5 Uitvoeren van activiteiten

Vergelijkbare documenten
3 Ontwikkelen Beleid. 3.1 Opstellen omgevingsvisie

Omgevingswet Procedureel

Bestuurlijke afwegingsruimte. Mr Tyora van der Meulen

De nieuwe Omgevingswet. Molenadviesraad Amersfoort Mark Ravesloot, senior adviseur molens

Gemeentelijk omgevingsplan

Bestuursrechtelijke rechtsbescherming Opmerkingen

Samenvatting Ontwerpbesluit Omgevingsbesluit

Het projectbesluit onder de Omgevingswet 7 november 2017 mr. A.M.M. Ferwerda en mr. A.J.G. Vegt. #kennismarkt2017

Omgevingswet: gevolgen voor VTH in het waterdomein. Spreker: mr. dr. ir. J.J.H. van Kempen, Rijkswaterstaat

Gemeentelijk omgevingsplan

Hoe past het Omgevingsbesluit in het stelsel?

Sturen met de omgevingsverordening 29 maart Jan van Oosten

OMGEVINGSWET EN OMGEVINGSPLAN 18 SEPTEMBER 2018 KARIEN LAGROUW

Het omgevingsplan. Maarten Engelberts

Het omgevingsplan. Agenda: 6/14/2017

Omgevingswet & Omgevingsvisie

HOOFDSTUK 1 AANVULLING EN WIJZIGING OMGEVINGSWET. Artikel 1.1 (Omgevingswet) De Omgevingswet wordt als volgt gewijzigd: Artikel 1.

Kerninstrument Omgevingsvergunning en Informatievoorziening

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1

OMGEVINGSBESLUIT JUNI 2017 ONTWERP OMGEVINGSBESLUIT

Yes, ik ben vergunningverlener!

ONTWERP OMGEVINGSBESLUIT

OMGEVINGSBESLUIT 1 JULI 2016 ONTWERP OMGEVINGSBESLUIT

Crisis- en herstelwet: omgevingsplannen. Een pilot met de gemeente Bussum

Rol van de gemeenteraad in het licht van de Omgevingswet

2 april DE NIEUWE OMGEVINGSWET Wat betekent dat voor u?

Inleiding Omgevingswet CROW bijeenkomst Omgevingswet en Mobiliteit

Kerninstrumenten Omgevingswet. Simon Tichelaar 13 oktober 2016

Omgevingswet SIKB Kennisdag AMvB s

b. In onderdeel b wordt "regels over het gebruik van de grond" vervangen door "activiteiten" en wordt "met het oog op" vervangen door: voor.

Één omgevingsplan per gemeente (art. 2.4 Ow) Uitgangspunt: omgevingsplan is gewone verordening

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Omgevingswet, omgevingsvisie en de casus vliegveld Eindhoven

Samenvatting Ontwerpbesluit activiteiten leefomgeving

Omgevingswet: omgevingsplan en integratie gemeentelijke verordeningen

Omgevingsvisie in de Omgevingswet

Artikel (bodem: bodembeschermende voorziening) Artikel 5.45 (activiteiten bergend deel rivierbed)

OW VTH BBL. Regiodagen 2015

Regels over het beschermen en benutten van de fysieke leefomgeving (Omgevingswet)

TWEEDE KAMER SCHERPT OMGEVINGSWET AAN

De Omgevingswet voor beginners

Invoeringswet Omgevingswet

Workshop Omgevingsplan: juridische aspecten

Het Rijk en de Omgevingswet. Marjolein Verschuur 11 februari 2016

OMGEVINGSWET Versie Staatsblad 2016, 156

OMGEVINGSBESLUIT Versie Staatsblad 2018, 290 met weergave van de wijzigingen van het ontwerp-aanvullingsbesluit natuur Omgevingswet

Referentiebedrijfsproces behandelen aanvraag omgevingsvergunning

Inleiding. Hoofdlijnen Omgevingswet. Nu al Eenvoudig Beter. Vragen

DE OMGEVINGSWET VERKRIJGING/VERLENING VAN EEN OMGEVINGS(MILIEU)VERGUNNING MARLOES BRANS & BODIL STRAMROOD, 11 OKTOBER 2016

De Omgevingsvisie vervangt de volgende wettelijk verplichte plannen:

Crisis- en herstelwet: Vragen en antwoorden

Omgevingswet Regels en maatwerk

Overzicht reikwijdte omgevingsvergunning

Energie in de omgevingsverordening. Jan van Oosten

Actualiteitendag. De Omgevingswet 1 oktober Jan Reinier van Angeren

POKB Thema 1: Omgevingswet: integratie van bodem in omgevingsgericht werken, integraal werken

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN AFDELING 1.1 BEGRIPSBEPALINGEN. Artikel 1.1 (begripsbepalingen)

De Omgevingswet: nieuwe regels voor cultureel erfgoed

Wijzigen van lozingsroutes

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo)

Actualiteitenseminar bestuursrecht en omgevingsrecht. Blik op de toekomst: de nieuwe Omgevingswet

* *

Beoordelingsregels omgevingsvergunning. Tonny Nijmeijer VMR 15 september 2016

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN AFDELING 1.1 BEGRIPSBEPALINGEN. Artikel 1.1 (begripsbepalingen)

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN AFDELING 1.1 BEGRIPSBEPALINGEN. Artikel 1.1 (begripsbepalingen) AFDELING 1.2 TOEPASSINGSGEBIED EN DOELEN

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Geluid in de Omgevingswet

Omgevingswet met wijzigingen Invoeringswet Omgevingswet (consultatieversie)

Relatie omgevingsvergunning. omgevingsplan. Paul Pestman, Eenvoudig Beter Schakeldag 25 juni 2019

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Limburg aan de slag met de Omgevingswet! Liesbeth Schippers en Aart Jan van der Ven

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Rood = wetsvoorstel Aanvullingswet bodem (34864 nr. 2) Paars = nota van wijziging Aanvullingswet bodem (34864 nr. 7) HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Besluit Activiteiten Leefomgeving. Mr. G.C.W. van der Feltz 11 oktober 2016

Participatie in het huidige en het toekomstige omgevingsrecht

Samenhang kerninstrumenten Omgevingswet

Omgevingsplan. Maarten Engelberts (gem. Den Haag/I&M) Jur van der Velde (Provero/Rho/Interra)

Overzicht reikwijdte omgevingsvergunning

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1

Nadeelcompensatie onder de Omgevingswet. Mr. dr. Dirk Sanderink

Vergund en vergunningsvrij bouwen slim geregeld in de Omgevingswet met de knip Wico Ankersmit, Vereniging Bouw- en Woningtoezicht Nederland

OMGEVINGSWET VOOR DUMMIES. 1 oktober Willem Wensink

De wereld van de Omgevingswet

Hoofdstuk 18HOOFDSTUK 20 MONITORING EN INFORMATIE EN OPENBAARHEID

Werktafel Casus Wateroverlast Uitvoering. Gerd de Kruif (ivo) Jan van den Dool (IP) Nicoline van den Heuvel (ivo)

Besluit kwaliteit leefomgeving. Instructieregels en omgevingswaarden. Paul van der Lee

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN AFDELING 1.1 BEGRIPSBEPALINGEN. Artikel 1.1 (begripsbepalingen)

Externe veiligheidrisico s onder de Omgevingswet. Paul van der Lee Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken

Omgevingswet. Een basis voor de samenhangende benadering van de fysieke leefomgeving.

De Omgevingsregeling. Informatiebijeenkomst IPO en VNG 21 juni 2018

Overgangsrecht Omgevingswet. Gijs van Luyn Informatiepunt Omgevingswet

Workshop Omgevingsplan en APV

Bodem in de Omgevingswet

RCR en PCR, nu en straks: do s en don ts

Omgevingswet en het stedelijk waterbeheer / waterketen

Bodem in de Omgevingswet

Omgevingswet. Commissie Fysieke Leefomgeving 20 september 2016

Waarom Omgevingswet?

Transcriptie:

5 Uitvoeren van activiteiten 5.1 Algemene regels Algemene regels

5.1.1 Reguleren van activiteiten door middel van algemene regels Reguleren van activiteiten door middel van algemene regels De PS kunnen in de omgevingsverordening met het oog op de doelen van de Ow algemene regels stellen voor activiteiten die gevolgen hebben of kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving. Daarbij moeten de PS rekening houden met de proportionaliteits- en subsidiariteiteis uit de Ow. Hoofdregel met betrekking tot het delen van functies aan locaties is dat de gemeenten zorgen voor een evenwichtige toedeling van functies aan locaties voor het gehele grondgebied in hun omgevingsplannen. De Provinciale Staten kunnen de gemeenten op dit onderwerp van instructieregels of instructies voorzien. De gemeenten dienen deze instructieregels of instructies vervolgens in hun omgevingsplannen op te nemen. In uitzonderingsgevallen kunnen de PS het toedelen van functies aan locaties ook opnemen in de omgevingsverordening indien hun instructieregels of instructies niet worden opgevolgd door gemeenten. Algemene regels bevatten in de meeste gevallen een verbods- of gebodsbepaling. Vaak gaat het om een relatief verbod of gebod: het is verboden om een bepaalde activiteit uit te voeren tenzij de activiteit eerst wordt gemeld bij het bevoegd gezag of een omgevingsvergunning wordt aangevraagd. Daarnaast biedt de Ow mogelijkheden voor het stellen van maatwerkregels en -voorschriften en het treffen van gelijkwaardige maatregelen.

5.1.2 Bevoegd gezag bij algemene regels Bevoegd gezag bij algemene regels Voor algemene regels die zijn opgenomen in de omgevingsverordening vormen de GS het bevoegd gezag. Bevoegd gezag betekent dat aan de GS een melding moet worden gedaan, de GS maatwerkvoorschriften kunnen stellen en de GS toestemming moeten verlenen voor het treffen van gelijkwaardige maatregelen. Voor algemene regels die door het Rijk zijn opgesteld in een AMvB vormt in eerste instantie het colllege van burgermeester en wethouders het bevoegd gezag tenzij het gaat over wateractiviteiten en specifieke taken die aan de provincie zijn toebedeeld (op het gebied van zwemwater en grondwater). De provincie moet hierbij rekening houden met de proportionaliteits-en subsidiariteiteis uit de Ow.

5.2 Omgevingsvergunning Omgevingsvergunning

5.2.1 Reguleren van activiteiten door middel van omgevingsvergunning Reguleren van activiteiten door middel van omgevingsvergunning De PS kunnen in de omgevingsverordening activiteiten aanwijzen waarvoor een omgevingsvergunning vereist is. Het is verboden om een activiteit zonder omgevingsvergunning te verrichten wanneer dat in de omgevingsverordening staat aangegeven of een handeling te verrichten in strijd met een aan een omgevingsvergunning verbonden voorschrift. Daarnaast worden in de Ow activiteiten op Rijksniveau benoemd die in een AMvB als vergunningsplichtig of vergunningsvrij zullen worden aangemerkt waarbij het Rijk een taak of bevoegdheid heeft. Voor een aantal activiteiten mag binnen de grenzen die in de AMvB zullen worden aangegeven in lagere regelgeving (waaronder omgevingsverordening) worden afgeweken. Het betreft: ontgrondingsactiviteiten; brandveilig gebruiksactiviteiten; milieubelastende activiteiten; lozingsactiviteiten op een oppervlaktewaterlichaam of een zuiveringtechnisch werk; wateronttrekkingsactiviteiten; of beperkingengebiedactiviteiten met betrekking tot een lokale spoorweg.

5.2.2 Bevoegd gezag bij omgevingsvergunning Bevoegd gezag bij omgevingsvergunning De hoofdregel is dat het college van burgemeester en wethouders bevoegd gezag is als de aanvraag voor een omgevingsvergunning betrekking heeft op één activiteit (enkelvoudige aanvraag), tenzij het een wateractiviteit betreft of een specifieke activiteit die aan de provincie is toebedeeld. De GS vormen het bevoegd gezag bij een enkelvoudige aanvraag van een omgevingsvergunning voor in de AMvB aan te wijzen gevallen van de volgende activiteiten: afwijkactiviteiten van provinciaal belang; ontgrondingsactiviteiten: 1.in het winterbed van een tot de rijkswateren behorende rivier, 2.buiten de rijkswateren, milieubelastende activiteiten: 1.met betrekking tot een installatie als bedoeld in bijlage I bij de richtlijn industriële emissies, 2.waarop de Seveso-richtlijn van toepassing is, 3.met betrekking tot het brengen van stoffen in het grondwater, beperkingengebiedactiviteiten met betrekking tot burgerluchthavens van regionale betekenis en lokale spoorwegen, Natura 2000-activiteiten en flora- en fauna-activiteiten, activiteiten die in een omgevingsverordening zijn benoemd, activiteiten die niet vallen onder de hierboven genoemde onderdelen en die plaatsvinden op gesloten stortplaatsen in de zin van de Wet Milieubeheer. Bij bovengenoemde aanwijzing moet het gaan om gevallen waarin sprake is van een provinciaal belang of nodig is voor een doelmatige of doeltreffende uitoefening van taken en bevoegdheden op grond van de Ow of vanuit een internationaalrechtelijke verplichting. Voor aanvragen die betrekking hebben op meerdere activiteiten (meervoudige aanvragen) geldt met betrekking tot de vraag wie het bevoegd gezag bovengenoemde hoofdregel, tenzij het een wateractiviteit betreft of een specifieke activiteit die aan de provincie is toebedeeld. Bij activiteiten waarbij een vergunningsplicht geldt en plaatsvindt op een grondgebied van meer dan één gemeente, waterschap of provincie, beslist het bestuursorgaan waar de activiteiten geheel of in hoofdzaak worden verricht. De reguliere voorbereidingsprocedure uit de Awb is van toepassing bij de voorbereiding van een beslissing op een aanvraag om een omgevingsvergunning, tenzij in de Ow staat aangegeven dat de uniforme openbare voorbereidingsprocedure van toepassing is.

5.3 Projectbesluit Projectbesluit

5.3.1 Opstellen projectbesluit bij provinciaal belang Opstellen projectbesluit bij provinciaal belang Het projectbesluit is een instrument voor het Rijk, provincies en waterschappen waarmee zij complexe projecten met een publiek belang kunnen uitvoeren, bijvoorbeeld het aanleggen van een hoofdweg of het versterken van primaire waterkeringen. De GS kunnen een projectbesluit vaststellen voor het uitvoeren van een project en het in werking hebben of in stand houden van een project. De GS van de provincie waar het project in hoofdzaak wordt uitgevoerd, is bevoegd om het projectbesluit vast te stellen. De GS kunnen een projectbesluit alleen vaststellen als er een provinciaal belang speelt. Dat kan onder meer blijken uit beleidsnota's, omgevingsvisies of programma's, maar het provinciaal belang hoeft niet verplicht vastgelegd te zijn. De GS kunnen regels (in de vorm van bijvoorbeeld een programma, plan of verordening) die zijn opgesteld door gemeenten of waterschappen door middel van een projectbesluit of een besluit van GS zelf vanwege dringende redenen buiten toepassing verklaren indien die regels de uitvoering van het projectbesluit onevenredig belemmeren. Het Rijk kan van dezelfde bevoegdheid gebruik maken om regels van de provincie buiten toepassing te verklaren. Instructieregels van het Rijk

5.3.2 Voorrang stellen van projectbesluit Voorrang stellen van projectbesluit Het projectbesluit kan botsen met bepaalde regels uit het omgevingsplan(nen). De regels uit het projectbesluit hebben echter voorrang waardoor de regels uit het omgevingsplan die in strijd zijn met het projectbesluit moeten worden gewijzigd. Het projectbesluit bevat vanuit een integrale afweging van de betrokken feiten en belangen alle maatregelen die nodig zijn voor het uitvoeren van een project. Dit houdt in dat gekozen kan worden om alle toestemmingen die nodig zijn om het project te kunnen uitvoeren (zoals een omgevingsvergunning of een ander besluit gebaseerd op een ander wet dan de Ow) in het projectbesluit op te nemen. Het projectbesluit vervangt dan in essentie de vereiste toestemmingen. Het projectbesluit vervangt dan bijvoorbeeld de vereiste omgevingsvergunning en er hoeft dan geen aparte omgevingsvergunning te worden aangevraagd. De bepalingen in de Ow met betrekking tot advies en instemming blijven echter wel van kracht op projectbesluiten. Bij een projectbesluit van de GS waar oorspronkelijk een ander bestuursorgaan (behalve het Rijk) zou moeten instemmen, kan worden afgezien van instemming. De Ow biedt echter ook de mogelijkheid om bepaalde onderdelen van het project niet in het projectbesluit op te nemen, maar op een later moment. Voor deze onderdelen moet dan wel op een later moment apart toestemming worden aangevraagd bij het bevoegd gezag dat het oorspronkelijke projectbesluit heeft genomen. In het projectbesluit kan ook worden aangegeven dat een bepaald onderdeel binnen het projectbesluit nog moet worden uitgewerkt, bijvoorbeeld als er over één onderdeel van het project nog geen duidelijkheid bestaat. Voor het projectbesluit wordt zoveel mogelijk aangesloten bij bestaande regels in de Ow. Dit betekent dat de beoordelingsregels van het omgevingsplan en omgevingsvergunning ook van toepassing zijn op het projectbesluit.

5.3.3 Instellen verkenning bij projectbesluit Instellen verkenning bij projectbesluit De verkennigsfase vormt een belangrijk en verplicht onderdeel van een projectbesluit. De GS dat een projectbesluit willen beginnen, moeten daarbij kennis geven van hun voornemen om een verkenning uit te voeren naar een mogelijke of toekomstige opgave in de fysieke leefomgeving. De verkenning wordt gedaan met participatie van burgers, bedrijven, organisaties en betrokken bestuursorganen, die de gelegenheid krijgen om binnen een vastgesteld termijn mogelijke oplossingen voor te dragen. Uiterlijk bij de aanvang van de verkenning moeten de GS kennis geven van de wijze waarop burgers, bedrijven, organisaties en betrokken bestuursorganen zullen worden betrokken. Bij de verkenning vergaren de GS de nodige kennis en inzichten over: de aard van de opgave; de voor de fysieke leefomgeving relevante ontwikkelingen; en de mogelijke oplossingen voor die opgave. De verkenning zal omvangrijker zijn bij een groot en complex project dan bij een klein project. De GS moeten zelf beslissen hoe zij de verkenning willen invullen. De verkenning moet de noodzaak van een uit te voeren project tonen. Afhankelijk van de omvang en aard van het project kunnen de GS ter voorbereiding van het te nemen projectbesluit een voorkeuringsbeslissing nemen of besluiten om een projectbesluit te nemen zonder vooraysifgaande voorkeursbeslissing. De voorkeursbeslissing kan inhouden dat het project moet worden uitgevoerd, maar ook dat er mogelijk naar andere oplossingen moeten worden gezocht zonder het project of dat de voorgestelde oplossing niet verder wordt uitgewerkt. In het projectbesluit staat aangegeven hoe de GS zijn omgegaan met de uitkomsten van de verkenning (waaronder voorgestelde oplossingen en adviezen), wat de resultaten zijn en welke procedure voor de verkenning is gevolgd. Daarmee wordt de participatie voor de totstandkoming van het projectbesluit afgerond.

5.3.4 Procedure bij projectbesluit Procedure bij projectbesluit De GS moeten de uniforme openbare voorbereidingsprocedure van de Awb volgen bij: de voorbereiding van een projectbesluit; de voorbereiding van een voorkeursbeslissing bij een projectbesluit; het besluit dat onderdelen binnen het projectbesluit worden uitgewerkt; of het besluit dat regels van gemeenten of waterschappen buiten toepassing verklaart.

5.3.5 Beoordelen projectbesluit van andere bestuursorganen Beoordelen projectbesluit van andere bestuursorganen Een projectbesluit (of een uitwerking of een wijziging daarvan) dat door het dagelijkse bestuur van een waterschap is genomen moet de goedkeuring van de GS hebben van de provincie waar dat besluit wordt uitgevoerd. Als het project in meer dan één provincie ligt, dan moeten de GS van de provincie waar het project in hoofdzaak zal worden uitgevoerd beslissen over de goedkeuring. Als de GS een projectbesluit heeft vastgesteld voor een project, dan stelt de gemeenteraad geen omgevingsplan vast voor zover dat plan belemmerend kan werken voor de realisatie van het project. Als de Minister van Infrastructuur of Milieu of een ander Minister die het aangaat een projectbesluit heeft vastgesteld voor een project, mogen de GS geen projectbeluit nemen voor zover dat het project kan belemmeren. In beide gevallen kan een termijn hiervoor worden gesteld.

5.3.6 Opstellen voorbereidingsbesluit in verband met projectbesluit Opstellen voorbereidingsbesluit in verband met projectbesluit De PS kunnen voor een locatie een voorbereidingsbesluit nemen ter voorbereiding van een projectbesluit.zij kunnen deze bevoegdheid ook delegeren aan de GS. Een voorbereidingsbesluit vervalt als niet binnen anderhalf jaar na inwerkingtreding van dat besluit het projectbesluit in werking is getreden of op het tijdstip waarop het projectbesluit in werking is getreden.

5.4 Opleggen gedoogplicht bij ontgrondingen Opleggen gedoogplicht bij ontgrondingen De GS kunnen aan een rechthebbende een gedoogplicht opleggen via een gedoogplichtbeschikking voor het verrichten van een (veld)onderzoek op een locatie in verband met een (aanvraag van een) omgevingsvergunning voor een ontgrondingsactiviteit of bij een aanvraag. De GS kunnen op verzoek van de aanvrager of houder van een omgevingsvergunning voor een ontgrondingsactiviteit aan een rechthebbende een gedoogplicht via een gedoogplichtbeschikking opleggen voor het verrichten van onderzoek en voor het aanbrengen, in stand houden, onderhouden, gebruiken en verwijderen van de voor dat onderzoek benodigde middelen als dat voor de ontgrondingsactiviteit nodig is. De GS hebben alleen deze bevoegdheid wanneer zij ook het bevoegd gezag zijn bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor een ontgrondingsactiviteit.