Publieksonderzoek Dress Red Day Auteurs Pieter Paul Verheggen Ikrame Azaaj Rebecca van der Grient 15-9-2017 B1871
Inhoudsopgave Achtergrond 3 Doel- en probleemstelling 4 Samenvattende conclusies 5 Methode en opzet 7 Resultaten 8 Bijlage 17 2
Achtergrond In opdracht van Jan Hol en Yolande Appelman van het VU Medisch Centrum (hierna ook Vumc), heeft Motivaction International B.V. een publieksonderzoek uitgevoerd naar hart- en vaatziekten. Op vrijdag 29 september 2017 is het Dress Red Day, op die dag wordt aandacht gevraagd voor hart- en vaatziekten bij vrouwen. VUmc maakt zich sterk voor een betere diagnose en behandeling van vrouwen met hartklachten; veelal samenhangend met de overgang. Daar is speciaal wetenschappelijk onderzoek voor nodig, omdat blijkt dat veel artsen nog steeds vanuit de mannelijke anatomie naar het vrouwelijke hart kijken. En hart- en vaatziekten onder vrouwen is in de westerse wereld, dus ook in Nederland, nog steeds doodsoorzaak nummer 1. Om voor dit wetenschappelijke onderzoek aandacht en fondsen te werven, benut VUmc de jaarlijkse Dress Red Day. Rond die dag vinden verschillende fondsenwervende activiteiten bij het VUmc op de Zuidas plaats. Onder meer een lunchsymposium onder leiding van interventiecardioloog Yolande Appelman. In het kader van de fondsenwerving is het wenselijk dat er aandacht in de media wordt besteed aan dit onderwerp. Op dit moment is er nog niet veel wetenschappelijk researchnieuws, de nieuwe onderzoekslijnen krijgen (nog) geen overheidsfinanciering en kunnen pas worden opgestart als er financiële middelen zijn. De wens was daarom om een perswaardig publieksonderzoek op te zetten dat het belang van onderzoek naar hart- en vaatziekten onder vrouwen onderstreept. Een onderzoek dat ingaat op de kennis over hart- en vaatziekten onder vrouwen, dat ingaat op de kennis hoe hart- en vaatziekten kunnen worden voorkomen en die ingaat op de beleving. 3
Doel- en probleemstelling De doelstelling van dit onderzoek is te meten wat Nederlanders weten over hart- en vaatziekten. In overleg met betrokkenen vanuit VUmc is bepaald welke vraagonderwerpen hiervoor van belang zijn en van belang zijn om persaandacht te genereren. Dit is uitgesplitst naar de volgende vragen: Wat weet men van hart- en vaatziekten en de verschillen daarin tussen mannen en vrouwen? Wat weet men van hoe hart- en vaatziekten kunnen worden voorkomen? Wat is de impact op het leven van personen die ermee te maken hebben gehad? Wat is de maatschappelijke impact (bijv. uitgedrukt in ziekteverzuim en gezondheidszorgkosten) Doelgroep- en imago-onderzoek De Dierenbescherming Project B1432 4
Samenvattende conclusies Kanker gezien als meest voorkomende doodsoorzaak in Nederland; hart- en vaatziekten nummer 2 Kanker (inclusief roken) wordt spontaan genoemd als meest voorkomende doodsoorzaak in Nederland. Deze doodsoorzaak wordt het meest genoemd voor zowel mannen (82%) als vrouwen (86%). Hart- en vaatziekten staan volgens het Nederlands publiek op nummer 2: 76% noemt hart- en vaatziekten als meest voorkomende doodsoorzaak voor mannen en 65% voor vrouwen. Deze percentages laten niet alleen zien dat kanker wordt gezien als voornaamste doodsoorzaak, maar ook dat men denkt dat hart- en vaatziekten vaker een doodsoorzaak vormen voor mannen dan vrouwen. Dit wordt ondersteund door het feit dat 60% van de Nederlanders denkt dat meer mannen dan vrouwen in Nederland overlijden aan hart- en vaatziekten en 57% niet verwacht dat vrouwelijke diabetici een hoger risico lopen op hart- en vaatziekten dan mannelijke diabetici. Genderverschillen in diagnostiek en behandeling weinig bekend Nederlanders weten weinig over genderverschillen als het gaat om de behandeling en diagnose van hart- en vaatziekten. De kennisvragen zijn vooral gebaseerd op vermoedens ( ik denk dat dit wel/niet waar is ) en weinig gebaseerd op kennis ( ik weet dat dit wel/niet waar is ). De meest opvallende en tevens onterechte aanname is dat ruim tweederde van de Nederlanders niet denkt dat mannen minder kans hebben op bijwerkingen van medicijnen dan vrouwen (69%). Verder denkt 51% niet dat er in de medische wereld meer kennis is over het mannelijke lichaam dan over het vrouwelijke lichaam. Dat betekent dat veel Nederlanders vooral verwachten dat er weinig verschillen bestaan tussen mannen en vrouwen in behandeling en diagnostiek van hart- en vaatziekten, terwijl de realiteit anders is. Nederlanders hebben echter wel het idee over kennis te beschikken over hart- en vaatziekten 53% van de Nederlanders geeft aan wel wat te weten over hart- en vaatziekten en 9% weet in perceptie veel over hart- en vaatziekten (samen 62%). Een derde (32%) beschouwt de eigen kennis als weinig en 6% geeft aan niets te weten over hart- en vaatziekten. 5
Samenvattende conclusies Bijna helft van de Nederlanders heeft persoonlijk ervaring met hart- en vaatziekten Bijna de helft van de Nederlanders (47%) heeft zelf een hart- en/of vaatziekte en/of heeft dierbaren met hart- en vaatziekten. 53% van de Nederlanders heeft in zijn directe omgeving niet te maken met hart- en vaatziekten. Hart- en vaatziekten hebben grote impact op de persoon met een hart- en vaatziekte Hart- en vaatziekten hebben volgens Nederlanders vooral een grote impact op de persoon met een hart- en/of vaatziekte (71%). De personen met een hart- en vaatziekten onderschrijven dit ook. Bijna tweederde van de hartpatiënten (64%) ervaart de hart- en vaatziekte als een redelijke tot zeer grote invloed op het leven. Hart- en vaatziekten ook grote impact op de maatschappij In de optiek van Nederlanders hebben hart- en vaatziekten ook veel invloed op maatschappelijke aspecten. De gezondheidszorgkosten in Nederland (61%), de werkprestaties van de personen met een hart- en/of vaatziekte (42%) en het ziekteverzuim in Nederland (32%) worden door een groot deel van de Nederlanders genoemd. 6
Methode en opzet Doelgroep: Nederlands publiek Nederlands publiek in de leeftijd 18-80 jaar. Kwantitatief online onderzoek De vragenlijst is in samenwerking met betrokkenen vanuit het Vumc opgesteld. Het onderzoek is kwantitatief online uitgevoerd. Het veldwerk heeft plaatsgevonden in de periode van 23 augustus tot en met 4 september 2017. Er is een representatieve steekproef getrokken binnen het StemPunt-panel van Motivaction onder de doelgroep Nederlands publiek van 18 tot en met 80 jaar. Respondenten binnen de steekproef hebben per e-mail een uitnodiging ontvangen met daarin een link naar de online vragenlijst. In totaal hebben 1.043 respondenten de vragenlijst volledig ingevuld. Om te zorgen voor een representatieve afspiegeling van de Nederlandse bevolking is de data achteraf gewogen op de belangrijkste achtergrondkenmerken: leeftijd, opleiding, geslacht, regio, sociaal-culturele oriëntaties (Mentality-milieu) en interacties hiertussen. Een overzicht van de verhoudingen van de achtergrondkenmerken van de steekproef is opgenomen in de bijlage. 7
Resultaten 8
Algeheel kennisniveau Nederlanders hebben het idee te beschikken over kennis over hart- en vaatziekten Meer dan de helft van de Nederlanders weet in perceptie wel wat (53%) of veel (9%) over hart- en vaatziekten. 32% van de Nederlanders geeft aan weinig te weten of hart- en vaatziekten. Slechts 6% geeft aan niets te weten. Hoe beoordeel je je eigen kennis over hart- en vaatziekten? (n=1.043) 53% 100% 80% 60% 32% 40% 6% 9% Ik weet niets over hart- en vaatziekten Ik weet weinig over hart- en vaatziekten Ik weet wel wat over hart- en vaatziekten Ik weet veel over hart- en vaatziekten 20% 0% 9
Doodsoorzaken Hart- en vaatziekten bij vrouwen gezien als doodsoorzaak nummer twee, kanker staat op nummer één Kanker (inclusief) roken wordt spontaan genoemd als meest voorkomende doodsoorzaak voor vrouwen in Nederland (86%). Het gaat om onder andere borstkanker (20%), baarmoederhalskanker (3%), longkanker (3%), roken (2%) en darmkanker (1%). Wat zijn volgens jou de twee meest voorkomende doodsoorzaken bij vrouwen? (n=1.043) Kanker (inclusief roken) Hart 65% 86% Hart- en vaatziekten worden vaak beschouwd als doodsoorzaak nummer 2 voor vrouwen (65%). Het gaat om onder andere hartinfarcten en hartaanvallen (10%), hartfalen (8%), beroertes (4% ) en hartstilstanden (2%). Andere doodsoorzaken die worden genoemd zijn ouderdom (5%), dementie/alzheimer (3%), (verkeers)ongelukken (3%), diabetes (1%) en longziekten (1%). Andere oorzaak Overige antwoorden Weet niet/geen antwoord 13% 7% 4% 10
Doodsoorzaken Ook bij mannen is kanker in perceptie doodsoorzaak nummer één Kanker (inclusief) roken wordt spontaan genoemd als meest voorkomende doodsoorzaak voor mannen in Nederland (82%). Het gaat om onder andere prostaatkanker (8%), longkanker (7%), roken (3%) en darmkanker (2%). Hart- en vaatziekten worden vaak beschouwd als doodsoorzaak nummer 2 voor mannen (76%). Nederlanders noemen onder andere hartinfarcten en hartaanvallen (18%), hartfalen (11%), hartstilstanden (3%) en beroertes (3%) als doodsoorzaak. Wat zijn volgens jou de twee meest voorkomende doodsoorzaken bij mannen? (n=1.043) Kanker (algemeen) Hart Andere oorzaak Overige antwoorden 13% 7% 76% 82% Andere doodsoorzaken die worden genoemd zijn (verkeers)ongelukken (5%), ouderdom (3%), dementie/alzheimer (3%), longziekten (1%) en diabetes (1%). Weet niet/geen antwoord 4% 11
Beeld van hart- en vaatziekten Hart- en vaatziekten zijn gevaarlijk en levensbedreigend Aan Nederlanders zijn verschillende tegengestelde uitspraken voorgelegd en gevraagd in hoeverre ze het eens zijn met één van de uitspraken. Nederlanders zijn het vooral eens met de uitspraak dat hart- en vaatziekten gevaarlijk en levensbedreigend zijn (68%). Hieronder staan steeds tegengestelde uitspraken over hart- en vaatziekten. In hoeverre ben je het meer eens met één van de uitspraken? (n=1.043) Zijn gevaarlijk en levensbedreigend Komen vooral voor bij ouderen Komen vooral voor bij mensen met een ongezonde levensstijl 68% 44% 41% Tussenin 27% 51% 33% 2% 1% 23% Zijn niet gevaarlijk Komen vooral voor bij jongeren Kunnen iedereen overkomen Weet niet 3% 4% 3% Verder heeft men vaker het idee dat hart- en vaatziekten vooral bij ouderen (44%) en mensen met een ongezonde levensstijl (41%) voorkomen. Volgens 30% overkomen hart- en vaatziekten je plotseling. Overkomen je plotseling Zijn alleen bij vrouwen lastig vast te stellen 30% 29% 48% 59% 17% 2% Zie je langzaam aankomen Zijn alleen bij mannen lastig vast te stellen 5% 10% Zijn vaak goed te genezen 24% 62% 9% Zijn niet te genezen 5% Komen vooral voor bij mannen 19% 71% 6% Komen vooral voor bij vrouwen 5% 12
Beeld van hart- en vaatziekten Kennis van genderverschillen is laag In hoeverre denk je dat deze uitspraken waar zijn? (n=1.043) Hartklachten worden bij vrouwen vaak verward met overgangsklachten 2,9 2% 22% 59% 17% Kennisvragen over genderverschillen worden vooral beantwoord op basis van vermoedens ( ik denk dat dit wel/niet waar is ) en weinig op basis van kennis ( ik weet dat dit wel/niet waar is ). Een aantal onterechte aannames zijn opvallend. De helft van de Nederlanders (51%) denkt namelijk (onterecht) dat het niet waar is dat er in de medische wereld meer kennis is over het mannelijke lichaam, dan over het vrouwelijke lichaam. Verder denkt ruim tweederde (69%) (onterecht) dat het niet waar is dat mannen minder kans hebben op bijwerkingen van medicijnen dan vrouwen. 60% denkt onterecht dat er meer mannen dan vrouwen overlijden aan hart- en vaatziekten. En meer dan de helft (57%) denkt (onterecht) dat het niet waar is dat vrouwen met suikerziekte een hoger risico lopen op hart- en vaatziekten dan mannen met suikerziekte. Kortademigheid, moeheid, duizeligheid, misselijkheid en een onrustig gevoel kan bij vrouwen wijzen op een hartaanval 2,8 Na de overgang neemt de kans op hart- en vaatziekten bij vrouwen toe 2,8 Voor een medische professional is het lastiger om hart- en vaatziekten te herkennen bij vrouwen dan bij mannen 2,7 In Nederland overlijdt één op de vier vrouwen aan hart- en vaatziekten 2,7 Er overlijden meer mannen dan vrouwen aan hart- en vaatziekten in Nederland Vrouwen die tijdens de zwangerschap last hebben van sterk verhoogde bloeddruk of suikerziekte, lopen meer risico op het krijgen van hart- en vaatziekten op latere leeftijd 2,6 2,6 Mannen overlijden vaker aan een hartinfarct dan vrouwen 2,6 In de medische wereld is meer kennis over het mannelijke lichaam, dan over het vrouwelijke lichaam Bij mannen komen hart- en vaatziekten op jongere leeftijd voor dan bij vrouwen Mannen overlijden vaker aan een beroerte dan vrouwen Het risico op hart- en vaatziekten is bij vrouwen met suikerziekte hoger dan bij mannen met suikerziekte 2,6 2,6 2,6 2,4 Mannen hebben minder kans op bijwerkingen van medicijnen dan vrouwen 2,3 Hartklachten ontstaan bij mannen en vrouwen op dezelfde leeftijd Bij vrouwen is een hartaanval altijd duidelijk te herkennen aan pijn op de borst 2,3 2,2 Vrouwen lopen minder risico op hart- en vaatziekten dan mannen 2,2 4% 22% 1% 26% 6% 33% 2% 33% 4% 36% 4% 37% 5% 36% 9% 42% 3% 43% 3% 44% 4% 53% 8% 61% 11% 55% 22% 46% 16% 57% 61% 63% 43% 58% 52% 52% 52% 32% 49% 48% 39% 27% 32% 27% 13% 10% 18% 6% 8% 7% 6% 18% 5% 5% 4% 5% 2% 6% 24% 4% Gemiddelde: 1 = ik WEET dat het niet waar is en 4 = ik WEET dat het waar is Ik WEET dat het niet waar is Ik DENK dat het waar is Ik DENK dat het niet waar is Ik WEET dat het waar is 13
Impact van hart- en vaatziekten Bijna de helft van de Nederlanders heeft te maken met hart- en vaatziekten 47% van de Nederlanders geeft aan zelf een hart- en/of vaatziekte te hebben of iemand te kennen met een hart- en/of vaatziekte. 13% heeft zelf een hart- en/of vaatziekte. In welke mate heb je zelf te maken met hart- en vaatziekten? (n=1.043) 7% 6% Ik heb geen hart- of vaatziekte en ik heb geen dierbaren met een hart- of vaatziekte 53% van de Nederlanders heeft zelf geen hart- en/of vaatziekte en heeft ook geen dierbare met hart- en/of vaatziekte. 34% 53% Een dierbare van mij heeft een harten/of vaatziekte, ikzelf niet Ik heb zelf een hart- en/of vaatziekte, maar ik heb geen dierbaren met een hart- of vaatziekte Ik heb zelf een hart- en/of vaatziekte én een dierbare van mij heeft een hart- en/of vaatziekte 14
Impact van hart- en vaatziekten Hart- en vaatziekten hebben voornamelijk impact op de persoon zelf en op gezondheidszorgkosten in Nederland Hart- en vaatziektes hebben volgens Nederlanders voornamelijk impact op de persoon zelf (71%). Een grote meerderheid geeft aan dat hart- en vaatziekten een grote impact hebben op de gezondheidszorgkosten in Nederland (61%). Hart- en vaatziekten hebben volgens ruim de helft van de Nederlanders (56%) impact op de dierbaren van de persoon met een hart- en/of vaatziekte. Minder dan de helft van de Nederlanders geeft aan dat hart- en vaatziekten impact hebben op de werkprestaties van de persoon met een hart- en/of vaatziekte (42%) en op het ziekteverzuim in Nederland (32%). Op welke aspecten hebben hart- en vaatziekten volgens jou impact? % in (zeer) grote mate impact (n=1.043) De persoon die zelf een hart- en/of vaatziekte heeft Gezondheidszorgkosten in Nederland Dierbaren van de persoon met een hart- en/of vaatziekte De werkprestaties van de persoon met een hart- en/of vaatziekte 42% 56% 61% 71% Het ziekteverzuim in Nederland 32% Geen van deze 15% 15
Impact van hart- en vaatziekten Bijna tweederde van de hartpatiënten ervaart hart- en vaatziekten als redelijke tot grote impact op het leven 27% van de Nederlanders met een hart- en/of vaatziekte geeft aan dat deze ziekte in enige mate invloed heeft (gehad) op hun leven. 33% van de Nederlanders ervaart in redelijke mate impact, 19% in grote mate en 12% in zeer grote mate. Slechts 9% ervaart helemaal geen invloed daarvan. In welke mate heeft de hart- of vaatziekte invloed (gehad) op je leven? (Basis - Heeft zelf een hart- en of vaatziekte, n=135) 9% 27% 33% 19% 12% Helemaal niet In enige mate In redelijke mate In grote mate In zeer grote mate Op welke manier heeft de hart- en/of vaatziekte invloed gehad op je leven? (Basis - De hartof vaatziekte heeft heeft in (zeer) grote mate invloed gehad op het leven, n=42) * De impact op de personen die aangeven dat hart- en vaatziekten in grote of zeer grote mate invloed hebben gehad op hun leven, lijkt vooral te gaan over het slikken van medicatie, het minder in staat zijn leuke activiteiten te doen, minder kunnen werken, minder kunnen genieten van het leven en meer onzekerheid en angst te ervaren. Ook lijkt het erop dat men wel gezonder is gaan eten en drinken, maar wel minder is gaan sporten. Ik slik meer medicatie Ik kan minder leuke activiteiten doen Ik werk minder Ik ben meer aan het genieten van het leven Ik ben onzekerder geworden 42% 35% 30% 53% 83% Ik ben angstiger geworden 27% Ik ben gezonder gaan eten en drinken 26% Ik ben minder gaan sporten 19% Anders, namelijk: 18% * Resultaten zijn indicatief vanwege lage * aantallen (n<80) 16
BIJLAGE 17
Bijlage Onderzoekstechnische informatie - kwantitatief Veldwerkperiode - Het veldwerk is uitgevoerd in de periode 23 augustus 2017 tot 4 september 2017 Methode respondentenselectie - Uit het StemPunt-panel van Motivaction Incentives - De respondenten hebben als dank voor deelname aan het onderzoek een punten voor het StemPunt spaarprogramma ontvangen Weging - De onderzoeksdata zijn gewogen (zie ook bijlage gewogen en ongewogen data), daarbij fungeerde het Mentality-ijkbestand als herwegingskader. Dit ijkbestand is wat betreft sociodemografische gegevens gewogen naar de Gouden Standaard van het CBS Responsverantwoording online onderzoek - In de veldwerkperiode is aan 3.540 personen een uitnodigingsmail verstuurd. Op de slotdatum van het veldwerk (zie bij Veldwerkperiode) was het gewenste aantal vragenlijsten ingevuld en is de toegang tot de vragenlijst op internet afgesloten Bewaartermijn primaire onderzoeksbestanden - Digitaal beschikbare primaire onderzoeksbestanden worden tenminste 12 maanden na afronden van het onderzoek bewaard. Beeld- en geluidsopnames op cd en niet digitaal beschikbare schriftelijke primaire bestanden zoals ingevulde vragenlijsten, worden tot 12 maanden na afronden van het onderzoek bewaard. Overige onderzoekstechnische informatie - Overige onderzoekstechnische informatie en een exemplaar van de bij dit onderzoek gehanteerde vragenlijst is op aanvraag beschikbaar voor de opdrachtgever 18
Bijlage Ongewogen en gewogen data Kenmerken Ongewogen Gewogen Aantallen % Aantallen % Leeftijd 18 t/m 24 jaar 74 7,1 124 11,9 25 t/m 34 jaar 133 12,8 164 15,7 35 t/m 44 jaar 145 13,9 178 17,0 45 t/m 54 jaar 222 21,3 202 19,3 55 t/m 64 jaar 227 21,8 176 16,9 65 t/m 80 jaar 242 23,2 199 19,1 Opleidingsniveau Hoog 294 28,2 264 25,3 Midden 522 50,0 542 52,0 Laag 227 21,8 236 22,6 Geslacht Mannen 567 54,4 506 48,5 Vrouwen 476 45,6 537 51,5 19
Wij verminderen onze footprint Motivaction is ISO 14001- gecertificeerd Motivaction gebruikt energiezuinige auto s Motivaction gebruikt groene stroom Motivaction gebruikt uitsluitend papier met een FSC-label 20
Auteursrecht Het auteursrecht op dit rapport ligt bij de opdrachtgever. Voor het vermelden van de naam Motivaction in publicaties op basis van deze rapportage anders dan integrale publicatie is echter schriftelijke toestemming vereist van Motivaction International B.V. Zie ook ons Pers- en publicatiebeleid. Beeldmateriaal Motivaction heeft datgene gedaan wat redelijkerwijs van ons verwacht kan worden om de rechthebbenden op beeldmateriaal te achterhalen. Mocht u desondanks menen recht te kunnen doen gelden op gebruikt beeldmateriaal, neem dan contact op met Motivaction. 21
Motivaction International B.V. Marnixkade 109 1015 ZL Amsterdam Postbus 15262 1001 MG Amsterdam T +31 (0)20 589 83 83 M info@motivaction.nl www.motivaction.nl