TOESPRAAK VAN DE VOORZITTER VAN HET EUROPEES PARLEMENT VOOR DE EUROPESE RAAD

Vergelijkbare documenten
P5_TA(2002)0269. Toekomstige ontwikkeling van Europol

Betreft : Europese Raad van 29/30 november 1976 te Den Haag

EURO-MEDITERRAAN PARLEMENTAIR FORUM

Tweede Kamer der Staten-Generaal

WERKGROEP REGLEMENT VAN ORDE VAN DE EURO-MEDITERRANE PARLEMENTAIRE VERGADERING

EUROPEES PARLEMENT ONTWERPVERSLAG. Commissie cultuur, jeugd, onderwijs, media en sport VOORLOPIGE VERSIE 2001/2086(COS) 30 mei 2001

geraadpleegd door de Raad overeenkomstig artikel 39, lid 1 van het EU-Verdrag (C5-0757/2000),

- de voorlopige agenda van de zitting in document EEE 1605/03 (zie bijlage I);

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2011)0821),

13645/1/16 REV 1 ev 1 DG E 1C

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 januari 2002 (24.01) (OR. es) 5157/02 STUP 3

Raad van de Europese Unie Brussel, 2 maart 2015 (OR. en)

VLAAMSERAAD ONTWERP VAN DECREET

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

14129/15 gys/gra/hw 1 DG B 3A

(Mededelingen) EUROPEES PARLEMENT

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510

1. 1. Het Comité heeft zich herhaaldelijk uitgesproken over de programma's en activiteiten van de Unie op energiegebied:

Gemeenschappelijke Raadszitting van donderdag 2 mei

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655

wet aangenomen, maar ratificatie nog niet bekendgemaakt

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING AAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN AAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

"Culturele Hoofdstad van Europa" voor het tijdvak 2005 tot 2019 ***I

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

VR DOC.0432/1

15414/14 van/mak/sv 1 DG D 2A

14957/15 ADD 1 nuf/van/hw 1 DGD 1C

CALRE. Conferentie van de Europese Regionale Wetgevende Assemblees Verklarende noot

4. Het voorzitterschap verzoekt de Raad de ontwerp-conclusies in de bijlage aan te nemen

PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 7 november 2008 (20.11) (OR. fr) 15306/08 LIMITE JUSTCIV 236 CO SOM 167

... I... EUROPESE RAAD TE FONTAINEBLEAU CONCLUSIES VAN HET VOORZITTERSCHAP

Een nieuwe start voor sociale dialoog

EUROPESE RAAD 4 en 5 november 2004 Brussel

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 mei 2005 (08.06) (OR. fr) 9506/05 LIMITE CAB 19 JUR 221

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Comité van de Regio's

Praktische opdracht Economie Wat voor invloeden heeft de Europese gemeenschap gemaakt op EU.

Samenstelling van het Europees Parlement met het oog op de verkiezingen van 2014

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 december 2016 (OR. en) het Comité van permanente vertegenwoordigers (2e deel)

PUBLIC. Brussel, 21 september 2005 (27.09) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 12470/05 LIMITE JEUN 47 EDUC 134 SOC 355

ONTWERP- NOTULEN. van de 2185e zitting van de Raad (JEUGDZAKEN) gehouden te Brussel op 27 mei 1999

EUROPEES PARLEMENT. Commissie economische en monetaire zaken. MEDEDELING AAN DE LEDEN nr. 22/2005

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT. overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

... /... van de voorwaarden voor vraag en aanbod ; hij is voorts van mening

10728/4/16 REV 4 ADD 1 cle/mak/ev 1 DRI

TRACTATENBLAD VAN HET. JAARGANG 1993 Nr. 51. Verdrag betreffende de Europese Unie, met Protocollen; Maastricht, 7februari 1992

10729/4/16 REV 4 ADD 1 cle/mak/fb 1 DRI

11653/3/15 REV 3 ass/pau/hh 1 DG E 2B

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 januari 2006 (01.02) (OR. en) 5853/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0010 (CNS) SOC 42 ECOFIN 27

EUROPESE COMMISSIE TEGEN RACISME EN INTOLERANTIE

WOENSDAG 5 DECEMBER 2007 (10.00 uur): WERKGELEGENHEID EN SOCIAAL BELEID

Tekst van de artikelen 33 tot en met 37 met toelichting

8301/18 van/pau/sl 1 DG E 1C

Brussel, 14 mei 2003 (16.05) SECRETARIAAT. het secretariaat de Conventie De rol van de nationale parlementen in de ontwerp-grondwet

PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 9 juli 2004 (14.07) (OR. en) 11091/04 Interinstitutioneel dossier: 2004/001 (COD) LIMITE

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

9 Europese regelgevende agentschappen

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 april 2002 (02.05) (OR. en) 8318/02 LIMITE PROCIV 16 FSTR 3

EUROPESE RAAD 22 en 23 maart 2005 Brussel

Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

PARLEMENT BENELUX INTERPARLEMENTAIRE ASSEMBLEE FINANCIEEL REGLEMENT

twee afgevaardigden sturen, die de status van waarnemer zullen hebben. Wij verzoeken de twee Kamers van de landen met een bicameraal stelsel hun deleg

?? NL RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 mei 2004 (14.05) (OR. en) 9414/04 POLGEN 21

DE EUROPESE GRONDWET: EEN TEKST DIE DE TOEKOMST VAN DE UNIE VEILIG STELT

EUROPEES PARLEMENT. Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie. van de Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie

IZ/BSB/2003/3781. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, (mr. A.J. de Geus) Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

9317/17 pro/gra/sl 1 D 2A

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

e) Nr. impact assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board Niet opgesteld

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 23 november 2006 (OR. en) 12131/6/06 REV 6 ADD 1. Interinstitutioneel Dossier: 2006/0005 (COD) ENV 429 CODEC 826

De heer Van Niekerk Algemeen Secretaris van de Sociaal-Economische Raad Postbus LK Den Haag. Den Haag, i/ mei 2003

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARINGEN VAN DE HUIDIGE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN EN DE NIEUWE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST

PUBLIC LIMITE NL RAAD VAN DE DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 april 2007 (24.04) (OR. fr) 8353/07 LIMITE ENFOPOL 64

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE. Financieel pakket voor de toetredingsonderhandelingen met Bulgarije en Roemenië

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

ADVIES VAN DE COMMISSIE. van over het ontwerpbegrotingsplan van België. {SWD(2018) 511 final}

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ADVIES VAN DE COMMISSIE

Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document.

Regio s. In een dergelijk geval dienen zij dit met een motivering te omkleden.

9011/1/15 REV 1 jwe/van/sl 1 DG B 3A

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Het Europees Parlement en het Economisch en Sociaal Comité hebben respectievelijk op 20 april 1994 en op 30 juni 1993 advies uitgebracht.

Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document.

Hierbij gaat voor de delegaties het bovengenoemde tijdschema, voorgelegd door het voorzitterschap en het aantredend voorzitterschap.

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 oktober 2004 (07.10) 12561/04 LIMITE EUROJUST 78

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 22 november 2006 (24.11) (OR. en) 15258/06 SAN 240. NOTA het Comité van permanente vertegenwoordigers

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

PUBLIC 11172/16 1 DG G LIMITE NL. Raad van de Europese Unie Brussel, 27 juli 2016 (OR. en) 11172/16 LIMITE PV/CONS 40 ECOFIN 702

NL In verscheidenheid verenigd NL B8-0455/31. Amendement

Handvest van de grondrechten van de EU

CONV 252/02 smu/ier/jg 1

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 september 2003 (03.09) (OR. en) 12057/03. Interinstitutioneel dossier 1996/0198 (CNS) 1996/0190 (CNS)

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE COMMISSIE

Transcriptie:

Brussel, 22 maart 2005 TOESPRAAK VAN DE VOORZITTER VAN HET EUROPEES PARLEMENT VOOR DE EUROPESE RAAD Deze zogenaamde "voorjaarsbijeenkomst" van de Europese Raad is een goede gelegenheid om de balans op te maken en het perspectief te schetsen van wat in ons jargon de Strategie van Lissabon wordt genoemd. Met deze wat onduidelijke uitdrukking wordt bedoeld dat wij ons richten op het concurrentievermogen van onze economie, met behoud van het Europees sociaal model en inachtneming van het milieu. De burgers moeten begrijpen waarom wij doen wat we doen, vooral nu een begin is gemaakt met het proces van ratificatie van de Grondwet. Zij moeten begrijpen waarom de Europese dimensie als een pluspunt moet worden gezien en niet als een geheel van belemmeringen dat een rem vormt op hun welvaart en solidariteit. En het moet van onze kant niet bij woorden blijven, we moeten ook met bewijzen komen. De heer Juncker heeft de resultaten van Strategie van Lissabon treurig genoemd. Ik heb kennis genomen van de standpunten van de vertegenwoordigers van de nationale parlementen en het Europees Parlement die vorige week in Brussel bijeen waren, en het minste dat we kunnen zeggen is dat er nog veel werk aan de winkel is. De doelstellingen van "Lissabon" zijn door de vijftien lidstaten vastgesteld op een moment dat de Internet-hype op zijn hoogtepunt was. Deze doelstellingen waren te talrijk en te vaag; de rol van de actoren (Europese Unie en de lidstaten) was soms onvoldoende gestructureerd of in andere gevallen juist onnodig teveel gestructureerd. De groeiverwachtingen waren veel te optimistisch. Nu beseffen we dat de twee belangrijkste doelstellingen, werkgelegenheid en technologische innovatie, niet zijn gehaald en dat de achterstand op onze belangrijkste partners groter is geworden. Welke rol kan het Europees Parlement spelen om het gemeenschappelijke optreden van de nu 25 lidstaten nieuw leven in te blazen?

In de eerste plaats zou ik willen beklemtonen dat het Europees Parlement op 9 maart, na een goed gecoördineerd politiek proces waaraan een bijdrage werd geleverd door alle betrokken parlementaire commissies, met grote meerderheid een resolutie heeft aangenomen waarin de verschillende politieke standpunten en nationale pijnpunten werden verwoord. In deze resolutie worden een aantal eenvoudige boodschappen aan uw adres gericht, waaronder: - de noodzaak een evenwicht te bewaren tussen de drie pijlers van concurrentievermogen, sociale aspecten en milieu. Ik vond het een mooie beeldspraak die de heer Juncker gebruikte tijdens de onlangs door ons georganiseerde interparlementaire bijeenkomst: hij had het over een kleine dennenboom, geen kerstboom, met verschillende ballen eraan; wanneer een van de ballen valt, dreigt de hele dennenboom uit balans te raken; - steun voor de nationale actieplannen, waarvoor elke regering een minister moet aanwijzen die verantwoordelijk is voor de coördinatie. De heer Barroso heeft gesteld dat een van de zwakke punten van de Strategie van Lissabon is dat er op nationaal niveau niet genoeg mee wordt gedaan. Maar ook moet de toegevoegde waarde van Europa behouden blijven; - een uitnodiging aan de lidstaten om de maatregelen nemen die nodig zijn om ervoor te zorgen dat de uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling tenminste 3% bedragen van het nationaal inkomen, dat de corresponderende Europese middelen worden verdubbeld en dat er een Europese Onderzoekraad wordt gevormd die fungeert als onafhankelijk raadgevend comité; - steun voor het door verschillende lidstaten voorgestelde Europese initiatief voor de jeugd, dat moet worden omgevormd tot een Europees Jeugdpact. - de nationale en Europese begrotingen, alsmede de toekomstige financiële vooruitzichten 2007-2013, moeten de weerspiegeling vormen van de nagestreefde doelstellingen. Zoals u weet hecht het Europees Parlement als partner in de begrotingsautoriteit groot belang aan dit laatste punt. Ongetwijfeld zullen de werkzaamheden van de voor dit onderwerp ingestelde tijdelijke commissie waarvan ik voorzitter ben, bijdragen aan het bereiken van een bevredigende oplossing in juni. Staat U mij toe eraan te herinneren dat voor het bereiken

van overeenstemming over de financiële vooruitzichten een akkoord tussen het Europees Parlement en de Raad is vereist. En dat zonder een dergelijk akkoord de Europese Unie het gevaar loopt van een langdurige blokkade en een toenemend onbegrip bij onze burgers met betrekking tot de enorme kloof die er gaapt tussen beleidsvoornemens en de uitvoering daarvan. Wat het het milieubeleid betreft zijn wij voornemens met u te werken aan het voorstel voor een verklaring betreffende duurzame ontwikkeling die in juni zou moeten worden aangenomen. In dit stadium kunnen wij al stellen dat wij groot voorstander zijn van de in de ontwerpconclusies vervatte cijfermatige doelstellingen. Vorige week is door het Europees Parlement een grote bijeenkomst georganiseerd waaraan werd deelgenomen door ongeveer 130 leden van de nationale parlementen van de 25 lidstaten, alsmede vertegenwoordigers uit de kandidaatlanden. Ik ging er bij de organisatie van deze bijeenkomst vanuit dat de interparlementaire dimensie een verrijking zou kunnen zijn van onze discussie over de Strategie van Lissabon. De bijeenkomst was een groot succes voor wat betreft het aantal deelnemers, een teken dat er een enorme behoefte is aan informatie en dat er sprake is van een collectieve wens om veel actiever bij dit proces te worden betrokken, samen met de regeringen en de sociale partners. Uit deze geanimeerde en intensieve discussies kunnen een aantal eerste richtsnoeren worden gedistilleerd: - ruime steun voor het beginsel van een evenwicht tussen de drie pijlers, waarbij een minderheid van de deelnemers meer de nadruk legt op de economische pijler; - het besef dat groot belang moet worden toegekend aan de nationale actieplannen; - zeer grote bezorgdheid met betrekking tot alle zaken die fiscale en sociale dumping zouden kunnen bevorderen; - door veel leden werd een verband gelegd tussen de Strategie van Lissabon, de financiële vooruitzichten en de herziening van het Stabiliteits- en Groeipact.

Deze bijeenkomst heeft haar nut bewezen en wij zijn van plan om elk jaar voor de voorjaarsbijeenkomst van de Europese Raad een dergelijke bijeenkomst te houden. Zij heeft ertoe bijgedragen dat de nationale vertegenwoordigers, alsmede hun collega's van het Europees Parlement, zich meer bewust zijn geworden van de algehele problematiek, en dat de opbouw van Europa een grotere parlementaire dimensie heeft gekregen. De noodzaak van inachtneming van het evenwicht tussen de drie dimensies van het proces van Lissabon impliceert dat er politieke keuzes moeten worden gemaakt die een grote reikwijdte hebben. De parlementen moeten daarbij een rol spelen, omdat het de parlementen zijn die een groot deel van de noodzakelijke hervormingen zullen moeten goedkeuren en doen toepassen. Ik zou er ook met nadruk op willen wijzen dat de kwaliteit van de Europese wetgeving een onmisbaar element is voor elke strategie die tot doel heeft ons concurrentievermogen te vergroten. Het wetgevingskader voor de Europese economie moet begrijpelijk en eenvoudig zijn en een zo gering mogelijke belasting vormen. Laten we niet vergeten dat elke regelgeving op Europees niveau in de plaats komt van 25 nationale regelgevingen die een werkelijke belemmering vormen voor de goede werking van de interne markt. Maar de communautaire richtlijnen moeten ook tot het strikt noodzakelijke worden beperkt, zonder dat er sprake is van al teveel gedetailleerderdheid, en zij moeten goed worden omgezet, zonder dat er sprake is van teveel nationale elementen die de zaken compliceren. Altijd moeten, voordat een besluit wordt genomen, de effecten ervan worden beoordeeld, en in een later stadium moeten zij van tijd tot tijd worden herzien. Deze beoordeling moet een objectief karakter hebben en de instellingen moeten daarvoor een gemeenschappelijke methodologie ontwikkelen. In dit verband hebben wij vorige week de mededeling van de Commissie ontvangen over de wijze van totstandkoming van "betere wetgeving", nadat daarover door de drie instellingen overeenstemming was bereikt. Elke afzonderlijke instelling moet onderkennen dat een kwalitatief betere wetgeving afhangt van een werkelijke samenwerking tussen de drie instellingen, en daar is voorlopig geen sprake van.

Tijdens de interparlementaire bijeenkomst van een paar dagen geleden, waaraan ook werd deelgenomen door de heren Juncker, Barroso en Verheugen, stond een onderwerp dat rechtstreeks verband houdt met de Strategie van Lissabon, namelijk de richtlijn betreffende diensten, bij alle discussies centraal. Ik zou daaraan een paar woorden willen wijden. In de eerste plaats mogen we niet vergeten dat het bij deze tekst gaat om een voorstel van de Commissie uit 2004, dat overeenkomstig de Verdragen behandeld en zeer waarschijnlijk geamendeerd zal worden in het kader van de procedure van medebeslissing tussen Europees Parlement en Raad. Het is derhalve een tekst die nog niet van kracht is. Ik ben verontrust over de enorme verwarring die er omtrent deze tekst bestaat. Waarover gaat het eigenlijk? Wanneer het gaat om de vrijheid van vestiging, is het een probleem dat al een tijd geleden werd opgelost, zonder toepassing van het beginsel van het "land van oorsprong"; wanneer het gaat om de vrijheid van dienstverlening kan op zijn minst worden gesteld dat de tekst niet duidelijk is en veel vragen onbeantwoord laat. Dat heeft de Commissie zelf een paar dagen geleden voor de plenaire vergadering van het Europees Parlement ook verklaard. Het is noodzakelijk dat wij allemaal proberen de zaken zo goed mogelijk uit te leggen om vooral te voorkomen dat de ene helft van Europa het gevoel heeft op te moeten boksen tegen de protectionistische tendensen bij de andere helft. Ook moet er beslist niet vanuit worden gegaan dat wie tegen deze richtlijn is ook tegen de onderwerpgrondwet is, want dat slaat nergens op. Het debat dat in het Europees Parlement net van start is gegaan, zal van groot belang zijn; het zal een hoogtepunt zijn in de parlementaire democratie. De tekst zal tijdens het debat diepgaand kunnen worden geanalyseerd. Ik ben er van overtuigd dat onze amendementen zullen bijdragen tot de instandhouding van het Europees sociaal model. We zijn altijd voorstander geweest van de totstandkoming van de interne markt, maar tegelijkertijd wordt sociale dumping door ons van de hand gewezen. Zoals in de resolutie over de Strategie van Lissabon wordt gesteld, gaat het om de totstandkoming van een interne markt voor diensten waarin het evenwicht wordt bewaard tussen opening van de markten, openbare dienstverlening en sociale en consumentenrechten.

Bij het nemen van een besluit over de vraag hoe dit evenwicht tot stand moeten worden gebracht, moeten zeer belangrijke politieke keuzes worden gemaakt, waarvoor behoefte bestaat aan een democratisch debat, en het Europees Parlement is daarvoor de aangewezen plaats. Ik heb kennis genomen van de politieke overeenstemming die de ministers van economische zaken en financiën hebben bereikt over het Stabiliteits- en Groeipact, en besef dat de inhoud van dit akkoord binnen het Europees Parlement tot uiteenlopende reacties leidt. Het is een teken dat fundamentele en belangrijke criteria waaraan door het Europees Parlement groot belang wordt gehecht, in acht worden genomen; maar tegelijkertijd wordt een zekere mate van flexibiliteit gehandhaafd die het beeld schetst van een Europese Unie waarin eenieder begrip heeft voor de zorgen van de ander zonder het geheel uit het oog te verliezen. Het Europees Parlement heeft in zijn resolutie van februari 2005 aanbevolen dat in het Stabiliteits- en Groeipact meer rekening wordt gehouden met de economische ontwikkeling. Zonder dit akkoord zou de Unie in een "impasse" zijn geraakt. De Strategie van Lissabon, de financiële vooruitzichten, het Stabiliteitsen Groeipact en de ontwerprichtlijn betreffende diensten zijn allemaal onderwerpen die van belang zijn voor het dagelijks leven van de burgers. En dat geldt ook voor de uitbreiding. Er moet meer aan voorlichting worden gedaan om met nadruk te wijzen op de positieve gevolgen daarvan. Het Parlement zal met de nodige zorg de voorbereidingen treffen voor de stemming op 13 april over het verlenen van instemming met de toetreding van Roemenië en Bulgarije, opdat deze nieuwe uitbreiding neerkomt op politieke, economische en sociale vooruitgang voor iedereen. Ook wil het Parlement van nabij worden betrokken bij het proces van toezicht door de Commissie tot het moment van de toetreding. Het moet daarbij gaan om een werkelijke controle en niet alleen maar een formaliteit. Nu het proces van ratificatie van de Grondwet in veel landen van de Unie is begonnen, moet Europa onze burgers een betere toekomst bieden door middel van een vernieuwd institutioneel kader, zoals de Grondwet dat is, of door de vaststelling van een economisch, sociaal en milieubeleid dat hen ten dienste staat. Het is van wezenlijk belang dat de samenwerking tussen de drie instellingen

zich zo goed mogelijk ontwikkelt. Het Europees Parlement heeft de door de Commissie voorgestelde richtsnoeren voor haar optreden in de komende vijf jaar positief ontvangen. Deze opstelling, in combinatie met onze steun voor de voorstellen betreffende de tussenbalans van de Strategie van Lissabon, geeft blijk van onze bereidheid om de wederzijdse verstandhouding tussen de instellingen te verbeteren en nauw samen te werken met de Commissie. De weg van het Luxemburgse voorzitterschap is niets meer of minder dan een hordenloop. De eerste horde is genomen met het akkoord over het Stabiliteits- en Groeipact. Het Europees Parlement is ervan overtuigd dat dezelfde verantwoordelijkheidszin en compromisbereidheid het mogelijk zullen maken de Strategie van Lissabon nieuw leven in te blazen en in juni besluiten te nemen over de toekomstige financiering van onze Unie. Dank u wel.