Slim nalaten en schenken



Vergelijkbare documenten
CISKA SIKKEL-SPIERENBURG NIEUWE EDITIE MET CIJFERS 2015

SLIM NALATEN & SCHENKEN

CISKA SIKKEL-SPIERENBURG SLIM NALATEN & SCHENKEN

CISKA SIKKEL-SPIERENBURG

CISKA SIKKEL-SPIERENBURG SLIM NALATEN & SCHENKEN

slim nalaten & schenken

Erfrecht. Mr. Caroline de Maat Fikkers notarissen BAS Bergen op Zoom 27 januari 2015

Samenwonen of trouwen

Wezep / Oldebroek Erfrecht, eigen baas met testament

Mr H.M.L. Simons, notaris Notariskantoor Kunderlinde Voerendaal

Voor het leven geregeld: het erfrecht vanaf 1 januari 2003

Aanvaarden Het accepteren van een erfdeel, inclusief de schulden. Hierdoor wordt iemand erfgenaam.

NIBE-SVV, 2015 OEFENEXAMEN SCHENK- EN ERFWIJZER

Testament & overlijden

HET SAMENLEVINGSCONTRACT EN DE TESTAMENTEN DAARBIJ (UITGAVE 2012) HET SAMENLEVINGSCONTRACT. Partnerpensioen

Voor het leven geregeld: het erfrecht vanaf 1 januari 2003

Hoofdstuk 1 - Het huwelijksvermogensrecht

OUDERS EN KINDEREN: HET ERFRECHT

Rouwenhorst & Rouwenhorst Notarissen te Delden

info &boon tips & boon

Mr H.M.L. Simons, notaris Notariskantoor Kunderlinde Voerendaal

Enkele belangrijke Wijzigingen in de Successiewet per 1 januari 2010

Informatiefolder: Erfenis, schenken en woningwaarde

SAMEN WONEN. klaar voor de notaris deel 2 ELLE VAN GOMPEL & DESIRÉE LAUREIJ

1 januari 2003: Nieuw Erfrecht Voor het leven geregeld

Wat nu met de (gewijzigde) erfbelasting?

Estate planning Fiscaal voordelig vermogen nalaten

Successiewet -- Deel 1

Hoe kunt u voordelig vermogen overdragen aan uw kinderen? Schenken en Erven.

Fiscaal voordeling vermogen nalaten

GOEDE REDENEN OM EEN TESTAMENT TE MAKEN

Inhoudsopgave. Voorwoord... XIII Introductie... XIV. Wat is van wie? 1. U bent gehuwd Inhoudsopgave

Voor het leven geregeld: het erfrecht vanaf 1 januari 2003

H4 Wettelijk erfrecht

HOE REGEL IK MIJN NALATENSCHAP?

Hoe regel ik mijn nalatenschap?

ESTATE PLANNING. I. Schenking

HOE REGEL IK MIJN NALATENSCHAP? Alles over erven, uw testament en erfrecht op een rijtje.

ERFRECHT. hoe regel ik mijn nalatenschap? Alles over erven en erfrecht op een rijtje

HOE REGEL IK MIJN NALATENSCHAP?

Ciska Sikkel-Spierenburg. Scheiden. Financiële en juridische aspecten

ERFENIS, TESTAMENT EN SLIM SCHENKEN

Mijn. erfenis. regelen.

testament Nieuwe editie met cijfers 2013 & overlijden ciska sikkel-spierenburg

TESTAMENT & OVERLIJDEN. NIEUWE EDITIE met cijfers 2014 CISKA SIKKEL-SPIERENBURG

Juridische begrippen in begrijpelijke taal

Schenkings- en successierecht

hoe regel ik mijn nalatenschap? Alles over erven en erfrecht op een rijtje

INA HOUWING & SASKIA MOS-VAN GOOL HET LEVENS TESTAMENT. klaar voor de notaris deel 1

Waarom een testament?

Erfrecht voor leken. Korte uitleg van het erfrecht in begrijpelijke taal

ESTHER VAN AS & JOLINE KRONENBURG-DE JONGE DE ROL VAN DE EXECUTEUR. klaar voor de notaris deel 3

testament Nieuwe editie met cijfers 2013 & overlijden ciska sikkel-spierenburg

Nalaten en erven Erfrecht. Wet sinds 2003

VERGELIJKING HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMEWONEN

De rol van de executeur

SAMENLEVINGVORMEN EN SAMENLEVINGSCONTRACT

Onbezorgd ouder worden. Ouder worden en zorg. Deel I Ouder worden en zorg. Wat is het probleem? Eigen bijdrage zorgkosten. Wanneer?

Waarom zijn nalatenschappen belangrijk voor DierenLot?

Rivierdael Netwerk Notarissen Venlo

Voor het geval dat...

Wet schenk- en erfbelasting

5. Testamentair erfrecht

TOELICHTING OP JE SAMENLEVINGSOVEREENKOMST EN TESTAMENTEN

Erfrecht. Wat gebeurt er na iemands overlijden met zijn vermogen?

Radartestament. En andere interessante fiscale en juridische varia

Het webinar is terug te kijken door op deze link te klikken. Het stellen van vragen is vanzelfsprekend niet meer mogelijk.

Belastingadviesbureau Groenemans WELKOM. Henk Groenemans CB RB Msc. Register Belastingadviseur

HOE REGEL IK MIJN NALATENSCHAP?

Goed geven! Dirk Vercoutter van testament.be 20/09/14

NOTARISKANTOOR ZWANIKKEN Blad: 1-20 Vijverlaan HL Velp tel.: fax : ERFRECHT

Veel gestelde vragen over erven

ERFENIS, SCHENKING EN SUCCESSIERECHTEN. Advocaten Meersman & Van Keer Willem Tellstraat GENT

VISSER VAN DEN BROEK NETWERK NOTARISSEN. Schootense Loop 2 Helmond

Samenwonen, en dan...

FAQ Schenkingen en Legaten

1.1. Lijst van gebruikte begrippen en afkortingen. Successiewet Successiewet Burgerlijk Wetboek

De tweetrapsmaking in het nieuws!

Financiële Planning. Nabestaandenpensioen in de SPMS regeling Erfrecht Successiewet, schenk- en erfbelasting Eigen bijdrage AWBZ

Oude Delft CD Delft Postbus CW Delft tel fax Waarom een testament?

Is er leven na de dood?

Zeker van uw zaak en zorg voor uw gezin

Nieuwe Successiewet 2010 (Schenk- en Erfbelasting)

Bewindvoerderschap. Curatele, bewind en mentorschap

Estate planning. Inventarisatie van civiel- en fiscaalrechtelijke gevolgen bij overgang van vermogen. Hulpmiddel Schijf van vijf. Géén schenkbelasting

Onder voorwaarden getrouwd of geregistreerd

Uw recht bij geldzaken

Deel 1 - U bent gehuwd. Wat betekent dit voor uw bezittingen?

Presentatie ZijActief

Optimaal vermogen overdragen aan uw kinderen

RB EINDEJAARSTIPS EN AANDACHTSPUNTEN Erven en schenken

Voorwoord. Ik dank u voor uw interesse en verwelkom u graag op mijn kantoor. Fenneke Koster-Joenje, notaris

In enkele artikelen van mijn hand is ingegaan op het Franse erfrecht. Naast het civiele recht, speelt echter ook het fiscale recht: de erfbelasting.

1. Onterven. 2. Generatiesprong

Een. erfenis. afwikkelen.

TESTAMENT HERROEPING ONGEHUWD OVERLIJDEN mijn Partner

Testamenten en erfgenamen met een verstandelijke beperking

VOORBEELD. Voorbeeld: Als de nalatenschap 100 bedraagt en er naast de langstlevende partner drie kinderen zijn, erft

A. Vaste kosten Het opmaken en passeren van de akte houdende een Nederlandse verklaring van erfrecht:

Transcriptie:

Slim nalaten en schenken

Ciska Sikkel-Spierenburg Slim nalaten en schenken Zo doet u dat

14 e druk, mei 2010 Copyright 2010 Consumentenbond, Den Haag Auteursrechten op tekst, tabellen en illustraties voorbehouden Inlichtingen Consumentenbond Auteur: mr. ing. Ciska Sikkel-Spierenburg Verder werkte mee: mr. Jaap van Straaten Eindredactie: Georgie Dom Grafische verzorging: Het vlakke land, Rotterdam Foto omslag: Van Beek Images isbn 978 90 5951 1378 nur 822 Behoudens uitzonderingen door de wet gesteld, mag zonder schriftelijke toestemming van de rechthebbende op het auteursrecht c.q. de uitgever van deze uitgave, door de rechthebbende(n) gemachtigd namens hem op te treden, niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of anderszins, hetgeen ook van toepassing is op de gehele of gedeeltelijke bewerking. De uitgever is met uitsluiting van ieder ander gerechtigd de door derden verschuldigde vergoedingen voor kopiëren, als bedoeld in artikel 17 lid 2, Auteurswet 1912 en in het KB van 20 juni 1974 (Stb. 351) ex artikel 16B Auteurswet 1912, te innen en/of daartoe in en buiten rechte op te treden. Hoewel de gegevens in dit boek met grote zorgvuldigheid zijn bijeengebracht, aanvaardt de uitgever geen aansprakelijkheid voor eventuele (zet)fouten of onvolledigheden. De uitgever heeft ernaar gestreefd de rechten van derden zo goed mogelijk te regelen; degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich tot de uitgever wenden.

Inhoud Inleiding 7 1 Nalaten en erven 11 1.1 Wie laat na? 11 1.2 Wie erft? 11 1.3 Wie erft niet? 14 1.4 Plaatsvervulling 15 1.5 Wettelijke verdeling 16 1.6 Wettelijke rechten langstlevende 20 1.7 Zelf bepalen wie erft 21 1.8 Testament, hoe en wat 22 1.8a Kosten testament 23 1.9 Codicil, hoe en wat 24 1.10 Samenlevingscontract 25 1.11 Verblijvingsbeding 26 1.12 Overnamebeding 27 1.13 Aandachtspunten voor bij de notaris 28 2 Afwikkeling van de nalatenschap 29 2.1 Wat is een nalatenschap? 29 2.2 Bezittingen 32 2.3 Schulden 33 2.4 Waardevaststelling 34 2.5 Aanvaarden of verwerpen 36 2.5a Aanvaarden 36 2.5b Beneficiair aanvaarden 37 2.5c Verwerpen 37 2.6 Begrafenis- en crematiekosten 38 2.7 Wat krijgen uw erfgenamen? 38 2.8 Inbreng van schenkingen 39 2.9 Legitieme portie 41 2.9a Berekening hoogte legitieme portie 43 2.9b Stiefkinderen 45 2.10 Legaten en lasten 46 2.10a Legaat 46 2.10b Testamentaire last 48 2.11 Wat gaat naar de fiscus? 49 2.12 Verklaring van erfrecht 50 2.13 Hoe wordt verdeeld? 51 2.13a Minderjarige kinderen 52 2.13b Soorten verdelingen 52 2.13c Uitstel van verdeling 53 2.14 Wilsrechten 54 2.15 Wat kunt u zelf regelen? 57 3 Erfbelasting 59 3.1 Wat krijgt de fiscus? 59 3.2 Alleen als erflater in Nederland woont? 62 3.3 Vrijstellingen erfbelasting 62 3.3a De 3/4-regel 63 3.4 Tarieven erfbelasting 64 3.5 Pensioenen en lijfrenten 64 3.6 Aangifte erfbelasting 65 3.7 Formele zaken als bezwaar en beroep 68 3.7a Proceskostenvergoeding 69 3.8 Dubbele belasting 70 3.8a Erfbelasting en schenkbelasting 70 3.8b Erfbelasting en overdrachtsbelasting 70 4 Andere fiscale gevolgen bij erven 72 4.1 Inkomstenbelasting 72 4.2 Lagere-overheidsheffingen 76 inhoud 5

4.3 Sociale uitkeringen, subsidies en persoonlijke bijdragen 76 4.3a Sociale uitkeringen 76 4.3b Subsidies 77 4.3c Persoonlijke bijdragen 79 5 Schenkingsrecht 80 5.1 Wat is een schenking juridisch? 80 5.2 Soorten schenkingen 81 5.2a Vormvereisten 82 5.3 Wie mag schenken? 83 5.4 Schenken met voorwaarden 84 5.4a Herroepen van een schenking 85 5.5 Randgevallen 86 5.6 Schenkingen en de fiscus 88 5.7 Schenkbelasting 88 5.8 Vrijstellingen en tarieven 90 5.8a Vrijstellingen 90 5.8b Tarieven 92 5.9 Aangifte schenkbelasting 92 5.10 Schenken en belasting besparen 94 5.11 Schuldigerkenningen 97 6 Andere fiscale gevolgen bij schenkingen 99 6.1 Inkomstenbelasting 99 6.2 Overdrachtsbelasting 100 6.3 Lagere-overheidsheffingen 100 6.4 Sociale uitkeringen, subsidies en persoonlijke bijdragen 101 6.4a Sociale uitkeringen 101 6.4b Subsidies 102 6.4c Persoonlijke bijdragen 104 7 Nalatenschapsplanning 105 7.1 Huwelijksvermogensrecht 105 7.2 Testamenten 108 7.2a Vruchtgebruiktestament 108 7.2b Fideï-commis de residuo 109 7.2c Keuzelegaattestament 110 7.3 Schenkingen 112 7.4 Overige mogelijkheden 113 7.4a Kapitaalverzekering 113 7.4b Lijfrenteverzekering 114 7.5 Emigratie 114 7.6 Ouder-kindsituaties 115 7.7 Alleenstaanden-situaties 116 7.8 Bijzondere situaties 117 8 Overdoen van een eigen huis 119 8.1 Uw huis in de nalatenschap 119 8.1a U heeft niets geregeld 120 8.1b Uw woning gaat per testament naar uw kinderen 120 8.2 Schenken van uw huis 121 8.2a Schenkbelasting 123 8.3 Verkopen van uw woning 123 8.4 Kwijtschelden van de koopsom 124 8.5 Vruchtgebruik 126 8.6 Huur 129 8.7 Huur tegenover vruchtgebruik 130 Begrippenlijst 132 Adressen 136 Register 137 6 slim nalaten en schenken

Inleiding In dit boek bespreken we het erfrecht zoals dat van kracht is sinds 1 januari 2003. Wanneer we verwijzen naar het erfrecht vóór deze datum, noemen we dat het oude erfrecht. Ook gaan we in op de nieuwe schenk- en erfbelasting zoals die sinds 1 januari 2010 van kracht is, en hun belangrijkste gevolgen. Uitgangspunt van het huidige erfrecht is de financiële verzorging van de achterblijvende partner (hiermee bedoelen we in dit boek de echtgenoot of de geregistreerde partner). Kinderen komen op de tweede plaats. Om de achterblijvende partner goed te beschermen, is in het wettelijk erfrecht de ouderlijke boedelverdeling de basis. De nalatenschap wordt gelijk verdeeld tussen de achterblijvende partner en de kinderen. Maar alle bezittingen en schulden gaan in eerste instantie naar de achterblijvende partner, waarbij deze partner een schuld aan de kinderen krijgt voor hun erfdelen. De kinderen kunnen hun erfdeel niet direct opeisen: hun vordering op de langstlevende partner is pas opeisbaar bij diens overlijden. Daarnaast heeft de achterblijvende partner een aantal wettelijke rechten, ongeacht de verdere verdeling van de nalatenschap. Hij mag bijvoorbeeld altijd gedurende zes maanden de echtelijke woning en de inboedel blijven gebruiken. De kinderen worden in het erfrecht niet helemaal vergeten. In sommige situaties krijgen de kinderen zogenoemde wilsrechten. Die wilsrechten kunnen zij inroepen als hun erfenis verloren dreigt te gaan, bijvoorbeeld als de langstlevende ouder hertrouwt. Zie voor een uitgebreide bespreking van de wilsrechten par. 2.14. Ook bij het wettelijk erfrecht kunnen testamenten nuttig zijn. Een testament is in ieder geval nodig als de erflater een afwijkende regeling wil treffen van de regeling in het wettelijk erfrecht. Bijvoorbeeld een testament waarbij de gehele nalatenschap in eigendom bij de kinderen komt en de langstlevende partner het vruchtgebruik van die nalatenschap krijgt. Of als anderen dan de wettelijke erfgenamen een legaat krijgen (zie par. 2.10). Het kan ook zijn dat de erflater op zich wel tevreden is met de wettelijke verdeling, maar daarop een paar aanpassingen wil. Bijvoorbeeld bepalen dat de kinderen in het geheel geen wilsrechten kunnen uitoefenen inleiding 7

of bepalen dat over de vordering van de kinderen op de langstlevende ouder een bepaald rentepercentage wordt vergoed. Een testament blijft dus nodig om maatwerk te kunnen leveren. Ook in de successiewetgeving wordt uitgegaan van een goede verzorging van de achterblijvende partner. Deze heeft een hoge vrijstelling ( 600.000) van de erfbelasting voor zijn erfdeel. Met ingang van 2010 is de successiewetgeving overigens drastisch veranderd. In de Successiewet uit 1956 is het begrip successierecht vervangen door erfbelasting en heet schenkingsrecht nu schenkbelasting. Het recht van overgang is geheel vervallen. Ook zijn de tarieftabellen vereenvoudigd er zijn nog maar twee schijven en zijn alle vrijstellingen voetvrijstellingen geworden. Dat wil zeggen dat een vrijstelling altijd van toepassing is en niet (zoals onder de oude wetgeving tot 2010) in sommige gevallen afhankelijk is van de grootte van de erfenis. Een andere ingrijpende wijziging in de successiewetgeving is de waardebepaling van de woning waarin de overledene ten tijde van zijn overlijden woonde. In het verleden hebben veel ouders hun woning aan hun kinderen verkocht of geschonken onder voorbehoud van een woongenot, zoals een vruchtgebruik. Onder de oude wetgeving tot en met 2009 hoefde over de waarde-aangroei over de periode van de schenking/ verkoop tot aan het overlijden geen successierecht te worden betaald. Vanaf 2010 wordt als waarde van de woning de WOZ-waarde voor de erfbelasting in aanmerking genomen, zodat in de verkoop of schenking van de woning aan de kinderen onder voorbehoud van een woongenot, geen erfrechtelijk voordeel meer valt te behalen. In dit boek bespreken we het erfrecht, de nieuwe erf- en schenkbelasting en het schenkingsrecht. Bij het erfrecht besteden we aandacht aan de wettelijke regeling, aan de mogelijkheden hiervan af te wijken en aan de afwikkeling van de nalatenschap. Bij de erfbelasting geven we een beschrijving van de regeling en de vrijstellingen en van enkele zaken rondom de aangifte voor de erfbelasting. We gaan kort in op enkele andere (fiscale) heffingen en subsidieregelingen, zoals de inkomstenbelasting, lagere overheidsheffingen en de sociale wetgeving. Bij het schenkingsrecht behandelen we de verschillende mogelijkheden van schenkingen en de mogelijke vrijstellingen voor de begiftigde volgens de nieuwe schenkbelasting. Ook de aangifte voor de schenkbelasting komt ter sprake en we behandelen kort enkele andere (fiscale) heffingen en subsidieregelingen. Nalatenschapsplanning, het plannen van de meest ideale combinatie van 8 slim nalaten en schenken

schenken en nalaten in uw specifieke situatie, bespreken we in hoofdstuk 7 van dit boek. Hierbij komen onder andere testamentvormen ter sprake en wordt de combinatie met huwelijkse voorwaarden besproken. Aan het overdoen van de eigen woning aan de kinderen besteden we het laatste hoofdstuk. Aan de orde komen de mogelijkheden van schenken of verkopen van de woning, met aansluitend een toelichting op de keuze tussen de woonrechten huur en vruchtgebruik. Met ingang van 2010 zijn de erfrechtelijke voordelen bij het overdoen van de woning tijdens leven aan de kinderen aanzienlijk ingeperkt. Meer hierover leest u in hoofdstuk 8. Het gebruik van vakjargon is in dit boek niet altijd te vermijden. Om het boek toch leesbaar te houden, hebben we achterin een begrippenlijst opgenomen, waarin de vaktermen in gewoon Nederlands worden uitgelegd. Ook vindt u achter in het boek een lijst van nuttige adressen. Alleenstaanden Het merendeel van de in dit boek besproken informatie en voorbeelden heeft betrekking op situaties waarin vermogen overgaat van de ene generatie naar de volgende generatie. Daarbij zijn de wettelijke regelingen, vrijstellingen en afwijkingsmogelijkheden vooral toegespitst op vermogensoverdrachten binnen een kleine, naaste familiegroep. Denk bijvoorbeeld aan overdrachten tussen ouders en kinderen of constructies met grootouders, ouders en kleinkinderen. Het gevolg van de sterke (wettelijke) aandacht voor naaste familiesituaties is dat er voor alleenstaanden of mensen zonder erfgenamen in de naaste familiekring zeer weinig fiscaalvriendelijke alternatieven zijn voor vermogensoverdracht. Waar wij wel mogelijkheden zien voor alleenstaanden, vermelden wij dit uiteraard in dit boek. inleiding 9

1 Nalaten en erven In dit hoofdstuk leest u wie kunnen erven, welke (wettelijke) regels bij het erven worden gesteld en hoe u zelf kunt bepalen wie wat van u erft. We krijgen uiteindelijk allemaal te maken met de dood. Na uw overlijden gaan uw aardse bezittingen naar uw erfgenamen of naar degenen bij wie u wilt dat deze bezittingen terechtkomen. Uw aardse bezittingen en schulden vormen uw nalatenschap. Maar uw nalatenschap gaat niet automatisch over. De verkrijgers moeten de nalatenschap ook nog aanvaarden. Twee andere keuzemogelijkheden zijn verwerpen (waarna de nalatenschap wordt aangeboden aan de opvolgende verkrijger) of beneficiair aanvaarden. Als u beneficiair aanvaardt, wilt u eerst weten waaruit de nalatenschap precies bestaat, voordat u definitief aanvaardt (zie par. 2.5b voor een uigebreide beschrijving). 1.1 Wie laat na? Degene die nalaat, is de erflater: de overledene. De erflater laat na aan zijn erfgenamen (zie par. 1.2). De erflater is altijd een persoon van vlees en bloed, een zogenoemd natuurlijk persoon. Om erflater te zijn, hoeft u geen vermogen te hebben. Op het moment dat u overlijdt, bent u de erflater, zelfs als u niets anders achterlaat dan schulden of helemaal niets achterlaat. 1.2 Wie erft? Uw wettelijke erfgenamen zijn uw bloedverwanten en uw echtgenoot (of geregistreerde partner). Het gaat hierbij om uw niet van tafel en bed gescheiden echtgenoot. Samenwonen is geen voorwaarde om als elkaars partner te kunnen worden aangemerkt. U bent van tafel en bed gescheiden als u beiden niet de intentie heeft uw levens met elkaar te delen en dit ook formeel tot uitdrukking brengt. Uw echtgenoot is de enige uitzondering op de bepaling dat alleen bloedverwanten erven. Bloedverwanten tot in de zesde graad kunnen van u erven. Als u geen erfgenamen heeft tot in de zesde graad (achterneven en -nichten), vervalt uw nalaten en erven 11

nalatenschap aan de staat (als u tenminste niet zelf iets anders heeft geregeld via een testament, zie par. 1.8). De staat wordt daardoor geen erfgenaam: de staat neemt alleen een batig saldo over en aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schulden. Om te bepalen in welke graad u verwant bent, moet u terugrekenen naar een gezamenlijke voorvader. Neem als voorbeeld uw oom, uw moeders broer. De gezamenlijke voorvader van uw moeder en uw oom is uw opa (of oma). U telt dan het aantal generaties van uw oom via uw opa naar uzelf. Van uw oom naar uw opa is één graad. Van uw opa naar uw moeder is de tweede graad. Van uw moeder naar uzelf is de derde graad. U en uw oom zijn dus bloedverwanten in de derde graad. Als u eenmaal weet in welke graad u verwant bent, kunt u ook nog bepalen of dit in de rechte linie of in de zijlinie is. En of het in de neergaande linie is of in de opgaande linie. De rechte linie is de lijn van (over)grootouders, ouders, kinderen, kleinkinderen enzovoort. De zijlinie zijn broers, zusters, ooms, tantes, neven en nichten. De neergaande linie is van de oudere generatie naar de jongere generatie, bijvoorbeeld van ouders naar kinderen. De opgaande linie is juist andersom: van de jongere generatie naar de oudere generatie, dus van kinderen naar ouders. Over het algemeen geldt: hoe nader de graad van verwantschap, des te groter de kans om te erven, des te lager de tarieven van de erfbelasting en des te hoger de vrijstellingen. De tarieven van de erfbelasting zijn het laagst voor verervingen in de rechte, neergaande linie. Voorbeelden erflater Jacob en Irene hebben drie kinderen. Jacob overlijdt. Jacob is de erflater, Irene en hun drie kinderen zijn de erfgenamen. Clarissa en Marco hebben twee maanden geleden hun eerste kind, Bobbie, gekregen. Bobbie blijkt een zeldzame hartafwijking te hebben en overlijdt binnen vier maanden. Bobbie heeft nog geen vermogen opgebouwd, toch is hij erflater. Zijn ouders Clarissa en Marco zijn zijn erfgenamen. Harold heeft geen familie meer. Hij zwerft al jarenlang door Nederland en vindt s avonds een slaapplek bij verschillende opvangcentra. Zijn enige bezittingen zijn de kleren die hij draagt. Als Harold overlijdt, is hij erflater. Dat hij geen erfgenamen heeft en geen bezittingen en schulden, is daarbij niet van belang. De wet noemt vier groepen van erfgenamen. Als in de eerste groep een erfgenaam is gevonden, wordt niet verder gekeken in de volgende groepen. Wordt in de eerste groep geen erfgenaam gevonden, dan wordt gekeken in de tweede groep. Bij een erfgenaam in de tweede groep wordt niet verder gezocht in de derde en vierde groep. In de eerste groep zitten uw kinderen en uw niet van tafel en bed ge- 12 slim nalaten en schenken

scheiden echtgenoot (geregistreerde partner). Uw kinderen zijn uw bloedverwanten in de eerste graad. u uw echtgenoot 1 e graad kinderen In de tweede groep zitten uw ouders en uw broers en zusters. Uw ouders zijn uw bloedverwanten in de eerste graad. Uw broers en zusters zijn uw bloedverwanten in de tweede graad (de eerste graad van uzelf naar uw ouders, de tweede graad van uw ouders naar uw broers/zusters). vader moeder 1 e graad 2 e graad u broer zuster In de derde groep zitten uw grootouders. Uw grootouders zijn bloedverwanten in de tweede graad. opa oma 2 e graad uw vader / moeder 1 e graad u De vierde groep wordt gevormd door uw overgrootouders. Uw overgrootouders zijn bloedverwanten in de derde graad. overgrootvader overgrootmoeder 3 e graad opa / oma 2 e graad uw vader / moeder 1 e graad u nalaten en erven 13

Andere personen dan degenen in de vier groepen kunnen niet rechtstreeks van u erven. Bloedverwanten in een verdere graad van verwantschap dan degenen in de groepen kunnen alleen bij plaatsvervulling van u erven. Verdere plaatsvervulling dan tot en met de zesde graad is niet mogelijk. Zie voor plaatsvervulling par. 1.4. Hoewel geregistreerde partners door de wetgever vrijwel altijd als gelijk aan gehuwden worden behandeld, is dit niet het geval voor kinderen uit een huwelijk of een geregistreerd partnerschap. Een kind geboren tijdens het huwelijk van zijn ouders, erft automatisch van beide ouders. Een kind geboren tijdens het geregistreerde partnerschap van zijn ouders erft alleen automatisch van zijn moeder. De bloedverwantschap met zijn vader is niet voldoende. Zijn vader moet hem eerst hebben erkend (als kind van hemzelf). Geadopteerde kinderen hebben wel familiebanden met beide adoptieouders en kunnen dus van hen erven. Aangezien de familierechtelijke banden met de biologische ouders zijn verbroken, kunnen geadopteerde kinderen niet meer automatisch, zonder testament van de biologische ouders, erven van hun biologische ouders. Pleegkinderen houden familiebanden met hun biologische ouders en kunnen van hen erven; zij kunnen dus niet automatisch van hun pleegouders erven. 1.3 Wie erft niet? De volgorde van uw erfgenamen is in de vorige paragraaf aangegeven. Maar ook al komt zo n persoon volgens de bloedverwantschap als eerste in aanmerking om van u te erven, het kan toch voorkomen dat deze niet van u erft, maar dat een volgende in de lijn van u erft. Een (naaste) bloedverwant zal niet als erfgenaam worden beschouwd als deze: onwaardig is om te erven. Hij is bijvoorbeeld onherroepelijk veroordeeld omdat hij de erflater heeft proberen te doden of een ander misdrijf tegen de erflater heeft gepleegd. Of hij heeft de erflater bedreigd bij het opmaken van een testament of ervoor gezorgd dat bijvoorbeeld een codicil geruisloos is verdwenen. De erflater kan overigens de onwaardige persoon op ondubbelzinnige wijze vergeven en hem zo weer accepteren als erfgenaam; onterfd is door uzelf (de erflater). U kunt iedere erfgenaam onterven, ook uw kinderen. Als uw kinderen het niet eens zijn met de onter- 14 slim nalaten en schenken

ving, kunnen zij nog een beroep doen op hun legitieme portie: zij hebben dan hooguit recht op een geldvordering. Anderen dan uw kinderen (of hun plaatsvervullers) kunnen niets doen tegen een onterving; van erfrecht is vervallen. Iemands erfrecht is vervallen als deze bijvoorbeeld een bepaalde last of voorwaarde bij de erfenis niet heeft uitgevoerd. Deze persoon is dan geen erfgenaam meer; de erfenis verwerpt. Verwerpen van een erfenis zal voornamelijk gebeuren als de nalatenschap negatief is: er zijn meer schulden dan bezittingen. Degene die de erfenis verwerpt, is met terugwerkende kracht naar het moment van overlijden geen erfgenaam. Verwerping wordt ook wel toegepast in het kader van nalatenschapsplanning. In dit laatste geval overtreffen de bezittingen de schulden, maar heeft degene die verwerpt andere motieven voor de verwerping, zoals bevoordeling van de eigen kinderen; eerder dan de erflater of gelijktijdig met de erflater is overleden. Zoals al eerder gesteld: als u geen testament heeft gemaakt, gaat uw nalatenschap naar de erfgenamen, zoals de wet die aanwijst. Met uitzondering van uw echtgenoot en geregistreerde partner kunnen alleen uw bloedverwanten uw erfgenamen zijn. Samenwoners erven dus niet van elkaar op grond van het erfrecht. Zij zullen een testament moeten maken om elkaar te kunnen aanwijzen als erfgenaam. 1.4 Plaatsvervulling Bij plaatsvervulling nemen de kinderen van een erfgenaam diens plaats in en erven dan in plaats van de oorspronkelijke erfgenaam. De kinderen erven gezamenlijk wat de oorspronkelijke erfgenaam alleen zou hebben geërfd. Daarnaast is plaatsvervulling mogelijk als de oorspronkelijke erfgenaam nog in leven is, maar onwaardig is om te erven; onterfd is; de erfenis zelf heeft verworpen; of van erfrecht is vervallen. Het kan dus voorkomen dat uw vader zijn erfenis (van uw opa) verwerpt, zodat u als uw opa overlijdt, in de plaats van uw vader kan treden. Dit kan bijvoorbeeld aantrekkelijk zijn als uw vader zelf al een aardig vermogen nalaten en erven 15

heeft opgebouwd en het vermogen van Voorbeeld plaatsvervulling zijn ouders niet echt nodig heeft. Het vermogen van uw opa kan dan direct aan u Nico en Jannie (gehuwd in gemeenschap van goederen, geen testamenten) hebben vererven. Behalve dat u niet hoeft te wachten op het overlijden van uw eigen vader drie kinderen, Gerard, Henk en Marijke. Gerard is overleden en heeft een vrouw en met het beheren van het vermogen, levert twee kinderen achtergelaten. Henk heeft de verwerping van uw vader een belastingtariefvoordeel voor de erfbelasting op. een vriendin en geen kinderen, Marijke is getrouwd en heeft één zoon. Jannie komt Als het vermogen eerst naar uw vader zou te overlijden. Wie erven? gaan, betaalt deze er erfbelasting over. Na Er zijn vier erfgenamen: Nico, Gerard, het overlijden van uw vader komt het vermogen bij u, en op dat moment betaalt u Henk en Marijke. Ieder erft voor een vierde deel. Omdat Gerard al is overleden, er erfbelasting over. Komt het vermogen komen zijn twee kinderen voor hem in de daarentegen rechtstreeks bij u terecht, plaats. Deze twee kinderen erven samen dan betaalt u erfbelasting naar het tarief het erfdeel van hun vader Gerard. Nico, voor uw vader, vermeerderd met 80%. In Henk en Marijke erven ieder 1/4 deel, de plaats van 2 keer wordt nu 1,8 keer belasting betaald over dit vermogen. twee kinderen van Gerard erven elk 1/8. Plaatsvervulling kan voorkomen in alle vier de groepen (zie par. 1.2). Plaatsvervullers kunnen zelfs een legitieme portie opeisen, als de oorspronkelijke erfgenamen al zijn overleden of onwaardig zijn. Voorbeeld plaatsvervulling en legitieme portie Arie en Tiny hebben twee kinderen, Sjors en Midas. Sjors is gescheiden en heeft zelf een dochter, Sabine. Midas woont samen met Petra, zij hebben (nog) geen kinderen. Arie en Tiny hebben een aardig vermogen. Zij zijn van plan een groot deel van dit vermogen na te laten aan goede doelen. Sjors heeft geen enkel middel geschuwd om zijn ouders van dit voornemen af te brengen. Sjors is nu onwaardig om van zijn ouders te erven. Arie komt te overlijden. Het grootste deel van zijn nalatenschap wordt inderdaad aan diverse goede doelen gegeven. Voor de kinderen blijft niets over. Midas heeft hier geen problemen mee: hij aanvaardt de wensen van zijn vader. Sjors is onwaardig en is geen erfgenaam. Maar Sabine is een echte dochter van haar vader. Zij besluit het testament van haar opa aan te vechten. Zij treedt op als plaatsvervuller van haar vader Sjors en kan nu haar vader onwaardig is ook een beroep doen op een legitieme portie. De legitieme portie is de helft van het oorspronkelijke erfdeel. Sabine kan dus een aardig deel van de nalatenschap alsnog verwerven. Een deel van de toewijzing aan de goede doelen zal moeten worden terugbetaald. 16 slim nalaten en schenken

1.5 Wettelijke verdeling Uitgangspunt van het erfrecht is de financiële verzorging van de achterblijvende partner. Onder het oude erfrecht was veel aandacht voor de rechten van kinderen. Dit is rechtgetrokken door in het wettelijk erfrecht uit te gaan van de systematiek van de ouderlijke boedelverdeling. Door de kinderen in sommige situaties wilsrechten toe te kennen (zie par. 2.14), is geprobeerd een redelijke balans te vinden tussen de rechten van een langstlevende partner en de rechten van kinderen. Als basis voor de verdeling van een nalatenschap wordt een ouderlijke boedelverdeling genomen. Die wordt de wettelijke verdeling genoemd. Bij de wettelijke verdeling gaan alle bezittingen en schulden van de erflater naar de achterblijvende partner, inclusief de erfdelen van de kinderen. De kinderen krijgen een vordering op hun langstlevende (stief) ouder ter grootte van hun erfdelen (een zogenoemde onderbedelingsvordering). De tegenhanger van de vordering van de kinderen is een schuld van de (stief)ouder, de zogenoemde overbedelingsschuld. De vordering van de kinderen is pas opeisbaar bij het overlijden (of faillissement) van de langstlevende (stief)ouder. De erflater kan in zijn testament afwijken van de wettelijke bepalingen (zie par. 1.8). Zo kan de erflater bepalen dat de vordering in meer gevallen opeisbaar is, bijvoorbeeld ook bij hertrouwen van de langstlevende (stief)ouder of als deze surseance van betaling heeft aangevraagd. De wettelijke verdeling vindt plaats als er in ieder geval een niet van tafel en bed gescheiden echtgenoot of geregistreerd partner achterblijft en ten minste één kind. De achterblijvende partner erft rechtstreeks alle goederen. De kinderen erven alleen de vordering op hun nog levende (stief)ouder ter grootte van hun erfdeel en hebben op geen enkel moment recht gehad op de goederen zelf uit de nalatenschap. De vordering van de kinderen is een vordering in geld: zij kunnen geen aanspraak maken op specifieke goederen uit de nalatenschap van hun overleden ouder. De vordering is rentedragend, voor zover de wettelijke rente hoger is dan 6%. Per 1 januari 2010 is de wettelijke rente vastgesteld op 3%. De enkelvoudige rente 1 wordt bijgeschreven bij de hoofd- 1 Er bestaat enkelvoudige en samengestelde rente. Enkelvoudige rente is rente over de hoofdsom, waarbij de hoofdsom niet wordt verhoogd met de berekende rente. Samengestelde rente is rente op rente. Dit is rente over de hoofdsom, waarbij de hoofdsom (jaarlijks) wordt verhoogd met de berekende rente nalaten en erven 17

som (de vordering zelf) en is, evenals de vordering, pas opeisbaar bij het overlijden van de langstlevende ouder. Van de bepaling dat de eerste 6% niet wordt vergoed, wordt in de praktijk via een testament wel afgeweken. De wettelijke verdeling hoeft niet per se Voorbeeld wettelijke verdeling over de hele nalatenschap te worden toegepast. Het kan heel goed zijn dat er nog Willem en Ilse hebben twee kinderen, Lotty en Mark. De gezamenlijke bezittingen van Willem en Ilse bestaan uit de wettelijke verdeling. De wettelijke ver- een andere erfgenaam is die niet deelt in een huis, de inboedel (waaronder enkele antieke stukken), een stacaravan en de nalatenschap dat niet aan andere erfdeling geldt dan alleen voor het deel van een effectenportefeuille. Totale waarde genamen toekomt. 300.000. Er zullen familiesituaties zijn waarbij de Het stel heeft geen testament gemaakt. erfgenamen liever geen wettelijke verdeling hebben. Bijvoorbeeld als de langstle- Op het moment dat Willem overlijdt, moet een wettelijke verdeling van de nalatenschap worden gemaakt. De nalatenlijk vermogen beschikt of vanwege de vende (stief)ouder zelf over een behoorschap bedraagt de helft van de gezamenlijke bezittingen, 150.000. Deze hele Op initiatief van de langstlevende (stief-) hoge leeftijd niet veel meer nodig heeft. nalatenschap gaat rechtstreeks naar Ilse. ouder kan de wettelijke verdeling ongedaan worden gemaakt. De wettelijke De kinderen zijn ook erfgenaam, maar erven alleen een geldvordering van ieder verdeling wordt dan met terugwerkende 50.000 (de waarde van hun erfdeel) op kracht tot het moment van overlijden van Ilse. Zij erven dus geen goederen uit de de erflater geacht nooit te hebben plaatsgevonden. nalatenschap. De nalatenschap wordt dan onverdeeld eigendom van de langstlevende (stief)ouder en de kinderen. De goederen uit de nalatenschap worden verdeeld over de erfgenamen. In dat geval kunnen de kinderen hun erfdelen direct opeisen en hoeven ze geen genoegen te nemen met een geldvordering. Ongedaan maken van de wettelijke verdeling moet de langstlevende (stief)ouder binnen drie maanden na het overlijden van de erflater aangeven bij de notaris. In de tijd tussen het overlijden en de akte van de notaris waarin de wettelijke verdeling ongedaan wordt gemaakt, kan de langstlevende echtgenoot naar derden (schuldeisers bijvoorbeeld) de indruk hebben gewekt dat hij/zij de enig rechthebbende op de goederen uit de nalatenschap was. Hij/zij kan bijvoorbeeld de effectenportefeuille hebben verkocht en de opbrengst deels hebben herbelegd en er deels een vakantiewoning van hebben gekocht. De rechten van derden (zo- 18 slim nalaten en schenken

Voorbeeld wettelijke rente Suzanne en haar broer Friso hebben elk een onderbedelingsvordering op hun moeder van 120.000. Bij het overlijden van hun vader in 2006 is de hele nalatenschap naar hun moeder gegaan. Hun moeder heeft een overbedelingsschuld aan Suzanne en Friso van 240.000. Er is geen testament, zodat het wettelijk erfrecht op de vordering van toepassing is. Stel dat de wettelijke rente in 2006 en 2007 precies 6% was en per 1 januari 2008 8%. In het jaar 2009 is de rente gestegen tot 9%. Stel vervolgens dat in 2010 het rentepercentage 7 is. Aan het begin van 2008 is de vordering van ieder kind nog 120.000. Er is geen rente over de vordering vergoed: de wettelijke rente was immers niet hoger dan 6%. Over 2008 wordt wel rente vergoed, namelijk 2% (8% 6%). Aan het eind van 2008 bedraagt de vordering per kind 120.000 + 2% rente = 122.400. De rente wordt bijgeschreven bij de hoofdsom en is net als de hoofdsom bij het overlijden van hun moeder opeisbaar. Over 2009 wordt een rente van 3% vergoed: die is 3600 ( 120.000 x 3%). Aan het eind van 2009 bedraagt de vordering per kind 122.400 + 3600 = 126.000. Over 2010 wordt 1% rente (7% 6%) vergoed. De rentevergoeding bedraagt 1200 (1% van 120.000). Eind 2010 bedraagt de vordering per kind: 126.000 + 1200 = 127.200. Voorbeeld wettelijke verdeling en andere erfgenaam Sergio en Luis zijn elkaars geregistreerde partners. Uit een vorig huwelijk heeft Sergio een kind, Maria. Sergio en Luis hebben al enkele jaren hun buurjongen, Marco, in huis. Door allerlei omstandigheden wordt de jongen nagenoeg geheel door Sergio en Luis opgevoed. Sergio wijst Marco, naast Maria en Luis, aan als erfgenaam. Sergio komt te overlijden. Zijn nalatenschap bestaat uit een huis met inboedel, de auto en wat spaargeld, in totaal waard 210.000. Hoe verloopt de verdeling? Er zijn drie erfgenamen. Voor Maria en Luis geldt de wettelijke verdeling, Marco erft zijn deel ad 70.000 rechtstreeks. Van het restant ter waarde van 140.000 gaat alles naar Luis. Maria heeft een geldvordering op Luis van 70.000. Deze vordering is in principe opeisbaar bij het overlijden van Luis. als het recht van de verkoper van de vakantiewoning op de koopsom) worden te allen tijde geëerbiedigd: de acties van de langstlevende echtgenoot hoeven niet te worden teruggedraaid. Zelfs niet als die derden al konden vermoeden dat de langstlevende echtgenoot de verdeling ongedaan zou maken. nalaten en erven 19

1.6 Wettelijke rechten langstlevende De langstlevende echtgenoot heeft geen legitieme portie. Dit betekent dat als de langstlevende echtgenoot zou worden onterfd, deze met lege handen komt te staan en zelfs het risico loopt door de erfgenamen het huis te worden uitgezet. Om de langstlevende echtgenoot in ieder geval een dak boven het hoofd te laten houden, heeft de wetgever de langstlevende echtgenoot een aantal rechten gegeven. Een erflater kan bij testament de langstlevende echtgenoot deze rechten niet ontnemen. Als de woning en de inboedel in de nalatenschap vallen en de langstlevende echtgenoot ten tijde van het overlijden van de erflater in de woning woonde, mag de langstlevende echtgenoot nog zes maanden op de oude voet in de woning blijven wonen en gebruik blijven maken van de inboedel. Eenzelfde woonrecht heeft een ieder die met de erflater ten tijde van diens overlijden een duurzame gemeenschappelijke huishouding voerde. Binnen die zes maanden kan de langstlevende echtgenoot of geregistreerde partner (dus niet de samenwonende partner!) een recht van vruchtgebruik vorderen op die woning en de inboedel. Voor dit recht is niet nodig dat de langstlevende echtgenoot (financiële) verzorging van de overleden echtgenoot behoeft. Binnen vijftien maanden na het overlijden moet het vruchtgebruik zijn gevestigd. In de tussentijd en ook daarna niet kunnen de erfgenamen niet beschikken over de woning en inboedel. Ze kunnen dus niet bijvoorbeeld enkele schilderijen of die antieke kast verkopen. De langstlevende echtgenoot kan alleen een recht van vruchtgebruik eisen als deze ook in eerste instantie gebruik heeft gemaakt van voortgezet gebruik van de woning en de inboedel. Voor een recht van vruchtgebruik op de woning en de inboedel hoeft de langstlevende echtgenoot dus niet aan te tonen dat hij/zij verzorging behoeft. Kunnen de kinderen echter aantonen dat er geen verzorgingsbehoefte is (de langstlevende echtgenoot heeft bijvoorbeeld zelf vermogen of voldoende inkomen), dan kunnen zij de kantonrechter vragen geen vruchtgebruik te laten vestigen of het vruchtgebruik te laten beëindigen. Als deze echtgenoot echter kan aantonen dat er wel een zekere verzorgingsbehoefte is, kan hij/zij ook een recht van vruchtgebruik eisen op andere zaken uit de nalatenschap. Verzorgd achterlaten van de langstlevende echtgenoot betekent hierbij niet dat deze ongestoord verder moet kunnen leven op dezelfde voet als destijds met de erflater samen. Verzorging is nodig als de langstlevende echtgenoot niet in staat is in zijn eigen levensonderhoud en kosten van studie te voorzien. 20 slim nalaten en schenken