Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 9

Vergelijkbare documenten
Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 8

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 6 paragraaf 6.4

Opgave 1. Opgave 2. b En bij een verbruik van 10 ml? Dan wordt de procentuele onnauwkeurigheid 2 x zo groot: 0,03 / 20 x 100% = 0,3% Opgave 3

Uitwerkingen van de opgaven uit: CHEMISCHE ANALYSE ISBN , 1 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 3 Acidimetrie bladzijde 1

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 6

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 8

Weet je het nog? Welke bewerking moet in afbeelding 21.1 langs elke pijl staan?

Basisscheikunde voor het hbo ISBN e druk Uitgeverij Syntax media

Opgaven zuurgraad (ph) berekenen. ph = -log [H + ] poh = -log [OH - ] [H + ] = 10 -ph [OH - ] = 10 -poh. ph = 14 poh poh = 14 ph ph + poh = 14

5 VWO. H8 zuren en basen

5.4 ph van oplossingen van zwakke zuren of zwakke basen

Hoofdstuk 12 Zuren en basen

5 Water, het begrip ph

a) Bereken de molariteit van deze basisoplossing zwavelzuur.

6 VWO SK Extra (reken)opgaven Buffers.

Hoofdstuk 3: Zuren en basen

Uitwerkingen van de opgaven uit: CHEMISCHE ANALYSE ISBN , 1 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 4 Oxidimetrie bladzijde 1

EVENWICHTEN VOOR ZUREN EN BASEN

Uitwerkingen van de opgaven uit: BASISCHEMIE voor het MLO ISBN , 3 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 18 Oxidimetrie bladzijde 1

Hoofdstuk 3: Water, zuren en basen

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 6

Je kunt de ph van een oplossing meten met een ph-meter, met universeelindicatorpapier of met behulp van zuur-base-indicatoren.

ßCalciumChloride oplossing

vrijdag 15 juni :26:05 Midden-Europese zomertijd H6 Zuren en basen 4havo voorjaar 2012

Samenvatting Scheikunde Hoofdstukken 8&9: zuren en basen

BUFFEROPLOSSINGEN. Inleiding

2 H 2 O(vl) H 3 O + (aq) + OH - (aq) Deze evenwichtsreactie wordt meestal eenvoudiger als volgt geschreven:

25/02/2017. [H 2 S] = K b,2 [OH ] = 1,

Wat is de formule van het metaalchloride waarin M het symbool van het metaal voorstelt?

Wat is de formule van het metaalchloride waarin M het symbool van het metaal voorstelt?

Oefenopgaven TITRATIES

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 9, 10, 11 Zuren/Basen, Evenwichtsconstanten

Uitwerkingen van de opgaven uit: BASISCHEMIE voor het MLO ISBN , 3 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 10 Concentratie bladzijde 1

Fysica hoofdstuk 1 : Mechanica. 1 e jaar 2 e graad (1uur)

4.1.5 OPLOSSINGEN OEFENINGEN MASSADICHTHEID

Zelfs zuiver water geleidt in zeer kleine mate elektrische stroom en dus wijst dit op de aanwezigheid van geladen deeltjes.

Hoofdstuk 6. De ph/zuurgraad is een getal waarin de hoeveelheid zuur of base wordt uitgedrukt. Dit getal ligt meestal tussen de 0 en 14.

Oefenvraagstukken 5 VWO Hoofdstuk 11. Opgave 1 [HCO ] [H O ] x x. = 4,5 10 [CO ] 1,00 x 10

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 16 april 2018

Scheikunde SE2. Hoofdstuk 8

EXAMEN SCHEIKUNDE VWO 1982 EERSTE TIJDVAK uitwerkingen

4 Mathematiseren. Uitwerkingen hoofdstuk 4 versie Verdunnen van een zoutoplossing. Tip: Maak eerst een schets van de gegevens.

Chemie (ph) bij het inkuilen Scheikunde klas V41a en V41b door Erik Held

De waterconstante en de ph

OEFENOPGAVEN VWO6sk1 TENTAMEN H1-11

m = = ρ ρ V V V V R4 m in kg en V in m 3 hoort bij ( coherent) ρ in kg/m 3 m in g en V in ml hoort bij ( coherent) ρ in g/ml

Hoofdstuk 14: Zuur-Base

Bepaling van de exacte molariteit van ca. 0,1 M natronloog

PbSO 4(s) d NH 4Cl + KOH KCl + H 2O + NH 3(g) NH 4. + OH - NH 3(g) + H 2O e 2 NaOH + CuCl 2 Cu(OH) 2(s) + 2 NaCl

Scheikunde hoofdstuk 8 en 9 VWO 5 SE 2 Hoofdstuk 8

OEFENOPGAVEN VWO ZUREN EN BASEN + ph-berekeningen

Module 4 Zuren en Basen Antwoorden

36 e Nationale Scheikundeolympiade

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 21 juli 2017

Samenvatting Scheikunde Boek 2

Chemisch rekenen, zo doe je dat!

TITRATIES Een korte inleiding en voorbeelden voor het HAVO en VWO

Gegeven is volgende niet-uitgebalanceerde reactievergelijking waarin X de formule van een verbinding voorstelt:

V5SK-H9. Willem de Zwijgerteam. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Hoofdstuk 6. Zuren en basen. Chemie 5 (2u)

ANTWOORDEN Herhaling zuren, basen en buffers

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2018

Kaliumaluminiumsulfaat is een dubbelzout met drie ionsoorten, twee positieve monoatomische en één negatief polyatomisch.

Kaliumaluminiumsulfaat is een dubbelzout met drie ionsoorten, twee positieve monoatomische en één negatief polyatomisch.

Wat is de verhouding tussen de aantallen atomen van de elementen Mg, P en O in magnesiumfosfaat?

Wat is de verhouding tussen de aantallen atomen van de elementen Mg, P en O in magnesiumfosfaat?

ZUREN EN BASEN. Samenvatting voor het HAVO. versie mei 2013

Een reactie blijkt bij verdubbeling van alle concentraties 8 maal zo snel te verlopen. Van welke orde zou deze reactie zijn?

(g) (g) (g) NH 3. (aq) + Cl - (aq)

Oefenopgaven REDOX vwo

Oefenopgaven REDOXREACTIES vwo Reactievergelijkingen en halfreacties

13 Evenwichten. Hoofdstuk 13 Evenwichten Omkeerbare reacties Dynamisch evenwicht

Redoxreacties. Gegeven zijn de volgende reactievergelijkingen: Reactie 1: Pd Cl - 2- PdCl 4 Reactie 2: 2 Cu I - -

H4SK-H7. Willem de Zwijgerteam. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Bepaling van de buffercapaciteit

namen formules ionogene stoffen van Als je de negatieve ionen (behalve OH - ) koppelt aan H + - ionen ontstaan verbindingen die men zuren noemt.

Opgave 1. n = m / M. e 500 mg soda (Na 2CO 3) = 0,00472 mol. Opgave 2. m = n x M

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts

Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20 vragen

OEFENTOETS Zuren en basen 5 VWO

Prof. dr. W. Guedens Lic. M. Reynders

10.2. Kwantitatieve aspecten van zuurbase-reacties

TF5 Scheikunde 4 VWO H 8 en H 9 16 juni 2011

Wat zijn anorganische of minerale stoffen? In hoeveel stofklassen zijn de anorganische stoffen in te delen?

Verband tussen aantal mol en de massa symbool naam eenheid voorbeeld

ZUUR-BASE BUFFERS Samenvatting voor het VWO

Hoofdstuk 6: Zure en base oplossingen / ph

Meetonzekerheid bij de bepaling van de dichtheid van een cent

T8: Zoutoplossingen en Zuren en Basen

Stevin vwo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 3 Trillen en slingeren ( ) Pagina 1 van 17. 1,6 cm c

Zuren en basen: een moeilijk duo. Michiel Vogelezang Instituut voor Leraar en School, Nijmegen Woudschoten, 7 en 8 november 2008

Bepaling van de buffercapaciteit

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 18 april 2017

Oefenopgaven ZUREN en BASEN havo

Bepaling van de alkaliniteit en de buffercapaciteit

ALKALINITEIT/ZUURTEGRAAD (BUFFERCAPACITEIT)

Chemie: oefeningen zuren, hydroxiden en zouten

Voorronde Opgave 1. Opgaven. woensdag 17 februari

Is er een verband tussen de massa (m) en het volume (V) van een homogeen voorwerp? Alle PET-cilinders zijn vervaardigd uit...

Frank Povel. a1. De twee factoren zijn: 1. er moeten geladen deeltjes zijn; 2. de geladen deeltjes moeten zich kunnen verplaatsen.

Transcriptie:

Uitwerkinen Basischeie hoofdstuk 9 Opave 9.1 Berekenin directe titratie eevens HCl zuur 20,00 NaOH bein 12,85 eind 6,0 c 0,105 / NaOH (s) Na + (aq) + OH - (aq) b. c(oh ) = 0,105 / =0,105 / c. ( NaOH) eind bein 6,012,85 2,45 d. n( NaOH) c 0,105 2,45 2,427 e. n(naoh) : n(hcl) = 1 : 1 f. Er is dus ook 2,427 HCl oezet. HCl () + H 2 O(l) H O + (aq) + Cl - (aq) h. i 2,427 c( HCl)) 0,1214 0,1214 20,00 De uiteindelijke oplossin bevat Na + en Cl - -ionen. Opave 9.2 Zwavelzuurbepalin Odat 1 ecuul zwavelzuur 2 H O + - ionen kan voren bij oplossin in water, zal het aantal H 2 SO 4 de helft zijn van het aantal HCl. Opave 9. Azijnzuurbepalin HAc (aq) + H 2 O (l) H O + (aq) + Ac - (aq) De eevens: HAc 2,6485 100 NaOH bein 12,85 eind 6,0 c 0,105 / b. n(naoh) c 0,105 (6,0 12,85) n(naoh) 0,105 2,45 2,427 c. n(naoh) : n(hac) = 1 : 1 d. Er is dus 2,427 H O + oezet e. Er was 2,427 HAc aanwezi f. M(HAc) = 60,052 /= 60,052 / 1 uitwerkinen hoofdstuk 9 Basischeie 2017 ervoort Boeken

. (HAc) = 2,427 60,052 / =145,75 assaperce ntae 145,75 HAc 100% 5,50 % 2648,5 h. aat zien dat de volende forule dezelfde uitkost eeft, wordt hierbij in inevuld. ( NaOH ) c( NaOH ) M assapercentae HAc 2,45 0,105 60,052 assapercentae HAc 5,501 % 2648,5 i. Kun je in de forule jouw eien berekeninen teruvinden? aantal HAc = aantal NaOH n = (2,45 0,105) = n M = (2,45 0,105) 60,052 (2,45 0,105 60,052) assaperce ntae HAc 100 % 2648,5 Opave 9.4 ph bij een titratie In de ecuultekenin zijn de aanwezie watereculen weelaten. ph = 1,00 [H O + ] = 10 -ph = 10-1,00 = 0,10 / b. n c 0,10 0,060 0,0060 6,0 H O Na toevoeen van 0 base is een ph bereikt van 7,0. Zie Fout! erwijzinsbron niet evonden. c. Bij het equivalentiepunt zijn een H + (of H O + ) ionen eer in de oplossin. (op: de concentratie [H O + ] bij ph = 7 is te verwaarlozen!) d. Bij het oslapunt zitte er Cl - en Na + -ionen in de oplossin. e. H O + + OH - 2 H 2 O Er is 60 OH - toeevoed. f. n 60 [ OH ] 2,0 0 Als no twee keer 5 base wordt toeevoed, ziet de rafiek er zo uit, Fout! erwijzinsbron niet evonden... De oplossin is basisch, want er zijn OH ionen aanwezi. Als vanaf het bein van de titratie steeds 5 base wordt toeevoed, verandert de ph niet zoveel, aar de zesde 5 eeft een rote veranderin van ph en de volende ook. h. Tussen ph = 1 en ph = 2 is 25 2 / = 50 OH - toeevoed Tussen ph = 2 en ph = 7 is 5 2 / =10 toeevoed Een 5 zo rote veranderin van de ph et 5 zo weini base. 2 uitwerkinen hoofdstuk 9 Basischeie 2017 ervoort Boeken

Opave 9.5 Concentratie soda bepalen Na 2 SO 4 (s) 2 Na + + CO 2- b. CO 2- (aq)+ 2 H O + (aq) CO 2 () + H 2 O (l) c. n(h O ) 0,00 0,2000 6,000 d. n(co 2 ) 0,5 6,000,000 n(na CO ),000 2 n M,000 105,988 17,964 17,964 c 12,72 12,72 Opave 9.6 Molecuulassa bepalen door titreren titrant bekende c n ( OH ) 48,00 0,214 10,272 onbekende c n( H O ) 10,272 n(zuur ) 10,272 (zuur ) 1,02 1020 M n 1020 10,272 aferond : M (zuur ) 29, 29,299 29,299 Opave 9.7 Citroenzuurehalte bepalen door titreren titrant bekende c n ( OH ) 9,20 0,102 0,984 onbekende c 0,984 n( HO ) 0,984 n(citroenzu ur) 0,128 M (zuur ) 192,12 192,12 ( zuur ) n M 0,128 192,12 60,095 60,095 c( zuur ) 6,0095 c(zuur) 6,01 10,0 uitwerkinen hoofdstuk 9 Basischeie 2017 ervoort Boeken

Opave 9.8 Stellen van 0,1 M zoutzuur et borax etin 1 etin 2 borax 4,550 HCl bein,70 8,45 eind 27,26 2,09 b. M (borax)= 81,7 / c. in aatkolf d. n(borax) M in erleneyer n( borax ) 4,550 81,7 pipet aatkolf n( borax ) 1,194 0,01199 0,01199 0,001199 250,0 e. B 4 O 2 7 (aq) + 7 H 2 O (l) 4 H BO (aq) + 2 OH (aq) Er is 2 1,194 = 2,88 OH - oezet. f. verhoudin Na 2 B 4 O 7 10H 2 O : H O + = 1 : 2. Er is 2,88 H O + etitreerd. 2,88 h. etin 1: (HCl) = 27,26,70 = 2,56 [H ] 0,1016 O 2,56 etin 2: (HCl) = 2,09 8,45 = 2,64 [H O + ] e = 0,1012 / 2,88 [H 0,10102 O ] 2,64 i. 2 c : concentratie HCl in standaardoplossin in / c 10 M ( eind bein ) : assa borax in M : assa borax in / c 5 M ( eind bein ) ( eind bein ) : volue titrant(hcl) 10 : verhoudin (aatkolf)/(pipet) 4 uitwerkinen hoofdstuk 9 Basischeie 2017 ervoort Boeken

j. Bij een duplo wordt alles 2 uitevoerd, ook het afween. Bij een valse duplo wordt de tweede 25 uit dezelfde aatkolf epipetteerd. Opave 9.9 Stellen van 0,1 M natronloo et oxaalzuur etin 1 etin 2 oxaalzuur 0,7490 0,855 natronloo bein 18,15 9,40 eind 47,25 8,50 b. M(oxaalzuurdihydraat) = 129,07 / = 129,07 / c. 749,0 n( oxaalzuurd ihydraat ) 5,80 M 129,07 d. in erleneyer: n pipet aatkolf 5,80 5,80 1,45075 100,0 e. oezet : 2 1,45075 = 2,9015 H O +. f. verhoudin H 2 C 2 O 4 2H 2 O : OH = 1 : 2. Er is 2,9015 NaOH etitreerd. h. etin 1 n 2,9015 c( NaOH ) 0,09971 0,09971 ( ) (47,25 18,15) bein eind etin 2 n,266 c( NaOH ) 0,1112 0,1112 ( ) (8,50 9,40) bein eind 0,09971 0,1112 c 0,1055 2 i. 2 c : concentratie NaOH in standaardoplossin in / c 4 M ( bein eind ) : assa oxaalzuurdihydraat in M : assa oxaalzuurdihydraat in / c 2 M ( bein eind ) ( bein eind ) : volue titrant(naoh) 4 : verhoudin (aatkolf)/(pipet) 5 uitwerkinen hoofdstuk 9 Basischeie 2017 ervoort Boeken

Opave 9.10 Welk etaaloxide? oxide verbruik NaOH c(naoh) b. 2,4402 12,28 0,1055 / n( OH ) c 0,1055 12,28 1,2955 c. Er heeft 1,2955 H O + ereaeerd bij de titratie d. Er zat 250,0 in de aatkolf van 250 n 1,2955 12, 955 e. Er is n c 2,000 50,00 100,0toeevoerd aan het onster. Er heeft 100,0-12,955 = 87,0446 H O + ereaeerd et het onster. f. O 2- + 2 H O - H 2 O. Er heeft ½ 87,0446 = 4,522 oxide ereaeerd. 2440,2 M ( oxide ) 56,067 56,07 n 4,522 h. M (oxide) = 56,07 u i. M(etaal) = 56,07 16,00 = 40,07 u j. Het is waarschijnlijk Calciu : M = 40,08 u 6 uitwerkinen hoofdstuk 9 Basischeie 2017 ervoort Boeken

Opave 9.11 Aoniu in kunstest b. NH 4 + (aq) + OH (aq) NH () + H 2 O (l) reactie in erleneyer OH - + H O + 2 H 2 O reactie bij terutitratie en blanco titratie c. blanco titratie: c(hcl) c(naoh) 2,95 0,1050 c(naoh) 2,95 0,1050 c(naoh) 0,1006 0,1006 d. Als er no NH -as in de erleneyer zit dan reaeert dit et de H O + -ionen van de terutitratie. e. n c 50,00 0,1006 5,000NaOH toeevoed aan kunstest f. n c 24,06 0,1050 2,526HCl etitreerd. Er heeft 2,526 NaOH ereaeerd bij de terutitratie h. Er heeft 5,00 2,5262 = 2,508 NaOH ereaeerd et aoniuionen k. Er heeft dus ook 2,508 NH 4 + -ionen ereaeerd et NaOH l. Er zat dus 2,508 18,08 / = 45,164 aoniu in het onster. assapercentae aoniu = 45,164 100% 9,24 % 488,7 n. In de aatkolf zit 2,508 N o. (stikstof) = 2,508 14,0067 / = 5,070 p. assapercentae N = 5,070 100% 7,18 % 488,7 7 uitwerkinen hoofdstuk 9 Basischeie 2017 ervoort Boeken