Competentieprofiel Apothekersassistent



Vergelijkbare documenten
Competentieprofiel Apothekersassistent farmaceutische patiëntenzorg

Competentieprofiel Apothekersassistent kwaliteitszorg

Competentieprofiel Coördinerend Apothekersassistent

Competentieprofiel Teamleider

Competentieprofiel Drogisterijmedewerker

Competentieprofiel Farmaceutisch consulent

Competentieprofiel Farmaceutisch manager

Geneesmiddelenkennis

COMPETENTIEPROFIEL MEDEWERKER KEUKEN COZ SINT - JOZEF

Functiebeschrijving administratief medewerker A

COMPETENTIEPROFIEL ZORGKUNDIGE COZ SINT - JOZEF

COMPETENTIEPROFIEL VERPLEEGKUNDIGE COZ SINT - JOZEF

APOTHEKERSASSISTENT (niveau 4) KENNISCENTRUM VOOR LEREN IN DE PRAKTIJK IN ZORG, WELZIJN EN SPORT

NAN 2006 Richtlijn 1 Behandelingsovereenkomst

Jeugdwerker (vakantieaanbod) - tijdelijk

Functiebeschrijving Kraamverzorgende

Apotheek Diaconessenhuis Leiden

Jeugdwerker (jongerencultuur) - tijdelijk

Medewerker financiele administratie CB. Bedrijfsvoering -> Financieel Economische zaken

MEDEWERKER ACTIES EN EVENEMENTEN

Competentieprofiel. Maatschappelijk werker

Rapport naar aanleiding van het inspectiebezoek aan Apotheek van Maarseveen op 9 april 2019 te Hilversum. Utrecht, April 2019

Concept Protocol medicatiebeheer en overdracht medicatiegegevens

Functiebeschrijving Medewerker Service Desk

Body of Knowledge. Kwalificatiedossier Apothekersassistent. Werkversie /5 Apothekersassistent v0.1

Functiebeschrijving begeleider A

NAN 2006 Richtlijn 3 Evaluatie en nazorg van de farmaceutische zorg- en dienstverlening

Uitvoeren van beheersmatige werkzaamheden met betrekking tot locatie(s), systemen, gegevens en bedrijfsvoering.

p a t i ë n t e n i n f o r m a t i e 2

Functie en competentieprofiel HULPKOK

Kerntaak B1-K1: Voert dienstverlenende werkzaamheden uit

Kerntaak 1: Werkt met natuurlijke/levende/plantaardige producten

Casusinformatie behorende bij de functie van Klantmanager 1 GEMEENTE ZOETERMEER Functiefamilie : Functienaam : Niveau : 1. Typering Functiefamilie

Competentiewoordenboek niet-kaderleden

Service Apotheek MFB S IN HANDBOEK. Datum:

Kerntaak 1: Repareert, onderhoudt en maakt standaard revalidatiehulpmiddelen afleveringsklaar

Departement Burger en Vrije Tijd Binnenschoolse Opvang. administratief

Verpleegkundig Centralist/ Verpleegkundig Centralist i.o.

Keuzedeel mbo. Zorg en technologie. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0137

T: Instructies en procedures opvolgen. 1.2.Bereidt de uitvoering

Apotheek. Catharina Apotheek.

Functieprofiel doktersassistent(e)

De Medewerker Administratie valt onder de Directeur. De Medewerker Administratie legt verantwoordelijkheid af aan de Directeur.

OPLEIDING HELPENDE ZORG EN WELZIJN TOETS BEROEPSOPDRACHT

St. Antonius Apotheek

Beoordelingsformulier

Functiebeschrijving medewerker technische dienst: garage

10 Nulmeting kerntaak B1-K4

Functieprofiel Ambulanceverpleegkundige (uitgebreid)

Apotheek Casa Cura. Welkom bij uw apotheek waar u centraal staat!

Competenties op het gebied van Management en Leidinggeven

Trajectlijn keuzedeel Zorg en Technologie Code K SBU - niveau 3 Gekoppeld aan Verzorgende- IG (3) en Maatschappelijke Zorg (3)

Gemeentebestuur Knokke-Heist Competentiewoordenboek kaderleden Januari 2005

Portier/baliemedewerker

Uitvoeren van beheersmatige werkzaamheden met betrekking tot locatie(s), systemen, gegevens en bedrijfsvoering.

Kerntaak 1: Bieden van farmaceutische patiëntenzorg

Medicatieoverdracht protocol Verpleeghuizen

Werktrajectbegeleider

Functiebeschrijving. Hajnadi Klimaattechniek BV Service Coördinator Printdatum

COMPETENTIEPROFIEL ADMINISTRATIE ONTHAAL IN COZ SINT - JOZEF

Uitvoeren van beheersmatige werkzaamheden met betrekking tot locatie(s), systemen, gegevens en bedrijfsvoering.

Beoordelingsformulier beroepspraktijkvorming

GEZINSONDERSTEUNEND WERK ONDERZOEK NAAR COMPETENTIES BIJ VRIJWILLIGERS EN PROFESSIONALS

Functiebeschrijving technisch administrateur (junior)

Competentie Definitie % Nodig % Ontwikkeld

Kerntaak 2: Verricht administratiewerkzaamheden

Organisatie: KadeZorg Functie: Verzorgende IG nv. 3

Toelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg

FUNCTIEFAMILIE 1.2 Klantenadviserend (externe klanten)

Functiebeschrijving TEAMVERANTWOORDELIJKE CULTUURCENTRUM A1a2a3a

FUNCTIEBESCHRIJVING: Gemeenschapswacht

COMPETENTIEPROFIEL PARAMEDICUS COZ SINT - JOZEF

Evaluatieformulieren

Communiceren met de doelgroep voor OA en PW Kinderopvang

Functiebeschrijving MAATSCHAPPELIJK ASSISTENT B1-B3

Competenties. Overzicht

Het adviseren over, ontwikkelen, uitvoeren of handhaven van beleidsterreinen en beleidsprocessen.

VOORTGANGSRAPPORTAGE Pedagogisch Werk Jeugdzorg BOL Leerjaar 2 Praktijk

Functiebeschrijving CLUSTERVERANTWOORDELIJKE NIET-VERPLICHTE HULPVERLENING B4-B5

B1 - DESKUNDIGE LEIDINGGEVENDE

Deskundige ICT - systeembeheerder

Woonzorgcentrum De Berk

Kerntaak 1: Voert onderhoud uit aan motorfietsen

Functiebeschrijving secretaresse

Gespreksformulieren LB personeel Dommelgroep

Functiebeschrijving Teamleider Huisvesting (facilitair)

Manager Medische Hulpmiddelen

PREZZENT Functiebeschrijving. Persoonlijk begeleider. Datum februari 2012 FWG 40 A: DOELOMSCHRIJVING

Functiebeschrijving 1. FUNCTIETITEL. Beleidsmedewerker woonzorgcentrum 2. GLOBAAL DOEL VAN DE FUNCTIE

In de praktijk wat kan, op school wat moet

Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Toedienen van medicijnen 6

2. Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken. Oordeel voldoende / onvoldoende * Instelling: Fase: 1 2 3*

CVO groep Zuidoost-Utrecht. Bedrijfsvoering -> PR & Communicatie. Beleids- en bedrijfsvoeringsondersteunende werkzaamheden

Functieprofiel: Ondersteuner ICT Functiecode: 0405

Keuzedeel mbo. Triage. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0289

Beleidsdocument CLIENTVERTROUWENSPERSOON

PLAATS VAN DE FUNCTIE

Het mede verzorgen van de dagelijkse restauratieve voorzieningen en de uitbrengmaaltijden.

OPLEIDING HELPENDE ZORG EN WELZIJN TOETS BEROEPSOPDRACHT. Beroepstaak C Helpen bij (sociale) activiteiten. Niveau Gevorderd

Welkom bij de Radboudumc Apotheek

Transcriptie:

Competentieprofiel Apothekersassistent 1 Competenties Overal waar zij staat, wordt ook hij bedoeld Hieronder worden de competenties beschreven van de apothekersassistent. Deze competenties gelden ook voor AA farmaceutische patiëntenzorg, AA Kwaliteitszorg, en coördinerende AA. De specifieke competenties voor deze functies zijn apart beschreven. De apothekersassistent bezit de volgende competenties: Stressbestendigheid Effectief blijven presteren onder tijdsdruk, bij tegenslag, teleurstelling of tegenspel. Samenwerken Bijdragen aan een gezamenlijk resultaat, door het maken van werkafspraken en collega s te helpen en te ondersteunen. Integriteit Het hanteren en handhaven van algemeen aanvaarde en bedrijfsnormen en -waarden op zowel sociaal, ethisch als professioneel vlak. Organiseren van eigen werk Effectief het eigen werk organiseren door het plannen van activiteiten om zo beschikbare tijd en energie te richten op hoofdzaken en acute problemen. Mondelinge communicatie Ideeën, meningen en informatie aan anderen duidelijk maken, gebruik makend van duidelijke taal, non-verbale communicatie en relevante middelen, hierbij rekening houdend met de gevoelens van anderen. Kwaliteitsgerichtheid Continu hoge eisen stellen aan de kwaliteit van het afgeleverde werk door accuraat handelen. Werken volgens procedures en werkafspraken en actief bijdragen aan het verbeteren hiervan. Beoordelingsvermogen Op basis van beschikbare informatie juiste conclusies trekken en keuzes maken. Cliëntgerichtheid Signaleren van en inleven in wensen en behoeften van de cliënt en werkwijze hierop afstemmen. Hoge prioriteit geven aan service en cliënttevredenheid. 2 Doel van de functie De apothekersassistent verricht werkzaamheden met betrekking tot het klaarmaken,bereiden, mede bewaken, controleren en ter hand stellen van genees- en zelfzorgmiddelen. En geeft daarover voorlichting en advies op zodanig wijze dat wordt bijgedragen aan een cliëntgerichte en foutloze dienstverlening. 3 Organisatorische context De apothekersassistent: bewaakt de voorraad; ontvangt functionele richtlijnen van de apotheker, farmaceutisch manager en of teamleider; ontvangt hiërarchisch leiding van de apotheker, farmaceutisch manager of teamleider; ontvangt functionele richtlijnen van de apotheker; geeft geen leiding aan andere apothekersassistenten; geeft aanwijzingen en werkbegeleiding aan stagiairs, BBL-ers, algemeen ondersteunende medewerkers en nieuwe apothekersassistenten. 28

4 Benodigde kennis en vaardigheden Van de apothekersassistent wordt verwacht dat zij bij instroom in de functie de volgende kennis en vaardigheden bezit: bouw en functie van het menselijk lichaam; (zelfzorg)geneesmiddelen en farmaceutische producten (namen, werkzame bestanddelen, sterktes, toedieningswegen en farmaceutische vormen, hulpstoffen, gebruik, werking, dosering, indicaties, contra-indicaties, interacties, ongewenste groepen, dubbelmedicatie, bijwerkingen, bewaarcondities, prijs/kosten/vergoedingen); verbandmiddelen en medische hulpmiddelen (namen, werking en gebruik); zelfzorgstandaarden KNMP; wet- en regelgeving; of weet waar zij deze wetten kan naslaan (Opiumwetgeving, Wet BIG, Nederlandse Apotheek Norm (NAN), Nederlandse Ziekenhuis Apotheek Norm (ZAN) en Wet Op Geneesmiddelenvoorziening (WOG)); kenmerken en vergoedingregels van de zorgverzekering; communiceren met cliënten; bereiden van geneesmiddelen; systematisch werken; werken met Word, e-mail en internet; mondelinge en schriftelijke uitdrukkingsvaardigheden in de Nederlandse taal; rekenkundig inzicht; kennis hebben van een apotheekinformatiesysteem. 5 Benodigde persoonlijkheidskenmerken Van de apothekersassistent wordt verwacht dat zij bij instroom in de functie: veerkrachtig op stress reageert en kalm, evenwichtig en zelfverzekerd is; zich tolerant ten opzichte van anderen opstelt, een teamspeler is en vriendelijk, sociaal, behulpzaam is; zich doelgericht gedraagt en verantwoordelijk, besluitvaardig, nauwkeurig, zorgvuldig, ordelijk, hygienisch en stipt is; open staat voor vragen van cliënten en zich dienstverlenend opstelt. 6 Ontwikkelingen in het werk Recente ontwikkelingen in het werk van een apothekerassistent zijn: intensievere cliëntenvoorlichting; meer aandacht voor kwaliteitszorg: er wordt meer eigen bijdrage van de apothekersassistent verwacht; meer mondige cliënten; meer nadruk op klantgerichtheid; minder bereidingen; toename vereiste geneesmiddelenkennis; verhoging van de werklast (door protocol, communicatie en preferentiebeleid); meer parttimers; meer bijzondere medicijnbereidingen; toename diversiteit van groepen cliënten, zoals allochtonen en ouderen; meer automatisering; toename vereiste kennis omtrent wet- en regelgeving zorg; toename adviserende rol m.b.t. farmaceutische patiëntenzorg; invoering WGBO: apotheek medeverantwoordelijk voor behandelresultaat cliënt; meer koppelverkoop; meer baxterwerkzaamheden omdat thuiszorg dit niet meer doet. 29

7 Resultaatgebieden De apothekersassistent wordt aangesproken op de volgende resultaatgebieden: Afhandeling van recepten Draagt zorg voor de afhandeling van recepten binnen de apotheek volgens protocol, opdat de cliënt tevreden en met de juiste medicatie naar huis gaat. aannemen van een recept; aanschrijven in de computer; afhandelen van de cliëntgebonden melding; toepassen van medicatiebewaking; eventueel vragen om toelichting van de cliënt; eventueel vragen om hulp van de voorschrijver of apotheker; klaarmaken of bereiden; controleren van de medicatie; ter hand stellen van de medicatie; verstrekken van relevante informatie; vastleggen van wijzigingen in cliëntgegevens. Voorlichting en begeleiding van geneesmiddelengebruikers Adviseert geneesmiddelengebruikers volgens protocol en standaarden, opdat zij met de passende informatie naar huis gaan. communiceren met de cliënt over medicatie en hulpmiddelen; begeleiden van cliënten bij een eerste en tweede uitgifte; begeleiden van cliënten tijdens thema-avonden of weken. Handverkoop Adviseert cliënten met behulp van de WHAM-vragen en de standaarden van de KNMP, opdat zij met een juist advies of product naar huis gaan. adviseren over zelfzorggeneesmiddelen met behulp van de WHAM-vragen en standaarden van de KNMP; verkopen van zelfzorggeneesmiddelen aan de cliënt; toepassen van medicatiebewaking via de computer volgens richtlijnen van de apotheker. Logistiek Houdt de voorraad bij en bewaakt deze, zodat aan de vraag van cliënten kan worden voldaan. controleren van de voorraad op aantallen, vervaldatum en doorlooptijd; bestellen van benodigde producten bij de groothandel; controleren en administratief verwerken van de binnengekomen voorraad; opbergen van nieuw binnengekomen voorraad; bijhouden van veranderingen in het assortiment. 30

8 Kritische beroepssituaties De apothekersassistent krijgt dagelijks te maken met lastige ofwel kritische situaties, waarbij bepaald gedrag juist wel wordt verwacht (R) en ander gedrag beslist niet (Q). Deze kritische beroepssituaties zijn: Ongeruste/ twijfelende cliënt R Ongerustheid of twijfel bij de cliënt wegnemen. Bij merkbare aarzeling van de cliënt, checken of alles duidelijk is voor de cliënt. Vragen beantwoorden. Kennis over de werking van het medicijn gebruiken om de cliënt gerust te stellen. De cliënt overtuigen van de werking van het medicijn en het verwachte positieve effect op de klachten. Wanneer het niet lukt om de ongerustheid weg te nemen, de hulp inroepen van een collega of van de apotheker. Q Geen aandacht geven aan aarzelingen of ongerustheid van de cliënt, of de cliënt de boodschap geven dat deze zich aanstelt. Onvolledig, onduidelijk of verkeerd voorgeschreven recept R Rustig en vriendelijk vragen stellen over het recept, naar de cliënt luisteren en zonodig begrip tonen. De situatie uitleggen en samen met de cliënt tot een oplossing komen. Verder de resterende onvolkomenheden oplossen in overleg met collega s, de apotheker of eventueel de voorschrijver. Q Het lastige recept onder op de stapel leggen en denken dat iemand anders het wel oplost. Fouten rondom de behandeling van een recept R Nagaan wat er fout is gegaan en waarom. Deze fout zo snel mogelijk herstellen conform de afspraken hierover in de apotheek, eventueel in overleg met de apotheker (bijvoorbeeld wanneer een recept verkeerd is afgeleverd). Fouten melden (liefst schriftelijk) aan collega s, zodat het team ervan kan leren. Q De fout ontkennen en er onverschillig mee omgaan. Onbegrip of boosheid van een cliënt R Rustig en vriendelijk blijven, de cliënt laat uitrazen, luisteren en begrip tonen. De situatie uitleggen en samen met de cliënt tot een oplossing komen. Verder nagaan of de cliënt tevreden is. Wanneer dit niet het geval is, de hulp inroepen van de apotheker. Q In de verdediging gaan, boos worden, de cliënt niet serieus nemen of kortaf en onverschillig zijn. Hoge werkdruk R Prioriteiten stellen, kalm en geconcentreerd blijven doorwerken en waar mogelijk in overleg met cliënten een (later) tijdstip van aflevering afspreken. Bij langdurige of structurele werkdruk dit doorgeven aan de apotheker od leidinggevende. Q Gehaast, gestrest of chaotisch gaan werken, mopperen of onbeleefd zijn tegen cliënten. Slechte overdracht van een collega R Slecht overgedragen werk toch uitvoeren en proberen op te lossen. Op een later tijdstip het voortouw nemen om (opnieuw) werkafspraken te maken met Q Het laten liggen van het werk.. Bereiding van niet-gestandaardiseerde geneesmiddelen R Overleggen met de apotheker om een bereidingsprotocol op te stellen. Q Vertrouwen op ervaring en zonder overleg actie ondernemen of zonder protocol werken. Feedback geven aan medewerker in opleiding R Op het juiste moment een medewerker in opleiding feedback geven over haar handelen. Feedback geven vanuit de ik-boodschap. Uitleggen en laten zien hoe iets gedaan moet worden en waarom dit zo is. Regelmatig bespreken hoe het gaat en waar een medewerker in opleiding ondersteuning wenst. Tijdens foutieve handelingen aan de balie respectvol ingrijpen. Q Geen aandacht geven aan medewerker in opleiding die niet zeker is of niet goed weten wat te doen. Tijdens een handeling aan de balie met de klant het werk overnemen van de medewerker in opleiding of hardop vertellen dat iets niet goed gaat. 31

9 Concrete gedragsvoorbeelden Competentie Afhandeling recepten Voorlichting en begeleiding Handverkoop Logistiek Stressbestendigheid Gaat indien nodig flexibel om met de werkplanning. Gaat indien nodig flexibel om met de werkplanning. Gaat indien nodig flexibel om met de werkplanning. Bestelt alternatief wanneer gevraagd product niet in Blijft rustig, zorgvuldig en nauwkeurig werken bij drukte. Maakt bij drukte een Blijft bij drukte voorlichting Blijft bij drukte de WHAMvragen stellen. voorraad is. Samenwerken Integriteit Organiseren van het eigen werk Mondelinge communicatie geven of maakt afhankelijk van de cliëntsituatie bij drukte een afspraak om op een later tijdstip voorlichting te geven. leveringsafspraak met de cliënt. Controleert recept van Verdeelt samen met de collega s de Laat het recept daar waar voorlichtingstaken. nodig controleren door een Schakelt collega in aan de collega. balie bij drukte. Overlegt zonodig met Schakelt collega in om derden. instructie te geven. Vraagt hulp aan collega s Vraagt hulp aan collega s indien nodig. indien nodig. Helpt Helpt collega s wanneer zij collega s wanneer zij vragen hebben. vragen hebben. Valt in voor collega bij Zorgt voor afwezigheid. kennisoverdracht bij Valt in bij de balie bij drukte. in opleiding tips, in opleiding tips, aanwijzingen en advies en aanwijzingen en advies en legt uit hoe iets werkt. legt uit hoe iets werkt. Behandelt de cliënt en Behandelt de cliënt en collega s respectvol. collega s respectvol. Past gespreksvolume aan Zorgt voor voldoende situatie aan. privacy bij privacygevoelige Noemt productnamen niet onderwerpen of wanneer hardop. de cliënt daartoe signalen Brengt geen informatie van uitzendt. cliënten naar buiten. Houdt rekening met de herkenbaarheid van privacygevoelige producten. Werkt volgens het rooster. Werkt volgens het rooster. Geeft prioriteit aan urgente Draagt zorg voor een zaken. goede overdracht aan Draagt zorg voor een goede overdracht aan Evalueert werkwijze in het Evalueert werkwijze in het Spreekt correct en Spreekt correct en begrijpelijk Nederlands. verstaanbaar Nederlands. Laat de cliënt uitpraten. Stelt vragen over wat de Stelt vragen wanneer informatiebehoefte is van gegevens in het recept de cliënt. ontbreken of onduidelijk Geeft duidelijke instructie. zijn. Gaat na of alles duidelijk is Gaat na of alles duidelijk is voor de cliënt. voor de cliënt. /of Past gespreksvolume aan afspraken vast. situatie aan. Informeert cliënt over in opleiding gevraagd en reden van vertraging. ongevraagd feedback over wat en hoe zij iets doet. in opleiding gevraagd en ongevraagd feedback over wat en hoe zij iets doet. Ondersteunt collega s indien mogelijk bij drukte. Vraagt hulp aan collega s indien nodig Helpt collega s wanneer zij vragen hebben. in opleiding tips, aanwijzingen en advies en legt uit hoe iets werkt. Vraagt alleen naar relevante informatie. Gebruikt alleen relevante informatie in het advies. Noemt privacygevoelige productnamen niet hardop. Werkt volgens het rooster. Draagt zorg voor een goede overdracht aan Evalueert werkwijze in het Spreekt correct en verstaanbaar Nederlands. Stelt WHAM-vragen om de klacht van de cliënt helder te krijgen. Vraagt door wanneer de WHAM-vragen niet voldoende zijn beantwoord. Formuleert een helder advies. Gaat na of alles duidelijk is voor de cliënt. in opleiding gevraagd en ongevraagd feedback over wat en hoe zij iets doet. Overlegt met leveranciers over aanlevering van geneesmiddelen. in opleiding tips, aanwijzingen en advies en legt uit hoe iets werkt. Werkt volgens het rooster. Draagt zorg voor een goede overdracht aan Evalueert werkwijze in het Spreekt correct en verstaanbaar Nederlands. Wisselt telefonisch informatie uit met de leveranciers over bestellingen. Legt afspraken met leveranciers vast. in opleiding gevraagd en ongevraagd feedback over wat en hoe zij iets doet. 32

Competentie Afhandeling recepten Voorlichting en begeleiding Handverkoop Logistiek Kwaliteitsgerichtheid Controleert gegevens op het recept. Vult ontbrekende gegevens in. Voert medicatiebewaking uit. Controleert via een afleversysteem. Voert controle uit op eigen bereiding. Zorgt voor tweede controle voor recept. Controleert de kwaliteit van het eindproduct. Legt wijzigingen in de Werkt volgens protocollen en procedures. Geeft relevante informatie mee. afspraken vast in Dossier (EMD) Zorgt dat ook bij drukte de balie en de werkplek netjes blijven. Stelt WHAM-vragen om de klacht van de cliënt helder te krijgen. Voert zonodig medicatiebewaking uit. Adviseert volgens de standaarden voor zelfzorg van de KNMP. afspraken vast in Dossier (EMD) Zorgt dat ook bij drukte de balie en de werkplek netjes blijven. Zorgt dat het assortiment op peil is. Kijkt vervaldatum na met behulp van een systeem. Stelt een minimumvoorraad vast in overleg met de leidinggevende. Telt de voorraad. afspraken vast in Dossier (EMD). medicatie vast. Registreert klachten en interne fouten in het Dossier (EMD). afspraken vast in het Dossier (EMD). Zorgt dat ook bij drukte de balie en de werkplek netjes blijven. Beoordelings vermogen Signaleert Treedt bij twijfel in contact Bepaalt of de cliënt de Signaleert afwijkende Cliëntgerichtheid probleemrecepten en meldt dit bij de leidinggevende. Beoordeelt recept op combinatie met overig medicijngebruik en (indien bekend) ook met elders gehaalde medicijnen. Beoordeelt de meldingen die de computer geeft. Treedt bij twijfel in contact met de cliënt, apotheker of voorschrijver. Stelt prioriteiten binnen de werkzaamheden. Signaleert problemen van met de cliënt, apotheker of voorschrijver. Stemt informatie af op de situatie en de behoefte van de cliënt. Weegt af of verwijzing naar zorgverlener nodig is. Signaleert problemen van werkelijke behoefte heeft verteld. Weegt af of doorverwijzing naar zorgverlener nodig is. Biedt alternatief aan bij vermoeden dat een ander middel geschikter is. Raadt gebruik van een middel af indien noodzakelijk. Signaleert problemen van Groet de cliënt. Geeft indien gewenst Stelt WHAM-vragen om Houdt de aandacht bij de mondelinge of de behoeften van de cliënt cliënt tijdens het gesprek. schriftelijke instructie helder te krijgen bij een Informeert de cliënt over hulpmiddelen of klachtvraag. over de voortgang bij medicijnen, zonodig in een Houdt de aandacht bij de receptafhandeling. aparte ruimte. cliënt tijdens het gesprek. Maakt in overleg met de Past duur en intensiteit Herkent (in)directe wensen cliënt een vervolgafspraak voorlichting aan de van de cliënt. of laat gevraagde behoefte van de cliënt aan. Biedt eventueel een producten thuisbezorgen. Biedt de cliënt aan om alternatief aan voor het Reageert adequaat in bij vragen contact op te gevraagde product. conflictsituaties. nemen. Loopt pas weg als het Loopt pas weg als het Beantwoordt (telefonische) contact met de cliënt is contact met de cliënt is vragen. afgerond. afgerond. producten of aantallen in de bestelling. Weegt af welk alternatief kan worden besteld wanneer de gewenste producten niet in voorraad zijn bij de groothandel. Signaleert problemen van Stemt het assortiment af op de vraag van cliënten en voorschrijvers binnen de randvoorwaarden of in overleg met leidinggevende. Adviseert een alternatief wanneer door cliënt gevraagde product niet op voorraad is. Vraagt informatie op voor de cliënt. 33