Aldus besloten! Over helder adviseren



Vergelijkbare documenten
Schrijfwijzer. Wold & Waard

Kernwoord Uitleg Voorbeeld

Spelling. A. Kijk voor de vormen van de tegenwoordige tijd naar het volgende schema:

Spelling & Formuleren. Week 2-7

De doelgroep. Wat is eenvoudig schrijven

Schrijfwijzer. Wij schrijven...

DPS. Communicatie. Werkblad: werkwoordspelling

Tekststudio Schrijven en Schrappen lotty@schrijven-en-schrappen.nl -

Workshop overtuigende offertes schrijven

Gevarieerde Spelling is een programma voor het leren van de belangrijkste spellingregels van het Nederlands.

Samenvatting Nederlands Cursus spellen (hoofdstuk 1 + 2)

i n h o u d Inhoud Inleiding

Visuele Leerlijn Spelling

Werkwoorden. Hebben en zijn. De twee belangrijkste werkwoorden in het Nederlands zijn hebben en zijn. Ik ben Thomas. Ik heb een fiets.

Taalbeschouwelijke termen bao so 2010

Inhoud. 1 Spelling 5. Noordhoff Uitgevers bv

Inhoud. 1 Spelling 10

OPDRACHT PERSBERICHT SCHRIJVEN

Thema 10. We ruilen van plek

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Procedure Contact:

1.2.3 Trappen van vergelijking 20

5 Niet meer twijfelen 107 Geweest is/is geweest 107 Vele of velen? 108 Hen/hun/ze 110 U/uw, jou/jouw 111 Als/dan 111 Dat/wat 113 Dat/die 115

Teksverklaringen!!!!! Samenvattingen!! - Meerkeuzevragen! - Open! !!!! Nederlands! 1. Spellen! 2. Samenvatting schrijven

als iets niet letterlijk is bedoeld.

Communiceren met de achterban

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Spelling en Grammatica

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Samenvatting Nederlands NL Spelling 1 t/m 12

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Samenvatting Nederlands Spelling

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

(ZAKELIJKE) TAALVERZORGING 2 NEDERLANDS

Spelling. 1. Werkwoorden

2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12

Toelichting bij de kaartjes die in het opzoekboekje spelling en werkwoordspelling zijn opgenomen

1 WOORDSOORTEN 3 2 ZINSDELEN 8

1 Spelling en uitspraak

Adviesnota Bestuur datum: 31 oktober 2014

Workshop overtuigende offertes schrijven

Basis Werkwoordspelling is onderdeel van de Bundel Basisprogramma's. Deze bundel bevat ook Basisspelling en Basisgrammatica.

Tekstbureau Duidelijk Zo

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Onderdeel: LEZEN Docent: RKW Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Overzicht toetsen en oefeningen Grammatica I. Grammatica I

Schrijven voor internet

Klankzuivere werkwoorden vervoegen Methode voor beelddenkers Juf Kitty 2016

Een overtuigende tekst schrijven

Programma van Inhoud en Toetsing

Eigen vaardigheid Taal

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Samenvatting Nederlands NL Blok

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

* Mijn vader vindt dat je aan make-up niet te veel geld aan moet uitgeven.

Ingekomen stuk D2. Aantal bijlagen 2

Doelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar

tekstmodel Checklist: in 5 stappen naar een betere tekst Copyright tekstmodel.nl

Indien je de regels uit dit bestand kunt toepassen en je kent de stappen die je in het schema moet maken, dan beheers je de werkwoordspelling goed.

Het schrijven van stukken. Een introductie

2.4 Tekstopbouw In deze paragraaf oefen je in het schrijven van een tekst met een indeling in inleiding, kern en slot.

Checklist Sollicitatiebrief schrijven 2F - handleiding

Handleiding schrijven voor Wiki

(ZAKELIJKE) TAALVERZORGING 1 NEDERLANDS

Programma van Inhoud en Toetsing

Inleiding 7. Deel 1 BASISVAARDIGHEDEN SPELLING 9

π (spreek uit uiltje ): hulpwerkwoorden of modale hulpwerkwoorden 46

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Studiewijzer TaalCompetent

Datum: Jaar van verschijnen: Duur van de film:

Woordsoorten. Nederlands. Aanwijzend voornaamwoord. Onderschikkend voegwoord. Persoonlijk voornaamwoord. Betrekkelijk voornaamwoord

Z I N S O N T L E D I N G

De teksten van de vormingspakketten die de sociaal adviseurs gebruiken worden gescreend op klare taal door de collega s van diversiteitsmanagement.

hond Ik hoor t aan het eind. Ik maak het woord langer. Ik hoor te(n) Ik hoor de(n) Ik schrijf t Ik schrijf d

Werkschrift : Hoe werk ik op WikiKids?

Gedocumenteerd schrijven Schrijfopdracht klas 2. Brainstorm maak hieronder je brainstorm inzichtelijk

Samenvatting Nederlands Werkwoordspelling

EEN E MAIL STUREN NAAR EEN DOCENT

LESBRIEF. Laat uw leerlingen 10 minuten lezen in 7Days. Uw leerlingen mogen zelf weten welke artikelen ze deze 10 minuten lezen.

Spelling Werkwoorden. Doelgroep Spelling Werkwoorden. Omschrijving Spelling Werkwoorden

Eisen Nederlands, vormgeving, APA. Pagina 1 van 10. Eisen Nederlands, vormgeving en bronvermelding AMA

Na de uitslag moest Rob onmiddellijk een Europese bestemming noemen. Razendsnel dacht hij na.

π (spreek uit uiltje ): hulpwerkwoorden of modale hulpwerkwoorden 46

TIPS VOOR HET COMMERCIËLE TELEFOONGESPREK

Samenvatting Nederlands formuleren

Hoe spel ik een werkwoord?

Formuleren. Doelgroep Formuleren. Omschrijving Formuleren

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

lesmateriaal Taalkrant

6,3. Samenvatting door L woorden 12 november keer beoordeeld. Nederlands. 1. Werkwoordspelling. Persoonsvorm

Andere werkwoordsvorm (infinitief, voltooid of onvoltooid deelwoord) schrijf je zo simpel mogelijk. Op t- klank = verlengen, d-klank = verlengen.

VMBO-T / Nederlands / 2011 / tijdvak 2

OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER

Verras je klant! Hoe je op een andere manier kunt schrijven. Beste lezer,

Sollicitatiebrief. De 10 Stappen. Op zoek naar werk? Wij maken jou sterk!

Tekst lezen en vragen stellen

Wetenschapscommunicatie. Sessie 2: schriftelijke rapporting

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Checklist Duidelijk Nederlands spreken

Transcriptie:

Aldus besloten! Over helder adviseren

Aldus besloten: over helder adviseren De gemeente Amstelveen schrijft heldere collegeadviezen en raadsvoorstellen. Over helder adviseren legt op een overzichtelijke en duidelijke manier uit, hoe je de essentie van het onderwerp van een voorstel in beeld brengt. Daarvoor gebruiken we sjablonen. Die vind je achter in de wijzer. Een helder stuk Heldere stukken maken van besluitvorming een gemakkelijker proces. Daarom zorgen we voor een heldere opbouw van een voorstel. Met vaste onderdelen zoals het gevraagd besluit, financiën of de procedure. Zodat het stuk prettig leest en het gemakkelijker is om besluiten te nemen. Meer boekjes Aldus Besloten bestaat uit meer boekjes. In de andere boekjes lees je meer over: - het bestuur en bevoegdheden; - de besluitvorming en de procedures. Veel leesplezier! 2

Inhoud 1 Opbouwen Tip 1 Weet voor wie je schrijft 4 Tip 2 Maak het voorstel zelfstandig leesbaar 4 Tip 3 Zet het belangrijkste nieuws voor de lezer bovenaan 4 Tip 4 Gebruik de 30-secondenlijn om krachtig te adviseren 5 2 Structureren Tip 1 Benoem waar het voorstel over gaat (onderwerp) 7 Tip 2 Laat eerst weten wat je vraag precies is (gevraagd besluit) 7 Tip 3 Geef aan wat je wilt bereiken (effectindicator) 8 Tip 4 Geef aan wat de gemeente daarvoor gaat doen (prestatie-indicator) 8 Tip 5 Gebruik de aanleiding om de relevante context te geven (aanleiding) 9 Tip 6 Overtuig je lezer met duidelijke kernargumenten 9 Tip 7 Zorg voor een logische onderbouwing van je argumenten 10 Tip 8 Wijs de lezer op de nadelen (kanttekeningen) 11 Tip 9 Geef aan wat de opbouw en dekking van het bedrag is (financiën) 12 Tip 10 Geef aan hoe je over dit voorstel communiceert (communicatie) 12 Tip 11 Geef aan hoe de uitvoering eruit ziet (procedure) 13 Tip 12 Benoem je bijlagen 13 3 Formuleren Tip 1 Voorkom statige en ouderwetse schrijftaalwoorden 14 Tip 2 Gebruik geen jargon bij leken 14 Tip 3 Kort niet af 14 Tip 4 Schrijf korte, goed leesbare zinnen 15 Tip 5 Schrijf actief 15 Bijlagen 1 Sjabloon voorstellen met invulinstructie 16 2 Lijst eigentijdse woorden 18 3 Spelling 21 Colofon 27 3

1 Opbouwen Hoe bouw je een voorstel op? Hoe zorg je ervoor dat je de lezer centraal zet in je tekst? Binnen de gemeente Amstelveen gebruiken we aparte sjablonen voor de collegeadviezen en de raadsvoorstellen. In dit boekje richten we ons vooral op de raadsvoorstellen. Het sjabloon bestaat uit een aantal vaste onderdelen: - Onderwerp - Gevraagd besluit - Aanleiding - Wat willen we bereiken? (effectindicator) - Wat gaan we daarvoor doen? (prestatie-indicator) - Argumenten - Kanttekeningen - Financiën - Communicatie - Procedure - Bijlagen Tip 1: weet voor wie je schrijft Het geheim van een goed stuk zit in een goede voorbereiding. Allereerst moet je goed weten voor wie je schrijft: voor het college of voor de raad. Deze bestuursorganen hebben namelijk verschillende bevoegdheden. Ze nemen dus andere besluiten. In het boekje over de gemeente en besluitvorming lees je hier meer over. Tip 2: maak het voorstel zelfstandig leesbaar Een belangrijk uitgangspunt bij ieder voorstel is dat het zelfstandig leesbaar is. Dit betekent dat de lezer géén bijlagen nodig heeft om de informatie te begrijpen. Probeer dus altijd belangrijke informatie uit de bijlagen in het voorstel te verwerken. Tip 3: zet het belangrijkste nieuws voor de lezer bovenaan De lezer is gericht op de belangrijkste boodschap. Waar gaat het om? Adviseren is gebaseerd op het idee van een piramide: het belangrijkste eerst en dan de rest van het verhaal. 4

Dus van denkend als schrijver : naar benieuwd als lezer: Evaluatie/research/situatieschets Kern Inleiding probleem/advies Onderbouwing Conclusies Meer details Aanbeveling Achtergrondinformatie Tip 4: gebruik de 30-secondenlijn om krachtig te adviseren De belangrijkste vragen van de lezer zijn: - Waar zeg ik ja tegen? - Waarom zou ik ja zeggen? - Wat zijn de kanttekeningen? De antwoorden op deze vragen vormen het hart van je voorstel. De rubrieken daarbij: - Gevraagd besluit - Argumenten - Kanttekeningen Het is mogelijk om de kern van een voorstel in 30 seconden (!) te begrijpen. Hoe? Door helder te formuleren in je beslispunten en kernachtige stellingen te gebruiken in de argumenten en kanttekeningen. Een voorbeeld: Gevraagd besluit 1. Een basketbalveld aan te leggen in de wijk... 2. Hiervoor eenmalig 20.000,- beschikbaar te stellen want Argumenten 1.1 Dit past in ons beleid om jeugd meer te laten bewegen 5

1.2 Er zijn te weinig sportvoorzieningen in de wijk 1.3 De jeugd wil het liefste basketballen 2.1 Dit past binnen de begroting 2.2 Dit bedrag is reëel maar Kanttekeningen Twee parkeerplaatsen verdwijnen voor de aanleg In het volgende hoofdstuk lees je meer over de afzonderlijke rubrieken in het sjabloon. 6

2 Structureren Het sjabloon kent vaste rubrieken. Dit geeft structuur aan ieder raadsvoorstel. Hieronder lees je de tips voor het invullen van iedere rubriek. Tip 1: benoem waar het voorstel over gaat (onderwerp) Geef een korte omschrijving van het onderwerp. Formuleer het onderwerp van je voorstel zó, dat het geschikt is om in jouw bewoordingen op te nemen in de agenda. Gebruik in je formulering een werkwoord. Dan weet de lezer direct wat het doel is van je voorstel. Een voorbeeld. Van: Onderwerp: Het vaststellen van het accommodatiebeleid voor welzijn en preventieve zorg (PIA 2), het verstrekken van kredieten voor de nieuwbouw van drie multifunctionele accommodaties, een ouderensteunpunt, een jongerencentrum en voor het opknappen van jongerencentrum De Bajes alsmede de wijze van dekking van de structurele exploitatielasten van de nieuwe voorzieningen Naar: Onderwerp: Vaststellen beleid en kredieten voor nieuwbouw en renovatie accommodaties welzijn en preventieve zorg (PIA 2) Tip 2: laat eerst weten wat je vraag precies is (gevraagd besluit) De eerste vraag van de beslisser: wat stel je voor? Vandaar dat het gevraagd besluit bovenaan in de voorstellen staat: dat is de meest logische plek voor de lezer. Hoe formuleer je goede beslispunten? Vorm - Kies voor te... + hele werkwoord - Nummer ieder beslispunt apart 7

Inhoud - Bedenk goed welke bevoegdheden het college of de raad heeft. Je beslispunten hangen hiermee samen. De raad beslist over raadsvoorstellen, het college stelt het voor. Daarom staat in het sjabloon gevraagd besluit. - Formuleer zuiver: geen argumenten, kanttekeningen of onderbouwing in het besluit. - Maak onderscheid tussen deelvoorstellen: 1. inhoudelijk 2. financieel 3. procedureel Een voorbeeld: Gevraagd besluit: 1. De hondenbelasting in de gemeente Amstelveen af te schaffen. 2. Hiervoor eenmalig 20.000,- euro beschikbaar te stellen. 3. De belastingverordening aan te passen. Tip 3: geef aan wat je wilt bereiken: effectindicatoren De lezer wil weten wat het effect is van het voorstel op de Amstelveense samenleving. Wat bereikt de gemeente ermee? Gebruik voor het invullen van de effectindicator de volgende uitgangspunten: - Beschrijf het doel zo specifiek mogelijk. - Schrijf het in meetbare termen op. - Ga na of het effect acceptabel is. - Verwoord een realistisch doel. - Geef een tijdpad aan. Een voorbeeld. Van: In Amstelveen dienen mensen veilig te zijn en zich veilig te voelen. Door intensivering van het toezicht wordt een grotere objectieve veiligheid bereikt en zal het veiligheidsgevoel (subjectieve veiligheid) toenemen. De meting loopt via de veiligheidsindex. Naar: In Amstelveen voelen mensen zich veiliger. Op 1 januari 2010 is de veiligheidsindex voor de stad gestegen van 5,4 naar een 6,0. Tip: de effectindicatoren kun je vaak vinden in de programmabegroting. 8

Tip 4: geef aan wat de gemeente daarvoor gaat doen (prestatie-indicatoren) In de rubriek effectindicatoren heb je ingevuld wat de gemeente wil bereiken. Wat doe je om het gewenste effect te halen? Dat vul je in bij prestatie-indicatoren. Een voorbeeld van het verband tussen je effect- en prestatie-indicator: Effectindicator In Amstelveen zijn in 2020 vijf Brede Scholen. Prestatie-indicator - beoordelen Brede Schoolplannen - deskundigheidsbevordering door organisatie van themabijeenkomsten - invulling geven aan uitbreiding buitenschoolse opvang - onderzoek naar mogelijkheden combinaties functies onderwijs/sport/opvang - uitvoering Brede Schoolplannen door onderwijs en partners Tip 5: gebruik de aanleiding om de relevante context te geven In de aanleiding beschrijf je de relevante praktische en beleidsmatige context. Belangrijk daarbij is de concrete aanleiding waarom dit voorstel nú voorligt. Voorkom een lange historische schets. Maak daarvoor een bijlage, of verwijs naar eerdere stukken die je toevoegt aan het raadsdossier. Tip: wat zou je vertellen aan je buurman of buurvrouw zodat hij of zij dit voorstel kan plaatsen? Let op: argumenten, kanttekeningen en financiën horen niet thuis in de aanleiding. Tip 6: overtuig je lezer met duidelijke kernargumenten Argumenten zijn een belangrijk onderdeel van je voorstel. Ze geven namelijk antwoord op de vraag Waarom moet ik ja zeggen? 9

Vorm 1. Vat het argument samen in een statement. Er is draagvlak voor het nieuwe beleid. Dit is de goedkoopste oplossing 2. Zet dit statement als kopje boven een alinea. 3. Laat de nummering logisch aansluiten op het gevraagd besluit dat erbij hoort. 1.1: je eerste argument bij je eerste gevraagd besluit 1.2: je tweede argument bij je eerste gevraagd besluit 2.1: je eerste argument bij je tweede gevraagd besluit, enzovoort 4. Maak het statement cursief, zodat het opvalt. 5. Houd het statement kort: maximaal één regel. 6. Licht het statement toe in de alinea. Inhoud - Laat argumenten aansluiten bij het voorstel. Gebruik in gedachten het woord want. - Beantwoord de vraag: waarom is dit voorstel een goed middel om het doel te bereiken? Een voorbeeld: Gevraagd besluit 1. Zes vuilnisbakken te plaatsen op de speelvelden in <...> 2. Hiervoor eenmalig 5.000,- beschikbaar te stellen Argumenten (WANT:) 1.1 Dit zorgt ervoor dat kinderen hier kunnen spelen 1.2 De vuilnisbakken zijn geurvrij en onderhoudsarm 2.1 Dit bedrag is reëel 2.2 Het past binnen de begroting Tip 7: zorg voor een logische onderbouwing van je argumenten Onderbouw ieder cursief argument direct onder die stelling. Daarbij geef je als het ware verder antwoord op vragen als hoezo dan? en waarom en waaruit blijkt dat? Zo wordt je redenering geloofwaardig en overtuigend. Ook voor niet-ingewijden. Vorm - Schrijf een korte onderbouwing: maximaal acht zinnen. - Geef één boodschap per zin. 10

Inhoud - Maak onderscheid tussen onderbouwing ( want, hoezo dan ) en bewijsvoering ( dit blijkt uit ). - Zorg voor een logisch verband tussen de zinnen. Gebruik verbindingswoorden: hiermee, zodat, daarom. Een voorbeeld: Gevraagd besluit 1. Zes vuilnisbakken te plaatsen op de speelvelden in <...> Argumenten (WANT) 1.1 Dit zorgt ervoor dat kinderen hier kunnen spelen Vuilnisbakken maken het mogelijk om het vuil in te gooien. Dit maakt het speelterrein schoner. Op dit moment ligt er namelijk veel zwerfafval tussen de speeltoestellen. Ouders hebben hierover een brief gestuurd naar de gemeente in februari. Daarnaast blijkt de afvaloverlast uit de wijkinspectie van de gemeente. Tip 8: wijs de lezer op de nadelen (kanttekeningen) Een kanttekening is een ongewenst neveneffect of een risico van dit voorstel. Het gaat dan om relevante en zwaarwegende zaken die nodig zijn voor een complete afweging van de beslisser. Die moet deze feiten wel weten en kan zo heel bewust toch ja zeggen tegen dit voorstel. Vorm Giet de kanttekeningen in dezelfde vorm als argumenten: - Schrijf je kanttekeningen cursief. - Formuleer de kanttekeningen kort (één regel). Inhoud - Geef nog geen onderbouwing in de kernkanttekening. - Geef één stelling per kanttekening. - Neutraliseer de kanttekening. 11

Een voorbeeld: Gevraagd besluit 1. De hondenbelasting in de gemeente Amstelveen af te schaffen Argumenten (WANT). Kanttekeningen (MAAR) Lagere kosten kan leiden tot meer honden in Amstelveen Op dit moment hikken de mensen nog aan tegen de hoge kosten van een hond. Zo raakte het asiel overvol na de verhoging van de hondenbelasting in 2005. De stijging van het aantal honden valt naar verwachting echter wel mee. De maximale stijging ligt rond de 25 procent. Dit blijkt uit onderzoek van de VNG (bijlage 2). Tip 9: geef aan wat de opbouw en dekking van het bedrag is (financiën) In de rubriek financiën geef je een toelichting op de financiële beslispunten. - Hoe is het bedrag opgebouwd? - Gaat het om incidentele of structurele kosten? - Hoe ziet de dekking er precies uit? Bedenk: financiële beslispunten horen onder gevraagd besluit en de argumenten daarvoor (met korte toelichting) horen onder argumenten. Deze rubriek is dan ook ter info en niet bepalend voor de beslissing. Uitgebreide overzichten en analyses zijn voor de bijlagen. Tip 10: geef aan hoe je over dit voorstel communiceert (communicatie) De raad beslist. Wat moet er ná het nemen van het besluit gecommuniceerd worden? In deze rubriek beantwoord je zonodig ook de volgende vragen: - Wie moeten intern worden geïnformeerd nadat het besluit is genomen? - Welke externe partijen moeten worden geïnformeerd? Op welke manier? (Denk dan aan persberichten, de gemeentepagina, de website en de openbare bekendmaking.) - Wanneer? Voeg zo mogelijk een concept van de communicatie-uiting bij dit voorstel. Dat document is de procedurele uitvoering of het communicatiegevolg van de beslissing die in dit voorstel wordt genomen. De raad neemt de beslissing in dit voorstel, maar kan wel de tone-of-voice van de brief naar de burger willen zien. Brieven worden ondertekend en verzonden door het college. 12

Tip 11: geef aan hoe de uitvoering eruit ziet (procedure) Wat gebeurt er ná de besluitvorming? Geef antwoord op de vragen: - Welke activiteiten vinden er plaats ná de besluitvorming? - Wie spelen er een rol bij de uitvoering? - Wat is het globale tijdspad? Let op: deze rubriek is vooral ter informatie aan de lezer. Beslissingen of gevoelige onderwerpen staan hier niet. Die horen onder gevraagd besluit. Dat er bijvoorbeeld draagvlak of weerstand is voor een onderwerp hoort thuis bij de argumenten, respectievelijk de kanttekeningen. Tip 12: benoem je bijlagen Benoem de bijlagen bij je voorstel. Voeg alleen bijlagen toe die relevant zijn voor je advies. 13

3 Formuleren Heldere voorstellen vragen om heldere taal. Lees hieronder de tips voor formuleren. Tip 1: voorkom statige en ouderwetse schrijftaalwoorden Vertaal ouderwetse en oubollige woorden in eigentijds Nederlands. In de bijlage vind je een lijst met veel gebruikte schrijftaalwoorden en hun nieuwe variant. Tip 2: gebruik geen jargon bij leken Wel of geen jargon gebruiken? Dat hangt af van je doelgroep. Zijn de lezers bekend met het onderwerp? Dan kun je best jargon gebruiken. Maar ook dan kan het geen kwaad om begrippen uit te leggen of te verduidelijken. Is het onderwerp nieuw voor de lezer? Gebruik dan geen jargon. Tip 3: kort niet af Niet iedereen kent de betekenis van een afkorting. Bovendien staat het lui en leest het niet lekker. Schrijf afkortingen dus zo veel mogelijk uit. Deze afkortingen schrijf je gewoon voluit: Voor deze afkortingen kun je beter een alternatief zoeken: wrsch. m.vr.gr. z.s.m. m.a.w. incl. t/m waarschijnlijk met vriendelijke groet zo snel mogelijk met andere woorden inclusief tot en met m.b.t. t.a.v. n.a.v. t.g.v. t.b.v. m.b.v. a.d.h.v. o.g.v. over over (weglaten) vanwege/door/... voor met met/volgens/ volgens/omdat/ 14

jl., as. en d.d. Jongstleden en aanstaande zijn woorden uit de oude handelscorrespondentie van de jaren 30. Van de vorige eeuw dus! En bovendien onnodig. Staat er een datum boven je brief of voorstel? Dan is het voor de lezer duidelijk dat een datum eerder in hetzelfde jaar jongstleden is. Ligt de datum in de toekomst? Dan is aanstaande overbodig. Ook d.d. is ouderwets en overbodig. In het besluit d.d. 10 maart 2009 kun je vervangen door In ons besluit van 10 maart 2009. Tip 4: schrijf korte, goed leesbare zinnen Lange zinnen lezen lastig! Houd je daarom aan de volgende richtlijnen: - Geef één boodschap per zin. - Gebruik geen aanloopzinnen: Omdat, Uitgaand van. - Zet eens een punt op de plek van een komma of bij en. - Varieer de lengte van je zinnen en zorg voor een gemiddelde lengte van 15 woorden. - Kies eens voor een opsomming. Tip 5: schrijf actief Vermijd zo veel mogelijk lijdende vormen (worden) en hulpwerkwoorden (zullen en kunnen). Die maken je tekst langdradig en onpersoonlijk. Met de lijdende vorm geef je vaak alleen aan dat iets gedaan wordt. Terwijl het wel zo handig is om aan te geven wie dat doet. Dus niet zo: Met de voetbalvereniging is de afgelopen jaren besproken dat er een soortgelijk clubgebouw zou worden gerealiseerd, waarbij het uitgangspunt sober en doelmatig was. Maar zo: We hebben de afgelopen jaren met de voetbalvereniging besproken dat we een soortgelijk gebouw neerzetten. Hierbij is het uitgangspunt sober en doelmatig. 15

Bijlage 1 Sjabloon voorstellen met invulinstructie Onderwerp Geef een korte omschrijving van het onderwerp. Gevraagd besluit 1. Inhoudelijke, procedurele en financiële beslispunten apart benoemen. 2. De beslispunten nummeren. Wat willen we bereiken? (effectindicator) Benoem de doelstelling liefst in meetbare eenheden (SMART). Maak daarbij gebruik van mogelijk eerdere geformuleerde doelstellingen uit al vastgesteld beleid. Wat gaan we daarvoor doen? (prestatie-indicator) Geef aan wat je gaat doen om het effect te behalen. Aanleiding Geef antwoord op de vraag: waarom dít voorstel op dít moment? Geen historische schetsen of argumenten. Tip: wat zou je vertellen aan je buurman of buurvrouw zodat hij of zij dit voorstel kan plaatsen? Argumenten 1.1 Dit is het hart van je voorstel Voorzie elk deelbesluit van argumenten. Koppel de argumenten ook met nummering aan de deelbesluiten (deelbesluit 1 heeft argument 1.1 en argument 1.2 enzovoort). Verbind de argumenten met je beslispunt door het woord want Onderbouw vervolgens elk cursief argument direct onder die stelling. Kanttekeningen Een kanttekening is een (mogelijk) negatief gevolg Het gaat om relevante en zwaarwegende zaken die nodig zijn voor een complete afweging van de beslisser. Schrijf de kanttekening cursief (nummering is niet nodig) in de vorm die volgt op We besluiten dit, maar Financiën Extra toelichting voor financiële aspecten. Let op: financiële beslispunten staan onder de beslispunten. Communicatie Wie moeten intern of extern worden geïnformeerd nadat het besluit is genomen? En op welke manier? 16

Procedure Wat is de volgende stap na de besluitvorming? Wie doet wat? Bijlagen Nummer en benoem je bijlagen. 17

Bijlage 2 Lijst eigentijdse woorden Ouderwetse woorden met hun moderne variant. ouderwets modern aangezien omdat aanwenden gebruiken alsdan dan alsmede en alvorens voor, voordat een bedrag van 100,- 100,- behoudens behalve berichten laten weten bescheiden stukken betreffende over, voor bewerkstelligen ervoor zorgen bij deze sturen wij graag sturen wij u / u ontvangt conform volgens c.q. en, of dankzeggen bedanken dan wel of derhalve daarom, dus dienaangaande hierover dienen wilt u / ik adviseer u / zo voorkomt u doch maar doen toekomen sturen een en ander deze, dit, die eerder bedoelde die, deze eerder genoemde die, deze eveneens ook gaarne graag geschieden gebeuren, plaatsvinden heden op <datum>, vandaag hiernavolgende volgende in deze hierover, hierin in dier voege zodanig ingevolge door ingeval bij in het ongerede raken zoekraken, stuk, kwijt in toenemende mate steeds meer, steeds vaker inzake over 18

jegens krachtens mededeling doen van mededelen medio oktober met referte aan met betrekking tot met het oog op meerdere middels naar behoren navolgende omtrent onderhavige ondergetekende op deze wijze op welke wijze retourneren respectievelijk het schrijven separaat te uwen name te allen tijde ten aanzien van ten behoeve van teneinde ten gevolge van ten tijde van ter hand stellen ter zake van tevens tezamen thans ultimo vernemen verzoeken vigerende vooralsnog voorgaande voornemens zijn voornoemd bedrag voorshands tegenover door laten weten meedelen half oktober noemen waaraan je refereert: op 25 mei stuurde u ons een brief. over, voor om meer, diverse door middel van, via correct volgende over dit, deze, die ik, mij zo hoe terugsturen vaak: of de brief apart, afzonderlijk op uw naam altijd voor, over voor om door op dat moment doorsturen, aanbieden voor, over ook samen nu uiterlijk horen vragen huidige / geldende voorlopig deze, die, dit van plan zijn of willen dit bedrag of het bedrag herhalen voorlopig 19

voorts voldoen vorenstaande welke wijze zoals gesteld in zorgdragen zulks verder betalen deze, die, dit wat, die manier zoals in ( ) staat, zoals u in ( ) kunt lezen zorgen deze, die, dit 20

Bijlage 3 Spelling In 2006 ging de Nederlandse Taalunie is akkoord met een nieuwe editie van de Woordenlijst Nieuwe Taal. Wat houdt dat in? Het grote verschil is dat de spellingregels duidelijker en eenduidiger worden uitgelegd. Er is slechts een aantal wijzigingen. Die lees je in dit hoofdstuk. En we herhalen nog een paar lastige zaken uit de spelling van 1995. Even opfrissen: de nieuwe regels van 2006 De volgende wijzigingen gingen in 2006 in: - De flora- en faunaregel voor de tussen-n is afgeschaft. - Het gebruik van hoofdletters is duidelijker. - Tekens en samenstellingen uit het Engels en Frans zijn gelijkvormig. - Er zijn nieuwe Vlaamse en Surinaamse woorden bijgekomen en oude woorden afgevallen. - De vorming van sommige verkleinwoorden is eenduidiger geworden. - De schrijfwijze van samenstellingen met letters, afkortingen en symbolen is duidelijker uitgelegd. - De leidraad van de Woordenlijst is herschreven. - Er is meer samenwerking tussen woordenboeken, spellinglijsten en dergelijke. Ze krijgen een keurmerk van de Taalunie. Paardenbloem De enige spellingregel die verandert is de bekende paardenbloem. De flora- en faunaregel wordt afgeschaft! Je mag dus een -n zetten in paardenbloem, paddenstoel, berenklauw, kattenstaart, leeuwenbek enzovoort. Maar er blijven uitzonderingen: Uitzondering 1 Het woord is in zijn geheel een bijvoeglijk naamwoord en het eerste deel van de samenstelling heeft een versterkende betekenis (stekeblind). Uitzondering 2 Het eerste deel van het woord is uniek in de context (Koninginnedag). Uitzondering 3 Er is sprake van een vermeende samenstelling. Het is geen echte samenstelling (flierefluiter). Uitzondering 4 Er is sprake van een versteende samenstelling. Een van beide delen is niet meer in de oorspronkelijke betekenis te herkennen (bruidegom). 21

Hoofdletters Het was zo dat afleidingen van aardrijkskundige namen een hoofdletter hebben. Dus bijvoorbeeld: Nederlandse en Zuid-Afrikaan. Dit gold niet voor alle geo-etnische namen. Vanaf 2006 wel. Het is dan dus ook: Eskimo, Kelt en Jood. Een lastig onderscheid blijft het gaat hier alleen om individuen of het Joodse volk. Gaat het om aanhangers van het geloof, dan blijft de kleine letter: jood, christen, moslim. Een veelgestelde vraag: geldt de hoofdletter voor aardrijkskundige namen ook bij namen met twee aparte delen? Daar is de Woordenlijst duidelijker in geworden. Een aardrijkskundige naam met twee delen houdt twee hoofdletters. Dus: New Yorker en Puerta Ricaanse. Engelse samenstellingen Engelsen schrijven samenstellende delen meestal los van elkaar. Denk aan web site. Dat zorgt voor verwarring. Wat doen wij? In de nieuwe Woordenlijst is dit duidelijker. Er wordt onderscheid gemaakt tussen samenstellingen en woordgroepen. Bij samenstellingen schrijven we de woorden aan elkaar (accountmanager, website, online, pullover). Woordgroepen schrijven we los van elkaar (full colour, world wide web, electronic data processing). En wanneer gebruiken we een liggend streepje? - bij klinkerbotsing - als een van de delen een initiaalwoord, los teken of symbool is (e-mail) - bij een koppeling van gelijkwaardige delen (singer-songwriter) - als het eerste deel no of non is (non-profit) - als het laatste deel een voorzet of bijwoord is (lay-out) Nieuwe woorden! Een aantal woorden is verdwenen. Welke? Aalgeer, aanvijl, behoef, diergelijk, gepas, haspelwerk Gelukkig hebben we er woorden voor teruggekregen. Denk aan Surinaamse woorden als handknie (elleboog) en okseltruitje (mouwloos T-shirt). Of aan het Vlaamse achterpoortje en onthaalouder. Maar ook nieuwe Nederlandse exemplaren: e-mailen, i-bankieren, sms en, tsunami, poldercultuur, gft-afval en antrax. Verkleinwoorden Verkleinwoorden die eindigen op -u leverden altijd problemen op. Er is nu gekozen voor: haiku tje of tiramisu tje. In de nieuwe Woordenlijst staan meer heldere criteria voor verkleinwoorden. 22

Even opfrissen: dit veranderde in 2005 1. Er is geen dubbelspelling meer. Dit heeft vooral consequenties voor de keuze tussen c of k. Dit is de juiste spellingwijze: actie effect activiteit lokaal accorderen kopie akkoord krediet akte product credit productiviteit document publicatie 2. De regel voor de tussen-n in samenstellingen waarin je een /uh/-klank hoort: schrijf een tussen-n in samenstellingen als het eerste deel een zelfstandig naamwoord is dat in het meervoud uitsluitend eindigt op -en. Dus: krantenartikel pannenkoek hondenhok bessensap eikenboom notendop Maar: horlogemaker (meervoud: horloges) groentezaak (meervoud groentes bestaat ook) rijstebrij (rijst heeft geen meervoud) rodekool (rood hier bijvoeglijk naamwoord) spinnewiel, huilebalk (eerste deel komt van het werkwoord) 3. Bij de regel voor de tussen-s geldt de uitspraak als criterium. Spreek je een s uit, dan schrijf je hem ook (vrije keuze). Dus: verzekeringmaatschappij of verzekeringsmaatschappij tijdverschil of tijdsverschil Let wel op een eventueel verschil in betekenis: waternood of watersnood 4. In een samenstelling met botsende klinkers schrijf je een streepje in plaats van een trema. Dus: toe-eigenen zo-even meta-informatie Let op: binnen een woord (dus geen samenstelling) scheid je botsende klinkers met een trema: Dus: beëindigen, cliënt 23

5. Afleidingen van samengestelde aardrijkskundige namen krijgen een streepje. Dus: Zuid-Afrikaans Noord-Hollander West-Vlaams Zuidoost-Noord-Brabander 6. a) Franse accenten alleen nog op de e en i (geen dakje meer op a, o en u) Dus: debacle, ragout, gêne, enquête b) Vrouwelijke personen verliezen hun accent Dus: logee, prostituee, introducee 7. Engelse werkwoorden vervoeg je op z n Nederlands: luister naar de klank die in het hele werkwoord voor de -en staat. Zit die klank in t kofschip? Dus: is het een van de medeklinkers t, k, f, s, ch (lachen, juichen), p? Zo ja, dan krijgt het werkwoord een t in de verleden en voltooide tijd. Dus: gecoacht, gecheckt, geracet 8. Hoofdletters bij alle feestdagen, vorstelijke personen en staatshoofden en kabinetsleden in functie. Dus: Hare Majesteit de Koningin sprak op Goede Vrijdag met de Staatssecretaris 9. Afkortingen van titels krijgen een punt. Dus: drs., mr., dr., ing. Enkele valkuilen Meervoud: losse of vaste s Normaal eindigen meervoudsvormen op -en of -s. Soms, echter, gebruik je een apostrof ( s). Dat doe je als het woord eindigt op een klinker en anders verkeerd uitgesproken wordt. Dus: auto s (niet autos) en paraplu s (niet paraplus). Hier verandert de uitspraak niet: cadeaus en cafés! Meervoud: -ieën of -iën? Ligt de klemtoon op de laatste lettergreep? Dan schrijf je een extra e : industrieën en kopieën. Ligt de klemtoon niet op de laatste lettergreep? Dan zet je het trema op de e die er al staat: bacteriën en poriën. 24

Beide of beiden? Bij sommige woorden twijfel je wel eens over wel of geen n op het eind. Verdachte(n), enkele(n), degene(n). De regel is als volgt: als het woord alleen staat en op mensen slaat, krijg je een n. Dus: De meeste kinderen vonden de film prachtig, maar enkele niet. De meeste kinderen vonden de film prachtig. Enkelen niet. Hun of hen? Hun: - bezittelijk voornaamwoord (hun huis) - geen voorzetsel, wel mogelijk (ik geef hun de kaartjes) Hen: - na voorzetsel (ik geef het aan hen) - geen voorzetsel, ook niet mogelijk (ik heb hen gezien) Dat of wat? Dat verwijst terug naar een zelfstandig naamwoord. Dus: het bedrijf, dat En: het kind, dat Wat verwijst terug naar een zinsdeel of iets onbepaalds. Dus: Het regent vandaag, wat ik jammer vind. En: Dat is alles wat je krijgt. Wat verwijst ook terug naar een overtreffende trap. Dus: het laatste, wat hij zegt. Even opfrissen: werkwoordsspelling In sommige gevallen kun je twijfelen over één of twee t s of d s. En ook de beruchte dt geeft nog wel eens problemen. Hier zijn enkele tips: D s en t s: tegenwoordige tijd Regel: stam + t ik loop, jij loopt, hij/zij/u loopt ik vind, jij vindt, hij/zij/u vindt Let op: Loop je? Loopt je vader? Ezelsbruggetje: vul lopen in en je hoort of er nog een -t achter komt. D s en t s: verleden tijd Regel: stam + de stam + te ik verfde, jij verfde, hij/zij/u verfde ik werkte, jij werkte, hij/zij/u werkte Ezelsbruggetje 1: gebruik het KoFSCHiPTaXieTJe. Kijk naar de derde letter van achter bij het hele werkwoord. Is de letter een k-f-s-c-h-p-t-x-j? Dan spel je stam + te. Ezelsbruggetje 2: luister naar de klank. Je hoort of er een -te of -de komt. 25

D s en t s: voltooid deelwoord Regel: (ge+) stam + d (ge+) stam + t ik heb geverfd, jij hebt geverfd, hij/zij/u heeft geverfd. Ezelsbruggetje 1: gebruik het KoFSCHiPTaXieTJe. Kijk naar de derde letter van achter bij het hele werkwoord. Is de letter een k-f-s-c-h-p-t-x-j? Dan eindigt het op een t. Ezelsbruggetje 2: verleng het werkwoord. Je hoort of er een -t of -d komt. Engelse werkwoorden Deze vervoeg je op dezelfde wijze als Nederlandse werkwoorden. Je kijkt alleen niet naar de laatste letter, maar je luistert of de laatste klank in het KoFSCHiPTaXieTJe zit. Zo ja? Dan krijgt het woord een -t in de verleden en voltooide tijd. Let ook op de magic e! Dus: sms en: e-mailen: deleten: faxen: ik sms, ik e-mail ik delete ik fax hij sms t hij e-mailt hij deletet hij faxt hij sms te hij e-mailde hij deletete hij faxte heeft ge-sms t heeft ge-e-maild heeft gedeletet heeft gefaxt Voltooid deelwoord: bijvoeglijk gebruikt Altijd de kortste vorm. Dus: De verbrande rolluiken (en niet verbrandde rolluiken) Het gestrande schip (en niet gestrandde schip) 26

Colofon Heb je vragen? Bel of mail gerust met de griffie. Ons telefoonnummer is 020-540 4123 of 4203. Ons e-mailadres is raadsgriffie@amstelveen.nl Samenstelling: Van t Loo Van Eck 27