Aandachtspunten loonadministratie 2017 SCAB-gerelateerd Nieuwe rekeningnummers journaalpost Op uw portal hebben wij het nieuwe overzicht Codering SCAB journaalpost Salaris 2017 geplaatst. U kunt deze raadplegen op uw Dashboard onder Nieuwsitems - Loonadministratie. Als wij de journaalposten voorzien van uw grootboekrekeningen, wilt u dan via e-mail aan ons doorgeven welke grootboekrekening u aan onze code wilt koppelen? Als wij de journaalposten digitaal aan u ter beschikking stellen, dan kunt u ervoor kiezen deze grootboekrekeningen in uw eigen financiële administratie aan te passen. Voor het jaar 2017 hebben wij onze journaalpostcodes uitgebreid met de volgende rekeningnummers: Nieuwe rekeningnummers Journaalpostcode Grootboek- Balans Omschrijving Oud Nieuw rekening V&W Reservering winteruren - 1666 177103 Balans Loonkosten winteruren - 1726 176408 Balans Onbelaste jubileumvergoeding - 2634 200008 V & W Opslag verlofuren oudere werknemers - 5658 575204 V & W Nieuwe uurcodes Voor het jaar 2017 hebben we een aantal nieuwe uurcodes aangemaakt, te weten; Meeruren gewerkt (uurcode 101) Alleen voor parttimers waarvoor u wil dat de extra(meer) uren apart geregistreerd worden op de loonstrook (worden dan niet behandeld als overwerkuren) Ouderschapsverlof (uurcode 81). Deze worden nu apart geregistreerd en kunt u cumulatief terugvinden op de cumulatieve manstaat welke onderdeel uitmaakt van de rapporten in excel, te vinden bij de online dienst Personeel & Salaris rapporten loonverwerking rapport in excel. Als u de uren digitaal aanlevert via een financieel pakket (module tijdregistratie), kunt u contact opnemen met uw software leverancier voor de inrichting van deze nieuwe uurcodes in uw pakket. Reisuren tegen bijzonder tarief loonbelasting Sinds 1 januari 2016 is de voordeelregel loonheffing vervallen bij uitbetalingen van variabele looncomponenten, zoals bijvoorbeeld overuren. Vanwege het vervallen hiervan gaan we de reisuren, die niet opgenomen zijn in de vaste gegevens van de werknemer, vanaf 1 januari 2017 ook tegen de tabel bijzondere beloningen verwerken. Dit voorkomt dat een werknemer eventueel een verrekening van de algemene heffingskorting en/of arbeidskorting krijgt bij zijn aangifte inkomstenbelasting. Geen aparte loonstrook voor (netto) overwerk, vakantietoeslag e.d. Tot en met 2016 was u gewend dat wij de vakantietoeslag, gratificaties, (netto) overwerk en andere nettobruto verloningen e.d. op een aparte loonspecificatie verwerkten. Vanaf 2017 zullen wij dit zoveel mogelijk op één loonspecificatie voor u verwerken. Meerdere netto-bruto berekeningen op één loonspecificatie is niet mogelijk, hiervoor ontvang u nog steeds een aparte loonspecificatie. Wilt u toch een aparte loonstrook, dan kun u dit specifiek aan uw klantenteam doorgeven. Pagina 1 van 5
Voorziening (reservering) eigen risico ziekte en weer-/vorstverlet in uren Voor een nauwkeurige bepaling van uw loonkosten hebben we de mogelijkheid om hierin een voorziening/ reservering op te nemen voor het eigen risico van ziektewet en/of weer-/vorstverlet. U kunt deze voorziening ook in uren opgeven in plaats van in een percentage. Hierdoor kunt u een preciezere opgaaf doen van uw voorziening/reservering in de loonkosten. Wij adviseren u om een voorziening op basis van uren aan uw klantenteam door te geven. Werkkostenregeling Sinds de invoering van de werkkostenregeling hebben wij voor u een aantal specifieke uitbetalingscodes aangemaakt om aan te geven dat deze vergoedingen ten laste gaan van de forfaitaire ruimte. Het betreft de volgende (onbelaste) vergoedingen: Representatiekosten uitbetalingscode 617 Diversen/overige onkostenvergoeding uitbetalingscode 619 Pontkosten, parkeer-/tolgelden uitbetalingscode 624 cao-vergoedingen (algemeen/niet gespecificeerd) uitbetalingscode 644 Belaste vergoedingen die u onbelast vergoedt en daardoor onder het forfait vallen: Kilometervergoeding (> 0,19 per km) uitbetalingscode 646 Wg-bijdrage aanvullende ziektekostenverzekering uitbetalingscode 648 Algemene code niet ten laste van forfait WKR: Intermediaire kosten uitbetalingscode 607 Wilt u hiervan gebruikmaken voor de vaste vergoedingen (in de vaste gegevens)? Geef dit dan per direct door aan uw klantenteam. Als u voor de variabele vergoedingen hiervan gebruik wilt maken verzoeken wij u om dit duidelijk aan te geven bij de urenaanlevering over de betreffende periode. Rapporten in loonoutput Bovenstaande (en alle andere) vergoedingen specificeren wij op het rapport Overzicht inhoudingen / bijbetalingen. U vindt deze terug in de loonoutput. Op dit rapport geven we, aan de hand van uw opgave, aan welke bedragen ten laste gaan van de vrije ruimte (forfait) i.v.m. invoering van de werkkostenregeling. Wij hanteren voor de vergoedingen, vanuit de vaste gegevens werknemer, de volgende uitgangspunten: Kledinggeld ten laste van forfait Laarzen/schoenengeld ten laste van forfait Gereedschapsgeld niet ten laste van forfait (noodzakelijkheidscriterium) Cao-vergoedingen algemeen ten laste van forfait Koffiegeld/consumptie niet ten laste van forfait (tijdelijke verblijfskosten) Representatiekosten ten laste van forfait Diverse onkostenvergoeding ten laste van forfait Pont, parkeer-/tolgelden ten laste van forfait indien geen auto van de zaak of niet ten laste van forfait bij auto van de zaak (intermediaire kosten) Telefoonkosten niet ten laste van forfait (noodzakelijkheidscriterium) Reiskosten algemeen niet ten laste van forfait (gerichte vrijstelling i.v.m. < 0,19 per km) Kilometervergoeding niet ten laste van forfait (gerichte vrijstelling i.v.m. < 0,19 per km) Als u van bovenstaande af wilt wijken verzoeken wij u dit per e-mail aan uw klantenteam door te geven. Dit rapport kan u helpen om vanuit de financiële administratie te bepalen of u binnen de forfaitaire ruimte blijft. LET OP: Aan beide rapporten kunnen geen rechten ontleend worden. Vanuit de loonadministratie is niet met zekerheid te bepalen of de opgegeven vergoedingen wel of niet ten laste gaan van de forfaitaire ruimte. Dit dient u vanuit uw financiële administratie (ook voor de Belastingdienst) inzichtelijk te maken. Pagina 2 van 5
Belastingdienst-gerelateerd Fiscale bijtelling privégebruik auto van de zaak Per 1 januari 2017 veranderen de CO2 -uitstootgrenzen en de bijbehorende bijtellingspercentages voor het privégebruik voor personen- en bestelauto s van de zaak. Het maakt niet uit op wat voor brandstof de auto rijdt. Tabel CO 2-uitstootgrenzen en bijtellingspercentages privégebruik auto in 2017 (voor auto s die in 2017 voor het eerst op naam gesteld worden) Categorie CO2 uitstoot in gram per km Auto s met 4% bijtelling 0 Auto s met 22% bijtelling > 0 Deze percentages gelden niet bij excessief privégebruik auto. Het 4%-percentage geldt voor 60 maanden. De termijn van 60 maanden start op de 1e dag van de maand na de maand van de Datum Eerste Tenaamstelling (DET) van de auto. De bijtellingspercentages en de termijnen zijn gekoppeld aan het kentekenbewijs. Als de auto van eigenaar wisselt of als u de auto aan een andere werknemer ter beschikking stelt, blijven ze gelden. Voor auto's waarvan de datum 1e tenaamstelling ligt op of na 1 juli 2012 geldt het betreffende percentage 60 maanden. De termijn start op de 1 e dag van de maand na de maand waarin de datum 1 e tenaamstelling valt. Op de laatste dag van de termijn van 60 maanden bepaalt u opnieuw het bijtellingspercentage volgens de normen die dan gelden. Dit nieuwe percentage geldt ook dan weer voor 60 maanden. Loonbelastingtabellen bijzondere beloningen In de tabel bijzondere beloningen is ook in 2017 weer de kolom verrekeningspercentage loonheffingskorting toegevoegd voor medewerkers voor wie de loonheffingskorting toegepast wordt. Hiermee wordt de afbouw van de arbeidskorting en de algemene heffingskorting ook op de bijzondere beloning toegepast. Rekenhulp Loonbelastingtabellen Sinds 1 januari 2017 heeft de Belastingdienst op hun site een rekenhulp voor de Loonbelastingtabellen. Deze rekenhulp komt in plaats van de loonbelastingtabellen die de Belastingdienst jaarlijks publiceerde als download op Belastingdienst.nl. Leeftijd voor de werkbonus verhoogd De leeftijd om de werkbonus toe te passen wordt per 1 januari 2017 verhoogd van 62 jaar naar 63 jaar. De werkbonus mag per 1 januari 2017 alleen nog toegepast worden als de werknemer voldoet aan de volgende 2 voorwaarden: Hij/zij geniet loon uit tegenwoordige dienstbetrekking. Hij/zij was 63 jaar op 31 december 2016 (geboren in 1953). De hoogte van de werkbonus hangt af van het loon uit tegenwoordige dienstbetrekking van de werknemer. De werkbonus is maximaal 1.119 en is 0 vanaf een inkomen van meer dan 33.694. AOW-leeftijd verder omhoog De AOW-leeftijd gaat in 2017 verder omhoog naar 65 jaar en 9 maanden. Afschaffen fictieve dienstbetrekking voor commissarissen De fictieve dienstbetrekking voor commissarissen is vanaf 1 mei 2016 optioneel. Met ingang van 1 januari 2017 is deze afgeschaft en is er dus geen inhoudingsplicht (voor de loonheffingen) meer voor de commissaris. Pagina 3 van 5
Indien de wens bestaat om de commissarisvergoeding te verlonen via de loonadministratie, dan kan de zogenoemde Opting-in regeling worden toegepast. Voor toepassing van opting-in dient een gezamenlijke verklaring bij de Belastingdienst te worden ingediend. Ook is in dit geval de commissaris zelf de inkomensafhankelijke bijdrage voor de Zorgverzekeringswet verschuldigd, maar verloopt de afdracht van de bijdrage via de opdrachtgever door een inhouding op de beloning van de commissaris. Wat moet u doen? Stuurt u de opting-in verklaring, alsmede de goedkeuring van de Belastingdienst, naar uw klantenteam. Wij zullen dan ook in 2017 de verloning voor de commissaris, conform de opting-in regeling, voor u verlonen. Lage-inkomensvoordeel (LIV) Werkgevers die in 2017 werknemers in dienst hebben, die het wettelijk minimumloon of net iets meer verdienen, kunnen recht hebben op het lage-inkomensvoordeel (LIV). Dit voordeel is een nieuwe maatregel uit het wetsvoorstel Tegemoetkomingen loondomein. Het lage-inkomensvoordeel over 2017 betaalt de Belastingdienst in 2018 uit. Dit voordeel kan oplopen tot 2.000 per werknemer per jaar. De hoogte is afhankelijk van het gemiddelde uurloon van de werknemer. Voorwaarden Het LIV geldt voor een werknemer die in een kalenderjaar: - een gemiddeld uurloon verdient van minimaal 100% en maximaal 125% van het wettelijk minimumloon - ten minste 1248 verloonde uren heeft - de AOW-gerechtigde leeftijd nog niet heeft bereikt Onder het wettelijk minimumloon verstaat de Belastingdienst het wettelijk minimumloon zoals geldt voor een werknemer van 23 jaar of ouder (WML). Het gemiddeld uurloon van een werknemer berekent u door het (fiscale) jaarloon te delen door het aantal verloonde uren. Ook voor een werknemer jonger dan 23 jaar, met een gemiddeld uurloon van minimaal 100% en maximaal 125% van het WML voor een 23-jarige of ouder, komt u dus in aanmerking voor het LIV. Hoogte van het LIV Voor 2017 gelden de volgende bedragen: - Voor werknemers met een gemiddeld uurloon van ten minste 9,54 en niet meer dan 10,49 geldt een bedrag van 1,01 per uur. Met een maximum van 2.000 per werknemer per jaar. - Voor werknemers met een gemiddeld uurloon van ten minste 10,50 en niet meer dan 11,92 geldt een bedrag van 0,51 per uur. Met een maximum van 1.000 per werknemer per jaar. Let op: Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) moet de bedragen nog indexeren. Hoe komt u in aanmerking voor het LIV? Het UWV haalt de benodigde gegevens uit de door ons ingediende loonaangiften over 2017 en uit de Polisadministratie. Voor 15 maart 2018 ontvangt u van UWV een voorlopig overzicht van het LIV waarop u recht hebt. Eventuele fouten kunnen tot en met 1 mei 2018 hersteld worden door het insturen van correcties. De hoogte van het LIV berekent UWV aan de hand van de gegevens zoals deze op 1 mei 2018 in de Polisadministratie staan. De Belastingdienst stuurt u voor 1 augustus 2018 een beschikking met het definitieve bedrag aan LIV. Uiterlijk 12 september 2018 betalen zij het bedrag aan lage-inkomensvoordeel aan u uit. Nieuw rapport LIV in loonoutput Om u enig inzicht te geven of u hiervoor in aanmerking komt, vindt u binnenkort hiervoor een nieuw rapport in onze output loonverwerking. Pagina 4 van 5
Brief Whk-premie/verzekeringspolis naar SCAB In november/december 2016 hebt u van de Belastingdienst de beschikking Werkhervattingskas 2017 ontvangen. Voor een juiste loonverwerking hebben wij een kopie van de beschikking van de Belastingdienst nodig en, indien van toepassing, een kopie van de verzekeringspolis bij eigenrisicodragerschap WGA-vast en/of ZW-flex. De premies voor WGA-flex en WGA-vast zijn per 1 januari 2017 definitief samengevoegd tot één gedifferentieerde WGA-premie. Dit is overzichtelijker, maar het principe wijzigt niet: de werkgever betaalt de instroom in de WGA, ongeacht de aard van het voorafgaande dienstverband Verhaalrecht van de premie op nettoloon van de werknemers is maximaal 50% van de afdracht premie voor de WGA-vast. Voor de ZW-flex geldt géén verhaalmogelijkheid. Controle beschikking Whk U kunt uw beschikking werkhervattingskas door ons laten controleren. Voor meer informatie kunt u hiervoor contact opnemen met onze adviseurs P&O (Personeelsadvies@scabadvies.nl). Meer weten? Hebt u nog vragen of wilt u meer informatie? Neem dan gerust contact op met uw klantenteam. Zij helpen u graag verder. 9 januari 2017 Deskundig zijn, eenvoudig doen Pagina 5 van 5