Beroeps- en opleidingscompetenties van de werktuigbouwkundig ingenieur



Vergelijkbare documenten
Bijlage A Competenties van de opleiding

Competentie niveaus HHS TIS opleiding Werktuigbouwkunde

Competentieprofiel. Instituut voor Interactieve Media. Competentieprofiel studenten Instituut voor Interactieve Media vastgesteld juni 2006

Bijlage A: Competenties van de opleiding

De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen.

Competentie 1 Ondernemerschap Initiëren en/of creëren van producten en/of diensten, zelfstandig en ondernemend.

Competenties met indicatoren bachelor Civiele Techniek.

PR V1. Beroepscompetentie- profiel RBCZ therapeuten

Opleiding Chemische Presentatie titel Technologie

Uitvoeren van beheersmatige werkzaamheden met betrekking tot locatie(s), systemen, gegevens en bedrijfsvoering.

Initiëren en creëren van producten en diensten, zelfstandig en ondernemend.

Competentieprofiel. kaderlid LGB Beroepsinhoud Zorg

FUNCTIEBESCHRIJVING Medior adviseur Expertisecentrum

Methodisch ontwerpen

Teammanager Administraties Bedrijfsvoering & ICT 36 uur per week Standplaats: Arnhem/Nijverdal

ONDERZOEKSVERSLAG. Rapportage van de toetsing van. Werktuigbouwkunde Hogeschool Drenthe. CROHO-nummer aan het NVAO Accreditatiekader

Van Samenhang naar Verbinding

Functiebeschrijving. Functienaam. Normfunctienaam. Code Peildatum. Functiereeks Management: Functiegroep Strategisch II: Overwegende functiekenmerken:

Functieprofiel: Adviseur Functiecode: 0303

De 6 Friesland College-competenties.

Governance. Informatiemanagement. Architectuur. Gemeenschappelijk

Thermometer leerkrachthandelen

Niveau 1 Competenties uit het curriculum HBO Werktuigbouwkunde (aan de Haagse Hogeschool)

Student Company op het hbo. Stappenplan

Technicus onderwijs- en onderzoekgebonden - profiel O

Het ontwikkelen van de vastgestelde Competenties van Crisis Management Teamleden: wat is trainable?

Competentieprofiel MZ Opleider. Competentieprofiel voor mz-opleider.

Uitvoeren van beheersmatige werkzaamheden met betrekking tot locatie(s), systemen, gegevens en bedrijfsvoering.

Oriëntatie op ondernemerschap

Functieprofiel Young Expert

Leerarrangement Trendanalyse Health

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015

Beroepsprofiel Tekenaar-constructeur. Algemene informatie datum: versie: 01 Onder regie van

Competentieprofiel voor coaches

Functieprofiel: Arbo- en Milieucoördinator Functiecode: 0705

PVA Jaar 2. Stefan Timmer S Klas: CE 2b

Keuzedeel mbo. Zorg en technologie. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0137

Alle competenties moeten met voldoende zijn beoordeeld

Competentiemeter docent beroepsonderwijs

Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF

groepswerker/ begeleider (m/v) uur. Voor onze locatie de Schuilplaats, 24-uurs zorg, zijn wij op zoek naar een:

Functiebeschrijving Teamleider Huisvesting (facilitair)

FUNCTIEBESCHRIJVING Senior adviseur Expertisecentrum

Werken als videoproducent

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

SKPO Profielschets Lid College van Bestuur

MASTER COURSE INTEGRAAL ONTWERPEN IN DE GEBOUWDE OMGEVING

Keuzedeel mbo. Lean en creatief. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0512

Functiefamilie ES Experten organisatieondersteuning

KvK Eindhoven: BTW/VAT/MwSt: NL B01

Vacature Business Development & Sales

Algemene competenties

Adviseur Bedrijfskundige informatica (1 fte)

Teamcoördinator ALERT-team

P&O-adviseur. Context. Doel

FUNCTIEBESCHRIJVING DIVISIEMANAGER (M/V)

Functiebeschrijving DESKUNDIGE NOODPLANNING B1-B3

GOVERNANCE, RISK & COMPLIANCE WHITEPAPER

FUNCTIEBESCHRIJVING ADVISEUR (M/V)

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot spoedeisende hulp verpleegkundige

Inspelen op innovaties geschikt voor niveau 4

Functieprofiel: Manager Functiecode: 0202

Mastermind groep. Business Development. Leiderschap in het creëren van een sterke business

Beleidsmedewerker Onderwijs

Profiel RvT, versie 1.4,

Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO

Junior Technisch Specialist Werktuigbouwkunde Functieomschrijving Hoofdtaken

Zorginnovaties en technologie

Voorbereiding hbo kunstonderwijs

FUNCTIEPROFIEL. LTO Noord Manager Programma s & Ontwikkeling (nieuwe functie) Standplaats: Zwolle. 1. LTO Noord

Doel. Context VSNU UFO/INDELINGSINSTRUMENT FUNCTIEFAMILIE MANAGEMENT & BESTUURSONDERSTEUNING DIRECTEUR BEDRIJFSVOERING VERSIE 3 APRIL 2017

Functiebeschrijving manager Bedrijfsvoering

de verdere professionalisering van de eigen beroepsuitoefening c.q. het beroep.

Functiebeschrijving TEAMVERANTWOORDELIJKE CULTUURCENTRUM A1a2a3a

Voor stichting SOM zijn in ieder geval de volgende invalshoeken van belang:

Competenties directeur Nije Gaast

Opleidingsprofiel MPPM

BLAADJE #4. mei 2018

Eindtermen vervolgopleiding intensive care verpleegkundige

Academie voor Talent en Leiderschap Veiligheidsregio s. Strategisch leiderschapsprofiel voor specialisten

FUNCTIEFAMILIE 1.2 Klantenadviserend (externe klanten)

PROFIEL COLLEGE VAN BESTUUR

Examenprogramma beeldende vorming

Zelfdiagnostische vragenlijst verandercompetenties

Oriënteren: kijken hoe er gewerkt wordt, wat er gedaan wordt. Handelen: Meedoen, meewerken. Ik gebruik de ICTvaardigheden

Regioprofiel Noord-Holland Technisch Tekenaar Elektrotechniek, niveau 3 Werkvoorbereider Installatie Elektrotechniek, niveau 4

Goede voorbeelden van functieprofielen uit de praktijk

INDIVIDUELE ONTWIKKELROUTEKAART

Diensthoofd overheidsopdrachten. Dienst Administratieve en juridische zaken overheidsopdrachten

Inhoudsopgave. Bladzijde 4/5 Bladzijde 4 Bladzijde 4 Bladzijde 5

Academie voor Talent en Leiderschap Veiligheidsregio s. Leiderschapsprofiel strategisch leidinggevende

Werken met leeruitkomsten in de Saxion Parttime School

FUWASYS Algemene Karakteristieken

Functieprofiel Beleidsadviseur Functieprofiel titel Functiecode 00

P&O-adviseur. Context. Doel

Functieprofiel: Projectleider

Technicus onderwijs- en onderzoekgebonden - profiel V

Competentiematrix Master Pedagogiek

Transcriptie:

Werkgroep Competent W 29 januari 2002 Beroeps- en opleidingscompetenties van de werktuigbouwkundig ingenieur Deel I Deel II Landelijk beroepsprofiel van de ervaren werktuigbouwkundig ingenieur Landelijke opleidingscompetenties die tenminste aangeboden worden door alle opleidingen Werktuigbouwkunde Leden van de werkgroep Competent W: Yde Bleeker (lid werkgroep) Peter van den Eijnde (lid werkgroep) Gerard Jeuken (onderwijskundige ondersteuning) Ineke van der Wal (lid werkgroep) Tim Zaal (lid werkgroep) 1

Deel I Landelijk beroepsprofiel van de ervaren werktuigbouwkundig ingenieur 1. Context In de beroepscompetenties worden competenties beschreven van een ervaren HBO ingenieur Werktuigbouwkunde. Over het algemeen zijn deze competenties pas na vijf jaar werkervaring aanwezig. Het werkterrein van de HBO ingenieur vinden we binnen het werkgebied van de zogenaamde "ontwerpcyclus". De ontwerpcyclus is het best te beschrijven als een proces dat het ontwerp, het vervaardigen, het gebruiken, het onderhouden en het beëindigen van producten omvat. We spreken ook wel over de levenscyclus van een product. Aan het begin van de levenscyclus staat de marktvraag of een creatief idee van een ontwerper, aan het eind van de levenscyclus wordt het product vernietigd of (in delen) hergebruikt. De "ontwerpcyclus" is "generiek", dat wil zeggen dat de cyclus geldt voor elk type product. Om onderscheid te kunnen maken tussen het werkterrein van de werktuigbouwkundig ingenieur en ingenieurs van andere opleidingen wordt in de "ontwerpcyclus" het product benoemd. Het werkterrein van de werktuigbouwkundig ingenieur spitst zich toe op de ontwerpcyclus van een technisch product of een technisch proces. Bij een product en een proces kan het bijvoorbeeld gaan om een Dvd-speler, een mobiel telefoontoestel, een palmtopcomputer, een fiets, een raketmotor, een achtbaan, een waterzuiveringsinstallatie, een klimaatbeheersingssysteem of een assemblagelijn voor auto s. Deze producten en processen worden in het algemeen ontwikkeld in samenwerking met andere disciplines. Zo zal bij een productontwerp de werktuigbouwkundig ingenieur het voortouw nemen voor het fysische ontwerp, de mechanica in de brede zin van het woord, de materiaalkeuze en de productiemethode. De elektrotechnicus, de informaticus en de fysicus zullen respectievelijk aandacht schenken aan de elektronica, software en de analyse van de achterliggende fysische processen. Bij het ontwerp van processen zal de werktuigbouwkundig ingenieur de eerste verantwoordelijkheid hebben voor het ontwerpen van de procesinstallatie en de daarbijbehorende procesregelingen. Overigens zullen de werktuigbouwkundig ingenieurs in alle gevallen mee moeten kunnen denken over de problemen vanuit ander disciplines en in minder complexe situaties hier ook zelf oplossingen voor kunnen genereren. Afhankelijk van welke functies in de "ontwerpcyclus" het meest belicht worden kunnen voor de werktuigbouwkundig ingenieur drie uitstroomtypen worden onderscheiden, te weten maken, sturen en vertalen. Bij maken gaat het om de ontwerper-constructeur, degene die een technisch product of een technisch proces ontwerpt (of daaraan bijdraagt) of onderhoudt. Deze ingenieur houdt zich dus bezig met de functies binnen de ontwerpcyclus. Bij sturen betreft het degene die sturing geeft aan (de uitvoering van) technische en/of aan techniek gerelateerde processen. Deze ingenieur vervult meer de regelende functies binnen de "ontwerpcyclus" Bij het vertalen tenslotte gaat het om degene die technische aspecten van producten en processen vertaalt naar niet technische toepassingen c.q. toepassers en vice versa. Deze ingenieur is vooral bezig met het communiceren over de ontwerpcyclus. Bij de formulering van de beroepscompetenties van de werktuigbouwkundig HBO ingenieur komt dit onderscheid tot uiting in de drie beroepscontexten maken, sturen en vertalen, naast de algemene beroepskwalificaties die gelden voor elke werktuigbouwkundig ingenieur. 2

De producten uit de "ontwerpcyclus" vinden we in de gehele samenleving. De werktuigbouwkundig ingenieur functioneert in die omgeving waar deze producten een rol spelen, de technische omgeving. Het kan daarbij gaan om enkele aspecten uit de "ontwerpcyclus", zoals alleen het ontwerp maar ook het gebruik van deze producten. Dit kan binnen een industriële omgeving zijn, maar ook in ziekenhuizen, attractieparken, researchinstellingen, bij de overheid, bij het onderwijs en in andere omgevingen zijn ingenieurs werkzaam. De beroepsomgeving van de werktuigbouwkundig ingenieur is aan verandering onderhevig. Het gangbare, sequentiële ontwerpproces wordt steeds meer vervangen door integrale ontwerpmethoden als concurrent engineering en collaborative engineering, waarbij een aantal ontwerpstappen gelijktijdig doorlopen wordt, onder meer om een kortere time-to-market te bereiken, en waarbij een multidisciplinaire aanpak onontbeerlijk is. Ook de ontwikkelingen van de informatie- en communicatietechnologie alsmede de modularisering van het ontwerp- en productieproces zijn voorbeelden van veranderingen in de beroepsomgeving. Een dergelijke beroepsomgeving die permanent in ontwikkeling is, vraagt van iedere ingenieur beroepscompetenties om hierin mee te kunnen groeien. Bij het ontwerpen c.q. construeren van een technisch product of een technisch proces, door een HBO ingenieur Werktuigbouwkunde, ligt het accent op nieuwe toepassingen met bestaande technologieën. De WO ingenieur is meer uitgerust om deze nieuwe technologieën te ontwikkelen en de MBO afgestudeerde zal veelal actief zijn binnen een deelproces van de ontwerpcyclus en in een minder complexe omgeving, met het accent op competenties waarbij vaardigheden een belangrijke rol spelen. De beroepscompetenties zijn mede gebaseerd op de volgende documenten: Competent HTNO. Gids voor het beschrijven van de landelijke kwalificaties in het HTNO. Projectnotitie Competent HTNO. November 2000. Santema e.a.: Beroepsprofiel en Opleidingsprofiel HBO-I. HBO-I platform. Augustus 2000. ISBN 90-74793-17-7. Berendsen e.a.: Axis Verkenning: Herontwerp Technische Opleidingen HBO. Axis. Juli 1999. ISBN 90-5861-001-2. Beroepsprofiel HBO ingenieur Werktuigbouwkunde. Conceptversie. Maart 1999. 3

2. Algemene beroepscompetenties 1. Kan functioneren in een dynamische, multidisciplinaire en internationale omgeving. 2. Kan innovatieve ideeën genereren en kan initiatieven nemen. 3. Kan kennis en vaardigheden up to date houden, uitbreiden en overdragen. 4. Kan bij beroepsmatige en ethische dilemma s een afweging maken op basis van maatschappelijk geaccepteerde normen en waarden en een besluit nemen. 5. Kan op diverse manieren effectief communiceren met verschillende geledingen in verschillende situaties. 6. Kan zelfstandig werken en in een multidisciplinair team gestructureerd resultaatgericht samenwerken, waar van toepassing op basis van specifieke ontwikkelmethodieken. 7. Kan onder tijdsdruk en bij onvoorziene omstandigheden effectief blijven functioneren. 8. Kan leidinggevende en managementtaken uitvoeren. 9. Kan reflecteren op het eigen gedrag om feedback te geven en te ontvangen. 10. Kan een actieve bijdrage leveren aan de ontwikkeling van het beroep. 4

3. Beroepscompetenties behorende bij de context Maken Bij maken gaat het om de ontwerper-constructeur, degene die een technisch product of een technisch proces ontwerpt (of daaraan bijdraagt) of onderhoudt. Het realiseren van producten en processen speelt zich veelal af in min of meer complexe projecten. Gebruik wordt gemaakt van systematische en actuele ontwerpmethodieken als quality function deployment, waardeanalyse, design for assembly, design for manufacturing en failure mode and effect analysis. Met name in de fase van voorontwikkeling wordt een beroep gedaan op een diepgaand analytisch vermogen. Het is van belang dat de medewerker de gevolgen van zijn keuzes voor anderen en de gevolgen van keuzes van anderen voor zijn eigen werkzaamheden kan overzien en, op basis hiervan, sturing kan geven aan het proces. 1. Kan op basis van maatschappelijke, natuurwetenschappelijke, bedrijfseconomische en informatietechnologische aspecten een technisch proces analyseren. 2. Kan een klantwens analyseren en vertalen in functionele en technische specificaties van een te realiseren product. 3. Kan een ontwerpproces plannen en sturen. 4. Kan vanuit technische en functionele specificaties een technische oplossing ontwerpen en hierbij een gefundeerde keuze maken uit alternatieven. 5. Kan in het ontwerpproces actuele ontwerpmethodieken en natuurwetenschappelijke en informatietechnologische principes toepassen en kan modellerings-, simulatie-, meet- en beproevingstechnieken gebruiken. 6. Kan overwegingen ten aanzien van bedrijfseconomie, markt, milieu, kwaliteit, produceerbaarheid en onderhoudbaarheid betrekken bij het ontwerpproces in relatie tot de totale levenscyclus van het te ontwerpen product. 7. Kan bij het specificeren en ontwerpen wettelijke voorschriften toepassen, onder andere met betrekking tot arbeidsomstandigheden, veiligheid, milieu en keuringsnormen. 5

4. Beroepscompetenties behorende bij de context Sturen Bij sturen betreft het degene die sturing geeft aan (de uitvoering van) technische en/of aan techniek gerelateerde processen. De competenties die bij de context sturen behoren worden uitgeoefend in een technische omgeving, waarbij het gaat om het begeleiding en leiding geven aan het plannen, implementeren, beheersen en optimaliseren van technische en/of aan techniek gerelateerde processen. Bij het opstellen en uitvoeren van plannen gaat het om de ondernemingsplanning en de plannen die daaruit voortvloeien zoals onderhoudsplannen, kwaliteitsplannen en milieuplannen. 1. Kan een analyse van een aan techniek gerelateerd bedrijfsproces uitvoeren en op basis hiervan aanpassingen genereren en implementeren. 2. Kan een ondernemingsplan en de daaruit voortvloeiende plannen ten behoeve van aan techniek gerelateerde bedrijfsprocessen opstellen en de uitvoering hiervan bewaken. 3. Kan, op basis van natuurwetenschappelijke, informatietechnologische en bedrijfseconomische principes begeleiding geven bij het doen van metingen, beproevingen en simulaties, bij het beoordelen, analyseren, installeren en in bedrijf stellen van een technisch ontwerp en bij het zo nodig in gang zetten van verbeteracties. 4. Kan een aan techniek gerelateerd bedrijfsproces inrichten en aansturen, gericht op doelen en resultaten, en kan hierbij gebruik maken van bedrijfseconomische, organisatiekundige en organisatiepsychologische principes. 5. Kan een aan techniek gerelateerd bedrijfsproces inrichten en aansturen en hierbij wettelijke voorschriften toepassen, onder andere met betrekking tot arbeidsomstandigheden, veiligheid, milieu en keuringsnormen. 6. Kan leiding geven aan mensen die werkzaam zijn in bedrijfsprocessen in een technische omgeving. 6

5. Beroepscompetenties behorende bij de context Vertalen De competenties die bij de context vertalen behoren hebben betrekking op degene die technische aspecten van producten en processen vertaalt naar niet technische toepassingen c.q. toepassers en vice versa. Denk hierbij aan het commerciële domein, het politiek-bestuurlijke domein en de gezondheidszorg. Ook het (technisch) onderwijs breed gezegd: de kennisoverdracht valt hieronder te scharen. Het gaat hierbij om intermediaire functies in relatie tot toepassen van technologie, waarbij communicatie een grote rol speelt. Deze functies kunnen betrekking hebben op communicatie tussen klant en bedrijf, tussen leverancier en bedrijf, tussen overheid en bedrijf, tussen afdelingen in het bedrijf, tussen management en afdelingen en binnen afdelingen. Verder kunnen de werkzaamheden betrekking hebben op het acquireren van opdrachten, het maken van marketingplannen, advisering, bemiddeling, analyseren van trends, ontwikkelen van strategie en beleid, het verzorgen van onderwijs, het bedrijven van wetenschapsjournalistiek en het opstellen van productdocumentatie. 1. Kan op diverse manieren effectief communiceren met verschillende geledingen in situaties waarin hieraan hoge eisen worden gesteld. 2. Kan kwalitatief en kwantitatief onderzoek doen naar mogelijkheden en trends in de markt, leveranciers en klanten beoordelen en kiezen alsmede contracten en offertes opstellen en beoordelen. 3. Kan een analyse van een bedrijfsproces uitvoeren en op basis hiervan oplossingen genereren. 4. Kan vanuit een ondernemingsplan een plan voor een aan techniek gerelateerd bedrijfsproces opstellen en kan een bedrijfsproces bewaken. 5. Kan op basis van technische- en bedrijfseconomische aspecten een aan techniek gerelateerd proces analyseren. 6. Kan productinnovaties initiëren, een globaal ontwerp maken van een product of een technologisch proces en hierbij wettelijke voorschriften toepassen, onder andere met betrekking tot arbeidsomstandigheden, veiligheid, milieu en keuringsnormen. 7. Kan technologische kennis en ontwikkelingen alsmede productinformatie op uiteenlopende wijzen en met verschillende daartoe geëigende middelen toegankelijk maken voor en overdragen aan specifieke doelgroepen. 7

Deel II Landelijke opleidingscompetenties die tenminste aangeboden worden door alle opleidingen Werktuigbouwkunde. De hieronder weergegeven set van opleidingscompetenties brengt tot uitdrukking aan welke minimumeisen elke afgestudeerde HBO'er Werktuigbouwkunde in Nederland direct na het afronden van zijn opleiding zou moeten voldoen. Er wordt vanuit gegaan dat deze minimumeisen gerealiseerd kunnen worden binnen 70% van het curriculum. Om in de discipline Werktuigbouwkunde daadwerkelijk het HBO-niveau te bereiken, dient in de resterende 30% verdieping gekoppeld te worden aan verbreding. Hierbij wordt in de eerste plaats gedacht aan een verdieping en verbreding in één van de richtingen, zoals beschreven in de drie beroepsprofielen Maken, Sturen respectievelijk Vertalen. Genoemde competenties komen niet zozeer in de plaats van de gewenste regionale inkleuringen (technisch of anderszins), maar kunnen in het algemeen harmonieus samengaan. De geformuleerde opleidingscompetenties zijn direct afgeleid van de competenties die gedefinieerd zijn binnen de drie beroepsprofielen Maken, Sturen en Vertalen. Als handreiking voor de vertaling van deze competenties naar de inrichting van opleidingen zijn deze opleidingscompetenties van een toelichting voorzien. Deze toelichting geeft aan: de context waarbinnen de betreffende competentie aan de orde is; aspecten die bij deze competentie een rol spelen ten aanzien van deelcompetenties, kennis, vaardigheden en attituden;. met het doel om hiermee indicaties te geven voor de gewenste inrichting van de opleidingen Werktuigbouwkunde De toelichting is richtinggevend en is daarom niet voorschrijvend noch uitputtend. 8

Opleidingscompetentie Toelichting 1. Kan functioneren in een dynamische, multidisciplinaire en internationale omgeving. De pas afgestudeerde werktuigbouwkundig ingenieur functioneert veelal in een werkomgeving waarbinnen snel en adequaat moet worden ingespeeld op veranderende omstandigheden, nationaal en internationaal. Binnen deze omgeving maakt hij deel uit van multidisciplinair en soms internationaal samengestelde teams. kan mondeling en schriftelijk communiceren in de Nederlandse en Engelse taal, kan planmatig werken. enige kennis van groepsprocessen en groepsdynamiek, enige kennis van andere disciplines, enige kennis van andere culturen, talenkennis. Belangrijke vaardigheidsaspecten kan vergaderen, kan assertief zijn. Belangrijke houdingsaspecten bereidheid tot samenwerken, open staan voor anderen, flexibiliteit. 2. Kan ideeën genereren en kan initiatieven nemen. Het snel, adequaat en pro-actief kunnen inspelen op veranderende omstandigheden eist van een organisatie, en daarmee van de medewerkers, een sterk innovatief vermogen. kan zich oriënteren op nieuwe trends en vernieuwende ideeën, kan methodes hanteren voor het genereren van ideeën (brainstormen e.d.). Belangrijke houdingsaspecten oog hebben voor nieuwe ontwikkelingen in het beroep en hiervoor open staan, bereid zijn om te pionieren op nieuwe gebieden, een brede belangstelling hebben. 9

Opleidingscompetentie Toelichting 3. Kan kennis en vaardigheden delen, up to date houden en uitbreiden. Adequaat kennismanagement is een van de pijlers waarop het innovatief vermogen van een organisatie moet rusten. Medewerkers dienen in het kader hiervan gedurende hun werkzame leven kennis en vaardigheden op peil te kunnen houden. kan kennis nemen van nieuwe ontwikkelingen via literatuur, opleidingen, congressen, beurzen e.d., kan kennis delen. Belangrijke vaardigheidsaspecten kan zichzelf leervragen stellen kan acties ondernemen om zich kennis eigen te maken. Belangrijk houdingsaspect bereidheid om kennis te delen 4. Kan bij beroepsmatige en ethische dilemma s een afweging maken op basis van maatschappelijk geaccepteerde normen en waarden en een bijdrage leveren aan een besluit. Van ondernemingen wordt maatschappelijk verantwoord ondernemerschap verlangd, waartoe behoort het opereren binnen (Europese) regelgeving. Ook de pas afgestudeerd ingenieur wordt hiermee geconfronteerd Belangrijke deelcompetentie kan op gestructureerde wijze deelnemen aan een besluitvormingsproces. maatschappelijke vorming, ethische aspecten van de techniekbeoefening, regelgeving op het gebied van veiligheid, milieu, arbo, maatschappelijke normen en gewoonten, inspraakroutes. Belangrijk houdingsaspect bereidheid om te opereren binnen maatschappelijk geaccepteerde normen en waarden. 5. Kan op diverse manieren effectief communiceren. In organisaties staat teamwerken en kennisdeling centraal. Verder vereist oriëntatie op de omgeving contact over verschillende disciplines met verschillende doelgroepen en externe partners. Pas afgestudeerde medewerkers dienen hiertoe een mix van communicatie-instrumenten te kunnen hanteren. kan mondeling en schriftelijk communiceren in de Nederlandse en Engelse taal, kan op gestructureerde wijze deelnemen aan een besluitvormingsproces, kan in formele en informele groepen functioneren. Belangrijke vaardigheidaspecten kan presenteren, kan vergaderen. 10

Opleidingscompetentie Toelichting 6. Kan zelfstandig werken en in een multidisciplinair team gestructureerd resultaatgericht samenwerken, waar van toepassing op basis van specifieke ontwikkelmethodieken. Teamwerk moet leiden tot resultaten en producten binnen een bepaalde tijd en met bepaalde kosten. Hiertoe krijgen teams een resultaatverantwoordelijkheid, waaraan ieder teamlid dient bij te dragen. kan projectmatig werken, kan op gestructureerde wijze deelnemen aan een besluitvormingsproces. Belangrijk kennisaspect planningssystemen van methodieken als Concurrent Engineering. Belangrijke vaardigheidsaspecten kan werken volgens systematieken als Concurrent Engineering en Collaborative Engineering, kan werk plannen. 7. Kan onder tijdsdruk en bij onvoorziene omstandigheden effectief blijven functioneren. De dynamiek van het beroepenveld leidt tot een continue druk om snel tot resultaten te komen en dus tot een verkorting van de time to market. Een goed time management is daarom belangrijk. kan overzicht houden met betrekking tot deadlines, urgentie, prioriteiten, uitstelmogelijkheden en haalbaarheid, kan onder tijdsdruk gestructureerd blijven denken, kan besluiten nemen met een gecalculeerd risico. 8. Kan leidinggevende en managementtaken uitvoeren. Een pas afgestudeerd werktuigbouwkundig ingenieur kan in een omgeving terecht komen waar hij MBO ers direct en collega- HBO ers coachend moet aansturen. Het komt voor dat hij dit doet als projectleider bij een project met beperkte complexiteit en omvang. kan leiding geven aan een beperkt aantal medewerkers op uitvoerend niveau, kan projectmatig werken, kan verantwoording afleggen qua resultaat, financiën en kwaliteit, kan een kostenschatting maken, kan een gefundeerd besluit nemen respectievelijk door een groep laten nemen. 11

Opleidingscompetentie Toelichting 9. Kan reflecteren op het eigen gedrag om feedback te geven en te ontvangen. Goed samenwerken in een team vereist bereidheid en vermogen om van elkaar te leren met betrekking tot ieders functioneren binnen dit team. Een medewerker dient er zich van bewust te zijn welke invloed hij heeft op anderen en in welk opzicht hij zonodig zijn functioneren kan verbeteren. kan zijn voordeel doen met informatie en opmerkingen met betrekking tot het eigen functioneren, kan kritiek geven met respect voor de eigenwaarde en de veiligheid van een collega. Belangrijke houdingsaspecten open staan voor informatie en opmerkingen over het eigen functioneren, respect voor anderen. 10. Kan reflecteren op de eigen beroepsomgeving. Om op termijn een bijdrage te kunnen leveren aan de ontwikkeling van het beroep, dient de beginnend beroepsbeoefenaar eerst zicht te hebben op de eigen beroepsomgeving, de functiemogelijkheden hierbinnen en de bijdrage van de beroepsuitoefening aan het organisatieresultaat. de eigen beroepsomgeving en beroepsuitoefening, de kerncompetenties bij de beroepsuitoefening, de functiemogelijkheden binnen de beroepsomgeving, de relevante omgevingskenmerken bij de beroepsuitoefening. 11. Kan een klantwens vertalen naar productspecificaties. Contacten met klanten (zowel intern als extern) met diverse achtergronden, maken deel uit van de werkzaamheden. Klanten hebben vaak een probleem met een vage notie voor de oplossing. Het probleem van de klant moet helder in kaart worden gebracht om datgene te ontwikkelen waar de klant behoefte aan heeft. kan luisteren en uit een verhaal de kernpunten samenvatten, kan denken in functies, kan een pakket van eisen opstellen in dialoog met de klant. Belangrijke houdingsaspecten open staan voor anderen, respect voor de wensen en belangen van klanten. 12

Opleidingscompetentie Toelichting 12. Kan een ontwerpproces plannen en sturen. Werktuigbouwkundige ingenieurs functioneren in het algemeen in multidisciplinaire teams die projectmatig werken aan het ontwerpen van processen en producten volgens gestructureerde planningsmethoden. kan leiding geven aan een beperkt aantal medewerkers op uitvoerend niveau, kan projectmatig werken. methodisch ontwerpen, planningssystemen van methodieken als Concurrent Engineering en Life Cycle Engineering. Belangrijk vaardigheidsaspect kan werken volgens de systematieken van methodieken als Concurrent Engineering en Collaborative Engineering, 13. Kan knelpunten in een aan techniek gerelateerd bedrijfsproces signaleren en hiervoor oplossingen genereren. Een bedrijfsproces is een complex systeem waarin sprake is van interactie tussen mens en mens, mens en proces, mens en machine, machine en machine met een continue druk op kwaliteitsbeheersing en procesoptimalisatie. Bedrijfsprocessen hebben technische en bedrijfseconomische aspecten alsmede marktaspecten die in onderlinge relatie afgewogen moeten worden. Belangrijke deelcompetentie kan een systeemanalyse uitvoeren en systeemleer toepassen op organisatie- en bedrijfsprocessen. Belangrijk kennisaspect methodes op het gebied van systeemleer. 14. Kan modellerings-, simulatie-, meet- en beproevingstechnieken gebruiken. Ter ondersteuning van het ontwerpproces en ter realisatie van een technisch proces maakt de werktuigbouwkundig ingenieur gebruik van modellerings-, simulatie-, meet- en beproevingstechnieken. fysische achtergronden, metingen en simulaties van domeinrelevante fysische principes en de daarbij behorende toepassingen. Belangrijke vaardigheid kan metingen en simulaties uitvoeren in de praktijk. 13

Opleidingscompetentie Toelichting 15. Kan aspecten ten aanzien van bedrijfseconomie, organisatiekunde, arbeidsomstandigheden, veiligheid en milieu betrekken bij de werkzaamheden. Een organisatie heeft altijd te maken met interne en externe factoren zoals wet- en regelgeving die bepalend zijn voor de inrichting van de werkomgeving en de werkzaamheden. kan wetten, normen en regelgeving lezen en de van belang zijnde elementen hieruit voor de eigen werkzaamheden onderkennen en toepassen, kan de importantie van bedrijfseconomische aspecten voor de eigen werkzaamheden onderkennen en toepassen. (Europese) normen en regelgeving, relevante elementen uit de bedrijfseconomie. 16. Kan de betekenis van een ondernemingsplan en daaruit afgeleide plannen inschatten voor wat betreft de implicaties op zijn eigen werk. De doelstellingen en de strategie van een onderneming komen tot uitdrukking in het ondernemingsplan. Dit plan is richtinggevend voor alle activiteiten die in de organisatie plaatsvinden. elementaire kennis van een ondernemingsplan. Belangrijk vaardigheidsaspect kan eigen bijdragen en die van anderen verantwoorden en plaatsen in het ondernemingsplan. Belangrijk houdingsaspect commitment aan de organisatiedoelen. 17. Kan op basis van technische en bedrijfseconomische aspecten een aan techniek gerelateerd proces analyseren. Ten behoeve van optimalisatie en rationalisatie van een aan techniek gerelateerd proces dient een analyse plaats te vinden, waarbij technische en bedrijfseconomische aspecten alsmede marktaspecten in onderlinge relatie afgewogen dienen te worden. kennis van bedrijfseconomische aspecten, kennis van onderhoudstrategie, kennis van analysetechnieken, kennis van marketing, kennis van fysische en technische achtergronden. Belangrijk vaardigheidsaspect kan een proces op verschillende niveaus overzien. Belangrijk houdingsaspect resultaatgerichtheid. 14

Opleidingscompetentie Toelichting 18. Kan een globaal ontwerp maken van een product of een aan techniek gerelateerd proces. De werktuigbouwkundig ingenieur is actief in het ontwerpproces als individu of in teamverband. Het ontwerpen varieert van samen met de klant een eerste ideeontwerp maken tot het vanuit een gegeven eisenpakket een ontwerp genereren. De werktuigbouwkundig ingenieur moet in dit proces globaal de stappen kunnen maken om via probleemdefinitie en het genereren van alternatieven een globale oplossing te kiezen en te presenteren. kan een klantvraag vertalen naar een concreet probleem. kennis van fysische en technische achtergronden, kennis van integraal ontwerpen. Belangrijke vaardigheidsaspecten kan omgaan met moderne ict-toepassingen, kan participeren in creatieve processen. Belangrijke houdingsaspecten klantgerichtheid, bereidheid tot samenwerken, reflectief. 15