Project ter ondersteuning van de acties van de Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg inzake Zelfmoordpreventie



Vergelijkbare documenten
4. JAARPLAN BEGROTING INDICATOREN 2012 Dienst Ambulante Geestelijke Gezondheidszorg JAARPLAN 2012

Suïcidepreventie op de werkvloer: van signaalherkenning tot nabestaanden

Vormingsaanbod geestelijke gezondheid

Workshops geestelijke gezondheid. Locoregionale uitvoering Vlaams Actieplan Suïcidepreventie Oost-Vlaanderen

Verpleegkunde en de preventie van zelfdoding: Een multidisciplinair perspectief

Suïcidepreventiewerking van de Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg

Aanbod suïcidepreventiewerking voor scholen vanuit Cgg Largo

CONVENANT BETREFFENDE EEN GEZAMENLIJKE AANPAK VAN OUDERENMIS(BE)HANDELING VOOR HET VLAAMSE GEWEST, DE VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE EN DE PROVINCIES

Hoe bouw je een sterk suïcidepreventiebeleid uit?

Suïcidepreventie op de werkvloer

PREVENTIE VAN ZELFMOORD

ZORG VOOR JONGE SUÏCIDEPOGERS

30 maart 2017 Lancering Vlaamse richtlijn Detectie en Behandeling van Suïcidaal gedrag. #SP_reflex

Inspiratiegids 10-daagse van de Geestelijke Gezondheid 1-10 oktober 2018 Werken aan geestelijke gezondheid in de huisartsenpraktijk

Implementatie van een werkmodel voor vroegdetectie en preventie bij KOPP in Vlaamse GGZ-voorzieningen voor volwassenen:

DETECTIE EN BEHANDELING VAN SUÏCIDAAL GEDRAG

Suïcidepreventiebeleid binnen een organisatie 10/10/2014

Met de zesde staatshervorming is de bevoegdheid voor de moeder-kindeenheden naar Vlaanderen overgeheveld.

Eén gezin één plan. Meer capaciteit en samenwerking in de rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp

VLESP Jaarplan

Vacature CAW Centraal-West-Vlaanderen BELEIDSMEDEWERKER & KWALITEITSCOÖRDINATOR

Decreet betreffende de organisatie en ondersteuning van het geestelijk gezondheidsaanbod

Resultaten bevraging van de Logo s. Suggesties voor een betere lokale samenwerking

Huishoudelijk Reglement van de Stuurgroep. Green Deal. <001> <Gedeelde Mobiliteit>

Organisatie van de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden

Regionale zelfzorgbijeenkomst regio Gent Thema public relations en bekendmaking verslag dd. 9 juni mei 2005

Functiekaart. Werkt onder leiding van en rapporteert aan: beleidscoördinator Samenleving Leven en Welzijn

DETECTIE EN BEHANDELING VAN SUÏCIDAAL GEDRAG DE ONTWIKKELING VAN EEN MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN Saskia Aerts en Eva Dumon

Jaarplan Zorg voor suïcidepogers 2013

Nieuwe gids GGB K&J 1

Elektronische nieuwsbrief 14 februari 2008 Jaargang 4 - nummer 1

Stand van zaken organisatie huisartsenpraktijken in de stad Antwerpen Welke maatregelen voorziet de stad?

BEVORDERING VAN DE COMMUNICATIE TUSSEN ZORGVERLENERS BETROKKEN BIJ DE ZORG VOOR OUDERE AFHANKELIJKE PERSONEN

De doelstellingen van directie en personeel worden expliciet omschreven in een beleidsplan en worden jaarlijks beoordeeld door de directie.

Stuurgroep Zorgtrajecten

Preventie suïcide en tabak, alcohol en drugs

Het Dream-project wordt sinds 2002 op ad-hoc basis gesubsidieerd.

Infobrochure. Wat na een Zelfmoordpoging?

Wat kan je doen na een suïcide of suïcidepoging? Multidisciplinaire Richtlijn: Detectie & Behandeling van Suïcidaal Gedrag Gent 30/03/2017

Functieprofiel projectmedewerker

BIJLAGE. Motivering van het voorliggende convenant

Naam van de schoolexterne interventie: ipot Groep INTRO Brussel

Resultaten De te bereiken resultaten m.b.t. de periode 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014 kunnen als volgt worden omschreven:

STRATEGISCHE DOELSTELLING 1: DE BEVOLKING VERANTWOORD EN KRITISCH LEREN OMGAAN MET GENOTSMIDDELEN

Rol: Maatschappelijk assistent

OVERGANGSBEPALINGEN VOOR VERENIGINGEN VOORTGANGSRAPPORT 2018

Jo Vandeurzen Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin

'K en Brugge in m'n erte *

Naam van de schoolexterne interventie: Arktos HERGO

Gezondheids- en Welzijnsbeurs Sint-Niklaas verslag 24-28/11/05

Suïcidepreventie in Vlaanderen: actieplan en multidisciplinaire richtlijn

1) In hoeverre is het instrument in uw organisatie gebruikt geweest?

FUNCTIEBESCHRIJVING MAATSCHAPPELIJK WERKER. 1. Functienaam Maatschappelijk werker maatzorg Graadbenaming: Maatschappelijk werker

Functiekaart dementie-experten van de regionale expertisecentra dementie

OVERGANGSBEPALINGEN VOOR BEWEGINGEN VOORTGANGSRAPPORT 2018

Provincieraadsbesluit

BEVORDERING VAN DE COMMUNICATIE TUSSEN ZORGVERLENERS BETROKKEN BIJ DE ZORG VOOR OUDERE AFHANKELIJKE PERSONEN EINDRAPPORT - PERIODE : 2007

Outreach autisme ondersteuning van inclusie van personen met autisme

Screenen naar colorectale kanker in de huisartspraktijk

Verslag aan de Provincieraad

Provincieraadsbesluit

HUISHOUDELIJK REGLEMENT INTERSECTORAAL REGIONAAL OVERLEG JEUGDHULP WEST-VLAANDEREN

Rol: Maatschappelijk assistent

FUNCTIE/ORGAAN: Directeur

Vlaams minister van Werk, Onderwijs en Vorming, Frank VANDENBROUCKE,

Het kwaliteitshandboek

Planning spuitenruil Provincie West-Vlaanderen 2013

Provincieraadsbesluit

Provinciale gespreksavond over Zelfzorg en lokaal sociaal beleid een haalbare kaart?

Convenant tussen OCMW Lier en Huisartsenvereniging Lier en Omstreken

Krachtlijnen voor het beleid volwassenenonderwijs en levenslang en levensbreed leren in de provincie West-Vlaanderen

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende het tijdelijk project Leerlingenvervoer buitengewoon onderwijs

Suïcidecijfers 2012 Vlaanderen

SUÏCIDEPREVENTIE IN VLAANDEREN:

INTEGRALE JEUGDHULP NIEUWSBRIEF 05 15/09/2015

Brugfiguur flankerend onderwijs FUNCTIEBESCHRIJVING

Ontwerp van decreet betreffende de organisatie van hulp- en dienstverlening aan gedetineerden DE VLAAMSE REGERING,

Preventie van suïcide bij de hoog risicogroep suïcidepogers Rita Vanhove

Actieplan LOP Gent Basisonderwijs

Projectmedewerker BudgetInZicht (BIZ) BIZ Noord-West-Vlaanderen Functiewaarderingsniveau B1c PC

Aandachtsfunctionaris Academie

Rol: clustermanager Inwoners

praktijkseminarie de operationele aanpak valorisatieproblematiek

De beoordelingselementen en -criteria voor de evaluatie in 2018

Historiek en vermaatschappelijking van de geestelijke gezondheidszorg

Suïcidepreventie 4 voor 12. Kirsten O CGG PassAnt Halle 13 oktober 2017

Lokale bestrijding. kinderarmoede. Groeiactieplan. kinderarmoede

INTENTIEVERKLARING PALLIATIEVE ZORG

Nieuwe gezondheidsdoelstelling: 20% minder zelfdodingen tegen 2020 in vergelijking met 2000.

RESULTATEN VIP² GGZ CGG PRISMA VZW -

De rechtenverkenner: een hefboom voor het lokaal sociaal beleid in Vlaanderen

overleggroep gezondheid; agendapunt samenwerking CGG s en verenigingen 02 februari 2010

Vacature coördinator Rungproject

Het Psychiatrische Expertiseteam, op de brug tussen de eerstelijnszorg en de gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg

Forum Opvoedingsondersteuning Westhoek Jonkershove (Houthulst)

SESSIE ONDERWIJS (ONDERWIJS IN GEZONDHEID)

Aandachtsfunctionaris Academie

ZAKELIJKE BEOORDELING IN DE OVERGANGSPERIODE, GELDIG VOOR ALLE ORGANISATIES

ZELFDODING OP DE WERKVLOER PRE EN POSTVENTIE

Transcriptie:

Federatie van Diensten voor Geestelijke Gezondheidszorg vzw Martelaarslaan 204B - 9000 Gent tel. 09.233.50.99 - fax 09.233.35.89 e-mail fdgg@fdgg.be Verbond der Verzorgingsinstellingen vzw Guimardstraat 1-1040 Brussel tel. 02.511.80.08 - fax 02.513.52.69 e-mail post@vvi.be info@zelfmoordpreventievlaanderen.be www.zelfmoordpreventievlaanderen.be Project ter ondersteuning van de acties van de Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg inzake Zelfmoordpreventie Deelproject in het kader van de overeenkomst tussen de Vlaamse Gemeenschap en het Samenwerkingsverband FDGG-VVI ter ondersteuning van de acties in de sector van de Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg inzake zelfmoordpreventie, kindermishandeling en daderhulp. eindredactie Karl Andriessen projectverantwoordelijke met de steun van de

Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 2

Inhoudstafel DEEL I HET PROJECT... 7 1. Inleiding... 8 2. Uitgangspunten... 8 3. De missie... 8 4. Doelstellingen... 10 4.1. Ingebouwde preventie en optimalisering van hulpverlening... 10 4.2. Deskundigheidsbevordering van intermediairs... 10 4.3. Opvang van nabestaanden... 10 4.4. Participeren aan overleg en bewaken van suïcidepreventie in de regionale overlegstructuren inzake zelfmoordpreventie... 11 5. Projectorganisatie... 11 5.1. De Stuurgroep... 11 5.2. Het Zelfmoordpreventieteam/Projectoverleg... 11 6. Projectcoördinatie en ondersteuning... 14 6.1. Functies... 14 6.1.1. Beleidsmatige, strategische en inhoudelijke aspecten... 14 6.1.2. Beeldvorming en public relations... 14 6.1.3. Samenwerking en partnership... 15 6.1.4. Interne/externe communicatie... 16 6.1.5. Logistieke en organisatorische ondersteuning... 16 6.2. Overleg: samenstelling en agenda... 17 6.2.1. Stuurgroep... 17 6.2.2. Projectoverleg... 17 6.2.3. Werkgroepen... 18 6.2.4. Het project in de CGG/regio/provincie... 18 DEEL II REALISATIES 2006... 21 1. Zelfmoordpreventie in de CGG... 22 2. Deskundigheidsbevordering... 23 2.1. Ziekenhuizen... 23 2.2. Huisartsen... 24 2.2.1. Algemene uitgangspunten en realisaties... 24 Delphistudie... 25 2.2.2. Nieuwe accenten... 25 2.2.3. Toekomstplannen... 25 2.3. Zelfmoordpreventie bij jongeren... 25 2.4. Politie... 27 Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 3

3. Netwerkontwikkeling... 29 3.1. Algemene uitgangspunten... 29 3.2. Regionale ontwikkelingen... 29 3.3. Vlaamse Pilootprojecten: Preventie van recidiven en suïcide bij suïcidepogers... 30 3.4. Toekomstplannen... 30 4. zelfmoordpreventievlaanderen.be... 31 5. Opvang van nabestaanden... 31 5.1. Werkgroep Verder... 31 5.2. Doelstellingen:... 32 5.3 Realisaties... 32 5.3.1. Gespreksgroepen voor nabestaanden na zelfdoding... 32 5.3.2. Website... 33 5.3.3. Dag van de Nabestaanden... 33 5.3.4. Kinderboek... 33 6. Varia... 34 6.1. Doorgeven van knowhow aan intermediairs... 34 6.2. Het bewaken van het thema suïcidepreventie in overlegstructuren... 34 6.3. Het meewerken aan regionale en (inter-)nationale suïcidepreventie-initiatieven... 35 6.4. Werelddag Suïcidepreventie... 35 6.5. Media... 36 7. Gevolgde studiedagen, colloquia, congressen... 36 8. Publicaties... 37 8.1. Peer review tijdschriften... 37 8.2. Andere tijdschriften... 38 8.3. Hoofdstukken in boeken... 38 8.4. Onderzoeksrapporten... 38 8.5. Abstracts van congrespresentaties... 38 Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 4

Voorwoord Het Project Zelfmoordpreventie van de Centra Geestelijke Gezondheidszorg (CGG) kreeg vorm onder impuls van de Convenanten Zelfmoordpreventie 1997-2000. Dit geldt ook voor de Coördinatie van het Project. De Convenanten Zelfmoordpreventie van de CGG werden inmiddels opgenomen in de beleidsplannen en de financiering van de betrokken CGG. Sedert januari 2000 maakt zelfmoordpreventie deel uit van de reguliere werking van de CGG. De Coördinatie van het Project maakt hierop echter een uitzondering. Tussen het Samenwerkingsverband FDGG-VVI en de overheid werd een convenant afgesloten voor wat betreft de coördinatie en de regio-overstijgende doelstellingen van het project. Deze taken werden vanaf 2003 opgenomen in de Overeenkomst tussen de Vlaamse Gemeenschap en het Samenwerkingsverband FDGG-VVI voor het ondersteunen van de acties van de CGG-sector inzake Zelfmoordpreventie - Kindermishandeling - Daderhulp. De huidige overeenkomst beslaat de jaren 2006-2008. Het Project Zelfmoordpreventie stelt zich tot doel de zelfmoordpreventie op professionele manier te ontwikkelen en uit te voeren vanuit de CGG. Hiervoor richt het Project zich voornamelijk op specifieke doelgroepen aan de hand van samenwerking, ondersteuning en vorming van sleutelfiguren en intermediaire organisaties (huisartsen, ziekenhuizen, politie, jeugdhulpverlening). Het Project Zelfmoordpreventie streeft naar de verankering van zelfmoordpreventie binnen beleid en praktijk in het kader van een lange termijnvisie. De Coördinatie ondersteunt processen om kwaliteitsverbetering in de preventiepraktijk tot stand te brengen. Pilootprojecten in Limburg hebben strategieën getest i.v.m. de opvang van suïcidepogers. Een screeningsinstrument werd ontwikkeld om de noden van de persoon in te schatten, en deze vervolgens toe te leiden naar vervolgzorg. Aansluitend hierbij wordt vorming geboden aan ziekenhuispersoneel, en aan huisartsen via een elektronisch leerpakket (itol en Gachet) en in LOKs en huisartsenkringen. De samenwerkingen met andere actoren inzake suïcidepreventie zoals Domus Medica, Cera, LUCAS, en de European Alliance Against Depression werden verder gezet. Het Project Zelfmoordpreventie steunt de publiekscampagne i.v.m. 10 positieve stappen voor een geestelijke gezondheid: Fit in je hoofd. Het concept van deze strategie ontstond enige jaren geleden in de schoot van het Project en werd in 2004 aan de overheid doorgegeven. Het Zelfmoordpreventieproject fungeert als depot van de folders en de affiches voor de CGG. Een in het oog springende realisatie in 2006 was de lancering van de nieuwe website van het Project: www.zelfmoordpreventievlaanderen.be. Dit gebeurde met ruime mediabelangstelling op een conferentie op 4 september, ter gelegenheid van de Werelddag Suïcidepreventie. Tijdens deze conferentie stelde mevr. Inge Vervotte, Vlaams Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, in primeur haar ontwerp van het Vlaams Actieplan Suïcidepreventie voor. De activiteiten van het CGG Project Zelfmoordpreventie werden grotendeels mee opgenomen in dit Vlaams Actieplan, waarin op verschillende plaatsen wordt verwezen naar de op het terrein aanwezige actoren, en dus ook naar het Project en/of het beleidsplan van het Project. Dit laatste kan worden gezien als een teken van de erkenning van de expertise van het Project. Gestart einde 1997 heeft het Project een deskundigheid opgebouwd en is het een referentiepunt geworden in het Vlaamse preventielandschap. Karl Andriessen Projectverantwoordelijke José De Brouwere voorzitter Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 5

Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 6

D E E L I H E T P R O J E C T Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 7

1. Inleiding Het Zelfmoordpreventieproject in de CGG kreeg vorm onder impuls van de Convenant(en) Zelfmoordpreventie van 1997 tot 2000. Dit geldt ook voor de activiteiten van de coördinatie van het Project. De Convenanten Zelfmoordpreventie van de CGG werden inmiddels opgenomen in de beleidsplannen en de financiering van de betrokken CGG. Sedert januari 2000 maakt zelfmoordpreventie deel uit van de reguliere werking van de CGG. De coördinatie en ondersteuning van het Project maakt hierop evenwel een uitzondering. Tussen het Samenwerkingsverband FDGG-VVI en de overheid werd voor de coördinatie een convenant afgesloten voor wat betreft de samenhang en de regio-overstijgende doelstellingen van het Project. Deze taken werden vanaf 2003 opgenomen in de Overeenkomst tussen de Vlaamse Gemeenschap en het Samenwerkingsverband FDGG-VVI voor het ondersteunen van de acties van de CGG-sector inzake Zelfmoordpreventie - Kindermishandeling - Daderhulp. De huidige overeenkomst beslaat de jaren 2006-2008. 2. Uitgangspunten Maatschappelijke verantwoordelijkheid De preventie van suïcide is een maatschappelijke verantwoordelijkheid waarbij verschillende beleidssectoren betrokken zijn. Suïcidepreventie is een taak van alle maatschappelijk georganiseerde instanties. Historisch gegroeid De CGG zijn vanuit hun ontstaansgeschiedenis gericht op het bevorderen van de geestelijke gezondheid en de preventie van geestelijke gezondheidsproblematiek. In opdracht Alle CGG hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid en opdracht ten aanzien van suïcidepreventie. Sommige CGG hebben een specifieke opdracht t.a.v. suïcidepreventie in opdracht van de overheid. Het decreet van 18 mei 1999 betreffende de geestelijke gezondheid overeenkomstig de artikelen 9 7,.9, 9, 9 2 voorziet risicogroepenpreventie en samenwerking met derden inzake preventie. Omwille van hun maatschappelijke positie richten de CGG zich tot een aantal intermediaire doelgroepen. 3. De missie Het Project Zelfmoordpreventie stelt zich tot doel de zelfmoordpreventie op professionele manier te ontwikkelen en uit te voeren in en vanuit de CGG. Hiervoor richt het Project zich voornamelijk op specifieke doelgroepen aan de hand van samenwerking, ondersteuning en vorming van sleutelfiguren en intermediaire organisaties. Het Project Zelfmoordpreventie streeft naar de verankering van de zelfmoordpreventie binnen beleid en praktijk in het kader van een lange termijnvisie. De Coördinatie ondersteunt processen om kwaliteitsverbetering in de preventiepraktijk tot stand te brengen. Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 8

Deze missie is realiseerbaar mits inachtname van het volgende: - het nastreven van structurele veranderingen; - alleen een integrale preventie kan resultaten bewerkstelligen; - de inspanningen dienen op lange termijn aangehouden, gecoördineerd te verlopen en op voldoende schaalgrootte te zijn ingebed. Dit impliceert dat het Project op meerdere terreinen actief is, namelijk: - het optimaliseren van de hulpverlening t.a.v. de suïcideproblematiek en de opvang van nabestaanden; - het samenwerken met intermediaire doelgroepen; - het bewaken van suïcidepreventie in de algemene preventie en participatie aan overlegstructuren inzake zelfmoordpreventie. Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 9

4. Doelstellingen 4.1. Ingebouwde preventie en optimalisering van hulpverlening Ingebouwde preventie zit verweven in de curatieve zorg of begeleiding. Bij de in de hulpverlening ingebouwde preventie gaat het om curatieve activiteiten die preventieve effecten hebben of die met een preventieve bekommernis worden uitgevoerd. In het kader van deze doelstelling onderscheiden we twee soorten ingebouwde preventieactiviteiten: - het optimaliseren van hulpverlening in het CGG bij risico op suïcidaal gedrag: het promoten en implementeren van een suïcidepreventieprotocol (aanbevelingen) waarin de activiteiten en verantwoordelijkheden t.a.v. suïcidale patiënten en risicopatiënten op suïcide duidelijk worden omschreven. Het protocol geeft aanwijzingen m.b.t. het behandelen van de aanmelding, intake, risico-inschatting, teambespreking en -verantwoordelijkheden en opmaak handelingsplan, opvolgen evolutie en (problematische) afsluiting van het dossier. (Cfr. intakeformulier). De CGG-hulpverleners worden door het Project op de hoogte gehouden van recente wetenschappelijke inzichten m.b.t. suïcidepreventie en behandeling van risicopatiënten. - het optimaliseren van samenwerking met hulpverleners buiten het CGG: het realiseren van samenwerkingsverbanden voor de opvolging van suïcidepogers en patiënten met risico op suïcide. Er worden afspraken gemaakt tussen het CGG en de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen i.v.m. doorverwijzing, samenwerking en opvolging van suïcidale patiënten en risicopatiënten op suïcide. Er worden afspraken gemaakt met de CLB s i.v.m. de samenwerking rond suïcidale leerlingen en leerlingen met risico op suïcide. Teneinde de samenwerking te optimaliseren kunnen momenten worden gepland voor gezamenlijke gevalsbespreking en evaluatie van de samenwerking met de hoger vermelde voorzieningen. 4.2. Deskundigheidsbevordering van intermediairs Intermediairs zijn voor het preventiewerk de tussenpersonen/sleutelfiguren die in contact staan met potentiële hulpvragers of werken met risicogroepen. Intermediairs hebben omwille van hun toegankelijkheid tot de doelgroep en hun specifieke deskundigheid een centrale rol bij het voorkomen van suïcide ondermeer inzake vroegdetectie. In dit kader zijn de volgende groepen van intermediairs van belang: huisartsen, ziekenhuispersoneel, jongerenbegeleiders, politiediensten, Teleonthaalvrijwilligers, e.a.. Het CGG Project Zelfmoordpreventie biedt vorming en coaching aan intermediairs die betrokken zijn bij de personen met een suïcideproblematiek of -risico. Deze verantwoordelijkheid wordt regionaal gerealiseerd. 4.3. Opvang van nabestaanden De opvang van nabestaanden in de CGG, en de coördinatie en werking van gespreksgroepen voor nabestaanden na zelfdoding in Vlaanderen vergt een bijzonder aanpak. De realisatie van deze doelstelling wordt opgenomen door de Werkgroep Verder die ontstaan is vanuit het CGG Project Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 10

Zelfmoordpreventie. In elke provincie is er een contactpersoon binnen het CGG, een Projectmedewerker, die de werking voor nabestaanden (gespreksgroepen) mee ondersteunt. Deze Projectmedewerkers zorgen ook voor lokale doorstroming van informatie en activiteiten, en werken mee aan andere activiteiten van de Werkgroep Verder. In het kader van het professionaliseren van de gespreksgroepen van nabestaanden, vanaf 2007, zal de inhoudelijke ondersteuning door medewerkers van het Project worden verder gezet. Daarnaast bevatten de vormingen suïcidepreventie die het Project verzorgt voor intermediairs een luik rouw na suïcide en hulp aan nabestaanden. 4.4. Participeren aan overleg en bewaken van suïcidepreventie in de regionale overlegstructuren inzake zelfmoordpreventie Dit houdt in: - het opvolgen van gecoördineerde acties tussen het CGG en andere initiatieven die zelfmoordpreventie tot doel hebben in de provincies en in Vlaanderen; - het agenderen van het maatschappelijk belang van suïcide en suïcidepreventie in regionale structuren; - het opvolgen van de suïcidepreventie in het kader van de algemene geestelijke gezondheidszorg en gezondheidspromotie. De CGG nemen de taak op zich als aandachtsfunctionaris binnen het regionaal gezondheids- en welzijnsoverleg; - de organisatie van een zelfmoordpreventieproject brengt preventieve elementen in vanaf de eerste lijn tot en met de derde lijn van de hulpverlening. De CGG werpen zich in de overlegstructuren op als bewakers van factoren die een bijdrage leveren tot het verkleinen van risico op suïcide. Zij vestigen de aandacht op elementen m.b.t. risicoreductie inzake suïcide en de bevordering van de geestelijke gezondheid. CGG werken mee aan het algemene opzet van geestelijke gezondheidszorg en gezondheidspromotie. - het inhoudelijk steunen en meewerken aan suïcidepreventieinitiatieven die worden genomen door de overheid, meer bepaald, in het kader van het Vlaams Actieplan Suïcidepreventie. 5. Projectorganisatie Sedert januari 2000 is de zelfmoordpreventie in de CGG geïntegreerd in de reguliere werking van de CGG. De vroegere convenants zijn hiermee verankerd in de reguliere werking van de betrokken CGG. De coördinatie van het project maakt hierop evenwel een uitzondering. Tussen het Samenwerkingsverband FDGG-VVI en de overheid werd voor de coördinatie een convenant afgesloten in het kader van de activiteiten ter ondersteuning van de CGG teneinde de samenhang en de doelstellingen van het project te bewaken. 5.1. De Stuurgroep De Stuurgroep is samengesteld uit een vertegenwoordiging van de FDGG, VVI, de directies van de betrokken CGG en de Projectverantwoordelijke/Coördinator. Op uitnodiging wordt de Stuurgroep bijgestaan door Projectmedewerkers. 5.2. Het Zelfmoordpreventieteam/Projectoverleg Het Zelfmoordpreventieteam/Projectoverleg bestaat uit de Projectmedewerkers van de CGG en de Projectverantwoordelijke. Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 11

In totaal zijn er 8,5 VTE of 15 Projectmedewerkers tewerkgesteld die behoren tot de reguliere equipes van de betrokken CGG. 1/3 VTE secretariaat en 1/2 VTE coördinator staan in voor de coördinatie en ondersteuning van de Projectmedewerkers en de CGG. Het ondersteunend kader is door een convenant aan het geheel van het Project Zelfmoordpreventie toegevoegd. Projectmedewerkers in de CGG en ondersteuning CGG West-Vlaanderen LARGO CGG Mandel en Leie CGG NW-VL Oost-Vlaanderen ECLIPS CGG ZO-Vl Antwerpen ANDANTE CGG Noorderkempen CGG De Pont Vlaams Brabant & Brussel AHASVERUS PASSANT (Leuven) PASSANT (Halle) CGG Brussel Limburg LITP DAGG Ondersteunend kader Samenwerkingsverband FDGG-VVI Projectmedewerkers Rita Barilla (halftijds) Karen De Waele (halftijds tot augustus) An Lievrouw (halftijds vanaf oktober) An Lievrouw (halftijds) Ilse Conserriere (4/5detijds) Katja Blauwbloeme (voltijds) Suzy Van der Meeren (2/3detijds; verlof in april-september) Danny Halford (4/5 de vervangingscontract in maart-september) Mieke Joniaux (terug vanaf oktober, 1/3detijds) Marijke Vandervoort (halftijds) Vicky Van Dooren (halftijds) Kim Soetaert (halftijds) Karl Andriessen (halftijds tot april) Astrid Alders (halftijds vanaf mei) Nico De fauw (halftijds) Bart Nauwelaerts (halftijds tot april) Karl Andriessen (halftijds vanaf april) Astrid Alders (halftijds) Rita Vanhove (halftijds, plus gemiddeld 10 uur/mnd pilootproj.) Walter De Keyzer (coördinatie, halftijds tot 30 juni) Karl Andriessen (coördinatie halftijds vanaf 20 april) Annie De Clercq (secretariaat, 1/3detijds) De contactgegevens van de Projectmedewerkers vindt u op volgende pagina Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 12

6. Projectcoördinatie en ondersteuning De projectcoördinatie ondersteunt de CGG en de projectmedewerkers in het verwezenlijken van de doelstellingen. De projectcoördinatie neemt procesmatige en functionele taken op zich op diverse vlakken. 6.1. Functies 6.1.1. Beleidsmatige, strategische en inhoudelijke aspecten Om wetenschappelijk onderbouwde redenen, opteerde de stuurgroep van het CGG Project Zelfmoordpreventie voor preventiestrategieën met een regio-overstijgend karakter, deskundigheidsbevordering van intermediairs, overleg en netwerkontwikkeling, verbetering van opvang van nabestaanden, protocollering, e.d.. Deze opties vergen coherentie, fasering, regelmatige bijsturing, management en overleg. Het Vlaamse preventielandschap is in volle ontwikkeling op het gebied van regelgeving en beleidsontwikkeling t.a.v. de 6 de gezondheidsdoelstelling. De projectcoördinatie volgt strategische discussies op inzake netwerkontwikkeling en preventiestrategieën met het oog op een gunstige positionering van het Project Zelfmoordpreventie in het geheel van het preventielandschap en de Vlaamse maatschappelijke context. In dit perspectief onderhoudt de coördinatie goede relaties met de overheid (administratie en het kabinet van de bevoegde minister) maar ook met andere relevante organisaties. De projectcoördinatie voert een actief beleid t.a.v. andere sectoren of partners in preventie inzake samenwerking. Pilootprojecten Het project was/is betrokken bij diverse pilootprojecten waarin naast de Vlaamse Gemeenschap ook partners uit de hulpverlenings-, financiële-, en universitaire wereld betrokken zijn: Cera Foundation, Domus Medica, Interuniversitair Centrum voor Huisartsenopleiding, European Alliance Against Depression, Eenheid voor Zelfmoordonderzoek Universiteit Gent, Limburgs Universitair Centrum, Vlaamse Vereniging voor Geestelijke Gezondheid, e.a. Deze projecten beogen preventief gedrag van huisartsen en ziekenhuispersoneel t.a.v. depressie en suïcide te verbeteren, interdisciplinaire samenwerking te bevorderen, zorgcontinuïteit te verzekeren en de opvang van suïcidale personen te verbeteren. Het Project Zelfmoordpreventie neemt deel aan stuurgroepen van pilootprojecten en is betrokken op het terrein. Beleidsvoorbereidende Werkgroepen Het Project Zelfmoordpreventie van de CGG nam deel aan beleidsvoorbereidende werkgroepen Zelfmoordpreventie van de Vlaamse en Federale overheid. 6.1.2. Beeldvorming en public relations Zelfmoord en ook de preventie ervan is een mediageniek gegeven. De projectcoördinatie en ondersteuning streeft naar een eigen gezicht van het Project en de CGG m.b.t. zelfmoordpreventie in het maatschappelijk gebeuren. Hiertoe worden de nodige contacten met media, overheids- en andere diensten of organisaties gelegd. Aandacht gaat naar de public relations met het oog op een goede verstandhouding met de media, en met mogelijke partners op regionaal en Vlaams niveau. Naast de frequente perscontacten i.v.m informatie, getuigen of locaties voor opnames, waren er ook dit jaar enkele representatiecontacten met de pers. Onze eigen, ruim bijgewoonde, conferentie op 4 september was een succes wat betreft beeldvorming en bekendmaking van de werking. Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2005 14

Het Project was ook vertegenwoordigd op andere conferenties in binnen- en buitenland. Op het 11th European Symposium on Suicide and Suicidal Behavior (8-12 september) werden 8 presentaties en workshops verzorgd vanuit de praktijk van het Project. Naast deze inhoudelijke toetsing was deelname belangrijk als bijscholing van de medewerkers en voor teambuilding. Op het 3 de Vlaamse Geestelijk Gezondheids Congres was het Project aanwezig met een infostand (samen met de Werkgroep Verder), en verzorgde 13 presentaties en workshops. Details van deze presentaties zijn opgenomen in de varia rubriek achteraan in dit verslag. Als gevolg van dit alles wordt er, zowel door hulpverleners als door hulpvragers, meer en meer een beroep gedaan op het secretariaat en de Coördinatie van het Project. 6.1.3. Samenwerking en partnership Cera Foundation De werking voor nabestaanden ontwikkelde zich i.s.m. derden. De Werkgroep Verder ontstond n.a.v. de samenwerking met de Cera Foundation. De financiering van de werking van Verder werd inmiddels overgenomen door de Vlaamse Gemeenschap. Het project zetelt ook in de wetenschappelijke stuurgroep van een innovatief totaalproject gericht op deskundigheidsbevordering van huisartsen en samenwerking met geestelijke gezondheid (zie hier onder). Domus Medica-ICHO Onder impuls van de Cera Foundation werd (in 2003) een preventieproject gelanceerd. Het project beoogt preventief gedrag bij de huisarts t.a.v. depressie en suïcide. De huisartsen krijgen een bijscholingspakket via e-learning en in LOKs en Kringen aangeboden, en kunnen beroep doen op een helpdesk (Gachet). Tevens worden behandelingsaanbevelingen geschreven, en via een actieonderzoek (Delphistudie) wordt een consensus ontwikkeld inzake samenwerking tussen de eerstelijnszorg en de gespecialiseerde zorg. Het CGG Project is partner en zetelt in de stuurgroep. Dit project wordt door de Vlaamse overheid gesubsidieerd. Onderwijs Met de ministeriële diensten (Vlaamse Onderwijsraad) werd contact opgenomen inzake deskundigheidsbevordering van CLB-medewerkers en leerlingbegeleiders in de scholen. Samen met de EZO en CPZ werd een brief verzonden naar de onderwijskoepels, waarin o.a. werd gewezen op het belang van preventiedraaiboeken in scholen van het secundair onderwijs. Politie Er werd een project Suicidepreventie als taak van politie in de voortgezette opleiding erkend in de Oost-Vlaamse Politie Academie. Dit pilootproject kan een nieuwe impuls geven aan de werking t.a.v. politie ook in andere provincies. Er waren contacten met het Federaal Stressteam. Vragen van regionale korpsen worden opgenomen binnen een breder preventiebeleidskader. Pilootprojecten in opdracht van de Vlaamse Overheid In Limburg liepen 2 Vlaamse pilootprojecten waarbij beroep werd gedaan op de expertise van het project: - Recidive preventie bij suïcidepogers i.s.m. huisartsen; - Psychosociale Evaluatie en Opvang van Suïcidepogers in het Algemeen Ziekenhuis (PEOSAZ). In West-Vlaanderen werkt het CGG-project mee aan stepped care -projecten in het kader van de European Alliance Against Depression. Het concept voor een publiekscampagne 10 stappen voor een geestelijke gezondheid werd eerder reeds aan de overheid overgemaakt, wat nu werd ontwikkeld tot Fit in je hoofd. Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 15

Media Het projectsecretariaat wordt regelmatig door de media gecontacteerd. Tevens wordt een actieve koers aangehouden door het verstrekken van informatie over eigen activiteiten, advies en bemiddeling m.b.t nieuwsgaring en interviews, etc. Media deden beroep op de knowhow van de netwerken, de sociale kaart, thematische kennis en informatie. Bij contacten wordt van de gelegenheid gebruik gemaakt om de media te wijzen op zorgvuldige verslaggeving en rekening te houden met de richtlijnen en aanbevelingen terzake. 6.1.4. Interne/externe communicatie De projectcoördinatie faciliteert de communicatie tussen: - de Stuurgroep en het Projectoverleg; - de Projectmedewerkers onderling en de CGG; - de Projectmedewerkers, de CGG en de overheidsdiensten m.b.t. het agenderen van aandachtspunten. De projectcoördinatie expliciteert en bewaakt de consensus binnen het Projectoverleg inzake strategie en werkmodellen (knelpunten aanduiden, agenderen). De projectcoördinatie waakt over het geheel i.f.v. operationaliteit van het Project. De projectcoördinatie vormt het aanspreekpunt van het Project Zelfmoordpreventie. Het aanspreekpunt zorgt voor snelle en adequate doorspeling van hulpvragen (individueel, instellingen of groepen) en de opvolging ervan. 6.1.5. Logistieke en organisatorische ondersteuning De taak van de Coördinatie situeert zich ook op organisatorisch en logistiek niveau: permanentie en secretariaatsondersteuning met het oog op productontwikkeling en het organiseren van training, intervisie en overleg. Het faciliteren van de communicatie en het opvolgen van de vorderingen zijn kerntaken. Sinds 2006 worden alle verslagen van de projectvergaderingen gearchiveerd op het intranet van de website van het Project, waar de leden van de Stuurgroep, de Projectmedewerkers, de Coördinator en het Secretariaat toegang toe hebben. Organisatorische ondersteuning De Coördinatie zorgt voor: - het organiseren en opvolgen van de vergaderingen van de Stuurgroep; - het organiseren en opvolgen van de vergaderingen van het Projectoverleg Zelfmoordpreventie; - het opvolgen van de werkgroepen; - het organiseren van overleg, intervisie en training; - organiseren en opvolgen van ad hoc-overleg; - organiseren van intervisie en training voor Projectmedewerkers en CGG-personeel. Logistieke ondersteuning De Coördinatie biedt secretariaatsondersteuning: - administratieve afhandeling; - verslaggeving; - archivering; - website/intranet - kopieservice; - vormgeving en huisstijl; - vergaderruimte; - permanentie. Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 16

6.2. Overleg: samenstelling en agenda 6.2.1. Stuurgroep De Stuurgroep bepaalt de strategische krijtlijnen van het project. De Stuurgroep nam in 2006 ook taken van dagelijkse orde op zich en nam een hogere vergaderfrequentie aan dan tot voor twee jaar. De stuurgroep vergaderde 7 maal (07.02, 28.03, 09.05, 07.07, 19.09, 17.10, 12.12). Samenstelling voorzitter leden De Brouwere José Aben Jos Andriessen Karl - Deboiserie Mimi - De Keyzer Walter - Desmit Filip - Dhanis Wim - Du Laing Leo - Lievens Jos - Mampuys Jan - Schröter Hans - Stijnen Eric - Van Speybroeck Jan - Vincke Alain Wyns Julienne Agendapunten Aanwerving nieuwe coördinator, opvolging project 10 positieve stappen Fit in je hoofd, samenwerking met ICHO, organisatiestructuur van het project, sturing, intermediaire doelgroepen, evaluatie, opzet en evaluatie van de activiteit (conferentie) van het Project in het kader van de Werelddag Suïcidepreventie, het Project op het Europese Suicide Symposium en het Vlaams Congres Geestelijke Gezondheid in september, strategieën inzake suïcidepreventie bij jongeren, communicatie naar CLB, jaarverslag 2005, netwerkactiviteiten in de regio s, overleg met de overheid, Vlaams Actieplan Suïcidepreventie, website en intranet van het Project, facturering vormingen, implementatie pilootprojecten preventiestrategieën na een zelfmoordpoging, geestelijke gezondheidsbeleid op school, persaandacht voor zelfmoordpreventie, samenwerking met LUCAS ivm evaluatie vormingen, samenwerking Domus Medica, projectoproep vroegdetectie psychose, bevraging suïcidepreventie door federale overheid, publicaties van projectmedewerkers, dossier continuering coördinatie convenant, afstemming projectdoelstellingen-vlaams Actieplan, ethisch charter i.v.m. sponsoring, vooruitblik 10 jaar Project in 2007. 6.2.2. Projectoverleg Het Projectoverleg bestaat uit de voltallige groep Projectmedewerkers die samen met de Coördinator het zelfmoordpreventieteam vormen. Afstemming en informatieoverdracht beheersen de agenda. Het Projectoverleg hield 9 vergaderdagen (19.01, 23.02, 06.04, 04.05, 29.06, 31.08, 05.10, 09.11, 21.12). Samenstelling voorzitter leden De Keyzer Walter, in april opgevolgd door Karl Andriessen Alders Astrid - Andriessen Karl Barilla Rita - Blauwbloeme Katja - Conserrière Ilse - De fauw Nico - De Waele Karen - Halford Danny Joniaux Mieke - Lievrouw An - Nauwelaerts Bart - Soetaert Kim - Van der Meeren Suzy - Vandervoort Marijke - Van Dooren Vicky - Vanhove Rita Agenda Aanwerving nieuwe coördinator, Fit in je hoofd, jaarverslag 2005, ontwikkelingen in de verschillende werkgroepen, suïcidepreventie bij jongeren, politie, huisartsen, ziekenhuizen, netwerkontwikkeling, en nabestaanden; locoregionale/provinciale ontwikkelingen; aanwezigheid en activiteiten van het Project in het Europese Suicide Symposium en het Vlaamse Congres Geestelijke Gezondheid in september, nieuwe vakliteratuur, ontwikkeling van de website en intranet, organisatie en evaluatie van de conferentie n.a.v. de Werelddag Suïcidepreventie, Vlaamse beleidsontwikkelingen, oprichting Vlaamse Werkgroep Suïcidepreventie, evaluatie pilootprojecten risico-inschatting en recidivepreventie, start Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 17

project integrale zorg suïcidepogers, federale initiatieven, communicatie naar CLB, contacten met media, samenwerkingen met Domus Medica, ICHO, European Alliance Against Depression, LUCAS, CPZ, EZO, Ups&Downs; Werkgroep Verder, 5 de dag van de Nabestaanden, protocollen suïcidepreventie, ethische code i.v.m. sponsoring, 10 jarig jubileum van het Project in 2007. 6.2.3. Werkgroepen Vorming intermediairs - werkgroep huisartsen - werkgroep ziekenhuizen/netwerkontwikkeling - werkgroep jongeren - werkgroep politie Deze vier werkgroepen liggen aan de basis van vier vormingspakketten gericht op intermediaire doelgroepen: huisartsen, politie, ziekenhuizen en jeugdhulpverlening. Door de evoluties inzake netwerkontwikkeling is de werkgroep ziekenhuizen geëvolueerd naar een werkgroep netwerkontwikkeling. De werkgroepen denken ook na over de strategieën om deze groepen te bereiken. De verwezenlijkingen op het gebied van deskundigheidsbevordering t.a.v. deze doelgroepen komen uitgebreid aan bod in Deel 2 Realisaties. Nabestaanden Werkgroep Verder De oorspronkelijke werkgroep i.v.m. nabestaanden in het Project evolueerde met de financiële steun van de Cera Foundation, en groeide uit tot een deelproject. De Werkgroep Verder ontwikkelde een waaier van activiteiten en ondersteunt gespreksgroepen voor suïcidenabestaanden. Deel II Realisaties rapporteert uitgebreid over deze activiteiten. Netwerkontwikkeling Deze werkgroep inventariseert de lokale netwerkontwikkelingen (bvb naar structuur en betrokken partners) en gaat op zoek naar faal- en succesfactoren inzake netwerking en samenwerking tussen CGG, ziekenhuizen, huisartsen,... Gezien de Vlaamse beleidsontwikkelingen (evaluatie van de pilootprojecten m.b.t. risicoinschatting en organiseren van vervolgzorg; en aanloop naar het Vlaams Actieplan Suïcidepreventie) wordt hiermee geanticipeerd op de mogelijkheid dat belangrijke delen van zo n actieplan lokaal zullen moeten worden geïmplementeerd. Tevens kan dit de mogelijkheid openen om de lokale netwerkvorming meer te stroomlijnen. Andere Werkgroep protocol & beleidsplan Deze werkgroep ontwikkelde het basiskader van het protocol zelfmoordpreventie van de CGG, waarin aanbevelingen voor de intake en behandeling van suïcidale personen worden gegeven. Een gelijkaardig protocol voor kinderteams is beschikbaar, en in 2006 werd gestart met een document voor residentiële settings. 6.2.4. Het project in de CGG/regio/provincie De CGG hebben de strategische doelstellingen zelfmoordpreventie opgenomen in hun beleidsplannen. Omdat vele partners en intermediaire doelgroepen provinciale aanspreekpunten hebben of provinciaal georganiseerd zijn, is een provinciale aanpak aangewezen. Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 18

Op de Stuurgroepvergaderingen en het Projectoverleg zijn de thema s vorming en provinciale ontwikkelingen vaste agendapunten om zowel op inhoudelijk vlak als implementatieniveau aandacht te besteden aan de inhoudelijke aspecten als aan de praktische ontwikkelingen van de doelstellingen. De Provinciale stuur- of overleggroepen lopen onder coördinatie van de projectmedewerkers. Het betrekken van andere partners in de welzijns- en gezondheidszorg (bvb. de overlegplatforms geestelijke gezondheid) met het oog op netwerkontwikkeling wordt aangemoedigd. Scharnierpunten zijn ondermeer het opstellen en bespreken van protocollen of handelingsplannen ( Draaiboek voor het opmaken van een protocol suïcidepreventie in de CGG ). Netwerkontwikkeling en protocollering hebben belangrijke implicaties op de positionering van de CGG en de interne werking. In alle provincies wordt samengewerkt met de LOGO s. De LOGO s kunnen in de toekomst een belangrijke rol spelen bij de implementatie van de doelstellingen van het project, meer specifiek, in het kader van de 6 de gezondheidsdoelstelling m.b.t. preventie van depressie en suïcide. De CGG medewerkers Zelfmoordpreventie (gemiddeld 1,5 VTE/provincie) bundelen de krachten om aan diverse vragen tegemoet te komen. Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 19

Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 20

D E E L I I R E A L I S A T I E S 2 0 0 6 Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 21

1. Zelfmoordpreventie in de CGG Bij de start van het Project Zelfmoordpreventie in december 1997 werd het optimaliseren van de hulpverlening aan suïcidale patiënten in de CGG als één van de doelstellingen naar voor geschoven. Ook in 2006 werd hier aandacht aan besteed. Interne vorming In diverse CGG-teams werd door de lokale projectmedewerker vorming aangeboden met betrekking tot het thema zelfmoordpreventie. Er werd stilgestaan bij inhoudelijke thema s zoals knelpunten in de hulpverlening aan suïcidale patiënten binnen een ambulante setting, de rol van het CGG in netwerkontwikkeling rond de suïcidale patiënt, beleving van de hulpverlener Protocol Suïcidaliteit is een complexe materie en vraagt dan ook een specifieke aanpak binnen de CGG. Om collega s te ondersteunen bij de hantering van de problematiek kan men beroep doen op een suïcidepreventieprotocol. Een protocol over suïcide dient antwoord te geven op de vragen en knelpunten die binnen een team ondervonden worden wanneer zij in contact komen met een suïcidale patiënt. Het is belangrijk dat de interne werking rond de suïcideproblematiek duidelijk wordt. Dit creëert de mogelijkheid om een gemeenschappelijke interne visie uit te bouwen. Een suïcidepreventieprotocol dient werkbaar te zijn binnen een team. Er worden dan ook algemene richtlijnen aangeboden om de mogelijkheid te laten aan elk CGG om deze richtlijnen verder te concretiseren. Een protocol is ook een handig instrument voor stagiairs en nieuwe collega s. Indien het probleem voorkomt bij kinderen en jongeren wordt het nog complexer. Reeds in 2005 werd ook een draaiboek ontwikkeld dat aangepast is aan de specifieke noden van kinder- en jongerenteams. Er wordt vanuit gegaan dat een protocol of een draaiboek een houvast kan zijn en bijdraagt tot het optimaliseren van de hulpverlening in een CGG. In de meeste CGG in Vlaanderen werd een protocol of een handelingsplan geïmplementeerd. Het is een proces dat zich sedert de CGG-fusies voltrekt. De locale teams worden hierin betrokken. Deze protocollen maken deel uit van een kwaliteitsbeleid waarin de procedures van aanmelding, opvolging, interventie en nazorg worden uitgewerkt. De handelingsplannen zullen in de toekomst meer en meer het voorwerp uitmaken van evaluatie. Er worden inspanningen ondernomen om de nieuwe medewerkers in te werken. Er bestaan ook specifieke protocollen voor jongeren en volwassenen waarbij de respectievelijke teams betrokken zijn. Het begrip netwerkontwikkeling is ook niet ver af. Naast de interne protocollen gericht op de CGGwerking werd in 2006 een aanzet gegeven naar protocollen voor residentiële settings met aandacht voor samenwerkingsverbanden tussen residentiële en ambulante hulp. Workshopdag Tweejaarlijks wordt een workshopdag suïcidepreventie voor CGG-hulpverleners georganiseerd. In 2003 was er een studiedag voor alle hulpverleners in de Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg in het kader van deskundigheidsbevordering en optimaliseren van de hulpverlening aan suïcidale personen in de CGG onder het motto als de dood een medespeler is. De editie 2005 Op leven en dood ging door op 21.10 in Schaarbeek. De workshopdag bood de gelegenheid om met bepaalde facetten van de hulpverlening aan risicopersonen kennis te maken of te verdiepen. Deze workshopdag behandelde volgende thema s: - bespreekbaar maken van suïcidaliteit en risico-inschatting bij volwassenen; - betrekken van gezin en omgeving bij het omgaan met suïcidale patiënten; - crisisinterventie en non-suïcidecontracten; - beleving van de hulpverlener; - de hulpverlener als nabestaande. Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 22

De workshopdag werd bijgewoond door 54 CGG-hulpverleners en werd als zeer nuttig ervaren in de werkcontext van de CGG-hulpverlening. Gezien het om een tweejaarlijks initiatief gaat, vond in 2006 geen workshopdag plaats. In 2007 zal de workshopdag wel plaatsvinden en worden aangegrepen om het 10-jarig jubileum van het Project Zelfmoordpreventie te vieren. 2. Deskundigheidsbevordering In deze rubriek wordt ondermeer stilgestaan bij de vormingspakketten zelfmoordpreventie die door de projectmedewerkers werden uitgewerkt, verfijnd en aangeboden aan de volgende vier doelgroepen: ziekenhuizen, huisartsen, jeugdhulpverlening en politie. Oorspronkelijk gestart met pakketten met fotocopies en transparanten, werkt het Project nu volledig met electronische pakketten (powerpoints en handouts), wat de soepelheid en het gebruiksgemak sterk heeft verhoogd. Sinds de tweede helft van 2006 kunnen de Projectmedewerkers van elk vormingspakket een basisversie downloaden van het intranet. Visie en doel Vanuit het Project Zelfmoordpreventie streeft men zoveel mogelijk naar geïntegreerde preventie met het oog op langetermijneffecten. De vormingen die worden aangeboden zijn daarom veelal meerdaagse vormingen voor een beperkte groep deelnemers. Op die manier wordt het mogelijk om op een grondige en interactieve manier te werken rond de thematiek. De eigen ervaringen van de deelnemers vormen hierbij het uitgangspunt. Deze vormingen zijn vaak een aanzet tot of het gevolg van netwerkontwikkeling rond de suïcidale patiënt. Inhoudelijk In de vormingspakketten komen in grote lijnen volgende thema s aan bod: - achtergrondinfo met betrekking tot zelfmoord: cijfergegevens, historische kijk, - het suïcidaal proces, - risico- en beschermende factoren, - signalen van suïcidaal gedrag, - bespreekbaar maken van suïcidaal gedrag, - crisisinterventie, - draaiboek: Hoe omgaan met suïcidaal gedrag binnen je werkcontext, - opvang van nabestaanden, - netwerkontwikkeling, - eigen beleving. Didactische werkvormen Naast de nodige informatieoverdracht wordt er meestal zeer interactief gewerkt tijdens de vormingen. Groepsdiscussies, oefeningen, rollenspelen, video-observatie, zijn veel aangewende werkvormen. 2.1. Ziekenhuizen Vormingspakket Het vormingspakket Suïcidepreventie in Ziekenhuizen bevat theoretische informatie en didactische richtlijnen. Het kan worden gebruikt door de projectleden als basis voor de vormingen aan ziekenhuizen. Het pakket werd in 2006 ge-update, rekening houdend met de evoluties inzake netwerkvorming. Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 23

Partners voor implementatie In alle provincies werd een vormingsaanbod gedaan voor ziekenhuispersoneel. Dit aanbod gold voor algemene ziekenhuizen, alsook voor psychiatrische ziekenhuizen. Realisaties In elke provincie werd vorming gegeven aan ziekenhuispersoneel. De vormingen werden altijd gegeven door de projectmedewerkers. Meestal waren de deelnemers verpleegkundigen, soms ook psychologen, maatschappelijk werkers en/of artsen. De tijdsduur varieerde van een halve dag tot drie dagen. Meestal ging het om één- of tweedaagse vormingen. In 2006 waren er 295 deelnemers in de ziekenhuisvormingen. Er wordt zoveel mogelijk voor gezorgd dat de vormingen geïntegreerd zijn in een ruimere samenwerking met de ziekenhuizen op vlak van suïcidepreventie (zie rubriek Netwerkvorming ). Toekomstplannen Het verder ontwikkelen van samenwerkingsverbanden met ziekenhuizen en een daarin geïntegreerde vorming blijft een belangrijke doelstelling voor volgend jaar. 2.2. Huisartsen 2.2.1. Algemene uitgangspunten en realisaties Vormingspakket In het kader van de ondersteuning en deskundigheidsbevordering van huisartsen werd samengewerkt met volgende huisartsenorganisaties: het Interuniversitair Centrum voor Huisartsenvorming (ICHO) en de Wetenschappelijke Vereniging voor Vlaamse Huisartsen (WVVH), recent ondergebracht in Domus Medica, evenals met LOGOartsen en huisartsenkringen. Een vormingspakket dat wordt aangeboden aan huisartsenkringen en LOK s werd ontwikkeld. Projectmedewerkers verzorgen de vormingsavonden. In 2006 vonden 17 vormingsavonden plaats. Een electronische cursus ITOL zelfmoordpreventie is operationeel. Reeds 350 artsen volgden dit intensief e-learning programma rond suïcidepreventie. Partners in de implementatie In 2006 werd de samenwerking met het ICHO en Domus Medica verder gezet. Deze partners worden financieel gesteund door de Cera Foundation en de Vlaamse Overheid met het oog op de implementatie van de op de Gezondheidsconferentie, Preventie van Depressie en Zelfmoord, voorgestelde en goedgekeurde strategie van deskundigheidsbevordering bij huisartsen. Een stuurgroep waaraan o.a. de Coordinator van het CGG-Project deelneemt, begeleidt de werkzaamheden. Het Project Zelfmoordpreventie werkt reeds sinds 2001 met het ICHO aan de ontwikkeling van een e- learning programma (internet ondersteunde thematische opleidingslijn: ITOL) voor huisartsen in beroepsopleiding (HIBO). In december 2003 werd het ITOL Zelfmoordpreventie gefinaliseerd en een eerste cursus werd ingericht. In 2004 werden er aanpassingen doorgevoerd zodat de ITOL ook voor praktiserende huisartsen geschikt werd. De drie weken durende cursus werd in 2006 vier maal aangeboden. Projectmedewerkers nemen hierbij de rol van facilitatoren op zich. Cursisten worden begeleid via een discussie- en casusforum en krijgen feedback op ingestuurde huiswerkopdrachten. Deze nieuwe methode van bijscholing werd erkend door de accrediteringscommissie in de rubriek ethiek en economie. Een navormingstraject werd uitgewerkt via onder meer een nieuwsbrief met actuele informatie voor ex-cursisten. Voor meer informatie zie: www.icho.be/itolinfo/zelfmoordpreventie. Het ITOL werd gepresenteerd door Rita Vanhove tijdens het 11th European Symposium on Suicide and Suicidal Behaviour in Slovenië, september 2006. De respons van de deelnemers aan dit symposium op de presentatie, was zeer positief. Vooral het zeer doordachte didactische concept van de cursus werd geprezen. In de discussie werd ingegaan op de vraag hoe men dit vormingsaanbod kan doen ingang Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 24

vinden bij een grote groep van praktiserende huisartsen. Het werven van deelnemers is in Vlaanderen niet evident, wat ook zo blijkt te zijn in andere landen, ook al wordt de cursus door de deelnemers overwegend zeer positief geëvalueerd. Delphistudie Met Domus Medica werd samengewerkt aan de Delphistudie die knelpunten in de samenwerking tussen de verschillende lijnen in de gezondheidszorg met betrekking tot risicopatiënten op suïcide in kaart wil brengen en een consensus rond de aanpak van risicopatiënten wil ontwerpen. Huisartsen, ziekenhuispersoneel, psychiaters, psychologen (ook in de CGG) werden bevraagd. Op basis van deze bevraging zal advies gegeven worden ter verbetering van de samenwerking. De consensusvorming vordert gestaag en een derde ronde moet hiervan in 2007 het sluitstuk vormen. Vanuit de CGG werden regionale samenwerkingsverbanden met huisartsen uitgewerkt in het kader van netwerkontwikkeling (zie rubriek Netwerkontwikkeling ). In de regio Midden-West Vlaanderen (Roeselaere, Tielt en Izegem) werd een samenwerkingsverband tussen de AZ en huisartsen opgestart en vormingen voor huisartsen gepland. In Limburg werden in de regio Hasselt en Noord-Limburg info- en vormingsavonden voor huisartsen ingericht in het kader van de pilootprojecten recidivepreventie suïcidepogers. 2.2.2. Nieuwe accenten Er werd binnen de ITOL zelfmoordpreventie een nieuw cursustraject ontwikkeld, bestemd voor de praktiserende psychiaters en psychiaters in opleiding. Vanaf 2006 brengt de cursus deze twee beroepsgroepen- cruciaal in zelfmoordpreventie- met elkaar in contact en kunnen ze met elkaar in discussie gaan in de fora. Een interactieve electronische helpdesk werd eveneens ontwikkeld. Op www.gachet.be kunnen huisartsen en andere hulpverleners terecht voor duiding van een kritisch incident (bijvoorbeeld een suïcidepoging van een patiënt), een leeswijzer voor buitenlandse aanbevelingsteksten, een overzicht van nuttige adressen, en zelfs een echte helpdesk van experts voor het beantwoorden van bijkomende vragen. De helpdesk wordt o.a. bemand door Projectmedewerkers van de CGG. 2.2.3. Toekomstplannen In 2007 zal in samenwerking met het ICHO en Domus Medica verder vorm worden gegeven aan het optimaliseren van de hulpverlening aan suïcidale patiënten, suïcidepogers en hun familie. Dit baanbrekend en innovatief totaalproject moet leiden tot een verhoging van het aantal personen dat effectief door huisartsen wordt geholpen en verder ook tot een verbetering van de samenwerking met de gespecialiseerde hulpverlening. De cruciale rol van de huisarts in het opvolgen van de suïcidale patiënt zal verder een plaats worden gegeven in de netwerken en samenwerkingsverbanden die in de regio s geïmplementeerd worden in het kader van het project Integrale Zorg Suïcidepogers. 2.3. Zelfmoordpreventie bij jongeren Vormingspakket. Door de werkgroep jongeren werd van bij de start van het Project Zelfmoordpreventie een vormingspakket suïcidepreventie bij jongeren ontwikkeld. Dit uitgebreide pakket wordt elk jaar aangevuld. Het bevat inhoudelijke informatie en reikt diverse didactische werkvormen aan. De Projectmedewerkers kunnen er onmiddellijk mee aan de slag om lezingen of meerdaagse vormingen te verzorgen. Het kan tevens dienen als basis voor het samenstellen van een deelnemersmap. Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 25

In 2006 vonden de eerste opnames plaats voor een educatieve video over zelfmoordpreventie bij jongeren, die kan worden gebruikt tijdens vormingen. De video toont hulpverlenende gesprekken tussen een hulpverlener en een suïcidale jongere en laat methodieken zien over signaal herkenning, risicoinschatting en crisisinterventie die tijdens een vorming verder besproken en ingeoefend kunnen worden. Partners in de implementatie De partners waarmee wordt samengewerkt zijn: CLB-medewerkers, vormingscel VCLB, kinder- en jongerenteams CGG, medewerkers uit de Bijzondere Jeugdzorg (cel preventie), provinciebestuur. Soms zetelen deze partners in een provinciale stuurgroep zelfmoordpreventie bij jongeren, in andere regio s komen deze partners ad hoc bijeen om samen initiatieven te nemen. Realisaties De werkgroep jongeren heeft twee belangrijke doelstellingen: deskundigheidsbevordering van CLB, leerlingenbegeleiders, en andere jeugdhulpverleners, en het ontwikkelen van draaiboeken zelfmoordpreventie in scholen, ter ondersteuning van hun gezondheidsbeleid. Sleutelfiguren in de omgeving van jongeren worden gesensibiliseerd en er worden regionale netwerken gecreëerd en bevorderd i.v.m. de opvang van jongeren met risico op suïcide. De realisaties bevinden zich dan ook op deze twee domeinen: Er worden driedaagse vormingen zelfmoordpreventie bij jongeren georganiseerd voor een gemengd doelpubliek. De vorming wordt gegeven door 2 trainers (Projectmedewerkers) d.m.v. diverse werkvormen (ex-cathedra, groepsgesprek, rollenspel, video, ) De vorming richt zich naar: CLB, leerlingbegeleiders, directies, bijzondere jeugdzorg, CGG, JAC. Het werken met gemengde groepen blijkt zinvol te zijn en wordt ook zo ervaren door de deelnemers. De vraag naar deze vorming blijft groot, ook in de regio s waar de vorming al meerdere jaren loopt. Soms wordt er ook een terugkomdag aangeboden aan de deelnemers van dergelijke driedaagse vormingen. In totaal waren er 76 deelnemers aan dergelijke vormingen. Naast deze driedaagse vormingen voor gemengd doelpubliek, werden er ook vormingen georganiseerd specifiek voor het schools milieu. Een eerste belangrijke doelgroep zijn de CLB s. Het Project heeft als doel het inhoudelijk ondersteunen van CLB-medewerkers. 43 CLB-medewerkers volgden deze vorming. Een school of een scholengemeenschap kan ook een vorming aanvragen. Zo volgde 69 leerlingbegeleiders een vorming en 60 woonden een lezing of workshop bij over dit thema. Meestal is dit gekaderd in het opmaken van een draaiboek zelfmoordpreventie bij jongeren. In verschillende provincies vonden er ook workshops, lezingen plaats als onderdeel van een studiedag. Projectmedewerkers werden gevraagd om te coachen in het opstellen van een draaiboek zelfmoordpreventie bij jongeren. Vaak komt deze vraag er n.a.v. een suïcide(poging) op school of nadat men een meerdaagse vorming heeft gevolgd. In de vormingen worden de draaiboeken ook steeds gepromoot. Van de deelnemers aan de driedaagse gemengde vormingen werd een enquête afgenomen om na te gaan in hoeverre men erin geslaagd was een draaiboek zelfmoordpreventie voor hun school te ontwikkelen. Er werd nagegaan op welke manier men een draaiboek had opgesteld en wat de kwaliteit ervan was. De enquête werd verstuurd naar 106 leerlingbegeleiders uit secundaire scholen. De resultaten bevestigen dat deelnemers na de vorming voldoende gemotiveerd zijn en informatie hebben om een draaiboek op te stellen (64% zegt een draaiboek te hebben opgemaakt of ermee bezig te zijn). Voor de kwaliteit ervan blijkt de ondersteuning door een Projectmedewerker belangrijk te zijn. Werkingsverslag Zelfmoordpreventie - 2006 26