zegt dat iedereen kan zingen, maar dat geloof ik niet. meegaan Als je met iemand meegaat naar een muziekavond, ga je samen naar de muziekavond. Bijvoorbeeld: Ik ga morgenavond naar een popconcert. Ga je mee? Het concert 6

VRAGEN BIJ HET GESPREK Opdracht 6. Kruis het goede antwoord aan. 1. Waar wil Job heen? Naar een klassiek concert. Naar een tangoconcert. 2. Waar wil Ayse heen? Naar een klassiek concert. Naar een tangoconcert. 3. Wat gaan ze na het concert doen? Dansen, zingen, piano spelen en gitaar spelen. Dansen, piano spelen en zingen. Bekijk de antwoorden op p. 20. 7

Opdracht 7. Samenvatting Schrijf in ongeveer vijf zinnen op waar het gesprek over gaat. Let op: schrijf dus alleen het belangrijkste op! Bekijk de antwoorden op p. 20. 8

DE WOORDEN Opdracht 8. Wat betekenen de woorden? Trek een lijn tussen de woorden en de betekenis die bij elkaar horen. Kijk naar het voorbeeld. Prachtig Klassieke muziek Moderne muziek Dansen Het ritme Gek zijn op Zingen Het concert Geloven Meegaan muziek die een groep mensen op dat moment maakt. denken dat iets zo is. heel mooi. muziek van vroeger, muziek die veel mensen mooi vinden. samen met iemand anders gaan. de maat van de muziek. houden van muziek die niet lang geleden gemaakt is. bewegen met je lichaam op de maat van de muziek. muziek maken met je stem. Bekijk de antwoorden op p. 20. 9

DE WOORDEN Opdracht 9. Maak de zin af. Maak de zin af. Zet een rondje om het goede woord. Kijk naar het voorbeeld. 1. Als je zingt, dan gebruik je je stem. je ritme. 2. Als je danst, dan beweeg je met je lichaam op de muziek. op het concert. 3. Als je gelooft, dan denk je dat iets mooi is. echt is. 4. Als je meegaat, dan ga je soms. samen. 5. Als je gek bent op iets, dan vind je dat mooi. jammer. 6. Als je iets prachtig vindt, dan vind je het gek. mooi. Bekijk de antwoorden op p. 21. 10

SPREKEN Opdracht 10. Wat kunt u zeggen? Wat vind jij mooi?. Geef antwoord op de vraag. Kijk eerst naar het voorbeeld. Voorbeeld: Ik houd van popmuziek. Waar hou jij van? Ik houd van Nederlandse liedjes. Praat nu zelf! Geef antwoord op de vraag. 1. Ik houd van klassieke muziek. Waar houdt u van? 2. Ik vind moderne muziek mooi. Wat vindt u mooi? 3. Ik vind dansen leuk. Wat vindt u leuk? 4. Ik zing graag. Wat doet u graag? 5. Ik vind Nederlands leren belangrijk. Wat vindt u belangrijk? 6. Ik luister graag naar de radio. Waar luistert u graag naar? 7. Ik vind popmuziek vervelend. Wat vindt u vervelend? 11

SCHRIJVEN Opdracht 11. Wat vindt u mooi? Waar bent u gek op? Soms vindt u iets mooi, soms vindt u iets niet mooi. Schrijf onder elk plaatje, Dat vind ik mooi of Dat vind ik niet mooi. 12

Soms houdt u ergens van, dan vindt u het heel leuk. Als u het niet leuk vindt, dan houdt u er niet van. Schrijf onder elk plaatje, Daar houd ik van of Daar houd ik niet van. 13

Doe het nu met deze woorden! Kies zelf of u het mooi vindt, of dat u ervan houdt, of juist niet! Uw huis. Uw kinderen. Uw vrienden. Uw familie. Uw werk. Uw hobby. Grapjes. Bekijk de antwoorden op p. 21. 14

SCHRIJVEN Opdracht 12. Muziek Er zijn verschillende soorten muziek. Welke muziek vindt u mooi? Waar bent u gek op? Luister naar de volgende muzieksoorten. Schrijf op wat u ervan vindt. Vertel of u het leuk vindt, of mooi. En waarom vindt u dat? Luister naar: http://www.youtube.com/watch?v=kq9uiq7-z0c Wat vindt u van deze muziek? Luister naar: http://www.youtube.com/watch?v=mypdjxpeams&feature=&p=1e5e1eb1bf690e3 6&index=0&playnext=1 Wat vindt u van deze muziek? Luister naar: http://www.youtube.com/watch?v=hrqk2rn7g8c Wat vindt u van deze muziek? Bekijk de antwoorden op p. 21. 15

SPREKEN Spreek samen! Zoek een taalvriend. Een taalvriend is iemand die goed Nederlands spreekt. Een vriend. Of misschien iemand van uw werk. Of uw buurman. Doe samen met uw Taalvriend de spreekopdrachten. Lees samen. De een leest A, de ander B. Vraag uw taalvriend of uw uitspraak goed is. Opdracht 13. Lees samen met uw taalvriend. A: O, wat een mooie muziek! A: O, wat een mooie muziek! B: Ja, vind je dat? B: Ja, vind je dat? A: Ja, da s echt mooi. A: Ja, da s echt mooi. B: Ik vind van niet. B: Ik vind van niet. A: Jij vindt van niet!? A: Jij vindt van niet!? B: t Is echt lelijk. B: t Is echt lelijk. B: En ook te hard. B: En ook te hard. A: Je vindt ook niks mooi, ouwe zeur! A: Je vindt ook niks mooi, ouwe zeur! 16

LEZEN Opdracht 14. Lees. DE INFORMATIE Muziek! Muziek is geluid. Geluid van instrumenten of van stemmen. Muziek is om naar te luisteren voor je plezier. Muziek roept emoties op. Van vrolijke muziek word je blij, van droevige muziek droevig. En van harde muziek word je actief, of juist rustig. Meestal. Muziek die herinneringen bij je oproept, kan ook een andere emotie oproepen: je wordt verdrietig van een vrolijk liedje omdat het je herinnert aan een tijd die voorbij is, een verloren liefde. Smaken verschillen, ook met betrekking tot muziek. Sommige mensen zijn gek op een opera, ze vinden het zingen prachtig, anderen vinden dat afschuwelijk. Sommigen krijgen tranen in hun ogen bij een smartlap van André Hazes, anderen vinden het niet om aan te horen. Wat is uw favoriete muziek? Jazz, klassiek, pop, blues? Of luistert u liever naar R&B hip hop of trance? Wat voor muziek is populair in uw land? Houdt u van liedjes uit Turkije, Nederland, China, Somalië, Ghana en andere landen? En maakt u zelf muziek? Speelt u piano of fluit? En zingt u wel eens? Zingt u in de kerk? Of onder de douche? Of zomaar op straat? Het spreekwoord zegt: Elk vogeltje zingt zoals het gebekt is.?? VRAAG VAN DE LES?? Noem vijf verschillende soorten muziek 17

TIP VAN DE WEEK 1 Op www.etv.nl kunt u verschillende filmpjes bekijken over muziek. Een leuk programma om te bekijken is Wereldritmes. In dit programma worden verschillende muzieksoorten uit verschillende delen van de wereld besproken. PRAKTIJK Opdracht 15. Kijk in de praktijk. PRAKTIJKOPDRACHT De opdracht bij deze les is: Luister naar drie verschillende radiozenders, welke muziek draaien ze? - Kies drie radiozenders. - Luister een tijdje naar de radiozender. - Welke muziek draaien ze? - Wat vindt u daarvan? - Wat is uw lievelingsmuziek? 18

HOE GAAT HET? Opdracht 16. Kent u de woorden? Kruis aan. Prachtig Klassiek muziek Moderne muziek Dansen Het ritme Gek zijn op Zingen De stem Het concert Geloven Meegaan Kunt u ook een zin met deze woorden maken? Opdracht 17. Kunt u het in het Nederlands? Deze les ging over muziek. U heeft geleerd wat u kunt zeggen als u iets mooi vindt of er gek op bent. En u heeft geleerd om een gesprek te voeren over muziek. En u? Kunt u nu een gesprek voeren over muziek? En weet u wat u kunt zeggen als u iets mooi vindt of er gek op bent. Kunt u dat nu goed? Of een beetje? Of nog niet zo goed? Schrijf het op. Zet een kruisje. Goed Gaat wel Niet zo goed... 19

ANTWOORDBLAD Opdracht 3. 1. Klassieke muziek. 2. Moderne muziek. 3. Zingen. 4. Dansen. 5. Piano. 6. Gitaar. Opdracht 6. 1. Tangoconcert. 2. Klassiek concert. 3. Dansen, zingen, piano spelen en gitaar spelen. Opdracht 7. Let op! Dit is een voorbeeld van een samenvatting. Hierin staan de belangrijkste dingen. Uw zinnen kunnen anders zijn. Job en Ayse praten over muziek. Ayse houdt van klassieke muziek en van zingen. Ayse speelt ook piano. Job houdt van moderne muziek. Muziek waar hij op kan dansen. Hij houdt van dansen. Job speelt ook gitaar. Job vraagt of Ayse mee gaat naar een Tangoconcert. Ayse vindt het niet zo leuk, denkt ze, toch gaat ze mee. Job belooft dan dat hij ook met haar mee gaat naar een klassiek concert. Ze gaan daarna dansen, piano en gitaar spelen en zingen. Opdracht 8. Prachtig Klassiek muziek Moderne muziek Dansen Het ritme Gek zijn op Zingen Het concert Geloven Meegaan muziek die een groep mensen op dat moment maakt. denken dat iets zo is. heel mooi. muziek van vroeger, muziek die veel mensen mooi vinden. samen met iemand anders gaan. de maat van de muziek. houden van muziek die niet lang geleden gemaakt is. bewegen met je lichaam op de maat van de muziek. muziek maken met je stem. 20

Opdracht 9. 1. Als je zingt, dan gebruik je je stem. 2. Als je danst, dan beweeg je met je lichaam op de muziek. 3. Als je gelooft, dan denk je dat iets echt is. 4. Als je meegaat, dan ga je samen. 5. Als je gek bent op iets, dan vind je dat mooi. 6. Als je iets prachtig vindt, dan vind je het mooi. Opdracht 11. Eigen mening. Praat met uw taalvriend. Opdracht 12. Eigen mening. Praat met uw taalvriend. Vraag van de les: Jazz, Trance, Klassiek, Pop, Modern, Rock, Rock & Roll, Blues, R&B, Hip hop, Reggae, House, Techno, Het Levenslied, Ballroom, Latin, Aprés ski enz. 21

OEFENEN VOOR HET INBURGERINGEXAMEN Deze les over Muziek past niet in de thema s van KNS van het Inburgeringexamen. Maar eigenlijk past muziek overal. Muziek is leuk en mooi. OEFENEN VOOR HET EXAMEN LUISTEREN Luister naar het gesprek van de les. Luister via http://www.edusom.nl en / of via www.stationnederlands.nl. Maak daarbij de vragen van opdrachten 3 en 6 en maak de oefeningen van Station Nederlands. OEFENEN VOOR HET EXAMEN SPREKEN Zoek een taalvriend, iemand die goed Nederlands spreekt. Doe de opdracht 10, 11 en 13 uit deze les met uw taalvriend. OEFENEN VOOR HET EXAMEN SCHRIJVEN Bespreek de opdracht 7, 11 en 12 uit deze les met uw taalvriend. Ook kunt u oefenen met de extra opdrachten. OEFENEN VOOR HET EXAMEN LEZEN Voor het examen Lezen kunt u oefenen met de opdrachten 3 en 6 bij de tekst van de gesprekken uit deze les. Ook kunt u oefenen met de extra opdrachten. Kijk voor meer informatie over het inburgeringexamen op: http://www.inburgeren.nl/inburgeraar/examen/examen.asp Maak de voorbeeldexamens. Beginnersles 42 van Station Nederlands gaat ook over het examen. 22

Extra Opdracht 1. Leesopdracht Lees de tekst van internet en beantwoord de vragen. 1. Waarover geeft deze pagina informatie? a. Over verkeer en routes. b. Over televisieprogramma s. c. Over bioscopen en films. 2. Over welke dag geeft deze pagina informatie? a. Donderdag 1 augustus b. Vrijdag 2 augustus. c. Zaterdag 9 september. 3. Op welke kanalen kun je naar Nieuwsuur kijken? a. Op RTL4. b. Op Veronica. c. Op Nederland 2. 4. Je wilt vanavond een film over muziek kijken: naar The Sound of Music. Hoe laat begint deze film? a. Om 20 uur. b. Om 20.30 uur. c. Om 22 uur. 23

24

Extra Opdracht 2. Leesopdracht Bekijk de pagina met films en beantwoord de vragen. 1. Hoe laat begint de film Nadine? a. Om 14 uur. b. Om 20.30 uur. c. Om 22.15 uur. 2. Op welk kanaal wordt de film Brokeback Mountain uitgezonden? a. Op TV 5. b. Op NET 5. Op RTL 8. 3. U wilt een komedie kijken. Welke film kiest u? a. L ínnocent. b. Frère et Soeur. c. Largo Winch. 4. De IMDB geeft een alle films een cijfer. Een hoger cijfer betekent een betere film. Welke film krijgt van IMDB het laagste cijfer? a. L ínnocent. b. Les hommes libres. c. Largo Winch. 5. Welke film zou u wel willen zien? Kies een film en schrijf op waarom u die film wilt zien. 25

26

Extra Opdracht 3. Kijk, luister en schrijf 1. Bekijk de film over Surinaamse muziek van het programma Wereldritmes op http://www.etv.nl/index.cfm?act=programma.speel&flm=&pid=83&aid=167 2. Wat vindt u van deze Surinaamse muziek? Schrijf het op in drie regels. Extra Opdracht 4. Kijk, luister en schrijf 1. Bekijk de film over Jazz muziek van het programma Wereldritmes op http://www.etv.nl/index.cfm?act=programma.speel&pid=83&aid=165 2. Wat vindt u van deze Jazz muziek? Schrijf het op in drie regels. Extra Opdracht 5. Kijk, luister en schrijf 1. Bekijk de film over Braziliaanse muziek van het programma Wereldritmes op http://www.etv.nl/index.cfm?act=programma.speel&pid=83&aid=166 2. Wat vindt u van deze Braziliaanse muziek? Schrijf het op in drie regels. 27

ANTWOORDBLAD OEFENEN VOOR HET INBURGERINGSEXAMEN Extra Opdracht 1. 1. Waarover geeft deze pagina informatie? b. Over televisieprogramma s. 2. Over welke dag geeft deze pagina informatie? a. Donderdag 1 augustus 3. Op welke kanalen kun je naar Nieuwsuur kijken? c. Op Nederland 2. 4. Je wilt vanavond een film over muziek kijken: naar The Sound of Music. Hoe laat begint deze film? b. Om 22.30 uur. Extra Opdracht 2. 1. Hoe laat begint de film Nadine? c. Om 22.15 uur. 2. Op welk kanaal wordt de film Brokeback Mountain uitgezonden? b. Op NET 5. 3. U wilt een komedie kijken. Welke film kiest u? b. Frère et Soeur. 4. De IMDB geeft een alle films een cijfer. Een hoger cijfer betekent een betere film. Welke film krijgt van IMDB het laagste cijfer? c. Largo Winch. 5. Welke film zou u wel willen zien? Kies een film en schrijf op waarom u die film wilt zien. Bespreek wat u geschreven heeft met uw taalvriend. Extra Opdrachten 3, 4 en 5. Bespreek wat u geschreven heeft met uw taalvriend. 28