Algemene uitgangspunten



Vergelijkbare documenten
Intergenerationele rechtvaardigheid en pensioenen. Erik Schokkaert

EEN STERK EN BETROUWBAAR SOCIAAL CONTRACT Commissie Pensioenhervorming

Uitgangspunt van de Commissie

Een pensioenhervorming in het teken van defined ambition? Frank Vandenbroucke Jaarevent Alumni & Friends, Actuariaat Leuven 28 september 2015

Langer werken voor het pensioen

RAADGEVEND COMITÉ VOOR DE PENSIOENSECTOR

Pensioenzekerheid voor iedereen

Itinera s rode boekje over pensioenen

Regeerakkoord: wat is de impact op de pensioenen en de verzekeringsproducten?

samenvatting een nieuwe start Ambitie 2020 welvaart creëren, welvaart verdelen

Vrienden, ik wil eindigen met een driedubbele oproep:

DE TOEKOMST VAN ONZE SOCIALE ZEKERHEID KORTRIJK, 22 NOVEMBER 2017

many lives blijf uw leven beleven ook tijdens uw pensioen pension plan

DE WAARDE VAN SOLIDARITEIT OVER HET DRAAGVLAK VOOR HERVERDELING IN HET COLLECTIEF PENSIOEN

Aanpassing pensioenregeling een must. Presentatie: Marcel Brussee / voorzitter SPH Kees Lekkerkerker / directeur HRM

Studiedag over pensioenen

Ten eerste: afschaffing van de al genoemde doorsneesystematiek en ten

Naar een gelijkwaardige sociale bescherming voor zelfstandigen

Zorgondersteuning vzw

Het financiële leed van de pensioenen

Gelijkgestelde periodes in de pensioenopbouw bij werknemers

2. Het wettelijk pensioen : onze absolute prioriteit

DRASTISCHE AFBOUW VAN UW PENSIOEN

Enquête ACV Voeding en Diensten - Jouw stem, Onze toekomst!

Flexibiliteit in een coherente hervorming van de pensioenstelsels Inleidende beschouwing Welke vragen dienen beantwoord?

Agenda. 2011, een bewogen jaar Waarheen met onze pensioenen? Besluit Questions & Answers

Pensioenen lokale besturen: gisteren, vandaag en morgen.

DE PERFECTE STORM Hoe de economische crisis de wereld overviel en vooral: hoe we eruit geraken Gert Peersman & Koen Schoors Universiteit Gent

Een brug naar de toekomst PCOB manifest heeft oog voor solidariteit tussen generaties

Macro-economische uitdagingen ten gevolge van de vergrijzing

«Europa en de vergrijzing : toekomst van onze pensioenen»

STATISTISCHE STUDIES

Verkiezingsprogamma s en pensioenen. Een vergelijking van de standpunten van de Vlaamse politieke partijen.

Als men het aan de Vlamingen en de Nederlanders zelf vraagt:

Update. Special: Zwitserleven Pensioen Seminar 2012.

Geen discriminatie van vrouwen en gepensioneerden!

Loopbaanvoorwaarde. Minimunleeftijd. Uitzonderingen lange loopbanen

Pensioen vanaf.. Impact sociaal akkoord op pensioenregelingen. drs. Rajish Sagoenie, Actuaris AG. Aon Hewitt Consulting Retirement Actuarial Services

De toekomst van de welvaartsstaat. Frank Vandenbroucke Kortrijk 18 maart 2015

Zullen onze (klein)kinderen kunnen genieten van hun oude dag?

Hoe heeft de sociale zekerheid de crisis doorstaan?

ONS ENGAGEMENT VOOR UW TOEKOMST ONTCIJFERD

RAADGEVEND COMITÉ VOOR DE PENSIOENSECTOR

10 punten voor een duurzaam pensioenbeleid in de bouwsector.

Geef elke Nederlander een persoonlijke pensioenrekening. Position paper: Toekomst pensioenstelsel

2. Simulatie van de impact van een "centen i.p.v. procenten"-systeem

Verhoging van de wettelijke pensioenleeftijd: De stap is gezet

TOETSINGCRITERIA PENSIOENSTELSEL GEZAMENLIJKE OUDERENORGANISATIES

De uitdagingen van de tweede pijler voor loontrekkenden

Drie scenario s voor de pensioenopbouw in Nederland

Ons wettelijke pensioenstelsel wordt geconfronteerd

SECTORPENSIOENPLAN VOOR DE ARBEIDERS VAN DE BETONINDUSTRIE

Onze pensioenen onder vuur

Assuraliavoorstel tijdspaarrekening

Jouw Cosun pensioen. Informatiebijeenkomsten voor deelnemers in actieve dienst mei 2014

Het 2020-plan van Klijnsma in vogelvlucht

Pensioenkloof met buurlanden loopt op tot 49 procent

Advies. Krijtlijnen voor de hervorming van het stelsel van de opleidingscheques

Naar een schokbestendig pensioenstelsel

TETRALERT - SOCIAAL DE VERHOGING VAN DE WETTELIJKE PENSIOENLEEFTIJD : DE STAP IS GEZET!

Het mes in uw aanvullend pensioen

Vragen & Antwoorden I. PENSIOENLEEFTIJD - AFLOOP VAN DE PENSIOENTOEZEGGING

PERSONEELSVERGADERING ACOD UNIVERSITEIT GENT

De pensioenkloof tussen België en haar buurlanden

RAADGEVEND COMITE VOOR DE PENSIOENSECTOR

DE PERFECTE STORM. Hoe de economische crisis de wereld overviel en vooral: hoe we eruit geraken. Gert Peersman & Koen Schoors.

Het flexibele AOW pakket berekeningen

Pensioenplan voor de arbeiders van de baksteensector

Inhoudstafel. 1. Als zelfstandige stoppen vóór uw 60ste Op vervroegd pensioen tussen 60 en 65 jaar... 11

Pensioenupdate Up2date najaar 2018

STATISTISCHE STUDIES

HET PUNTENSYSTEEM. Wat wil de regering doen met mijn pensioen? En hoe hierop te reageren... CSC

Oordeel over de positie van ouderen in Nederland in 2013

Helder denken over de lange systemen

De Belgische gepensioneerden in kaart gebracht

Voor welke uitdagingen plaatst de vergrijzing ons?

Nieuwe regels voor de aanvullende pensioenen vanaf 2016

Pensioenkloof tussen België en zijn buurlanden loopt op tot 48 procent

Pensions at a Glance: Public Policies across OECD Countries 2005 Edition. Kort overzicht pensioenen OECD: publiek beleid in OECD-landen editie 2005

Voorstel voor een ADVIES VAN DE RAAD. betreffende het economisch partnerschapsprogramma van Nederland

Waarom de tweede pensioenpijler noodzakelijk is! I Inleiding 02. I 1. Het Belgische pensioenhuis : drie pijlers 03

BELGIUM PENSION OUTLOOK Juni 2014

Verdere evolutie van de geharmoniseerde werkloosheid in ruime zin

Pensioenbijeenkomst Abvakabo FNV Het pensioen van nu en de toekomst in zicht November Welkom

Doel is om voor deelnemers een beeld te schetsen van hoe het pensioen in elkaar steekt en hoe hun eigen pensioen er voorstaat.

PERSBERICHT. Brussel, 3 september Belg maakt zich net als andere Europeanen zorgen over pensioen

FEDERALE ADVIESRAAD VOOR OUDEREN Advies 2018/11

SOCIAAL FONDS VAN DE BETONINDUSTRIE. in samenwerking met. Sectorpensioenplan. voor de arbeiders van de betonindustrie. SFBI Sectorpensioenplan 1

Pensioenscenario s in het licht van de komende verkiezingen. Emile Soetendal 10 januari 2017

Pensioenplan voor de arbeiders van de grind- en zandgroeven

De presentaties van de manifestatie van 20/11/2014 Pensioenen: financiering en uitkering volgen aansluitend hieronder.

INHOUDSTAFEL HOOFDSTUK 1: INLEIDING 9 HOOFDSTUK 2: PENSIOENSTELSEL IN DE REGELING VOOR WERKNEMERS 11

solidariteit van jong met oud, of ook omgekeerd?

Heftige effecten van de versobering van het fiscale kader voor pensioenopbouw

MEMO. Federale verkiezingen van 13 juni 2010 VBO-memorandum Strategische documenten. 1. De hervorming van de pensioenen: een noodzaak

Nieuw rapport Europese Commissie: onze pensioenen zijn wél betaalbaar

Pensioenkloof tussen België en haar buurlanden loopt op tot 48 procent

Aan de slag met duurzame inzetbaarheid 3 november 2015

- 1. afschaffing van doorsneepremiesystematiek

Solidariteit: sterkmaker of splijtzwam?

Transcriptie:

Enkele bedenkingen bij de pensioenvoorstellen van Itinera Erik Schokkaert Ik ben het met vele elementen in de analyse en met vele voorstellen van Itinera eens. In deze korte nota richt ik mij enkel op punten van discussie en op mogelijke aanvullingen. Algemene uitgangspunten In de Itinera-nota wordt gesteld dat het een vergissing is om te veronderstellen dat le progrès social consiste à s arrêter de travailler de plus en plus tôt. Maar waar haalt de analyst (of de beleidsmaker) het recht om te oordelen over de inhoud van sociale vooruitgang en om zijn oordeel aan de burgers op te leggen? Ik denk dat een ethisch meer aantrekkelijk uitgangspunt erin bestaat om de voorkeuren van de burgers te gebruiken als het uiteindelijke criterium voor de evaluatie van het beleid. Dit impliceert echter vanzelfsprekend dat die burgers ook de gevolgen van hun voorkeuren zelf moeten dragen, d.w.z. dat ze daarvoor tot op zekere hoogte verantwoordelijk gesteld worden. Verantwoordelijkheid voor de eigen voorkeuren opleggen is enkel aanvaardbaar wanneer mensen effectief gelijke keuzemogelijkheden (kansen) krijgen in hun leven. Een rechtvaardige behandeling van mensen met een verschillende socioeconomische achtergrond en een verschillend aangeboren talent binnen één cohorte is dan ook noodzakelijk. Bij de analyse van beleidsvoorstellen moet bovendien rekening gehouden worden met rechtvaardigheid tussen de cohorten (een herverdeling waarvoor enkel de overheid kan zorgen). Hierbij moeten twee populaire uitgangspunten als te primitief verworpen worden: a) de verworven rechten van de gepensioneerden kunnen niet ten allen prijze gegarandeerd worden indien er in de economische omgeving grote wijzigingen optreden; b) op zichzelf kunnen constante bijdragevoeten voor de actieve bevolking nooit een soort van ethisch ideaal vormen. Hoewel dit niet expliciet gesteld wordt, lijkt de tweede vooronderstelling toch som-

mige analyses van Itinera te inspireren. Economen moeten dus zich niet enkel richten op efficiëntie, maar ook op rechtvaardigheid. Efficiëntie is overigens niet gedefinieerd wanneer niet eerst de maatschappelijke doelstellingen duidelijk omschreven worden. Er bestaat geen consensus over wat rechtvaardigheid precies inhoudt, maar in elk geval moet hierover een brede maatschappelijke discussie gevoerd worden. Om die discussie mogelijk te maken is transparantie noodzakelijk, en moeten concrete beleidsvoorstellen geïntegreerd worden in een denkkader dat toelaat ook verdelingsaspecten expliciet aan de orde te stellen. Dit is niet enkel vanuit ethisch standpunt noodzakelijk. De grote lijnen voor een oplossing van het pensioenprobleem zijn bekend en worden grotendeels aanvaard door analysten op een breed spectrum van links naar rechts. Het probleem ligt in de (beperkte) maatschappelijke aanvaarding van deze voorstellen. Wanneer men een voldoende groot maatschappelijk draagvlak voor hervormingen wil opbouwen, mogen de voorstellen niet in strijd komen met elementaire gevoelens van rechtvaardigheid binnen de samenleving. Deze basisuitgangspunten zijn niet zomaar algemene theoretische beschouwingen. Ze hebben directe implicaties voor de beoordeling van concrete beleidsvoorstellen. Concrete beleidsvoorstellen Eerste pijler Intragenerationele verdeling De eerste pijler (het wettelijke stelsel) is van het grootste belang om ook aan de armsten een behoorlijk pensioen te bezorgen. De Belgische pensioenen (vervangingsratio s) zijn in Europees perspectief aan de lage kant. Dit geldt ook voor de minimumpensioenen. Optrekken van de laagste inkomens is prioritair. Deze bekommernis wordt door het overgrote deel van de bevolking gedeeld. Dit betekent echter niet dat de band tussen bijdragen en uitkeringen verder mag worden uitgehold. We zijn in België reeds (te?) ver afgeweken van de principes van een Bismarcksysteem. Een Bismarcksysteem heeft twee belangrijke voordelen: (a) er is een groeiende hoeveelheid empirische evidentie dat (zeker in een systeem met collectieve loononderhandelingen) de stijging van de loonkosten meer gematigd is indien er een band bestaat tussen bijdragen en uitkeringen. Voor de loonkost is de structuur van de uitkeringen van meer belang dan vormen van zgn. alternatieve financiering; (b) het wettelijke pensioensysteem kan slechts voldoende genereus zijn voor de armsten als ook de middengroepen en de hogere inkomens het systeem blijven steunen. Het gevolg van deze redenering is dat er moet naar gestreefd worden om ook in het wettelijk stelsel relatief hoge pensioenen uit te betalen.

In deze context is het Itinera-pleidooi voor fiscale neutraliteit wat dubbelzinnig. Men kan die fiscale neutraliteit realiseren en tegelijkertijd de huidige netto-pensioenen behouden, maar dan moet men voor de hogere inkomens de bruto-pensioenen verhogen. Dit is een vestzak-broekzak operatie, maar ze kan verdedigd worden indien men denkt dat ze het globale fiscale systeem meer transparant zou maken. Realiseren van fiscale neutraliteit met behoud van de huidige brutopensioenen komt echter gewoon neer op een belastingverhoging, die vooral hogere pensioenen zou treffen. Deze relatieve verlaging van de hoge pensioenen binnen het huidige wettelijke stelsel lijkt mij omwille van bovenstaande redenen niet wenselijk. Ik ben het eens met het Itinera-voorstel om de pensioenrechten te individualiseren. Dit moet dan wel gepaard gaan met een systeem van bijdragensplitting voor samenwonende partners. Intergenerationele verdeling De eerste pensioenpijler berust op een soort van contract tussen de generaties. Stabiliteit en transparantie zijn essentieel. Het al dan niet verhogen van de pensioenen mag niet afhankelijk zijn van de grillen van wisselende politieke meerderheden. Er is daarom grote nood aan een duidelijk langetermijn sociaal contract dat de rechten en plichten van jonge en oude cohorten ondubbelzinnig vastlegt. Dit zou kunnen ingepast worden in het Itinera-voorstel van Automatic Budgeting. Een mogelijk referentiepunt voor zulke lange termijn-regeling vormt de zogenaamde Musgraveregel: deze stelt dat (gemiddeld) de verhouding tussen de netto-inkomens van de gepensioneerden en de netto-inkomens van de actieven doorheen de tijd constant moet blijven. Als de brutoinkomens van de actieve bevolking stijgen door de economische groei, moeten de pensioenen worden opgetrokken. Als de bevolking veroudert (bij gelijkblijvende inkomens), moet de last van deze vergrijzing verdeeld worden over de actieven en de gepensioneerden. De Musgrave-regel vormt een compromis tussen verworven rechten voor de gepensioneerden (waarbij de last van de vergrijzing volledig naar de actieven wordt doorgeschoven) en constante bijdragevoeten (waarbij de gepensioneerden volledig de last moeten dragen). Een verhoging van de bijdragen van de jongere cohorten mag geen taboe zijn, omdat het rechtvaardig is dat welvaart herverdeeld wordt van rijkere naar armere cohorten. Natuurlijk moet deze verhoging ook beoordeeld worden op haar macroeconomische effecten. De arbeidsmarkteffecten van sociale bijdragen hangen overigens minder af van de hoogte ervan dan van de band tussen bijdragen en uitkeringen (zie hoger). Ook tweede pijler-arrangementen verhogen de loonkost. Tweede pijler De tweede pijler (aanvullende pensioenen) is essentieel en moet verplicht worden gemaakt. Een tweede pijler verbetert de intergenerationele risicospreiding, omdat hij zorgt voor een beter evenwicht tussen repartitie en kapitalisatie. Fiscale stimuli zijn aanvaardbaar en zelfs wenselijk in de mate dat er solidariteitsverplichtingen worden opgelegd die ingaan tegen private marktoplossingen.

Het aanmoedigen van de uitbetaling van tweede pijler-pensioenen onder de vorm van annuïteiten (i.p.v. kapitaaluitkeringen) moet een topprioriteit van het beleid zijn. Derde pijler De fiscale voordelen voor de derde pensioenpijler (het private pensioensparen) moeten worden afgeschaft. Door dit systeem ondergraaft het beleid zelf het vertrouwen van de bevolking in de eerste pijler. Mensen zijn natuurlijk volledig vrij om bij te sparen voor hun pensioen, en het moet worden toegejuicht wanneer de private markt daarvoor mogelijkheden creëert. Maar waarom zou de gemeenschap deze vrije beslissing moeten subsidiëren? Uittreding uit de arbeidsmarkt De verhoging van de activiteitsgraad van de oudere bevolking vormt een essentieel bestanddeel in elke hervorming van het pensioensysteem. Voor de regeling van de pensioenleeftijd zijn flexibiliteit, verantwoordelijkheid en rechtvaardigheid van het grootste belang. In plaats van te werken met een pensioenleeftijd, moet er gewerkt worden met het concept van een normale loopbaan. Zo een normale loopbaan gaat in op het moment dat mensen (na hun studies) toetreden tot de arbeidsmarkt. In een ideaal systeem zou de normale loopbaan moeten variëren met verwachte levensduur en arbeidsomstandigheden. Het opzetten van zo een gedifferentieerd systeem is echter moeilijk. Wanneer men bij de telling van het aantal jaren wel de periodes van onvrijwillige activiteit, maar niet de studieperiode meetelt, zet men in elk geval reeds een eerste stap in de goede richting. Rond die (in het ideale geval gedifferentieerde) normale loopbaan als referentiepunt moet er een (strict actuarieel neutraal) bonus-malussysteem worden ingevoerd. Mensen die vroeger op pensioen willen gaan zullen zich moeten tevreden stellen met een lager pensioen, mensen die langer blijven werken hebben recht op een hoger pensioen. Deeltijdse pensionering (zoals door Itinera voorgesteld) past goed in deze benadering. Invoering van het concept van een normale loopbaan is een noodzakelijke voorwaarde om een bonus-malussysteem op een rechtvaardige wijze in te voeren. Bij de definitie van de normale loopbaan rijst onmiddellijk de vraag wat te doen met de gelijkgestelde perioden. Het invoeren van quota lijkt me een zeer ruwe maatregel. Ik begrijp niet hoe men quota bv. in het geval van chronische ziekte zou kunnen rechtvaardigen. Veel beter vind ik de verscherping van de criteria waaraan gelijkgestelde perioden moeten voldoen: sommige vormen van tijdskrediet ( une pause-carrière pour faire le tour du monde ) moeten inderdaad niet door de gemeenschap gedragen worden. Dit past perfect in de idee van verantwoordelijkheid voor eigen voorkeuren. Ook formules van tijdssparen kunnen een creatieve manier vormen om de bepaling van een normale loopbaan in te vullen. Natuurlijk ben ik het ermee eens dat het noodzakelijk is de werking van de arbeidsmarkt te versoepelen. Op dit ogenblik werken wij te hard wanneer we jong zijn en te weinig wanneer we ouder worden. Het bestaande systeem van anciënniteitsvergoedingen moet herdacht worden. Systemen van vervroegde uittreding moeten worden afgebouwd en de bedrijven moeten gestimuleerd worden

om oudere werknemers in dienst te nemen. Het is echter niet evident om in deze context concrete overheidsmaatregelen voor te stellen, omdat we hier in de sfeer van private ondernemingsbeslissingen en (al dan niet collectieve) loononderhandelingen zitten. Allicht zou de overheid al kunnen beginnen met voor zijn eigen personeel meer adequate systemen uit te werken. Overigens moet de discussie over de ambtenarenpensioenen ingepast worden in een bredere discussie over het ambtenarenstatuut. Individuele pensioenrekeningen? Ik zie weinig heil in de invoering van individuele pensioenrekeningen ( notional accounts ). Het startpunt in de Zweedse hervorming was zeer verschillend van de Belgische situatie. In een soepel Bismarck-systeem kunnen de beoogde positieve effecten (bv. rekening houden met gemiddelde levensverwachting, mensen meer verantwoordelijk maken voor hun eigen carrièrekeuzes) ook zonder expliciete invoering van individuele rekeningen gerealiseerd worden (zie sommige van bovenstaande voorstellen). Overigens moeten er ook in een systeem van notional accounts uitzonderingen worden gecreëerd en bijkomende transferten gerealiseerd wanneer men tot een rechtvaardige verdeling wil komen (zie ook het Zweedse model). Individuele rekeningen zijn overbodig en ze dreigen fundamenteel het maatschappelijke draagvlak voor de solidariteit te ondergraven. Enkele bijkomende punten Het Zilverfonds is een overbodige en misleidende vestzak-broekzakoperatie. Het zou veel efficiënter zijn de overheidsschuld versneld af te bouwen. De pensioenproblematiek is relatief gemakkelijk op te lossen. In elk geval weten we zeer goed wat er moet gebeuren. De gezondheidszorg (en de lange termijn-zorg) stellen voor de toekomst een veel grotere uitdaging. Zullen we in staat zijn de (onvermijdelijke en wellicht zelfs wenselijke) scherpe stijging van de kosten ook in de toekomst op een solidaire wijze te financieren? Voor duurzame economische groei en sociale bescherming.