Gezond Gewicht Overvecht



Vergelijkbare documenten
WIK 2.0 Wijkgezondheidswerk In Kaart

Rapport 833 Derriks, M., & Kat, E. de. (2020). Jeugdmonitor Zeeland Amsterdam: Kohnstamm Instituut.

Voorbeeldadvies Cijfers

GIDS-gemeenten die de JOGGaanpak & GIDS combineren

Een voorbeeld van een schoolprogramma gericht op preventie van overgewicht in Nederland: het DOiT programma

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie

Stimuleren dat oudere migranten de weg naar voorzieningen voor zorg en welzijn, wonen en inkomen weten te vinden. Dat beoogt Stem van de oudere

Preffi 2.0: Preventie Effectmanagement Instrument. Ontwikkeling,validiteit, betrouwbaarheid en bruikbaarheid

ambitieakkoord stichting jongeren op gezond gewicht

WIJKGERICHT WERKEN AAN GEZONDHEID

Samenvatting Jong; dus gezond!?

Empowerment Kwaliteit Instrument: Operationalisering en Normering Voor gezondheidsbevorderaars en preventiewerkers als aanvulling op de Preffi 2.

Project: Ontwikkelen van Outcome-indicatoren voor de Zorg Advies Teams, Tilburg Dossiernummer: ZonMw,

Integrale aanpak kinderen met overgewicht in Enschede en Almelo

De lokale verbinding JOGG en GIDS

Aanleiding CheckTeen. Zwolle gezonde stad ( ) JOGG: Jongeren op Gezond Gewicht (2010) ChecKid: kinderen basisonderwijs 2006 en 2009 (en 2012)

Aanleiding. Probleemstelling en onderzoeksopzet. Samenvatting procesevaluatie doorzorgfunctionaris

HANDREIKING GECOMBINEERDE LEEFSTIJLINTERVENTIE VOOR GEZINNEN

Amsterdammers en gezond gedrag: een ware uitdaging!

Uitwerking van de Stappen Voor- en vroegschoolse educatie in Salland

3 Op 50% van de kinderopvangen en basisscholen wordt tijdens de pauze alleen water gedronken.

Bijlage 1 Interviewleidraad voor het interview met locatiemanagers

Beweegprogramma kinderen met overgewicht Carlijn Groenen

Plaats Kinderdagverblijf Peuterspeelzaal School

RESULTATEN ZWOLLE GEZONDE STAD

ADVIESNOTA. Hattem kiest met JOGG voor samenwerking aan een gezonde jeugd. Inleiding. Achtergrond Gezondheidsbevordering.

Nulmeting Zwolle Gezonde Stad Ingrid van Aart, Silvia de Roos en Tommy Visscher 13 september 2012, CIAO bijeenkomst

Werkbladen voor het monitoren en

CheckTeen 2011: Eet- en beweeggedrag van leerlingen in het voortgezet onderwijs in Zwolle

Van een smalle blik naar een brede basis.

Evalueren van projecten met externen Kennisdocument Onderzoek & Statistiek

Voorbeeld monitoring en evaluatie gemeente Enschede

De mogelijkheden en grenzen van empowerment in de Nederlandse preventie en gezondheidsbevordering

FACTSHEET VOORLOPIGE RESULTATEN LEFF

De Leefgezondcoach in de praktijk. Een handleiding voor professionals

Samenvatting Het draait om het kind

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : J A A R

JOGG HELLEVOETSLUIS

Integratie van jeugdgezondheidszorg, jeugdzorg en jeugd GGZ in de wijkteams: een meerwaarde voor kind en gezin?

Gezond Gewicht Overvecht

FACTSHEET VOORLOPIGE RESULTATEN LEFF

Advies en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling. Sociaal medische contractering Jeugd. Organisatie wijkteams

Resultaten Jongerenonderzoek

Jeugd in Onderzoek. Betere samenwerking jeugdgezondheidszorg en scholen? De leerervaringen uit twee projecten.

Samenvatting. Inleiding

FACTSHEET JOGG JULI 2012

Bestuursopdracht beleidsplan zorg voor jeugd ( )

Evaluatie JOGG Roosendaal Basisschool de Vlindertuin. Resultaten evaluatie JOGG December 2017

Nederlandse samenvatting

Jongeren Op Gezond Gewicht Roermond

Call Gebiedsgerichte gezondheidsaanpakken fase 1 voor Programma Gezonde Toekomst Dichterbij

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Wolbert (PvdA) over kinderen van allochtone afkomst die overgewicht hebben (2014Z07817).

B&W-Aanbiedingsformulier

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Notitie: Ontwikkelingen van het Centrum Jeugd en Gezin Goirle

Instroom 1. Inclusie. Uitstroom. Doorstroom. Universiteit Utrecht 1

Samenwerken aan gezondheid in de wijk

Nieuwsbrief Resultaten evaluatie

De impact van het Kids In Balance programma: Samenvatting van een effectiviteitmeting en procesevaluatie van een leefstijlprogramma voor kinderen

Toelichting bij de vragen uit de Veranderplanner. 1. Verkennen van het probleem

Menukaart Gezonde School voortgezet onderwijs: Voeding

S a m e n v a t t i n g 149. Samenvatting

Nieuwsflits. Evaluatieonderzoek naar de Regeling palliatieve terminale zorg

Verslaglegging bijeenkomst voor informatie en opinie 3 februari 2010 van uur tot uur

Kinderen in Zuid gezond en wel?

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEIT VAN VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE IN 2014 IN DE GEMEENTE. Den Helder

HET PROJECTPLAN. a) Wat is een projectplan?

STAPPENPLAN BIJ HET MODEL STUURYSTEEM DECUBITUS (PROJECT DECUBITUSZORG IN DE DAGELIJKSE PRAKTIJK; DOOR STUREN STEEDS BETER)

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEIT VAN VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE IN 2014 IN DE GEMEENTE. Ermelo

Meten is weten: Inzicht krijgen in de opbrengsten van jouw inspanningen in de buurt

Traject Tilburg. Aanvragers: Gemeente Tilburg. Adviseur: Monique Postma, Alleato, CMO-net

Kinderen in West gezond en wel?

Dialoog veehouderij Venray

Implementatieplan interactief beleid

Eindevaluatie implementatie KinderROND

Bijlage 2. Uitvoeringsplan PK in de wijk. Periode maart juli 2009

Bijlage Menukaart Kinderen sportief op gewicht (KSG) 2014 B-Fit 2-4 Doelgroep 0-4 jarigen

Bijlage 4. Schoolgezondheidsplan

Projectvoorstel Integrale visie medische zorg aan jeugdigen

Nieuwe ontwikkelingen

Voorbeeld monitoring en evaluatie gemeente Soest

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Het individuele leefstijlprogramma: samenwerking met diëtist en fysiotherapeut

Samenvatting. In hoofdstuk 1 wordt een algemene introductie gegeven over de onderwerpen die in dit proefschrift worden behandeld.

Zo kan het ook! Organisatie: Onbeperkt Sportief Contactpersoon: mevrouw Erna Mannen Contactpersoon 2: mevrouw Marjo Duijf Erkenningen:

Stimuleringsprogramma lokale aanpak gezondheidsachterstanden

Rapportage onderzoeksproject Genieten aan tafel Een toegepast onderzoek naar maaltijdbeleving in verpleeghuizen

Plan van aanpak infrastructuur van de gezonde wijk

VirtueleThuiszorg = preventieve inzet Voor Diabetes Mellitus Type 2 en Gewichtsgerelateerd gezondheidsrisico

Een stakeholder analyse of stakeholder assessment kan een onderdeel zijn van de community analyse, evenals de netwerk analyse.

Resultaten vragenlijst ouders basisschool (4-12 jarigen) Nulmeting (T0) voorjaar 2017

HOUTEN JOGG GEMEENTE t/m 2017 X* K JOGG. Houten. w \ Jongeren Op Gezond Gewicht

Kinderen in Noord gezond en wel?

De jeugd heeft de toekomst,

oinleiding 1 c oovergewicht en ernstig overgewicht (obesitas) in Nederlandd

Resultaten van de Digitale wijkraadpleging en "Groene Tocht door Zuidwest" voorjaar 2013

Call. Implementatie zorgprogramma Slaapstraat

Samen op weg naar een gezonder zorglandschap Een unieke mix in Bergen en Afferden

JOGG-aanpak in Hellevoetsluis

Bij deze bieden wij u de resultaten aan van het onderzoek naar de eerste effecten van de decentralisaties in de gemeente Barneveld.

Transcriptie:

Geneeskundige en Gezondheidsdienst Gezond Gewicht Overvecht Go is een gezamenlijk project van de Gemeente Utrecht, Aveant en Cumulus Rapportage 4 Evaluatie Gezond Gewicht Overvecht www.utrecht.nl/gggd Monitoring en evaluatie van de eerste twee jaar van het community-project Gezond Gewicht Overvecht

Colofon uitgave Unit Epidemiologie en informatie GG&GD Gemeente Utrecht Postbus 2423 3500 GK Utrecht 030 286 3333 gggd@utrecht.nl in opdracht van Afdeling Gezondheid en Zorg, Gezondheidsbevordering Dienst GG&GD Gemeente Utrecht internet www.utrecht.nl/gggd rapportage Bouwine Carlier, Hanneke Schreurs, Erik van Ameijden informatie Bouwine Carlier (030) 286 3275 foto omslag Hanneke Schreurs drukwerk Nashuatec, Utrecht bronvermelding Het overnemen van gegevens uit deze publicatie is toegestaan met de bronvermelding. December 2007

4 Evaluatie Gezond Gewicht Overvecht

Gemeente Utrecht Samenvatting Overgewicht is een (letterlijk) groeiend probleem onder de jeugd in Overvecht, een wijk in Utrecht. Overgewicht, vooral obesitas, zorgt voor directe gezondheidsrisico s tijdens de jeugd, maar ook op latere leeftijd. Waarom zijn kinderen zo dik? Welke kinderen zijn het zwaarst? Waarom eten ze onregelmatig of ongezond? En wat weerhoudt hen van sporten en spelen? Deze vragen stelden gezondheidsbevorderaars en onderzoekers zich enkele jaren geleden al. Er zijn al heel wat antwoorden gevonden die aanknopingspunten bieden voor de aanpak van het probleem. Daarnaast, en als gevolg, hebben verrschillende instellingen in de wijk de handen ineen geslagen. Ze voelden zich verantwoordelijk om de problematiek van het overgewicht aan te pakken. Dit heeft geresulteerd in het community-project Gezond Gewicht Overvecht (GO). In deze rapportage worden de eerste twee jaar van GO geëvalueerd, met als hoofdvraag: Heeft het programma GO in Overvecht geleid tot positieve veranderingen rond Gezond Gewicht? Het onderzoek heeft zich specifiek gericht op de volgende vragen: 1. Wat zijn sterke en zwakke punten van de algemene opzet van het programma en van de organisatieprocessen? 2. Hoe zijn enkele specifieke interventies opgezet en verlopen? 3. Welke interventies zijn uitgevoerd, wat voor type interventies waren dit en wat waren de beoogde interventie-uitkomsten en resultaten? 4. Wat zijn de resultaten van het programma op het gebied van overgewicht en leefstijl? Als leidraad voor de hoofdstukindeling van deze rapportage wordt het overzicht van het onderzoek voor het project GO gebruikt (zie figuur 1). In dit overzicht zijn de verschillende delen van het onderzoek voor GO weergegeven. Onderzoek Gezond Gewicht Community diagnose en proces-evaluatie Onderzoek Ontwikkeling Evaluatie Onderzoek Onderzoek Gezonde evaluatie Feest voor je Begin Vroeg Flash! VMBO Schoolkantine website Gezondheid Peuiters Monitoring en evaluatie interventies Onderzoek Project Onderzoek Project Eindrapport en -evaluatie Monitoring BMI en determinanten overgewicht Interactieve ondersteuning interventieplan 2005 2006 2007 2008 2009 Figuur 1: Overzicht van het onderzoek voor programma GO 5

Onderzoek Het eerste hoofdstuk van de rapportage geeft een beschouwing van het onderzoek en de gebruikte methoden. Zoals te zien is in het overzicht zijn er verschillende typen onderzoek ingezet: proces- en effectevaluaties, actiebegeleidend onderzoek en monitoring. De resultaten zijn in eerste instantie bedoeld ter ondersteuning van het programma GO. De kracht van dit onderzoek ligt in het combineren van onderzoek vanuit verschillende invalshoeken met gegevens uit verschillende bronnen. Het bestaat uit vier onderzoeksonderdelen. In het overzicht staat iedere pijl voor één onderdeel (zie figuur 1): 1. Procesevaluatie van het gehele programma 2. Proces- en effectevaluaties van specifieke interventies 3. Monitoring van de interventies 4. Monitoring van overgewicht en de determinanten ervan Op deze manier ontstaat een mix van effectevaluaties en procesbeschrijvingen waarbij verschillende aspecten van het programma op verschillende manieren beschouwd en geëvalueerd worden. Alles bij elkaar geeft dit een betrouwbaar, redelijk compleet beeld van de voortgang van het programma in de eerste twee jaar. Procesevaluatie van het programma Het tweede hoofdstuk bevat de procesevaluatie van het programma. Hierin staan de knelpunten en de sterke punten van de algemene opzet van het programma en van de organisatieprocessen. De doelen, organisatiestructuur, bereik en vooruitzichten voor continuering zijn kritisch bekeken. Het blijkt dat het grootste deel van de doelstellingen gaat over bereikte leefstijlverandering bij de doelgroep. Dit is vrij beperkt omdat het beoogde resultaat bij een community-project niet alleen bestaat uit het bevorderen van gezond gedrag maar ook is uit te drukken in bijvoorbeeld het behaalde succes bij het betrekken van intermediairen zoals professionals vanuit verschillende sectoren van de wijk en de bevolking. Over de organisatie en samenwerking zijn de signalen uit de wijk erg positief. Er is in de beginfase van het programma veel geïnvesteerd in de organisatiestructuur en in het creëren van draagvlak op verschillende niveaus en dit heeft zijn vruchten afgeworpen. Verder zijn de samenwerkingspartners erg betrokken bij het thema en zijn ze erg enthousiast over het programma. Ook is in de procesevaluatie nagegaan in welke mate de doelgroepen hebben geparticipeerd. Qua participatie van professionals is er al veel bereikt, maar de participatie van bewoners is nog maar bij enkele interventies goed op gang gekomen. Het betrekken van bewoners bij activiteiten is wat verder op de achtergrond geraakt omdat dit niet zonder obstakels verliep, het is nog een zoektocht naar de beste manier. Daarnaast ontstaat de indruk dat in vergelijking met het organiseren van bewonersparticipatie, het werken met enthousiaste intermediairen snel meer oplevert. Tegelijkertijd wordt de uiteindelijke doelgroep (kinderen en hun ouders) via de (wijk)intermediairen wel bereikt. Intermediairen zelf zijn over het algemeen van mening dat bewonersparticipatie bij interventies positieve gevolgen heeft voor de uitvoering en het effect van een interventie. Over de mate van participatie van bewoners en over het belang ervan bij het project GO is men het niet helemaal eens. Het ontbreken van een gemeenschappelijke visie op dit gebied kan een belemmerde factor zijn voor het behalen van resultaten. Een ander belangrijk criterium waarop het programma wordt beoordeeld is de spreiding van activiteiten over de verschillende settings. Hiervoor is in kaart gebracht welke activiteiten hebben plaatsgevonden in de wijk, op school, thuis en in de zorg en preventie. Het bereik in de verschillende settings is over het algemeen goed. Binnen de settings school en preventie en zorg zijn wel wat onevenwichtige verdelingen gevonden. Bij het consultatiebureau, de jeugdgezondheidszorg en op basisscholen zijn in 6 Evaluatie Gezond Gewicht Overvecht

Gemeente Utrecht de beginfase van het project relatief weinig interventies uitgevoerd. Deze partijen worden wel erg belangrijk gevonden voor een complete aanpak van overgewicht in de wijk. De vooruitzichten voor de aanpak van overgewicht via de jeugdgezondheidszorg zijn wel erg gunstig. De mogelijkheid tot continuering van de interventies is het laatste onderwerp van de procesevaluatie. De verankering van het thema Gezond Gewicht binnen de direct betrokken organisaties is voor een deel al definitief. Bij de GG&GD, bij Cumulus en bij Aveant zijn intenties verankerden zijn beleidsveranderingen doorgevoerd. Desondanks spreken verschillende intermediairen hun onzekerheid uit over de toekomst, ze vragen zich af of het mogelijk blijft de activiteiten op de huidige manier voort te zetten. Bij de overige betrokken organisaties is het proces van borging van de activiteiten ook in gang gezet, maar inspanningen op dit gebied blijven noodzakelijk. Deelonderzoeken De resultaten van vijf verschillende deelonderzoeken over specifieke onderwerpen worden gepresenteerd in het derde hoofdstuk. De onderwerpen zijn allemaal in samenspraak met de intermediairen in de wijk uitgekozen. Er zijn drie onderzoeken uitgevoerd in het onderwijs: één over de Flash!- beweegweek op het Vader Rijn College, één over Begin Vroeg, een voedings- en beweeginterventie in vroegen voorschoolse educatie en een verkennende studie naar mogelijkheden voor implementatie van de gezonde schoolkantine in het voortgezet onderwijs. Daarnaast zijn over de gezondheidsmarkt Feest voor je gezondheid en de website voor intermediairen Overvecht in beweging procesevaluaties geschreven. In het algemeen is de organisatie en samenwerking goed verlopen en is het bereik van de interventies naar wens. De participatie van mensen in de wijk werd, net als bij de procesevaluatie, als zwakke plek aangeduid. De deelnemers zijn over het algemeen tevreden over de interventies. De effect evaluatie was beperkt (light onderzoek) maar er zijn sterke indicaties dat de beoogde effecten, zoals kennis-, attitude- en intentieveranderingen, bij alle interventies behaald zijn. Al met al kan geconcludeerd worden dat deze interventies voor de betrokkenen positieve veranderingen hebben opgeleverd rond het thema Gezond Gewicht. Monitoring interventies Hoofdstuk vier is gewijd aan de resultaten van de monitoring van interventies. Via een nieuw ontwikkeld monitoringssysteem zijn alle interventies rond het thema Gezond Gewicht in Overvecht geregistreerd. Dit systeem is gebaseerd op het referentiekader voor gezondheidbevordering van Saan en de Haes (zie bijlage 2 voor het referentiekader). Uit dit referentiekader zijn enkele elementen opgenomen in dit evaluatie-rapport: interventies, interventie-uitkomsten en determinanten. Het onderdeel interventies gaat over uitgevoerde activiteiten. De interventie-uitkomsten en de determinanten 1 hebben betrekking op bereikte resultaten. Deze elementen komen nu na elkaar aan bod en bestaan elk weer uit verschillende categorieën. Interventies: Voor het monitoren van de interventies is een indeling gemaakt in verschillende typen interventies. Deze indeling kan als checklist of als inspiratiebron gebruikt worden bij het opzetten van een programma voor gezondheidsbevordering. Interventies worden onderverdeeld in vier categorieën: Informatie, voorlichting en educatie Community ontwikkeling Organisatieontwikkeling 1 Met de indeling van behaalde resultaten gebaseerd op verschillende determinanten wordt bedoeld dat er resultaten worden nagestreefd die verband houden met deze determinanten. 7

Pleitbezorging, beleidsontwikkeling en intersectorale actie Het gaat bij deze vier categorieën om welke aanpak is gekozen bij het opzetten van de interventie en waar de interventie zich op richt. De eerste categorie is het geven van informatie, voorlichting en educatie, hier zijn interventies met een relatief groot bereik binnen het programma GO op gericht. Dit gebeurt vooral via massamedia en via groepswerk en in mindere mate via individuele counseling. Verder zijn er behoorlijk wat inspanningen geleverd op het gebied van de tweede categorie; community-ontwikkeling in de wijk. Er is veel gewerkt aan het verbeteren van overlegstructuren en daarnaast is geprobeerd de betrokkenheid van intermediairen te vergroten via participatie in onderzoek. Ook zijn interventies georganiseerd gericht op de wijk zoals manifestaties en festiviteiten; deze zijn ook bedoeld community-ontwikkeling te stimuleren. De derde categorie interventies is gericht op organisatieontwikkeling zoals beleidsverandering binnen de betrokken organisaties, het tot stand brengen van netwerken of coalities en het opzetten van deskundigheidsbevordering. Aan deze categorie is meer zijdelings aandacht besteed, er zijn wel veel, maar veelal kleine activiteiten op gericht. Desondanks is er toch wel heel wat bereikt (zie 4.2 interventie-uitkomsten). Als laatste de lobby-activiteiten en de interventies gericht op intersectorale actie. Binnen GO is dit ook een belangrijk aspect van het werk, het is noodzakelijk dat dit voorafgaande aan veel andere interventies verricht wordt. Er is daarom vooral in de eerste twee jaar hier nadrukkelijk aandacht aan besteed. Interventie-uitkomsten: De interventie-uitkomsten zijn resultaten van interventies. Het gaat hierbij niet om de uiteindelijke resultaten (gezondheidswinst), maar om meer algemene veranderingen die gunstige voorwaarden scheppen voor het uiteindelijk het bereiken van bijvoorbeeld een gezond gewicht of een gezonde leefstijl. De interventie-uitkomsten worden onderverdeeld in 3 categorieën: Gezondheidsvaardigheden Sociaal draagvlak Beleid: wetten, regels, financiering Ten tijde van de huidige evaluatie van de eerste twee jaar van het programma is onvoldoende informatie bekend over de toename van gezondheidsvaardigheden en de versterking van sociaal draagvlak voor leefstijlveranderingen in de wijk als geheel. Het is wel bekend dat 4500 mensen bereikt zijn via de verschillende interventies 2, maar effectevaluatie is nog niet via het monitoringssysteem opgezet. Veranderingen op het gebied van beleid en organisatie zijn wel bekend omdat deze zijn meegenomen in het onderzoek voor de procesevaluatie. Hier zijn zichtbare veranderingen opgetreden. Bij verschillende betrokken instellingen is veel bereikt op dit gebied, vooral wat betreft agendasetting van het thema overgewicht en het doorvoeren van verandering in beleid en regelgeving. Determinanten: Voor het bepalen van de belangrijkste determinanten van overgewicht is gekozen voor die determinanten die naar voren kwamen in de community-diagnose, een kwalitatieve studie die aan het begin van het programma in de wijk is uitgevoerd. Over het algemeen zijn er vooral activiteiten georganiseerd ter verbetering van leefstijl (en kennis). Daarnaast is ook energie gestoken in opvoedingsproblematiek, in het vergroten van de sociale cohesie in de wijk en in het verbeteren van voorzieningen. De andere determinanten zijn minder aan bod gekomen omdat ze niet of moeilijk 2 4500 mensen zijn via interventies bereikt, waarvan in elk geval 3000 kinderen en 890 ouders, massamedia en extra sport-aanbod niet meegeteld (zie bijlage 3). 8 Evaluatie Gezond Gewicht Overvecht

Gemeente Utrecht beïnvloedbaar zijn of omdat er weinig rekening mee wordt gehouden. Dit zijn sociale steun, psychosociale problemen 3, toegang tot gezondheidszorg en gezondheid, etniciteit en sociaal economische status. Via het monitoringssysteem wordt bijgehouden welke determinanten beïnvloed worden, waardoor een globale indruk ontstaat van waar aan gewerkt wordt. Monitoring overgewicht en determinanten Hoofdstuk vijf geeft de resultaten weer van de monitoring van overgewicht en determinanten ervan. Deze monitoring door middel van kwantitatief onderzoek geeft informatie over overgewicht en determinanten als leefstijl, toegang tot gezondheidszorg en etniciteit en sociaal economische status. Uit registratiegegevens van de Jeugdgezondheidszorg blijkt dat het voorkomen van overgewicht en obesitas bij de jeugd in Overvecht over de afgelopen 4 jaar ongeveer gelijk is gebleven; een kwart van de kinderen heeft overgewicht. Ook een kwart van de kinderen ontbijt niet dagelijks, hierin is geen verandering gekomen sinds de start van het programma Gezond Gewicht. Daarnaast is geregistreerd dat 40 procent van de kinderen lid is van een sportclub; dit is nog niet toegenomen in het schooljaar 2005/2006. Wat betreft screening op overgewicht heeft er in het schooljaar 2005/2006 in Overvecht een inhaalslag plaatsgevonden. Wat hangt nu eigenlijk samen met het ontstaan van overgewicht 4 volgens de cijfers? Factoren die samenhangen met overgewicht zijn het wonen in aandachtsgebieden binnen Overvecht (aangeduid als achterstandsgebieden in het GSB-beleid), het hebben van laag opgeleide ouders en Turkse of Marokkaanse afkomst. Ook vallen de 8 tot 11-jarigen op; deze hebben het vaakst overgewicht. Op basis van gegevens uit Overvecht blijkt dat er ook samenhang is tussen overgewicht en de beoordeling van gezond eetgedrag door ouders. Ouders van kinderen met overgewicht beoordelen het eetgedrag van hun kind positiever dan ouders van kinderen zonder overgewicht. Dit kan erop wijzen dat ouders eetgedrag dat leidt tot overgewicht, positief beoordelen. Conclusie en aanbevelingen Het laatste hoofdstuk laat zien dat de brede opzet van het programma Gezond Gewicht Overvecht waardevol is gebleken. Resultaten waren (nog) niet zichtbaar op de einddoelen overgewicht en leefstijlverandering, maar wel op intermediaire doelen. Zo hebben verschillende organisaties hun beleid aangepast en werkten de samenwerkingsverbanden naar tevredenheid. De opgezette activiteiten en samenwerkingsvormen waren echter nog niet voldoende structureel. Meer aandacht voor participatie van de doelgroep en betrokkenheid van de zorgsector en het onderwijs bleek ook nodig. Het bereik van verschillende doelgroepen was goed (met groepsvoorlichting zijn bijvoorbeeld in totaal ruim 3000 kinderen, ouders en intermediairs bereikt), maar meer aandacht is gewenst voor specifieke doelgroepen (bijvoorbeeld Turkse kinderen, kinderen uit gezinnen met een lage sociaal economische status of ouders). 3 Sociale steun en psychische problemen kunnen wel indirect aan bod komen bij interventies gericht op sociale cohesie (sociaal capitaal). 4 Dat er samenhang is tussen leefstijl en overgewicht blijkt uit (inter) nationale onderzoeken en staat niet ter discussie. 9

10 Evaluatie Gezond Gewicht Overvecht

Gemeente Utrecht Inhoudsopgave Colofon 3 Samenvatting 5 Inleiding 13 1 Methodologie 15 1.1 Aanleiding en doel 15 1.2 Vraagstelling en methoden 15 1.3 Onderzoeksopzet 16 Community diagnose en procesevaluatie 17 Onderzoeksprojecten over specifieke interventies 18 Monitoring en evaluatie interventies 18 Monitoring van BMI en de determinanten van overgewicht 19 Interactieve ondersteuning interventieplan 19 2 Procesevaluatie 20 2.1 Doelstelling, doelgroep en effecten 21 Doelstelling 21 Doelgroep 22 Beoogde effecten 22 2.2 Procesevaluatie 22 Organisatie 23 Participatie 24 Setting van de activiteiten 25 Tevredenheid deelnemers 26 Verankering activiteiten 27 Evaluatie taken en verantwoordelijkheden intermediairen 27 2.3 Conclusies en beschouwing 30 3 Deelonderzoeken 31 3.1 Flash! Beweegweek op het Vader Rijn College 31 3.2 Feest voor je gezondheid 32 3.3 Begin vroeg 33 3.4 Website: Overvecht in Beweging 34 3.5 Gezonde schoolkantine in het voortgezet onderwijs 35 3.6 Overzicht en conclusies 36 4 Monitoring interventies 37 4.1 Interventies 39 Informatie, voorlichting en educatie 39 Community ontwikkeling 40 11

Organisatieontwikkeling 41 Pleitbezorging, beleidsontwikkeling en intersectorale actie 43 4.2 Interventie-uitkomsten 44 Gezondheidsvaardigheden 44 Sociaal draagvlak 44 Beleid: wetten, regels, financiering 45 4.3 Determinanten 46 Leefstijl 46 Kennis 47 Opvoeding 47 Sociale steun/ sociale druk 48 Psychosociale problemen 48 Gezondheid en gezondheidszorg 48 Fysieke omgeving 48 Etniciteit/ SES 49 4.4 Conclusie en beschouwing 49 5 Monitoring overgewicht en determinanten 52 5.1 Overgewicht en leefstijl: ontwikkeling en screening 52 5.2 Leefstijlfactoren als determinanten van overgewicht 53 5.3 Overgewicht en leefstijl stad, wijk en subwijk 57 5.4 Overgewicht en leefstijl per sociaal demografische groep 58 5.5 Conclusie en beschouwing 60 6 Conclusies en aanbevelingen 61 6.1 Conclusie procesevaluatie 61 6.2 Conclusie evaluatie specifieke interventies 61 6.3 Conclusie monitoring en evaluatie interventies 61 6.4 Conclusie monitoring overgewicht en determinanten 62 6.5 Aanbevelingen 63 Literatuur 64 Bijlagen 65 Bijlage 1: Handleiding voor monitoring activiteiten 65 Bijlage 2: Referentiekader 68 Bijlage 3: Overzicht van interventies 69 Bijlage 3: Screening op overgewicht 84 12 Evaluatie Gezond Gewicht Overvecht

Gemeente Utrecht Inleiding Sinds 2005 voert de Gemeente Utrecht samen met wijkwelzijnsorganisatie Cumulus en zorgaanbieder Aveant een programma uit om overgewicht bij de jeugd in Overvecht te voorkomen en terug te dringen. Binnen dit programma wordt vanuit de community-benadering gewerkt aan een gezondere leefstijl van kinderen en hun ouders en aan het verbeteren van intersectorale samenwerking rond het thema Gezond gewicht. De verschillende partijen zijn al doordrongen van de ernst van de overgewichtproblematiek. Van jongs af aan worden al overgewicht en ongezonde voedings- en beweegpatronen geconstateerd. 19 % van de jeugd in Overvecht heeft overgewicht, waarvan nog 8% leidt aan obesitas. Op verschillende leefstijlfactoren zoals onder andere ontbijten en lid zijn van een sportclub scoren de kinderen in Overvecht aanzienlijk slechter dan in de rest van Utrecht. Deze situatie is erg nadelig voor deze kinderen in Overvecht, overgewicht vergroot de kansen op gezondheids- en psychosociale problemen op latere leeftijd. Het is een risicofactor voor verschillende ziektes zoals diabetes, hart- en vaatziekten en gewrichtsklachten. Een breed opgezet programma om deze problematiek tegen te gaan is absoluut noodzakelijk. In dit rapport wordt dit programma Gezond Gewicht Overvecht (GO) geëvalueerd aan de hand van relevante criteria zoals verandering van leefstijl bij de jeugd, de mate van afstemming van het preventieaanbod op de lokale situatie, de variatie in de aanpak van het probleem, het bereik van de interventies en het niveau van participatie van de doelgroep. Ook wordt met de resultaten uit een nieuw monitoringssysteem een stap gezet in de richting van een totaaloverzicht van activiteiten rond het thema Gezond Gewicht in Overvecht. Hierdoor wordt het eenvoudiger zicht te krijgen op witte vlekken in het aanbod in de wijk en hierop in te spelen. Dit rapport is geschreven in het kader van het programma Gezond Gewicht Overvecht, door onderzoekers van de afdeling Gezondheid & Zorg van de GG&GD-Utrecht. Het heeft tot doel input te leveren voor het vervolg van het programma Gezond Gewicht Overvecht en dient daarnaast ter inspiratie voor (onderzoek naar) andere programma s die werken vanuit de community-benadering. Deze rapportage Evaluatie Gezond Gewicht Overvecht bestaat uit monitoring en evaluatie van het programma in de jaren 2005 en 2006. Vier vragen staan centraal in deze rapportage: 1. Wat zijn de sterke en zwakke punten van de algemene opzet van het programma en van de organisatieprocessen? 2. Hoe zijn enkele specifieke interventies opgezet en verlopen? 3. Welke interventies zijn uitgevoerd, wat voor type interventies waren dit en wat waren de (beoogde) interventie-uitkomsten en resultaten? 4. Wat zijn de resultaten van het programma op het gebied van overgewicht en leefstijl? De antwoorden op deze vragen geven inzicht in de verschillende uitkomsten; niet alleen in de einduitkomsten, maar ook die van de tussenliggende processen. Deze onzichtbare processen zijn bijvoorbeeld het creëren van sociaal draagvlak en inspanningen voor organisatie- en beleidsontwikkelingen. Het zichtbaar maken van deze processen verhoogt naar verwachting de waardering ervoor en stimuleert hierdoor investeringen op dit gebied. 13

De hoofdstukindeling van deze rapportage is gebaseerd op het overzicht van het onderzoek voor het project GO(zie figuur 1). In dit overzicht zijn de verschillende delen van het onderzoek voor GO weergegeven. Het eerste hoofdstuk van de rapportage geeft een beschouwing van het onderzoek en de gebruikte methoden. Het tweede hoofdstuk bevat de procesevaluatie van het programma. Hierin staan de knelpunten en de sterke punten van de algemene opzet van het programma en van de organisatieprocessen. De doelen, de organisatiestructuur, het bereik en de vooruitzichten voor continuering komen hierbij aan bod. De resultaten van vijf verschillende deelonderzoeken over specifieke onderwerpen worden gepresenteerd in het derde hoofdstuk. De onderwerpen van deze onderzoeken zijn allemaal in samenspraak met de intermediairen in de wijk uitgekozen. Hoofdstuk vier is gewijd aan de resultaten van de monitoring van interventies. Via een nieuw ontwikkeld monitoringssysteem zijn alle interventies rond het thema Gezond Gewicht in Overvecht geregistreerd. Dit systeem is gebaseerd op het referentiekader voor gezondheidbevordering van Saan en de Haes (zie bijlage 2 voor het referentiekader). Hoofdstuk vijf geeft resultaten weer van de monitoring van overgewicht en determinanten ervan. Deze monitoring door middel van kwantitatief onderzoek geeft informatie over overgewicht en determinanten als leefstijl, toegang tot gezondheidszorg en etniciteit en sociaal economische status. Hoofdstuk zes bevat conclusies en aanbevelingen voor het vervolg van het project. 14 Evaluatie Gezond Gewicht Overvecht

Gemeente Utrecht 1 Methodologie 1.1 Aanleiding en doel De aanleiding van dit evaluatierapport is tweeledig. Ten eerste was er vraag naar informatie over het verloop van het programma Gezond Gewicht Overvecht, omdat vanuit de GG&GD-Utrecht voor het eerst een dergelijk langdurig thematisch wijkprogramma vanuit de community-benadering is uitgevoerd. Dit evaluatieonderzoek maakt onderdeel uit van het actiebegeleidende onderzoek dat gedurende het gehele programma wordt uitgevoerd en wat zorgt voor continue feedback vanuit de wijk op het programma. Daarnaast draagt het evaluatierapport bij aan algemene kennis over communityprogramma s en kan als voorbeeld dienen voor programma s in andere wijken en/of steden. 1.2 Vraagstelling en methoden Onderzoeksvraag: Uiteindelijk zal het onderzoek in het kader van GO de centrale vraag beantwoorden: Heeft GO geleid tot een positieve verandering in verschillende determinanten van overgewicht en in het voorkomen van overgewicht zelf bij 0-19 jarigen? De onderzoeksvraag is in te delen in vier onderdelen, met bijbehorende vraagstellingen: 1. Procesevaluatie van het gehele programma. Wat zijn de sterke en de zwakke punten van de algemene opzet van het programma en van de organisatieprocessen? 2. Proces- en effectevaluaties van specifieke interventies. Hoe zijn enkele specifieke interventies opgezet en verlopen? 3. Monitoring van de interventies. Welke interventies hebben er in totaal plaats gevonden, wat voor type interventies waren dit en wat waren de beoogde interventie-uitkomsten en resultaten? 4. Monitoring van overgewicht en de determinanten ervan Wat zijn de resultaten van het programma op het gebied van overgewicht en leefstijl? De gebruikte methoden van onderzoek zijn: Diepte- interviews met sleutelfiguren Intermediairen (professionals van organisaties in de wijk) Projectmedewerkers Gebruik van bestaande bronnen Interne rapporten GG&GD Interne communicatie GG&GD (notulen, projectplan, nieuwsbrief etc.) Registratiesystemen 15

Data registratiesysteem Jeugdgezondheidszorg (JGZ) Registratiesysteem voor monitoring interventies GO Registratie Consultatiebureaus Overvecht Gezondheidspeiling GG&GD 1.3 Onderzoeksopzet Het programma Gezond Gewicht Overvecht wordt op verschillende manieren ondersteund door actiebegeleidend onderzoek. De onderzoeker koppelt de resultaten van het lopende onderzoek voortdurend terug om beslissingen voor hoe nu verder te vergemakkelijken. In verschillende stadia van het actiebegeleidend onderzoek is telkens met alle betrokkenen gesproken en zijn de problemen in kaart gebracht, teruggekoppeld naar en besproken met de projectgroep. Er is gebruik gemaakt van een combinatie van verschillende methoden van onderzoek zoals vragenlijstgegevens, diepte interviews met sleutelfiguren, interviews met deelnemers aan interventies en registratie- en observatiegegevens (bijvoorbeeld bestaande registratiesystemen en observaties van overleggen en voorlichtingsbijeenkomsten). Per onderzoeksthema zijn deze gegevens vervolgens gecombineerd. In veel gevallen had de onderzoeker te maken met doelgroepen waarbij vragenlijstonderzoek lastig uitvoerbaar was vanwege taalproblemen en/of motivatieproblemen. Het voordeel van het gebruik van meerdere methoden bij deze doelgroepen is dat uitkomsten van verschillende deelonderzoeken vergeleken kunnen worden en elkaar zonodig aanvullen. Een nadeel van het verrichte actiebegeleidend onderzoek is het beïnvloeden van de interventie tijdens het onderzoek waardoor de onderzoeker zijn neutrale positie verliest. Uit wetenschappelijk oogpunt is dit een nadeel, maar voor de interventies is dit juist een groot voordeel omdat de beslissingen snel kunnen worden aangepast en de interventies verbeteren. Het onderzoek bestaat uit 4 stromen (zie figuur 2). Van boven naar beneden zijn dit: De community diagnose en de procesevaluatie aan de hand van sleutelfiguren, de onderzoeksprojecten over specifieke interventies, de monitoring en evaluatie van interventies en als laatste de monitoring van BMI en de determinanten van overgewicht. Onderaan de figuur is nog een balk te zien die verwijst naar de interactieve ondersteuning van het interventieplan. Deze speciale rol van de onderzoeker is apart genoemd omdat dit een belangrijk aspect van het totale onderzoek is. De verschillende onderdelen van het onderzoek zijn gebruikt voor de hoofdstukindeling van dit evaluatierapport en zullen nu één voor één worden toegelicht. Ook de beperkingen van de verschillende typen onderzoek zullen worden besproken. 16 Evaluatie Gezond Gewicht Overvecht

Gemeente Utrecht Onderzoek Gezond Gewicht Community diagnose en proces-evaluatie Onderzoek Flash! VMBO Onderzoek Gezonde Schoolkantine Ontwikkeling evaluatie website Evaluatie Feest voor je Gezondheid Onderzoek Begin Vroeg Peuiters Monitoring en evaluatie interventies Onderzoek Project Onderzoek Project Eindrapport en -evaluatie Monitoring BMI en determinanten overgewicht Interactieve ondersteuning interventieplan 2005 2006 2007 2008 2009 Figuur 2: Overzicht van het onderzoek voor GO Community diagnose en procesevaluatie De bovenste pijl in de figuur gaat over het kwalitatieve onderzoek waarbij meningen over overgewicht en determinanten van professionals in de wijk en behoeftes van intermediairen en bewoners uit de wijk centraal staan. Het eerste deelonderzoek (de community diagnose), aan het begin van het project had vooral tot doel de kennis van lokale intermediairen te gebruiken voor het afstemmen van het programma Gezond Gewicht op de specifieke kenmerken van de wijk en van de betrokken instellingen. Het was allereerst van belang om inzicht te krijgen in overgewicht en voedings- en beweegpatroon bij verschillende doelgroepen. Hoeveel komt overgewicht voor en hoe is het voedings- en beweegpatroon bij verschillende doelgroepen? Deze informatie is gebruikt om bijvoorbeeld doelgroepen en aandachtspunten voor interventies te selecteren (zie voor resultaten Schreurs, 2006a). Door het onderzoek onder sleutelfiguren in de wijk te herhalen halverwege het programma is het mogelijk de deskundigheid van de intermediairen ook in te zetten voor het evalueren en bijstellen van het programma. Dit was een inventarisatie van interventies waarbij werd onderzocht of uitbreiding of aanpassing van interventies nodig was volgens de intermediairen en de bewoners. Deze feedback gaf vervolgens richting aan de voortgang van het project: wanneer zich kansen voordeden werden deze opgepakt en wanneer problemen ontstonden werden deze snel opgelost. Dit type onderzoek draagt bovendien bij aan het creëren van draagvlak voor het programma. Immers, na het in kaart brengen van de problemen en oplossingen wat betreft overgewicht is de stap 17

naar het aanpakken klein. Het onderzoek onder intermediairen kan dus stimulerend werken voor het opstarten van interventies. Een aantal projectgroepleden merkt op dat een nadeel van dit onderdeel van het onderzoeksproject is dat sommige intermediairen de inwoners niet rechtstreeks kennen of slechts contact hebben met enkele mensen. Dit komt doordat ze slechts op afstand of een enkele dag per week in Overvecht werkzaam zijn. Hierdoor wordt de informatie over opvattingen en behoeftes van bewoners minder betrouwbaar. Hiertegenover staat dat de achtergrond van de intermediairen erg divers is en dat verschillende visies, uit allerlei settings bij-elkaar worden gebracht en worden vergeleken. Dit geeft zo een breed beeld van de wijk en haar problemen en kan veel bijdragen aan het vinden voor oplossingen op het gebied van overgewicht. Er zijn voldoende mensen bij die de concrete situatie en de (on)mogelijkheden van de instellingen in de wijk kennen. Onderzoeksprojecten over specifieke interventies De tussenliggende vierkante blokjes in het figuur stellen onderzoeken over specifieke interventies voor. Bij deze evaluaties wordt echt ingezoomd op een interventie en deze wordt dan uitgebreid geanalyseerd. In hoofdstuk drie worden de resultaten van deze onderzoeken gepresenteerd. Om deze resultaten op waarde te kunnen schatten worden hier enkele voor- en nadelen van dit type onderzoek geschetst. Ten eerste zijn deze zeer complete onderzoeken gefocust op één interventie waardoor ze veel diepgang en inzicht in resultaten en effecten opleveren. Het tweede voordeel is dat de combinatie van methoden van onderzoek zorgt voor betrouwbare resultaten. Een eerste nadeel is dat de gebruikte onderzoeksmethoden zeer arbeidsintensief zijn geweest. Verder is het vanwege het dynamische karakter van het project niet mogelijk geweest bij evaluaties van specifieke interventies (zie figuur 2) gebruik te maken van random streekproeven, verschillende nametingen, controlegroepen of harde effectmetingen. Deze onderzoeken zijn daarom te vergelijken met quick-scans, waarbij zo snel en zo simpel mogelijk de meest noodzakelijk informatie wordt verzameld. De laatste nadelen gaan over de grote betrokkenheid van de onderzoeker bij de interventies. Door het ondersteunende karakter is er een risico dat de onafhankelijkheid van onderzoeker verminderd. Verder wordt kennis direct gebruikt om interventie bij te stellen en er is dus invloed van het onderzoek op de eindresultaten. Monitoring en evaluatie interventies De middelste pijl in het overzicht (figuur 2) duidt op de monitoring van activiteiten met behulp van een registratiesysteem (zie hoofdstuk 4). Dit heeft tot doel overzicht te creëren van de activiteiten die worden opgezet om vervolgens witte plekken op te kunnen sporen. Deze kunnen vervolgens worden ingevuld. Daarnaast kan de monitoring breder als evaluatiemiddel worden ingezet. Deze monitoring is uitgevoerd via een speciaal ontwikkeld systeem op basis van het referentiekader gezondheidsvordering van Saan en de Haes (1995). Het werken hiermee vergt veel inspanning van de projectmedewerkers. Dit heeft ertoe geleid dat alleen de algemene kenmerken van de activiteiten zijn ingevoerd en dat er geen beoordeling heeft kunnen plaatsvinden. Wat betreft de evaluatie van de interventies in het monitoringssysteem is er nog een ander knelpunt, namelijk dat de evaluatie zal worden gedaan via de beoordeling door directe betrokkenen. In de eindevaluatie van GO zal dit punt opnieuw aan de orde komen. Op dit moment is nog onduidelijk wat voor informatie deze subjectieve beoordelingen zullen opleveren. 18 Evaluatie Gezond Gewicht Overvecht

Gemeente Utrecht Het systeem biedt in elk geval een duidelijk overzicht van de interventies. Tussentijds en aan het eind van het programma is er een goede indruk van wat er heeft plaatsgevonden en er is bijstelling van activiteiten mogelijk wat betreft doel, setting, aanpak en planning. Dit zijn zeer positieve resultaten van het gebruik van een dergelijk monitoringssysteem. Het biedt overzicht op het programma en kan ook gebruikt worden voor verantwoording van subsidies. Monitoring van BMI en de determinanten van overgewicht De onderste pijl in de figuur refereert aan het cijfermateriaal wat wordt verzameld over overgewicht en determinanten in Overvecht. Deze monitoring is anders van opzet dan de eerste drie stromen van onderzoek; hier worden meerdere grootschalige bronnen gebruikt (o.a. registratiesysteem jeugdgezondheidszorg en jeugdmonitor Utrecht) die al langer bestaan en redelijk betrouwbare en valide gegevens opleveren. De aanvullende informatie uit deelonderzoeken (over determinanten van overgewicht) maakt het beeld nog completer. Er zijn vragenlijstonderzoeken die gekoppeld zijn aan bepaalde interventies; op die manier wordt ook cijfermatige informatie verkregen over eetgewoontes en leefstijl. Wat de belangrijkste databron betreft, het registratiesysteem van de jeugdgezondheidszorg, zijn er enkele kanttekeningen te plaatsen. Helaas zijn de mogelijkheden beperkt voor wat in het registratiesysteem kan worden opgenomen. Hierdoor zijn er nu alleen grove indicatoren beschikbaar. Deze kunnen wel richtinggevend zijn, maar ze zijn niet heel precies. Verder geeft dit registratiesysteem een overall beeld, aan toe- en afname van bepaalde problematiek kunnen geen harde conclusies worden getrokken. Uitkomsten hangen namelijk ook af van samenstelling van de onderzoekspopulatie en de wijze van registreren van de verschillende JGZmedewerkers. Interactieve ondersteuning interventieplan Het onderste balkje in het schema verwijst naar interactieve ondersteuning van het project door de onderzoeker (zie figuur 2). De onderzoeker maakt actief deel uit van het projectteam; ondersteunt en inspireert en denkt en werkt mee aan de ontwikkeling van het interventieplan. De meerwaarde van deze rol ligt op twee vlakken, bij het project en bij het onderzoek zelf. Het project kan profiteren van de inhoudelijke kennis van de onderzoeker; deze levert wetenschappelijk artikelen, analyseert en rapporteert op aanvraag over specifieke thema s, maakt bijvoorbeeld rapporten met informatie over scholen in de wijk of geeft presentaties over overgewicht in de wijk op basis van onderzoeksgegevens in het kader van het motiveren van intermediairen etc. Ook neemt de onderzoeker deel aan de bijeenkomsten van de projectgroep en levert daar een inhoudelijke bijdrage aan de uitwerking van het interventieplan onder andere door onderzoeksinformatie toegankelijk te maken voor de praktijk. Ook levert deze rol voordelen op voor het onderzoek. De onderzoeker is nauw betrokken bij de planning en de organisatie van de interventies en werkt bovendien mee aan activiteiten in de wijk. Zo krijgt de onderzoeker zelf direct zicht op ontwikkelingen die spelen in plaats van deze uit tweede hand te horen. Door deze ondersteunende rol kan het onderzoek goed worden afgestemd op het project en ontstaat er uiteindelijk meer inzicht in het project in zijn geheel. 19

2 Procesevaluatie In dit hoofdstuk wordt de organisatorische kant van het programma Gezond Gewicht Overvecht geëvalueerd. Belangrijk voor het slagen van een breed opgezet project als Gezond Gewicht Overvecht zijn de onderliggende structuren en een gemeenschappelijke visie die samenwerking tussen verschillende partijen mogelijk maakt. Deze zijn daarom nader onderzocht in dit evaluatierapport. De inzet van de verschillende samenwerkingspartners hangt vervolgens weer af van andere factoren zoals de mogelijkheid tot participatie, voldoening over uitgevoerde interventies en de mogelijkheden voor continuering wanneer de interventies succesvol zijn. Deze factoren worden daarom als uitgangspunt genomen bij de procesevaluatie. Allereerst worden in dit hoofdstuk de oorspronkelijke doelstelling, de doelgroep en de beoogde effecten beschreven, omdat deze de lijdraad vormen het voor gehele project. Vervolgens wordt ingegaan op de procesevaluatie. Verschillende visies op het project, uit allerlei settings, worden bij elkaar gebracht en vergeleken. Dit deel van de evaluatie focust op de knelpunten en sterke punten van de organisatieprocessen. In figuur 3 is aangegeven hoe het onderdeel procesevaluatie past binnen het gehele onderzoek. Onderzoek Gezond Gewicht Community diagnose en proces-evaluatie Onderzoek Ontwikkeling Evaluatie Onderzoek Onderzoek Gezonde evaluatie Feest voor je Begin Vroeg Flash! VMBO Schoolkantine website Gezondheid Peuiters Monitoring en evaluatie interventies Onderzoek Project Onderzoek Project Eindrapport en -evaluatie Monitoring BMI en determinanten overgewicht Interactieve ondersteuning interventieplan 2005 2006 2007 2008 2009 Figuur 3: De plaats van proces-evaluatie binnen het Onderzoek Gezond Gewicht 20 Evaluatie Gezond Gewicht Overvecht

Gemeente Utrecht 2.1 Doelstelling, doelgroep en effecten Doelstelling Het programma Gezond Gewicht Overvecht (GO) is een community-project gericht op het voorkomen en terugdringen van overgewicht bij kinderen. Het programma loopt van januari 2005 tot januari 2009. De community-aanpak wordt als meest geschikte aanpak beschouwd omdat het van belang is dat gezond gewicht een thema van de gemeenschap wordt. De kansen van het project zijn vergroot door de wijk er bij te betrekken en er draagvlak te creëren bij professionals, sleutelfiguren en de doelgroep zelf. Er wordt aangesloten bij de belevingswereld van de doelgroep zelf en bij wat zij aan willen doen om een gezond gewicht te bereiken. Het programma is dynamisch van karakter omdat wordt aangesloten bij bestaande ideeën en initiatieven in de wijk, die vervolgens ondersteund worden (eventueel financieel). Belangrijke kenmerken van het programma zijn verder herhaling en een structurele aanpak, samenwerking tussen verschillende disciplines en organisaties en het inzetten van interventies die al bestaan of die makkelijk neer te zetten zijn. De hoofddoelstelling van het project is: Het voorkomen en terugdringen van overgewicht bij kinderen van 0-19 jaar in de wijk Overvecht. Het gaat hierbij om het ontwikkelen van doelmatige interventies op het gebied van voeding, beweging, lichamelijk actief spel en opvoedingsondersteuning. Alle interventies zullen ten dienste staan van de: primaire preventie (voorkomen dat kinderen met een gezond gewicht, overgewicht krijgen) secundaire preventie (zorgen dat kinderen met een matig overgewicht niet dikker worden) tertiaire preventie (behandeling van kinderen met overgewicht) De nadruk bij de interventies zal echter liggen op de primaire preventie, met soms een uitstap naar de secundaire en tertiaire preventie. Daarnaast zijn er ook enkele subdoelen, t.w. Intersectorale samenwerking met onderwijs-, gezondheids-, sport- en recreatie- en welzijnsinstellingen in de wijk Overvecht die zich richten op 0-19 jarigen. Hierbij gaat het om het bevorderen en intensiveren van de onderlinge samenwerking rond het thema Gezond gewicht. Een goede communicatie met de lokale partners in de wijk, afstemming van het preventieaanbod op de lokale situatie en het uitdragen van een uniforme boodschap rond voeding en bewegen is essentieel in deze samenwerking. Participatie van de doelgroep. Participatie van de doelgroep vindt plaats als medewerkers projecten ontwikkelen, uitvoeren en toetsen in samenspraak met of zelfs op verzoek van de doelgroep. Verschillende niveaus van participatie zijn: moedoen, meewerken en meebeslissen. Empowerment. De bewoners door de participatie het gevoel krijgen grip te hebben en te houden op hun leefstijl, zich ervan bewust zijn dat ze zelf een actieve bijdrage kunnen leveren aan gezond gedrag. 21

Doelgroep De doelgroep voor het project Gezond Gewicht zijn de kinderen en jeugdigen van 0 19 jaar in de wijk Overvecht. Met als intermediaire doelgroepen: ouders van de 0-19 jarigen in de wijk Overvecht gezondheidszorg-, onderwijs-, sport- en recreatie-instellingen en wijkwelzijnsorganisatie in de wijk Overvecht die zich richten op 0-19 jarigen (jeugdartsen, jeugdverpleegkundigen, huisartsen, ziekenhuis, thuiszorg, voorscholen, peuterspeelzalen, basis- en voortgezet onderwijs, Dienst Sport en Recreatie, Cumulus enz.) aanbieders van sport- en spelactiviteiten in de wijk Overvecht Beoogde effecten Het programma Gezond Gewicht Overvecht, dat een looptijd van vijf jaar heeft, heeft zich ten doel gesteld om ten opzicht van het startjaar 2005: Een toename van aantal kinderen dat gescreend wordt op overgewicht tot 90 % Een toename van 20% van het aantal kinderen dat dagelijks ontbijt Een toename van 10% van het aantal kinderen dat dagelijks de aanbevolen hoeveelheid groenten en fruit eet Een afname van 10% van het aantal ongezonde tussendoortjes en frisdrank door kinderen Een toename van 20% van het aantal kinderen dat sport, al of niet in georganiseerd verband Een toename van 10% van de dagelijkse beweegmomenten voor peuters die deelnemen aan de voorscholen. Bij minimaal de helft van de basisscholen in Overvecht zijn er plannen voor het schooljaar 2006-2007 en verder, waarin opgenomen is welke interventies de school zal uitvoeren rond de thema s beweging en voeding. Het valt op dat er geen beoogde effecten zijn geformuleerd wat betreft de subdoelen. Over intersectorale samenwerking, participatie van de doelgroep en empowerment zijn weinig concrete afspraken gemaakt. In het projectplan staan enkel suggesties en voorbeelden op dit gebied. Dit heeft te maken met het dynamische karakter van een community-project. Het ontbreken van vaste afspraken over het nastreven bereiken van deze subdoelen kan ervoor zorgen dat het belang ervan ondergewaardeerd wordt. Het risico bestaat namelijk dat de aandacht te zeer gericht wordt op de effecten, ten koste van de bereikte tussenstappen om deze effecten te realiseren. 2.2 Procesevaluatie De procesevaluatie heeft tot doel inzicht te geven in de processen die de basis vormen voor het uitvoeren van de interventies. In deze evaluatie wordt eerst de structuur van de organisatie beschreven en wordt de concrete invulling hiervan geanalyseerd. De evaluatie gaat daarna in op de mate van participatie van de verschillende doelgroepen en op de benutting van de verschillende settings. De voor- en nadelen van de verschillende settings worden hierbij benoemd. Het volgende belangrijke aspect van de evaluatie betreft de tevredenheid van de deelnemers, vooral de betrokken intermediairen. De paragraaf daarna gaat over de mate van verankering van activiteiten die eind 2006 bereikt was. 22 Evaluatie Gezond Gewicht Overvecht

Gemeente Utrecht Als laatste komen de taken en verantwoordelijkheden van de intermediairen aan bod; de rollen van de belangrijkste samenwerkende partijen worden geëvalueerd. Organisatie De organisatiestructuur bestaat uit een stuurgroep, een projectgroep en een werkgroep VVE en basisonderwijs (zie organogram in figuur 4). In de periode van 2005 tot 2007 zaten in de stuurgroep vertegenwoordigers op managementniveau van GG&GD-JGZ, GG&GD-GB, Aveant, Cumulus Jeugd, Dienst Wijken en DMO S&R. Deze groep werd voorgezeten door het afdelingshoofd van de afdeling JGZ. Deze groep heeft de functie om op managementniveau het project GO te faciliteren en daarnaast kan bij stagnatie van de voortgang van het project ingegrepen of ondersteund worden 5. Er zijn 4 bijeenkomsten geweest. Inmiddels is per april 2007 de stuurgroep opgegaan in een meer omvangrijke overlegstructuur: het wijkgezondheidsplatform Overvecht. Stuurgroep Projectgroep Werkgroep aansluiting VVE en basisonderwijs Figuur 4: Organogram Gezond Gewicht Overvecht De projectgroep bestond uit professionals van verschillende instellingen: onder meer van de welzijnsen thuiszorgorganisaties, het basisonderwijs en van verschillende gemeentelijke instellingen (zie tabel 1). Deze projectgroep is ieder 2 maanden bijeen geweest vanaf najaar 2005. In de projectgroep staan planning, communicatie en onderlinge afstemming van activiteiten centraal. Daarnaast is er een werkgroep aansluiting vroeg- en voorschoolse educatie (VVE) en basisonderwijs opgestart om concreter aan de slag te kunnen op het specifieke terrein VVE en het basisonderwijs (zie tabel 2). Deze werkgroep komt één keer per half jaar bij elkaar. 5 Meer uitgebreide rolbeschrijvingen van de stuurgroep, de projectleider en de werkgroepen staan beschreven in het projectplan gezond gewicht in Overvecht. Deze tussentijdse evaluatie richt zich vooral op interventies, interventie-uitkomsten en determinanten en minder op het organiseren ervan. Dit is de reden dat evaluatie op dit vlak erg beknopt is. 23

Tabel 1: Professionals die participeren in projectgroep GO Instelling Aantal vertegenwoordigers Cumulus welzijn 1 Basisonderwijs 1 Aveant/ thuiszorg 1 DMO Sport en recreatie 1 Bibliotheek 1 Afdeling Communicatie Gemeente Utrecht 1 GG&GD JGZ-arts 1 GG&GD onderzoeker 2 GG&GD gezondheidsbevorderaar 1 GG&GD projectleider 1 Tabel 2: Professionals die participeren in werkgroep aansluiting VVE en basisonderwijs Instelling Aantal vertegenwoordigers GG&GD JGZ-verpleegkundige 1 Basisonderwijs 1 Cumulus VVE 1 GG&GD onderzoeker 1 Bibliotheek 1 GG&GD gezondheidsbevorderaar 1 De organisatiestructuur bevalt over het algemeen wel; kanttekeningen worden geplaatst bij de enigszins onopvallende rol van de stuurgroep. Daarnaast wordt de suggestie genoemd de projectgroep op te delen in meerdere subgroepen om deze effectief te houden (naar voorbeeld van de werkgroep basisscholen/ VVE). De schotten tussen verschillende organisaties zijn weg, maar bruggen moeten nog gebouwd worden aldus één van de intermediairen. Ook intensievere onderlinge communicatie, bijvoorbeeld één keer per maand een schriftelijk update wordt op prijs gesteld. Dit zou ook ten goede komen aan het tempo van de voortgang van het project. Participatie Wie ondersteunen het project, wie zijn actief betrokken en wie worden geraadpleegd? Participatie van intermediairen en bewoners is van doorslaggevend belang voor het slagen van het project. Dit gebeurt dan ook op verschillende manieren en op verschillende niveaus. Via de projectgroep, de werkgroep en via het onderzoek zijn intermediairen geraadpleegd. Dit loopt goed, men is tevreden over de communicatie. De interventies worden continue in samenwerking met de intermediairen op maat gemaakt, merkt een projectgroeplid op. Een laag dieper in de organisatie kunnen professionals reacties geven op het project GO via de vertegenwoordiger van hun instelling. Deze manier van communicatie naar GO is minder direct, waardoor het minder op gang is gekomen. De participatie van andere medewerkers dan diegenen die in de projectgroep vertegenwoordigd zijn, is dan ook een stuk lager. Wel worden ze op de hoogte gehouden van de activiteiten van GO door middel van de nieuwsbrief. Suggesties voor vergroting van de betrokkenheid zijn: het opzetten van een apart communicatietraject voor professionals, het organiseren van enkele presentaties/ lunchbijeenkomsten binnen de samenwerkende organisatie of het opzetten van een onderzoek naar de wensen en de behoeften van de intermediairen in de wijk die tot nu toe nog niet participeren in GO. 24 Evaluatie Gezond Gewicht Overvecht