KRINGLOOPSPEL Afval=Grondstof



Vergelijkbare documenten
KRINGLOOPSPEL Afval=Grondstof

Hand-out digiboard presentatie

Wie weet wat Avri doet?

Inhoudsopgave. Inhoud van de leskist

1. Ga naar buiten bij de parkeerplaats en verzamel bij de afvalcontainers. Opdracht: Teken de afvalbakken na en schrijf erbij welk afval erin

Afval scheiden. Yvonn van de Grootevheen. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Nederlands in Uitvoering

AAN DE SLAG MET AFVAL HANDLEIDING EEN UUR AFVALLES

Zeg ook JA tegen afval scheiden.

handleiding 1. Inleiding 2. Achtergrondinformatie

BORDSPEL: PERSOONLIJK TRIVIANT

Wat moet je doen? Lees de informatie in dit pakketje

Onderzoek Omgekeerd Inzamelen tweede fase

Op weg naar een circulaire economie

Samen kunnen meer met afval

Veel gestelde vragen nieuwe inzamelwijze afval maart 2017

Inhoudsopgave. Inhoud van de leskist

1 1. Bent u een man of een vrouw? 1 antwoord per respondent. Aantal respondenten: 405. Antwoord Aantal Percentage. 1. Vrouw % 2.

I LOVE AFVAL SCHEIDEN! JIJ OOK?

Papier maken in de klas

2 > Kerndoelen > Aan de slag > Introductie van de manier van werken > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27

INTRODUCTIE VOOR DE LEERLINGEN

Doelgroep: groep 7 en 8 (voor groep 5 en 6 is opdracht 7 vondsten zoeken meer geschikt)

DOCENTEN HANDLEIDING. Groepen 7 & 8 van het basisonderwijs

LESBRIEF LES 2 DE THT-LES SAMENVATTING LES 2 BENODIGDHEDEN DUUR LESDOELEN WERKVORMEN LINK ZAAKVAKKENINHOUD VOORBEREIDING

Waar blijft m'n blikje

Inleiding Het spel Algemeen doel van het spel

Materiaal keuzes. Globaal genomen zijn er 4 basis functies denkbaar waarom men het product wilt verpakken.

Omgekeerd afval inzamelen. Waar zijn we in Stichtse Vecht mee bezig?

Langer plezier van karton en papier

Beestenbende SLODDERVOSSEN

Duik eens in uw afval en ontdek de grond stoffen van de toekomst

Inhoudsopgave. Bijlage:

Duurzaamheid. Sander Niessing. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

en zelfbeeld Lichamelijke ontwikkeling Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Kinderboeken: Les 1: Wie ben ik Lesoverzicht

WERKBOEK AANBIEDERS RONDE 1 WERKBOEK AANBIEDERS RONDE 1

Afval Anne en de Sorteerbrigade

GROEP 7 EN 8 AFVALSCHEIDEN!

Van afval naar grondstof. Informatie en tips over GFT scheiden

Handleiding Afvalspel groep 3 en 4

BREEK DE MACHT KORTE OMSCHRIJVING SPEL SPELDOELEN LEERDOELEN AANTAL DEELNEMERS

Jongerentalentenspel als voorbereiding op een maatschappelijke stage of vrijwillige inzet HANDLEIDING

Klassengesprek - knutselen. Open de envelop, laat de foto zien en lees samen de brief:

AAN DE SLAG MET AFVAL HANDLEIDING EEN UUR AFVALLES

Inhoud Voor de leerling Voor de leraar Algemeen

Het is een wonder! Onderwijsprogramma over de Heilig Bloedprocessie van Boxtel groep 5-6 en groep 7-8 primair onderwijs.

Produceren en milieu vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Tekenen met Licht. It s your time to shine!

Bewonersonderzoek over afvalinzameling in Sliedrecht

Algemene doelen en de link met de vakoverschrijdende eindtermen vind je in de handleiding bij dit lespakket.

recyclage van kunststof

van duurzaam tot circulair

AAN DE SLAG MET AFVAL HANDLEIDING EEN UUR AFVALLES

ACTIEFICHE - BASIS ACTIE DIAMANT: GEEF SCHOOLGERIEF EEN LANGER LEVEN. Wat is er aan de hand? duurzame school straffe school

Nou jaaaa! Wijzigingen afvalinzameling Veenendaal per 1 januari Een folder om te bewaren Hou m apart!

PRAKTISCHE HANDLEIDING

Duurzaamheid. De voordelen van blikverpakkingen

LESBRIEF LES 2 DE THT-LES SAMENVATTING VOORBEREIDING BENODIGDHEDEN DUUR LESDOELEN LEGENDA. Het waarom van voedselverspilling

Campagneteksten glas en papier

lesprogramma Duurzaamheid les 1: maken Cradle to Cradle uitgelegd voor kinderen

HET NIEUWE INZAMELEN IN SLIEDRECHT

De kritische consument

Examenopgaven VMBO-BB 2003

In de vorige les heeft de docent uitleg gegeven over oligopolie. Leerlingen hebben ook opdrachten gemaakt die klassikaal werden besproken.

Zoek de. 10 verschillen

De Chipsfabriek. Bijlage 1

Introductie. De kit bestaat uit verschillende materialen en een DVD. Op de DVD staan de volgende bestanden: Handboek over Gebouwen, met animaties;

De toekomst is dichterbij dan je denkt

Doe-opdrachten Aan de slag met afval. Groep 1-2-3

Uitgeverij Schoolsupport

onderzoek werkblad naam: Biodiversiteit les & In de klas Buiten - zoekkaart Bodemdiertjes of site dierenzoeker.nl of de app dierenzoeker

spelregels Paul de Leeuw

Inleiding op het lespakket. Blz. 3. Het verhaal van Musa Blz. 4. Even voorstellen, Inleiding op Musa in de klas. Blz. 5

AAN DE SLAG MET AFVAL DOE-OPDRACHTEN Groep 1-2-3

Energie. Docentenhandleiding. Lesmateriaal onderbouw havo/vwo. Dit lesmateriaal is voor gebruik in NEMO

Lesmateriaal. groep 3-4 van het basisonderwijs

Klas 4m2 Economie Leerling instructie Koehandel

Vincent-stripverhaal MAKEN VOELEN SAMENWERKEN KIJKEN. Expertisecentrum Kunsttheorie Primair Onderwijs

Een goede vangst! Een goede vangst

Architectuur. Naam: Klas:

Hoofdstuk 13. Afval en milieu

SPELREGELS SPELMATERIAAL BIG BROTHER VOORBEREIDING roddeltabel confrontatiekaarten camerakaarten de 20 stemkaartjes SPELVERLOOP 4 spelers

LESPAKKET DE 9 LEVENS VAN VAN BOMMEL

Handleiding WasteTool voor gemeenten. Registratie verpakkingsafval

Vragen en antwoorden

Een product begint als grondstof en daarna word het verwerkt tot een eindproduct.

10. Rondleiding in het museum

Duurzaamheid hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Kopen en milieu vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Taak Wie ben ik? Groep Zwaarte Vakgebied Voorbereiding Rol leerkracht Kerndoelen Code ariq,

Spelregels IK BOX spel (3 of 4 personen)

Van afval naar grondstof

Elektriciteit en stroom, wat is het? Proefjes met stroom en electriciteit

Buurtvoorzieningen hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

PROCES DEELOPLOSSINGEN EN VERBETERINGEN VERZINNEN

Anne Frank. Lezen & schrijven. met. Laat het ons weten! Handleiding voor de docent en de tentoonstellingsbegeleider. (Werkboek 1)

Cradle to Cradle - Hype of toekomst

Wat stelt De Nationale DenkTank 2012 voor om de voedselketen te verduurzamen*?

Doe je spreekbeurt over afval en Attero COLA

Transcriptie:

KRINGLOOPSPEL Afval=Grondstof Colofon: Het Kringloopspel is ontwikkeld in opdracht van MARN, ARN, Dar, Gemeente Ede en ACV jan 2014 Het Kringloopspel is ontwikkeld door MEC Nijmegen en Het Dijkmagazijn Beuningen, Illustraties Dolf Oosterhoff Het Kringloopspel is voor niet-commerciële doeleinden vrij te downloaden en te gebruiken. Voor elk ander gebruik is schriftelijke toestemming nodig van de ontwikkelaars.

SAMENVATTING In het kringloopspel spelen leerlingen de rol van een grondstof. Door enkele leerlingen, die de rol van Fabrikant, Gebruiker en Afvalbedrijf spelen, worden de grondstoffen gebruikt, weggegooid, gescheiden of hergebruikt. Welke grondstoffen lukt het om met zelfbedachte spelregels zo lang mogelijk in de kringloop te blijven? Spelduur: 1 tot 1,5 uur Niveau: Basisonderwijs groep 7 en 8 en middelbaar onderwijs klas 1 Aantal leerlingen: minimaal 10 en maximaal 30 leerlingen Locatie: gymzaal of leeggeruimd klaslokaal of schoolplein Benodigdheden: drie tafeltjes, 24 pennen of potloden, verzamelde voorbeeldvoorwerpen (minimaal 40 stuks, zie bestand voorbeeldvoorwerpen) dat bestaat uit één soort grondstof en meerdere grondstoffen, geprint lesmateriaal voor de 5 rondes (bestand Instructiekaarten). Doelen: - leerlingen leren wat grondstoffen zijn - leerlingen leren wat een kringloop is en het belang van hergebruik - leerlingen ervaren dat Fabrikanten, Gebruikers en Afvalbedrijven moeten samenwerken om grondstoffen in de kringloop te houden - leerlingen bedenken zelf welke spelregels van belang zijn bij het in stand houden van de kringloop van de grondstoffen Het kringloopspel bestaat uit vijf rondes: 1 introductie - analyse van voorwerpen op grondstoffen, 10 minuten 2 kringloopspel zonder scheiding, 15 minuten 3 analyse van mogelijkheid van scheiden in grondstoffen, 5 minuten 4 kringloopspel met scheiding, 20 minuten, 5 analyse van herbruikbaarheid voor de kringloop - nabespreking, 10 minuten TIP: bekijk voor het lezen van deze handleiding de instructiefilm. De film geeft een beeld met uitleg van het verloop van het spel en maakt snel veel duidelijk. 2

TREFWOORDEN/GEBRUIKTE BEGRIPPEN Afvalbedrijf: de verzamelaar en verwerker van de weggegooide voorwerpen en grondstoffen. Fabrikant: de producent van voorwerpen die zijn gemaakt van grondstoffen. Gebruiker: de koper van voorwerpen die na gebruik worden weggegooid. Grondstof: het materiaal waarvan een voorwerp is gemaakt. In dit spel zijn dat metaal, kunststof of een natuurlijke grondstof (zoals hout). Andere soorten grondstoffen blijven buiten beschouwing. Kringloop: grondstoffen terugwinnen uit voorwerpen om opnieuw te gebruiken. Spelregel: een korte beschrijving van hoe een grondstof wel of niet gebruikt wil worden en waar de Fabrikant, Gebruiker en Afvalbedrijf zich aan moeten houden. Voorwerp: een product dat wordt gekocht en dat als afval wordt weggegooid. Het bestaat uit grondstoffen. VOORBEREIDING 30 tot 40 voorwerpen verzamelen (zie voorbeelden bestand Voorbeeldvoorwerpen ) die uit elkaar gehaald mogen worden. Als alternatief kunnen de kaartjes van het bestand Voorbeeldvoorwerpen worden geprint. Eventueel gereedschap (tangen, scharen) voor het uit elkaar halen van voorwerpen. Bestand Instructiekaarten enkelzijdig printen op wit A4 papier (32 pagina s) en kaarten voor de grondstoffen metaal, kunststof en natuurlijke grondstof snijden. Parcours volgens onderstaande opstelling uitzetten. Leerlingen die Fabrikant, Gebruiker en Afvalbedrijf spelen staan aan de binnenkant van de kringloop achter hun tafeltje, grondstoffen lopen om de buitenkant. 3

RONDE 1: INTRODUCTIE - ANALYSE VAN VOORWERPEN OP GRONDSTOFFEN TIJD: 10 MINUTEN. NODIG: VOORBEELDVOORWERPEN EN INSTRUCTIEKAARTEN RONDE 1 Doel introductie: Leerlingen weten dat ze een spel gaan spelen waarin ze meemaken wat een kringloop van grondstoffen is en dat ze spelregels gaan bedenken om als grondstof zo lang mogelijk in de kringloop te blijven. Activiteit: Laat leerlingen de collectie voorwerpen zien. Geef een korte toelichting. Er gaat een spel gespeeld worden in vijf rondes, waarbij de meeste leerlingen zelf de rol krijgen van de grondstoffen waar deze voorwerpen van gemaakt zijn. Let op: Leerlingen worden op de instructies ook met de term grondstof aangesproken! Het doel van het spel is om zo lang mogelijk in het spel mee te kunnen doen. Doel analyse: Leerlingen kennen het begrip grondstof, de grondstoffen metaal, kunststof en natuurlijke grondstof. Vraag: Wie weet waar de getoonde voorwerpen van gemaakt zijn? Wie kan voorbeelden van de grondstoffen metaal, kunststof en natuurlijke grondstof noemen? Kennen leerlingen de trefwoorden fabrikant, gebruiker (consument), afvalbedrijf, grondstof, metaal, kunststof, natuurlijke kunststof en kringloop en kunnen ze er voorbeelden van geven? Corrigeer misvattingen. In het spel komen deze trefwoorden weer terug en worden dan duidelijker. Activiteit: Vraag leerlingen een deel van de voorwerpen te scheiden (let op: wel veilig slopen) naar de drie soorten grondstoffen waarvan ze zijn gemaakt. Gebruik voor het sorteren de Instructiekaarten Ronde 1. RONDE 2: KRINGLOOPSPEL ZONDER SCHEIDING TIJD: 15 MINUTEN NODIG: VOORBEELDVOORWERPEN EN INSTRUCTIEKAARTEN RONDE 2 Doel: Leerlingen spelen de grondstoffen in de kringloop na en ervaren dat de kringloop stagneert als grondstoffen als zwerfafval of als verbrandingsresten verdwijnen uit de kringloop. Vraag: Wat gebeurt er met grondstoffen die door de Fabrikant, Gebruiker en Afvalbedrijf gebruikt worden en waar blijven ze? Waardoor stopt het spel op een bepaald moment? Activiteit: Twee leerlingen spelen de rol van Fabrikant, twee leerlingen zijn Gebruiker en twee leerlingen zijn Afvalbedrijf. Zij nemen hun plaats in op het parcours achter hun tafeltje, krijgen vervolgens Instructiekaarten Ronde 2 en lezen hun instructies goed door. Leg de Instructiekaarten Ronde 2 voor Voorraad, Zwerfval en Verbrandingsresten op hun plaats. Alle andere leerlingen spelen een van de drie grondstoffen Kunststof, Metaal en Natuurlijke grondstof. De leerlingen worden gelijkelijk verdeeld over deze drie grondstoffen. Zij krijgen de materiaalkaarten in de hand om te laten zien welke grondstof zij spelen. Zij nemen hun plaats in bij de Voorraad grondstoffen van de Fabrikant. De Fabrikant beslist welke voorwerpen gemaakt worden aan de hand van verzamelde voorwerpen of geprinte kaartjes. Ze lopen daarna buiten de tafeltjes om naar de gebruiker. Docent is de spelleider. 4

BELANGRIJK: Oefen eerst met twee voorbeelden zodat leerlingen het spel begrijpen: De Fabrikant maakt van één soort grondstof een voorwerp. Bijvoorbeeld van Metaal een paperclip. Een Metaalleerling loopt naar de Gebruiker met een paperclip in zijn hand als voorbeeld van wat hij is. De Gebruiker beslist volgens de instructie hoe hij de paperclip weggooit. Dat kan op twee manieren. 1) Als zwerfafval: dan gaat de leerling met de paperclip in vak Zwerfafval staan en moet daar ook blijven 2) Als afval: dan gaat de leerling met de paperclip naar het Afvalbedrijf. Het Afvalbedrijf beslist dan volgens de instructie waar de grondstof Metaal (leerling) naar toe moet. In dit geval weer naar grondstoffen van de Fabrikant, die de leerling weer opnieuw kan gebruiken. Bijvoorbeeld voor een fiets of nietje. De Fabrikant maakt nu van twee verschillende grondstoffen een voorwerp. Bijvoorbeeld een pen van Metaal (de leerling die net nog een paperclip was) en Kunststof. De leerlingen lopen gearmd naar de Gebruiker en nemen een pen mee als voorbeeld van wat ze zelf uitbeelden. De Gebruiker koopt het voorwerp en beslist volgens instructie hoe hij de pen na gebruik weggooit. Dat kan op twee manieren 1) Als zwerfafval: dan moeten de twee leerlingen met hun voorwerp in het vak Zwerfafval gaan liggen. 2) Gooit de Gebruiker de pen weg in bak of zak als afval, dan lopen de twee leerlingen gearmd met hun pen naar het Afvalbedrijf. Het Afvalbedrijf beslist volgens de instructie wat het moet doen. In dit geval moet de pen worden verbrand. De twee leerlingen gaan samen in het vak Verbrandingsresten staan en blijven daar. Vraag aan iedereen of de instructies duidelijk zijn. Dan kan het spel beginnen. Als er geen voorwerpen meer zijn als voorbeelden die de grondstoffen kunnen meenemen, kunnen de kaartjes met Voorbeeldvoorwerpen gebruikt worden. Verloop van het spel: Het spel stopt als de Fabrikant niets meer kan maken. Het spel kan ook stoppen na een afgesproken tijd. Nabespreking: Kunnen leerlingen hun ervaringen navertellen? Wie lag al direct uit het spel? Waarom? Wie is twee of meerdere keren voor iets gebruikt door de Fabrikant? Hoe kan dat? Kunnen leerlingen aangeven waarom de kringloop stopt? Antwoord: Na verloop van tijd verdwijnen steeds meer grondstoffen uit de kringloop als zwerfafval of als verbrandingsresten. De Fabrikant kan uiteindelijk weinig of niets meer produceren als hij geen grondstoffen heeft. Welke eigenschap van een voorwerp is gunstig om in de kringloop te blijven? Antwoord: als dit voorwerp van één grondstof is gemaakt. RONDE 3: ANALYSE OP MOGELIJKHEID VAN SCHEIDEN IN GRONDSTOFFEN TIJD: 5 MINUTEN NODIG: VOORBEELDVOORWERPEN EN INSTRUCTIEKAARTEN RONDE 3 Doel: Leerlingen ervaren dat voorwerpen makkelijk, moeilijk of niet te scheiden zijn in grondstoffen. Vraag: Sorteer de voorwerpen (of hun grondstoffen) uit de eerste ronde opnieuw in: makkelijk, moeilijk en niet te scheiden in afzonderlijke grondstoffen. Leg de voorwerpen op deze instructiekaarten. Waardoor zijn sommige voorwerpen wel makkelijk te scheiden zijn en andere niet? 5

Activiteit: De al of niet gesplitste voorwerpen uit de eerste ronde worden opnieuw gesorteerd naar makkelijk, moeilijk of niet te scheiden grondstoffen. Gebruik hiervoor de Instructiekaarten Ronde 3. RONDE 4: KRINGLOOPSPEL MET SCHEIDING TIJD: 20 MINUTEN NODIG: VOORBEELDVOORWERPEN, PENNEN EN INSTRUCTIEKAARTEN RONDE 4 Doel: Leerlingen die grondstoffen spelen bedenken oplossingen om zo vaak mogelijk in de kringloop rond te gaan (ofwel: welke grondstof kan zoveel mogelijk voor een nieuw voorwerp gebruikt worden). Vraag: Bedenk als grondstof spelregels voor Fabrikant, Gebruiker en Afvalbedrijf om steeds weer opnieuw gebruikt te worden voor nieuwe voorwerpen. Activiteit: Voeg bij Fabrikant, Gebruiker en Afvalbedrijf eventueel een extra leerling toe. Geef hen de Instructiekaarten Ronde 4. Leg de Instructiekaarten voor Voorraad, Zwerfval en Verbrandingsresten op hun plaats (Instructiekaarten Ronde 4). Geef alle grondstoffen een pen/potlood om spelregels op te schrijven. Oefen eerst met een voorbeeld zodat leerlingen het spel begrijpen: De Fabrikant maakt een voorwerp van twee grondstoffen en geeft het voorwerp als voorbeeld mee. Bedenk met de groep een spelregel. Op de kaart schrijven beide grondstoffen (leerlingen) de bedachte spelregel. De Fabrikant beslist welke voorwerpen hij maakt, maar grondstoffen kunnen weigeren (volgens hun spelregels)! De grondstoffen gaan gearmd naar de Gebruiker. Die beslist volgens zijn instructie en de spelregel wat hij het met het voorwerp doet. De leerlingen lopen (eventueel apart van elkaar als ze gescheiden zijn) eventueel naar de Afvalbedrijf. Ook die volgt volgens zijn instructies en de spelregel hoe hij het voorwerp of de grondstoffen verwerkt. Grondstoffen die als zwerfafval of verbrandingsresten op een hoop liggen mogen spelregels bedenken om langer in de kringloop te blijven. Op de Spelregels (ik wil wel.ik wil niet.) kan de leerling zelf beschrijven hoe een Fabrikant, Gebruiker of Afvalbedrijf hem als grondstof wel of niet mag gebruiken. De spelleider beoordeelt of de door de leerling bedachte spelregel voldoende is en geeft aan wanneer grondstoffen weer mee mogen doen in het spel. Die grondstoffen gaan naar de Voorraad grondstoffen van de Fabrikant. Het voorbeeldvoorwerp (of kaartje) laten ze achterin het vak Zwerfafval of Verbrandingsresten. Vraag aan iedereen of de instructies duidelijk zijn. Dan kan het spel beginnen. Als er geen voorwerpen meer zijn als voorbeelden die de grondstoffen kunnen meenemen, kunnen de kaartjes met voorwerpen gebruikt worden. Verloop van het spel: Leerlingen die goede spelregels opstellen kunnen langer in de kringloop blijven. Het spel stopt na een afgesproken tijd of als de Fabrikant niets meer kan maken. 6

RONDE 5: ANALYSE OP HERBRUIKBAARHEID VOOR DE KRINGLOOP - NABESPREKING TIJD: 15 MINUTEN NODIG: VOORBEELDVOORWERPEN EN INSTRUCTIEKAARTEN RONDE 5 Doel analyse: Leerlingen weten welke voorwerpen geschikt zijn voor de kringloop en welke niet. Vraag: Welke voorwerpen zijn wel geschikt voor de kringloop en welke niet? Activiteit: De voorwerpen worden opnieuw gesorteerd naar geschikt voor de kringloop en ongeschikt voor de kringloop. Gebruik voor het sorteren de Instructiekaarten Ronde 5. Nabespreking: Aan de hand van uitgetekende situatie op bord (kringlooproute, met Fabrikant, Gebruiker en Afvalbedrijf, Zwerfafval en Verbrandingsresten) geven leerlingen aan waar de kringloop stil staat, of juist niet. Vraag eerst wat de ervaringen van de Fabrikant, Gebruiker en Afvalbedrijf zijn? Wat zijn de ervaringen van de grondstoffen? Wie is het vaakst gebruikt voor nieuwe voorwerpen? (Metalen: die zijn na verbranding met magneten weer als grondstof terug te winnen.) Hoe is dat gelukt? Welke eigenschappen hebben voorwerpen die geschikt zijn om in de kringloop te blijven? (Ofwel: welke spelregels werken wel om de kringloop in stand te houden en waarom? Welke werken niet en waarom niet?) Antwoord: voorwerpen die geschikt zijn voor de kringloop bestaan uit één soort grondstof, of uit meerdere verschillende grondstoffen die makkelijk uit elkaar te halen zijn. Te strikte gebruiksregels zetten het productieproces stil. Bijvoorbeeld: ik wil nooit gecombineerd worden met een andere grondstof beperkt de Fabrikant enorm. Bepaalde voorwerpen zijn dan niet meer te maken. Of het levert voorwerpen op die onhandig te maken of te gebruiken zijn (bijvoorbeeld een volledig metalen auto is zwaar en duur in energiegebruik). De spelregel Ik wil nooit verbrand worden kan het Afvalbedrijf niet toepassen als een voorwerp niet te scheiden is in de afzonderlijke grondstoffen. Op welke manier kunnen de Fabrikant, Gebruiker of het Afvalbedrijf de kringloop verstoren? Antwoord: door grondstoffen te combineren die niet meer te scheiden zijn, door zwerfafval weg te gooien en door voorwerpen te verbranden. Het Afvalbedrijf wil graag grondstoffen produceren. Waarom? Antwoord: grondstoffen blijven in de kringloop en kunnen dan weer opnieuw gebruikt worden, de grondstoffen worden verkocht aan de Fabrikant. Op welke manier kan het Afvalbedrijf zelf zoveel mogelijk grondstoffen produceren? Antwoord: Het Afvalbedrijf kan technieken toepassen om afval te scheiden in hun grondstoffen (bijvoorbeeld metalen met magneten terugwinnen.) Het Afvalbedrijf kan zwerfafval verzamelen (kost energie) om er grondstoffen uit terug te winnen Op welke manieren kunnen Fabrikant en Gebruiker het Afvalbedrijf helpen om de grondstoffen in de kringloop te houden? Antwoorden: 7

De Fabrikant maakt voorwerpen die door de Gebruiker of het Afvalbedrijf gemakkelijk te scheiden zijn in aparte grondstoffen en daardoor herbruikbare grondstoffen kunnen opleveren. De Gebruiker kan weigeren om voorwerpen te kopen die de kringloop verstoren, waardoor de Fabrikant de productie van die voorwerpen zal stoppen. De Gebruiker gooit geen zwerfafval weg. De Gebruiker kan zelf afval gescheiden aanbieden (bijvoorbeeld glas, papier, blik) zodat de Fabrikant er gemakkelijker grondstoffen uit kan terugwinnen Verder kan de Gebruiker voorwerpen hergebruiken (kringloopwinkel, repairshop). Dit vergroot het aantal keren dat iets gebruikt wordt (gaat dan niet vaker door de kringloop, spaart wel energie). 8