Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document.

Transcriptie

1 Raad van de Europese Unie Brussel, 29 oktober 2018 (OR. en) 7223/04 DCL 1 JUSTCIV 42 DERUBRICERING van document: 7223/04 d.d.: 11 maart 2004 nieuwe status: Betreft: Publiek Ontwerp-aanbeveling voor een besluit van de Raad tot machtiging van de Commissie om in het kader van de Haagse Conferentie voor Internationaal Privaatrecht namens de Europese Gemeenschap onderhandelingen te openen met het oog op de sluiting van een verdrag inzake onderhoudsverplichtingen Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document. De tekst van dit document is identiek aan die van de voorgaande versie. 7223/04 DCL 1 hh DG H III NL

2 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 11 maart 2004 (15.03) (OR. en) 7223/04 JUSTCIV 42 NOTA van: aan: nr. vorig doc. nr. Comv.: Betreft: het voorzitterschap het Comité burgerlijk recht (algemene vraagstukken) 6512/04 JUSTCIV 28 () 8187/03 JUSTCIV 60 () Ontwerp-aanbeveling voor een besluit van de Raad tot machtiging van de Commissie om in het kader van de Haagse Conferentie voor Internationaal Privaatrecht namens de Europese Gemeenschap onderhandelingen te openen met het oog op de sluiting van een verdrag inzake onderhoudsverplichtingen 1. Op 4 april 2003 heeft de Commissie bij de Raad een ontwerp ingediend voor een machtiging om in het kader van de Haagse Conferentie voor Internationaal Privaatrecht onderhandelingen te openen met het oog op de sluiting van een verdrag inzake onderhoudsverplichtingen. 2. De ontwerp-machtiging is op 8 maart 2004 door het Comité burgerlijk recht (algemene vraagstukken) besproken. Het voorzitterschap heeft alle opmerkingen die de delegaties tijdens die vergadering hebben gemaakt, verwerkt in een herziene tekst voor een machtiging, die in bijlage dezes gaat. 7223/04 ons/sav/wb 1 DG H III NL

3 3. Uit de voorbereidende werkzaamheden blijkt dat een eventueel Verdrag van Den Haag invloed zal hebben op de communautaire wetgeving, in het bijzonder Verordening (EG) nr. 44/2001 van de Raad van 22 december 2000 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken. 4. In dit stadium ziet het ernaar uit dat niet alle door het toekomstige Verdrag van Den Haag te bestrijken terreinen tot de exclusieve bevoegdheid van de Europese Gemeenschap behoren. Het toekomstige verdrag moet derhalve een gemengde overeenkomst worden omdat er momenteel geen communautaire instrumenten zijn met betrekking tot wetsconflicten en er geen specifiek instrument is inzake administratieve samenwerking op het gebied van onderhoudsverplichtingen. 5. Ter herinnering wordt erop gewezen dat overeenkomstig artikel 10 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, de lidstaten alle maatregelen treffen welke geschikt zijn om de nakoming van de uit dit Verdrag of uit handelingen van de instellingen der Gemeenschap voortvloeiende verplichtingen te verzekeren. 6. Het Verenigd Koninkrijk en Ierland zullen deelnemen aan de aanneming en de toepassing van dit besluit. 7. Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van het Protocol betreffende de positie van Denemarken, dat gehecht is aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, neemt Denemarken niet deel aan de aanneming en de toepassing van dit besluit en is het niet gebonden door of onderworpen aan de toepassing ervan. 7223/04 ons/sav/wb 2 DG H III NL

4 8. Gezien dit alles wordt, indien het Comité tot een akkoord komt over deze ontwerpmachtiging, het Coreper/de Raad verzocht om: a) de Commissie te machtigen om, met betrekking tot aangelegenheden die tot de exclusieve bevoegdheid van de Gemeenschap behoren, in het kader van de Haagse Conferentie voor Internationaal Privaatrecht onderhandelingen te openen met het oog op de sluiting van een toekomstig verdrag inzake onderhoudsverplichtingen; b) te besluiten dat de Commissie deze onderhandelingen namens de Europese Gemeenschap, wat de onder a) bedoelde aangelegenheden betreft, zal voeren in overleg met een speciaal comité van vertegenwoordigers van de lidstaten dat de Commissie moet helpen bij de uitvoering van de in de bijgaande onderhandelingsrichtsnoeren omschreven opdracht; c) de onderhandelingsrichtsnoeren in de bijlage vast te stellen; d) nota te nemen van het feit dat de Commissie de Raad verslag zal uitbrengen over het resultaat van de onderhandelingen. 9. Het Coreper/de Raad wordt ook verzocht er nota van te nemen dat, met betrekking tot niet in punt 8, onder a), vermelde aangelegenheden, de lidstaten hun standpunt zullen coördineren. In overeengekomen gevallen kunnen over deze gecoördineerde standpunten verklaringen worden afgelegd door het fungerend voorzitterschap van de Raad en/of de Commissie. 7223/04 ons/sav/wb 3 DG H III NL

5 BIJLAGE Ontwerp van onderhandelingsrichtsnoeren 1. De Commissie tracht overeenstemming te bereiken om in het kader van de Haagse Conferentie voor Internationaal Privaatrecht te komen tot een toekomstig verdrag inzake onderhoudsverplichtingen. Een dergelijk instrument moet een zodanige structuur hebben dat het de grootst mogelijke doeltreffendheid en de voor een brede ratificatie noodzakelijke flexibiliteit in zich verenigt. 2. De Commissie zorgt ervoor dat de belangen van de Gemeenschap in het toekomstige verdrag beveiligd zijn. 3. In het bijzonder geldt het volgende: a) Allereerst tracht de Commissie een Verdrag te bewerkstelligen over de tenuitvoerlegging en de erkenning van onderhoudsverplichtingen 1, in het bijzonder tussen echtgenoten en jegens kinderen. De Commissie levert inspanningen om ervoor te zorgen dat het stelsel van erkenning en tenuitvoerlegging van onderhoudsverplichtingen niet strakker is dan de regeling van het Verdrag van Den Haag van 1973 inzake de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen over onderhoudsverplichtingen, en zij moet de mogelijkheden voor een verdere vereenvoudiging van die regeling onderzoeken. b) De Commissie onderzoekt ( ) de mogelijkheden van een verdrag met bevoegdheidsregels die eventueel vergezeld kunnen gaan van een instapmogelijkheid ten aanzien van deze regels. 1 Volgens de aanbeveling van de Speciale Den Haag-Commissie van 1999 moet een van de essentiële elementen van zo'n verdrag zijn dat er bepalingen in staan over administratieve samenwerking. 7223/04 ons/sav/wb 4 BIJLAGE DG H III NL

6 c) De Commissie zorgt ervoor dat i) ( ) ii) in het toekomstige verdrag alle nodige aandacht wordt besteed aan vraagstukken inzake rechtsbijstand; iii) het toekomstige instrument één of meer clausules bevat op grond waarvan de lidstaten van de Europese Gemeenschap overeenkomstig het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap in hun onderlinge betrekkingen de communautaire wetgeving kunnen toepassen; iv) het toekomstige verdrag bepalingen bevat op grond waarvan de Gemeenschap tot het verdrag kan toetreden. 4. De Commissie brengt bij de Raad verslag uit over het resultaat van de onderhandelingen en over problemen die zich in de loop van de onderhandelingen mochten voordoen. 7223/04 ons/sav/wb 5 BIJLAGE DG H III NL