B!BLIOTHZEK. RIJWSDIEE:ST VOOR Dm RAMING VAN DE BEHOEFTE AAN RUIMTE VOOR KLEINE BEDRIJVEN'TERREINEN I N LELYSTAD TOT 2010 (CONCEPT) door.



Vergelijkbare documenten
DE PLANNING AAN TENNISBANEN IN WIJK I EN 2 VAN LELYSTAD

Marktonderzoek bedrijventerreinen gemeente Dalfsen. Bestuurlijke eindrapportage 28 februari 2014

Met dank aan Jolanda Jansen (Ahoy), Jan van Vliet (Ahoy) en Gerda IJff (Rotterdam Topsport)

Ruimte voor lokale bedrijvigheid

Bevolkingsprognose Purmerend

Parkeervraag 'project Duinhoek

BIBLIOTHEEK R~~JKSOIENST VOOR OE USSELMECHBOLD~RS BEDRIJFSGEBOUWEN OP BEDRIJVENTERREINEN IN ALMERE-STAD. Programmering ALmere-Stad.

Factsheet bedrijventerrein Kromme Gouwe, Gemeente Gouda

RIJKSOIEidST VOOR DE. ljsyelk4eerpolders. REALISATIE KANTOORRUIElTE IN ALMERE-HAVEN. door. A.G. Renkema. juni

Deel A Indexering De normbedragen in deel B worden jaarlijks aangepast in overeenstemming met de onderstaande systematiek van prijsbijstelling:

Bedrijventerrein Kapelpolder (Maassluis) Maatschappelijke waarde. Met de Kamer van Koophandel weet je wel beter

Tabel 1: De bijdrage van RtHA aan de regionale economie op basis van 2,4 miljoen passagiers

Voortgangsrapportage Werklocaties

Leegstand van bedrijfsruimten in Noord-Holland

Ontvangen: ^-/\\ Gemeenteraad Presidium Commissie'lX^elE Griffie DIV team 2. Griffier: \$ \1\l1 ff 1 L. Qr\vv%cxw

Bedrijventerrein Kethelvaart (Schiedam) Maatschappelijke waarde. Met de Kamer van Koophandel weet je wel beter

Memo. Van : Leon Morauw. Aan : Team ontwikkeling, Martijn van der Made. Datum : 20 november 2013

Hoofdstuk 10. Arbeidsmarkt

Factsheet bedrijventerrein Stormpolder, Gemeente Krimpen aan de IJssel

VERKEERSKUNDIGE TOETS NIEUW GEMEENTEHUIS LEIDERDORP VERKEERSGENERATIE, VERKEERSAFWIKKELING EN PARKEREN

Aartsbisdom Utrecht Prognose van de ontwikkeling van de personele bezetting van het parochiepastoraat, voor de jaren 2005 en 2010

Economie groeit met 0,7 procent

2. De opbrengstpotentie van het huidige schoolterrein aan het Ot en Sienpad

Economisch rapport Zwolle 2011 Opgesteld door Bureau Louter in opdracht van de gemeente Zwolle

Oplegnotitie Toelichting op de aanpak van milieuzonering met behulp van de 'standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten'

TRENDBEELD INVESTERINGEN IN GELDERLAND

Bedrijventerrein Nieuw Mathenesse (Schiedam) Maatschappelijke waarde. Met de Kamer van Koophandel weet je wel beter

Hoofdstuk 13. Arbeidsmarkt

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2

Werkgelegenheidscijfers gemeente Geldermalsen

Analyse ontwikkeling van vraag en aanbod logistiek terreinen in de regio Schiphol

Economie groeit met 0,1 procent, 46 duizend banen minder

Tweede Kamer der Staten-Generaal

VESTIGINGENREGISTER PARKSTAD LIMBURG

April Effecten van salderen tussen handhavingspunten

Algemene escalatieberekening

Hoofdstuk 13. De omvang van een steekproef bepalen

Werklocaties Limburg. 'Natte Terreinen' (werklocaties met ontsluiting via het water) Resultaten REBIS 2015

Werkgelegenheid in Westfriesland Augustus 2014

Aanbod bedrijventerreinen

: Externe veiligheid hotel bestemmingsplan Bedrijvenpark A1

Regionale arbeidsmarktprognose

Contra-expertise behoefteraming bedrijventerrein Lokerbroek

Deel A Indexering De normbedragen in deel B worden jaarlijks aangepast in overeenstemming met de onderstaande systematiek van prijsbijstelling:

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: BEC motie rekentool begroting 2014

Bijlage IV Normbedragen voor vergoeding en indexering

Nieuwe verdeelmodel provinciefonds

Bevolkingsprognoses Deventer 2013

VAN HET PERIFEER BEDRIJVENPARK "EEMPARK"

Persbericht. Herzien BBP 2001 ruim 18 miljard euro hoger. Centraal Bureau voor de Statistiek. Consumptie huishoudens ruim 11 miljard hoger

Deel A Indexering De normbedragen in deel B worden jaarlijks aangepast in overeenstemming met de onderstaande systematiek van prijsbijstelling:

Prognose Prognose VOF Mensinge HX ZUIDLAREN VOORBEELD

Vacatures West-Brabant 2009

Monitor werklandschappen

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Economische groei valt terug

Prijsberekeningsmethode voor stalen drukvaten

Bundeling werken in nationale bundelingsgebieden,

Demografische levensloop van jongeren na het uit huis gaan

1. Levensverwachting: realisatie ten opzichte van verwachting

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 18 juni uur

Basispakket Vervoermanagement. Notitie effectiviteit

Buitenlandse arbeidskrachten en vraag en aanbod op de arbeidsmarkt van Curaçao.

Persbericht. Economische groei derde kwartaal 3,3 % Centraal Bureau voor de Statistiek

OMALA-gebied Lelystad: Verkeersmodelstudie. 2 Uitgangspunten verkeersmodel Lelystad

Bijlage bij besluit burgemeester en wethouders d.d. 20 oktober 2015.nr

Uitgiftebeleid eeuwigdurende erfpacht 2016

Themabijeenkomst regionale arbeidsmarkt. Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nijkerk, Nunspeet, Oldebroek, Putten en Zeewolde

Kosten koper Onderzoek naar de verdeling van de kosten van diverse partijen bij de koop en levering van een bestaande woning

Bedrijventerrein De Mient (Capelle a/d IJssel) Maatschappelijke waarde. Met de Kamer van Koophandel weet je wel beter

Vakantiewerk in het mkb 2004

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014

Flevokust_verkeersmodel_Lelystad\ LLS Met de varianten Referentie 2011 Planjaar 2020 GE Planjaar 2020 RC Planjaar 2030 GE Planjaar 2030 RC

BlBLlOTPtCEK. RWKSOlEhST VOOR DB IJS!5ELMEERPOLOER8 BENODIGDE STEDEBOUWKUNDIGE CAPACITEIT IN DE NABIJE TOEKOMST. door. Ir. J. H eester.

NOTITIE VERKEER EN PARKEREN MFC LANGESTRAAT 36 TE HEEREWAARDEN GEMEENTE MAASDRIEL

Factsheet bedrijventerrein Spaanse Polder, Gemeente Rotterdam/Schiedam

verijssel 0 1 OKT OKT. 20H provincie PROVINCIALE STATEN VAN OVERIJSSEL Provinciale Staten van Overijs:eP e 9 nr - 9-S/2X5M a.d. Dat. on tv.

Gemeente Bergen. Ontwikkelingen energiegebruik en duurzame energieproductie tot Mark Valkering en Herman Verhagen 14 oktober 2016

Tweede Kamer der Staten-Generaal

BEREKENING KINDERALIMENTATIE

Mei Economische Barometer Valkenswaard en Waalre. Verwachting voor 2010 en 2011

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Economische groei derde kwartaal 2008 vertraagt tot 1,8 procent

Bevolkingsprognoses Deventer 2013

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015

Kerncijfers Drechtsteden 2008

4 Toon met twee verschillende berekeningen aan dat het ontbrekende gemiddelde inkomen (a) in de tabel gelijk moet zijn aan euro.

Resultaten herbeoordeling WFZ-deelnemers 2014

1 Inleiding. 2 Uitgangspunten. Ontwikkeling Winthonlaan te Utrecht. 2.1 Toelichting programma. BJZ.nu bestemmingsplannen

Leerlingenprognose basisonderwijs

Bedrijventerrein Kerkerak (Sliedrecht) Waardeloos of waardevol? Met de Kamer van Koophandel weet je wel beter

Samenvatting. De Kvk en IKE hebben de onderzoeksresultaten aangeboden aan het College van B&W van Etten- Leur.

Werkgelegenheidsonderzoek 2010

Presentatie en gebruik van productgegevens. Suskasten en het bouwbesluit

ONDERWERP: ACTUALISATIE VERKEERSGENERATIE EN PARKEREN OOSTDUINLAAN

Instituut voor de nationale rekeningen

Klinische verloskunde in het dokter J.H.Jansenziekenhuis te Emmeloord: een verkenning.

Bijlage IV Normbedragen voor vergoeding en indexering onderwijshuisvesting (september 2014)

PROGNOSES VAN INKOMSTEN, UITGAVEN EN OMVANG VAN DE PROTESTANTSE GEMEENTE ENSCHEDE VOOR DE PERIODE

Resultaten Conjuntuurenquete 2018

Transcriptie:

I 1 B!BLIOTHZEK RIJWSDIEE:ST VOOR Dm W E R K D O C U M E N T RAMING VAN DE BEHOEFTE AAN RUIMTE VOOR KLEINE BEDRIJVEN'TERREINEN I N LELYSTAD TOT 2010 (CONCEPT) K. R. H. door Johnson april,877 K S. D I E N S T 'JOOR DE I J S S E L M E E R P U L D E R S S M E D I N G H U I S

Inhoudsopgave < Blz. 1. Inleiding 1 2. Uitgangspunten 2 3. Globale.karakterisering van kleine bedrijven en kleine bedrijventerreinen 2 3.1. Kleine bedrijven 2 3.2. Kleine bedrijventerreinen 2 4. Wijze van berekenen 3 4.1. De arbeidsplaatsen 3 4.1.1. De selectie van het aandeel arbeidsplaatsen op kleine bedrijventerreinen 3 4.2. Het terreinquotient 4 4.2.1. De ruirntebehoefte 4 5. Resultaten 5 5.1. De beschikbare oppervlakte aan kleine bedrijventerreinen 5 5.2. Confrontatie tussen de behoefte en de voorraad aan kleine bedrijventerreinen 6 6. Conclusie 6 Bi jlagen. 1. Tabel A. Het aantal arbeidsplaatsen in het gebied Lelystad van 1975 tot 2010 2 Tabel A. Benadering van de toekomstige werkgelegenheidsstructuur in gebied Lelystad in 8. Tabel B. Benadering van het aantal arbeidsplaatsen in gebied Lelystad per sector van 1975 tot 2010. Tabel C. Netto terreinquotienten per bedrijfssector uitgedrukt in m2 per werkzaam persoon 3. Lijst van bedrijven welke goed passen op kleine bedrijventerreinen 4. Gebiedsindelingskaart Lelystad

1. 1. INLEIDING Het doe1 van deze nota is het geven van een inzicht in de ruimtebehoefte van kleine bedrijven die men,gezienhun aard op kleine bedrijventerreinen ruimte wil aanbieden. De tot dusver algemeen gevolgde methode voor de raming van de toekomstige behoefte aan bedrijventerreinen berust op een prognose van de groei van de beroepsbevolking naar sectoren, het selecteren van het gedeelte daarvan dat een arbeidsplaats moet vinden op specifieke bedrijventerreinenen het vermenigvuldigen van dit aantal arbeidsplaatsen met een zgn. tefreinquotient*. Deze methode is ook bij deze raming gevolgd Inherent aan ramingen van toekomstige behoeften zijn de onzekerheden ten aanzien van bepaalde aspecten. Bij deze raming van de behoefte aan ruimte voor kleine bedrijventerreinen betreft het de volgende aspecten: - het selecteren van het gedeelte van de beroepsbevolklng dat een arbeidsplaats op kleine bedrijventerreinen zal bezetten (de ontwikkelingen op de kleine bedrijventerreinen in het nog jonge Lelystad zijn moeilijk te schatten, bovendien maakt de relatief geringe omvang hiervan schattingen extra hachelijk), - het bepalen van terreinquotienten voor bedrijven op kleine bedrijventerreinen (de factoren die bepalend zijn voor de ontwikkeling van het. terreinquotient - b.v, ontwikkeling van de automatisering of ploegenarbeid - zijn niet te kwantificeren). Ten aanzien van de bovengenoemde onzekere aspecten worden een aantal ver~nderstellin~en als uitgangspunten gehanteerd. In deze nota komen achtereenvolgens aan de orde: - Uitgangspunten/veronderstellingen - Globale karakterisering van kleine bedrijven en kleine bedrijventerreinen... - De raming (wijze van berekenen) - Resultaten. - Conclusies. a. Ten aanzien van het aantal arbeidsplaatsen wordt verondersteld dat het aandeel van het totaal aantal arbeidsplaatsen per sector dat OD kleine bedrijventerreinen zal werken met uitzondering van de sector, bouwnijverheid gelijk zal blijven aan de situatie per31 december 1977. De ontwikkeling van het aantal arbeidsplaatsen bij deze sectoren - nijverheid en diensten - is dan ook volledig gebaseerd op de groei van het totaal der sectoren zoals aangegeven in het Structuurplan Lelystad en in de bijlage I1 tabel a van deze notitie. b. In het Structuurplan Lelystad wordt er vanuit gegaan dat bij de afronding van het woningbouwprogramma (37.400 woningen gereed voorhet jaar 2010) en het gereedkomen van grote bouwprojecten de werkgelegenheid in de bouwnijverheid zal afnenen we1 als volgt van 1980-1990 met 4% en van 1990-2000 met + 3%. Hiertegenover staat echter dat'bij afronding van de grote nieuwbouw activiteiten de behoefte aan woningonderhoud en reparatle sterk zal groeien. Dit betekent mede gezien het karakter van de bouwbedrijven -die op kleine bedrijven gevestigd zullen worden - gericht op woningonderhoud en reparatie - een toename in het aandeel van het aantal arbeidsplaasen in de sector bouw dat op kleine bedrijventerreinen zal werken. * = oppervlakte uit te geven bedrijventerrein per arbeidsplaats.

c. len aanzien van de terreinquotienten is aangenomen dat het gemiddelde tussen de huidige terreinquotienten op kleine bedrijventerreinen in Lelystad en de terreinnuotienten uit het terreinauotientenonderzoek* bruikbare terreinquotienten zijn vaar daze raming (zie tabel 3, punt 4.2.0.). 3.1. Kleine bedrijven In het kader van deze notitie wordt onder kleine bedrijven verstaan die Dedrijven met maximaal 20 arbiedsplaatsen en.een kaveloppervlakte van maximaal ca. 5.000 m2. Deze criterla hebben een enigszins arbitrair karakter. In het algemeen betreft het hier ambachtelijke bedrijven. De grens tussen industrie en ambacht is echter niet scherp te trekken. De kleine bedrijven waar het in deze notitie am gaat zullen als regel een vestigingsplaats op een klein bedrijventerrein worden aangeboden 3.2. Kleine bedrijventerreinen Hiermee worden bedoeld terreinen van maximaal ca. 5 ha bruto; waarop een concentratie van kleine bedrijven gevestigd is. Deze bedrijventerreinen zijn geheel of gedeeltelijk in het woongebied en/of in de centrumzone gesitueerd. Tn gebied Lelystad zijn er momenteel drie kliene bedrijventerreinen operationeel, te weten: - het Gildenhof opp. 8,2 ha (netto) - de Kempenaar opp. 2,5 ha (netto) - de Jol opp. 3,O ha (netto) In de woongebieden** 2.4 en 4.1 zijn resp. 2,2 en 2,3 ha gereserveerd voor kleine bedrijventerreinen. Zowel qua oppervlakte a19 qua ligging moet het Gildenhof gezien vanuit bet structuurplan Lelystad als een uitzondering worden beschouwd- De oppervlakten van de toekomstige kleine bedrijventerreinen zullen beduidend kleiner zijn en deze terreinen zullen bovendien dichter bij de woonbebouwing worden gesitueerd dan bij het Gildenhof het geval is. Vanwege de ligging van deze bedrijventerreinen t.0.v. het woongebied en centrumzone zal in het vestigingsbeleid extra aandacht besteed worden aan de milieu-aspecten. Allereerst zullen bedrijven op kleine bedr1,iventerreinen niet in conflict mogen komen met een aantalbasis-milieueisen. Het zullen dus zeer "milieuvriendelijke" vormen van bearijvigheid moeten zijn die geen overlast -ontploffingsgevaar, stank, geluidshinder, te veel autoverkeer e.d.- voor het woongebied veroorzaken. Mede op grond van het bovenstaande zal het primair gaan om bedrijven met een plaatselijk consument verzorgend karakter zoals dienstverlenehde, installatie-, reparatie- en toeleveringsbedrijven. In bijlage I11 wordt als leidraad voor het beleid en ter verduidelijking van welk soort bedrijven bedoeld wordt, een lijst van bedrijven die geschikt zijn voor vestiging op een klein bedrijventerrein opgenomen. In principe kunnen bedrijven die aan bovengenoemde criteria voldoen in alle bedrijfssectoren voorkomen. De bedrijfssector landbouw wordt in deze notitie buiten beschouwing gelaten omdat deze bedrijven zeer arbeidsextensief ziin en als zodanig niet geschikt voor vestiging op kleine bedrijventerreinen. * Structuurplan Lelystad 1975-2000 bijlagen 7.6. ** Zie gebiedsindelingskaart bijlage IV

f. t. i.'. 4. WIJZE VAN BEREKENEN Allereerst wordt globaa1,aangegeven welke stappen zijn genomen om te komen tot een raming van de benodigde ruimte voor kleine bedrijventerreinen. In deze raming zijn drie fasen te onderscheiden t.w.: - de berekening van het aantal arbeidsplaatsen en het aandeel daarvan dat op kleine bedrijventerreinen zal werken, - de bepaling van het gemiddelde terreinquotient per sector bij kleine bedrijven, - de ruimtebehoefteberekening (het resultaat van de raming). 4.1. De arbeidsplaa* Het totaal aantal arbeidsplaatsen van 1977 tot 2010 in gebied Lelystad wordt in bijlage I weergegeven. De aantallen arbeidsplaatsen tot 1990 zijn overgenomen uit de kerncijfers*. Vanaf 1990 tot.2010 is de prognose van de beroepsbevollcing aan het Dernografisch model Lelystad ontleend en wordt evenals bii de kerncijfers het aantal arbeidsplaatsen aan de beroepsbevolking gelijk gesteld. De tabel a in bijlage I1 geeft de benadering van de werkgelegenheidsstructuur weer in gebied Lelystad van 1975 tot 2010 naar de sectoren en in procenten. Deze tabel is een afgeleide van tabel 12 uit het Structuurplan Lelystad en is tot stand gekomen door het percentage dat in het structuurolan toebedeeld wordt aan arbeidsreserve evenredig over de sectoren te verdelen. Door deze percentages te betrekken op het totaal. aantal arbeidsplaatsen vindt men het totaal aantal arbeidsplaatsen per sector (zie bijlage I1 tabel b). 41.1. De... selectie van het aandeel arbeidsplaatsen op kleine bedrijventerreinen Het is duidelijk dat niet alle arbeidsplaatsen toegerekend kunnen worden aan 'kleine bedrijven c.q. kleine bedrijventerreinen Het aandeel van het totaal aantal arbeidsplaatsen per sector dat te Lelystad op kleine bearijventerreinen werkt bedroeg op 31 december 1977 voor de sector ni jverheid, bouwnijverheid en diensten respectieveli jk 9,8%, 5,2% en 6,8%. Op grond van de huidige inzichten is.het niet mogelijk om met enige zekerheid aan te geven hoe deze percentages voor de sectoren'nijverheid en diensten zich in de loop der tijd zullen ontwikkelen. Daarom wordt er van uitgegaan, dat het aandeel van de sectoren nijverheid en diensten ongeveer stabiel zal blijven. Gezien het uitgangspunt b is het, bij de k~antitatl~ve benadering van de groei van het aandeel aan arbeidsplaatsen in de sector bouwnijverheid op kleine bedrijventerreinen, allerzins redelijk aan te nemen dak de toename' van 1980-1990 2 4%, van 1990-1995 1,5% en van 1995-2000 + 1% zal bedragen. Dit betekent dat het aandeel van het totaal aantal arbeidsplaatsen in de sector bouw dat op kleine bedrijventerreinen zal werken er als volgt uitziet : --~ Jaar Aandeel Jaar Aandeel 1977 5,2% 1995 10,7% 1979 5,9% 1999 11,7% 1985 7,6% 2009 12,7% 1989 9,2% * Kerncijfers 1977

Door de hiervoor genoemde percentages te betrekken op het aantal arbeidsplaatsen in gebied Lelystad per bedrijfssector (bijlage 11, tabel b), vindt men de ontwikkeling van het aantal arbeidsplaatsen per sector op kleine bedrijventerreinen in Lelystad, zoals weergegeven in tabel 2. Tabel 2. -~ ~p ector Nijverheid Bouw Diensten Totaal 1977 115 87 311 513 1979 2 34 158 518 910 1985 46 1 307 913 1681 1989 610 415 1137 2162 1995 746 495 1355 2596 1999 801 515 1433 2749 2009 85 1 594 1522 2967 4.2. Het terreinquotient Een terreinquotient geeft de verhouding aan tussen werkzame personen en grondoppervlak. Meestal wordt dit uitgedrukt in aantal m2 per. werkzaam persoon. Terreinquotienten zijn te onderscheiden in bruto en netto terreinquotienten. Bij de behoefteraming van het oppervlakte bedrijventerrein wordt in deze nota steeds het netto terreinquotient gebruikt. Het gaat hierbij om de uit te geven oppervlakte bedrijventerrein per arbeidsplaats. Voor het bepalen van de terreinquotienten per sector is gebruik gemaakt van bijlage 7.b. van het Structuurplan Lelystad en van de.terreinquotienten op kleine bedrijven in gebied Lelystad per 31 december 1975 (zie bijlage 2, tabel c). Het gemiddelde van deze quotienten is goed bruikbaar voor deze raming en wordt hieronderintabel 3 weergegeven. Tabel 3. Gemiddelde terreinquotient voor kleine bedrijventerreinen in Lelystad van 1977 tot 2010 Sector Nijverheid Bouwnijverheid Diensten Oppervlakte per werknemer (netto) 162 m2 147 m2 220 m2 4.2.1. De ruimtebehoefte ----------------- Uiteindelijk wordt met behulp van de arbeisplaatsen uit tabel 2 en de terreinquotienten uit tabel 3 voor de sectoren nijverheid, bouwnijverheid en diensten de benodigde oppervlakte kleine bedrijventerrein (arb.pl. x terreinq.) over de diverse jaren berekend. Dit wordt weergegeven in tabel 5.

'. 5. RESULTATEN Het resultaat van de hierboven beschreven wijze van berekenen wordt in onderstaande tabel weergegeven. Tabel 5. De nettd ruimtew-behoefte voor kleine bedrijventerreinen in gebied Lelystad per sector en totaal uitgedrukt in ha Nijverheid Bouw Diensten Totaal * : oppervlakte uit te geven bedrijventerrein Na aftrek van de reeds gerealiseerde oppervlakte kleine bedrijventerreinen per 31 december (tabel 71, resteert de nog aan te leggen netto oppervlakte (de additionele behoefte). 5.1. De beschikbare oppervlakte aan kleine bedrijventerreinen in Lelystad Tabel 6 geeft een overzicht van de aanwezige, uitgegeven en nog beschikbare bedrijventerreinen in Lelystad per 31 december 1977. Tabel 6. Kleine bedrij- Totaal opp. aan- Uitgegeven opp. Beschikbaar voor venterreinen wezig in ha netto in ha, netto uitgifte in ha, netto '~ildenhof Kempenaar Jol Totaal 13,7 10,9 2,8 Uit de gegevens in tabel 6 blijkt dat per 31 januari 1977 in totaal 10,9 ha terrein is uitgegeven aan kleine bedrijventerrein. De in deze raming berekende behoefte bedraagt echter 9.98 ha per 31,december 1977. Dit verschil met de werkelijk uitgegeven oppervlakte kleine bedrijventerrein kan zijn oorzaak vinden in het feit dat bedrijven met het Oog op mogelijke uitbreiding overgaan tot de aankoop van meer terrein dan op grond van de personeelsbezetting bij vestiging nodig zou zijn ("0p groei kopen").

5.2. Confrontatie tussen de behoefte en voorraad aan kleine bedrijventerreinen De confrontatie van de totale behoefte aan kleine bedrijventerreinen in Lelystad tot 2010 met de aanwezige voorraad bedrijventerreinen per 31 december 1977 resulteert in de additionele behoefte en wordt in tabel 7 en grafiek 1 weergegeven. Het is hier door mogelijk een inzicht te krijgen in de kritieke tijdstippen. Tabel 7 Behoefte aan Voorraad kleine Additionele bekleine bedrij- bedrijventer- hoefte aan kleine venterreinen reinen per bedrijventerreiin ha netto 31-12-1977 nen na 31-12-1977. * reeds uitgeaeven terrein 6. CONCLUSIE Deze uitkomsten worden onder enig voorbehoud gepresenteerd. Veranderende uitgangspunten (aandeel arbeidsplaatsen op kleine bedrijventerreinen, terreinquotienten enz.) dan veranderen uiteraard ook de uitkomsten. Uit tabel 7 en grafiek 1 blijkt dat er medio 1979 behoefte bestaat aan uitbreiding van het beschikbare oppervlak aan kleine bedrijventerreinen. Realisering van de kleine bedrijventerreinen in de gebieden 2.4 en 4.1 (zie gebiedsindeling bijlage IV) zal slechts tot medio 1979 in de behoefte voorzien. Lelystad, april 1978

C. '.,.I

-~pp Tabel A. Het aantal arbeidsplaatsenl) in het gehele gebied Lelystad vanaf 1975 tot.2010 Jaar Arbeidsplaatsen Jaar Arbeidsplaatsen Jaar -- Arbeidsplaatsen Jaar Arbeidsplaatsen 1975 5.352 1976 6.631 1977 7.40'7 1978 11.400 1979 13.200 1980 14.800 1981 16.400 1982 18.000 1983,19.600 1984 21.200 1985 22.800 1986 24.400 1987 26.000 1988 27.000 1989 28.000 1990 29.000 1991 29.900 1992 30.700 1993 31.400 1994 32.000 1995 32.400 1996 32.700 1997 33.100 1998 33.400 1999 33.600 2000 33.800 2001 34.000 2002 34.200 2003 34.400 2004 34.600 2005 34.900 2006 35.100 2007 35.300 2008 35.500 2009 35.700 1) Bron voor de gegevens - - van 1975 t/m 1978 is de Werkgelegenheidsstatistiek, - van 1979 t/m 1989 zijn de kerncijfers van jan. 1977 gegevens voor 1979 t/m 1989 zijn de kerncijfers jan. 1977 ) waarbij beroepsbevolking = arbeidsplaatsen gegevens voor 1990 t/m 2009 is bet demografisch model ~elystad) Het aantal arbeidsplaatsen in op honderdtallen afgerond.

Tabel A. Benadering van detoekomstige werkgelegenheidsstructuur in gebied Lelystad in %.. Sector Jaar 1) 1975~) 1977~) 1979 1985 1989 1995 1999 2005 2009 Nijvertieid 1 14,6 18,l 2096 2292 23,5 24,3 24,3 24,3 Bouw 19,l 20,9 20,2 17,7 16,l 14, 13,l 13,l 13,l Diensten 5498 5790 57,7 58,9 61,5 62,7. 62,7 62,7 62,~ Tabel b. Benadering van het aantal arbeidsplaatsen in gebied Lelystad per bedrijfssector van 1975 tot 2010 Sector Jaar 1) 19752) 197T2) 1979 1985 1989 1995 1999 2009 Nijverheid 920 1168 2390 4700 6220 7610 8170, 8680 Bouw 1247 1674 2670 4040 4510 4630 4400 4680 Diensten 3581 4577 7620 13430 16720 19930 21070 22380 - -- -- %_- - Tabel c. Netto terreinquotienten per bedrijfssector uitgedrukt in m2 per werkzaam persoon Nijverheid Bouw 'Diensten Kleine bedrijventerreinen in gebied Lelystad per 31 decernber 1975 110 202 214 Structuurplan Lelystad bijlage 7.b. 214 9 1 226 1) per 31 december 2) Bron = Werkgelegenheidsstatistiek Lelystad 4

Bijlage 3 Lijst van bedrijven welke goed passen op kleine bedrijventerreinen - Dakdekkersbedrijf - Stukadoorsbedrijf - Schildersbedrijf - Onderhoudsaannemers - Hoveniersbedrijven (tuincentra) - Steenhouwerij - Pottenbakkerij - Meubelmakerij - Stoffeerderij - Markiezen- en rolluikbedrijf - Parketvloerenbedrijf - Klein scheepsbouw en verkoop van boten (pleziervaartuigen) Familiedrukkerijen Fotocopieerinrichting - Boekbinderij - Lederwaren ambacht- Maat en orthopedische schoenmakerij - Schoenherstellersbedrijf - Sadelmakerij Autoreparatiebedrijven Autowasinrichting - Autoverhuurbedrijven en/of taxibedrijven Verhuisbedrijven - Expeditiebedrijven Gereedschapslijperij - Goud en zilversmidsbedrijf - Instrument- en gereedschapmakerij - Muziekinstrumentenmakerij - Broodbakkeri j - Slagerij - Consumptie-ijsbereiding - Melkuitgiftestation - Magazijnen - Expeditiebedrijven - Garages en opslag publieke diensten - Benzinepompen