SCHOOLONDERSTEUNINGSPROFIEL Enschedese Schoolvereniging Algemene gegevens Basisschool Enschedese Schoolvereniging Locatie Tichelweg 7 Brinnummer 05VT Bestuursnummer 95421 Adres Tichelweg 7, 7523 AL Enschede Telefoon 053-4311000 e-mail school info@esv-school.nl Naam directeur A.P. (Paul) Groot e-mail directeur paul.groot@esv-school.nl Naam ib-er G.J. (Trudy) Amelink e-mail ib-er trudy.amelink@esv-school.nl Kengetallen Verwijzing sbo Verwijzingen so rugzakleerlingen 2010-2011 0 0 4 2011-2012 0 0 5 2012-2013 0 0 5 Hoofdstuk 1: ONS SCHOOLCONCEPT Identiteit De Enschedese Schoolvereniging (ESV) is de enige zelfstandige, bijzondere school op neutrale grondslag in Enschede en staat open voor leerlingen van iedere levensbeschouwelijke achtergrond waarvan tenminste respect en interesse voor die van anderen deel uitmaken. Wat de ESV formeel 'bijzonder' maakt is dat alle ouders lid zijn van de Enschedese Schoolvereniging en daarmee verantwoordelijk voor het vaststellen van de doelstellingen van de school. In de praktijk betekent dit bovendien dat ouders op velerlei wijze (bestuur, MR, commissie van toezicht, overblijfcommissie, groepsoudercommissie, bibliotheek, allerlei activiteiten) betrokken worden bij het realiseren van de doelstellingen. Ouders zijn partners in onderwijs. Pagina 1

Missie De ESV is een school voor primair onderwijs, die voor iedere leerling waardevol wil zijn, door hem of haar - de competenties te helpen ontwikkelen die van waarde zijn voor het verdere leven: die het kind in staat stellen de eigen mogelijkheden te verwezenlijken én om te gaan met tegenslag; - dagelijks een warme, veilige omgeving en een uitdagend en gevarieerd programma te bieden, waarin die ontwikkeling door het samen werken en spelen, leren en ervaren waarde in zichzelf heeft, en - te doordringen van de waarde van zichzelf, van openstaan voor anderen, van kennis van wetenschap en techniek en van deelname aan cultuur en maatschappij. Strategie Om deze missie te realiseren biedt de ESV een doorgaande leerlijn van groep één tot en met groep acht waarin iedere leerling gestimuleerd en geholpen wordt zich optimaal cognitief te ontwikkelen, en waarbij daarnaast gerichte aandacht is voor de sociaal-emotionele, culturele, creatieve, morele, technische, fysieke en maatschappelijke ontwikkeling. Leerkrachten, directie en bestuur onderschrijven de identiteit van de school en werken op professionele wijze samen om de organisatorische, didactische en pedagogische voorwaarden te scheppen voor het realiseren van de missie. In schema: Enschedese Schoolvereniging 2011-2015 missie voor nu - warm, veilig - uitdagend, gevarieerd - samenwerken en -spelen activiteiten Een school van waarde (voor iedere leerling) en later - competenties - omgaan met tegenslag - eigenwaarde en openheid - cultureel burgerschap - wetenschap en techniek Beweging: - gymnastiek - yoga Kunst- en cultuureducatie Mens en Maatschappij Thematisch werken Natuur en Techniek Rekenen Taal: - Nederlands - Engels SEO, gezond gedrag, verkeer, computer, muziek, filosofie, dans, toneel, etc. voorwaarden Bekwame & gemotiveerde medewerkers Professionele organisatie & samenwerking Pagina 2

Hoofdstuk 2: BASISONDERSTEUNING en EXTRA ONDERSTEUNING Doel van de wet Passend onderwijs, is dat alle leerlingen, dus ook leerlingen die extra ondersteuning in de klas nodig hebben, een passende onderwijsplek krijgen. De essentie van het onderwijs blijft hetzelfde: iedere leerling uitdagen het beste uit zichzelf te halen. Uitgangspunt bij passend onderwijs is: regulier als het kan, speciaal als het moet. Er zijn leerlingen die het beste tot hun recht komen in het reguliere onderwijs, terwijl voor andere leerlingen het speciaal (basis) onderwijs de meeste mogelijkheden biedt. De basisondersteuning omvat vier aspecten: 1. de basiskwaliteit, dit is de minimale onderwijskwaliteit, die gemeten wordt door het toezichtskader van de inspectie van het onderwijs. 2. de preventieve en licht curatieve interventies, zoals een aanbod voor leerlingen met dyslexie of een aanpak in het voorkomen van gedragsproblemen. 3. de ondersteuningsstructuur. Hieronder verstaan we de manier waarop de school de ondersteuning heeft georganiseerd en met andere organisaties en specialisten samenwerkt. 4. planmatig werken, o.a. de manier waarop de school de specifieke onderwijsbehoeften van de leerlingen in kaart brengt en een passend onderwijsaanbod organiseert en evalueert. 2.1 UITGANGSPUNTEN VAN DE SCHOOL: de basisondersteuning schoolondersteuningsprofiel Leertaken en gedragstaken Diepteam Speciaal onderwijs Speciaal basisonderwijs PLUS 1-3.5% 1-3.5% actief terugplaatsingsbeleid Breedte team orthopedagoog collegiaal-consulent coach passend onderwijs externe expertise basisteam Collegiaal-consulent orthopedagoog coach passend onderwijs externe deskundigen kwaliteitsteam VCO-CONSENT 5-10% 5-10% Breedte-ondersteuning -schoolperspectief -leerlingperspectief basisondersteuning alle leerlingen datagestuurd leerprestaties seo en gedrag begaafdheid opbrengstgericht werken, handelingsgericht en oplossingsgericht ononderhandelbare doelen en afspraken kwaliteitswijzer Preventief, proactief Pagina 3

We werken met drie niveaus in kader van passend onderwijs: 1. de basisondersteuning (het zgn. groene niveau ); 2. de breedteondersteuning (het zgn. gele niveau ); 3. de diepteondersteuning (het zgn. rode niveau ). De basisondersteuning: in dit niveau komt de basiskwaliteit van de school tot uiting. We werken vanuit een preventieve houding. Hoe zorgen we ervoor dat onze leerlingen optimaal hun talenten kunnen ontwikkelen en kunnen blijven ontwikkelen? We benaderen dit vanuit een handelingsgerichte en oplossingsgerichte houding. Op deze wijze bereiken we zelf 85% tot 90% van onze leerlingen. 2.2 STREEFDOELEN ENSCHEDESE SCHOOLVERENIGING Basisscholen en speciale basisscholen werken met het CITO leerlingvolgsysteem. Met CITO brengen we de leerprestaties van de leerlingen in beeld. We werken met een indeling in 5 groepen: I-II-III-IV-V, waar bij groep 1 de hoogst scorende leerlingen laat zien en groep V de laagst scorende leerlingen. Wat we mogen verwachten van een leerling is voor elke leerling uniek. Elke leerling heeft op zijn niveau talenten. Het is aan de school om met deze talenten optimaal om te gaan en hier iets aan toe te voegen. Belangrijk is de groei in vaardigheidscores. Deze groei komt tot uiting door de leerling te volgen en wordt zichtbaar na een aantal meetmomenten. Doelen 2013-2014 AVI 85% beheersing AVI M of E toets (vanaf eind groep 3) I-II (40%) I-II-III (60%) DMT 60% 80% TvK 60% 80% Woordenschat diagnostisch 40% 60% Begrijpend lezen 40% 60% Spelling 50% 70% RvK 60% 80% Rekenen 40% 60% Pagina 4

2.3 BEHAALD RESULTAAT op schoolniveau Febr. 14 I-II-III (60%) AVI (85%) DMT (80%) TvK (80%) WS (60%) Begr. L (60%) Spelling (70%) RvK (80%) R&W (60%) Cito-M 1 2 3 4 5 6 7 8 83% 90% 88% 93% 96% 100% 62% 50% 77% 81% 90% 100% 93% 93% 69% 60% 62% 52% 80% 60% 65% 64% 67% 74% 97% 73% 69% 77% 70% 88% 93% 72% 100% 73% 58% 61% 60% 78% 2.4 INRICHTING VAN DE EXTRA ONDERSTEUNING 2.4.1 Extra ondersteuning: de basis en onderkant Er zijn leerlingen waarbij naast de basisondersteuning extra ondersteuning gewenst is. Deze begeleiding komt vanuit de interne begeleiding van de school (zorgcoördinator, remedial teacher) en het breedteteam. In dit breedteteam zitten deskundigen van SPOE (Steunpunt Onderwijs Enschede). Samen met het breedteteam zoeken we naar handelingsgerichte en oplossingsgerichte aanpakken, zodat de leerling met eventueel extra ondersteuning en begeleiding kan functioneren binnen de basiskwaliteit. Deze benadering is succesvol voor meer dan 10% voor leerlingen, die een beroep doen op deze extra begeleiding. Extra ondersteuning vindt altijd plaats in overleg met en in samenwerking met de ouders. De ouders zijn onze belangrijkste partners. Passend onderwijs betekent, dat elk kind recht heeft op goed onderwijs. Ook kinderen die extra ondersteuning nodig hebben. Belangrijk is de basisondersteuning. Maar soms is die basishulp onvoldoende. Een leerling heeft dan extra ondersteuning nodig. Pagina 5

De ouders worden betrokken bij de basisondersteuning en bij de extra ondersteuning. Voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften wordt door het breedteteam een ontwikkelingperspectief (OPP) opgesteld. In dit OPP staat: Uitgaan van wat een leerling nodig heeft om de schoolloopbaan te doorlopen, in plaats van een indicatie op basis van wat een leerling niet kan. Deze leerling, op onze school, in deze groep, met deze leerkracht, met deze ouders met dit onderwijsarrangement. Wat zijn de onderwijsbehoeften van de leerling en wat zijn de ondersteuningsbehoeften van de leerkracht en van de school? Deze onderwijs- en ondersteuningsbehoeften kunnen betrekking hebben op: -meer handen of meer tijd; -specifieke onderwijsmaterialen; -aanpassingen in de ruimtelijke omgeving; -specifieke deskundigheid; -samenwerking met externe partners. stap fundament Interne route Bouwsteen 1 Bouwsteen 2 Externe route Bouwsteen 3 Bouwsteen 4a 4b Bouwsteen 5 Bouwsteen 6 onderwerp Schoolverbeterplannen groepsplannen Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften Breedte-team Aanpassingen in het HOE SPOE I-HOP voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften toelaatbaarheidsverklaring Actie Onderwijsadviseur Collegiaal-consulent Coach passend onderwijs Orthopedagoog Externe deskundigen JGZ, GGD ouders Leerkracht Collega-leerkracht ouders Leerkracht, ib, coco Ouders Toestemming ouders Leerkracht, ib, coco, orthopedagoog en coach passend onderwijs. Ouders Op afroep: externe deskundigen Leerkracht, ib. coco ouders Leerkracht, ib, coco, coach passend onderwijs, orthopedagoog Op afroep: externe deskundigen ouders Commissie van Advies In een beperkt aantal gevallen zijn kindfactoren zo aanwezig, dat een verwijzing naar een school voor speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs noodzakelijk is. Pagina 6

2.4.2 EXTRA ONDERSTEUNING: de bovenkant (de begaafde leerling) (Hoog-)begaafde leerlingen moeten - evenals anderen - leren hun mogelijkheden te verwezenlijken en om te gaan met tegenslag. Ze moeten ervaren dat niet alles vanzelf gaat, maar dat naast talent en vaardigheid inzet essentieel is. Dit alles is van belang voor hun functioneren in vervolgonderwijs en verdere leven. Daarom willen we op de ESV een uitdagende, warme leer- en ervaringsomgeving creëren, die hieraan tegemoet komt. Op deze wijze hopen we de prestaties van (hoog-)begaafde leerlingen te stimuleren. Dit betekent dat we vroegtijdig hoogbegaafdheid dienen te herkennen en ondersteuning in te zetten. Zorg voor (hoog-) begaafden dient structureel te zijn ingebed in het onderwijsleerproces. Vanzelfsprekend moet de schoolorganisatie hierop zijn ingericht. Wij volgen de cognitieve ontwikkeling met het CITO leerlingvolgsysteem. Twee keer per jaar wordt er getoetst en per vakgebied (rekenen, spelling, lezen en begrijpend lezen) kunnen daar de volgende scores uitkomen: I+, I, II, III, IV, V. Een I+ is een hoge score. Wanneer er voor begrijpend lezen een I+ is gescoord kijken we of dit ook voor de andere drie vakgebieden geldt. Is dit het geval dan komt de leerling in aanmerking voor de plusgroep mits werkhouding, inzet en motivatie daar ook aanleiding toe geven. Hierbij spelen zowel het SIDI-R protocol als het DHH PO een belangrijke rol. De plusgroep staat onder leiding van een speciaal daarvoor aangetrokken leerkracht met ervaring in het Leonardo-onderwijs. Veel leerlingen scoren een I+, I of II. Het leerstofaanbod is daarop afgestemd. In de methodes die wij op school gebruiken en in andere speciaal aangeschafte materialen zit voldoende verrijking om de leerlingen binnen de groep uit te dagen. Een I+ score voor één of twee vakken is prachtig maar geeft geen aanleiding tot deelname aan de plusgroep. Samenwerking met externe partners, zoals Saxion Hogeschool (o.a. FabLab) en Universiteit Twente (Twente Academy Young) heeft dit jaar gestalte gekregen en zal nog verder worden uitgebouwd. 2.5 DIEPTE-ONDERSTEUNING Het breedte-team begeleidt en ondersteunt de school voor leerlingen, die extra ondersteuning nodig hebben. De orthopedagoog signaleert, stelt vast en adviseert. De school bepaalt of de adviezen met de extra ondersteuning haalbaar zijn. Soms constateren wij, dat wij geen passende onderwijsplek kunnen bieden aan een leerling met specifieke onderwijsbehoeften door, zoals bijvoorbeeld: cognitieve mogelijkheden. Een leerling die een sterk individueel orthodidactisch of orthopedagogisch programma nodig heeft; werkhouding- en/of gedragsproblemen. Een leerling met sterk externaliserend gedrag; een leerling kan zich niet blijvend op een positieve manier ontwikkelen. Hij/zij vraagt teveel begeleiding- en ondersteuning, wat ten koste gaat van de groep en/of van de groepsleerkracht. De veiligheid van de groep en/of groepsleerkracht is in het geding. Pagina 7

De school vraagt met de ouders bij de Commissie van Toelating een arrangement aan. Dit arrangement kan inhouden: extra ondersteuning; toelaatbaarheidsverklaring voor speciaal basisonderwijs of voor een school voor speciaal onderwijs. Hoofdstuk 3: STAND VAN ZAKEN BASISONDERSTEUNING EN EXTRA ONDERSTEUNING Pagina 8

(Beeld op niveau SWV WSNS 8.04) Een eerste concept van het schoolondersteuningsprofiel is opgesteld in mei 2012. Dit ondersteuningsprofiel heeft geleid tot verdieping met betrekking tot het omgaan met verschillen. In september 2013 hebben alle leerkrachten de scan Omgaan met verschillen ingevuld. Het resultaat van deze scan is besproken met het gehele team. Directie en intern begeleider hebben de scan besproken met Ad Kappen, coördinator van het Steunpunt WSNS en Kees van Rooyen van School Aan Zet. Hierna volgen de bevindingen, conclusies en actiepunten. Pagina 9

Gemiddelde score van de scan ingevuld door leerkrachten 2.1 Uitgaan van verschillen Gemiddelde score: 8.0 2.2 Leerlingen leren kennen Gemiddelde score: 8.0 2.3 Kennis van omgaan met verschillen Gemiddelde score: 7.9 2.4 Doelen stellen Gemiddelde score: 7.7 2.5 Handelingsgericht en planmatig werken Gemiddelde score: 8.0 2.6 Klimaat en middelen Gemiddelde score: 8.0 2.7 Zelfstandig werken en plannen Gemiddelde score: 7.8 2.8 Gevarieerde en effectieve instructie Gemiddelde score: 8.3 2.9 Gevarieerde en effectieve verwerking Gemiddelde score: 7.8 2.10 Contacten met ouders Gemiddelde score: 7.7 2.11 Feedback collega s Gemiddelde score: 6.8 2.12 Ondersteuning in de school Gemiddelde score: 7.8 2.13 Ondersteunend schoolbeleid Gemiddelde score: 7.9 Pagina 10

Bevindingen Aantal teamleden 12 Homogeen sterk beeld. Spreiding bij gemiddelde van leerkrachten. Spreiding bij vragen. Wat scoort relatief hoog? 2.8 gevarieerde en effectieve instructie 2.1 omgaan met verschillen 2.12 en 2.13 schoolondersteunend beleid Opvallend hoge scores / uitspraken - goede relatie met leerlingen - doorspreken van leerlingen met collega vorig schooljaar - hoge doelen, hoge verwachtingen en hoge eisen - werken met groepsplannen - werken met IGDI-model - ondersteuning van interne begeleider - streefdoelen zijn vastgelegd - school zorgt voor voldoende scholing en professionalisering Minder sterke onderdelen Minder sterke uitspraken 2.11 feedback van collega s 2.10 contacten met ouders - eigen leerweg - doorspreken met leerlingen over hoe zij optimaal kunnen leren en wat zij verwachten. - bespreken in het team welke leerdoelen je als leerkracht wilt behalen - verwerken van observatiegegevens en SEO in het groepsplan - leerlingen leren plannen - nagaan bij ouders wat zij van school verwachten - feedback vragen, geven en krijgen van collega s actiepunten - zwakke leerlingen tot de eindstreep brengen - differentiatievormen in instructie en verwerkingsopdrachten - begaafde en hoogbegaafde leerlingen: aanbod in de groep, compacten, Pagina 11

enz. - collegiale feedback intensiveren, o.a. via bouwoverleggen. MT sterk actiepunten Eenzelfde beeld is hier te zien. De scan is consistent ingevuld. Idem We stimuleren het professionaliseren van de leerkrachten (facilitering!), het differentiëren moet gebeuren binnen de groep. Concreet: - studiedagen PBS - studiedagen Onderbouwd en Onderbouwd Online voor de onderbouw - studiedag Werken met Dotcom - uitbreiding aanbod plusgroep, alsmede facilitering leerkracht. Dit is inmiddels gerealiseerd. Wordt voortdurend bijgesteld en verbeterd. - overleg met Hogeschool Utrecht over plusgroep, samenwerking met Early Bird. Actiepunten zijn verder: - werken met zwakke leerlingen, kunnen differentiëren w.b. instructie en verwerking - spelling (nieuwe taalmethode!) Directeur en interne begeleider gaan leerkrachtvaardigheden versterken door middel van klassenbezoeken, flitsbezoeken en co-teachen. IB modelt bijvoorbeeld begrijpend leesstrategieën, samen met de leerkracht voorbereiden, samen geven en analyseren. Belangrijk is de feedback. Meer accent op leren leren, leren plannen, werk structureren resultaten - onderbouw sterk, hoog niveau taal en rekenen - CITO Eindtoets 2013: 539,7 landelijk gemiddelde: 534,7 2014: 539,4 landelijk gemiddelde: 534,4 - DMT in groep 3 en 4 te grote C-groep - Begrijpend lezen laat van E3 naar M4 een daling zien - Rekenen en spelling vragen in groep 5 aandacht - Spelling vraagt in groep 4 aandacht Pagina 12

samenvatting De belangrijkste ontwikkelpunten die worden aangegeven in de rapportage van het teamgedeelte: 1. Omgaan met verschillen, met name de begeleiding van de zwakkere leerlingen; 2. Kennis opdoen omtrent (ortho-) materialen voor zwakke en excellente leerlingen; 3. Omgaan met dyslexie en taal-leesproblemen; 4. Collegiale feedback in en buiten de school. Deze ontwikkelpunten worden bevestigd door het beeld dat uit de managementsrapportage spreekt. Een aantal concrete maatregelen is reeds genomen. Voor het overige komen deze terug in het eerstvolgende operationele jaarplan. Trots Naast verbeterpunten die actie vragen, zijn er ook zaken waarop we trots zijn: - MT heeft de scan al vroegtijdig met het schoolteam besproken. Dit leverde een zinvolle, boeiende discussie op. - MT is trots op de resultaat van deze scan, de algemene scores liggen hoog, MT wordt hoog gewaardeerd. - Ons team gaat bewust om met de verschillen. - Binnen ons team worden de opbrengsten geanalyseerd. We zoeken naar mogelijke oorzaken. Op deze wijze wordt het een teamverantwoordelijkheid. - We spreken elkaar aan op eventuele oorzaken. Binnen ons team is geringe (externe) mobiliteit, samenwerkingsverbanden bestaan al langere tijd. We werken aan een professionele cultuur. Nieuwe collega s hebben een positieve invloed. - PBS leeft sterk, we zetten dit traject de komende jaren op dezelfde voet voort. Pagina 13

Hoofdstuk 4: AANMELDING EN TOELATING VAN NIEUWE LEERLINGEN Aanmelding en toelating Ouders melden hun kind (schriftelijk) aan bij de school van hun voorkeur. Ouders geven het aan als hun kind extra ondersteuning nodig heeft. De school onderzoekt of zij de leerling kan toelaten. Zij kijkt welke ondersteuning het kind nodig heeft en wat de mogelijkheden van de school zijn. Als de school de leerling geen passend onderwijs kan bieden, moet de school in overleg met de ouders een andere school vinden die de leerling kan toelaten. Ten slotte Het kan altijd beter. Wat wij willen realiseren is: From good to excellent teaching! Hieraan blijven we keihard werken met alle partners. Enschedese Schoolvereniging Mei 2014 Pagina 14