HUISHOUDELIJK ELEKTRICITEITSVERBRUIK Omschrijving Meeteenheid Beleidsdomein Relatie met de SO Gemeentelijke beleidsdoelstelling bron Dataleverancier Huishoudelijk elektriciteitsverbruik per aangesloten inwoner Hoeveelheid elektriciteit die verbruikt wordt binnen de Genkse huisgezinnen. kwh Leefmilieu/Duurzame Ontwikkeling Cluster Energie Infrax 18 16 14 12 1 8 6 4 2 25 26 27 28 29 21 211 Elektriciteit in kwh TOELICHTING BIJ DE Laatste rapportering juni 213 Verklaring evolutie Vanaf 21 (mbt rapportage 28) worden de gegevens op een andere manier verzameld en verwerkt. Vanaf 28 is er een sterke daling, maar deze is te wijten aan de andere manier van registratie (zie vorig punt); Er is geen grote schommeling waar te nemen, zij het dat het residentieel elektriciteitsverbruik lichtjes dalend is. Knelpuntenanalyse Sensibilisatiecampagnes zoals Klimaatwijken, bereiken toch nog te weinig mensen; De prijs(stijging) van elektriciteit is niet van die aard dat het mensen ertoe aanzet te gaan besparen. Extra informatie
ELEKTRICITEITSVERBRUIK OPENBARE VERLICHTING Omschrijving Meeteenheid kwh Beleidsdomein Leefmilieu/Duurzame Ontwikkeling Beheer van stedelijk patrimonium Relatie met de SO Instrumentarium: interne milieuzorg Cluster Energie Gemeentelijke beleidsdoelstelling bron Dataleverancier Provincie Limburg 9 8 7 6 5 4 3 2 1 21 23 26 28 21 Openbare verlichting TOELICHTING BIJ DE Laatste rapportering juni 213 Verklaring evolutie Knelpuntenanalyse Extra informatie Het beheer van de gemeentelijke openbare verlichting ligt in handen van Infrax Interelectra stelt elk jaar een aantal maatregelen en aanpassingen voor, deze worden goedgekeurd door het College van Burgemeester en Schepenen. Stad Genk is geen eigenaar meer van de gemeentelijke openbare verlichting, ze is overgedragen aan de Intercommunale Infrax Genk heeft wel beslissingsrecht omtrent uitbreidingen of aanpassingen, de financiering ervan gebeurt via de investeringskredieten van Interelectra. Het gedeelte klemtoonverlichting wordt wel beheerd door de technische diensten van de stad. Het energieverbruik mbt de openbare verlichting blijft vrij stabiel. 28 toont een daling, dit mag echter niet als zodanig geïnterpreteerd worden. Vanaf 28 hanteert Infrax een andere manier van berekenen: op basis van werkelijk verbruik (voordien was dat op basis van facturatie). Sinds 29 is de gebruikte stroom voor de openbare verlichting voor 1% groene stroom.
ELEKTRICITEITSVERBRUIK STEDELIJKE ENTITEITEN Omschrijving Elektriciteitsverbruik stedelijke entiteiten Hoeveelheid elektriciteit die verbruikt wordt binnen de stedelijke entiteiten (=gebouwen, openbaar domein). Voor een 7-tal entiteiten (gebouwen, openbaar domein, pompstations, ) gebeurt er een maandelijkse meteropname van de elektriciteit door de dienst Gebouwen van de stad. Aangezien deze lijst jaarlijks verandert, zou het een verkeerd beeld geven om de jaarlijkse totalen met elkaar te vergelijken. Daarom worden in de milieubarometer alleen de verbruiksgegevens weergegeven van de 11 gebouwen waarvan het elektriciteitsverbruik mee wordt opgevolgd door Interelectra, via het studiebureau Cenergie. Van deze gebouwen wordt jaarlijks een energiejaarrapport opgemaakt. Dit jaarrapport is op eenvoudige vraag ter inzage. Ter vervollediging tonen we ook het totaalverbruik van de stedelijke infrastructuur, gebaseerd op cijfers die aangereikt worden door de provincie Limburg. kwh/jaar Meeteenheid Beleidsdomein Leefmilieu/Duurzame ontwikkeling Beheer van stedelijk patrimonium Relatie met de SO Instrumentarium: interne milieuzorg Cluster Energie Gemeentelijke beleidsdoelstelling bron Dataleverancier De registratie van het verbruik van elektriciteit binnen de stedelijke entiteiten gebeurt in de eerste plaats om het verbruik te kennen, het in cijfers uit te drukken en het te toetsen aan gangbare cijfers voor elektriciteitsverbruik. In tweede instantie wordt nagegaan wat de oorzaak kan zijn van eventuele extreme verbruiken. Tenslotte kan de evaluatie van het verbruik leiden tot ingrepen die het elektriciteitsverbruik moeten doen dalen. Dienst Gebouwen maandelijkse meteropname van het elektriciteitsverbruik van stedelijke entiteiten (=gebouwen, openbaar domein). De gebouwen waarvan de verbruiksgegevens worden weergegeven zijn tevens de gebouwen die tot de grootste verbruikers van het stedelijk patrimonium mogen worden gerekend.
58 56 54 52 5 Elektriciteitsverbruik in kwh 48 46 44 28 29 21 211 212 TOELICHTING BIJ DE Laatste rapportering juni 213 Verklaring evolutie Het verbruik stijgt opmerkelijk van 29 naar 21. De oorzaak daarvan ligt in de ingebruikname van de nieuwe bibliotheek en (sinds juni 21) het nieuwe C-mine cultuurcentrum en de heringebruikname van het stedelijk sportcentrum. Vanaf 211 daalt het verbruik weer. Sinds 29 is al de stroom, verbruikt in de stedelijke entiteiten, voor 1% afkomstig van hernieuwbare energie. Knelpuntenanalyse Extra informatie -
BRANDSTOFVERBRUIK STEDELIJKE ENTITEITEN Omschrijving Brandstofverbruik (aardgas- en stookolie) in stedelijke entiteiten. Hoeveelheid brandstof die verbruikt wordt binnen de stedelijke entiteiten (=gebouwen, openbaar domein, fonteinen). Dit cijfer is echter niet volledig: de meteropname gebeurt in een 7-tal entiteiten (gebouwen, openbaar domein, pompstations, ) binnen het geheel van het stedelijk patrimonium. Aangezien deze lijst jaarlijks verandert, zou het een verkeerd beeld geven om de jaarlijkse totalen met elkaar te vergelijken. Daarom worden in de milieubarometer alleen de verbruiksgegevens weergegeven van de 12 gebouwen waarvan het energie- en waterverbruik mee wordt opgevolgd door Interelectra, via het studiebureau Cenergie. Van deze gebouwen wordt jaarlijks een energiejaarrapport opgemaakt. Dit jaarrapport is op eenvoudige vraag ter inzage. De verbruiksgegevens van aardgas en stookolie werden omgerekend naar kwh om een juiste vergelijking te kunnen maken. KWh/jaar Meeteenheid Beleidsdomein Leefmilieu/Duurzame ontwikkeling Beheer van stedelijk patrimonium Relatie met de SO Instrumentarium: interne milieuzorg Cluster Energie Gemeentelijke beleidsdoelstelling bron Dataleverancier De registratie van het verbruik van aardgas en stookolie binnen de stedelijke entiteiten gebeurt in de eerste plaats om het verbruik te kennen, het in cijfers uit te drukken en het te toetsen aan gangbare cijfers voor elektriciteitsverbruik. In tweede instantie wordt nagegaan wat de oorzaak kan zijn van eventuele extreme verbruiken. Tenslotte kan de evaluatie van het verbruik leiden tot ingrepen die het aardgasverbruik moeten doen dalen. Dienst Gebouwen maandelijkse meteropname van het aardgas- en stookolieverbruik van stedelijke entiteiten (=gebouwen, openbaar domein).
45 4 35 3 25 2 Verbruik stookolie in liter 15 1 5 28 29 21 211 212 16 14 12 1 8 Verbruik aardgas in m3 6 4 2 28 29 21 211 212 TOELICHTING BIJ DE Laatste rapportering juni 213 Verklaring evolutie De interpretatie van de verbruiken gebeurt door de stedelijke Dienst Gebouwen. Verbruik stookolie De gegevens betreffen de werkelijke, niet-gecorrigeerde verbruiken; Tot einde 21 waren er 7 stedelijke entiteiten die verwarmd werden met stookolie, vanaf 211 zijn er dat nog 6 Vanaf 211 is er een duidelijke daling, hetgeen deels te
wijten is aan het wegvallen van één gebouw. Anderzijds zijn er in de andere gebouwen de voorbije jaren heel wat energiebesparende werken uitgevoerd. Verbruik aardgas De gegevens betreffen de werkelijke, niet-gecorrigeerde verbruiken; Het verbruik stijgt opmerkelijk van 29 naar 21. De oorzaak daarvan ligt in de ingebruikname van de nieuwe bibliotheek en (sinds juni 21) het nieuwe C- mine cultuurcentrum en de heringebruikname van het stedelijk sportcentrum. Knelpuntenanalyse Sinds de laatste 3 jaren zijn er enkele gebouwen extra: de stedelijke bibliotheek, het gerenoveerde sportcentrum en de site van C-mine in Winterslag. Extra informatie -
ZONNEËNERGIE IN STEDELIJKE GEBOUWEN Totale oppervlakte zonnepanelen voor hernieuwbare energie in stedelijke gebouwen Omschrijving Meeteenheid M2 Beleidsdomein Leefmilieu/Duurzame ontwikkeling Beheer van stedelijk patrimonium Relatie met de SO Instrumentarium: interne milieuzorg Cluster Energie Gemeentelijke Binnen de cluster Energie van de Samenwerkingsovereenkomst is de stad beleidsdoelstelling Genk verplicht minimaal één project hernieuwbare energie te realiseren bron voor het einde van 27. Dataleverancier Dienst Gebouwen 3 25 2 15 1 zonneboiler (aantal) PV--cellen geplaatst Totaal 5 24 27 28 29 21 211 212 TOELICHTING BIJ DE Laatste rapportering juni 213 Verklaring evolutie Het project PV-cellen stadhuis is een gevolg van het engagement dat aangegaan werd binnen de Samenwerkingsovereenkomst; Knelpuntenanalyse Investeren in hernieuwbare energie vraagt een aanzienlijk startkapitaal. Niet elk gebouw is geschikt. Extra informatie PV-cellen stadhuis: invstering via leasing ism DEXIA en ENECO Energie; Andere : investering gedragen door de stad Genk.
SUBSIDIES DUURZAME INVESTERINGEN Aanvragen in het kader van het stedelijk subsidiereglement duurzame investeringen Omschrijving Stad Genk hanteert sinds enige jaren een stedelijk subsidiereglement duurzame investeringen. Hierin is voorzien in een subsidie voor de sanering van buiten gebruik gestelde stookolietanks, investeringen in groene energie en inspanningen ter verlaging van het energieverbruik. Meeteenheid Aantal dossiers per jaar Beleidsdomein Leefmilieu en Duurzame ontwikkeling Relatie met de SO Cluster Energie Gemeentelijke Aan vragen worden ingediend bij de Dienst Leefmilieu en Duurzame beleidsdoelstelling Ontwikkeling, die ze ook ter goedkeuring voorlegt aan het college van bron burgemeester en schepenen. Dataleverancier Infrax 6 PV-installaties 5 4 3 2 1 27 28 29 21 211 Zonneboiler Warmtepomp Ventilatiesysteem Sanering stookolietank Energiebesparing 2% Lager E-peil TOELICHTING BIJ DE Laatste rapportering juni 213 Verklaring evolutie Mede door de aangekondigde daling van de waarde van de Groene Stroomcertificaten (vanaf 1/1/ 1 - Vlaamse Overheid) steeg het aantal investeringen in PV-cellen in 29 zeer sterk. Die stijging is zich blijven doorzetten owv de gunstige voorwaarden voor PV-installaties; Het aantal zonneboilers kende een piek in 21, te verklaren door de investeringen die de sociale huisvestingsmaatschappij Nieuw Dak deed; De installatie van warmtepompen en ventilatiesystemen is vooral in trek bij nieuwbouwwoningen; W e zien ook dat de subsidies voor een energiebesparing van 2% en deze voor een lager E-peil dan opgelegd meer gekend geraken; De premie voor PV-installaties is afgeschaft per 31/8/211; Het subsidiereglement duurzame investeringen zal vanaf 1/1/12
vervangen worden door het subsidiereglement duurzaam wonen. Knelpuntenanalyse Extra informatie Het stedelijk subsidiereglement duurzame investeringen is een initiatief geweest dat veel bijval heeft gekend. Na een evaluatie in 211, met een gedetailleerde screening mbt duurzaamheid, is het nieuwe subsidiereglement duurzaam wonen voorgesteld.
PREMIES DAKISOLATIE Totaal uitgereikte dakisolatiepremies door Infrax Omschrijving Gegevens mbt de jaarlijks uitgereikte premies voor dak- of zoldervloerisolatie. Meeteenheid M2 Beleidsdomein Leefmilieu/Duurzame ontwikkeling Relatie met de SO Cluster Energie Gemeentelijke beleidsdoelstelling bron Dataleverancier Infrax 8 7 6 5 4 3 2 1 28 29 21 211 212 aantal dossiers TOELICHTING BIJ DE Laatste rapportering Juni 213 Verklaring evolutie Het aantal aanvragen voor dakisolatie is sterk gestegen. Campagnes als Limburg isoleert maar ook de campagne rond de warmtebeelden van de genkse daken zijn daar mede de verklaring voor; In 28 waren er 17 aanvragen, waarvan 7 dossiers voor de sociale huisvestingsmaatschappij Nieuw Dak; In 29 waren er 511 dossiers, waarvan 128 dossiers van Nieuw Dak; In 21 waren er 553 aanvragen. Door projecten (o.a. genk isoleert en het thermoloket) is er, bij de burger, een groeiende overtuiging dat dakisolatie een noodzaak is. Knelpuntenanalyse - Extra informatie