Onteigening in de gemeente Amsterdam VROM «Onteigeningswet» Percelen, begrepen in het bestemmingsplan Kadoelen-Oostzanerwerf Besluit 3 april 1998 no. 98.001745 tot goedkeuring het besluit de stadsdeelraad Amsterdam-Noord de gemeente Amsterdam 8 oktober 1997, no. 97/958, tot onteigening als bedoeld in Titel IV de onteigeningswet Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht Onze Minister Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer 27 februari 1998, no. MJZ98018065 Centrale Directie Juridische Zaken, Afdeling Algemeen Juridische en Bestuurlijke Zaken. Gelezen de brief het dagelijks bestuur het stadsdeel Amsterdam- Noord de gemeente Amsterdam 13 oktober 1997, no. 9705857. Gelet op Titel IV de onteigeningswet. De Raad State gehoord (advies 19 maart 1998 no. W08.98.0080). Gezien het nader rapport Onze Minister Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer 30 maart 1998 no. MJZ 98031000 Centrale Directie Juridische Zaken, Afdeling Algemeen Juridische en Bestuurlijke Zaken. Beschikken bij dit besluit over de goedkeuring het besluit de stadsdeelraad Amsterdam-Noord de gemeente Amsterdam 8 oktober 1997, no. 97/958, tot onteigening ingevolge artikel 77, eerste lid, aanhef en onder 1, de onteigeningswet, ten name die gemeente, de bij dat besluit aangewezen percelen en perceelsgedeelten. Overwegingen Ingevolge voornoemd artikel 77 de onteigeningswet kan, zonder voorafgaande verklaring bij de wet dat het algemeen nut onteigening vordert, onteigening plaatsvinden onder meer ten behoeve de uitvoering een bestemmingsplan. De ter onteigening aangewezen percelen en perceelsgedeelten zijn begrepen in het ter plaatse vigerende bestemmingsplan Kadoelen-Oostzanerwerf de gemeente Amsterdam. Blijkens het onderwerpelijke besluit tot onteigening wenst de gemeente Amsterdam de daarin bedoelde gronden in eigendom te verkrijgen ter uitvoering het zojuist genoemde bestemmingsplan. De in het onteigeningsplan begrepen gronden zijn in het bestemmingsplan Kadoelen-Oostzanerwerf aangewezen voor Volkstuinen (met bebouwing) (R(vb) en Openbaar groen (R(g)). De door de gemeente ter plaatse voorgestane wijze planuitvoering, zo heeft het terzake ingestelde onderzoek uitgewezen, strekt tot de realisering een volkstuinencomplex aan de Nieuwe Gouwlob. Te dien aanzien heeft de gemeente bij het onderzoek overgelegd een inrichtingsschets, genaamd definitief ontwerp VTC- NieuweGouw en gedateerd 18 maart 1997. Het onderwerpelijke stadsdeelraadsbesluit tot onteigening heeft overeenkomstig artikel 84, eerste lid, de onteigeningswet met ingang 10 oktober 1997 gedurende vier weken voor een ieder ter inzage gelegen op de secretarie het stadsdeel Amsterdam-Noord de gemeente Amsterdam. Binnen de termijn zijn tegen het besluit de stadsdeelraad bij Ons schriftelijke bedenkingen naar voren gebracht door mr S.L. Schram te Amsterdam namens R. Heringa en S.O. Heringa-Spruit beiden te Amsterdam. Aan artikel 86, tweede lid, de onteigeningswet, inhoudende dat degenen, die tijdig ingevolge het derde lid artikel 84, bedenkingen naar voren hebben gebracht, wege Onze Minister Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer in de gelegenheid worden gesteld zich in persoon of bij gemachtigde te doen horen, is voldaan. Overwegingen ten aanzien de naar voren gebrachte bedenkingen De totstandkoming de door Ons op grond het artikel 79 de onteigeningswet te nemen beslissing omtrent goedkeuring een raadsbesluit tot onteigening is omgeven met wettelijke waarborgen voor een zorgvuldige belangenafweging onder meer in de vorm een bezwarenprocedure. Deze procedure is onder andere geregeld in de artikelen 80, 84 en 85 de onteigeningswet. Zo is in artikel 84, derde lid, de onteigeningswet bepaald, dat belanghebbenden, die tijdig hun zienswijze bij het gemeentebestuur naar voren hebben gebracht, gedurende de in het eerste lid artikel 84 genoemde termijn, schriftelijk bij Ons bedenkingen naar voren kunnen brengen tegen een raadsbesluit als het onderwerpelijke. De reclamanten, rechthebbende op het mede ter onteigening aangewezen perceel kadastraal bekend gemeente Amsterdam, sectie AQ, no. 1339 (ged.), voeren in hun bij Ons ingediende geschrift met bedenkingen onder meer aan dat het stadsdeel Amsterdam- Noord heeft nagelaten serieus te onderhandelen over de minnelijke verwerving. Uit de overgelegde stukken blijkt evenwel, dat de reclamanten de vorenaangehaalde bedenking niet overeenkomstig artikel 3:13 de Algemene wet bestuursrecht als zienswijze bij het dagelijks bestuur het stadsdeel naar voren hebben gebracht. Artikel 84, derde lid, de onteigeningswet strekt ertoe, dat alleen door de gemeente- of stadsdeelraad gekende en niet erkende zienswijzen door de Kroon in het kader de behandeling de bij Ons naar voren gebrachte bedenkingen beoordeeld kunnen worden. De reclamanten kunnen derhalve niet in hun voormelde bij Ons naar voren gebrachte bedenking worden ontgen. In dit verband overwegen Wij voorts, dat in het kader de door Ons te nemen beslissing omtrent goedkeuring een raadsbesluit tot onteigening overigens ook een ambtshalve toetsing plaatsvindt. Uit: Staatscourant 1998, nr. 84 / pag. 14 1
De reclamanten zijn voorts mening dat het huidige gebruik de onderwerpelijke grond voor recreatieve doeleinden reeds in overeenstemming is met de daarop rustende bestemming Volkstuinen (met bebouwing) (R(vb)). Zij zouden, aldus de reclamanten, de grond hebben ingericht als siertuin hetzij voor de teelt voedingsgewassen of bloemen en heesters, ware het niet dat zij reeds enige jaren bekend zijn met het voornemen het stadsdeel Amsterdam-Noord deze grond aan te kopen of te onteigenen. In dit verband merken de reclamanten nog op, dat zij, vóórdat zij vernamen de (onteigenings)plannen het stadsdeel, voornemens waren in overeenstemming met het bestemmingsplan op het onderhavige perceelsgedeelte één of meer volkstuinhuisjes te plaatsen, waarvoor zij de bouwmaterialen reeds grotendeels hadden aangeschaft. Voorts stellen de reclamanten dat nergens is bepaald dat eerst sprake is een volkstuin wanneer het perceel onderdeel uitmaakt een groter complex volkstuinen en evenmin is in het bestemmingsplan, zo stellen de reclamanten verder, een minimale of maximale oppervlakte voor een volkstuin opgenomen. Voor het geval geoordeeld moet worden dat de vorengenoemde bestemming nog niet is gerealiseerd, stellen de reclamanten dat zij bereid en in staat zijn zelf tot realisering daar over te gaan. Zij zijn bereid te bezien of het mogelijk is het terrein ten aanzien landschappelijke aankleding en aanleg de infrastructuur, in te passen in het aldaar te ontwikkelen volkstuinencomplex. De reclamanten betwisten voorts dat het door het stadsdeel genoemde totale aantal volkstuinen moet worden aangelegd. Zij stellen dat de gemiddelde leeftijd de tuinders die zullen moeten verhuizen hoog tot zeer hoog ligt en dat een inventarisatie het aantal tuinders dat wil meeverhuizen niet beschikbaar is. Om deze redenen is het uiterst onzeker dat alle tuinders zullen meeverhuizen naar de nieuwe locatie. Het terzake ingestelde onderzoek heeft uitgewezen dat het ter uitvoering staande bestemmingsplan Kadoelen-Oostzanerwerf voorziet in de bouw circa 2500 woningen op een viertal locaties, waar de realisering grotendeels voltooid is, en tevens in de vestiging een volkstuinencomplex aan de Nieuwe Gouwlob. Op dit moment bevindt zich een soortgelijk complex in het plangebied De Bongerd, Zijkanaal I, op welke plek echter woningen zijn gepland, circa 1700 in totaal. De gemeente is voornemens dit laatstgenoemde volkstuinencomplex in zijn geheel te verplaatsen naar de locatie aan de Nieuwe Gouwlob. In het kader het onderzoek heeft de gemeente de eerdergenoemde inrichtingsschets definitief ontwerp VTC-NieuweGouw overgelegd, waaruit onder meer blijkt dat een klein deel de geprojecteerde volkstuinen zogenoemde nutstuinen zijn, waarop geen bebouwing is toegestaan, terwijl het grootste gedeelte het te realiseren complex zal bestaan uit zogenoemde verblijfstuinen. Het complex zal het karakter krijgen een park, met onder meer een ontsluitingsweg, paden, sloten met oeverbeschoeiing, een clubgebouw met terras en speelvoorzieningen voor kinderen, een heemtuin, een ecologische zone en een bosplantsoen. Aangezien het onderwerpelijke terrein beneden NAP ligt en zeer drassig is, dient het opgehoogd te worden alvorens het geschikt is voor het gebruik als volkstuinen. De beschreven verplaatsing is urgent geworden nu de gemeente op korte termijn voornemens is met de bouwwerkzaamheden op de huidige locatie aan te gen. Nadat ophoging heeft plaatsgevonden, zal de aanleg het volkstuinencomplex aan de Nieuwe Gouwelob plaatsvinden in 2000. Anders dan de reclamanten menen, kan het te onteigenen perceelsgedeelte niet een afzonderlijk deel het te realiseren volkstuinencomplex vormen. Het deels zelf realiseren door de reclamanten de hiervoor beschreven bestemming is niet mogelijk nu het hier gaat om de realisering één groot complex met een parkachtig karakter welk geheel het perceelsgedeelte de reclamanten een onlosmakelijk onderdeel vormt. Voor een doelmatige uitvoering kan het perceelsgedeelte de reclamanten bezwaarlijk worden gemist. Gelet op de vorengeschetste omstandigheden en in aanmerking genomen, dat de onteigeningswet belanghebbenden een volledige schadeloosstelling waarborgt, zijn Wij oordeel, dat het belang de ruimtelijke ontwikkeling, dat is gediend met de door de gemeente voorgestane realisering het bestemmingsplan ter plaatse, dient te prevaleren boven het particuliere belang de reclamanten bij het behoud de onderwerpelijke grond en dat de onteigening daar derhalve, wat dit aspect betreft gerechtvaardigd is. De reclamanten voeren voorts aan, dat het allerminst zeker is, dat ter plaatse een volkstuinencomplex zal worden gerealiseerd gelet op het feit, dat de Woningbouwvereniging Eigen Haard te Amsterdam een deel het perceel heeft aangekocht. Zoals hiervoor overwogen, zijn in het plangebied De Bongerd, Zijkanaal I circa 1700 woningen gepland voor de bouw waar het bestaande volkstuinencomplex verplaatst dient te worden. Naar, in het kader het ter zake ingestelde onderzoek, de zijde het stadsdeel is medegedeeld, maakt eerdergenoemde woningbouwvereniging deel uit een consortium dat de bouw de geplande woningen voor zijn rekening neemt. Uit dien hoofde tracht eveneens de woningbouwvereniging gronden te verwerven om die weer te zijner tijd aan de gemeente te verkopen ten behoeve de uit te plaatsen volkstuinders. Gelet hierop en mede in aanmerking genomen de eerdervermelde door de gemeente overgelegde inrichtingsschets definitief ontwerp VTC- NieuweGouw achten Wij anders dan de reclamanten het voldoende aannemelijk dat ter plaatse een volkstuinencomplex zal worden gerealiseerd. Wij zijn voorts oordeel, dat, indien niettemin mocht blijken, dat het onderwerpelijke project niet zal worden uitgevoerd, de belangen de reclamanten voldoende zijn gewaarborgd door in artikel 61 de onteigeningswet. De reclamanten stellen tenslotte dat in het onderwerpelijke raadsbesluit ten onrechte is gesteld dat het te onteigenen perceel deel uitmaakt de grond waarop de woning de reclamanten zich bevindt. Weliswaar grenzen beide stukken grond aan elkaar, het gaat om zelfstandige percelen, die tevens apart zijn aangekocht. Wat hier ook zij, in het voorgaande hebben Wij overwogen, dat de noodzaak tot onteigening voornoemd perceelsgedeelte ter uitvoering het onderwerpelijke bestemmingsplan voldoende is aangetoond. Gezien het voorgaande kunnen de bedenkingen de reclamanten er Uit: Staatscourant 1998, nr. 84 / pag. 14 2
niet toe leiden dat aan het onderwerpelijke raadsbesluit geheel of gedeeltelijk de goedkeuring wordt onthouden. Overige overwegingen Het moet in het belang een goede ruimtelijke ontwikkeling de gemeente Amsterdam worden geacht, dat zij de eigendom bovenbedoelde percelen en perceelsgedeelten verkrijgt en er bestaan ook overigens geen termen aan het raadsbesluit tot onteigening de goedkeuring te onthouden. Beslissing Wij hebben goedgevonden en verstaan: vorengenoemd besluit de stadsdeelraad Amsterdam-Noord de gemeente Amsterdam goed te keuren. Onze Minister Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer is belast met de uitvoering dit besluit, dat met het raadsdeelraadsbesluit in de Staatscourant zal worden geplaatst en waar afschrift zal worden gezonden aan de Raad State. s-gravenhage, 3 april 1998 Beatrix. De Minister Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, Margaretha de Boer. De Stadsdeelraad het stadsdeel Amsterdam-Noord, Gezien de voordracht het Dagelijks Bestuur 26 augustus 1997; Overwegende, dat hij zich verenigt met de beoordeling door het Dagelijks Bestuur de ingediende zienswijze, deze beoordeling tot de zijne maakt en in dit besluit als ingelast beschouwt; Gelet op het bepaalde in de Onteigeningswet, Besluit: I. adressanten in hun zienswijze te ontgen; II. de ingediende zienswijze ongegrond te verklaren; III. ter onteigening ten name de gemeente Amsterdam, stadsdeel Amsterdam-Noord, ingevolge artikel 77, lid 1, onder 1 de Onteigeningswet aan te wijzen de eigendommen, begrepen in het bestemmingsplan Kadoelen- Oostzanerwerf op de bij dit besluit behorende grondplankaart zwart omlijnd aangeduid en vermeld in de bij dit besluit behorende lijst (onteigeningsplan Nieuwe Gouwlob); IV. het Dagelijks Bestuur te machtigen tot het, ten name de gemeente Amsterdam, procederen in rechte tot onteigening in eerste aanleg en zo nodig in hoger beroep en in cassatie, zowel als eisende als zo nodig als verwerende partij. Aldus besloten in de openbare vergadering de stadsdeelraad het stadsdeel Amsterdam-Noord 8 oktober 1997. Voorzitter. Secretaris. Onteigening ten behoeve de uitvoering het bestemmingsplan Kadoelen/Oostzanerwerf ex art. 77 art. 77 1E lid onder 1e onteigeningswet. Onteigening nieuwe Gouwlob. Grondplan Te Lijst te onteigenen onroerende zaken onteigenen Als Ter Sectie en Ten name gemeente Amsterdam 1 ca 5 water 61 54 AQ 1763 2 ca 96 35 bouwterrein 3 5 90 AQ 2165 De gemeente Amsterdam 3 ca 3 19 70 grasland onbekend AQ 2267 ged. ; ged. bouwterrein ca 2 94 AQ 2267 ged. 1/1 eigendom belast met recht Publiekrechtelijk rechtspersoon: 1/1 recht Besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid: IFA Exploitatiemaatschappij Benzinestations Gelre B.V. te Voorburg 4 ca 18 40 huis, tuin, weiland 25 85 AQ 2200 Christina Maria Keet te Amsterdam 5 huis, erf, garage ca 13 98 AQ 1166 ged. 1/2 eigendom: Anna Maria Jeanette Kroon b.e.g.v.g. gehuwd Uit: Staatscourant 1998, nr. 84 / pag. 14 3
Grondplan Te Lijst te onteigenen onroerende zaken onteigenen Als Ter Sectie en Ten name met Jacob Pieter Schreuder te Amsterdam; 1/2 eigendom: Jacob Pieter Schreuder b.e.g.v.g. gehuwd met Anna Maria Jeanette Kroon te Amsterdam ca 20 weiland ca 20 02 AQ 1166 ged. Vereniging met volledige rechtsbevoegdheid: Woningbouwvereniging Eigen Haard te Amsterdam 6 ca 18 95 zomerhuisje, huis, erf, 32 70 AQ 1167 onverdeelde eigendom: Jan Karl tuin, hokken Marinus Effinck Schattenkerk i.a.g.v.g. gehuwd met Marjan Veldhuis te Amsterdam; onverdeelde eigendom: Marjan Veldhuis i.a.g.v.g. gehuwd met Jan Karl Marinus Eeffinck Schattenkerk te Amsterdam 7 55 30 weiland 55 30 AQ 1089 Vereniging met volledige rechtsbevoegdheid: Woningbouwvereniging Eigen Haard te Amsterdam 8 ca 59 83 weiland 59 83 AQ 1526 ged. Vereniging met volledige rechtsbevoegdheid: Woningbouwvereniging Eigen Haard te Amsterdam; 2 woningen, erf, boven- ca 46 27 AQ 1526 ged. 1/5 eigendom: Maria Jacoba Blees huis, bouwland i.a.g.v.g. gehuwd met Johannes Christoffel Beek te Koog aan de Zaan; 1/5 eigendom: Frederik Christiaan Blees i.a.g.v.g. gehuwd met Anna Maria Fijndraat te Deventer; 1/5 eigendom: Jan Blees te Landsmeer; 1/5 eigendom: Gretha Maria Blees gehuwd met Jacob Dirk Post te Schagen; 1/5 eigendom: Albert Blees te Broek in Waterland 9 45 50 grasland, bouwland ca 15 07 AQ 1339 ged. 1/2 eigendom: Roelof Heringa i.a.g.v.g. gehuwd met Sonja Olga Spruit te Amsterdam; 1/2 eigendom: Sonja Olga Spruit i.a.g.v.g. gehuwd met Roelof Heringa te Amsterdam grond ca 30 43 AQ 1339 ged. Vereniging met volledige rechtsbevoegdheid: Woningbouwvereniging Eigen Haard te Amsterdam 10 ca 74 50 sportpark 2 4 37 AQ 2233 ged. ; terrein ca 24 60 AQ 2233 ged. 1/1 eigendom belast met recht Uit: Staatscourant 1998, nr. 84 / pag. 14 4
Grondplan Te Lijst te onteigenen onroerende zaken onteigenen Als Ter Sectie en Ten name 1/1 recht Besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid: Breve Tennis & Squash B.V. te Amsterdam 11 ca 29 50 grond ca 4 35 15 AQ 2235 ged. bouwterrein, water ca 2 42 AQ 2235 ged. 1/1 eigendom belast met recht Henricus Johannes Dekker i.a.g.v.g. gehuwd met Karin Margaretha Benoist te Amsterdam Karin Margaretha Benoist i.a.g.v.g. gehuwd met Henricus Johannes Dekker te Amsterdam; bouwterrein ca 1 42 AQ 2235 ged. 1/1 eigendom belast met recht Nicolette Holland te Amsterdam Eric Reep te Amsterdam bouwterrein, water ca 2 14 AQ 2235 ged. 1/1 eigendom belast met recht Rene Boxtel te Amsterdam Anouck Mireille Farwick te Amsterdam 11 bouwterrein, water ca 2 42 AQ 2235 ged. 1/1 eigendom belast met recht Hermann Theodor Victor der Klein i.a.g.v.g. gehuwd met Petronella Maria Vroom te Oostzaan Petronella Maria Vroom i.a.g.v.g. gehuwd met Hermann Theodor Victor der Klein te Oostzaan bouwterrein met water ca 2 69 AQ2235 ged. 1/1 eigendom belast met recht Dillian Wiersma o.h.v. gehuwd met Ralph Krant te Amsterdam Ralph Krant o.h.v. gehuwd met Dillian Wiersma te Amsterdam bouwterrein ca 2 67 AQ 2235 ged. 1/1 eigendom belast met recht Uit: Staatscourant 1998, nr. 84 / pag. 14 5
Grondplan Te Lijst te onteigenen onroerende zaken onteigenen Als Ter Sectie en Ten name Hubertus Petrus Theodorus de Klundert te Amsterdam Marianne Bouw te Amsterdam bouwterrein ca 2 42 AQ 2235 ged. 1/1 eigendom belast met recht Gerardus Jacobus Mattheus Fens te Amsterdam Ramona Miranda Lakenman te Amsterdam 11 bouwterrein ca 2 67 AQ 2235 ged. 1/1 eigendom belast met recht Adrianus Albertus Nicolaas de Bree i.a.g.v.g. gehuwd met Vera Schooten te Landsmeer Vera Schooten i.a.g.v.g. gehuwd met Adrianus Albertus Nicolaas de Bree te Landsmeer 12 ca 2 65 weiland 36 10 AQ 2083 13 ca 1 19 30 weiland, water 2 53 70 AQ 1595 Behoort bij raadsbesluit Amsterdam-Noord 8 oktober 1997, no. 97/958 Uit: Staatscourant 1998, nr. 84 / pag. 14 6