Experiment Woonzorgwijzer Zuid - Holland W Workshop Gemeente Delft Tirza Kouwenberg, gemeente Delft Johan van Iersel, partner / senior-onderzoeker Rigo 1
Agenda Welkom Wonen en zorg in Delft: acties en inhoudelijke lijnen Aanleiding deelname experiment Delft en de Woonzorgwijzer Presentatie kaartbeelden Uitwisseling ervaringen 2
Wonen en zorg in Delft I Ontwikkelagenda wonen en zorg Opgesteld door gemeente, corporaties en maatschappelijk middenveld Leegstand en transformatie voormalige verzorgingshuizen Actiegericht Traject naar nieuwe agenda Behoefte aan duiding van doelgroepen en behoeften Behoefte aan formulering van een gezamenlijke ambitie 3
Wonen en zorg in Delft II Onderbouwing nodig voor nieuwe agenda Welke stappen willen we ondernemen? 4
Wonen en zorg in Delft III Aanleiding om deel te nemen aan het experiment Focus op vraagpatronen herkennen en duiden doelgroepen Aansluiting op traject vangnet in de buurt/wijk voor kwetsbare doelgroepen 5
Focus nodig binnen het experiment. Keuze gebied: Buitenhof Doelgroep: GGZ Levensdomeinen: 6
Opbouw Woonzorgwijzer Woonzorgwijzer 7
GGZ: Over wie hebben we het? Aandoeningen die langdurig matige tot ernstige beperkingen geven in het dagelijks leven, d.w.z.: Stemmingsstoornissen Angststoornissen Schizofrenie en andere psychosen Persoonlijkheidsstoornissen Impulscontrolestoornissen Middelenstoornis i.c.m. andere stoornis 8
Beperkingen in levensdomeinen Thema Levensdomein Toelichting Sociale, dagelijkse redzaamheid Lichamelijk functioneren 1. Dagbesteding Daginvulling, werk, vrijwilligerswerk, georganiseerde dagbesteding. 2. Administratie/ financiën Bankzaken, aangaan van contracten, uitgaven, verzekeringen, formulieren. 3. Contacten en sociaal netwerk Contact met vrienden, familie, buren, kennissen. 4. Medicijngebruik, medische verzorging Tijdig en juist gebruik medicijnen, alert en tijdig opmerken/ingrijpen bij verslechtering gezondheid. 5. Mobiliteit buitenshuis Zich (veilig) buitenshuis verplaatsen. ADL 6. De dagelijkse levensverrichtingen Opstaan, aankleden, wassen, tanden poetsen, toiletbezoek, eten en drinken. Woonsituatie 7. Mobiliteit in huis: Zich binnenshuis verplaatsen. Psychisch functioneren 8. Veiligheid in huis: Fysieke en sociale veiligheid: voorkomen vallen, brand, letsel, niet binnenlaten criminelen/oplichters. 9. Het huishouden Boodschappen doen, opruimen, bereiden maaltijd, afwassen, de was doen. 10. Stemmingen (depressie), angsten In hoeverre iemand zich psychisch slecht voelt, gedeprimeerd, angstig. 11. Probleemgedrag, verslaving In hoeverre er sprake is van grensoverschrijdend gedrag zoals agressie, overlast, seksueel ontremd gedrag. 12. Cognitief functioneren Denken, geheugen, begrijpen, concentratie, relaties leggen oorzaak en gevolg, oriëntatie, lezen, schrijven, rekenen. Regie 13. Regie Beslissingen nemen, planning maken, initiatief nemen, beslissen wanneer wat moet gebeuren. 14. Alarmering Zelf hulp inroepen als het niet goed gaat. 9
Licht eigen leed (depressie/ angst) Matig eigen leed (depressie/ angst) Psychiatrisch, sociale redzaamheid Psychiatrisch, gedragsproblematiek sociale redzaamheid 1 Dagbesteding 2-3 3-4 2-3 2-3 2 Administratie/ financiën 1-2 1-2-3 1-2-3-4 2-3-4 3 Contacten en sociaal netwerk 2-3 3 2-3 3 Lichamelijk functioneren 4 Medicijngebruik, medische verzorging 1-2-3 1-2-3 1-2-3 3 5 Mobiliteit buitenshuis 1 1-2 1-2-3 1-2 ADL 6 De dagelijkse levensverrichtingen 1-2-3 1-2-3 1-2 2-3 woonsituatie 7 Mobiliteit in huis 1 1 1 1 8 Veiligheid in huis 1 1 2 2-3 9 Zelfstandig het huishouden kunnen doen 1-2-3 1-2-3 2-3 2-3 psychosociaal/cognitief 10 Stemmingen (depressie), angsten 2-3 3-4 3 3-4 11 Probleemgedrag, verslaving 1 1-2-3 1-2-3 2-3-4 12 Cognitief functioneren 1-2-3 1-2-3 1-2-3 2-3 regie 13 Regie 2-3 2-3 2-3 2-3 14 Alarmering 1-2-3 1-2-3 1-2-3 2-3 De kleuren en getallen geven de mate van zelfredzaamheid aan. Hoe donkerder hoe minder zelfredzaam. 1 = volledig zelfredzaam, 2 = voldoende zelfredzaam, 3 = beperkt zelfredzaam, 4 = niet zelfredzaam. 10
Waar treffen we (in de analysewijken?) verhoudingsgewijs veel mensen aan met psychische problematiek? Hoog aandeel in de gekozen wijk Buitenhof 11
De scores hebben betrekking op het gebied in een straal van 200 meter rondom de zes positionele postcode. Concentratie van mensen aan met psychiatrische problematiek een aantal straten en buurten in Buitenhof. 12
Indicatieve aantallen op basis van oordeel professionals. Beperkingen verschillen per individu (en de oplossing ook). Lokaal maatwerk blijft noodzakelijk. 13
Match met leefbaarheid Vooral in Buitenhof wonen veel mensen met psychische problemen in gebieden met leefbaarheidsproblemen. 14
Match met betaalbaarheid Concentraties komen overeen met corporatiebezit (Daebdeel). Let op: geldt niet omgekeerd. Dus niet overal waar corporatiebezit is, is de kans op mensen met psychiatrische problematiek even groot. 15
Hoe nu verder? 3 e bijeenkomst ligt focus op bieden van ondersteuning aan programma vangnetten Evaluatie instrument 16