Zoals afgelopen dinsdag 10 oktober besproken, ontvangen jullie hierbij ons nieuwe uitgewerkte voorstel Jong voor Oud, inclusief de achterliggende aannames en uitgangspunten. Ik hecht er waarde aan te vermelden dat het Jong voor Oud voorstel voortkomt uit de cao-afspraak uit de cao 2015-2017. 14. Onderzoek jong voor oud Partijen onderzoeken of er mogelijkheden zijn om kostenneutraal het minder werken door oudere medewerkers te realiseren en de hierdoor ontstane behoefte met (jonge) medewerkers in te vullen. De inzichten hierover zullen voor 1 april 2016 in het vakbondsoverleg worden besproken. FNV Spoor heeft het initiatief genomen om binnen NS afspraken te maken en regelingen te ontwerpen die mogelijkheden gaan bieden voor zowel werknemers, die aan het begin van hun carrière staan als hun (toekomstige) collega s die het einde van hun loopbaan zien naderen. Hiermee bieden we jongeren een kans op een goede baan bij NS. Tegelijkertijd krijgen oudere werknemers de kans om een stapje terug of opzij te maken zodat hun inzet beter overeenkomt met hun (fysieke en mentale) mogelijkheden. Daardoor wordt het mogelijk dat ze op een goede, soepele manier worden vervangen op het moment dat zij het bedrijf door pensionering gaan verlaten. Voor NS betekent het meer evenwicht in leeftijdsverdeling bij het personeel. Voorstel voor de vormgeving van Jong voor Oud 1. Jong voor Oud is een regeling waarbij oudere medewerkers minder kunnen gaan werken. Dit stelt oudere medewerkers in staat om op een goede en gezonde manier hun pensioenleeftijd te bereiken. Doordat oudere medewerkers minder gaan werken, ontstaat de ruimte voor het aantrekken van jongere medewerkers. 2. Jong voor Oud maakt het voor oudere medewerkers mogelijk om minder te gaan werken met behoud van een bepaald percentage salaris en volledige pensioenopbouw. Het is een vrijwillige keuze van de werknemer of hij al dan niet wil gaan deelnemen aan Jong voor Oud. 3. De regeling Jong voor Oud maakt met de totale Regeling voor Oudere Werknemers integraal onderdeel uit van het brede beleid op Duurzame Inzetbaarheid van werknemers. 4. De nieuwe Jong voor Oud regeling zal met ingang van (1 januari 2018?) worden ingevoerd. Partijen gebruiken de tijd om tot aan deze invoeringsdatum via een paritaire werkgroep verschillende aspecten van Jong voor Oud verder met elkaar af te stemmen en daar waar nodig nadere regels op te stellen voor de technische uitvoering. 5. De kern van de nieuwe regeling Jong voor Oud is de mogelijkheid voor werknemers vanaf 61 jaar om op vrijwillige basis te kiezen voor overgang naar: Een 28-urige werkweek met 91% salaris en 100% pensioenopbouw Een 24-urige werkweek met 82,7% salaris en 100% pensioenopbouw De werknemer kan zelf het moment bepalen van deze verkorting van de arbeidsduur. Ook kan hij de overgang naar kortere werkweek in stappen doen, dus een eerste stap naar 28 uur en later de tweede stap naar 24 uur. 6. De nieuwe Jong voor Oud regeling is aanvullend op de bestaande cao-regelingen, te weten: Verlofuren (art. 28) Vrije uren (art. 29) Werktijdverkorting oudere werknemer (OW art. 105) Compensatie Onregelmatigheid (CO, art. 110) GIOW Garantieregeling voor Inkomensvermindering van Oudere Werknemers (art. 83) RO - Regeling Oudere werknemers (hst 12, bijl. 3, art. 16). Van deze RO-regeling blijft de regeling voor 50 en 55 jaar bestaan en wordt de regeling voor 61 en 63 jaar bij accordering van de Jong voor Oud regeling hierop aangepast.
7. Voor werknemer met een dienstverband van minder dan 36 uur, wordt deze regeling toegepast naar rato van de omvang van zijn dienstverband. 8. De werknemer krijgt geen arbeidsovereenkomst op basis van zijn nieuwe overeengekomen kortere werkweek, maar hij behoudt zijn overeengekomen arbeidsovereenkomst met NS. Hij ontvangt aanvulling op het deeltijdsalaris in de vorm van een toelage welke zal meegroeien met de algemene salarisverhogingen op grond van de cao. 9. De pensioenopbouw (zowel de opbouw van het ouderdoms- als nabestaandenpensioen) van de werknemer die deelneemt aan Jong voor Oud, zal gedurende deze deelname worden gehandhaafd op 100% van het bij de oude contractomvang behorende pensioengevend jaarsalaris van de werknemer. De pensioenpremie over de toelage wordt volgens de bestaande systematiek verdeeld. De pensioenpremie over het gedeelte tot aan 100% van het bij de oude contractomvang behorende pensioengevend jaarsalaris, zal volledig door de werkgever worden betaald. 10. De werknemer die deelneemt aan Jong voor Oud brengt gedurende zijn jaren van deelname zijn extra verlofuren voor ouderen (art. 29 van de cao) ter waarde van 2,0 uren maal de contractuele arbeidsduur in. Voor een fulltimer is dat 72 uren op jaarbasis, voor de parttimer naar rato van zijn dienstverband. Deze uren worden ingebracht als bron voor medefinanciering voor deelname van de werknemer aan Jong voor Oud. 11. De werknemer die deelneemt aan Jong voor Oud brengt gedurende zijn jaren van deelname zijn vrije uren op grond van de Werktijdverkorting oudere werknemer (OW art. 105) in. Deze uren worden ingebracht als bron voor medefinanciering voor deelname van de werknemer aan Jong voor Oud. 12. De werknemer die deelneemt aan Jong voor Oud behoudt gedurende zijn jaren van deelname zijn compensatie onregelmatigheid, voor zover van toepassing (CO, art. 110) in. Deze compensatie onregelmatigheid kan naar wens van de werknemer in tijd of in geld worden genoten. 13. Bij ziekte en arbeidsongeschiktheid wordt de uitkering over het nieuwe loon (inclusief de toelage) berekend. Bij langdurige arbeidsongeschiktheid wordt de werknemer na een jaar de keuze voorgelegd tussen voortzetting van de regeling dan wel terugkeren naar de oude afspraken over omvang arbeidstijd. 14. Bij deelname wordt het aantal verlofuren op basis van art. 28 en 29 (na aftrek van de in de regeling ingebrachte uren) op basis van de nieuwe feitelijke arbeidsduur berekend. Financiële regelingen, zoals eindejaarsuitkering, vakantiegeld worden over het nieuwe inkomen (inclusief toelage) berekend. 15. Werkgever herbezet de vrijgekomen uren met jongeren onder de 35 jaar op basis van art. 13 cao. Omvang en wijze van herbezetting wordt regelmatig besproken met vakorganisaties. 16. Invoering van Jong voor Oud zal voorafgegaan worden door een uitgebreid communicatie- en voorlichtingstraject onder de doelgroep. Onderdeel van dit traject zal zijn dat door de werkgever aan potentiele deelnemers op individuele basis inzicht wordt geboden in de (bruto en netto) financiële en pensioeneffecten van de Jong voor Oud regeling en de mogelijke keuzes daarin. 17. Partijen komen Jong voor Oud overeen voor de duur van vijf (5) jaar met als ingangsdatum... 2018. Na deze periode wordt besproken of en zo ja in welke vorm de Jong voor Oud regeling wordt voortgezet. Medewerkers die voor of uiterlijk op de einddatum van de regeling instromen en gaan deelnemen aan Jong voor Oud kunnen gedurende de volledige afgesproken duur hieraan blijven deelnemen.
18. Na een jaar zal Jong voor Oud worden geëvalueerd. Partijen kijken hierbij naar het deelnamepercentage, invoeringseffecten en eventuele subsidiemogelijkheden. Deze evaluatie kan leiden tot bijstelling op onderdelen van de regeling. 17-1062/hj/cb/ev
Verlofuren (art. 28) Vrije uren (art. 29) Werktijdverkorting oudere werknemer (OW art. 105) Compensatie Onregelmatigheid (CO, art. 110) GIOW Garantieregeling voor Inkomensvermindering van Oudere Werknemers (art. 83) RO - Regeling Oudere werknemers (hst 12, bijl. 3, art. 16). Van deze RO regeling blijft de regeling voor 50 en 55 jaar bestaan en wordt de regeling voor 61 en 63 jaar bij accordering van de JvO-regeling hierop aangepast. 15. Voor werknemer met een dienstverband van minder dan 36 uur wordt deze regeling toegepast naar rato van de omvang van zijn dienstverband. 16. De werknemer krijgt geen arbeidsovereenkomst op basis van zijn nieuwe overeengekomen kortere werkweek maar hij behoudt zijn overeengekomen arbeidsovereenkomst met de NS. Hij ontvangt aanvulling op het deeltijdsalaris in de vorm van een toelage welke zal meegroeien met de algemene salarisverhogingen op grond van de cao. 17. De pensioenopbouw (zowel de opbouw van het ouderdoms- als nabestaandenpensioen) van de werknemer die deelneemt aan Jong voor Oud zal gedurende deze deelname worden gehandhaafd op 100% van het bij de oude contractomvang behorende pensioengevend jaarsalaris van de werknemer. De pensioenpremie over de toelage wordt volgens de bestaande systematiek verdeeld, de pensioenpremie over het gedeelte tot aan 100% van het bij de oude contractomvang behorende pensioengevend jaarsalaris zal volledig door de werkgever worden betaald. 18. De werknemer die deelneemt aan JvO brengt gedurende zijn jaren van deelname zijn extra verlofuren voor ouderen (artikel 29 van de CAO) ter waarde van 2,0 uren maal de contractuele arbeidsduur in. Voor een fulltimer is dat 72 uren op jaarbasis, voor de part timer naar rato van zijn dienstverband. Deze uren worden ingebracht als bron voor medefinanciering voor deelname van de werknemer aan JvO 19. De werknemer die deelneemt aan JvO brengt gedurende zijn jaren van deelname zijn vrije uren op grond van de Werktijdverkorting oudere werknemer (OW art. 105) in. Deze uren worden ingebracht als bron voor medefinanciering voor deelname van de werknemer aan JvO. 20. De werknemer die deelneemt aan JvO behoudt gedurende zijn jaren van deelname zijn compensatie onregelmatigheid, voor zover van toepassing (CO, art. 110) in. Deze compensatie onregelmatigheid kan naar wens van de werknemer in tijd of in geld worden genoten. 21. Bij ziekte en Arbeidsongeschiktheid wordt de uitkering over het nieuwe loon (inclusief de toelage) berekend. Bij langdurige arbeidsongeschiktheid wordt de werknemer na een jaar de keuze voorgelegd tussen voortzetting van de regeling danwel terugkeren naar de oude afspraken over omvang arbeidstijd. 22. Bij deelname wordt het aantal verlofuren op basis van art. 28 en 29 (na aftrek van de in de regeling ingebrachte uren) op basis van de nieuwe feitelijke arbeidsduur berekend. Financiële regelingen, zoals eindejaarsuitkering, vakantiegeld worden over het nieuwe inkomen (inclusief toelage) berekend.
19. Werkgever herbezet de vrijgekomen uren met jongeren onder de 35 jaar op basis van artikel 13 cao. Omvang en wijze van herbezetting wordt regelmatig besproken met vakorganisaties 20. Invoering van Jong voor Oud zal voorafgegaan worden door een uitgebreid communicatie- en voorlichtingstraject onder de doelgroep. Onderdeel van dit traject zal zijn dat door de werkgever aan potentiele deelnemers op individuele basis inzicht wordt geboden in de (bruto en netto) financiële en pensioeneffecten van de JvO regeling en de mogelijke keuzes daarin. 21. Partijen komen JvO overeen voor de duur van vijf (5) jaar met als ingangsdatum... 2018. Na deze periode wordt besproken of en zo ja in welke vorm de JvO regeling wordt voortgezet. Medewerkers die voor of uiterlijk op de einddatum van de regeling instromen en gaan deelnemen aan JvO kunnen gedurende de volledige afgesproken duur hieraan blijven deelnemen. 22. Na een jaar zal JvO worden geëvalueerd. Partijen kijken hierbij naar het deelnamepercentage, invoeringseffecten en eventuele subsidiemogelijkheden. Deze evaluatie kan leiden tot bijstelling op onderdelen van de regeling.