VERWERKING ADVIEZEN VERZOEK TOT RAADPLEGING RUP AANPASSING BPA SPORTPARK RAVELS IN RAVELS DOSSIERNUMMER SCRPL13077 1 Proces verzoek tot raadpleging 1.1 Overzicht proces Voor het RUP Aanpassing BPA Sportpark Ravels werd een verzoek tot raadpleging opgemaakt welk op 15/07/2013 aangetekend aan de verschillende adviesinstanties werd bezorgd op basis van een adressenlijst die door de Dienst Milieueffectrapportagebeheer per mail d.d. 31/05/2013 aan IOK bezorgd werd. Het verzoek tot raadpleging is opgenomen in bijlage. Alle adviesinstanties hebben een advies bezorgd 1. 1.2 Aangeschreven adviesinstanties en ontvangen adviezen Onderstaande tabel geeft een overzicht van de adviezen. Aangeschreven adviesinstanties en ontvangen adviezen instantie ontvangen advies aandachtspunten Provinciebestuur Antwerpen Departement Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit Ruimtelijke Vlaanderen APL - Antwerpen 09/08/2013 De provincie geeft geen expliciet standpunt weer. (Uit de aandachtspunten kan afgeleid worden dat geen significante milieueffecten verwacht worden.) 11/09/2013 De screeningsnota maakt een voldoende inschatting van de milieueffecten voor de ruimtelijke ordening. ANB-Antwerpen 31/07/2013 Voor het aspect fauna en flora worden geen aanzienlijke milieueffecten verwacht. Is meest recente watertoets toegepast? Is de inschatting van de parkeerbehoefte getoetst aan de realiteit (bijv. telling aantal geparkeerde auto s in Raaftuinweg en Vlasrietje?) Stimuleren fietsgebruik: niet enkel trage verbindingen voorzien, ook overdekte fietsstallingen zo dicht mogelijk bij ingang gebouwen. Communicatie en sensibiliseren rond duurzame mobiliteit als extra maatregel toevoegen. Landschapskaart van de provincie Antwerpen toevoegen. Buurt- en voetwegen in kaart brengen. Ruimte Vlaanderen stelt de vraag of het niet wenselijk is grotere marges in te bouwen m.b.t. aantal clublokalen en oppervlakte- en volumecijfers, in functie van (nu ongekende) lange termijnbehoeftes. (Ruimte Vlaanderen verwijst naar het feit dat het BPA al na 8 jaar herzien wordt). In de verdere beoordeling van het RUP moet aandacht besteed worden aan het nastreven van een voldoende modal split. Er wordt betwijfeld of de berekening van de parkeerbehoefte hiervan wel voldoende uitgaat. / 1 Gezien de adviesperiode tijdens het zomerverlof liep, werd meer tijd gegeven om het advies te bezorgen. 350119_verwerking adviezen screening IOK plangroep 1
Onroerend Antwerpen instantie ontvangen advies aandachtspunten Erfgoed Departement MOW (gecoördineerd advies afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid en Algemeen Beleid) Bloso Afdeling Infrastructuur en Logistiek 06/08/2013 Het plan in huidige vorm zal geen aanzienlijke milieueffecten genereren m.b.t. onroerend erfgoed. 22/08/2013 MOW gaat akkoord met het gemotiveerd besluit dat uit de screeningsnota wordt getrokken 07/08/2013 Bloso heeft geen opmerkingen bij de inschatting van de mogelijke milieueffecten. Onroerend erfgoed wil er op wijzen dat een archeologisch onderzoek dient plaats te vinden voorafgaand aan een geplande verstoring van archeologisch resten en dat hiervoor de tijd en middelen ter beschikking worden gesteld. / 1.3 Verduidelijkingen/aanvullingen/update verzoek tot raadpleging n.a.v. bemerkingen van de Dienst Milieueffectrapportagebeheer Bij aanvraag van de adressenlijst werd een voorontwerp van het verzoek tot raadpleging aan de Dienst Milieueffectrapportagebeheer bezorgd. Bij het bezorgen van de adressenlijst gaf de Dienst Milieueffectrapportagebeheer op basis van een eerste lezing ervan een aantal bemerkingen: De correcte formulering project opgesomd in bijlage I, II of III van het project-m.e.r.-besluit van 10 december 2004 gebruiken. Onderstaande paragraaf onder hoofdstuk plan-m.e.r.-plicht opnemen, om aan te tonen dat het RUP screeningsgerechtigd is: Het RUP vormt het kader voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in bijlage I, II of III van het project-m.e.r.-besluit van 10 december 2004, namelijk voor een project opgesomd in rubriek [ ] van bijlage [ ]. Het RUP bepaalt echter het gebruik van een klein gebied op lokaal niveau of houdt een kleine wijziging in omdat [ ], en is dus screeningsgerechtigd. De berekening van het totaal aantal leden met de auto voor donderdag nakijken (tabel 4 op p.19). Verduidelijken of discipline fauna en flora als voortoets voor passende beoordeling beschouwd wordt. De beschrijving en beoordeling spreekt immers van mogelijke effecten op de speciale beschermingszones, anderzijds geeft p.42 aan dat geen passende beoordeling nodig is. Bij beschrijving/bronnen voor de discipline lucht wordt CAR-Vlaanderen vermeld (p.44), maar dit model blijkt verder niet nodig te zijn. Dit best aanpassen in de nota. Expliciet aangeven dat er geen SEVESO-inrichting op minder dan 2 km van het plangebied ligt. Op p. 45 wordt het onderscheid tussen aanbevelingen en maatregelen toegelicht. Nakijken of deze vervolgens wel consistent gebruikt worden. Daarnaast de term remediërende maatregelen best schrappen in de nota om verwarring te vermijden. / Deze bemerkingen werden aangepast in het verzoek tot raadpleging dat aan de adviesinstanties werd bezorgd. 2 Verwerking adviezen ANB, MOW en Bloso gaven zonder meer een gunstig advies, waarvan akte wordt genomen. De overige adviesinstanties gaven gunstig advies, maar ook één of meerdere aandachtspunten. In onderstaande wordt verder ingegaan op het advies van Provinciebestuur Antwerpen Departement Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ruimtelijke Vlaanderen APL Antwerpen en Onroerend Erfgoed Antwerpen. 2 IOK plangroep 350119_verwerking adviezen screening
2.1 Advies Provinciebestuur Antwerpen Departement Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit Bemerking 1 Werd de nieuwe kaart (n.a.v. aangepast regelgeving sinds 1 maart 2012) met mogelijke en effectief overstromingsgevoelige gebieden gebruikt in functie van de watertoets? Verwerking 1 De watertoetskaart die sinds de regelgeving van 1 maart 2012 gebruikt moet worden, is deze van 14/10/2011. Deze werd geraadpleegd in het verzoek tot raadpleging (zie kaart 5 waterhuishouding in bijlage, de vaststelling m.b.t. de watertoets in tabel 1 op p.9, en de beoordeling van het effect overstromingsregime veiligheid op p.49. De conclusie m.b.t de discipline bodem en water op p.50 vermeldt eveneens de waterparagraaf). Bemerking 2 Is de inschatting van de parkeerbehoefte getoetst aan de realiteit (bijv. telling aantal geparkeerde auto s in Raaftuinweg en Vlasrietje?) (Zie ook bemerking 2 onder punt 2.2 op blz.7) Verwerking 2 Wildparkeren Raaftuinweg en Vlasrietje Het wildparkeren op Raaftuinweg en Vlasrietje blijkt uit klachten van omwonenden. Bij een terreinbezoek (op een weekdag s avonds) kon het wildparkeren op Raaftuinweg en Vlasrietje vastgesteld worden (zonder dat evenwel een telling gebeurd is). Motief van het wildparkeren is voornamelijk de kortere loopafstand tot de voetbalpleinen van KFC Flandria (vanuit Raaftuinweg) en tot de terreinen van BMX-club The Devils (vanuit Vlasrietje). Het wildparkeren gebeurt m.a.w. ook op momenten dat de beschikbare parking op het sportpark niet volzet is. Door flankerende maatregelen kan dit probleem wellicht opgelost worden, voor zover in een gemiddelde week voldoende parkeeraanbod gegarandeerd is op de gebundelde parkings. Uitgangspunten inschatten parkeerbehoefte en -aanbod Het inschatten van de parkeerbehoefte (en het bepalen van een aanbod) is niet evident. Volgende uitgangspunten werden gehanteerd: Alle sportterreinen moeten binnen aanvaardbare loopafstand vanaf de parking liggen. Om deze reden werd t.o.v. het BPA een tweede, centrale parking voorzien. Vooral voor ATB en de BMXclub ligt deze dichter dan de bestaande parking. Deze centrale parking is dus een maatregel die in het RUP kan opgenomen worden om het wildparkeren tegen te gaan. Bij het voorzien van een parkeeraanbod wordt rekening gehouden met een hogere modal split ten voordele van fiets, voet, bus of carpool dan in de bestaande situatie het geval is (zie ook verder). Het afwentelen van parkeren op de omgeving (omliggende straten) moet vermeden worden: in een gemiddelde week (bij wekelijkse trainingen, maar ook bijv. bij de tweewekelijkse competitiematchen van de voetbal) bij grotere evenementen waar een relatief laag aantal externe bezoekers verwacht wordt (bijv. clubkampioenschap). De parkeerbehoefte moet in deze gevallen m.a.w. volledig op de parkings in het sportpark kunnen opgevangen worden. Bij grotere evenementen met groter bezoekersaantallen en/of relatief veel externe deelnemers (bijv. tornooien) kan niet vermeden worden dat een deel van de parkeerbehoefte afgewenteld wordt op de (ruimere) omgeving. Via flankerend beleid worden specifieke oplossing gezocht voor het parkeren en wordt gestuurd naar duurzame verplaatsingsvormen (zie ook verder). Dergelijk flankerend beleid kan niet in de voorschriften van een RUP opgenomen worden. Met de parkeerbehoefte die tijdens deze evenementen ontstaat wordt geen rekening gehouden bij berekening van de parkeerbehoefte/het parkeeraanbod binnen het sportpark. 350119_verwerking adviezen screening IOK plangroep 3
Hieronder wordt verder verduidelijkt dat het voorziene aanbod van maximaal 200 parkeerplaatsen (verdeeld over 2 gebundelde parkings) een modal split-shift beoogt en voldoende is om de parkeerbehoefte op te vangen in een gemiddelde week en bij grotere evenementen waar een relatief laag aantal externe bezoekers verwacht wordt (in deze gevallen geen afwenteling van parkeren op de omgeving). Bestaande modal split Hieronder wordt de bestaande modal shift, als referentie, in beeld gebracht. Tabel 1 geeft de modal split van de leden, Tabel 2 de modal split van de bezoekers. Tabel 1: Bestaande modal split leden modal split leden (%) ATB Kempen BMX-club The Devils HS De Link KFC Flandria Tennisclub RWP Auto 30 80 90* 90 70 Fiets 70 10 10* 10 30 Voet 10 openbaar vervoer Andere Bron: Enquêtes verenigingen - * Hypothese. Voor HS De Link waren geen gegevens voorhanden. Tabel 2: Bestaande modal split bezoekers modal split bezoekers (%) ATB Kempen BMX-club The Devils HS De Link KFC Flandria Tennisclub RWP auto 15 80 95 fiets 40 5 5 voet 30 5 openbaar vervoer andere 10 (caravan 15 mobilhome) Bron: Enquêtes verenigingen - voor HS De Link en Tennisclub RWP ontbreken gegevens Op basis van Tabel 1 kan vastgesteld worden dat de modal split sterk verschilt per vereniging. Gemiddeld bedraagt de modal split van de leden 2 : 72% auto en 28% fiets/voet 3. Hierbij wordt opgemerkt dat de autogebruikers inclusief de carpoolers zijn. modal split-shift in een gemiddelde week Door 200 parkeerplaatsen te voorzien wordt impliciet een modal split-shift (van auto naar carpool, fiets, voet, openbaar vervoer) beoogt van gemiddeld 14% tijdens een gemiddelde week. Tabel 3 toont het aantal auto s dat s avonds in een gemiddelde week aanwezig is op het sportpark, en het beschikbaar aantal parkeerplaatsen cf. het RUP (zie ook tabel 5 op blz.19 van het verzoek tot raadpleging). Tabel 3: Aantal aanwezige auto s vs aantal beschikbare parkeerplaatsen cf. RUP ma di wo do vr za zo Aantal auto s (rekening houdend met modal split) 91 225 204 238 72 164 285 Aantal beschikbare parkeerplaatsen 200 200 200 200 200 200 200 Uit Tabel 3 kan het volgende afgeleid worden: op 3 van de 7 dagen voldoen de 200 parkeerplaatsen op 4 van de 7 dagen zijn minder parkeerplaatsen beschikbaar dan dat er auto s zijn 2 Een gemiddelde modal split voor de bezoekers werd niet berekend vermits te weinig gegevens voorhanden waren. 3 Het vermelde gemiddelde is een rekenkundig gemiddelde. Er werd eveneens een gewogen gemiddelde berekend, rekening houdend met het aantal leden dat de vereniging heeft. Dit gaf een modal split van 71,3% auto en 28,7% fiets/voet. Een tweede berekend gewogen gemiddelde hield rekening met het aantal leden dat op de drukste avond aanwezig is. Dit gaf 72,7% auto en 27,3 % fiets/voet. Het gewogen gemiddelde geeft dus quasi hetzelfde resultaat als het rekenkundige gemiddelde. 4 IOK plangroep 350119_verwerking adviezen screening
In flankerend beleid zal een modal split-shift gestimuleerd worden. Op de dagen in een gemiddelde week, wanneer minder parkeerplaatsen beschikbaar zijn dan auto s, wordt deze modal split-shift extra geforceerd : di: geen parkeerplaats voor 25 van 225 wagens, d.w.z. 11% van de wagengebruikers wordt gedwongen een alternatief te zoeken wo: geen parkeerplaats voor 4 van 204 wagens, d.w.z. 2% van de wagengebruikers wordt gedwongen een alternatief te zoeken do: geen parkeerplaats voor 38 van 238 wagens, d.w.z. 16% van de wagengebruikers wordt gedwongen een alternatief te zoeken zo: geen parkeerplaats voor 85 van 285 wagens, d.w.z. 30% van de wagengebruikers wordt gedwongen een alternatief te zoeken Gemiddeld geeft dit een modal split-shift van 14%. Modal split-shift bij grotere evenementen met een relatief laag aantal externe bezoekers Eén van de uitgangspunten bij berekening van de parkeerbehoefte (en aanbod) was dat, bij bijv. clubkampioenschappen, de parkeerbehoefte niet afgewenteld mag worden buiten het sportpark. Uit Tabel 4 op blz.6 kan afgeleid worden dat van februari tot september (gemiddeld) 1 of meerdere keren per maand gelijkaardige activiteiten georganiseerd worden 4 : wedstrijden debutanten, sociabiliteitsproeven, brevetproeven van HS De Link (200 deelnemers) Dubbelmixavonden van tennisclub RWP, welke op 9 vrijdagavonden in de loop van april, mei, juni en augustus georganiseerd worden (150 deelnemers) Clubkampioenschap van HS De Link (200 deelnemers) Clubkampioenschap van Tennisclub RWP, welke gedurende 3 weken georganiseerd wordt (tot 200 deelnemers) Dit aantal deelnemers komt dus bovenop het aantal aanwezigen dat op dat moment in een gemiddelde week (bij de andere verenigingen) al aanwezig is. De 200 parkeerplaatsen moeten ook voor deze grotere evenementen, waar voornamelijk eigen clubleden bij betrokken zijn, volstaan. Vermits er dan meer mensen aanwezig zijn dan op een gemiddelde dag in de week, wordt hier een hogere modal split-shift verwacht dan in een gemiddelde week (dus hoger dan 14%). Modal split-shift bij grotere evenementen met grotere bezoekersaantallen en/of relatief veel externe deelnemers Bij dergelijke evenementen (bijv. tornooien) wordt er van uitgegaan dat niet kan vermeden worden dat een deel van de parkeerbehoefte afgewenteld wordt op de (ruimere) omgeving. Via flankerend beleid worden specifieke oplossing gezocht voor het parkeren en wordt gestuurd naar meer duurzame verplaatsingsvormen. In dit verband kan al verwezen worden naar het feit dat de gemeente jaarlijks een vergadering met de sportverenigingen organiseert in functie van de planning/spreiding van de grotere evenementen. Er zijn 10 evenementen met grotere bezoekersaantallen die van april tot november georganiseerd worden, d.w.z. gemiddeld minimum 1 per maand (zie ook Tabel 4): BMX-wedstrijd van BMX-club The Devils, 2 x per jaar (tot 4000 deelnemers) lentejogging van KFC Flandria (400 deelnemers) ATB-cross van ATB Kempen (300 à 400 deelnemers) Open Tornooi Tennisclub RWP (tot 250 deelnemers) Tornooien KFC Flandria, 2 weekends (400 deelnemers) MTB Kids Challenge WBV 4-uren race van ATB Kempen (300 à 400 deelnemers) Lampionnekeskoers van ATB Kempen (300 à 400 deelnemers) Run-Bike-Run van ATB Kempen (300 à 400 deelnemers) 4 Opmerking: de tweewekelijkse competitiematchen van de voetbal zitten al vervat in de gegevens van Tabel 3 350119_verwerking adviezen screening IOK plangroep 5
Tabel 4: Frequentie van de evenementen buiten de normale, wekelijkse werking datum activiteit vereniging verwachte bezoekersaantallen Januari Februari Wedstrijd debutanten HS De Link 200 sociabiliteitsproeven - brevetproef Maart April BMX-wedstrijd BMX-club The Devils tot 4.000 deelnemers Lentejogging KFC Flandria 400 Dubbelmixavonden Tennisclub RWP 150 (vrijdag) Mei Dubbelmixavonden Tennisclub RWP 150 (vrijdag) Juni Dubbelmixavonden Tennisclub RWP 150 (vrijdag) Juli ATB Cross ATB Kempen 300 à 400 Open tornooi Tennisclub RWP tot 250 Augustus Clubkampioenschap HS De Link 200 2 weekends met KFC Flandria 400 (2 weekends) tornooien Dubbelmixavonden Tennisclub RWP 150 (vrijdag) September MTB Kids Challenge WBV 4-uren Race ATB Kempen 300 à 400 Clubkampioenschap (3 Tennisclub RWP tot 200 weken) Oktober Lampionnekeskoers ATB Kempen 300 à 400 Run-Bike-Run ATB Kempen 300 à 400 November BMX-wedstrijd BMX-club The Devils tot 4.000 deelnemers december Tot slot: factoren die invloed hebben op een modal split-shift Uit de huidige modal split (zie Tabel 1 op blz.4) kan afgeleid worden dat er bij de verenigingen marge is voor een modal split-shift, maar dat deze mogelijkheid niet voor alle verenigingen hetzelfde is. De redenen kunnen hiervoor verschillend zijn: Een aantal verenigingen hebben reeds een hoge modal split. Bij ATB Kempen komt 70% met de fiets, bij Tennisclub RWP 30%. Grootste marge zit wellicht bij BMX-club The Devils (20% fiets/voet), HS De Link (10% - hypothese) en KFC Flandria (10%). In een aantal gevallen is het eigen aan de sport dat autogebruik niet (altijd) vermeden kan worden (bijv. trailers bij honden, of clubs die op provinciaal of nationaal niveau spelen en bijgevolg ook leden rekruteren buiten de gemeente). Tot slot wordt verwezen naar de specifieke configuratie van Ravels en de ligging van het sportpark Ravels binnen de gemeente. Een aantal clubs hebben leden uit de hele gemeente (bijv. ATB, BMX-club en de Tennisclub RWP). De kern Weelde ligt op 4 km en de kern Poppel op 8 km van het Sportpark Ravels (vogelvlucht). Overstappen van auto naar fiets is mogelijk, maar wellicht niet altijd evident (bijv. bij regenweer, s avonds, in de wintermaanden). Deze factoren geven aan dat sensibilisatie en communicatie rond duurzame bereikbaarheid belangrijk is. Deze worden mee als maatregel bij de discipline mobiliteit opgenomen (zie ook verder). Bemerking 3 Stimuleren fietsgebruik: niet enkel trage verbindingen voorzien, ook overdekte fietsstallingen zo dicht mogelijk bij ingang gebouwen. Verwerking 3 De bemerking wordt gevolgd. Het is de bedoeling dat het voorzien van fietsstallingen binnen het plangebied wordt opgenomen. De beste inplanting van de fietsstallingen hangt af van de specifieke 6 IOK plangroep 350119_verwerking adviezen screening
noden van de vereniging, maar dit zal vaak bij voorkeur zo dicht mogelijk bij de ingang van de gebouwen zijn. Bemerking 4 Communicatie en sensibiliseren rond duurzame mobiliteit als extra maatregel toevoegen (ook los van een evenement met eigen leden en bezoekers). Verwerking 4 De bemerking wordt gevolgd. Communicatie en sensibiliseren rond duurzame mobiliteit wordt als extra maatregel toegevoegd bij de discipline mobiliteit. Er wordt wel opgemerkt dat deze maatregel deel uitmaakt van flankerend beleid, en niet naar de voorschriften van het RUP vertaald kan worden. In dit verband wordt opgemerkt dat de gemeente Ravels jaarlijks een vergadering met de sportverenigingen organiseert in functie van de planning van de evenementen/wedstrijden, met de bedoeling mobiliteitspieken maximaal te vermijden. Bemerking 5 Landschapskaart van de provincie Antwerpen toevoegen. Verwerking 5 De Provinciale Landschapskaart werd gebruikt (zie Deel 1 hoofdstuk 4.1.4 en figuur 11 op blz.15). Bemerking 6 Buurt- en voetwegen in kaart brengen. Verwerking 6 De atlas der buurtwegen werd geraadpleegd. In tabel 1 op blz.10 staat vermeld dat het padje dat de noordwestelijke grens vormt buurtweg nr.3 is. 2.2 Advies Ruimtelijke Vlaanderen APL Antwerpen Bemerking 1 Is het niet wenselijk grotere marges in te bouwen m.b.t. aantal clublokalen en oppervlakte- en volumecijfers, in functie van (nu ongekende) lange termijnbehoeftes. (Ruimte Vlaanderen verwijst naar het feit dat het BPA al na 8 jaar herzien wordt). Verwerking 1 Het gemeentebestuur volgt de bemerking, maar wil anderzijds een extra groei in functie van eventuele langtermijnbehoeftes in de hand houden. In die zin stelt het gemeentebestuur voor om de totale, toelaatbare bebouwbare oppervlakte met 10% te laten toenemen in functie van (nu onbekende) langetermijnbehoeftes. Het aantal mogelijke clubgebouwen wordt echter niet vermeerderd. Er wordt van uitgegaan dat een sportvereniging in de loop van de jaren minder populair kan worden, en dat zo binnen de bestaande clubgebouwen capaciteit vrij komt. Bemerking 2 In de verdere beoordeling van het RUP moet aandacht besteed worden aan het nastreven van een voldoende modal split. Er wordt betwijfeld of de berekening van de parkeerbehoefte hiervan wel voldoende uitgaat. (Zie ook bemerking 2 onder punt 2.1 op blz.3) 350119_verwerking adviezen screening IOK plangroep 7
Verwerking 2 Door 200 parkeerplaatsen te voorzien wordt een impliciete modal split-shift (van auto naar carpool, fiets, voet, openbaar vervoer) beoogt van gemiddeld 14% tijdens een gemiddelde week. Bij evenementen ligt deze hoger. Voor een verduidelijking hiervan wordt verwezen naar bemerking 2 onder 2.1 op blz.3. 2.3 Advies Onroerend Erfgoed Bemerking Archeologisch onderzoek dient plaats te vinden voorafgaand aan een geplande verstoring van archeologisch resten. Hiervoor moeten de tijd en middelen ter beschikking worden gesteld. Verwerking Deze maatregel werd voorgesteld bij de discipline erfgoed en landschap: zie onder deel 2 hoofdstuk 2.6.4 en deel 2 hoofdstuk 2.6.5 op blz.61 van het verzoek tot raadpleging. De relevante regelgeving hieromtrent is sowieso van toepassing. 3 Bijlage: ontvangen adviezen Op de volgende bladzijden worden de ontvangen adviezen weergegeven. 8 IOK plangroep 350119_verwerking adviezen screening