RAPPORT. Bestuursorgaan : het College van burgemeester en wethouders Onderdeel : OCSW Dossiernummer :

Vergelijkbare documenten
RAPPORT. Bestuursorgaan : het College van burgemeester en wethouders Onderdeel : directie Werk Dossiernummer :

RAPPORT. Het klachtenformulier is gedateerd 14 april 2013 en bij het secretariaat ingeboekt op 15 april 2013 onder nummer

Rapport. Rapport over een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Eemnes. Datum: 12 mei Rapportnummer: 2011/144

Rapport. Zeggen wat je doet en doen wat je zegt

Datum verzoekschrift Het verzoek tot onderzoek is op 12 juli 2013 binnengekomen bij het secretariaat van de Overijsselse Ombudsman.

EINDRAPPORT. Bestuursorgaan : College van burgemeester en wethouders Onderdeel : directie inkomensdienstverlening Dossiernummer :

Rapport. Datum: 15 december 2008 Rapportnummer: 2008/303

Rapport. Rapport over een klacht over de gemeente Heerlen. Datum: 9 augustus Rapportnummer: 2011/244

RAPPORT. Bestuursorgaan : het College van burgemeester en wethouders Onderdeel : Stadsontwikkeling Dossiernummer :

RAPPORT. De Overijsselse Ombudsman (verder: OO) ontving het verzoekschrift op 6 maart 2017.

Rapport. Datum verzoek De Overijsselse Ombudsman ontving het verzoek op 23 november Het betreft de gemeente Twenterand.

OORDEEL. Het klachtenformulier is gedateerd 11 december 2011 en bij het secretariaat ingeboekt op 12 december onder nummer

RAPPORT. De heer B., hierna genoemd: verzoeker. Klacht betreft gemeente Dalfsen

Rapport. Datum: 8 mei 2002 Rapportnummer: 2002/142

Rapport. Datum: 15 september 2005 Rapportnummer: 2005/266

Lantaarnpaal staat in de weg Gemeente Weesp Beheer en beleid

Datum verzoek De Overijsselse Ombudsman ontving het verzoekschrift met bijlagen op 16 juni 2016.

Beoordeling Bevindingen

Datum verzoekschrift Het verzoek tot onderzoek is op 28 december 2012 binnengekomen bij het secretariaat van de Overijsselse Ombudsman.

OORDEEL OMBUDSCOMMISSIE. Het schriftelijke verzoek van 24 juni 2008 is op 30 juni 2008 ontvangen op het secretariaat van de Overijsselse Ombudsman.

Rapport. Datum verzoek De Overijsselse Ombudsman ontving het verzoekschrift op 16 augustus Het betreft de gemeente Kampen.

Rapport gemeentelijke ombudsman. inzake de klacht van de heer E. over het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nissewaard

Rapport. Datum: 10 december 2007 Rapportnummer: 2007/301

Rapport. Datum: 27 februari 2007 Rapportnummer: 2007/041

RAPPORT. Het klachtenformulier is gedateerd 5 januari 2015 en bij het secretariaat ingeboekt op 6 januari 2015 onder nummer

Rapport. Rapport over een klacht over het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen te Utrecht. Datum: 7 maart Rapportnummer: 2012/035

Wateroverlast na werk aan het riool Gemeente Zaanstad Dienst Wijken

OORDEEL. Het klachtenformulier is gedateerd 14 april 2009 en bij het secretariaat ingeboekt op 15 april 2009 onder nummer

4. Op 13 januari 2008 wendde verzoeker zich tot de Nationale ombudsman omdat hij nog geen nieuw besluit van de PUR had ontvangen.

Klacht Verzoeker klaagt over de gang van zaken bij de hoorzitting van de commissie voor bezwaarschriften:

Zie onder bevindingen of volledige tekst voor de volledige tekst van het rapport.

EINDRAPPORT. Bestuursorgaan : het College van burgemeester en wethouders Onderdeel : GGD Dossiernummer :

Rapport. Rapport over een klacht over het College bescherming persoonsgegevens. Datum: 29 december Rapportnummer: 2011/368

RAPPORT. Bestuursorgaan : het College van burgemeester en wethouders Onderdeel : Stadsontwikkeling Dossiernummer :

Het ondertekende verzoek tot onderzoek is op 2 maart 2009 binnengekomen bij het secretariaat van de Overijsselse Ombudsman.

Rapport. Datum: 26 april 2000 Rapportnummer: 2000/163

Rapport Uitleg: een brug te ver? Een onderzoek naar inspraak en participatie bij de gemeente Zoetermeer.

Verder klaagt verzoekster over de wijze waarop het UWV te Venlo haar klacht heeft behandeld.

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de Immigratie- en Naturalisatiedienst. Datum: 26 januari 2015 Rapportnummer: 2015/015

Geen uitleg over verwijdering groen Gemeente Zaanstad Dienst Wijken

Rapport. Datum: 23 juni 2005 Rapportnummer: 2005/178

Om dergelijke misverstanden in de toekomst te voorkomen, doet de Ombudsman in deze een aanbeveling.

OORDEEL. Het verzoek tot onderzoek betreft het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hengelo, hierna (ook) te noemen: de gemeente.

Doormodderen met gedempte sloot Gemeente Amsterdam Stadsdeel Nieuw-West

Rapport. Rapport over een klacht over de Kamer van Koophandel Midden-Nederland uit Utrecht. Datum: 11 oktober Rapportnummer: 2011/298

RAPPORT 2005/320, NATIONALE OMBUDSMAN, 21 OKTOBER 2005

OORDEEL. Het klachtenformulier is gedateerd 1 september 2008 en bij het secretariaat ingeboekt op 3 september 2008 onder nummer 65/2008.

Verkoop perceel aan zittende huurder Gemeente Amsterdam Stadsdeel Centrum Afdeling Vastgoed & Subsidies

Rapport. Datum: 27 maart 2007 Rapportnummer: 2007/055

Rapport. Rapport over een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Losser. Datum: 15 augustus Rapportnummer: 2011/246

Dubbele leges voor één vergunning Gemeente Almere Dienst Publiekszaken

Geen reactie op aanvragen voor een tweede oprit Gemeente Almere Dienst Stedelijke Ontwikkeling Dienst Stadsbeheer

OORDEEL. Het klachtenformulier is gedateerd 13 november 2008 en bij het secretariaat ingeboekt op 17 november 2008 onder nummer

Rapport. Rapport over een klacht over de Belastingdienst/Randmeren uit Zwolle. Datum: 11 april Rapportnummer: 2011/105

Rapport. Datum: 25 januari 2007 Rapportnummer: 2007/012

Verzoeker klaagt erover dat het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) in strijd met:

1. Op 17 november 2009 diende mevrouw S. bij de Nationale ombudsman een klacht in.

Klachtenregeling gemeente Schiedam

Rapport gemeentelijke ombudsman

Rapport. Rapport inzake een klacht over een gedraging van de Huurcommissie uit Den Haag. Datum: 29 maart Rapportnummer: 2011/103

Rapport. Datum: 1 september 2003 Rapportnummer: 2003/290

Aanvraag bijzondere bijstand Sociale Dienst Amsterdam, regio Noord

Dossiernummer RAPPORT. Verzoeker. De heer X. Hengelo. Datum verzoek

Rapport. Datum: 21 oktober 2005 Rapportnummer: 2005/320

Geen duidelijkheid over handhavingsverzoek Gemeente Amsterdam Stadsdeel Centrum

Een onderzoek naar de handelwijze van het college van burgemeester en wethouders van Zeist bij de verkoop van een groenstrook.

Rapport. Datum: 10 maart 2006 Rapportnummer: 2006/083

Een onderzoek naar afhandeling van schoolverzuim door de gemeente Hoorn

Rapport. Datum: 25 augustus 2004 Rapportnummer: 2004/335

2. zijn klacht over bovenstaande niet in behandeling is genomen.

RAPPORT. Het klachtenformulier is gedateerd 27 januari 2015 en bij het secretariaat ingeboekt op 27 januari 2015 onder nummer

WAARDEVERMINDERING. Onvrede van verzoeker Verzoeker is op twee punten ontevreden over de gemeente:

Werkinstructie Ombudscommissie Eindhoven November 2016

Verzoekster klaagt erover dat de Informatie Beheer Groep (IB-Groep):

Het gesloten stadsdeelkantoor Gemeente Amsterdam Stadsdeel Zuidoost

Rapport. Datum: 29 maart 2002 Rapportnummer: 2002/093

Rapport. Rapport over een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Scherpenzeel. Datum: 8 juli Rapportnummer: 2011/207

Rapport. Datum: 10 oktober 2006 Rapportnummer: 2006/347

Een onderzoek naar een klacht over informatieverstrekking aan een derde.

Een onderzoek naar de informatie van de RDW over tarieven van keuringen

Informatie over. indienen van een klacht

Informatieverstrekking over Leerplichtwet schiet tekort Gemeente Amsterdam Stadsdeel Amsterdam-Noord

Langdurig geschil over de renovatie van panden gemeente Amsterdam stadsdeel Centrum

Rapport. Rapport over een klacht betreffende de Voedsel en Waren Autoriteit uit Den Haag. Datum: 4 mei Rapportnummer: 2011/131

Beoordeling Bevindingen

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de Huurcommissie te Den Haag. Datum: 5 januari Rapportnummer: 2012/001

Dossiernummer Rapport. Verzoeker De heer J.E. E. als gemachtigde namens XX te Almelo.

Rapport. Datum: 2 maart 2000 Rapportnummer: 2000/077

RAPPORT. Bestuursorgaan : het College van burgemeester en wethouders Onderdeel : Stadsbeheer Dossiernummer :

Datum verzoekschrift Het verzoek tot onderzoek is op 18 december 2012 binnengekomen bij het secretariaat van de Overijsselse Ombudsman.

Rapport gemeentelijke ombudsman

Rapport. Datum: 3 december 2010 Rapportnummer: 2010/344

Wet openbaarheid bestuur twee weken wordt een jaar Gemeente Amsterdam Bestuursdienst, Directie Openbare Orde en Veiligheid

Rapport. Rapport over een klacht over de Sociale Verzekeringsbank te Zaanstad. Datum: 5 februari 2015 Rapportnummer: 2015/021

Rapport. Datum: 12 juni 2006 Rapportnummer: 2006/208

Rapport. Datum: 26 augustus 2005 Rapportnummer: 2005/249

Rapport. Rapport over een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Bodegraven-Reeuwijk. Datum: 4 augustus 2011

Rapport. Datum: 18 oktober 2001 Rapportnummer: 2001/325

Een dakopbouw in Kogerveld Gemeente Zaanstad Dienst Publiek

Rapport. Datum verzoek De Overijsselse Ombudsman ontving het verzoekschrift van 27 juli 2016 op 10 augustus Het betreft de gemeente Almelo.

Transcriptie:

RAPPORT Bestuursorgaan : het College van burgemeester en wethouders Onderdeel : OCSW Dossiernummer : 14.1.001 Klacht Verzoekers stellen dat zij als direct-belanghebbenden door de gemeente niet zijn betrokken bij de plannen voor de herinrichting van de speelplek in de heemtuin. Ondanks hun bezwaren en klachten tegen de vervanging van de speeltoestellen en de gevoerde procedure voelen zij zich in deze door de gemeente nog steeds niet gehoord. Bevoegdheid Verzoekers hebben op verschillende momenten hun bezwaren en klachten aan de gemeente kenbaar gemaakt. Hierop heeft de gemeente ook diverse malen gereageerd. Met de afhandeling was betrokkene niet tevreden. Ik ben nu bevoegd de klacht in onderzoek te nemen. Eindoordeel 1. de brief van november 2012 De gemeente berichtte verzoekers in november 2012 over de plannen om het speeltoestel in de heemtuin te vervangen. Omdat verzoekers het hiermee niet eens waren, hebben zij per omgaande op de plannen gereageerd. De gemeente beloofde in de ontvangstbevestiging hen op korte termijn nader te zullen berichten. Dat is echter niet gebeurd. Pas op 3 juni 2013 kwam de gemeente richting verzoekers met een nadere actie. Daarmee handelde de gemeente niet conform de behoorlijkheidsnorm betrouwbaarheid. Dit onderdeel van de klacht is gegrond. 2. Het onderwerp van inspraak In haar brief van november 2012 vroeg de gemeente om een reactie op de plannen voor de speelplek in de heemtuin. In de brief van 3 juni 2013 sprak de gemeente het voornemen uit om de wensen in de buurt te bespreken en te bekijken wat er mogelijk is. Verzoekers wilden geen vervanging, maar hen bleek naderhand dat er al een besluit was genomen om het aanwezige speeltoestel te vervangen. Er kon alleen over het type en het aantal vervangende speeltoestellen worden gesproken. Dat wordt in de bewuste brieven echter niet vermeld en daarmee kwam de behoorlijkheidsnorm goede informatieverstrekking in het geding. Betrokkenen moeten namelijk wel voldoende inzicht krijgen waarop de mogelijkheid van inspraak zich richt. Dit onderdeel van de klacht is gegrond. 3. betrokkenheid van verzoekers bij de plannen Bij het buurtinitiatief om de speelplek in de heemtuin aan te pakken zijn verzoekers niet betrokken. Dat is de gemeente echter niet te verwijten. Met de brief van november 2012, de bijeenkomst van 12 juni 2013, de mogelijkheid om schriftelijk te reageren op de plannen en het persoonlijk gesprek op 13 november 2013 hebben verzoekers van de gemeente echter voldoende gelegenheid gekregen om hun mening over de plannen in te brengen. Daarbij constateert de Ombudsman dat het ecologische aspect van de heemtuin waar verzoekers onder andere de nadruk op legden, is meegenomen in de uitvoering van de plannen. De behoorlijkheidsnorm bevorderen van actieve deelname door de burger is door de gemeente dan ook niet geschonden. Dit onderdeel van de klacht is ongegrond. Groningen, 27 maart 2014 mevrouw M.H.H. Hermans gemeentelijke Ombudsman 1

Overwegingen Dossier gemeentelijke Ombudsman: 14.1.001 0. inleiding Verzoekers woningen kijken uit op een heemtuin. Het is een afgesloten binnenterrein dat in eigendom is van de gemeente en in 2003 is ingericht als ecologisch gebied. De heemtuin is alleen toegankelijk voor de direct omwonenden en er staat één speeltoestel. De gemeente wil het speeltoestel vervangen door drie andere en daar zijn verzoekers het niet mee eens. Naast dat zij niet zijn betrokken bij de plannen, voelen zij zich niet gehoord in hun bezwaren en klachten over de vervanging van het speeltoestel. 1. de gemeentelijke brief van november 2012 Tot hun verbazing ontvingen verzoekers in november 2012 een brief van de gemeente over een plan om het speelveldje in de heemtuin op te knappen. Het plan van een aantal buurtbewoners was om het bestaande speeltoestel te verwijderen, de grond onder het speeltoestel te verhogen en te voorzien van kunstgras en daarop drie nieuwe speeltoestellen (klimtorentje met glijbaan, een schommel en een duikelrekje) te plaatsen. De gemeente vroeg aan de bewoners rond de heemtuin vóór 16 november 2012 met hun eventuele reactie op de plannen te komen. Verzoekers stellen niet betrokken te zijn bij deze plannen. Zij hebben hierop per omgaande gereageerd en hun bezwaren tegen de vernieuwing van de speelplek kenbaar gemaakt. Tevens is door een andere omwonende een handtekeningenlijst naar de gemeente gestuurd met 28 handtekeningen tegen het voorgestelde plan. Op een ontvangstbevestiging na bleef het stil. Tot 3 juni 2013, toen werden zij uitgenodigd voor een bijeenkomst om de wensen van de buurt nogmaals te bespreken en te kijken naar wat mogelijk is. Tijdens het onderzoek van de Ombudsman legt de gemeente uit dat de levensduur van een speeltoestel ongeveer 15 jaar is. Afhankelijk van het gebruik kan de vervanging daarvoor enkele jaren naar voren of naar achteren worden geschoven. In dit geval viel het plan om te vervangen samen met het verzoek van 22 buurtbewoners om de speelplek op het binnenterrein aan te pakken. De wens was om de speelplek op te hogen en enkele speeltoestellen bij te plaatsen. De brief met de handtekeningenlijst heeft OCSW aan de Ombudsman verstrekt. De gemeente stelt dat er voor de vervanging voldoende draagvlak was. Dat is naar aanleiding van de gemeentelijke brief van november 2013 nog eens bevestigd. Toen hebben naast de 22 buurtbewoners nog 11 buurtbewoners hun handtekening onder het initiatief gezet. De gemeente stimuleert haar bewoners om meer betrokken te zijn in hun wijk en woonomgeving. In dat kader roept de gemeente haar burgers ook op om met initiatieven te komen. Verzoekers buurtgenoten hebben dat gedaan. Nu de gemeente hun verzoek serieus heeft opgepakt, stelt de Ombudsman vast dat de gemeente in dat opzicht heeft voldaan aan de behoorlijkheidsnorm luisteren naar de burger zodat die zich gehoord en gezien voelt. De verbazing van verzoekers over dit initiatief van hun buurtgenoten is echter begrijpelijk. Zij waren daar niet bij betrokken. Hoewel dit de gemeente niet te verwijten is, voelden verzoekers zich door de brief van november 2012 wel overvallen. Met die brief informeert de gemeente alle omwonenden over de voorgenomen plannen en vraagt hen om een reactie. Verzoekers hebben daaraan gehoor gegeven. Daarna bleef echter het van de zijde van de gemeente (lang) stil. Dit terwijl zij volgens de ontvangstbevestiging binnenkort zouden worden geïnformeerd. 2

Van de gemeente mag verwacht worden dat zij doet wat zij zegt en als dat onverhoopt niet lukt betrokkenen hierover informeert. Nu dat in het geval van verzoekers niet is gebeurd, kwam de behoorlijkheidsnorm betrouwbaarheid in het geding. Dit onderdeel van de klacht is dan ook niet behoorlijk. 2. het onderwerp van inspraak Op 3 juni 2013 ontvingen omwonenden van Stiel, die namens de gemeente/het wijkteam Nieuw Lokaal Akkoord (NLA) het proces begeleidde, een uitnodiging voor een bijeenkomst op 12 juni 2013. Het onderwerp van de bijeenkomst was de vervanging van het speeltoestel. In de brief wordt gemeld dat het plan even stil heeft gelegen vanwege tegengeluiden. Om echter te voorkomen dat de gemeente het toestel uiteindelijk zelf zou gaan vervangen, was het voorstel om met de buurt nog een keer bij elkaar te komen om nogmaals de wensen van de buurt te bespreken en te kijken wat er mogelijk was. Verzoekers stellen dat anders dan de brief doet voorkomen zij met de brief van 3 juni 2013 pas voor het eerst zijn uitgenodigd om over de kwestie te praten. De gemeente verwijst in dat kader naar het verslag van het wijkteam NLA van 11 september 2013. Daarin wordt het volgende gesteld: Na het besluit van het wijkteam van 4 september 2012 kwamen enkele bezwaren tegen het plan binnen. Wegens de wisseling van opbouwwerkers (van Stiel) heeft het proces hierop even stil gelegen. De eerste actie van de nieuwe opbouwwerker was met de voorstanders en met de tegenstander (die handtekeningen van meerdere bewoners had verzameld) apart een gesprek te hebben. Uit deze gesprekken bleek bij beide partijen voldoende ruimte om met elkaar in overleg te gaan om zo tot een oplossing te komen. In overleg met deze partijen is besloten om een bewonersavond te organiseren. De Ombudsman constateert dat de in het verslag genoemde tegenstander niet één van de verzoekers was. Het nog een keer bij elkaar komen had dan ook geen betrekking op hen. Twee van de verzoekers hebben de bijeenkomst bezocht. Tot hun verbazing stond het besluit om het speeltoestel te vervangen al vast en kon er enkel gepraat worden over welke speeltoestellen er voor in de plaats zouden komen. Tijdens het onderzoek van de Ombudsman stelt de gemeente dat het uitgangspunt van meet af aan is geweest dat het speeltoestel zou worden vervangen. Het besluit daartoe was op 4 september 2012 al genomen. De bedoeling van de bijeenkomst was enkel om te praten over de invulling van die vervanging (het aantal en het type speeltoestellen). Als dat inderdaad de bedoeling was, constateert de Ombudsman dat de brieven van en namens de gemeente hierin onvoldoende inzicht verschaften. Zowel het verzoek om een reactie op een plan (november 2012) als het voornemen om de wensen van de buurt te bespreken en te bekijken wat mogelijk is (juni 2013) kunnen anders worden geïnterpreteerd. Over het besluit van 4 september 2012 om het speeltoestel te vervangen, wordt in beide brieven niet gesproken. Terwijl dat voor de gemeente wel het uitgangspunt was. In deze heeft de gemeente zich dan ook niet gehouden aan de behoorlijkheidsnormen goede informatieverstrekking. Deze norm brengt namelijk met zich mee dat de gemeente zorgt dat de burger de juiste informatie krijgt en dat deze informatie klopt en volledig en duidelijk is. De Ombudsman stelt derhalve vast dat de gemeente zich wat dit onderdeel van de klacht betreft jegens verzoekers niet behoorlijk heeft gedragen. Twee van de verzoekers waren helaas verhinderd om de bijeenkomst op 12 juni 2013 te bezoeken. Wel hebben zij nogmaals schriftelijk hun bezwaren kenbaar gemaakt. Met één van de verzoekers heeft naderhand nog een gesprek plaatsgevonden. De andere verzoeker zou volgens de gemeente hebben laten weten geen tijd voor een gesprek te hebben. 3

Hoewel dit door de bewuste verzoeker wordt betwist, kan ook de Ombudsman zich niet aan die indruk onttrekken. Betrokkene had namelijk geschreven: Aangezien ik op 12 juni en de periode daarna niet in Groningen ben en in de korte periode ervoor geen tijd heb om met u een afspraak te maken, reageer ik nogmaals schriftelijk. 3. betrokkenheid van verzoekers bij de plannen Verzoekers hebben op 7 juli 2013 naar aanleiding van de bijeenkomst op 12 juni 2013 en het verslag daarvan bij het wijkteam NLA een bezwaarschrift over het proces tot nu toe ingediend. Zij voelden zich niet gehoord. Vooral nu hen bleek dat het besluit om het speeltoestel te vervangen allang op 4 september 2012 was genomen en de inspraak hierover naar hun mening een farce was. Naar aanleiding van het bezwaar werd het voor Stiel duidelijk dat voor- en tegenstanders van de plannen niet nader tot elkaar zouden komen. Omdat er een knoop moest worden doorgehakt, is toen een subsidieaanvraag ingediend bij het wijkteam NLA om in deze kwestie een beslissing te nemen. Volgens het verslag van de vergadering van het wijkteam zijn verzoekers bezwaren meegewogen in de beoordeling van de subsidieaanvraag. Het wijkteam stelt daarin dat er voor het plan ruim voldoende draagvlak bij de bewoners is, er uitgebreid overleg is geweest met alle bewoners en het plan is aangepast om tegemoet te komen aan de bezwaren. Dat laatste om het ecologische aspect van de heemtuin te waarborgen. Om die reden heeft het wijkteam NLA besloten de subsidieaanvraag voor drie speeltoestellen te honoreren. Dat verzoekers het hiermee niet eens waren, blijkt wel uit hun vervolgacties. Naar aanleiding hiervan zijn zij uitgenodigd voor een persoonlijk gesprek met de voorzitter van het wijkteam. Dat vond op 13 november 2013 plaats en heeft geleid tot nader overleg in het wijkteam. In het nadere overleg heeft het wijkteam besloten om omwonenden een brief te sturen met een kaartje waarop mogelijke locaties staan en voorbeelden van toestellen waaruit kan worden gekozen. De keuze met de meeste stemmen zal worden uitgevoerd. Met de opmerking dat als een omwonende niet reageert, de gemeente ervan uitgaat dat het betrokkene niet uitmaakt wat waar wordt geplaatst. Verzoekers zijn over dit voornemen op 1 december 2013 geïnformeerd. Zij hebben op 8 december 2013 gereageerd dat dit niet was afgesproken in het overleg van 13 november 2013. Eerst zou worden uitgezocht of er (in september 2012) wel voldoende draagvlak was voor een speelvoorziening. In antwoord hierop stelde de voorzitter van het wijkteam op 9 december 2013 uitdrukkelijk dat het weghalen van het speeltoestel geen optie is en dat die hoe dan ook vervangen zal worden. Zoals hierboven al door de Ombudsman werd geconstateerd, had de gemeente onvoldoende inzichtelijk gemaakt waartegen betrokkenen zich konden weren. Na september 2013 kwam die duidelijkheid er wel, zeker met de brief van 9 december 2013. Dat betrokkenen het hier niet mee eens zijn, doet daaraan niets af. Vast staat dat het speeltoestel zal worden vervangen. Dit besluit is al op 4 september 2012 genomen en is voor betrokkenen en de Ombudsman een gegeven. De inspraak betrof in eerste instantie alleen de keuze voor het type vervangende speeltoestellen en het aantal. Na het gesprek met verzoekers op 13 november 2013 wil de gemeente omwonenden echter ook de mogelijkheid bieden om te kiezen voor een locatie waar de speeltoestellen geplaatst zouden kunnen worden. Daarmee geeft de gemeente blijk naar verzoekers te willen luisteren. 4

Verzoekers stellen dat zij als direct-belanghebbenden door de gemeente niet zijn betrokken bij de plannen voor de herinrichting van de speelplek in de heemtuin. De gemeente is echter van mening dat betrokkenen daar ruimschoots bij betrokken zijn, maar dat zij teleurgesteld zijn in de uitkomst. Inspraak kan helaas niet altijd tot een door ieder gewenste uitkomst leiden, aldus de gemeente. De vraag die nu voorligt, is of de gemeente zich heeft gehouden aan de behoorlijkheidsnorm bevorderen van actieve deelname door de burger. Deze norm brengt namelijk met zich mee dat de gemeente zich inspant om de burger actief te betrekken bij haar handelen en bij de totstandkoming en de uitvoering van beleid. Met de brief van november 2012, de bijeenkomst van 12 juni 2013, de mogelijkheid om schriftelijke reacties op de plannen in te dienen en het persoonlijk gesprek op 13 november 2013 constateert de Ombudsman dat de gemeente verzoekers voldoende gelegenheid heeft gegeven om hun visie op de plannen naar voren te brengen. De Ombudsman stelt verder vast dat met name het ecologische aspect waarop verzoeker de nadruk legden in de uitvoering van de plannen wordt meegenomen. Met betrekking tot het bevorderen van actieve deelname door verzoekers concludeert de Ombudsman dan ook dat de gemeente zich jegens verzoekers behoorlijk heeft gedragen. 5