Hulpluchtvering Installatiehandleiding Mercedes Benz Sprinter 200/300 (vanaf 2006) Volkswagen 28-35 (vanaf 2006) December 2008
Voorwoord Deze set hulpluchtvering is speciaal ontwikkeld voor de Mercedes Benz Sprinter 200 en 300 serie. De voorgeschreven achteraslast blijft gelijk. Wij willen u dringend verzoeken deze handleiding eerst door te lezen alvorens u begint met het monteren van de hulpluchtvering. Op deze manier voorkomt u fouten bij de montage. Alle te plaatsen onderdelen worden geleverd met benodigd kleinmateriaal. De plaatsing dient te worden uitgevoerd door een in zake kundige monteur. Fouten of defecten veroorzaakt door incorrecte montage vallen buiten onze verantwoordelijkheid en zodoende buiten de garantie. Artikelnummer: Inhoudsopgave Voorwoord...2 1. Inhoud Luchtveerset...3 2. Montage van de Luchtveersamenstellen...4 3. Aansluiten Luchtleidingen...6 4. Eindcontrole...6 5. Montagetekeningen...7 6. Nawoord... 11 2
1. Inhoud Luchtveerset Uw set moet de volgende componenten bevatten. Is dit niet het geval, neem dan contact op met uw dealer. Het onderdeel zal u dan zo snel mogelijk worden nagestuurd. Aan de hand van de afbeeldingen verderop in deze handleiding kunt u de set. Hulpluchtveersamenstel links Bestaand uit: Bovenplaat met 2 klemplaten + vulplaat Onderplaat 170-2 Balg Materialen voor bevestiging Hulpluchtveersamenstel rechts zie links. Verder bestaat de set uit: Blauwe luchtleiding Zwarte luchtleiding Ty-raps en overige bevestigingmaterialen en koppelingen 3
2. Montage van de Luchtveersamenstellen Om de montage te vergemakkelijken is het raadzaam de wagen aan de achterzijde iets uit de veren te lichten. Licht de auto zover uit de veren, zodat u voldoende ruimte heeft om te werken. Tussen het chassis is ongeveer 25 cm hoogte nodig. 2.1 Bovenplaat Verwijder het stootrubber. Deze kan met behulp van een schroevendraaier uit het stootrubber frame gelicht worden. Maak de bovenplaat los van het luchtveersamenstel. Schuif de twee, aan de bovenplaat gemonteerde klemplaten, in het stootrubberframe. (Afbeelding 2.1). Let op uitsparing voor luchtslang. Schuif nu de bovenplaat over het stootrubberframe en zet deze vast (Afbeelding 2.2). met de meegeleverde M8x20 bout door de bovenplaat heen in de klemplaten te draaien. De schotel veering dient als borging en mag niet worden vergeten. Afbeelding 2.1 Afbeelding 2.2 4
2.2 Onderplaat Verwijder de bescherm-strip die dient voor de bescherming van de reeds bestaande schroefdraadgaten. Plaats nu de onderplaat met de reeds, met M8x16 moeren en schotelveren bevestigde luchtbalg. De balg nog niet vast op de onderplaat draaien i.v.m. het verstellen van de balg achteraf (Afbeelding 2.3). Bevestig de onderplaat aan de achter as met de twee M10x30 bouten, veerringen en plaatringen. Bij de aanwezigheid van een stabilisatorstang, hiervoor de originele bouten gebruiken (Afbeelding 2.4). Controleer visueel of de balg recht tussen het chassis en de achteras staat. Monteer de balg nu definitief aan de onderplaat en de bovenplaat met de M8x16 bouten en schotelveerringen (Afbeelding 2.5). Afbeelding 2.3 Afbeelding 2.4 Afbeelding 2.5 5
3. Aansluiten Luchtleidingen Nu kunnen de luchtleidingen worden aangesloten. Hiervoor is een stuk blauwe slang bijgevoegd en een stuk zwarte slang. Bevestig de blauwe luchtslang aan de rechter balg en de zwarte aan de linker balg met de wartels. Leg de slangen naar de ventielsteun, bevestig deze met Ty- raps en sluit deze aan met de wartels. Als de slang te lang is kan deze ingekort worden door deze recht af te knippen. Links en rechts wordt aangegeven op de sticker. Voor ventielsteun is geen bevestigingsmateriaal meegeleverd. Let op!!! De luchtslang moet beschermd worden tegen opspattend vuil en vocht. Er mogen geen knikken in de slang zitten. De Ty- raps mogen niet te vast worden aangetrokken. De luchtslangen veranderen in diameter tijdens gebruik (uitzetten en krimpen), hierdoor kan lekkage optreden. Vermijd scherpe plaatdelen. 4. Eindcontrole Controleer of alle luchtleidingen aangesloten zijn. De balghoogte is afhankelijk van de uitvoering van het voertuig, als het voertuig iets voorover staat is dit de juiste hoogte. Uitlijning van de Balgen LET OP! Zorg voordat alle bouten definitief worden aangedraaid dat de balgen uitgelijnd zijn. Doe dit met het voertuig op rijhoogte. 6
5. Montagetekeningen 7
1 2 3 4 5 6 7 8 8
9 10 11 12 13 14 15 16 9
17 18 19 LET OP! Zorg voordat alle bouten definitief worden aangedraaid dat de balgen uitgelijnd zijn. Doe dit met het voertuig op rijhoogte. 10
6. Nawoord Dunlop Systems and Components wenst u veel succes met dit hulpluchtveringssysteem. Om een goede werking van het systeem te waarborgen, raden we aan het systeem regelmatig te (laten) controleren op onregelmatigheden. Het is belangrijk de staaldelen na de montage met bodywax te behandelen. Hierdoor verlengd u de levensduur van het systeem. Tevens is het noodzakelijk, dat u het systeem regelmatig schoonmaakt. Spuit de balgen en de andere onderdelen van dit systeem schoon tijdens de wasbeurt van uw auto. Modificaties aan het systeem kunnen en mogen alleen door Dunlop Systems and Components worden uitgevoerd. Voor vragen is het altijd mogelijk contact op te nemen met uw dealer of Dunlop Systems and Components te bellen tijdens kantooruren. Het telefoonnummer is: 00 31 (0)547 333065. 11
Hulpluchtvering Dunlop Systems and Components Het Wegdam 22 7496 CA Hengevelde Nederland Tel. +31 (0)547 33 30 65 Fax. +31 (0)547 33 30 68 Dunlop Systems and Components Holbrook Lane Coventry CV6 4QX United Kingdom Tel. +44 (0)24 7629 3300 Fax. +44 (0)24 7629 3390