De grenzen van het denken van Nussbaum

Vergelijkbare documenten
Inhoud. Deel 1: Enkele filosofische kaders m.b.t. handicaps en rechtvaardigheid 15

Geluk en Capabilities: een filosofische analyse. Ingrid Robeyns Erasmus Universiteit Rotterdam Faculteit der Wijsbegeerte

Actuele vragen met betrekking tot de vrijheid van onderwijs. Fenneke Zeldenrust

filosofie havo 2015-II

Capabilities Approach; Betekenis voor sociale inclusie. Janny Beernink Annica Brummel

Leren Filosoferen. Zesde avond

Voorwoord 9. Inleiding 11

Opnieuw beginnen. Amsterdam, juli Beste Donald Trump,

4/20/2017. Op weg met de TomTom Jac van der Klink. 19 april Jac van der Klink. 19 april vervolg op

Ethiek en welzijn. Helicon Opleidingen MBO Nijmegen

filosofie havo 2015-I

John Rawls: een pragmatisch of radicaal recept voor het politiek handelen? Frank Vandenbroucke LVSV 14 december 2011

Vrijheid van de een is voorwaarde voor die van de ander

Eindexamen filosofie vwo II

Ingrid Robeyns. Wellbeing, freedom and social justice:

Hoofdstuk 3. Geloof, waarden, ervaringen

Contract Law as Fairness. A Rawlsian Perspective on the Position of SMEs in European Contract Law J.G. Klijnsma

Programma. Tussen bedoelde insluiting en onbedoelde uitsluiting. Een capability evaluatiekader voor sociale interventies

Opening Hogeschooljaar

filosofie havo 2015-II

Vraag Antwoord Scores

Ethische optiek = hoe is de benadering dat mensen het uiteindelijk goede behoren te doen.

Mondiale democratie en de plicht tot onderlinge hulpverlening

Verbeelding van de samenleving

Opgave 2 Doen wat je denkt

AUTONOMIE: HOEKSTEEN OF STRUIKELBLOK?

Capability en opleiden? Prof. Dr. J. Van der Klink Jeannette de Boer

filosofie havo 2016-I

Nederland, mensenland, ganzenland

Achtergrond bij het lezen van Schiller extra info:

Animal Rights: The Abolitionist* Approach

PROCESDOEL 3 HUMANISEREN VAN HET SAMENLEVEN MET ANDEREN

Waar sta jij? (Uit: Kompas)

Eigen regie of kansen scheppen? LUMC MOVIT MD 7 februari Prof. Dr. Joris Slaets

Dit artikel uit Netherlands Journal of Legal Philosophy is gepubliceerd door Boom juridisch en is bestemd voor anonieme bezoeker

TBN - Beroepscode Tarotprofessional

GEWOON OF JUIIST HEEL ONGEWOON?

Minor Ethiek en sociale filosofie Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - Minoren

Tijd van pruiken en revoluties

Eindexamen filosofie havo I

filosofie havo 2017-II

Leren Filosoferen. Tweede avond

Bruto nationaal geluk: een proef op de som 19

Welzijn van mens en dier: Ethische beschouwingen

To work or not to work? Jac van der Klink. NVAB dagen 26 mei 2016

RECHT EN SAMENLEVING ANDERS BEKEKEN

De (on)mogelijkheid van een rationele ethiek

Opgave 1: Vrije wil als zelfverwerkelijking

Eindexamen filosofie havo 2007-I

Eindexamen vwo filosofie II

Mind the gap! Over het (vermeende) belang van de verschillen tussen common law en civil law voor de rechtsfilosofie. Roland Pierik

Eric Schneider LEZINGEN TER BEWUSTWORDING. Leven vanuit het hart

4. Wat zijn de rechten en plichten van een asielzoeker in België?

ALL INCLUSIVE: IEDEREEN TELT MEE

filosofie havo 2016-II

Spinoza s Visie. Dag 3. Hoe verhoudt de mens zich tot de Natuur?

Filosofie en actualiteit. Tweede bijeenkomst

Minor Ethiek en sociale filosofie Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - Minoren

Filosofie en actualiteit. Zevende avond

Van gunsten naar rechten voor leerlingen met beperkingen. Het VN-Verdrag over de rechten van personen met een handicap en onderwijs

Morele dilemma s in de tandheelkundige zorg voor ouderen

Proeftoets E2 havo

filosofie vwo 2016-II

Over Plantinga s argument voor de existentie van een noodzakelijk bestaand individueel ding. G.J.E. Rutten

Samenvatting Filosofie Emoties

DE BETROKKEN BURGER II

Ethiek (ethos = gewoonte/zede) wil nadenken over en zich bezinnen op de levenshouding, het handelen en de gewoonte.

Van Rechtswege(n) Politìeke en rechtsfilosofische stromingen door de eeuwen heen & DIEDERIK VANDENDRIESSCHE ACADEMIA PRESS

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1

Beleefdheid: Het Belang van Erkenning

Tom Regans pleidooi voor dierenrechten als basis voor ethisch veganisme door Titus Rivas Zoals veel lezers van Vega! al zullen weten, bestaat er

Opgave 3 De gewapende overval

Geluk & wijsheid. Zevende avond

Eindexamen filosofie vwo I

Eindexamen havo filosofie II

Religie, christendom en politiek vanuit filosofisch perspectief

Over de rechtvaardige oorlog in onze tijd. Michael Walzer. met essays van Marcel Becker, bw TM lezing indd :58:38

De Verlichting. De Verlichting

Eindexamen filosofie havo I

THE BRAIN, HUMAN CAPABILITIES AND SOLIDARITY

Motieven en persoonlijkheid. Waarom doen mensen de dingen die ze doen?

2 keer beoordeeld 22 maart Sociale filosofie gaat over de maatschappij, het gaat over hoe je een goede samenleving kan hebben.

Levensbeschouwing hoofdstuk 2.

Manifest voor vrijheid, gelijkheid en menselijkheid Een modern pleidooi met een knipoog naar de Franse revolutie

Klaas Rozemond (Amsterdam) R&R 2008 / 1

beert, denkend vanuit het beste dat die liberale traditie naar haar indruk heeft voortgebracht en dat is het werk van Rawls die traditie weer een stap

Eindexamen havo filosofie II

Grenzen verleggen. Amsterdam, februari Beste Julian Baggini,

Samenvatting. Bijlage B

Interfederaal Centrum voor gelijke kansen en bestrijding van discriminatie en racisme

filosofie havo 2016-II

Levenskunst en ethiek 13 Bouwstenen voor iedereen 14 Zestien filosofen 14 De hoofdstukken 15

Dilemmamethode. Formuleer het dilemma:

Vluchtelingen en burgers zijn geen mensen Vrijzinnige antwoorden op politieke uitdagingen

Capability management Wat verstaan we eronder? Capabilities in de zorg, hinder of bron Jac van der Klink Jaap Deinum. Capability management

UNIVERSELE VERKLARING VAN DE WARE NATUUR VAN DE MENS

21 november dr. Bengt Verbeeck HoGent / UGent

Dit artikel uit Netherlands Journal of Legal Philosophy is gepubliceerd door Boom juridisch en is bestemd voor anonieme bezoeker

Eindexamen maatschappijleer vwo I

CHRISTENEN IN DE SAMENLEVING

Transcriptie:

08_Andrades_recensie.qxd 24-07-2007 12:23 Pagina 82 Christophe Andrades De grenzen van het denken van Nussbaum van: M.C.NUSSBAUM (2006) Frontiers of justice. Disabilty, nationality, species membership. Cambridge, The Belknapp Press of Harvard University, 487 p. 82 In Frontiers of justice gaat de Amerikaanse filosofe Martha Nussbaum op zoek naar de grenzen van rechtvaardigheid. Meer bepaald exploreert ze de grenzen van de contracttheorie en het politieke liberalisme van de Amerikaanse politieke filosoof John Rawls. De boeken en de theorieën van laatstgenoemde behoren volgens haar tot de meest vooruitstrevende inzichten uit het westerse denken. Toch zijn bepaalde uitgangspunten van Rawls niet meer aangepast aan onze tijd. Met name op drie essentiële domeinen bieden zijn inzichten geen goede oplossingen meer voor dringende uitdagingen voor de democratie aan het begin van de eenentwintigste eeuw: (1) de positie en de rechten van mentaal gehandicapten binnen de westerse democratie, (2) het opzetten van een systeem van globale rechtvaardigheid en (3) het veiligstellen van fundamentele rechten voor dieren. De aanvankelijke opzet van Frontiers of justice is om te onderzoeken of, en hoe, de basisprincipes van het rawlsiaanse denken kunnen worden aangepast om deze drie fundamentele uitdagingen aan te pakken. In de loop van het schrijven komt Nussbaum echter al snel tot het besluit dat dit niet mogelijk is en dat de contracttheorie in zijn geheel vervangen moet worden door haar eigen mogelijkhedenbenadering (capabilities approach). Dit is een benadering die ze in de loop van de jaren negentig uitwerkte, parallel aan haar onderzoek naar de globale positie van vrouwen en hun rechten. 1 De mogelijkhedenbenadering ontwikkelde Nussbaum samen met de econoom Amartya Sen, de eigenlijke grondlegger van het concept en de benadering. 2 De mogelijkhedenbenadering vertrekt vanuit het gegeven dat iedereen recht heeft op een menswaardig leven. Om te bepalen wanneer er sprake is van zo n leven stelt Nussbaum voor om te onderzoeken in hoeverre individuen de kans krijgen om een menswaardig leven uit te bouwen. Dit kan volgens haar door het opstellen van een lijst van mogelijkheden die aanwezig moeten zijn in het leven van iedereen. Wanneer een individu, waar dan ook ter wereld, onvoldoende kansen bezit om deze mogelijkheden op een minimale wijze te benutten, is er sprake van een mensonwaardig leven en moet er gezorgd worden voor nieuwe politieke constellaties waarin de mogelijkheden wel benut kunnen worden (71, 178, 281). Het kenmerkende van deze

08_Andrades_recensie.qxd 24-07-2007 12:23 Pagina 83 benadering is dat er wordt uitgegaan van een intuïtieve bepaling van een menswaardig leven (173). Hiermee plaatst Nussbaum zich naar eigen zeggen binnen de traditie van Aristoteles en Karl Marx, die beweerden dat er bepaalde verlangens en behoeften zijn die door ieder mens bevredigd moeten kunnen worden voor er sprake kan zijn van een menswaardig leven (278). Deze aristotelische denktraditie plaatst zich tegenover rationele en procedurele benaderingen van rechtvaardigheid die meer de nadruk leggen op het bedenken van rechtvaardige politieke structuren in plaats van het postuleren van een definitie van menselijke waardigheid. Via deze methode probeert Nussbaum in postmoderne tijden aansluiting te blijven houden met universele benaderingen van rechtvaardigheid, de mogelijkheden zijn immers toepasbaar op het leven van iedere bewoner van deze aarde, ongeacht sociaaleconomische afkomst, cultuur of nationaliteit. Voorlopig bestaat de lijst van mogelijkheden uit tien items die hier echter niet volledig aan bod kunnen komen (voor een opsomming van de lijst in het boek, zie 75-82). Wel kan worden aangestipt dat het bij deze mogelijkheden niet alleen gaat om het bereiken van een zeker niveau van financiële welvaart. Het kenmerkende is dat de nadruk ligt op menswaardigheid in alle mogelijke aspecten. Vandaar dat het recht op zinvolle interactie met andere mensen, het recht op ontspanning en het recht op het cultiveren van menselijke emoties als liefde en compassie zijn opgenomen in de lijst. Stuk voor stuk gaat het hier om aspecten van een menswaardig leven die door klassieke economen nogal eens over het hoofd worden gezien. De mogelijkhedenbenadering werd dan ook niet toevallig ontwikkeld door Amartya Sen die tijdens de jaren negentig een succesvolle aanval lanceerde op traditionele modellen voor het bestrijden van mondiale armoede. Onder andere in zijn boek Development as freedom gebruikt hij de term BNP-fetisjisme om klassieke economen te hekelen die enkel en alleen aandacht besteden aan het optrekken van de gemiddelde nationale welvaart om armoede te bestrijden. 3 Ook in andere werken ijvert Sen ervoor meer aandacht voor culturele en sociale factoren binnen de traditionele economie te bewerkstelligen. 4 In het vervolg van deze recensie zal ik kort ingaan op de drie domeinen die Nussbaum beschrijft als de grenzen van rechtvaardigheid, het politieke denken van John Rawls en de contracttheorie in het algemeen. Ten slotte zal ik laten zien dat dit boek niet alleen de grenzen van de contracttheorie blootlegt, maar ook behoorlijk dicht in de buurt komt van de grenzen van de mogelijkhedenbenadering en het denken van Nussbaum zelf. De contracttheorie van John Rawls heeft als doelstelling het creëren van een rechtvaardige samenleving voor iedereen (Rawls 1971/1999). Om zo n samenleving te realiseren is het volgens Rawls noodzakelijk dat de politieke structuur en haar politieke instellingen wordt bedacht door individuen vanuit een oorspronkelijke positie waarin ze onwetend zijn over hun eigen sociale en economische achtergrond. Door het inbouwen van deze onwetendheid wordt voorkomen dat er gekozen zal worden voor politieke structuren die voordelig zijn voor enkelen en nadelig andrades De grenzen van het denken van Nussbaum 83

08_Andrades_recensie.qxd 24-07-2007 12:23 Pagina 84 84 voor vele anderen. Indien men immers niet zelf op voorhand weet of men tot het kamp van de winnaars of de verliezers zal behoren, is het logisch dat men zal kiezen voor een politieke structuur waarin de kosten en de nadelen voor de verliezers tot een minimum worden gereduceerd. Belangrijk is het om op te merken dat Rawls het bovenstaande proces beschouwt als een filosofisch gedachteexperiment. Het is met andere woorden geen praktische aanmaning voor beleidsmakers om onwetend over hun eigen sociale positie de politieke structuren uit te tekenen. Rawls slaagde er aan het begin van de jaren zeventig dan ook in om met dit idee, dat vooral bekend werd onder het concept veil of ignorance, de politiek een nieuwe filosofische impuls te geven, een wapenfeit waarvoor hij door meerderen wordt geprezen als één van de belangrijkste politieke filosofen van de afgelopen eeuw. 5 Nussbaum beweert dan ook terecht dat het basisidee van het sociale contract, gestoeld op principes van sociale rechtvaardigheid en gebaseerd op het concept van de veil of ignorance, tegenwoordig de meest sociale en liberale manier is om een samenleving in te richten (10). Toch zorgen de basisprincipes van de contracttheorie van Rawls voor de uitsluiting van een grote groep mensen in onze samenleving. Ondanks het feit dat individuen de politieke structuren bedenken vanuit een positie van onwetendheid is het ook zo dat Rawls beargumenteert dat het contract wordt afgesloten door rationele individuen om een voordelige politieke structuur voor zichzelf te krijgen (3). In deze opvatting zitten volgens Nussbaum twee veronderstellingen die zowel mensen met een mentale handicap als dieren uitsluiten van het politieke proces. Mensen met een mentale handicap die niet beschikken over voldoende verstandelijke capaciteiten zijn niet in staat om als rationele individuen een contract af te sluiten (15). Bovendien zijn ze er ook niet op uit om de politieke structuren zodanig vorm te geven dat ze er profijt uit kunnen halen. Deze opmerkingen zullen weinigen verrassend in de oren klinken, zeker wanneer we het hebben over mensen met een zware mentale handicap. Mensen met een mentale handicap behoren met andere woorden niet tot de groep die binnen het rawlsiaanse denken de basisstructuur van de samenleving mogen bepalen. 6 Volgens Rawls is het wel zo dat mensen met een mentale handicap ex post rechten krijgen toegewezen door de politieke instellingen die werden bedacht en geïmplementeerd door de afsluiters van het contract (63). Dit is volgens Nussbaum echter niet voldoende. Mentaal gehandicapten worden op deze manier gedegradeerd tot tweederangsburgers. Ze kunnen wel aanspraak maken op bepaalde rechten, maar bezitten op geen enkel moment de politieke middelen en/of morele rechten om de politieke structuur mee vorm te geven. Deze positie van tweederangsburgerschap is volgens Nussbaum stigmatiserend en is bijgevolg onaanvaardbaar binnen een fatsoenlijke samenleving die het aanbieden van een menswaardig leven voor iedereen hoog in het vaandel draagt. Om de krachtige invloed van stigmatisering op het leven van mensen te beschrijven, verwijst Nussbaum naar de socioloog Erving Goffman die tijdens de jaren zestig van de vorige eeuw uitge-

08_Andrades_recensie.qxd 24-07-2007 12:23 Pagina 85 breid onderzoek heeft gedaan naar de invloed van stigmatisering op het zelfbeeld van individuen (191). 7 Om de stigmatisering van mentaal gehandicapten een halt toe te roepen stelt Nussbaum voor om het burgerschapsideaal van Immanuel Kant te vervangen door het zooön politicon van Aristoteles (94, 158). Het is de tweedeling die Kant maakte tussen actieve en passieve burgers die aan de basis ligt van de uitsluiting van mensen met een mentale handicap van het politieke proces waarin de basisstructuren van de samenleving hun vorm krijgen (52). John Rawls noemt dit proces de initiële fase waarin de politieke instellingen worden bedacht en ingevoerd (109). Na de initiële fase komt de wetgevende fase waarin de politieke instellingen en hun sociaal rechtvaardige principes worden geïmplementeerd. Zoals ik al zei is er binnen de wetgevende fase volgens Rawls ruime aandacht voor mensen met een mentale handicap. Voor Nussbaum is dat echter onvoldoende en moeten mensen met een mentale handicap ook toegang krijgen tot de initiële fase. Hoe dit precies moet gebeuren is niet helemaal duidelijk. Hoe kan iemand met chronische verstandelijke afwijkingen bepalen hoe de maatschappij eruit moet zien? Soms lijkt het er sterk op dat Nussbaum dit soort vragen bewust uit de weg gaat omdat ze aantonen dat haar theorie in de praktijk niet haalbaar is. Het is één ding om te beweren dat mensen met een mentale handicap de status genieten van tweederangsburgers, het is iets anders om precies aan te geven hoe en waarom deze stigmatiserende positie kan en moet worden opgeheven. Ook voor mensen met een mentale handicap zelf lijken er nadelen verbonden aan de suggesties van Nussbaum. Is het voor mensen die moeten leven met zwaar beperkte verstandelijke vermogens niet veel beter dat een rationeel denkend persoon in hun plaats probeert uit te zoeken hoe ze een menswaardig leven kunnen leiden? Paternalistische benaderingen van rechtvaardigheid zijn nooit een ideale oplossing. In het geval van sommige mensen met een zware mentale handicap lijkt het echter te gaan om een minste kwaad omdat er geen geloofwaardige en praktisch uitvoerbare alternatieven zijn. De belangrijkste bijdrage van Nussbaum omtrent de positie van mentaal gehandicapten binnen een liberale democratie lijkt dan ook het feit dat ze erin slaagt om rationaliteit als enige basis voor volwaardig burgerschap te problematiseren. De contracttheorie sluit echter niet alleen mensen met een verstandelijke handicap uit. Ook dieren worden binnen het denken van Rawls over het hoofd gezien. Opnieuw haalt Nussbaum hier een belangrijk punt aan. Binnen de contracttheorie is er weinig tot geen filosofische onderbouwing aanwezig om dieren fundamentele rechten toe te kennen. Nussbaum stelt dan ook terecht vast dat het juist utilitaristische filosofen zijn die de laatste jaren vurige pleidooien hebben gehouden voor het toekennen van rechten aan dieren (338, 343). Denken we hierbij maar aan Peter Singer en Roger Scruton. Dieren toevoegen aan de contracttheorie is onmogelijk, omdat het absurd zou zijn om te beweren dat dieren mee de politieke structuren kunnen of moeten bepalen, en omdat ook in hun geval een toekenning ex post van dierenrechten andrades De grenzen van het denken van Nussbaum 85

08_Andrades_recensie.qxd 24-07-2007 12:23 Pagina 86 86 door de afsluiters van het contract geen goede oplossing is volgens Nussbaum. De contracttheorie wordt voor dit grensgebied van rechtvaardigheid onherroepelijk ongeschikt verklaard. Vervolgens stelt Nussbaum voor om de mogelijkhedenbenadering die ze heeft uitgewerkt voor de mens, toe te passen op dieren (346). Volgens haar moeten we ons bij ieder dier de vraag stellen of het een (mens)waardig leven geniet. Dit moet gebeuren door de tien mogelijkheden van haar lijst af te gaan die ze ook hanteert voor het bepalen van een menswaardig leven voor een mens (392-400). Wanneer we echter een korte blik werpen op de mogelijkheden die in de lijst staan, dan kunnen we niet anders dan concluderen dat enkele van de opgesomde mogelijkheden bijzonder moeilijk haalbaar zijn voor dieren. Zo beweert Nussbaum dat een menswaardig leven impliceert dat iedereen de mogelijkheid moet hebben om een breed netwerk aan sociale contacten uit te bouwen met mensen die verschillende interesses vertonen. Nu wil ik niet cynisch doen over interhondelijke contacten, maar het lijkt me toch wel zeer moeilijk voor een hond om een breed netwerk van sociale contacten uit te bouwen met mensen (honden?) die verschillende interesses vertonen. Terecht wijst Nussbaum erop dat ook dieren bepaalde gevoelens bezitten (327, 355). Dat blijkt uit de emotionele en fysieke afhankelijkheid die vele dieren ontwikkelen met hun omgeving en hun naaste verzorgers of eigenaars. Beweren dat dieren hierdoor identieke aanspraken maken op betekenisvolle interactie zoals mensen om te bepalen of ze rechtvaardig worden behandeld, lijkt een brug te ver. Allicht is het praktisch een beter idee om met een aparte lijst van dierenmogelijkheden naar voren te komen. Eerlijkheidshalve moet ik eraan toevoegen dat Nussbaum zich zelf bewust is van de problemen die ik hier heb aangehaald. Ze schrijft dan ook expliciet dat het toepassen van de mogelijkhedenlijst op het leven van dieren niet zonder meer mogelijk is binnen de huidige kaders van haar benadering, en dat het haar doel is om in de nabije toekomst dit dilemma verder uit te werken (346). Hiermee erkent ze dat het inderdaad beter is om voor dieren een eigen lijst op te stellen. Hoe dat dan moet gebeuren blijft echter vrij vaag. Wel maakt Nussbaum expliciet dat er opnieuw gebruik gemaakt zal moeten worden van intuïtieve antwoorden op de vraag onder welke levensomstandigheden dieren een waardig leven leiden. De derde grens van rechtvaardigheid ligt op het globale politieke niveau. In zijn boek The law of peoples, geschreven in 1999, probeert John Rawls de principes van de contracttheorie toe te passen op de mondiale politiek (226). 8 Het zijn nu niet de individuele burgers maar de natiestaten die vanuit een toestand van onwetendheid moeten bepalen hoe de structuur van de wereldpolitiek eruit moet zien. Deze benadering is volgens Nussbaum bijzonder problematisch omdat er sprake is van een verkeerde interpretatie van het concept van mensenrechten. Deze kunnen volgens haar nooit een prerogatief zijn van nationale staten omdat ze dan paradoxaal genoeg door deze staten gebruikt kunnen worden om de rechten van hun burgers te

08_Andrades_recensie.qxd 24-07-2007 12:23 Pagina 87 onderdrukken. Mensenrechten moeten volgens Nussbaum te allen tijde worden toegekend aan individuen zodat ze bijgevolg door hen aangewend kunnen worden om iedere vorm van politieke onderdrukking weg te werken. Door mensenrechten toe te kennen aan individuen behouden ze hun performatieve functie, ze zorgen er potentieel voor dat politieke instellingen op basis van de aanspraken van burgers zullen worden aangepast (243, 255). Wanneer mensenrechten worden toegekend als een prerogatief van nationale staten dan dreigen ze een middel te worden om de politieke status quo binnen een land te handhaven. Het ultieme doel van mensenrechten is immers het aanreiken van een concreet instrument aan de burgers van autoritaire en onderdrukkende regimes om progressieve veranderingen binnen hun land te verwezenlijken. Wanneer mensenrechten worden gebruikt als een prerogatief van staten en hun regeringen verdwijnt deze mogelijkheid. Concreet stelt Nussbaum voor om de mogelijkhedenlijst onvoorwaardelijk toe te passen op iedere inwoner van de wereld. Pas wanneer iedereen op deze aardbol kan genieten van de mogelijkheden die staan beschreven in de lijst kunnen we spreken van een rechtvaardige wereld (260). Uiteraard beseft ze ten volle dat een dergelijke wereld in verre mate utopisch is, maar in navolging van filosofen als Ernst Bloch weten we intussen allemaal dat een bepaalde vorm van utopisme nodig is om politieke vooruitgang te boeken. Het spreekt voor zich dat het utopisme niet mag ontaarden in een totalitaire variant van positieve vrijheid door het bestaan van één goede vorm van leven te postuleren die voor iedereen en overal geldig is. Nussbaum vermijdt zo n vorm van totalitaire positieve vrijheid echter zorgvuldig door ervoor te zorgen dat de mogelijkheden die ze beschrijft voldoende ruimte overlaten voor persoonlijke invulling en interpretatie. Besluitend zou ik opnieuw de baanbrekendheid van dit boek willen benadrukken. De drie grensgebieden van rechtvaardigheid, en tegelijkertijd van ons politieke denken, die worden aangehaald zijn zonder meer bijzonder acute problemen aan het begin van deze eeuw en worden op een veelomvattende en heldere manier in kaart gebracht. Het boek is volgens mij dan ook een schoolvoorbeeld van hoe een goed politiekfilosofisch boek eruit zou moeten zien. Enerzijds wordt er rekening gehouden met concrete en reële uitdagingen die worden uitgelegd op een bijzonder heldere en toegankelijke manier. Anderzijds slaagt Nussbaum erin om vele verbanden te leggen met de grote figuren van het westerse politieke denken. Natuurlijk is het zo dat niet alle denkers en theorieën die aan bod komen allemaal even nauwkeurig en correct worden weergegeven, zoals sommige recensenten van dit boek reeds eerder hebben aangetoond, maar dit lijkt me inherent aan de aard van iedere vorm van filosofie. Desondanks heb ik er ook op gewezen dat bepaalde aspecten in dit boek vragen opwekken die niet altijd een bevredigend antwoord krijgen. Het gaat om dilemma s die er misschien wel eens op zouden kunnen duiden dat Nussbaum in dit boek zelf de grenzen van haar mogelijkhedenbenadering bereikt heeft. Met name het poneren andrades De grenzen van het denken van Nussbaum 87

08_Andrades_recensie.qxd 24-07-2007 12:23 Pagina 88 van een continuüm tussen menselijke wezens enerzijds en dieren anderzijds blijkt in meerdere opzichten een stap te ver binnen haar denken (132). Deze stelling wekt de suggestie dat mensen met een mentale handicap en ontwikkelde dieren niet zo veel van elkaar verschillen. Bovendien is het, zoals reeds aangehaald, ook de vraag of de mogelijkhedenbenadering überhaupt toepasbaar is bij het realiseren van een waardig leven voor dieren. Ook de oplossingen die aan worden gedragen om de positie van mensen met een mentale handicap te verbeteren lijken in meerdere opzichten niet uitvoerbaar. Ik ben namelijk, in tegenstelling tot wat er in dit boek wordt geponeerd, van oordeel dat een bepaalde vorm van paternalisme voor mensen met een achtergestelde mentale ontwikkeling allicht de enig mogelijke manier is om deze mensen echt een goede dienst te bewijzen. Dit ondanks het feit dat ik er ook van overtuigd ben dat paternalisme een reliek is uit het tijdperk van de verzuilde samenleving gedomineerd door religieuze idealen die op gespannen voet staat met de liberale idealen van autonomie en zelfbeschikking. Hoe een vervanging van een rationeel en kantiaans concept van burgerschap door een aristotelisch zooön politicon beterschap kan brengen voor mensen met beperkte verstandelijke ontwikkelingen wordt niet duidelijk uitgewerkt. Is het immers niet zo dat ook Aristoteles er een zeer restrictief concept van burgerschap op nahield? Noten 1 Nussbaum (2000). 2 Nussbaum en Sen (1993). 3 Sen (1999). 4 Sen (1992). 5 Swift (2006). 6 Opnieuw is het belangrijk om hier te wijzen op het feit dat het gaat om een filosofisch gedachte-experiment en niet om een concreet proces van politieke besluitvorming. 7 Goffman (1963). 8 Rawls (1999). 88 Literatuur Goffman, E. (1963) Stigma. Notes on the management of spoiled identiy. New York, Simon and Schuster. Nussbaum, M.C. & A. Sen (red.) (1993) The quality of life. Oxford, Clarendon Press. Nussbaum, M.C. (2000) Women and human development. The capabilities approach. Cambridge, Cambridge University Press. Nussbaum, M.C. (2006) Frontiers of justice. Disabilty, nationality, species membership. Cambridge, The Belknapp Press of Harvard University. Rawls, J. (1971/1999) A theory of justice. Oxford, Oxford University Press. Rawls, J. (1999) The law of peoples. Cambridge, Harvard University Press. Scruton, R. (1996/2000) Animal rights and wrongs. Londen, Metro. Sen, A. (1992) Inequality reexamined. Oxford, Oxford Univerity Press. Sen, A. (1999) Development as freedom. New York, Anchor Press. Singer, P. (1975/2002) Animal liberation. New York, Ecco. Swift, A. (2006) Political philosophy. An introduction for students and politicians. Cambridge, Polity Press.