Inkoopplan 2017 t.b.v. inkoop Jeugdhulp en WMO Lekstroomgemeenten Datum: 27 juli 2016 Auteur: Inkoopteam Regionale Back office 1
Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Transitiesuccessen; terugblik op de inkoop voor 2016... 4 2.1 WMO... 4 2.2 Jeugd... 4 2.3 Resultaat... 4 2.4 Nazorg inkoop 2016... 5 3. Ontwikkelingen binnen het sociaal domein in 2017 en verder... 5 3.1 Bovenregionaal... 5 3.2 Regionaal / Lokaal... 6 3.3 Aangrenzende beleidsterreinen... 6 3.3.1 Passend onderwijs... 6 3.3.2 Participatiewet... 6 3.3.3 Veiligheid... 7 3.3.4 Huisvesting... 7 3.3.5 Brief staatssecretaris huishoudelijke hulp... 7 3.3.6 Vervoer... 8 3.3.7 Regionale backoffice Lekstroom... 8 4. Vertaling beleid naar de transformatie ambities voor inkoop 2017...10 4.1 Inkoopdoelstellingen...10 4.2 Randvoorwaarden realisatie inkoopambities 2017 e.v...11 4.3 Doorkijkje naar 2018 e.v....11 4.4 Samenvatting...12 5. Planning inkoop 2017...12 2
1. Inleiding Met het van kracht worden van de Jeugdwet en de WMO per 1 januari 2015 is er in 2014 voor het eerst in Lekstroomverband samengewerkt op het gebied van de inkoop ten behoeve van jeugdzorg en WMO. In hoofdstuk 2 blikken we terug op het inkoopproces in 2014 en 2015. In hoofdstuk 3 benoemen we ontwikkelingen binnen het sociaal domein in 2017 en verder. In hoofdstuk 3 wordt vervolgens de vertaling naar de transformatie ambities voor de inkoop ten behoeve van 2017 gemaakt. Voor het opstellen van dit inkoopplan is input gevraagd aan het GSO, wethouders jeugd en BPSDL, het AOJ en de werkgroep Wmo. Tenslotte voeden zij inkoop met informatie over wat er moet worden ingekocht. Leden van het AOJ en de werkgroep Wmo zijn ook betrokken middels afvaardiging bij de fysieke overlegtafels. De afgelopen periode is het volgende traject doorlopen: presentaties in het AOJ, werkgroep Wmo, GSO, wethouders jeugd en BPSDL onderdeel van terugkoppeling en kennisoverdracht sociale teams inhoudelijke afstemming met werkgroep Wmo en AOJ procesmatig in het GSO En zij gaven ons onder andere volgende aandachtspunten mee. Wethouders Jeugd: Inhoud transformatie Preventie; lessen vanuit zwaardere zorgtraject Cliëntenparticipatie/-betrokkenheid Preventie Grip op de keten Regie Professionalisering GSO: - Administratieve lastenverlichting - Ontschotting met aandacht voor participatie - Doelgroepenvervoer Werkgroep WMO: - 18-/18+ - Effect brief staatssecretaris huishoudelijke hulp Werkgroep AOJ: - Inkopen op integraliteit - Innovatieruimte 3
2. Transitiesuccessen; terugblik op de inkoop voor 2016 Voor 2015 was het beleidsuitgangspunt om in te zetten op passende, kwalitatief goede zorg per cliënt/ gezin, en daarin prijsbewust te opereren. In de volgende paragrafen staat per beleidsterrein beschreven welke resultaten daarin zijn behaald. 2.1 WMO Voor 2015 is de WMO dienstverlening via de methodiek van bestuurlijk aanbesteden ingekocht. Voor 2016 vloeiden hier voor de Lekstroomgemeenten een tweetal acties uit voort. Ten eerste de opdracht om ook voor 2016 passende prijsafspraken te maken. Daarnaast het monitoren van de innovatieve productindeling die in 2015 tot stand gekomen was. In september 2015 is aan de fysieke overlegtafels met de aanbieders afgesproken om de prijzen voor 2016 ongewijzigd te laten en door te gaan met de nieuwe productstructuur. De verwachting is dat voor 2017 de inkoopopgaven nog meer aansluit bij de transformatie van het sociaal domein in de Lekstroomregio. In hoofdstuk x staat omschreven welke accenten we voorzien voor 2017. 2.2 Jeugd Bij de inkoop van jeugddiensten voor 2015 was het beleidsuitgangspunt om de continuïteit van zorg te garanderen doorslaggevend. Daarom waren de contracten 1 op 1 gegund. Voor de inkoop van jeugddiensten voor 2016 is ook de methodiek van bestuurlijk aanbesteden gevolgd. Het resulteerde in een nieuwe productstructuur, die per aanbieder door de lokale teams flexibel in te zetten is. Daardoor is met de budgetten meer maatwerk en afschaling van zwaardere naar lichtere zorg mogelijk. Er zijn tevens eenheidsprijzen voor alle aanbieders overeen gekomen. Per 1 januari 2016 wordt niet meer gewerkt met voorschotten. 2.3 Resultaat Samenvattend zien we volgende transitiesuccessen vanuit het perspectief van het regionale inkoopteam: Kostenbewustheid bij gemeenten over de kosten van WMO zorg Scherpe prijsafspraken Snelle opbouw marktkennis nieuwe zorgmarkt Flexibele contracten Uniforme werkwijze op weg naar ontschotting WMO en Jeugd Partnerschap van hulpverleners en gemeenten bij uitdagingen transformatie Aan dit succes liggen een aantal duidelijk aanwijsbare oorzaken ten grondslag. Deze zijn: Toepassing van de methodiek van bestuurlijk aanbesteden Het gebruik maken van een nieuwe en eenvoudiger productstructuur Het opstellen van basis- en deelovereenkomsten Lekstroomsamenwerking Hiermee is een stabiele basis gelegd om onder andere de kennisontwikkeling van de Lekstroom verder op te pakken. Hierbij valt te denken aan kennis over de zorgmarkt en Lekstroombrede kennis over reële prijzen en contractuele sturingsmogelijkheden. Tevens 4
opent het de gelegenheid voor Sociale Teams om zich verder te verdiepen in de beschikbare ondersteuningsmogelijkheden. Tot slot biedt het de gelegenheid om het partnerschap met de zorgaanbieders verder in te vullen. 2.4 Nazorg inkoop 2016 Met de contractering zijn de eerste 4 stappen in het inkoopproces doorlopen. Hierna volgt de fase van daadwerkelijk bestellen, beheer en management van contracten en accounthouderschap. Het inkoopteam ziet hierbij de volgende acties: Maximale benutting contractuele sturingsmogelijkheden. In de basis- en deelovereenkomsten zijn verschillende mogelijkheden opgenomen om te sturen op afspraken met aanbieders. Dat kan op zorginhoud, maar ook op overige contractsbepalingen. In de overeenkomsten is in vele gevallen opgenomen wat de consequentie is wanneer niet aan de bepalingen wordt voldaan. Deze afspraken dienen in samenhang te worden bezien. Wanneer interventie bij een zorgaanbieder nodig is, kan in overleg met een jurist en inkoop worden bekeken welke interventie opportuun is, en welke tactische stappen hierin door de regionale backoffice gezet kunnen worden. Versterken samenwerking zorgaanbieders (vb bij innovatiethema s) Tarievenonderzoek laten uitvoeren voor zowel Wmo als Jeugdhulp. 2016 wordt voor inkoop een spannend jaar. De gesprekken met aanbieders worden zakelijker. Ze worden bijvoorbeeld door de Lekstroomregio aangesproken wanneer afspraken niet worden gehaald. En omgekeerd is het instrument van aansprakelijkstelling door de aanbieder snel ingeroepen, als de gemeente haar verplichtingen opschort. Dit vraagt in 2016 reeds extra juridische inzet, en om gedragen bestuurlijke afspraken voor de handelingsperspectieven voor de projectleider inkoop/ het inkoopteam in de overleggen met aanbieders. Het doel hiervan is om tijdens gesprekken onderhandelingsruimte te creëren zodat het team kan functioneren. Dit betekent dat het inkoopteam: 1. een inkoopplan maakt 2. dit afstemt met het bestuur, GSO en beleid 3. Inkoopplan wordt vastgesteld door de colleges 4. Inkoopteam heeft hiermee mandaat om het plan uit te voeren, en koppelt gedurende het inkooppproces zorgvuldig naar bovengenoemde gremia terug. Vanzelfsprekend houdt de projectleider inkoop/ inkoopteam bij overleggen met aanbieders rekening met de belangen van alle Lekstroomgemeenten. Zo nodig wordt hierover vooraf met de betreffende gemeente overleg gepleegd. 3. Ontwikkelingen binnen het sociaal domein in 2017 en verder 3.1 Bovenregionaal De Lekstroomregio is een kleine speler in de bovenregionale samenwerking. RBL heeft hiermee weinig opties om de eigen regie te pakken bij onderhandelingen en totstandkoming van regionale afspraken. We verkennen de mogelijkheden om samen op te trekken met een andere regio, bijvoorbeeld Utrecht Zuid-Oost of Utrecht West. 5
Met SSVMN bestaat tot op heden een subsidierelatie. Deze vorm van subsidiëren kan maximaal drie jaar. RBL onderzoekt in 2016 of een contractrelatie voor 2017 tot de mogelijkheden behoort. 3.2 Regionaal / Lokaal Van de Sociale Teams wordt gevraagd om aandacht te hebben voor afspraken met huisartsen. De Sociale Teams zijn voor inkoop een belangrijke schakel voor input in de totstandkoming van contracten. Ook bij het monitoren van afspraken en geleverde zorg vervullen de teams een belangrijke rol. Met deze teams zal dan ook het overleg en de samenwerking worden versterkt. 3.3 Aangrenzende beleidsterreinen Uit voorgaande is duidelijk dat er binnen het Sociaal Domein veel in beweging is. Dat kan invloed hebben op de in te kopen diensten voor Jeugd en WMO. Op dezelfde manier zijn er ontwikkelingen bij aangrenzende beleidsterreinen gaande, die eveneens die de inkoop van Jeugd en WMO beïnvloeden. Maatwerk is en blijft hierbij het uitgangspunt. Dat kan betekenen dat bijvoorbeeld aan de start van een traject zwaardere zorg wordt ingezet om in een later stadium sneller en vooral effectiever af te kunnen schalen. Immers, de kosten van de zorg worden niet enkele bepaald door de zwaarte van het traject, maar ook door de looptijd van zorg. Wanneer blijkt dat de (tijdelijke) inzet van zwaardere zorg op lange termijn meer effect heeft, kan dit per saldo wel eens goedkoper zijn. Dus het traject van lichte naar zware zorg is niet altijd kostenefficiënt. 3.3.1 Passend onderwijs De ambitie is om het passend onderwijs zodanig aan te sluiten op de jeugdhulp dat er passende ondersteuning wordt geboden aan de leerling. Als voorbeeld: Sinds 2015 zijn er in Nieuwegein op elke school schoolmaatschappelijk werkers beschikbaar, in IJsselstein is vanuit het lokale team een contactpersoon per school die de verbinding vormt tussen het onderwijs en de jeugdhulp. Dit doen zij door leerlingen, hun ouders/verzorgers en leerkrachten kortdurende ondersteuning op maat te bieden. Ook zorgen zij voor afstemming met andere professionals in de sociale wijkteams en zijn zorgen zij voor de inzet van de gespecialiseerde jeugdhulp wanneer dat door betrokken partijen gewenst is. Door deze ondersteuning dichtbij te brengen is de verwachting dat minder verwijzingen naar maatwerkvoorzieningen nodig zijn. 3.3.2 Participatiewet Bestuurlijk is de ambitie geuit om de maatschappelijke effecten van de Jeugdwet, WMO en Participatiewet meer op elkaar aan te laten sluiten, en hierin meer integratie na te streven. Hiermee wordt de ontschotting nader ingevuld. Concreet betekent dat dat er bijvoorbeeld meer ingezet kan worden op participatie (Participatiewet) in plaats van dagbesteding (WMO). Uit de praktijk van de Lekstroomregio is reeds duidelijk dat het initiatief daarin voor een groot deel bij de aanbieders en hun cliëntengroep zit. Gemeenten hebben eigenlijk vooral een faciliterende rol. In meerdere Lekstroomgemeenten wordt met vele partijen hard gewerkt aan het realiseren van participatieplekken met betaald en onbetaald werk, voor mensen buiten arbeidsmarkt en voor mensen die nu in de klassieke dagbesteding zitten. Zoals ook in de Lekstroombrede participatievisie Lekstroom werkt is aangegeven, zijn de verwachtingen van de Lekstroomregio voor aanbieders in deze sector hooggespannen. Van inzet op 6
deskundigheid voor modelontwikkeling, inzet in selectie en ondersteuning bij alternatieve dagbesteding tot een warme overdracht van cliënten uit de eigen dagbesteding. De gemengde productindeling die reeds in de contracten is verwerkt, biedt ook al een goede eerste start. Welke instrumenten voor de Lekstroomgemeenten nog meer behulpzaam zijn, worden in kaart gebracht door de beleidsmedewerkers van de Lekstroomgemeenten. In nauwe samenwerking met de regionale backoffice wordt vervolgens gekeken op welke manier inkoop verder kan bijdragen. 3.3.3 Veiligheid De zorgtaken hebben voor een deel ook een directe relatie met de veiligheidstaken, bijvoorbeeld op het gebied van overlast. Om deze in samenhang aan te pakken is ook de inzet van zorgverleners soms nodig. Van zorgverleners (zowel in Wmo als jeugd) wordt gevraagd om, in ieder geval in zaken die onder de lokale persoonsgerichte aanpak van de Lekstroom-gemeenten vallen en waarin de zorgverlener betrokken is, met partners samen te werken aan een integrale en afgestemde aanpak. De inzet als zorgverlener is gedekt via de reguliere inkoop. Hun inzet in bijvoorbeeld multidisciplinaire casusoverleggen, dat als extra kan worden gezien op reguliere inzet, dient nog nader te worden uitgewerkt. Voor 2017 wordt onderzocht of de werkzaamheden van SSVMN ook ingekocht kunnen worden via het bestuurlijk aanbestedingstraject. De gesprekken met SSVMN hierover worden na de zomer opgestart. 3.3.4 Huisvesting Bij het verlenen van jeugdhulp is het usance dat er geen scheiding is tussen wonen en zorg. Dit heeft een kosten opdrijvende werking en werkt inefficiëntie in de hand. Het idee is om wonen en zorg te scheiden. Een verkenning in 2015 door de gemeente Nieuwegein heeft uitgewezen dat veel aanbieders bereid zijn om medewerking te verlenen aan het uitwerken van vernieuwende integrale concepten van wonen en zorg voor jeugdigen. In de notitie Woonwijs is een ontwikkel agenda opgenomen dat de komende maanden wordt uitgewerkt in een programma. Inmiddels is wonen en zorg ook onderdeel van de regionale agenda. Welke consequenties dit kan hebben voor inkoop wordt regionaal en lokaal verder uitgewerkt. 3.3.5 Brief staatssecretaris huishoudelijke hulp De Centrale Raad van Beroep (CRvB) heeft de uitspraak gedaan dat de combinatie van financiering van huishoudelijke hulp op outcome (bv. een schoon huis) en de beperking van het aantal uren niet houdbaar is. Want het doel van een keukentafelgesprek is om te komen tot een passend arrangement (met inzet van toegekende huishoudelijke hulp, inzet vrijwilligers, eigen kracht etc.). In de praktijk blijkt dat hierin verschraling optreedt. Inwoners moeten het doen met de toegekende uren huishoudelijke hulp. De staatssecretaris heeft hierover een brief geschreven 1. Hoewel het onderdeel niet in de Dienstverlening van de Regionale Backoffice zit en daarmee buiten de scope van inkoop valt, is het wel iets waar de Lekstroomgemeenten op moeten anticiperen. Het inkoopbeleid wordt gevoerd conform de Code verantwoordelijk marktgedrag thuisondersteuning. 1 Zie https://www.rijksoverheid.nl/documenten/brieven/2016/06/06/brief-college-van-burgemeester-enwethouders 7
3.3.6 Vervoer De aanbesteding van doelgroepenvervoer in U10 verband is een ontwikkeling die niet direct invloed heeft op de inkoop. Immers, in de afspraken tussen de Lekstroomgemeenten is overeengekomen dat de regionale backoffice Lekstroom (RBL) de inkoop van het nieuwe deel van de WMO verzorgt, en de inkoop van Jeugdhulp. De ontwikkelingen worden wel door het inkoopteam met interesse gevolgd. Mogelijk dat daar nog consequenties voor RBL uit voortkomen. Dat is in dit stadium nog niet bekend. De eerste stap in deze aanbesteding is een verkenning op volume en logistieke vraag. 3.3.7 Regionale backoffice Lekstroom De Regionale Backoffice is opgezet om met gebundelde krachten in de Lekstroomgemeenten flexibel en effectief in te spelen op de transformatie van het Sociaal Domein. Uit de voorgaande paragrafen blijkt deze krachtenbundeling, met behoud van de lokale keuzevrijheid, effectief. Op dit moment vindt een evaluatie van de RBL plaats. Daarin zullen aanbevelingen staan over bijvoorbeeld taakuitvoering en governance. Welk effect dit heeft op inkoop, is in dit stadium nog niet bekend. De huidige taken die samenhangen met het inkoopproces van RBL zijn onder te verdelen in 3 hoofdcategorieën. Dat zijn: inkoop, accounthouderschap en contractbeheer. De uitvoering hiervan vult elkaar aan en overlapt elkaar soms. Uit de praktijk blijkt de overlap met name in taken ten behoeve van aanbestedingsproces en taken van accounthouderschap. Om ook in de toekomst efficiënt en effectief te opereren vraagt dit om aanscherping in taakafbakening en werkwijze. De volgende structuur tekent zich hierbij af: Inkoop Het inkoopteam is verantwoordelijk voor het aanbestedingsproces. Dat betekent dat het inkoopteam het inkoopbeleid, de te voeren inkoopstrategie en de inkoopbehoefte ophaalt in overleg met bestuurders en beleidsmedewerkers van de Lekstroomgemeenten. Het inkoopteam en betrokken beleidsmedewerkers voeren de inkoopgesprekken met aanbieders. Het inkoopteam en de RBL borgen de afspraken in contracten. Voor de kern van het inkoopteam zijn de volgende competenties nodig: onderhandelingsvaardigheden, kennis van inkoop- en aanbestedingsvraagstukken, kennis zorgwereld, juridische kennis. Gesteund door financiële kennis en administratieve ondersteuning. De kern van het inkoopteam is als volgt samengesteld: - projectleider inkoop - senior adviseur inkoop - jurist - project assistent inkoopteam Het inkoopteam heeft de mogelijkheid om een beroep te doen op de flexibele schil van RBL met daarin de beleidsmedewerkers WMO en jeugd, en de financiële en juridische werkgroepen. Ook de accounthouders worden nauw betrokken bij het inkoopproces. Voor afspraken over de beleidsinhoud, welke inkooptechnisch is terug te vinden in de bijlagen met productindelingen en kwaliteitseisen, wordt de samenwerking gezocht met, en is inzet nodig van beleidsmedewerkers Jeugd en WMO. 8
Contractbeheer Contractbeheer zorgt voor het administratieve proces rond het afsluiten van contracten. Hierbij valt te denken aan het toesturen van overeenkomsten, bewaking van de afdoening en archivering van de contracten. Met behulp van het contractbeheersysteem levert contractbeheer informatie ten behoeve van analyses aan, en signaleren zij essentiële deadlines, bijvoorbeeld de einddata van contracten. Tevens zorgen zij voor de bewaking van contractuele verplichtingen. De informatie wordt verstrekt aan inkoop, accountmanagement en de administratie van de Regionale Backoffice. Accountmanagement De accounthouders zijn het eerste aanspreekpunt wanneer het gaat over de levering van zorg in het Sociale Domein. Intern voor bijvoorbeeld de sociale teams en beleidsmedewerkers van de Lekstroomgemeenten en medewerkers van de Regionale Backoffice. De externe gesprekspartners zijn aanbieders van WMO en Jeugdzorg. De gespreksonderwerpen zijn zeer divers. Accounthouders adviseren, signaleren en rapporteren over kwaliteit en de wijze van contractuitvoering. Wanneer er complexe vraagstukken optreden, zorgen accounthouders ervoor dat de juiste expertise wordt ingeschakeld. Bij contracten is dat bijvoorbeeld inkoop. Inkoop neemt in dat geval de verantwoording over om partijen te bewegen zich aan de afspraken te houden. Bij uitvoeringsvragen binnen het contract kan dat de administratie van de backoffice zijn. Accounthouders voeren daarnaast regulier overleg met zorgaanbieders. Deze gesprekken variëren in onderwerp van bijvoorbeeld slechte zorg, het niet voldoen aan contractafspraken tot aan het meedenken over operationele vraagstukken en innovatieve ontwikkelingen. In een schema ziet bovenstaande structuur er als volgt uit: Accounthouders (signaleren, adviseren, rapporteren) Administratie en Contractbeheer Interne klanten Lekstroom Inkoop (Strategie, tactiek, onderhandelen, contracteren) (informeren, administreren, archiveren) Zorgaanbieders In de begroting van de Regionale Backoffice zijn voldoende middelen opgenomen om deze werkzaamheden naar behoren uit te voeren. 9
4. Vertaling beleid naar de transformatie ambities voor inkoop 2017 4.1 Inkoopdoelstellingen De ontwikkelingen uit het vorige hoofdstuk vertaalt inkoop naar de volgende inkoopdoelstellingen voor 2017: Innovatie en afschaling van zorg Bij de inkoop zal er meer aandacht zijn voor aanbieders van diensten die voorkomen dat er langer WMO of Jeugdzorg diensten worden geleverd dan strikt genomen noodzakelijk. Dat kan betekenen dat vooral met zorgaanbieders die de combinatie leggen tussen kwaliteit en verkorting van zorgtrajecten voor de Lekstroomregio op termijn preferred suppliers zijn. Met deze aanbieders wordt het gesprek over de transformatie aangegaan. Iedere gemeente staat het vrij om een deel van het budget af te zonderen voor innovatie doeleinden. Op dit moment zijn hiervoor een vijftal thema s geselecteerd. Deze zijn: o Inhoud transformatie Preventie; lessen vanuit zwaardere zorgtraject o Cliëntenparticipatie/-betrokkenheid o Preventie o Grip op de keten Regie o Professionalisering Deze thema s worden door beleid uitgewerkt. De gemeente Nieuwegein wil (als voorbeeld) voor de verdere uitwerking van de business case wonen een deel van het innovatie budget inzetten. Uiteraard kan het innovatiebudget ook voor andere innovaties worden ingezet. Sturing aan de voorkant De methodiek van bestuurlijk aanbesteden kenmerkt zich doordat in principe iedereen kan deelnemen. Er worden namelijk in de contracten geen resultaatafspraken gemaakt. In de contracten staan afspraken over het partnerschap, de prijs en de kwaliteit van de zorg. In 2017 worden afspraken over het te behalen resultaat eraan toegevoegd. Het aantal aanbieders wat een contract met de gemeente heeft is hiermee niet interessant. De kwaliteit en het resultaat staan voorop. Dat biedt de Sociale Teams de mogelijkheid om uit het brede palet aan mogelijkheden de juiste zorg te selecteren voor de cliënt. Zoveel mogelijk in de eigen omgeving van de cliënt. De productenstructuur maakt ook een flexibele inzet van verschillende zorgtypes mogelijk. De Sociale Teams worden hierop nauw geïnformeerd, evenals de andere wettelijk verwijzers. Verzakelijking in contact met aanbieder met oog voor relatie Dit doel valt uiteen in twee elementen. Ten eerste de doorontwikkeling van accountmanagement. De accountmanagers zijn in vele gevallen het eerste aanspreekpunt van zorgaanbieders. Een accountmanager balanceert voortdurend tussen de vraag of het zelf op te lossen is, of dat er andere deskundigheid benodigd is, zoals inkoop. In de praktijk blijkt deze balans nog niet altijd aanwezig. Aanbieders maken soms gebruik van de ruimte die dit biedt. Het gesprek wordt soms (bewust vanuit aanbieders) gehouden met accounthouders terwijl het onderhandelingsthema s zijn die vragen om een zakelijke manier van handelen van inkoop samen met 10
accountmanagement. Het gevolg is een reëel risico op onnodige financiële uitgaven. Inkoop en accountmanagement maken reeds in 2016 een aanzet om in benadering en handelswijze naar aanbieders van elkaar te leren. Voor 2017 is het van belang om accountmanagement verder door te ontwikkelen. De verwachting is dat hiermee een eenduidige handelswijze richting aanbieders tot stand komt. Het tweede element betreft een onderzoek naar risico s op de continuïteit van zorg. We brengen de voor de gemeente nieuwe zorgmarkt in kaart. Daarbij onderzoeken we bij welk zorgtype het risico ontstaat dat de continuïteit van de levering van zorg in gevaar komt. Er wordt hierbij gekeken naar zorgtypes met kwetsbare aanbieders. Onder kwetsbaar verstaan we in dit verband de 1-pitters die nagenoeg onmisbaar zijn, monopolisten, leveranciers van kwalitatief niet passende zorg en aanbieders waar financiële problemen spelen. Wanneer deze in kaart zijn, wordt in 2017 hier samen met de accounthouders extra aandacht aan besteed. 18-/18+ Op inhoud zet het inkoopteam zich in om samen met aanbieders een innovatie te realiseren voor de problematiek van de cliënten die van 18- naar 18+ gaan. Hoewel het streven maximale ontschotting is, loopt met name deze categorie cliënten tegen juridische grenzen aan. Een vertegenwoordiger van het AOJ en de werkgroep Wmo verkennen de mogelijkheid om in de financiering de scheidslijn 18-/18+ te slechten. Dit om voor betreffende jeugdigen de continuïteit van hulp te garanderen tegen passende tarieven. Verlagen administratieve lastendruk In aansluiting op het landelijk traject wordt onderzocht op welke manier de administratieve lastendruk aangepast kan worden. Waar mogelijk worden de suggesties die de VNG hierover doet, in het inkooptraject en de contractering verwerkt. 4.2 Randvoorwaarden realisatie inkoopambities 2017 e.v. Bij de realisatie van beleidsdoelstellingen in de transitiefase van het sociaal domein heeft de methodiek van bestuurlijk aanbesteden zijn meerwaarde bewezen. Het uitgangspunt bij de transformatie van het sociaal domein, namelijk één gezin, één plan blijft gelijk. De flexibiliteit en kansen om optimaal maatwerk te leveren aan cliënten is met deze methode optimaal gewaarborgd. Uit de vorige paragrafen blijkt ook het belang om te investeren in degenen die veelal het eerste aanspreekpunt voor cliënten en aanbieders vormen; de Sociale Teams en het accountmanagement van de regionale backoffice. Tegelijkertijd is in het sociaal domein veel in beweging. Om echt effect te zien van veranderingen in bijvoorbeeld handelswijze van aanbieders en van medewerkers van de gemeenten is er tijd nodig, evenals een realistisch verwachtingspatroon. Inkoop zal zich inspannen om bij te dragen aan dat realistisch verwachtingspatroon. 4.3 Doorkijkje naar 2018 e.v. Hoewel de inkoop voor 2018 nog ver weg lijkt, tekenen zich nu al enkele contouren af om de inkoop voor 2018 in te richten. Zoals reeds is beschreven, gaat de dienstverleningsovereenkomst in de Lekstroomregio uit van de inkoop van WMO2015 en Jeugdhulp. De vraag is of dit zo blijft. In de evaluatie van RBL is het takenpakket onderwerp 11
van onderzoek. Het is niet ondenkbaar dat niet alleen de nieuwe taken van de WMO door RBL worden ingekocht. Ook de inkoop van andere WMO onderdelen, zoals huishoudelijke hulp of hulpmiddelen, kan zich lenen voor een RBL brede aanpak. Of vervoer en participatie. Overige aandachtspunten zijn hieronder kort genoemd, en zullen zich in de loop van 2017 verder uitkristalliseren: Verdergaande samenwerking op administratieve lastenverlichting met andere regio s Ontschotting; verdere uniformering contracten Jeugd, Wmo en Participatie Aandacht voor kwalitatief passende zorg 4.4 Samenvatting Samenvattend is het volgende nodig om de inkoopambities voor 2017 te realiseren: Handhaven methodiek bestuurlijk aanbesteden Tijd voor inkoop om Instructies te geven en te zorgen voor kennisversterking van Sociale Teams Ruimte om te zetten Samenwerkingsafspraken met wettelijk verwijzers Doorontwikkeling accounthouderschap en rolverdeling tussen account en inkoop 5. Planning inkoop 2017 Tijdlijn voor inkoop van het vernieuwd productaanbod (transitie) en het flexibele maatwerk is als volgt: Bestuurlijke planning: o 30/06: besluit inkoop in BPSDL o september besluit colleges o Oktober/november afronding in koop BPSDL o November colleges en tekenen deelovereenkomsten. o December: raadsinformatieavond Lekstroombreed in IJsselstein Datum Agenda Fasering & resultaten Inkooptafels Wmo en Jeugd 11 juli Deelovereenkomst Jeugd - versie 1 bespreken. Planning overlegtafels en overlegthema's Hoofdindeling productindeling 2017 en deelovereenkomsten 29 aug Overlegtafel WMO deelovereenkomst opgesteld en aan de overlegrafel uitvoerig aan de orde geweest. Aanbieders akkoord. 12 sept deelovereenkomst Jeugd vaststellen Eerste uitwerking producten Via GSO naar colleges, half september 12
3 okt Deelovereenkomst WMO, productindeling en tarieven 17 okt Deelovereenkomst Jeugd, onderdeel tarieven. Bespreken uitkomsten onderzoek Hordijk & Hordijk Overeenstemming bereikt met de aanbieders via de overlegtafel Deelovereenkomst WMO, productindeling en tarieven Nov Afronden overlegtafels en borging in contracten en besluitvorming door colleges Dec Contractering zorgaanbieders Ondertekenen deelovereenkomsten 13