nnota bestemmingsplan X Eindhoven binnen de Ring (Lucas Gasselstraat 7-7a) Inleiding Het bestemmingsplan X Eindhoven binnen de Ring (Lucas Gasselstraat 7 7a) voorziet in de realisering van een bedrijfsverzamelgebouw ter vervanging van inmiddels gesloopte voormalige bedrijfsbebouwing. Deze inmiddels gesloopte bebouwing heeft lange tijd leeggestaan, zag er onderkomen uit maakte een desolate indruk. Wij hebben daar veel klachten over ontvangen. Het is een goede ontwikkeling dat de eigenaar in deze tijd tot sloop en herbouw heeft besloten zodat dit gedeelte van de Iriswijk er op niet al te lange termijn weer toonbaarder uit komt te zien. Zeker wanneer ook de lege plek (voormalig Lionspark) op de hoek Breitnerstraat Stuiverstraat ook zal zijn bebouwd met overwegend grondgebonden woningen en een strook bedrijfsbebouwing langs de Breitnerstraat. Aan de Lucas Gasselstraat krijgt de nieuwe bebouwing 3 bouwlagen en in het binnengebied komt bebouwing in 2 bouwlagen. Het parkeren wordt opgelost op het binnenterrein. Het ontwerp van het bestemmingsplan heeft vanaf 16 februari 2012 tot en met 28 maart 2012 voor een ieder ter inzage gelegen. Gedurende deze termijn bestond de mogelijkheid om zienswijzen over het ontwerp kenbaar te maken. Van deze gelegenheid hebben 8 buurtbewoners gebruik gemaakt en zienswijzen kenbaar gemaakt. Bij een van de zienswijzen is een adhesiebetuiging gevoegd van de Stichting Irisbuurt. In deze adhesiebetuiging geeft de Stichting Iriswijk aan het van groot belang te vinden dat de leefbaarheid van de Iriswijk voorop staat en dat de huidige kwaliteit van wonen niet verandert. Verder spreekt de stichting de wens uit om de belangen van de bewoners in de besluitvorming mee te nemen. De voorzitter van de Stichting Irisbuurt heeft desgevraagd aangegeven dat de brief geen formele zienswijze is maar beschouwd moet worden als een adhesiebetuiging. Deze adhesiebetuiging gaat vergezeld van een handtekeningenlijst van 14 omwonenden. De zienswijzen van de 8 buurtbewoners zijn binnen de daarvoor geldende termijn ontvangen zodat deze zienswijzen ontvankelijk. Wij hebben goede nota genomen van de wens van de Stichting Iriswijk waarbij opgemerkt kan worden dat wij in zienswijzennota s altijd gemotiveerd en beargumenteerd op de zienswijzen in gaan. De hoogte van het gebouw was 4 meter, nu zal deze 7,5 meter hoog worden. Dit is veel te hoog. Reclamanten hebben hun woning gekocht met aan de achterkant zicht op groen. Diverse bomen en struiken veraangenaamden het uitzicht. Nu zal hier een muur van 7,5 meter geplaatst worden en welke het uitzicht sterk zal versomberen. Daarnaast wordt de muur al op 2,5 meter van de tuinschuttingen geplaatst wat een zeer benauwd gevoel zal geven.
Thans hebben reclamanten de mogelijkheid om vanaf de ochtend tot aan de avond in de zon te zitten. Op het moment dat er muren worden geplaatst van 7,5 meter hoog zal van dit zonlicht niet langer de hele dag gebruik kunnen worden gemaakt. Hierdoor zal het wooncomfort dalen. Bij het opstellen van bestemmingsplannen wordt onderzocht of het plan kwalitatief goed in elkaar zit en voldoet aan het criterium goede ruimtelijke ordening. Dit is uiteindelijk het belangrijkste criterium dat de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State hanteert bij het beoordelen van beroepen tegen bestemmingsplannen. Het is juist dat de in dit bestemmingsplan mogelijk gemaakte bebouwing hoger kan worden dan de bebouwing die inmiddels is gesloopt. De gemeente dient, mede gelet op de schaarste, efficiënt om te gaan met gronden. Dit leidt tot een intensivering van bebouwing en bouwvolumes. Het spreekt voor zich dat dit op een stedenbouwkundig verantwoorde wijze zijn beslag krijgt. In casu is dit ook het geval. Het is juist, zoals reclamanten stellen, dat de bebouwingshoogte ten opzichte van de voormalige bebouwing hoger zal worden. Dat dit een ander uitzicht geeft staat niet ter discussie. In een binnenstedelijk gebied is een bebouwingshoogte van twee bouwlagen met een maximale hoogte van 7,5 meter alleszins aanvaardbaar. Vast onderdeel is om te bezien of mogelijke bebouwing niet leidt tot een onevenredige aantasting van de rechten van omwonenden. Met name wordt dan gekeken naar privacy en vermindering van de bezonning in de achtertuinen. Ook in dit geval is een bezonningsdiagram opgesteld en beoordeeld op schaduwwerking. Als toetsmoment voor de beantwoording van de vraag of er sprake is van een onevenredige schaduwwerking in de achtertuin wordt de overgang genomen van wintertijd naar zomertijd op de tijdstippen 10.00 uur, 13.00 uur en 16.00 uur. Slechts in de morgen neemt de schaduw in achtertuin van de woning Adolf van Cortenbachstraat 61 toe. Voor de overige aangrenzende woningen ontstaat geen extra schaduwwerking. Wij vinden dit aanvaardbaar. Het bezonningsdiagram is als bijlage (pdf) bij de zienswijzennota gevoegd. In dit bezonningsdiagram is niet de geprojecteerde bebouwing opgenomen maar dat gedeelte van de in het bestemmingsplan opgenomen bebouwingsmogelijkheid die schaduw kan veroorzaken in de tuinen van de aangrenzende percelen. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in eerdere beroepsprocedures aangegeven dat niet is aangetoond dat deze ijkmomenten onredelijk zijn. Dat het zicht op de bomen verdwijnt, kan geen ruimtelijke afwegingsfactor zijn omdat de bomen, waar appellant op doelt, geen bomen in het openbaar gebied betreffen maar bomen die op particulier eigendom stonden. Overigens zullen er, nadat de nieuwbouw is gerealiseerd, nieuwe bomen aangeplant worden. Dit als uitvloeisel van een voorwaarde die aan de verleende kapvergunning is verbonden. Qua privacy kan worden opgemerkt dat de bebouwingsgrens op een afstand van 2 tot 3 meter van de perceelsgrens van de percelen van reclamanten blijft. Wij vinden dit een acceptabele afstand. Reclamanten hebben de woning aangeschaft met een gezellig groen uitzicht aan de achterkant. Dit geeft een geruststellend, gezellig gevoel en maakt het de koper gemakkelijker de keuze van aankoop te maken. Reclamanten voorzien dat de waarde van hun woning en zeker zal dalen.
In aanvulling op hetgeen hierboven over het kappen van de bomen is aangegeven staat het reclamanten/eigenaren vrij om bij ons college een planschadeverzoek in te dienen indien zij van mening zijn dat er in algemene zin sprake is van planschade door de beoogde ontwikkeling. In de wijk is de parkeerdruk enorm. Daarom wordt veel gebruik gemaakt van de parkeermogelijkheden aan de Lucas Gasselstraat en de Breitnerstraat. Deze parkeerplaatsen op openbaar terrein zijn noodzakelijk om alle bewoners van de Irisbuurt te voorzien van parkeerplaatsen. Indien deze plaatsen verdwijnen neemt de parkeerdruk enorm toe. Ook door het voorgestelde bestemmingsplan zal de parkeerdruk enorm toenemen. Reclamanten vragen zich af of de toename van auto s door de geplande nieuwbouw wordt meegewogen. In de huidige situatie heeft de bedrijfsbebouwing geen enkele parkeerplaats op eigen terrein en werd het parkeren volledig in de openbare ruimte opgelost. In de toekomstige situatie wordt een groot aantal parkeerplaatsen op het eigen binnenterrein bij het bedrijfsverzamelgebouw aangelegd. De openbare parkeerplaatsen aan de Lucas Gasselstraat blijven behouden. Slechts enkele parkeerplaatsen komen te vervallen in verband met de toegang naar het binnenparkeerterrein. Per saldo zal de parkeerdruk dus afnemen. Over de concrete parkeertoets kan het volgende worden opgemerkt. Het bouwplan staat in een bestemmingsplanprocedure niet ter discussie. De verbeelding (plankaart) bij het bestemmingsplan is als het ware een objectivering van het bouwplan dat aan de basis heeft gestaan bij het opstellen van het bestemmingsplan. Hoeveel parkeerplaatsen nodig zijn wordt beoordeeld bij het toetsen van het bouwplan. Deze toets vindt plaats op basis van de parkeernormen zoals deze als bijlage bij het bestemmingsplan zijn opgenomen. Zo zal er bij de afgifte van de omgevingsvergunning ook bezien worden of er op een adequate wijze geëxpedieerd kan worden. De basis hiertoe vormt artikel 6 van de regels van het bestemmingsplan. De bestaande verkeersinfrastructuur kan de toename van de verkeersbewegingen verwerken. De staat van bedrijven staat maximaal milieucategorie II toe. Reclamanten vinden deze categorie te hoog gelet op de afstanden tot de woningen. Deze kunnen overlast gaan ondervinden t.g.v. de bedrijfsvoering die hoort bij deze milieucategorie. Maximaal milieucategorie I is beter op zijn plaats. Indien type II bedrijven op voldoende afstand van de woningen worden gesitueerd zou II ook kunnen. Onduidelijk is hoeveel m 2 mag worden aangewend voor type II bedrijven en waar deze zich mogen vestigen. Bij het opstellen van het bestemmingsplan en het opnemen van milieucategorieën nemen wij de VNG circulaire Bedrijven en Milieuzonering als kader. Deze circulaire vormt ook het toetsingskader voor een rechterlijke toets. In de toelichting op het bestemmingsplan is uitgebreid ingegaan op de systematiek van deze VNG circulaire. In planologisch zin is er, aldus de circulaire, sprake van een omgevingstype gemengd
gebied. De afstand van milieucategorie 2 bedrijven tot woningen bedraagt bij een gemengd gebied 10 meter. Bij een rustige woonwijk bedraagt deze afstand 30 meter. Op de verbeelding is een zone aangegeven waar alleen categorie I is toegestaan; dit is op de hoek van de Lucas Gasselstraat met de Adolf van Cortenbachstraat. In de bij het bestemmingsplan gevoegde staat van bedrijfsactiviteiten, Bijlage 1, staat aangegeven welke bedrijven als categorie 1 en 2 zijn gekwalificeerd. Dit is geen uitputtende lijst. In de regels van het bestemmingsplan (art. 3.5) is aangegeven dat ons college af kan wijken van de bedrijvenlijst voor die bedrijven die niet voorkomen op deze lijst maar die naar aard en invloed gelijk kunnen worden gesteld met de in lijst genoemde bedrijven. In de toelichting staat ten onrechte vermeld dat de aanwezigen op de inloopmiddag hebben ingestemd met nieuwbouw op de locatie. Dit is niet het geval. In de toelichting staat aangegeven dat de aanwezigen instemden met nieuwbouw op deze locatie. Er staat niet dat de aanwezigen instemde met het bouwplan. Integendeel. Er werd zorg uitgesproken over een mogelijke aantasting van privacy door het kunnen aanbrengen van vensters in de tweede bouwlaag van de geprojecteerde bebouwing op het binnenterrein. In de achtertuin van de woning Voorterweg 158 staat een mooie kastanjeboom. Reclamant verwacht een gedegen onderzoek of de boom geen schade ondervindt door de geprojecteerde nieuwbouw. De kastanjeboom staat op een afstand van circa 9 meter van de achterperceelsgrens; de kroonprojectie en het wortelstel blijven binnen de achtergrens van de tuin van deze woning zodat de kastanjeboom geen schade zal ondervinden van de geprojecteerde bebouwing. In artikel 5 van het hoofdstuk Algemene afwijkingsregels wordt onder b geschreven dat de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van erfafscheidingen, wordt vergroot tot maximaal 10 meter. Deze hoogte past in het geheel niet bij de wijk, maar ook niet bij het plan. Dit artikel gaat niet over het mogelijk maken van gebouwen. Het gaat, zoals reclamanten ook aangeven, om bouwwerken die geen gebouw zijn. Gedacht kan worden aan lichtmasten, hekwerken etc. Dit artikel is een met voldoende waarborgen omgeven flexibiliteitbepaling die standaard in bestemmingsplannen wordt opgenomen. Het is niet zo, zoals de zienswijze doet voorkomen, dat er sprake is van een ongeclausuleerde mogelijkheid voor ons college om bouwwerken, niet zijnde gebouwen, tot een hoogte van 10 meter, te kunnen vergunnen. Ons college kan slechts van deze bevoegdheid gebruik maken, aldus artikel 5, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid, en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
. I:\STB\Afdeling Stedenbouw\RUIMTELIJKE PLANNEN\BESTEMMINGSPLANNEN\80161 X Eindhoven binnen de Ring (Lucas Gesselstraat 7-7a)\04 Vaststelling\nnota bestemmingsplan X Eindhoven binnen de Ring.doc