Natk4All Leraren opleiding Speciale Relativiteitstheorie (leerjaar )

Vergelijkbare documenten
Opgaven bij de cursus Speciale relativiteitstheorie Docent: Dr. H. (Harm) van der Lek

Speciale relativiteitstheorie

Einstein s Relativiteits theorie Een uitleg met middelbare school wiskunde Andrré van der Hoeven Docent natuurkunde Emmauscollege Rotterdam

1 Leerlingproject: Relativiteit 28 februari 2002

HOVO: Gravitatie en kosmologie OPGAVEN WEEK 1

Relativiteitstheorie met de computer

MODULE GLIESE 667 RELATIVITEIT GLIESE 667. Naam: Klas: Datum:

Tolpoortje RELATIVITEIT KEPLER 22B. 200 m. aket. Naam: Klas: Datum:

Quantummechanica en Relativiteitsleer bij kosmische straling

RELATIVITEIT VWO. Lengtecontractie Rust- bewegende massa Relativistisch optellen

1 Leerlingproject: Kosmische straling 28 februari 2002

Het Quantum Universum. Cygnus Gymnasium

Detectie van kosmische straling

Elementaire Deeltjesfysica

Docentencursus relativiteitstheorie

Algemeen. Cosmic air showers J.M.C. Montanus. HiSPARC. 1 Kosmische deeltjes. 2 De energie van een deeltje

Werkblad 3 Bewegen antwoorden- Thema 14 (NIVEAU BETA)

Gravitatie en kosmologie

Leerstof: Hoofdstukken 1, 2, 4, 9 en 10. Hulpmiddelen: Niet grafische rekenmachine, binas 6 de druk. Let op dat je alle vragen beantwoordt.

13 Zonnestelsel en heelal

Tentamen - uitwerkingen

Gravitatie en kosmologie

Tentamen Optica. 19 februari 2008, 14:00 uur tot 17:00 uur

Lengte van een pad in de twee dimensionale Euclidische ruimte

QUANTUMFYSICA DE EPR-PARADOX. Naam: Klas: Datum:

KLAS 5 EN BEWEGING. a) Bereken de snelheid waarmee de auto reed en leg uit of de auto te hard heeft gereden. (4p)

OVERAL, variatie vanuit de kern LES- BRIEF. Tweede Fase. Het neutrinomysterie. Foto: CERN

Einstein (6) v(=3/4c) + u(=1/2c) = 5/4c en... dat kan niet!

Deeltjes en velden donderdag 3 oktober 2013 OPGAVEN WEEK 2

Examen HAVO - Compex. natuurkunde 1,2 Compex

Eindexamen vwo natuurkunde pilot 2013-I

Maar het leidde ook tot een uitkomst die essentieel is in mijn werkstuk van een Stabiel Heelal.

De bouwstenen van het heelal Aart Heijboer

de eenheid m/s omrekenen naar km/h en omgekeerd.

Vrijdag 8 juni, uur

Examen HAVO. Wiskunde A1,2

BEWEGING HAVO. Raaklijnmethode Hokjesmethode

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Vrijdag 27 mei totale examentijd 3 uur

Tentamen Natuurkunde A uur uur woensdag 10 januari 2007 Docent Drs.J.B. Vrijdaghs. Vul Uw gegevens op het deelnameformulier in

Schoolexamen Moderne Natuurkunde

Oefenopgaven versnelling, kracht, arbeid. Werk netjes en nauwkeurig. Geef altijd berekeningen met Gegeven Gevraagd Formule Berekening Antwoord

Speciale relativiteitstheorie

Deeltjes in Airshowers. N.G. Schultheiss

Sheets inleiding ontwerpen

Diagnostisch Schoolexamen Natuurkunde Klas 6, periode E2 120 minuten

Hoofdstuk 1 Beweging in beeld. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Eindexamen natuurkunde pilot havo I

Een elektrische schakeling is tot op zekere hoogte te vergelijken met een verwarmingsinstallatie.

Eindronde Natuurkunde Olympiade 2018 theorietoets deel 1

Sterrenkunde Ruimte en tijd (3)

(a) Noem twee eigenschappen die quarks en leptonen met elkaar gemeen hebben.

1 Uitgewerkte opgaven: relativistische kinematica

Speciale relativiteitstheorie

Hoofdstuk A9 Hellinggrafieken - alternatief

Woensdag 24 mei, uur

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2001-II

OOFDSTUK 8 9/1/2009. Deze toets bestaat uit 3 opgaven (31 punten). Gebruik eigen grafische rekenmachine en BINAS toegestaan. Veel succes!

10 m/s = 36 km/h 5 km = 5000 m 4 m/s = 14,4 km/h. 15 m/s = 54 km/h 81 km/h = 22,5 m/s 25 m/s = 90 km/h

Uit: Niks relatief. Vincent Icke Contact, 2005

Extra opdrachten Module: bewegen

Beste leerling, Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de examenvragen onderverdeeld in 4 categorieën.

Deze Informatie is gratis en mag op geen enkele wijze tegen betaling aangeboden worden. Vraag 1

Een elektrische schakeling is tot op zekere hoogte te vergelijken met een verwarmingsinstallatie.

Je geeft de antwoorden op deze vragen op papier, tenzij anders is aangegeven.

EXAMEN VOORBEREIDEND WETENSCHAPPELUK ONDERWIJS IN 1979 , I. Dit examen bestaat uit 4 opgaven. " '"of) r.. I r. ',' t, J I i I.

Bewijzen en toegiften

De massadichtheid, dichtheid of soortelijke massa van een stof is de massa die aanwezig is in een bepaald

PRACTICUM SPRINGEN, KRACHT EN VERSNELLING

Inleiding opgaven 3hv

Om nu te berekenen hoeveel koelwater er per uur door een leiding stroomt, heb je een vergelijking of formule nodig. Je gebruikt de volgende formule:

NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE. Tweede ronde - theorie toets. 21 juni beschikbare tijd : 2 x 2 uur

Meesterklas Deeltjesfysica. Universiteit Antwerpen

Naam: examennummer:.

Henk meet: A. Coördinaattijd in het stelsel van de trein. B. Coördinaattijd in het stelsel van het perron. C. Eigentijd. D.

NATUURKUNDE 8 29/04/2011 KLAS 5 INHAALPROEFWERK HOOFDSTUK

Examen HAVO. natuurkunde (pilot) tijdvak 1 vrijdag 28 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Van atoom tot kosmos

Gravitatie en kosmologie maandag 7 oktober 2013 OPGAVEN WEEK 6

Examen VWO. natuurkunde 1,2. tijdvak 1 woensdag 20 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

natuurkunde 1,2 Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs

EXAMEN HOGER ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1975

Je geeft de antwoorden op deze vragen op papier, tenzij anders is aangegeven.

Toets 1 IEEE, Modules 1 en 2, Versie 1

NATUURKUNDE KLAS 5. PROEFWERK H8 JUNI 2010 Gebruik eigen rekenmachine en BINAS toegestaan. Totaal 29 p

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR UNIFORM EXAMEN HAVO 2015

Eindexamen wiskunde B1-2 havo 2002-II

Pretpark als laboratorium. Opdrachtenboekje secundair onderwijs

Ruimte, Ether, Lichtsnelheid en de Speciale Relativiteitstheorie. Een korte inleiding:

Afstanden en roodverschuiving in een Stabiel Heelal Inleiding.

Hoofdstuk 8 Hemelmechanica. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Eindronde Natuurkunde Olympiade 2014 theorietoets deel 1

figuur 1 80 afstand 70 (km)

natuurkunde (pilot) Bij dit examen is een herziene versie van de uitwerkbijlage verstrekt.

Naam: Klas: Repetitie Relativiteit (versie A)

EXAMEN VOORBEREIDEND WETENSCHAPPELIJK ONDERWIJS IN 1974

De Broglie. N.G. Schultheiss

Examen HAVO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

MAVO-D I CENTRALE EXAMENCOMMISSIE VASTSTELLING OPGAVEN CORRECTIEVOORSCHRIFT bij het examen NATUURKUNDE MAVO-D. Eerste tijdvak F-D

Elementaire Deeltjesfysica

Transcriptie:

Natk4All Leraren opleiding Speciale Relativiteitstheorie (leerjaar 2016-2017) February 5, 2017 Tijd: 2 uur 30 min Afsluitend Maximum Marks: 78+5(bonusopgave) 1. In wereld van serie Star-Trek kunnen mensen bijna instantaan van de ene plek naar de andere plek gebeamed worden. E ectief verplaatsen deze mensen zich met een snelheid van 12 15 c. Stel je voor dat kapitein Picard van het sterresnchip Enterprise zich naar een Klingon slagschip laat beamen. Ga ervan uit dat het slagschip en het sterrenschip Enterprise stilstaan ten opzichte van elkaar, in een stationaire baan rond een planeet. Het sterrenschip en het slagschip zijn een afstand van 2 104 km van elkaar verwijderd. Op het moment van het beamen scheert er een ander Vulkan slagschip vlak langs de Enterprise en het Klingon slagschip. De kapitein van het Vulcan slagschip zou toch gezworen hebben dat kapitein Picard eerst op het Klingon slagschip aangekomen is voordat hij op het sterrenschip Enterprise vertrokken was. Leg uit 1. (4p.) met welke snelheid moet dit Vulkan slagschip minimaal gevlogen moet hebben om het mogelijk te doen zijn dat in dit inertiaalstelsel kapitein Picard eerst aankomt voordat hij vertrekt 2. (2p.) en in welke richting om dit mogelijk te doen zijn. Vloog het Vulkan slagschip juist van het sterresnchip naar het Klingon slagschip toe, of juist in de andere richting? Hint; teken voor jezelf eens een Minkowski diagram hiervan. [6] 2. 1. (4p.) Bereken de snelheid waar mee de kapitein van het Vulcan slagschip kapitein Picard zag verplaatsen 2. (a) (3p.) Leid af, uit de Lorentztransformaties, dat twee snelheden u < c en v < c optellen tot een snelheid w als w= u+v 1 + uv c2 (1) (b) (2p.) en controleer of dit in deze situatie nog steeds op gaat. [9] 3. In figuur 1 is een stukje Minkowski grafiekpapier voor je gemaakt. Dit mag je voor deze opgave gebruiken. Een ster is 8 lichtjaar van ons verwijderd. Ee n van de tweelingen uit de tweelingparadox blijft hier op aarde terwijl de andere tweeling naar deze ster reist. De reis duurt 10 jaar. Daar keert hij om en keert in dezelfde tijd terug naar aarde. Naievelijk kan elk van de twee tweelingen claimen dat de ander jonger geworden is (deze heeft immers ten opzichte van de andere tweeling bewogen). Dit heeft de tweelingparadox. Student s name: Question 3 continues on the next page...

Natk4All Speciale Relativiteitstheorie Page 2 of 5 Figure 1: Minkowski diagram grafiekpapier Student s name: Please go on to the next page...

Natk4All Speciale Relativiteitstheorie Page 3 of 5 1. (3p.) Leg uit waarom de tweelingparadox geen paradox is. Leg hierbij duidelijk uit waarom de tweeling welke op reis geweest is inderdaad het jongst is gebleven bij terugkomst. 2. (5p.) Bepaal met behulp van het Minkowskigrafiekpapier hoe groot de sprong in de tijd is welke de reizende tweeling ondervindt als hij bij de ster van richting omdraait. 3. (4p.) In plaats van thuis te blijven reist nu de eerste tweeling in tegenovergestelde richting met dezelfde constante snelheid weg. Bepaal wanneer voor deze eerste tweeling de tweeling welke naar de ster geweest is weer op aarde aankomt. 4. (4p.) Bepaal wanneer deze eerste tweeling de tweede tweeling weer op aarde ziet aankomen. [16] 4. Positronium bestaat uit een elektron en een positron (zelfde als een elektron maar dan met een positieve lading) welke om elkaar heen draaien. 1. (3p.) In het ruststelsel van het positronium is de massa van het positronium minder dan de massa van twee vrije elektronen. Leg duidelijk uit waarom dit zo is. Leg hierbij duidelijk uit welk e ect het bewegen van het elektron en het positron heeft op de massa. Geef duidelijk aan of deze bijdrage tot de massa positef of negatief is. 2. Na een poosje zal het positronium vervallen in twee fotonen uit impulsbehoud kun je afleiden dat er twee fotonen moeten ontstaan die ieder met dezelfde impuls in tegenovergestelde richting vertrekken. (3p.) Leid af dat voor fotonen moet gelden p = h. (2) Je mag hierbij gebruik maken dat de energie van een foton gegeven is als E = hf (3p.) Leid uit energie en impulsbehoud af dat in dit geval moet gelden h = mc 2 (3) [9] 5. Kosmische straling uit het diepe heelal komt in de hogere regionen van de atmosfeer in contact met lucht en produceert daarbij muonen: de zwaardere variant van elektronen. Vanwege de hoge energie van de kosmische straling hebben de geproduceerde muonen een hoge snelheid waarmee ze richting het aardoppervlak reizen. Nu is het zo dat muonen (gemiddeld) slechts 2.2 10 6 seconden leven voor zij uiteen vallen, zoals bezien in het inertiaalstelsel waarin ze in rust zijn. In deze opgave mag de leeftijd van deeltjes als vaste waarde (in tegenstelling tot een gemiddelde waarde) worden genomen. Stel dat de muonen nét lang genoeg leven om op het aardoppervlak aan te komen: ze vallen uit elkaar precies op het moment dat zij het aardoppervlak bereiken. Volgens een (foutieve!) berekening zou de snelheid van deze muonen gegeven worden door: v = oftewel: de muonen zijn sneller gegaan dan het licht. 8000 meter 2.2 10 6 seconden =3.6 108 m/s, (4) Student s name: Please go on to the next page...

Natk4All Speciale Relativiteitstheorie Page 4 of 5 1. (4p.) Leg uit waar de fout in deze berekening zit, en bereken de werkelijke snelheid die deze muonen hebben Vanaf nu zullen we ervan uitgaan dat de muonen een snelheid hebben van v =0.998 c. 2. (3p.) Toon aan dat, zoals bezien in het inertiaalstelsel van het aardoppervlak, de muonen het aardoppervlak bereiken voor zij uiteen vallen. 3. (3p.) Toon aan dat, zoals bezien in het inertiaalstelsel van de muonen zelf, zij het aardoppervlak kunnen bereiken voordat zij uiteen vallen. Behalve muonen produceert kosmische straling eveneens pionen. Pionen hebben een leeftijd die 100 keer korter is dan die van muonen. De pionen worden op dezelfde hoogte boven het aardoppervlak gemaakt als muonen, en reizen met dezelfde snelheid richting de aarde. 4. (2p.) Laat met een berekening zien of de pionen het aardoppervlak bereiken voor zij uiteenvallen. [12] 6. Een mier op een skateboard: Over het trottoir rijdt een skateboard voorbij met daarop een mier. Ten opzichte van het trottoir gaat het skateboard met een snelheid van 3 5 c. Het skateboard zelf heeft een rustlengte van 1.0 meter lang. De mier loopt van de achterkant naar de voorkant van het skateboard, en doet dit met een snelheid van 4 5 c ten opzichte van het board. 1. (4p.) Bereken hoe lang het duurt voor de mier zijn loopje gedaan heeft, zoals bezien in het inetiaalstelsel van het skateboard. Bereken wat de snelheid is van de mier ten opzichte van het inertiaalstelsel van het trottoir. 2. (4p.) Bereken hoe lang het duurt voor de mier zijn loopje gedaan heeft, zoals bezien in het inertiaalstelsel van het trottoir. 3. (4p.) Bereken hoe lang de mier zelf zijn loopje vindt duren. [12] 7. Dubben over dobbers: Een dobber dobbert stilletjes op een meertje. Het feit dat de dobber drijft, betekent dat zijn dichtheid kleiner is dan die van het water. Deze dichtheid geldt voor een waarnemer die stil staat ten opzichte van de dobber. Stel dat iemand met hoge snelheid langs de waterkant rent en de dobber gade slaat. 1. (5p.) Leid een formule af waarmee de dichtheid van de dobber, zoals bezien door de rennende waarnemer, berekend kan worden wanneer bekend is 2. De renner doet de volgende uitspraak: Als ik maar hard genoeg ren ten opzichte van de waterkant, zal de dobbers dichtheid zó erg toenemen dat zij zal zinken. 3. (3p.) Leg uit of de renner gelijk heeft. Even verderop drijft een tweede dobbertje bij een dam van kippengaas. Door een flinke windstoot krijgt de rivier opeens een flink hoge stroomsnelheid: het water stroomt met Student s name: Question 7 continues on the next page...

Natk4All Speciale Relativiteitstheorie Page 5 of 5 een relativistische snelheid (dit wil zeggen: dicht bij die van het licht) door de dam heen. Het dobbertje wordt door het gaas tegengehouden. Wanneer water en dobber in rust zouden zijn ten opzichte van elkaar, zou de dobber blijven drijven. 4. (5p.) Bonusopgave. (deze kan alleen punten bijtellen, niet aftrekken) Beredeneer of, bij een genoeg hoge stroomsnelheid, de dobber zal drijven of zinken. Bekijk bij deze beredenering de situatie vanuit het ruststelsel van de dobber, en vanuit het ruststelsel van het stromende water. [17] Student s name: End of exam