Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Vergelijkbare documenten
Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

BESLUIT. 4. Bij brief van 16 maart 2010 heeft xcat aangegeven geen aanleiding te zien haar bezwaar mondeling toe te lichten tijdens een hoorzitting.

Ministerie van Infrastructuur en Milieu

Wettelijk kader Uw verzoek valt onder de reikwijdte van de Wob. Voor de relevante Wob-artikelen verwijs ik u naar de bijlage 1.

Wettelijk kader Uw verzoek valt onder de reikwijdte van de Wob. Voor de relevante Wob-artikelen verwijs ik u naar Bijlage 1.

Algemeen Dagblad T.a.v. Postbus TC ROTTERDAM

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Ministerie van Veiligheid en Justitie

tegen het besluit van 13 maart 2017 in het kader van de subsidie SNL, kenmerk

Ministerie van Veiligheid en Justitie

Ministerie van Justitie en Veiligheid

Ministerie van Buitenlandse Zaken

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Datum 14 maar! 2008

Controle en handhaving Besluit Overwegingen Algemene overweging: openbaarheid t.a.v. een ieder De eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer

BESLISSING OP BEZWAAR

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Datum 16 AUG2018. Betreft Wob-besluit

LIT IE. Door deze brief wordt op de twee door u ingediende Wob-verzoeken besloten.

Ministerie van Infrastructuur en Milieu

Beslissing op bezwaar

Datum 19 juni 2019 Betreft Besluit op uw Wob-verzoek. Geachte

Plaatsing op internet Het besluit wordt op geplaatst. Hoogachtend,

6 NOV Rijksvastgoedbedrijf. Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

BESLISSING OP BEZWAAR

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

(.t, Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Datum 1 juni 2017 Betreft WOB-besluit. Geachtt

Inventarisatie documenten Per onderdeel van uw verzoek vindt een inventarisatie van wel of niet bij RVO.nl aanwezige documenten plaats.

Datum 21 juli 2016 Betreft Wob-verzoek geweldsincidenten OV. Geachte

De belanghebbende heeft geen bedenkingen tegen het openbaar maken van de door u gevraagd gegevens kenbaar gemaakt.

Ministerie van Veiligheid en Justitie

Plaatsing op internet Het besluit wordt op geplaatst.

heeft een schriftelijk verslag van de hoorzitting gemaakt en daarin staat ook dat er geen geluidsopname is.

Ministerie van Veiligheid en Justitie

Ministerie van Veiligheid en Justitie

Wettelijk kader Uw verzoek valt onder de reikwijdte van de Wob. Voor de relevante Wob-artikelen verwijs ik u naar de bijlage 1.

In dit besluit wordt verwezen naar de corresponderende nummers uit de inventarislijst, zodat per document duidelijk is wat is besloten.

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Geachte voorzitter,

Zienswijzen Er is een derde belanghebbende in de gelegenheid gesteld zijn of haar zienswijze te geven over de openbaarmaking van het document.

Ministerie van Infrastructuur. en Waterstaat. T.a.v. Bestuurskern. (va Datum. Betreft Uw verzoek Wet op de beloodsing.

Kabinet Minister-President

Wettelijk kader Uw verzoek valt onder de reikwijdte van de Wob. Voor de relevante Wob-artikelen verwijs ik u naar de bijlage 1.

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Ministerie van Veiligheid en Justide

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Ministerie van Infrastructuur en Milieu

28JUNI Datum Betreft. Beslissing op bezwaar Wob-verzoek volle treinen eerste en tweede deelbesluit. Geachte

Wijze van openbaarmaking De documenten, genoemd onder inventarisatie documenten onder nummers één tot en met negen zal ik naar u mailen.

Inspectie Veiligheid en Justitie Ministerie van Veiligheid en Justitie

Het Financieele Dagblad T.a.v.: Postbus AE AMSTERDAM. Datum 2 september 2015 Onderwerp Uw Wob-verzoek van 3 juli 2015.

De heer A. J. van Heusden Kruisstraat LX Oosterhout. Middelburg, 21 juni Geachte heer Van Heusden,

In dit besluit wordt verwezen naar de corresponderende nummers uit de inventarislijst, zodat per document duidelijk is wat is besloten.

0 2 MEI2014. Ministerie van Infrascructuur en Milieu. Inspectie Leefomgeving en Transport

Besluit OPENBAAR. 1 Samenvatting. 2 Procedure

4. Op 23 september 2014 heeft u schriftelijk en per laten weten af te willen zien van de hoorzitting.

Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

Datum 13 september 2017 Onderwerp Uw Wob-verzoek inzake correspondentie over adoptie uit Sri Lanka en de (voormalige) adoptievergunninghouder FLASH

Desgevraagd hebt u te kennen gegeven geen gebruik te willen maken van het recht te worden gehoord naar aanleiding van uw bezwaar.

Staatstoezicht op de Mijnen Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

APR 214. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Datum: Betreft: Beslissing op uw Wob-verzoek. Geachte

Datum 3 juni 2016 Betreft Verzoek op grond van de Wob. Geachte,

Handleiding behandeling WOB-verzoeken

Ons kenmerk IENW/DSK-2018/ Datum. Uw kenmerk Betreft Beslissing op uw Wob-verzoek d.d. 7 augustus 2018 SL 500/18.012

Beslissing op bezwaar

De met u gemaakte afspraken, bedoeld in de vorige alinea, houden het volgende in:

9 MEI Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Datum: Betreft: Beslissing op uw Wob-verzoek. Geachte

«waakzaam en clienstbaar»

Ministerie van Veiligheid en Justitie

Directie Wetgeving, Bestuurlijke en Juridische Aangelegenheden Afdeling JA - Bijstand, Bedrijfsjuridisch en Subsidies. Datum 5 maart 2018

Ministerie van Infrastructuur en Milieu

2. Daarnaast heeft de verzoeker het Commissariaat verzocht de kosten van het Wobverzoek

06 NOV, Ministerie van Infrastructuur. en Waterstaat. Datum. Betreft Eerste deelbesluit inzake uw WOB-verzoek. Geachte

Ministerie van infrastructuur en Milieu

Wettelijk kader Uw verzoek valt onder de reikwijdte van de Wob. Voor de relevante Wob-artikelen verwijs ik u naar de bijlage 1.

Sociaal Juridisch Medewerker-Arbeidsvoorziening en Personeelswerk (Crebo 10026) over de periode bij ROC Landstede;

Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

Datum 31 juli 2015 Onderwerp Eerste deelbesluit wob-verzoek ICT-incidenten. Geachte

Ministerie van Infrastructuur en Milieu

REGLEMENT BEZWAARSCHRIFTEN PUBLIEKE OMROEP

Datum 22 februari 2019 Onderwerp Uw Wob-verzoek met betrekking tot ondersteuning aan (zaken van) het tv-programma "Ontvoerd"

Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

Inleiding: Op 29 juli 2009 is door de heer Hop uit Ermelo een informatieverzoek op basis van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) binnengekomen.

2 8MEI 2Ü1. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Datum: Betreft: Besluit op uw Wob-verzoek. Geachte

Online Juridisch Advies voor U (OJAU) T.a.v.: Binckhorstlaan 36-C BE DEN HAAG

Ministerie van Veiligheid en Justitie

Pagina. Besluit Openbaar

Beslissing op bezwaar

Beslissing op bezwaar

Ministerie van Binnenlandse Zaken en. Koninkrijksrelaties. Datum 29 februari Betreft Tweede deelbesluit op uw Wob-verzoek.

Ministerie van Economische Zaken

Datum 17 juli 2019 Betreft Herzieningsbesluit op uw Wob-verzoek. Geachte,

Dienst Terugkeer en Vertrek Ministerie van Veiligheid en Justitie

Besluit. A. Verloop van de procedure. B. Zienswijze. Kenmerk: / Betreft: verzoek om openbaarmaking

ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580

Beslissing op bezwaar

Ministerie van Economische Zaken

Wettelijk kader Uw verzoek valt onder de reikwijdte van de Wob. Voor de relevante Wob-artikelen verwijs ik u naar de bijiage

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Transcriptie:

Ministerie van Verkeer en Waterstaat Stichting "Wij vertrouwen stemcomputers niet" t.a.v. dhr. RV Gonggrijp Linnaeusparkweg 98 1098 EJ AMSTERDAM Contactpersoon Doorkiesnummer mr. dr. J.R.C. Tieman 070-351 9308 Bijlage(n) Ons kenmerk CEND/HDJZ-2008/625 sector ABJZ Onderwerp Beslissing op bezwaar Uw kenmerk Wob-18 Geachte heer Gonggrijp, Hierbij ontvangt u mijn beslissing op het bezwaarschrift dat u op 4 maart 2008, aangevuld op 20 maart 2008, heeft ingediend namens de stichting UW'j vertrouwen stemcomputers niet" (hierna: de stichting). In dit bezwaarschrift maakt de stichtil\lg bezwaar tegen het besluit van 8 februari 2008 (VenW/DGW 2008/228) waarin gedeeltelijk afwijzend is beslist op het verzoek van de stichting van 11 januari 2008 om openbaarmaking van documenten die betrekking hebben op internetstemmen. 1. De fei,ten en het verloop van de procedure Bij brief van 10 januari 2008, ontvangen op 11 januari 2008, heeft u namens de stichting met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur (hierna: Wob) verzocht om openbaarmaking van de bij het ministerie van Verkeer en Waterstaat berustende documenten betreffende internetstemmen die zijn ontstaan na 1 Januari 2006. Bij besluit van 8 februari 2008 (VenW/DGW 2008/228) is beslist om een aantal van de in de bijlage bij dit besluit genoemde documenten niet, of nilet integraal, openbaar te maken. Het betreft de documenten die,in de bijlage zijn genummerd onder 4,6, 8, 11 en 12. Een aantal andere documenten is wel integraal openbaar gemaakt. Het betreft de documenten genummerd 1, 2, 3, 5, 7, 9,10 en 13. Tegen dit besluit heeft u namens de stichting bezwaar gemaakt bij brief van 2 maart 2008, ontvangen op 4 maart 2008. Het bezwaarschrift is aangevuld bij brief van 18 maart 2008, ontvangen op 20 maart 2008. Met deze laatste brief heeft u de bij brief van 10 maart Postbus 20901 2500 EX DEN HAAG Telefoon 070-351 61 71 PIesmanweg 1-6 2597 JG DEN HAAG Fax 070-351 8550 Bereikbaar met tram 9 (station hs en cs) en bus 22 van (station CS)

CEND/HDJZ-200S/625 sector ABJZ 200S (HDJZ/ABJZ/200S-33S) gevraagde gegevens verstrekt waaruit blijkt dat u bevoegd bent de stichting te vertegenwoordigen. Bij brief van 9 april 2008, ontvangen op 10 april 2008, heeft u bevestigd dat de stichting geen prijs stelt om te worden gehoord alvorens op het bezwaarschrift wordt beslist. Bij brief van 23 april 2008 (CEN'D/HDJZ-2008/536 sector ABJZ) is u medegedeeld dat de beslistermijn met toepassing van artikel 7:10, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) is verdaagd tot uiterlijk 23 mei 2008. 2. De ontvankeliijkheid Het bezwaarschrift is ingediend binnen zes weken na bekendmaking van het besluit. De gronden van het bezwaar zijn binnen de daartoe gestelde termijn îngediend. De stichting kan worden aangemerkt als belanghebbende bij het bestreden besluit. Het bezwaarschrift voldoet ook aan de overige door de Awb gestelde eisen. Het bezwaarschr~ft is mitsdien ontvankelijk. 3. Het wettelijk kader Op grond van artikel 3, eerste lid, van de Wob, kan een ieder een ver.zoek om informatie, neergelegd in documenten over een bestuurlijke aangelegenheid, richten tot een bestuursorgaan. Ingevolge artikel 3, derde lid, van de Wob wordt een verzoek ingewilligd met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 10 en 11 van de Wob. Het bestuursorgaan zal het verstrekken van de gevraagde informatie achterwege moeten dan wel kunnen laten wanneer zich één of meer van de in de artikelen 10 en 11 van de Wob genoemde uitzonderingsgronden of beperkingen voqrdoen. Ingevolge artikel 7:11 van de Awb vindt op grondslag van het bezwaarschrift een heroverweging van het bestreden besluit plaats. 4. Overwegingen Als gronden voor bezwaar voert de stichting aan dat de lin artikel 11 van de Wob neergelegde uitzondering voor persoonlijke beleidsopvattingen in documenten ten behoeve van intern beraad te ruimhartig is gehanteerd. Daarnaast stelt de stichting vragen bij de volledigheid van de lijst van verstrekte stukken. Hierna zal ik deze gronden bespreken. 4.1 Uitzondering op openbaarheid: intern beraad en persoonlijke beleidsopvattingen Artikel 11, eerste lid, van de Wob geeft een uitzondering op openbaarheid. Hierin is bepaald dat in geval van een verzoek om informatie uit documenten opgesteld ten behoeve van intern beraad, geen informatie wordt verstrekt over daarin opgenomen persoonlijke beleidsopvattingen. Intern beraad betreft "het beraad over een bestuurlijke 2

CEND/HDJZ-2008/625 sector ABJZ aangelegenheid binnen een bestuursorgaan, dan wel binnen een kring van bestuursorganen in het kader van de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor een bestuurlijke aangelegenheid." (artikel 1, onder c, van de Wob). Een persoonlijlke beleidsopvattingis "een opvatting, voorstel, aanbeveling of conclusie van een of meer personen over een bestuurlijke aangelegenheid en de daartoe door hen aangevoerde argumenten" (artikel 1, onder f, van de Wob). De bescherming van persoonlijke beleidsopvattingen is een van de centrale punten in de wetsgeschiedenis van de Wob. Met de in artikel 11, eerste lid, van de Wob neergelegde beperking voor persoonlijke beleidsopvattingen heeft de wetgever beoogd" dat ambtenaren de vrijheid dienen te hebben ongehinderd hun bijdrage te leveren aan de beleidsvoorbereióing of -uitvoering, en daarover te studeren, te brainstormen, anderszins te overleggen, nota's te schrijven ete. Zij moeten (...) in alle openhartigheid onderling functioneel kunnen communiceren, en ook openhartig met 'hun bewindspersonen. Het is juist ter bescherming van hun rechtspositie, dat die communicatie niet a priori openbaar zou moeten zijn. Ambtenaren lopen dan het risico dat hun opvattingen in de politieke en publieke opinie tegen elkaar en tegen de opvattingen van hun ministers uitgespeeld worden. Zij dreigen dan gemakkelijk betrokken te worden in een politieke discussie, terwijl in het kader van de ministeriële verantwoordelijkheid niet de opvattingen van ambtenaren staatsrechtelijk relevant z.ijn, maar juist de opvattingen van hun bewindspersonen." (memorie van antwoord p. 13/14). Ook opvattingen van hen die van buiten in de sfeer van het interne beraad zijn betrokken vinden ingevolge deze bepaling de vorenbedoelde bescherming (memorie van toelichting p. 14). Dit alles leidt ertoe dat persoonlijke beleidsopvattingen van ambtenaren, 'bewindspersonen en bestuurders volgens de wetgever in beginsel niet openbaar gemaakt dienen te worden. (Kamerstukken 1/1987/88,19859, nr. 3, p. 13 en nr. 6, p. 13/14). Dit geldt ook voor externen die aan het intern beraad deelnemen. In het bestreden besluit is het verzoek tot openbaarmaking van een aantal documenten niet gehonoreerd met de motivering dat sprake is van documenten die zijn opgesteld ten behoeve van intern beraad en die persoonlijke beleidsopvattingen bevatten van de betrokken individuele ambtenaren en andere betrokkenen bij het interne beraad. Het betreft de documenten genummerd 6, 8 en 11. Dowment 6 betreft een interne nota van een ambtenaar aan de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat over de uitkomsten van het Algemeen Overleg van 21 november 2007 inzake het wetsvoorstel tot verlenging van de Experimentenwet Kiezen op Afstand. De nota bevat een advies van deze ambtenaar aan de Staatssecretaris over de acties die de bewindspersoon naar de opvatting van deze ambtenaar moet nemen naar aanleiding van het Algemeen Overleg, met bijbehorende argumenten. Document 8 betreft een interne nota van een ambtenaar aan de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat waarin de ambtenaar, in vervolg op de eerdere nota nummer 6, een voorstel doet in de vorm van een verzoek aan de Staatssecretaris tot ondertekening van een brief aan de Tweede Kamer over internetstemmen bij de 3

CEND/HDJZ-2008/625 sector ABJZ waterschapsverkiezingen. Deze brief van 19 december 2007 is in de bijlage bij het bestreden besluit opgenomen onder nummer 10. De documenten opgenomen onder nummer 11 betreffen een viertal e-mails tussen twee leden van het projectteam van Verkeer en Waterstaat en een medewerker van het Waterschapshuis. De mailwisseling diende ter bevestiging van een afspraak tussen deze personen.. Het betrof een afspraak ten behoeve van het houden van een eenmalig overleg, ter voorbereiding van de offerte-aanvraag van het ministerie van Verkeer en Waterstaat aan potentiële opdrachtnemers voor het deskundigenadvies zoals bedoeld in de Regeling waterschapsverkiezingen 2008. Overleg met het Waterschapshuis was noodzakelijk om er zeker van te zijn dat de beoogde organisaties niet eerder in opdracht van het Waterschapshuis bij RIES betrokken zijn geweest, en om na te gaan of de ideeën van Verkeer en Waterstaat over de opzet van het onderzoek ook uitvoerbaar zouden zijn in de beschikbare tijdspanne. In de mailwisseling worden hier, vooruitlopend op het overleg, door de betrokkenen vragen opgeworpen en voorstellen gedaan. Ook worden in het document de namen en contactpersonen van de potentiële opdrachtnemers genoemd. Mitsdien is gelet op de aard en inhoud van deze documenten sprake van documenten ten behoeve van intern beraad waarin persoonlijke beleidsopvattingen zijn opgenomen in de zin van de Wob. 4.2 Volledigheid stukkenlijst Het verzoek van de stichting tot openbaarmaking van documenten betreffende internetstemmen heeft betrekking op documenten die zijn ontstaan na 1 januari 2006. De stichting betwijfelt de volledigheid van de lijst van verstrekte stukken. Ik wijs er op dat een gedeelte van het dossier dateert van vóór 1 januari 2006, aangezien de voorbereiding van de Wet modernisering waterschapsbestel in 2004 is aangevangen. Deze wet had als doel een herziening van de Waterschapswet. Bij deze herziening is besloten de regeling van de verkiezingen, die tot voor kort de bevoegdheid van de provincie was, een wettelijke basis te geven. Daarbij is gekozen voor continuer'ing van de bestaande praktijk van poststemmen als hoofdregel, met daarnaast de mogelijkheid voor waterschappen om stemmen met behu'lp van informatietechnologie aan te bieden (artikel 20, derde en vierde lid). Dit is uitgewerkt in het Waterschapsbesluit. Omdat niet gekozen is voor het verplicht voorschrijven van internetstemmen, maar slechts voor het creëren van een mogelijkheid voor de waterschappen om hiertoe te besluiten, kon de wetgever volstaan met een marginale toetsing. Daarbij stond voor het ministerie alleen de vraag centraal of internetstemmen bij de waterschappen in 2008 een reële optie zou kunnen zijn. De beschikbare informatie, met name de evaluaties van de waterschapsverkiezingen van het Hoogheemraadschap van Rijlnland en het waterschap De Dommel in 2004 (zie documenten 12 en 13 in de bijlage van mijn brief van 31 maart 2008, kenmerk VenW/DGW 2008/507), de wetenschappelijke publicaties van Hubbers, Jacobs en Pieters (zie documenten 9, 10 en 11 in dezelfde bijlage), de toekenning van de UN Award (zie document 1 in de bijlage van het bestreden besluit), alsmede de (openbare) publicaties op de website van het ministerie van BZK over de toepassing van 4

CEND/HDJZ-2008/625 sector ABJZ RIES in 2006 voor kiezers in het buitenland, was naar het oordeel van de Staatssecretaris voldoende om dele vraag positief te beantwoorden. De definitieve beslissing over het wel of niet aanbieden van internetstemmen ingevolge artikel 20, derde lid, van de Waterschapswet is voorbehouden aan het waterschap zelf. In het Waterschapsbesluit z,ijn eisen opgenomen waaraan de stemvoorziening dient te voldoen. Het is de verantwoordelijkheid van de waterschappen om ervoor te wrgen dat, indien zij besluiten het internetstemmen daadwerkelijk aan te bieden, de voorziening aan de vereisten voldoet. De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat dient op grond van de Regeling waterschapsverkiez1ingen 2008 in te stemmen met het gebruik van de voorziening internetstemmen. Met het oog hierop dient het waterschap vóór 1 juli 2008 nadere informatie te overleggen. Het aan de stichting verstrekte overzicht (document 7) is opgevraagd bij het Waterschapshuis in verband met de voorbereiding van deze goedkeuringsprocedure. De waterschappen zullen op grond van de verplichting in de Regeling waterschapsverkiezingen 2008 waarschijnlijk een selectie van de in deze lijst opgenomen documenten aan mij toesturen. Overigens zijn diverse rapporten van deze lijst openbaar en dus reeds voor u toegankelijk. Twee van de in het overzicht genoemde publicaties zijn u verstrekt (zie documenten 9 en 10 in de bijlage van genoemde brief van 31 maart 2008). Wat betreft de verwijzing in het bezwaarschrift naar de brief aan de Tweede Kamer van 19 december 2007 merk ik op dat gaande het traject van de Wet modernisering waterschapsbestel en het Waterschapsbesluit er regelmatig contact is gewe st tussen de leden van met projectteam van Verkeer en Waterstaat en medewerkers van de Unie van Waterschappen. Daarbij is het onderwerp internetstemmen ook ter sprake gekomen. Ik wil ter i11l!lstratie verwijzen naar document 15 in de bijlage van de brief van 31 maart 2008. De politieke discussie die eind 2007 is opgekomen, is aanleiding geweest voor bestuurlijk overleg tussen de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat en de verantwoordelijke bestuurder bij de Unie van Waterschappen, mw. M. de Vries, eind januari 2008. Er zijn geen documenten aanwezig van de ambtelijke contacten. Van het genoemde bestuurlijke overleg is geen verslag gemaakt. Over,het hoofdstuk van het Waterschapsbesluit inzake verkiezingen zijn ook ambtelijke intercollegiale contacten geweest met het ministerie van BZK. Deze contacten vonden veelal mondeling (telefonisch) of een enkele maal per e-mail plaats. Deze e-mails zijn niet gearchiveerd. De uitkomsten van deze contacten hebben geleid tot het opstellen van conceptversies van het Waterschapsbesluit. In het bestreden besll:jit is aangegeven dat de parlementaire stukken inzake de behandeling van het Waterschapsbesluit niet zijn verstrekt omdat deze stukken reeds openbaar zijn. Onder verwijzing naar hetgeen hierboven onder punt 4.1 is opgemerkt, kan ik ingevolge artikel 11 van de Wob niet tot openbaarmaking van de genoemde conceptversies overgaan. Het gaat om werkdocumenten ten behoeve van de ambtelijke voorbereiding van het Waterschapsbesluit en zij zijn als zodanig naar aard en inhoud aan te merken als documenten ten behoeve van intern beraad waarin persoonlijke beleidsopvattingen z.ijn opgenomen. Ten overvloede merk ik hierbij op dat de verschillen 5

CEND/HDJZ-200S/625 sector ABJZ van de conceptversies met het uiteindelijke Waterschapsbesluit minimaal zijn. De hierin neergelegde persoonlijke beleidsopvattingen zijn van wetstechnische en redactionele aard. 4.3 Nieuw aangetroffen document Bij de voorbereiding van de beslissing op bezwaar is het archief nogmaals doorzocht. Daarbij is één nieuw document aangetroffen dat betrekking heeft op het verzoek van de stichting. Het betreft een interne nota van een ambtenaar aan de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat om haar te adviseren inzake het verschijnen van het rapport "Stemmen met vertrouwen" valil de Adviescommissie inrichting verkiezingsproces van 27 september 2007. Onder verwijzing naar hetgeen hierboven onder punt 4.1. is opgemerkt, in het bijzonder wat betreft de documenten 6 en S, stel ik vast dat het hier gaat om een document ten behoeve van intern beraad waarin persoonlijke beleidsopvattingen zijn opgenomen. Ingevolge artikel 11, eerste lid, van de Wob kan ik derhalve niet tot openbaarmaking van dit document overgaan. 5. De beslissing De bezwaren van de stichting tegen mijn besluit van S februari 200S zijn ongegrond. Mitsdien handhaaf ik dit besluit, onder aanvulling van hetgeen onder punt 4.3 is overwogen. Beroep Binnen zes weken na de dag van verzending van dit besluit kunnen belanghebbenden beroep instellen bij de rechtbank te Amsterdam, sector bestuursrecht, Postbus 84500, 1080 BN Amsterdam. Het beroepschrift dient te zijn ondertekend en tenminste 'het volgende te bevatten: a. naam en adres van de indiener; b. de dagtekening; c. omschrijving van het besluit waartegen het beroepschrift zich richt; d. een opgave van redenen waarom men zich met de beslissing niet kan verenigen; e. zo mogelijk een afschrift van het besluit waartegen het beroep zich richt. Voor de behandeling van een beroepschrift wordt een bedrag aan griffierecht geheven. 6