BNP PARIBAS B PENSION BALANCED

Vergelijkbare documenten
fjr/cewaierhouse(ajpers I

pwc UMICORE NV 27 maart2013

Bedrijfsrevisor. Verklaring over de jaarrekening zonder voorbehoud

METROPOLITAN-RENTASTRO GROWTH

pwc Verslag van de commissaris aan de algemene vergadering van aandeelhouders over de jaarrekening voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2015

Presentatie van het gemeenschappelijk beleggingsfonds

BKCP INVEST BKCP Europe Trackers

BNP PARIBAS B PENSION BALANCED

BNP PARIBAS B PENSION STABILITY

BNP PARIBAS B PENSION GROWTH

Klynveld Peat Marwick Goerdeler

BKCP INVEST BKCP Bonds

Resultatenrekening. B. Andere

Oktober Macro & Markten. 1. Rente en conjunctuur :

BNP PARIBAS B PENSION GROWTH

BNP PARIBAS B CONTROL (afgekort BNPP B Control) Flexible Conservative W7

BNP PARIBAS B PENSION STABILITY

VERSLAG VAN DE COMMISSARIS INZAKE ARTIKEL 559 VAN HET WETBOEK VAN VENNOOTSCHAPPEN, HANDELEND OVER DE GEPLANDE WIJZIGING VAN HET DOEL VAN DE VENNOOTSCH

FORTIS B PENSION FUND BALANCED

VIVIUM BALANCED FUND FACT SHEET 31 maart 2017

Belgische bijlage bij het uitgifteprospectus

BELGISCHE BIJLAGE BIJ HET UITGIFTEPROSPECTUS SAINT-HONORE INDE

Belgische bijlage bij het uitgifteprospectus

CANARA. Jaarlijks verslag Boekjaar Jaarlijks verslag voorgesteld aan de Gewone Algemene Vergadering van 31 MEI Jaarlijks Verslag 2006

QE in de eurozone: bezit van de zaak, einde van het vermaak?

VIVIUM BALANCED FUND FACT SHEET 31 december 2017

Evenwichtig beleggen? Ontdek de juiste balans tussen rendement en risico, zonder dat u ervan wakker hoeft te liggen.

METROPOLITAN-RENTASTRO GROWTH

Belgische bijlage bij het uitgifteprospectus

Beleggen met het oog op de toekomst

Fund Life Opportunity Selection 5 Dynamic

Modelverslagen met betrekking tot de statistieken

VIVIUM DYNAMIC FUND FACT SHEET 30 september 2017

Compartiment ACTIVE FIX TOP EUROPEAN SECTORS

Belgische bijlage bij het uitgifteprospectus

Compartiment ACTIVE FIX EURO EQUITIES

BNP PARIBAS B PENSION STABILITY

De Commissie is voornemens de toepassing van haar aanbeveling te gepaste tijde te evalueren.

BELGISCH ADDENDUM BIJ HET UITGIFTEPROSPECTUS

VIVIUM STABILITY FUND FACT SHEET 31 december 2017

10, rue Edward Steichen, L-2540 Luxembourg Beheerder BNP PARIBAS ASSET MANAGEMENT

Fund Life Opportunity Index

BNP Paribas B Institutional I Equity EMU D

MPC PRIVATE EQUITYFONDS

Compartiment ACTIVE FIX NEW MARKETS

METROPOLITAN-RENTASTRO GROWTH

(de Vennootschap ) I. GEWONE ALGEMENE VERGADERING

VIVIUM DYNAMIC FUND FACT SHEET 31 maart 2017

VIVIUM BALANCED FUND FACT SHEET 31 december 2016

INFORMATIE BETREFFENDE DE BEVEK :

LAMPIRIS COOP Coöperatieve Vennootschap met Beperkte Aansprakelijkheid Rue Saint-Laurent, LUIK BTW BE

LAMPIRIS COOP Coöperatieve Vennootschap met Beperkte Aansprakelijkheid Rue Saint-Laurent, LUIK BTW BE

BNP PARIBAS B GLOBAL

Deze 3 verslagen dienen in onderlinge samenhang te worden gelezen en kunnen niet afzonderlijk van elkaar worden gezien of gebruikt.

IS KLANTTEVREDENHEID DE ENIGE AWARD DIE WIJ NODIG HEBBEN.

Aanwezig: - Wilgenhaege Fondsen Management B.V. vertegenwoordigd door de heer R.G.A. Steenvoorden en de heer R.L. Voskamp.

Fund Life Opportunity Selection 5 Dynamic

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari Samenvatting cijfers per 31 december 2014

Delhaize Groep NV Osseghemstraat Brussel, België Rechtspersonenregister (Brussel) INFORMATIEVE NOTA

Fund Life Opportunity Index 2

BNP Paribas L1 Equity USA Small Cap afgekort tot BNPP L1 Equity USA Small Cap

Accountantsverklaringen bij de Jaarrekeningen 2008 van Fortis

Naamloze vennootschap Maatschappelijke zetel: De Gerlachekaai 20, 2000 Antwerpen Ondernemingsnummer OPROEPING

HALFJAARVERSLAG JUNI 2015

Jaarlijks verslag Boekjaar 2006

BNP PARIBAS B PENSION BALANCED

Primavera Force Talents 1

OPROEPING JAARLIJKSE ALGEMENE VERGADERING VAN QRF COMM.VA OP 17 MEI 2016

Hermes Pensioenfonds BELGISCH PENSIOENSPAARFONDS VEREENVOUDIGD PROSPECTUS

Referentiemunt van de sicav: KBL European Private Bankers SA Ernst & Young; 7, Parc d Activité Sydrall, L-5365 Munsbach

BNP PARIBAS B PENSION GROWTH

Essentiële beleggersinformatie

AXA Life Protected Millesimo

VDK PENSION FUND. - pensioenspaarfonds - Beheerreglement

AXA Life Protected Millesimo ML

AEGON Equity Fund. vierde kwartaal 2006

Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013.

RealDolmen Naamloze Vennootschap A. Vaucampslaan 42, 1654 Huizingen BTW BE / RPR Brussel (België)

VIVIUM DYNAMIC FUND FACT SHEET 31 december 2016

Interpolis Obligaties 3e kwartaal 2012

Oproeping Gewone Algemene Vergadering

VERSLAG VAN DE COMMISSARIS R0403 UITGIFTE VAN AANDELEN ZONDER VERMELDING VAN NOMINALE WAARDE BENEDEN FRACTIEWAARDE

10, rue Edward Steichen, L-2540 Luxembourg Beheerder. Berichten m.b.t. ontbinding ICB of compartiment Communicatiedatum 25 september 2017

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Volmacht te versturen aan Befimmo CommVA ten laatste op 19 april VOLMACHT

F L U X Y S B E L G I U M Naamloze Vennootschap. Zetel van de vennootschap: Kunstlaan 31 te 1040 Brussel BTW BE RPR Brussel

het commissarisverslag 2013 ERRATUM

OPROEPING VOOR DE GEWONE ALGEMENE VERGADERING VAN 8 MEI 2018

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Essentiële beleggersinformatie

BNP PARIBAS B FUND II BEST OF BONDS 8 DIS

AXA Life Protected Primavera OIT

AXA Life Protected Millesimo US

VOLMACHT. Document over te maken aan Home Invest Belgium NV ten laatste op 1 mei Naam en voornaam: Woonplaats:

Volmacht Gewone Algemene Vergadering

Vereenvoudigd prospectus: compartiment KBC BONDS INCOME FUND

NV BEKAERT SA OPROEPING TOT DE GEWONE ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS

Vereenvoudigd prospectus: compartiment KBC BONDS CAPITAL FUND

Stichting Fondsenbeheer Spoorwegmuseum. Jaarrapport 2015

Belfius Pension Fund Maandelijkse Reporting Juni 2015

Transcriptie:

JAARVERSLAG 31.12.11 BNP PARIBAS B PENSION BALANCED PENSIOENSPAARFONDS Gemeenschappelijk beleggingsfonds naar Belgisch recht * Ook verhandeld onder de handelsnaam Metropolitan-Rentastro Balanced, AXA B Pensionfund Balanced, Delta Lloyd Pension Fund Balanced en Rabo Pension Fund Balanced Geen enkele inschrijving mag worden aanvaard op basis van dit verslag. Inschrijvingen zijn slechts geldig als ze worden uitgevoerd na kosteloze overlegging van het vereenvoudigd prospectus of het prospectus.

INHOUDSOPGAVE 1. ORGANISATIE VAN DE INSTELLING VOOR COLLECTIEVE BELEGGING 3 2. BEHEERVERSLAG 5 2.1. Lanceringsdatum van de instelling voor collectieve belegging en inschrijvingsprijs van de deelbewijzen 5 2.2. Informatie aan de aandeelhouders 5 2.3. Algemeen overzicht van de markten 7 2.4. Doelstelling van het Fonds 10 2.5. Beleggingsbeleid van het Fonds 10 2.6. Tijdens het boekjaar gevoerde beleid 10 2.7. Toekomstig beleid 10 2.8. Risicoklasse 10 3. VERSLAG VAN DE COMMISSARIS OP 31.12.11 11 4. BALANS 13 5. RESULTATENREKENING 14 6. SAMENVATTING VAN DE BOEKINGS- EN WAARDERINGSREGELS 15 6.1. Samenvatting van de regels 15 6.2. Wisselkoersen 16 7. SAMENSTELLING VAN DE ACTIVA EN KERNCIJFERS 17 7.1. Samenstelling van de activa op 31.12.11 17 7.2. Verdeling van de activa van het Fonds (in % van de portefeuille) 28 7.3. Wijziging in de samenstelling van de activa van het Fonds (in EUR) 29 7.4. Evolutie van het aantal inschrijvingen, terugbetalingen en van de netto-inventariswaarde 29 7.5. Return 29 7.6. Kosten 30 7.7. Toelichting bij de financiële staten en andere gegevens 31 2

1. ORGANISATIE VAN DE INSTELLING VOOR COLLECTIEVE BELEGGING Oprichtingsdatum van de instelling voor collectieve belegging 1 februari 1987 Beheermaatschappij Naam : BNP Paribas Investment Partners Belgium Rechtsvorm : naamloze vennootschap Maatschappelijke zetel : Vooruitgangstraat 55, 1210 Brussel Oprichtingsdatum : 30 juni 2006 Bestaansduur : onbeperkt Lijst van de andere beheerde fondsen : BNP Paribas B Pension Growth, BNP Paribas B Pension Stability en Metropolitan-Rentastro Growth Lijst van de beveks waarvan de beheermaatschappij het beheer uitoefent : Altervision, BNP Paribas B Fund I, BNP Paribas B Fund II, Fortis B Fix, Fortis B Fix 2006, Fortis B Fix 2007, Fortis B Fix 2008, Fortis B Fix 2009, BNP Paribas Fix 2010, BNP Paribas Protect, BNP Paribas B Flexible, BNP Paribas B Global, BNP Paribas B Institutional I, BNP Paribas B Institutional II, G.A.-Fund-B, Lutanes Investments, Maestro Invest, Post-Fix Fund Bestuurders : Pieter Croockewit, Voorzitter Bob Adams, Bestuurder Marnix Arickx, Bestuurder Vincent Cambonie, Bestuurder Vincent Camerlynck, Bestuurder Stefaan Dendauw, Bestuurder Charlotte Dennery, Bestuurder William De Vijlder, Bestuurder Julian Kramer, Bestuurder Alain Kokocinksi, Bestuurder Olivier Lafont, Bestuurder Marc Raynaud, Bestuurder Natuurlijke personen aan wie de effectieve leiding is toevertrouwd : Bob Adams, Bestuurder Marnix Arickx, Bestuurder Stefaan Dendauw, Bestuurder William De Vijlder, Bestuurder Olivier Lafont, Bestuurder Commissaris : Deloitte, Bedrijfsrevisoren CVBA, Berkenlaan 8b, 1831 Diegem vertegenwoordigd door Philip Maeyaert en Maurice Vrolix Kapitaal : 94.114.503,33 EUR Delegatie van de administratie BNP Paribas Securities Services Brussels Branch, Louis Schmidtlaan, 2-1040 Brussel Beheer van de beleggingsportefeuille BNP Paribas Investment Partners Belgium S.A. - Vooruitgangstraat 55-1210 Brussel (activaspreiding en beheer van de activa die niet zijn toevertrouwd aan andere beheerders) BNP Paribas Asset Management SAS, 14 rue Bergère F-75009 Paris BNP Paribas Investment Partners UK Limited, 5 Aldermanbury Square, London, EC2V 7BP, United Kingdom Fortis Investment Management U.S.A., Inc. - 75, State Street, Suite 27, Boston, U.S.A. Financiële dienstverlening BNP Paribas Fortis (officiële benaming Fortis Bank N.V.), Warandeberg 3-1000 Brussel 3

Distributeur(s) Onder de naam BNP Paribas B Pension Balanced: BNP Paribas Fortis (officiële benaming Fortis Bank N.V.), Warandeberg 3, 1000 Brussel Bank Degroof NV, Nijverheidsstraat 14, 1040 Brussel Citibank Belgium NV, Generaal Jacqueslaan 263, 1050 Brussel Dexia Bank NV, Pachecolaan 44, 1000 Brussel Recordbank SA, Av. Henri Matisse 16, Brussel Petercam NV, Sinter-Goedeleplein 19, 1000 Brussel VDK Spaarbank NV, Sint-Michielsplein 16, 9000 Gent Onder de naam Metropolitan-Rentastro Balanced: Distributienetwerk "Fintro", Fortis Bank NV, Warandeberg 3, 1000 Brussel Onder de naam Axa B Pension Fund Balanced: AXA Bank NV, Grotesteenweg 214, 2600 Berchem Onder de naam Delta Lloyd Pension Fund Balanced: Delta Lloyd NV, Sterrenkundelaan 23, 1210 Brussel Onder de naam Rabo Pension Fund Balanced: Rabobank.be, Uitbreidingsstraat 86 (bus 3), 2600 Antwerpen Bewaarder BNP Paribas Fortis (officiële benaming Fortis Bank N.V.), Warandeberg 3-1000 Brussel Onderbewaarder(s) BNP Paribas Securities Services, 33 Rue de Gasperich, L-5826 Hesperange LUXEMBOURG aan wie de materiële taken zijn gedelegeerd die worden beschreven in artikel 9, 1, 1 tot 3 van het Koninklijk Besluit van 4 maart 2005. Commissaris PwC Bedrijfsrevisoren BCVBA, Woluwedal 18-1932 Sint-Stevens-Woluwe vertegenwoordigd door Damien Walgrave Promotor BNP Paribas Fortis (officiële benaming Fortis Bank N.V.), Warandeberg 3-1000 Brussel Type aan het publiek aangeboden deelbewijzen Rechten van de deelnemers in het onverdeelde mede-eigendom van het Fondsvermogen (onafhankelijk van dat van de Beheermaatschappij), uitsluitend vertegenwoordigd door deelbewijzen van het kapitalisatietype, opgesplitst in duizendsten ervan en niet materieel leverbaar. Zij maken het voorwerp uit van inschrijvingen op naam op een rekening die uit naam van de deelnemer wordt geopend bij de financiële tussenpersonen. 4

2. BEHEERVERSLAG 2.1. Lanceringsdatum van de instelling voor collectieve belegging en inschrijvingsprijs van de deelbewijzen 28/02/1987 tegen de prijs van 1.000 BEF (24,79 EUR) per deelbewijs. 2.2. Informatie aan de aandeelhouders BNP PARIBAS B PENSION BALANCED is een gemeenschappelijk beleggingsfonds zoals geregeld in de bepalingen betreffende de pensioenspaarfondsen van het Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992, en door de wet van 20 juli 2004 betreffende bepaalde vormen van collectief beheer van beleggingsportefeuilles. Het Fonds heeft geen rechtspersoonlijkheid en het vermogen vormt de onverdeelde eigendom van de participanten. De rechten van de deelnemers zijn vertegenwoordigd door rechten van deelneming en duizendsten hiervan, in het onverdeeld vermogen van het Fonds, dat onderscheiden is van het patrimonium van de beheersvennootschap. Deze rechten van deelneming worden onder de vorm van nominatieve inschrijvingen ingeschreven bij de financiële instelling waar de pensioenrekening werd geopend. Het aantal rechten van deelneming is onbeperkt. Het beheer van het Fonds werd sinds 1 oktober 2006 opgedragen aan BNP PARIBAS INVESTMENT PARTNERS BELGIUM. De rekeningen van het Fonds en die van de beheersvennootschap worden nagezien door een erkende commissaris. De financiële verslagen van het Fonds worden zonder kosten ter beschikking gehouden van de deelnemers op de zetel van de beheersvennootschap en aan de loketten van de instellingen, bevoegd om de intekeningen en terugbetalingen te ontvangen. De netto-inventariswaarde van de rechten van deelneming in mede-eigendom van het Fonds wordt door de beheersvennootschap op elke bankwerkdag bepaald. De netto-inventariswaarde van de rechten van deelneming, hun uitgifte- en terugkoopprijs, alsook alle berichten aan de deelnemers zijn elke bankwerkdag verkrijgbaar op de zetel van de beheersvennootschap, alsmede bij de bovenvermelde instellingen. Zij worden bovendien gepubliceerd in twee Belgische dagbladen, met name De Tijd en L Echo (tot nader bericht). Het boekjaar begint op 1 januari en eindigt op 31 december van elk jaar. De jaarlijkse algemene vergadering van deelnemers wordt gehouden op de maatschappelijke zetel van de vennootschap of op elke andere plaats van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vermeld in de oproepingsberichten, de vierde donderdag van april. Indien deze dag geen bankwerkdag is, zal de jaarlijkse algemene vergadering op de eerstvolgende bankwerkdag plaatsvinden. Deugdelijk bestuur en stemming bij volmacht BNP Paribas Investment Partners (BNPP IP) is van oordeel dat de bevordering van goede praktijken voor corporate governance een essentieel onderdeel vormt van zijn verantwoordelijkheden. Onder corporate governance wordt het systeem verstaan waarmee een vennootschap wordt bestuurd en gecontroleerd. Het heeft betrekking op de werking van de directie, het toezicht en de controlesystemen, en op de relatie met de stakeholders. Een goede corporate governance vormt de basis voor het kader dat ervoor zorgt dat de vennootschap wordt beheerd in het langetermijnbelang van de aandeelhouders. BNPP IP verwacht van alle bedrijven waarin het belegt dat zij de beste praktijken op het vlak van corporate governance naleven. Stemmen op de algemene vergaderingen vormt een belangrijk element voor de dialoog met de bedrijven waarin de beleggingen gebeuren en maakt integraal deel uit van de beheerprocessen van BNPP IP. BNPP IP draagt er zorg voor zijn stemrechten uit te oefenen op basis van de specifieke omstandigheden van het betrokken bedrijf. Het beleid en de richtlijnen voor het stemmen worden ieder jaar herzien om rekening te houden met de evolutie van de gedragscodes voor governance en de marktpraktijken. Zij worden goedgekeurd door de Raad van Bestuur van BNPP IP. Het stembeleid is van toepassing op alle beheeractiviteiten van BNPP IP. De entiteiten waaraan het beheer wordt gedelegeerd, moeten hun stemrechten uitoefenen conform de verwachtingen van BNPP IP en de marktpraktijken, en moeten geregeld communiceren over de bereikte resultaten. Governance en stemprincipes Onderstaande principes belichamen de verwachtingen van BNPP IP voor de genoteerde bedrijven waarin het belegt. Zij vormen de te volgen gedragslijn voor de uitoefening van de verantwoordelijkheden van BNPP IP. 1. In het langetermijnbelang van de aandeelhouders handelen. De bedrijven moeten er in de eerste plaats naar streven waarde op lange termijn voor de aandeelhouders te creëren. De praktijken inzake corporate governance zouden de aandacht van de raad op deze doelstelling moeten focussen. Er moet een heldere strategie ingevoerd worden om deze doelstelling te bereiken, die rekening houdt met alle relevante stakeholders. 2. De rechten van de aandeelhouders vrijwaren Alle aandeelhouders moeten over de mogelijkheid beschikken om te stemmen over de besluiten die de fundamentele veranderingen in het bedrijf aansturen. De bedrijven moeten ervoor zorgen dat de rechten van de beleggers gevrijwaard zijn en op billijke wijze behandeld worden, bijvoorbeeld door naleving van het principe van één aandeel één stem één dividend. De kapitaalverhogingen moeten zorgvuldig gecontroleerd worden om het risico van verwatering voor de bestaande aandeelhouders tot een minimum te beperken. De overnamewerende maatregelen mogen niet worden gebruikt om de bedrijfsleiders in staat te stellen hun verantwoordelijkheden te ontlopen. 5

3. Waken over een onafhankelijke en doelmatige structuur voor de raad De raad en de comités moeten voorzien in voldoende onafhankelijke bestuurders voor een doelmatige controle van de directie. De bestuurders moeten blijk geven van de bekwaamheid en betrokkenheid die nodig is om de efficiency van de raad te versterken. Ten slotte moeten de bestuurders verkozen worden met inachtneming van een geschikte verscheidenheid. 4. De vergoedingsstructuren afstemmen op het langetermijnbelang van de aandeelhouders De vergoedingen moeten uitgelijnd worden op de langetermijnresultaten van het bedrijf. De remuneratieprogramma s mogen het vermogen van het bedrijf om zijn leiders aan te trekken en te behouden niet aantasten. Zij moeten de beste praktijken op de markt naleven en moeten duidelijk worden meegedeeld aan de aandeelhouders. 5. Bekendmaking van nauwkeurige, geschikte en tijdige informatie De bedrijven moeten erover waken dat de financiële en exploitatieresultaten, de spreiding van het kapitaal en de prestaties op sociaal, milieu- en governancevlak tijdig en nauwkeurig worden meegedeeld. Alle bedrijven zouden hun financiële resultaten aan een jaarlijkse audit door externe en onafhankelijke accountants moeten onderwerpen. 6. Waken over de goede sociale en milieuprestaties De bedrijven moeten op verantwoordelijke wijze omgaan met alle stakeholders en de beste sociale, milieu- en governancepraktijken hanteren om de langetermijnbelangen van de aandeelhouders te beschermen. De bedrijven zouden informatie moeten verstrekken over hun koolstofuitstoot en hun bijdrage aan de strijd tegen de klimaatverandering. Praktische stemvoorwaarden 1. De klantbenadering BNPP IP adviseert zijn klanten om hun stemrecht te delegeren aan BNPP IP teneinde hun aandeelhoudersbelangen te vrijwaren. BNPP IP stemt uitsluitend in het belang van zijn klanten en van de eindbegunstigden van de fondsen waar het voor instaat. BNPP IP mag de belangen van zijn klanten niet ondergeschikt maken aan andere doelstellingen. Voor de klanten die hun stemrecht hebben gedelegeerd aan BNPP IP, waakt BNPP IP erover dat de nodige volmachten worden ontvangen en dat de stemming conform zijn richtlijnen verloopt. Alle klanten van BNPP IP worden op de hoogte gebracht van het feit dat dit beleid en deze procedures zijn ingevoerd. 2. Stemcomité BNPP IP heeft een stemcomité benoemd ( Proxy Voting Committee, PVC) dat het stembeleid uitstippelt en erover waakt dat dit beleid en de procedures worden gevolgd. Aangezien het stemmen beschouwd wordt als een integraal onderdeel van het beleggingsproces, valt de eindverantwoordelijkheid van het stemmen toe aan de beheerverantwoordelijke. 3. Stemkring De keuze van de effecten waarvoor het stemrecht wordt uitgeoefend, komt tegemoet aan een dubbele doelstelling: de inspanningen concentreren op de posities die een aanzienlijk deel vertegenwoordigen van de beheerde activa en deelnemen aan de algemene vergaderingen van de bedrijven waarin het collectieve beheer een aanzienlijk deel van het kapitaal houdt. De stemkring wordt gevormd door de bedrijven waarvan de samengenomen posities beantwoorden aan volgende twee voorwaarden: - 90% van het gecumuleerde totaal van de aandelenposities vertegenwoordigen - 1% of meer van de beurskapitalisatie van het bedrijf vormen. 4. Stemprocedure De volgende punten beschrijven de sleutelfasen van het stemproces per post, van de kennisgeving van de agenda van de gewone algemene vergadering (GAV) of de buitengewone algemene vergadering (BAV) tot de uitoefening van het stemrecht: a. Kennisgeving door het bedrijf van de GAV/BAV en de agenda b. De bewaarder verstuurt de bulletins naar het stemplatform c. Herinnering of beperking inzake de effectenleningen als de stemming belangrijk is voor het bedrijf of als een te groot aantal effecten is uitgeleend. d. Analyse van de agenda en stemadvies. e. Dialoog met de emittenten op ad-hocbasis. f. Steminstructie door de beheerder of het PVC en stemming via het platform. 5. Belangenconflicten De vrije uitoefening van het stemrecht door BNPP IP kan beïnvloed worden door volgende situaties: - Medewerker die persoonlijke of professionele banden heeft met het bedrijf waarin moet worden gestemd, - Handelsrelaties tussen het bij de stemming betrokken bedrijf en een andere entiteit van de Groep BNP Paribas, - Uitoefening van het stemrecht betreffende de aandelen van de groep BNP Paribas of van aanzienlijke participaties van de groep. Er zijn diverse mechanismen ontwikkeld om eventuele belangenconflicten te voorkomen: - Het stembeleid schrijft voor dat het wordt uitgevoerd in het uitsluitende belang van de klanten om de waarde van hun belegging op lange termijn te beschermen en te versterken ; - De stemrichtlijnen die dienen als beslissingskader bij de uitoefening van de stemrechten worden goedgekeurd door de Raad van Bestuur van BNPP IP; 6

- De voorstellen van besluit worden geëvalueerd op basis van analyses die worden uitgevoerd door externe en onafhankelijke consultants; - De medewerkers dienen de procedures na te leven die de geschenken en persoonlijke voordelen regelen en moeten iedere andere professionele activiteit melden; - Het bestaan van een Chinese muur tussen BNPP IP en de andere entiteiten van de Groep staat er borg voor dat de medewerkers van BNPP IP onafhankelijk blijven in de uitvoering van hun opdrachten en verantwoordelijkheden. De dossiers betreffende alle potentiële belangenconflicten en hun oplossing worden bijgehouden in het kader van de notulen van het PVC. De belangenconflicten die niet kunnen worden voorkomen, worden opgelost volgens een getrapt mechanisme waarbij de directie van BNPP IP betrokken is: i. De Verantwoordelijke van het beheer ii. De Verantwoordelijken voor compliance en de interne controle iii. De Voorzitter 6. Transparence & Reporting BNPP IP is transparant inzake zijn benadering van het stemmen en de uitoefening ervan: - Een exemplaar van dit beleid kan worden geraadpleegd op de website van BNPP IP; - Jaarlijks wordt een reporting gepubliceerd met een overzicht van de stemactiviteiten; - De details van de stemmingen, besluit per besluit, zijn verkrijgbaar op verzoek. Stemrichtlijnen De stemrichtlijnen vormen het sluitstuk van het stembeleid voor de algemene vergaderingen van de genoteerde bedrijven van BNPP IP. De belangrijkste types besluiten die ter stemming worden voorgelegd, vallen onder vier grote thema s: 1. Goedkeuring van de rekeningen 2. Financiële transacties 3. Benoeming en vergoeding van de bestuurders en de vennootschappelijke mandatarissen 4. Andere besluiten (bijv. gereglementeerde overeenkomsten) Voor ieder type besluit reiken de richtlijnen de beste praktijken aan, naast de situaties die kunnen leiden tot een tegenstem of een onthouding bij het stemmen: De stembesluiten zijn gebaseerd op volgende principes: - Voor : het besluit weerspiegelt of leunt aan bij de beste praktijken en is afgestemd op het langetermijnbelang van de aandeelhouders. - Onthouding : het besluit vormt een probleem vanuit het standpunt van de aandeelhouders. - Tegen : het besluit is niet aanvaardbaar en is niet afgestemd op het langetermijnbelang van de aandeelhouders. Soft Commissions Ervan uitgaande dat de soft commissions die door de effectenmakelaars worden betaald aan BNP Paribas Investment Partners, in het kader van de verwerking van orders inzake de effecten van de bevek, een commercieel voordeel vormen dat door deze makelaars wordt verleend aan de beheersmaatschappij zelf, voor de informatica-, administratieve en andere middelen die zij heeft ontwikkeld voor een gestroomlijnde transmissie, uitvoering en verefening van deze orders, ontstaat er geen belangenconflict vanwege de verwerving van dit commercieel voordeel, dat bovendien niet substantieel is, uit hoofde van deze beheersmaatschappij ten opzichte van de bevek die zij beheert. 2.3. Algemeen overzicht van de markten Economisch klimaat 2011 was een woelig jaar. De wereldeconomie was aan de betere hand in de laatste maanden van 2010 en trok die trend door in de eerste maanden van 2011. De gevolgen van de door de aardbeving en tsunami in Japan verstoorde bevoorradingsketens werden over de hele wereld gevoeld. Ook de snelle stijging van de olieprijzen door de spanningen op de markt en de politieke onrust in Noord- Afrika en het Midden-Oosten (en zelfs een burgeroorlog in Libië) en het slechte weer in de VS wogen op de groei. Intussen slaagden de politici van de eurozone er maar niet in om een omvattend plan uit te werken voor de staatsschuldencrisis. In de VS werd een wanbetaling van de overheid maar nipt vermeden tijdens de zomer, maar een echte oplossing om het enorme overheidstekort weg te werken is er nog niet. Verenigde Staten Na de redelijke groei in de tweede helft van 2010 vertraagde de economie in de VS tijdens de eerste helft van dit jaar. Waar eerst nog werd aangenomen dat dit slechts een tijdelijk gevolg was van de stijgende olieprijzen en de leveringsonderbrekingen door de Japanse aardbeving en tsunami, bleek de vertraging zich toch door te zetten en stak de vrees voor een recessie weer de kop op. Een ratingverlaging voor Amerikaans overheidspapier door een van de grote ratingbureaus na serieus politiek getouwtrek over het schuldenplafond voor de overheid bracht het reeds wankele vertrouwen een nieuwe slag toe. Het vertrouwen van de consumenten, bouwbedrijven en kleine ondernemers staat op een laag pitje en bij de grote bedrijven is de situatie nauwelijks beter. Door de politieke impasse liggen fiscale stimuleringsmaatregelen momenteel moeilijk. En monetaire beleidsmaatregelen zullen weinig effect sorteren omdat de consumenten hun schulden moeten afbouwen en de bedrijven nu reeds op bergen contant geld zitten. Dat neemt niet weg 7

dat de economie verbeterde in het derde en vierde kwartaal van 2011, vooral omdat de gezinnen hun spaartegoed aanspraken om te kunnen blijven consumeren. De arbeidsmarkt kreeg weer wat kleur, maar niet genoeg om een duurzaam herstel te bewerkstellingen. Bovendien daalden de bestellingen van kapitaalgoederen, wat wijst op een tragere investeringsgroei. De woningverkoop en de bouwactiviteit namen toe in de laatste maanden van het jaar, maar de prijzen bleven neerwaarts gericht. Europa De eurozone noteerde een matige groei in de tweede helft van 2010, vooral door het strenge winterweer in het laatste kwartaal van het jaar. Hierdoor boekte de economie in de eurozone een zeer sterke groei in het eerste kwartaal van 2011. De groei vertraagde echter in het tweede kwartaal. In het derde kwartaal krompen de economieën van België, Ierland, Italië, Nederland en Portugal. Er zijn nog geen gegevens beschikbaar voor Griekenland. Door de behoorlijke groei in Duitsland, en in mindere mate in Frankrijk, ontsnapte de eurozone als geheel aan een recessie. De voorlopende indicatoren voorspellen echter niet veel goeds, en het ziet er naar uit dat de recessie er dan toch aankomt. De crisis op de staatsobligatiemarkten woedt voort, en Griekenland, Ierland en Portugal moesten al gestut worden. De leiders van de eurozone sloten in juli een akkoord over een aanvullend reddingspakket voor Griekenland, een sterkere en flexibelere EFSF het reddingsfonds van de eurozone en minder strakke voorwaarden voor noodleningen aan Griekenland, Ierland en Portugal. Omdat er echter ook afspraken werden gemaakt over de inbreng van de private sector en de omvang van de EFSF nog steeds als onvoldoende werd beschouwd, kon het akkoord de markten niet overtuigen. Een nieuw akkoord in december concentreerde zich op strakkere regels voor de overheidsbegrotingen maar liet acute problemen links liggen, zoals de hoge opbrengsten die de Italianen moeten bieden op hun obligaties, en het bracht dan ook weinig soelaas op de obligatiemarkten. De risicospreads van Spaanse en Italiaanse staatsobligaties bleven even hoog en de ECB zag zich genoodzaakt deze effecten aan te kopen om een onhoudbare rentestijging tegen te gaan. Tegen het einde van het jaar daalden de Spaanse obligatieopbrengsten na de installatie van de nieuwe regering, ook al viel het overheidstekort groter uit dan verwacht. De Italiaanse opbrengsten bleven koppig hoog, omdat de nieuwe technocratische regering nog steeds afhangt van de vroegere regeringspartijen. Japan De Japanse economie kromp sterk in het eerste kwartaal van het jaar. Die economie was al zwak, maar door de aardbeving en tsunami in maart kwam de economische activiteit vrijwel tot stilstand in de getroffen gebieden. Dit bleek duidelijk uit de economische indicatoren, en de economie kromp nog verder in het tweede kwartaal. Japan was dus opnieuw in recessie. De industriële productie en de gezinsuitgaven gingen in vrije val na de natuurramp, maar veerden later weer op. Ook de voorlopende indicatoren vertoonden beterschap. In het derde kwartaal groeide de economie opnieuw. Het positieve momentum is de laatste maanden echter weggeëbd, omdat de Japanse economie onder druk staat van de wereldwijde groeivertraging en van de dure Japanse yen. De heropbouw van woningen, fabrieken en wegen zou op korte termijn nog steun moeten bieden. Maar vanuit langetermijnperspectief is dit geen gunstige situatie, omdat de heropbouw voor een groot stuk zal moeten worden gefinancierd door een overheid die nu al tegen torenhoge schulden en tekorten aankijkt. Opkomende markten In de eerste helft van 2011 concentreerden de centrale banken zich op de strijd tegen de inflatie. De opkomende markten ontsnapten niet aan de gevolgen van de recente wereldwijde vertraging en de monetaire verstrakking in veel van deze landen. Bij een reële rente die nog steeds laag ligt of zelfs negatief is in sommige van deze landen, is het monetaire beleid nog niet echt strak te noemen en de groei lijkt veeleer te matigen dan sterk af te zwakken. Desondanks wijzen de voorlopende indicatoren op een minder gunstig momentum dan de actuele indicatoren. De inflatie heeft op veel opkomende markten een piek bereikt. Intussen zijn er zorgen gerezen over een mogelijke vastgoedbubbel en de hoge schuldenlast van lokale en regionale overheden in China. Nu de oververhitte economie lijkt af te koelen en de kredietgroei vertraagt, lijkt het einde van de cyclus van monetaire verstrakking in China niet veraf meer. De centrale bank van Brazilië heeft haar rente in de voorbije 14 maanden gevoelig opgetrokken, maar de hoge kredietgroei blijft wijzen op een mogelijke oververhitting van de economie. Het was dan ook een verrassing dat de Banco do Brasil als eerste centrale bank in het opkomende universum in augustus haar rente verlaagde. China volgde later in het jaar met een monetaire versoepeling. Monetair beleid In de voorbije twaalf maanden was de crisis op de staatsobligatiemarkten voor de ECB de grootste zorg. Om het ineenstorten van de markten van de perifere staatsobligaties te voorkomen, heeft de ECB sinds de start van het programma in mei 2010 voor in totaal 211 miljard euro aan staatsobligaties gekocht. In 2011 kocht de ECB in maart voor een beperkt bedrag aan obligaties om de uitgifte van Spaanse, Italiaanse en Portugese obligaties te ondersteunen. Tijdens het grootste deel van de zomer van 2011 kon de ECB haar aankoopprogramma even staken. Maar toen de risicospreads van Italiaanse en Spaanse obligaties in augustus weer begonnen te stijgen, was de ECB verplicht om opnieuw massaal in te grijpen. Tot het einde van de verslagperiode is ze obligaties blijven kopen, met een nieuwe golf van grootschalige aankopen in november. Ondanks de staatsschuldencrisis was de ECB de eerste grote centrale bank die haar rente optrok, met 25 basispunten in april en nogmaals in juli. Omdat ze van tevoren waren aangekondigd, veroorzaakten deze renteverhogingen nauwelijks deining op de financiële markten. De inflatie steeg aanzienlijk, van 1,9% in november 2010 naar 2,8% in april. Deze toename was vooral te wijten aan de stijgende olieprijzen, hoewel ook btw-verhogingen een rol speelden. De inflatie daalde licht naar 2,5% in augustus, maar steeg verder naar 3,0% in november, heel wat meer dus dan het streefcijfer van de ECB, dat iets onder de 2% ligt. Maar omdat de kerninflatie slechts 1,6% bedroeg in november en de economische groei sterk is vertraagd, lijkt de ECB intussen het geweer van schouder te hebben veranderd. Zij verraste de markten in november, op de eerste vergadering van Mario Draghi als ECB-voorzitter, met een renteverlaging. De ECB verlaagde de rente opnieuw in december. Omdat de banken in Griekenland, Ierland en Portugal, en in toenemende mate ook in de andere perifere landen en zelfs in sommige kernlanden, hun kapitaalbehoeften steeds moeilijker via de markt kunnen voldoen, was de ECB genoodzaakt liquiditeit te verstrekken om een systeemcrisis te vermijden. In december kondigde de ECB aan dat zij onbeperkte fondsen zou verstrekken aan de banksector in de vorm van leningen op drie jaar. De banken gingen hier voor EUR 489 miljard op in, wat alvast een gedeeltelijke vervanging vormt van de EUR 400 miljard die zij momenteel van de ECB lenen in de vorm van kortlopende leningen. De Fed hanteerde een meer stimulerend monetair beleid dan de ECB. Gelet op de groeivertraging en een dreigende deflatie in de zomer van 2010, ging de Fed over tot een tweede ronde van kwantitatieve versoepeling. In dat kader kocht ze van november 2010 tot juni 2011 voor 600 miljard dollar aan schatkistpapier. Hoewel het economische herstel volgens Fed-voorzitter Bernanke tergend traag bleef verlopen, was de centrale bank niet geneigd een nieuw stimuleringsprogramma op te starten. De economische vertraging mag dan nog aanzienlijk zijn, de deflatiedreiging die de Fed aanzette tot de tweede ronde van kwantitatieve versoepeling is uitgebleven. De 8

inflatie steeg naar 3,9% in september, maar nam in november af tot 3,4%. Belangrijker nog is dat de kerninflatie, die 1% bedroeg in juni 2010 en daarna daalde, nu weer stijgt. Maar vanwege de zwakke gezondheid van de economie kondigde de Fed eerst aan de uitzonderlijk lage rente te zullen handhaven tot midden 2013, en recent maakte ze Operation Twist bekend. In het kader van dat plan zal ze voor 400 miljard dollar kortlopende schatkisteffecten in haar boeken vervangen door schuldpapier met langere looptijden om de rentecurve af te vlakken. De wisselmarkten Aan het einde van de verslagperiode werd de euro tegen vrijwel dezelfde koers tegenover de US dollar verhandeld als aan het begin ervan: USD 1,30 per EUR aan het einde tegen 1,33 aan het begin. Tussen deze twee tijdstippen waren er echter grote koersschommelingen. Toen bleek dat de economie van de eurozone niet te zwaar getroffen werd door de Ierse redding in november 2010 en de ECB haar monetaire beleid begon te verstrakken, won de euro terrein, om af te sluiten op bijna 1,50 in mei. Daarmee had de Europese eenheidsmunt haar hoogtepunt van de verslagperiode bereikt, en van eind mei tot augustus werd de euro verhandeld binnen een vork van 1,40 tot 1,45. Er waren niet alleen de problemen in de eurozone, maar ook de vertraging van de economie en de politieke impasse over het inperken van het overheidstekort in de VS. In september verloor de euro terrein door de aanscherpende staatsschuldencrisis. De euro herstelde licht in oktober, maar de verzwakking van de economie, de renteverlagingen door de ECB en de aanhoudende staatsschuldencrisis in de eurozone resulteerden aan het einde van de verslagperiode in de laagste waarde voor de euro tegenover de US dollar sinds de zomer van 2010. De Japanse yen had 2010 afgesloten op iets onder 82. De waardestijging tegenover de US dollar werd ook daarna voortgezet en aan het eind van de verslagperiode noteerde de yen aan 77. De grootste schommelingen in de waarde van de yen werden net na de aardbeving en tsunami genoteerd. De aanzienlijke repatriëring van kapitaal deed de wisselkoers tot onder 80 yen voor 1 dollar dalen, een ontwikkeling die de autoriteiten met lede ogen aanzagen. De centrale bank greep in, waardoor begin april het niveau van 85 werd bereikt, maar dit bleek slechts van voorbijgaande aard. In een algemeen klimaat van risicoaversie werd de yen immers beschouwd als veilige beleggingshaven, waardoor de munt in waarde bleef stijgen. Toen de yen in oktober nog aansterkte tot minder dan 76 yen per US dollar grepen de autoriteiten weer in. Dit zorgde slechts voor een zeer tijdelijke waardedaling. De stijgende trend van de yen viel stil aan het einde van het jaar, maar de munt is nog steeds te duur voor de Japanse economie. De obligatiemarkten Tijdens de verslagperiode daalden de Amerikaanse obligatieopbrengsten van 3,4% naar 1,9%. In Duitsland was de daling van 2,9% naar 1,8% iets minder sterk. Aan het einde van 2010 en het begin van 2011 was de wereldeconomie op de goede weg, en de liquiditeitsgolf maakte dat de risicoactiva het goed deden. De aardolieprijzen stegen. In de eerste helft van 2011 werd die ontwikkeling nog versterkt door de onrust in het Midden-Oosten en Noord-Afrika. De obligatieopbrengsten piekten op 3,7% in de VS in februari en op 3,5% in Duitsland in april, waarna ze opnieuw een dalende trend inzetten. De tijdelijke inzinking in het tweede kwartaal van het jaar bleek toch hardnekkiger dan gedacht, waarop de hoop op herstel plaats maakte voor bezorgdheid over een mogelijke recessie. De ECB heeft de rente sindsdien niet meer verhoogd en de Fed beloofde eerst de rente laag te houden tot midden 2013 en startte daarna een nieuw stimulansprogramma op. De zware verliezen op de aandelenmarkten in juli en augustus veroorzaakten een vlucht naar veilige activa. Resultaat was dat de obligatieopbrengsten historische dieptepunten opzochten. Ze stegen licht aan het einde van het jaar, maar bleven toch extreem laag vanuit historisch perspectief. De obligatiemarkten van de Europese periferie bleven de hele verslagperiode zeer volatiel. De risicospreads van staatsobligaties uit de europeriferie stegen eerst, vooral in Griekenland, Ierland en Portugal. In de laatste maanden van de verslagperiode stabiliseerden ze zich, en in Portugal en Ierland daalden ze zelfs, omdat deze landen sneller dan Griekenland werk maken van het terugdringen van de overheidstekorten. Vanuit historisch perspectief bleven de risicopremies echter hoog. Ook de risicospreads van Italiaanse en Spaanse obligaties zijn breder geworden, en konden enkel binnen redelijke proporties worden gehouden dankzij massale steun van de ECB. De aandelenmarkten Wereldwijd verloren de aandelenkoersen 6,5% in 2011, gemeten in euro. Met een daling van 17,8% bleven de opkomende aandelen sterk achter bij hun ontwikkelde tegenhangers, die het verlies tot 4,6% beperkten. De in 2010 ingezette rally van de ontwikkelde aandelen werd voortgezet in februari. De markten werden toen geconfronteerd met aanzienlijke tegenwind, zoals de politieke onrust in Noord-Afrika en het Midden-Oosten, hogere aardolieprijzen en een mogelijke renteverhoging door de ECB. De natuurramp in Japan maakte het allemaal nog erger. De markten corrigeerden dan ook scherp begin maart. De positieve bedrijfsresultaten en de algemene veronderstelling dat het dipje in de groei van het bbp in de VS slechts tijdelijk zou zijn, leidden de ontwikkelde aandelenmarkten in april tot nieuwe hoogtepunten sinds het einde van de financiële crisis. Maar van dan af daalden de koersen van ontwikkelde aandelen. De inzinking in de VS bleek langer aan te houden dan verwacht, terwijl de eurozone met een budgettaire crisis worstelde. En de winstresultaten boden dit keer geen steun. De opkomende aandelen vertoonden een dalend koersverloop van de start van het jaar tot de correctie van maart in de ontwikkelde markten. Door de inflatiestijging en de aanzienlijke monetaire verstrakking nam de vrees voor een harde landing in sommige opkomende economieën toe. De terugkeer van de risicobereidheid in april was positief voor de opkomende aandelenmarkten, die hun ontwikkelde tegenhangers in maart en april ver achter zich lieten. Na de piek van eind april/begin mei gingen de opkomende en ontwikkelde aandelenmarkten samen onderuit, waarbij de verliezen in het opkomende universum wat hoger opliepen. In het tweede kwartaal bleven de bedrijfsresultaten solide in de VS, maar ze waren minder gunstig in Europa. Toch konden de aandelen hun eerdere winsten min of meer vasthouden tot eind juli. Eind juli en begin augustus kelderden de prijzen op de aandelenmarkten. De crisis op de staatsobligatiemarkten in de eurozone verscherpte en in de VS werd een faillissement ternauwernood afgewend nadat de schuldenlast van het land tot rakelings bij het zelf opgelegde schuldenplafond was gekomen. Toch werd de kredietrating van de VS door een van de ratingbureaus verlaagd. En intussen hield de inzinking in de groeitrend koppig aan. De werkgelegenheidsgraad in de VS nam niet langer toe, en de voorlopende indicatoren daalden aanzienlijk, sommige zelfs tot in recessieterrein. Aan het einde van het voorbije verslagjaar waren de winsten dan ook helemaal weggesmolten. Na de dalingen van juli en augustus fluctueerden de koersen sterk, om toch grotendeels vlak af te sluiten. Zo daalden de aandelenkoersen in september, maar was oktober een fantastische maand. In november en december gingen de aandelen weer wat lager. Deze ontwikkelingen zijn het gevolg van de licht verbeterde economische indicatoren in de VS, die contrasteren met de zwakke indicatoren en de staatsschuldencrisis in de eurozone. De Amerikaanse aandelen deden het dan ook beter dan hun Europese tegenhangers. De inflatie op de opkomende markten nam af en het monetaire beleid werd versoepeld, maar dit werd tenietgedaan door de wereldwijde groeivertraging. 9

2.4. Doelstelling van het Fonds BNP Paribas B Pension Balanced zal een evenwichtige belegging opbouwen in aandelen van bedrijven uit de Europese Economische Ruimte en in obligaties en andere schuldbewijzen die zijn uitgedrukt in euro of in de valuta van een lidstaat van de Europese Economische Ruimte. In ondergeschikte mate kan het Fonds ook in andere activa beleggen. Wat de aandelen betreft, wordt rekening gehouden met het economische belang en de beurskapitalisatie van de verschillende sectoren en met de vooruitzichten en specifieke omstandigheden van de individuele effecten. Wat de obligaties betreft, wordt voor de samenstelling van de portefeuille rekening gehouden met de voorspellingen inzake de rentevoeten die leiden tot een verkorting of een verlenging van de resterende levensduur van de obligaties in de portefeuille. 2.5. Beleggingsbeleid van het Fonds De deelnemers een zo hoog mogelijke waardestijging van het belegde kapitaal te bieden, en hen tegelijk te laten profiteren van een brede risicospreiding. Bij de samenstelling van de activa van het fonds dient rekening te worden gehouden met de voorwaarden voor pensioenspaarfondsen vastgelegd in artikel 145-11, WIB 1992, zodat de deelnemers de fiscale voordelen kunnen genieten die daarin zijn opgenomen, met naleving van de wetgeving op de beleggingsfondsen die van kracht is in België. 2.6. Tijdens het boekjaar gevoerde beleid Gelet op de verbetering van de economische indicatoren en de gunstige wereldwijde liquiditeitsomstandigheden bleven we overwogen in aandelen tot in mei (hoewel we de positie in februari verkleinden vanwege de geopolitieke onrust). We sloten de positie in mei vanwege de toenemende onzekerheid over de besparingsrondes en na een negatieve bijstelling van onze beoordeling van de economische cyclus. Door de hoge volatiliteit in de tweede helft van het jaar hanteerden we een flexibele aandelenpositionering bij een algemene onderweging, vanwege ons negatief standpunt over het marktklimaat en de economische vooruitzichten. In mei initieerden wij een korte durationpositie vanwege de toenemende trend (op dat ogenblik) naar een normalisatie van het monetaire beleid. We sloten deze positie begin augustus. De obligatie-opbrengsten profiteerden van een vlucht naar veiliger beleggingsoorden doordat de druk op de perifere eurolanden aanhield. We bleven de rest van het jaar neutraal in duration. In maart sloten we onze overweging in krediet van beleggingskwaliteit en in augustus onze overweging in hoogrentende schuld, ervan uitgaande dat deze laatste activacategorie de negatieve gevolgen zou blijven ondervinden van de algemene marktonrust. We waren onderwogen in inflatiegekoppelde obligaties in juni en van juli tot augustus. We hadden een overwogen positie van eind september tot november. 2.7. Toekomstig beleid 2011 is een jaar vol hindernissen geworden. Nu we aan de start staan van 2012, behouden we onze relatief voorzichtige kernportefeuillespreiding met een onderwogen aandelenpositie. Ons centrale scenario is dat een recessie in Europa onvermijdbaar is en we wachten op grotere inspanningen om de crisis in de eurozone aan te pakken alvorens meer risico te nemen. 2.8. Risicoklasse De synthetische risico-indicator vormt een aanduiding van het risico dat voortvloeit uit de belegging in een instelling voor collectieve belegging of een compartiment. Hij zet dit risico af op een schaal die reikt van nul (laagste risico) tot zes (hoogste risico). Klasse 2. Eerste berekende risicoklasse: 3. Het risicoprofiel is gedaald door de afname van de volatiliteit op de betrokken markten. 10

3. VERSLAG VAN DE COMMISSARIS OP 31.12.11 VERSLAG VAN DE COMMISSARIS AAN DE ALGEMENE VERGADERING DER DEELNEMERS VAN BNP PARIBAS B PENSION BALANCED, GEMEENSCHAPPELIJK BELEGGINGSFONDS NAAR BELGISCH RECHT, OVER DE JAARREKENING OVER HET BOEKJAAR AFGESLOTEN OP 31 DECEMBER 2011 Overeenkomstig de wettelijke en statutaire bepalingen, brengen wij U verslag uit in het kader van ons mandaat van de commissaris. Dit verslag omvat ons oordeel over de jaarrekening evenals de vereiste bijkomende vermeldingen en inlichtingen. Verklaring over de jaarrekening zonder voorbehoud Wij hebben de controle uitgevoerd van de jaarrekening van BNP Paribas B Pension Balanced (gemeenschappelijk beleggingsfonds naar Belgisch recht) over het boekjaar afgesloten op 31 december 2011, opgesteld op basis van het in België van toepassing zijnde boekhoudkundig referentiestelsel, met een netto-actief van EUR 2.470.075.649,88 en waarvan de resultatenrekening afsluit met een verlies van het boekjaar van EUR 131.342.375,19. Het opstellen van de jaarrekening valt onder de verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur van de aangestelde beheervennootschap. Deze verantwoordelijkheid omvat: het opzetten, het implementeren en het in stand houden van een interne controle met betrekking tot de opstelling en de getrouwe weergave van de jaarrekening die geen afwijkingen bevat van materieel belang als gevolg van fraude of van fouten, alsook het kiezen en toepassen van geschikte waarderingsregels en het maken van boekhoudkundige ramingen die onder de gegeven omstandigheden redelijk zijn. Het is onze verantwoordelijkheid een oordeel te geven over deze jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle uitgevoerd overeenkomstig de wettelijke bepalingen en volgens de in België geldende controlenormen, zoals uitgevaardigd door het Instituut van de Bedrijfsrevisoren. Deze controlenormen vereisen dat onze controle zo wordt georganiseerd en uitgevoerd dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen bevat van materieel belang. Overeenkomstig deze normen, hebben wij controlewerkzaamheden uitgevoerd ter staving van de in de jaarrekening opgenomen bedragen en inlichtingen. De keuze van de uitgevoerde werkzaamheden is afhankelijk van onze beoordeling en van de inschatting van het risico op materiële afwijkingen in de jaarrekening als gevolg van fraude of van fouten. Bij het maken van die risico-inschatting, hebben wij rekening gehouden met de interne controle met betrekking tot de opstelling en de getrouwe weergave van de jaarrekening om controleprocedures vast te leggen die geschikt zijn in de gegeven omstandigheden, maar niet om een oordeel te geven over de doeltreffendheid van die interne controle van het gemeenschappelijk beleggingsfonds. Wij hebben tevens een beoordeling gemaakt van het passend karakter van de waarderingsregels, de redelijkheid van de door het gemeenschappelijk beleggingsfonds gemaakte boekhoudkundige ramingen en de voorstelling van de jaarrekening in haar geheel. Ten slotte hebben wij van de Raad van Bestuur van de aangestelde beheervennootschap en de verantwoordelijken van het gemeenschappelijk beleggingsfonds de voor onze controle noodzakelijke verduidelijkingen en inlichtingen bekomen. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen informatie een redelijke basis vormt voor het uitbrengen van ons oordeel. PwC Bedrijfsrevisoren cvba, burgerlijke vennootschap met handelsvorm - PwC Reviseurs d'entreprises scrl, société civile à forme commerciale - Financial Assurance Services Maatschappelijke zetel/siège social: Woluwe Garden, Woluwedal 18, B-1932 Sint-Stevens-Woluwe T: +32 (0)2 710 4211, F: +32 (0)2 710 4299, www.pwc.com BTW/TVA BE 0429.501.944 / RPR Brussel - RPM Bruxelles / ING BE43 3101 3811 9501 - BIC BBRUBEBB / RBS BE89 7205 4043 3185 - BIC ABNABEBR 11

Naar ons oordeel geeft de jaarrekening afgesloten op 31 december 2011 een getrouw beeld van het vermogen, de financiële toestand en de resultaten van het gemeenschappelijk beleggingsfonds, in overeenstemming met het in België van toepassing zijnde boekhoudkundig referentiestelsel. Bijkomende vermeldingen en inlichtingen Het opstellen en de inhoud van het jaarverslag, alsook het naleven door het gemeenschappelijk beleggingsfonds van het Wetboek van vennootschappen en van de statuten, vallen onder de verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur van de aangestelde beheervennootschap. Het is onze verantwoordelijkheid om in ons verslag de volgende bijkomende vermeldingen en inlichtingen op te nemen die niet van aard zijn om de draagwijdte van onze verklaring over de jaarrekening te wijzigen: Het jaarverslag behandelt de door de wet vereiste inlichtingen en stemt overeen met de jaarrekening. Wij kunnen ons echter niet uitspreken over de beschrijving van de voornaamste risico s en onzekerheden waarmee het gemeenschappelijk beleggingsfonds wordt geconfronteerd, alsook van haar positie, haar voorzienbare evolutie of de aanmerkelijke invloed van bepaalde feiten op haar toekomstige ontwikkeling. Wij kunnen evenwel bevestigen dat de verstrekte gegevens geen onmiskenbare inconsistenties vertonen met de informatie waarover wij beschikken in het kader van ons mandaat; Onverminderd formele aspecten van ondergeschikt belang, werd de boekhouding gevoerd overeenkomstig de in België van toepassing zijnde wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften; Met uitzondering van het niet-naleven van de wettelijke bepaling met betrekking tot het publiceren van het jaarverslag binnen een termijn van drie maanden volgend op de afsluiting van de periode waarop het verslag betrekking heeft, hebben wij geen kennis gekregen van andere verrichtingen of beslissingen die in overtreding met de statuten of het Wetboek van vennootschappen zijn gedaan of genomen. De verwerking van het resultaat die aan de algemene vergadering wordt voorgesteld, stemt overeen met de wettelijke en statutaire bepalingen. Sint-Stevens-Woluwe, 13 april 2012 De commissaris PwC Bedrijfsrevisoren bcvba Vertegenwoordigd door Damien Walgrave Erkend Revisor 12

4. BALANS Op 31.12.11 (In EUR) Op 31.12.10 (In EUR) AFDELING 1: BALANSSCHEMA TOTAAL NETTO-ACTIEF 2.470.075.649,88 2.664.030.348,96 II. Effecten, geldmarktinstrumenten, ICB s en financiële derivaten 2.355.260.171,04 2.589.517.789,76 A. Obligaties en andere schuldinstrumenten a. Obligaties 1.185.266.442,46 1.181.385.599,40 b. Andere schuldinstrumenten b.1. Met «embedded» financiële derivaten 435.908,11 b.2. Zonder «embedded» financiële derivaten 7.487.394,03 B. Geldmarktinstrumenten 22.932.640,36 57.569.143,35 C. Aandelen en andere met aandelen gelijk te stellen waardepapieren a. Aandelen 1.146.603.673,30 1.332.245.171,38 D. Andere effecten 21.506,81 99.076,57 E. ICB s met een veranderlijk aantal rechten van deelneming 10.731.405,03 III. Vorderingen en schulden op méér dan één jaar 571.125,16 A. Vorderingen 571.125,16 IV. Vorderingen en schulden op ten hoogste één jaar 11.019.209,87 10.360.235,56 A. Vorderingen a. Te ontvangen bedragen 13.317.836,58 23.143.474,05 b. Fiscale tegoeden 578.478,87 B. Schulden a. Te betalen bedragen (-) -2.298.626,71-13.271.113,81 c. Ontleningen (-) -90.603,55 V. Deposito s en liquide middelen 80.467.470,12 40.785.163,09 A. Banktegoeden op zicht 80.467.470,12 40.785.163,09 VI. Overlopende rekeningen 22.757.673,69 23.367.160,55 B. Verkregen opbrengsten 27.296.276,69 28.604.300,57 C. Toe te rekenen kosten (-) -4.538.603,00-5.237.140,02 TOTAAL EIGEN VERMOGEN 2.470.075.649,88 2.664.030.348,96 A. Kapitaal 2.674.129.116,98 2.455.494.925,16 B. Deelneming in het resultaat -72.711.091,91-344.255,78 D. Resultaat van het boekjaar (halfjaar) -131.342.375,19 208.879.679,58 13

5. RESULTATENREKENING Op 31.12.11 (In EUR) Op 31.12.10 (In EUR) AFDELING 3 : SCHEMA VAN DE RESULTATENREKENING I. Waardevermindering, minderwaarden en meerwaarden -185.568.421,35 161.839.618,88 A. Obligaties en andere schuldinstrumenten a. Obligaties -30.342.071,63-20.238.682,38 b. Andere schuldinstrumenten b.1. Met «embedded» financiële derivaten -717.883,83 b.2. Zonder «embedded» financiële derivaten -722.547,78 B. Geldmarktinstrumenten 7.332,76 C. Aandelen en andere met aandelen gelijk te stellen waardepapieren a. Aandelen -166.198.669,99 162.426.788,97 D. Andere effecten 1.936.678,94 215.129,39 E. ICB s met een veranderlijk aantal rechten van deelneming 4.561,41 4.866,14 H. Wisselposities en verrichtingen a. Financiële derivaten ii. Termijncontracten -26.523,52 b. Andere wisselposities en verrichtingen 9.748.963,75 20.173.255,30 II. Opbrengsten en kosten van beleggingen 85.568.130,11 80.319.740,15 A. Dividenden 40.390.324,58 34.998.991,11 B. Intresten (+/-) a. Effecten en geldmarktinstrumenten 51.332.075,60 49.784.591,27 b. Deposito s en liquide middelen 266.258,27 152.875,16 C. Intresten in gevolge ontleningen (-) -5.871,38-7.120,45 E. Roerende voorheffingen (-) b. Van buitenlandse oorsprong -6.829.404,22-6.446.001,96 F. Andere opbrengsten van beleggingen 414.747,26 1.836.405,02 III. Andere opbrengsten 684.085,92 A. Vergoeding tot dekking van de kosten van verwerving en realisatie van de activa, 684.085,92 tot ontmoediging van uittredingen en tot dekking van leveringskosten IV. Exploitatiekosten -32.026.169,87-33.279.679,45 A. Verhandelings- en leveringskosten betreffende beleggingen (-) -1.278.338,66-1.755.334,15 C. Vergoeding van de bewaarder (-) -1.253.687,42-1.277.796,82 D. Vergoeding van de beheerder (-) a. Financieel beheer -25.063.424,04-25.556.052,61 b. Administratief- en boekhoudkundig beheer -1.253.687,42-1.277.796,83 H. Diensten en diverse goederen (-) -1.272.120,76 J. Taksen -1.904.911,54-2.134.902,21 K. Andere kosten (-) -0,03-1.277.796,83 Opbrengsten en kosten van het boekjaar (halfjaar) 54.226.046,16 47.040.060,70 Subtotaal II + III + IV V. Winst (verlies) uit gewone bedrijfsuitoefening vóór belasting op het resultaat -131.342.375,19 208.879.679,58 VII. Resultaat van het boekjaar (halfjaar) -131.342.375,19 208.879.679,58 AFDELING 4 : Resultaatverwerking I. Te bestemmen winst (te verwerken verlies) -204.053.467,10 208.535.423,80 b. Te bestemmen winst (te verwerken verlies) van het boekjaar -131.342.375,19 208.879.679,58 c. Ontvangen deelnemingen in het resultaat (uitgekeerde deelnemingen in het resultaat) -72.711.091,91-344.255,78 II. (Toevoeging aan) onttrekking aan het kapitaal 204.053.467,10-208.535.423,80 14