ADVIES. 20 januari Betreffende de erkenningsaanvraag van het natuurreservaat Keygnaert te Zandvoorde en Oudenburg

Vergelijkbare documenten
BRIEFADVIES. van 19 januari 2012

Erkenning natuurreservaat Rothoek-Kwarekken Erkenning van het privaat natuurreservaat E-211 Rothoek-Kwarekken te Westerlo (Antwerpen) 21 juni 2012

BRIEFADVIES. van 19 januari over de erkenningsaanvraag van het natuurreservaat Duivenbos te Herzele (Oost-Vlaanderen)

ADVIES. 29 april Betreffende de erkenningsaanvraag met betrekking tot het reservaat Bospolder, Ekers Moeras en Muisbroekbos te Antwerpen

ADVIES. Betreffende de erkenningsaanvraag van het natuurreservaat De Vennen te Balen

Briefadvies. Malde. Datum

ADVIES. 29 april Betreffende de erkenningsaanvraag met betrekking tot het reservaat Broekelei te Keerbergen

ADVIES. 29 april Betreffende de erkenningsaanvraag met betrekking tot het reservaat Zwart Goor te Merksplas

Vierde uitbreiding erkend natuurreservaat Zeverenbeek

BRIEFADVIES. 19 april 2012

ADVIES. 17 december Betreffende de erkenningsaanvraag met betrekking tot het reservaat Bels Broek en Heide te Geel en Meerhout

1000 Brussel. Erkenning van het natuurreservaat E-417 Fort van Walem te Mechelen en Sint-Katelijne-Waver (Antwerpen)

Briefadvies. Netevallei. Datum

Briefadvies. Landschap. Liereman. Datum

BRIEFADVIES. van 22 maart over de erkenningsaanvraag van het natuurreservaat Kleine Netevallei te Lier, Nijlen, Ranst en Zandhoven (Antwerpen)

Ministerieel besluit houdende de uitbreiding van het erkend natuurreservaat Heidebos (nr. E-147)

BRIEFADVIES. van 22 maart over de erkenningsaanvraag van het natuurreservaat E-132 Visbeekvallei te Lille, Beerse en Vorselaar (Antwerpen)

VR DOC.0722/3

Historisch permanente graslanden (HPG) in de landbouwstreek de Polders

17. Het Duinendecreet: onze kustduinen beschermd...113

Het natuurbeheerplan. Beheerteamdag,

Export WebsiteBulletin :17

Europees beschermde natuur

Art. 14. Art. 15. Art. 16.

BL-AVES/ENR/E182uit04/ Vallei van de Herk, Haspengouw te Borgloon, Heers en Sint- Truiden (provincie Limburg)

NATURA 2000 in Vlaanderen. Filiep CARDOEN Afdelingsverantwoordelijke NATUUR

Kaartenreeks 5: Beleid open ruimte

De wirwar van planologische natuurbeschermingsmaatregelen.

NATUURBELEID EN RUIMTELIJKE ORDENING

Inhoud. 1. Juridische situering van dit advies Algemene beschrijving Concrete beoordeling van het dossier... 6

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20;

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

BOS IN SINT-TRUIDEN Nota

uitvoeringsbesluiten onroerend erfgoed

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

Voorstel van resolutie. betreffende het behoud van de poldergraslanden en de andere historische permanente graslanden

versie 01/2019 Handleiding Omgevingsloket Vegetatiewijzigingen omgevingvlaanderen.be natuurenbos.be

Aanvraag van een vergunning voor het wijzigen van vegetatie of van kleine landschapselementen

ADVIES. 5 juli Briefadvies betreffende de aanvraag tot definitieve erkenning van het Regionaal Landschap IJzer en Polder

Reglement provincie Vlaams-Brabant

Infosessie historisch permanent grasland en ecologisch kwetsbaar blijvend grasland - Toelichting

~.. <l_j' ",. I VLAAMSE REGERING MINISTERIEEL BESLUIT HOUDENDE DEFINITIEVE BESCHERMING ALS LANDSCHAP

Drie dossiers instandhoudingsdoelstellingen van Vogelrichtlijngebieden

WAALSE OVERHEIDSDIENST

NIEUW DECREET NATUURBEHOUD: einde of versterking reservaten en aankopen?

VLAAMSE OVERHEID. Leefmilieu, Natuur en Energie. Erkende natuurreservaten

Decreet tot wijziging van de regelgeving inzake natuur en bos

Belgisch Staatsblad dd

Ontwerp van decreet. tot wijziging van de regelgeving inzake natuur en bos Tekst aangenomen door de plenaire vergadering

DE VLAAMSE MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR,

VR DOC.1571/2

9 MEI Decreet tot wijziging van de regelgeving inzake natuur en bos

DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

Aandeel Natura 2000-habitat in Vogel- en Habitatrichtlijngebieden beheerd in functie van het behalen van de instandhoudingsdoelen

NATUURHERSTEL MOST-KEIHEUVEL

Natuurstreefbeelden inleiding

NATUURHERSTEL MOST-KEIHEUVEL

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

Adviesvraag achtste uitbreiding van erkend natuurreservaat E-024 Landschap De Liereman te Arendonk en Oud- Turnhout

Stand van zaken Onderzoek naar de Haalbaarheid natuurinrichting. 13 juni

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

Door antwoord te geven op enkele veelgestelde vragen geven we u in deze presentatie wat meer informatie over bepaalde termen zoals onder andere PAS,

Green Deal Bedrijven en Biodiversiteit (B&B) & tijdelijke natuur. 10 december 2018, Kortrijk

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

%,3û --, ÊtUÜ' lt UB- 2t12 5U6

Advies betreffende de opheffing van het bouwverbod op twee percelen gelegen binnen beschermd duingebied te Bredene

NATUURVERGUNNINGSAANVRAAG

Overzicht. Toelichting bij het voorontwerp-natuurwetboek. Algemeen opzet. Algemeen opzet. Beginselen van natuur- en landschapsbeleid

Actualisatie van de Biologische Waarderingskaart en Natura 2000 Habitatkaart van enkele percelen in Lommel

Bundel 1 van veldoefeningen en cases

.J' Vlaamse Regering DE ADMINISTRATEUR-GENERAAL VAN HET AGENTSCHAP VOOR NATUUR EN BOS,

VR DOC.0481/1BIS

Het natuurbeheerplan. Martine Waterinckx De Europese natuurdoelen in vraag en antwoord 09 september 2014

Habitatrichtlijn. Wat wil ze bereiken?

Milieutrefdag 4 juni Natuur en Bos in mijn gemeente

Analyse van een aantal eenheden van de Biologische waarderingskaart

ADVIES. Betreffende de voorlopige erkenning van het Regionaal Landschap Zuid-Hageland

Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring en instelling van het landinrichtingsproject Moervaartvallei

afbakening zeehavengebied Antwerpen

2B Connect: meer biodiversiteit op bedrijventerreinen Groensafari 19 juni 2018 Lommel

Regionaal Overleg Milieu. 6 maart 2018

Aanwezigheid van habitattype 7140 overgangs- en trilveen in de Vallei van de Bosbeek

Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe

Achtergronddocument nieuw natuurdecreet en de voorstellen van uitvoeringsbesluiten (april 2015)

Informatie aan de Europese Commissie inzake plan/project in Natura 2000 vogelrichtlijngebieden (SBZ-V) en habitatrichtlijngebieden (SBZ-H)

NATUURPUNT MALDEGEM-KNESSELARE nominatie Groene Pluim 2014

Advies. IHD Beneden-Schelde. Brussel, 16 mei Bron cover: SALV

natuurbeheer Jens Verwaerde Natuurpunt CVN

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

1. ecologische functie

Veurne - Westkust. 1. Toeristisch recreatiepark (KB 6/12/76)

Briefadvies. Landschap. 24 mei Datum

Afbakening kleinstedelijk gebied Lokeren PROVINCIAAL RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN DEELRUP E17-1 GRAFISCH PLAN - KAARTENBUNDEL JUNI 2012 NOVEMBER 2015

Leidraad bij de opmaak van een toegankelijkheidsregeling (TR) voor een bos en/of natuurreservaat op basis van een sjabloon toegankelijkheidsregeling

Gelet op het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting, artikel 3.1.1;

NATUURBELEID EN RUIMTELIJKE ORDENING 1

Aanvulling bij het advies betreffende de indicatieve situering van historisch permanente graslanden in de landbouwstreek Polders

Transcriptie:

ADVIES 20 januari 2011 Betreffende de erkenningsaanvraag van het natuurreservaat Keygnaert te Zandvoorde en Oudenburg 2011 02

Inhoud Inleiding... 4 Adviestekst... 5 1. Juridische situering van dit advies... 5 2. Algemene beschrijving... 7 3. Concrete beoordeling van het dossier... 8 3.1. Visiegebied, actuele natuurwaarden en natuurstreefbeeld... 8 3.2. Oppervlakte van percelen en uitbreidingsmogelijkheden... 9 3.3. De beschermende statuten van het terrein... 9 3.4. Het actuele en toekomstige beheer... 10 3.5. De afwijkingen van de verbodsbepalingen... 11 3.6. De toegankelijkheidsregeling... 11 4. Algemene punten en conclusie... 12

Krachtlijnen Het reservaatproject Keygnaert, ingediend door Natuurpunt Beheer vzw, is gelegen in de (deel)gemeenten Zandvoorde (Oostende) en Oudenburg. Het aanvraagdossier betreft een eerste erkenning. De Minaraad beoordeelt de eerste erkenning van het reservaatproject als belangrijk en gerechtvaardigd door de aanwezigheid van Europees beschermde habitats, biologisch waardevolle vegetaties en de goede kansen op verdere natuurontwikkeling. De streefbeelden die met dit project beoogd worden, lijken realistisch en in overeenstemming te zijn met de gebiedsvisie. Volgens het Agentschap voor Natuur en Bos zijn de streefbeelden reeds grotendeels gerealiseerd. Een deel van het visiegebied omvat Landschappelijke waardevol agrarisch gebied. De Minaraad erkent dat de opname van deze percelen in het visiegebied raadzaam is voor het behoud van de bestaande en toekomstige natuurwaarden. De Minaraad vraagt evenwel om bij toekomstige aankopen en beheer in het gebied voldoende gedragen afspraken te maken met de lokale landbouwers om de goede verstandhouding niet in het gedrang te brengen. Twee perceelsdelen situeren zich in een zone met een Landschappelijk waardevolle agrarische bestemming buiten Habitatrichtlijngebied, waardoor artikel 36, 2 van het Natuurdecreet van toepassing wordt. Volgens de Minaraad levert het erkenningsdossier voldoende argumenten aan die er op wijzen dat aan de voorwaarden van dit artikel voldaan wordt. Het voorkomen van een VEN-gebied, een Habitatrichtlijngebied en een natuurinrichtingsproject in het gebied impliceert het belang en de potenties van de aanwezige natuurwaarden. De Minaraad acht het dan ook raadzaam om het reservaatproject te erkennen. Bij verdere initiatieven in het gebied dient er voldoende rekening gehouden te worden met de lokale erfgoed- en landschapswaarden. De Minaraad is van oordeel dat het erkenningsdossier voldoende aantoont dat het beheer zich richt op het behoud en de versterking van de aanwezige Europees en Vlaams beschermde habitats. De voorgestelde beheermaatregelen, zowel op het niveau van het visiegebied als op het niveau van de voorgelegde percelen, zijn ook adequaat aan de feitelijke toestand van het terrein en de gestelde doelen. De Boerenbond en Landelijk Vlaanderen onthouden zich bij het voorliggende advies. Minaraad advies 11 02 van 20 januari 2011, erkenning reservaat Keygnaert p. 3.

Inleiding De adviesvraag betreffende de erkenning van het reservaat Keygnaert te Zandvoorde en Oudenburg (Oostende) gebeurt in uitvoering van het besluit van de Vlaamse regering van 27 juni 2003, dat bepaalt dat er, bij de erkenning van een privaat natuurreservaat, advies dient gevraagd te worden aan de Minaraad indien het aanvraagdossier ofwel een eerste erkenning is van het gebied (artikel 10, 4), ofwel wijzigingen in de erkenning bevat van de beheersvisie, de toegankelijkheidsregeling of het visiegebied (artikel 11, 2). Deze adviesvraag werd ontvangen op 18 november 2010. Het advies dient binnen een termijn van 60 kalenderdagen na ontvangst van het dossier te worden overgemaakt aan het Agentschap voor Natuur en Bos (artikel 10, 4, tweede lid). De toegezonden bundel bevat, naast de adviesvraagbrief, het door de indiener opgemaakte erkenningsdossier zelf (43 blz.), een overzicht van de ter erkenning voorgelegde percelen, een set van 17 door de indiener opgemaakte kaarten en het advies van het Agentschap voor Natuur en Bos. Over deze erkenningsaanvraag werd er vergaderd in de Werkcommissie Open Ruimte op 12 januari 2011, op basis van een eerste voorontwerpadvies. Er viel bij het geheel van dit advies een onthouding te noteren vanwege Boerenbond en Landelijk Vlaanderen. Marc Van den Bosch, voorzitter Minaraad Minaraad advies 11 02 van 20 januari 2011, erkenning reservaat Keygnaert p. 4.

Adviestekst 1. Juridische situering van dit advies [1] Rechtsgrondslag in het decreet. Een erkend reservaat is, aldus artikel 33, tweede lid van het Decreet van 21 oktober 1997 op het Natuurbehoud en het Natuurlijk Milieu (hierna: Natuurdecreet ) een beschermd gebied, [ ], dat, na advies van de MiNa-Raad door de Vlaamse regering wordt erkend op verzoek van de eigenaar en/of diegene die het gebruiksrecht heeft, mits beider toestemming, of van de beheerder, mits de eigenaar ermee instemt. De erkenning van reservaten zelf vindt zijn rechtsgrondslag in artikel 36 van het Natuurdecreet. De Vlaamse regering dient de erkenningsvoorwaarden vast te stellen ( 1) en kan bovendien, binnen de begrotingsperken, een subsidieregeling vastleggen voor die erkende reservaten ( 6). De Vlaamse regering dient de procedure te bepalen om te komen tot concrete erkenningen en subsidieverstrekking ( 7). De erkenning geldt voor een periode van 27 jaar ( 5). Wat niet zonder meer kan, aldus artikel 36, 2 van het Natuurdecreet, is de erkenning van reservaten in de bestemmingen agrarische gebieden en de landschappelijk waardevolle agrarische gebieden gelegen buiten speciale beschermingszones (enz.). Natuurreservaten kunnen er maar erkend worden als ze hetzij (1) gronden betreffen die (a) een actuele hoge natuurwaarde hebben, die (b) weinig geschikt zijn voor normaal landbouwgebruik in de betrokken landbouwstreek en waarvan (c) de erkenning de agrarische structuur niet aantast, of als ze (2) gronden betreffen (a) met een hoge actuele of potentiële natuurwaarde en (b) lage landbouwwaarde die (c) in het kader van een goedgekeurd ruilverkavelingsplan of een goedgekeurd richtplan van een landinrichtingsproject hiertoe zijn aangewezen en (d) waarvan de erkenning de agrarische structuur niet aantast. Indien het natuurreservaat geheel of gedeeltelijk binnen een speciale beschermingszone gelegen is, stelt artikel 34, 1, tweede lid van het Natuurdecreet stelt dat in het beheersplan de maatregelen bedoeld in artikel 36ter, 1en 2 opgenomen moeten worden. Deze maatregelen betreffen enerzijds instandhoudingsmaatregelen die moeten beantwoorden aan de ecologische vereisten van de habitats en soorten vermeld in de bijlagen van het Natuurdecreet ( 1), en anderzijds maatregelen om (a) elke verslechtering van de natuurkwaliteit en het natuurlijk milieu van de habitats en (b) elke betekenisvolle verstoring van de soorten te vermijden ( 2). [2] Bereik van de beslissing inzake erkenning van reservaten. De erkenning en subsidiëring van natuurreservaten heeft vorm gekregen in het besluit van de Vlaamse Regering van 27 juni 2003 tot vaststelling van de voorwaarden voor de erkenning van natuurreservaten en van terreinbeherende natuurverenigingen en houdende toekenning van subsidies (hierna: Reservatenbesluit ). De erkenningsbeslissing moet, aldus artikel 10, 5, van het Reservatenbesluit, rekening houden met volgende aspecten: 1 de hoge actuele of potentiële natuurwaarde van het betreffende terrein; 2 de beschermende statuten van het terrein, in het bijzonder de bescherming of de ligging binnen de gebieden afgebakend volgens of in uitvoering van internationale overeenkomsten of verdragen betreffende het natuurbehoud of van Minaraad advies 11 02 van 20 januari 2011, erkenning reservaat Keygnaert p. 5.

akten betreffende het natuurbehoud met inbegrip van de Europese richtlijnen, vastgesteld op grond van internationale verdragen en de mate waarin het beheerplan rekening houdt met en invulling geeft aan deze beschermende statuten; 3 de vooruitzichten voor het verbeteren en het voortbestaan van de ecologische waarden van het betreffende terrein; 4 de oppervlakte van het betreffende terrein en de uitbreidingsmogelijkheden binnen het visiegebied zoals beschreven voor de erkenning als natuurreservaat; 5 het actuele en toekomstige beheer van het betreffende terrein en de kadering van dit beheer binnen een totale visie voor het volledige visiegebied; 6 het actuele natuurtype en de natuurstreefbeelden; 7 de criteria bepaald in artikel 36, 2, van het decreet en die welke met toepassing van artikel 36, 3, van het decreet worden vastgesteld; 8 de afstemming op de visie ontwikkeld in het kader van een ingesteld natuurinrichtingsproject; 9 de afstemming op goedgekeurde natuurrichtplannen.. De erkenningsbeslissing zelf heeft, aldus artikel 10, 6 van het Reservatenbesluit, onder meer betrekking op de goedkeuring van het beheerplan, met inbegrip van: (1 ) de uitbreidingszone, (2 ) de ontheffingen van de verboden bedoeld in artikel 35 van het decreet; (3 ) de afwijkingen van de verbodsbepalingen, de vergunningsplicht en de meldingsplicht bedoeld in artikelen 7 tot en met 19 van het besluit van de Vlaamse regering van 23 juli 1998 tot vaststelling van nadere regels ter uitvoering van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu. [3] Het visiegebied. De rechtsgrondslag van het zgn. visiegebied wordt gevonden in het Reservatenbesluit. Artikel 1, 6 van dat besluit definieert het visiegebied als een logisch en samenhangend geheel waarvoor een globaal streefbeeld wordt uitgewerkt waarbinnen het beheer van ter erkenning voorgedragen percelen wordt gekaderd. Bedoeld wordt dat de indiener van de erkenningsaanvraag een gebied moet aanduiden waarbinnen de te erkennen reservaatpercelen zich situeren en waarmee ze ecologisch samenhangen, op basis van feitelijke karakteristieken. De beslissing tot erkenning van een reservaat moet dan ook, aldus artikel 10, 5, 4, onder meer rekening houden met de oppervlakte van het betreffende terrein en de uitbreidingsmogelijkheden binnen het visiegebied zoals beschreven voor de erkenning als natuurreservaat. Dit betekent dat een visiegebied waarbinnen er geen realistische uitbreidingsmogelijkheden zijn, kan leiden tot een niet-erkenning van het reservaat of, bij erkenning, tot wijziging van het visiegebied. Ook bij uitbreidingsaanvragen van een reservaat beslist de minister, aldus artikel 11, 3, onder meer op grond van het vastgestelde beheersplan en het visiegebied van het erkende reservaat. [4] De toegankelijkheid. Het besluit van de Vlaamse Regering van 5 december 2008 betreffende de toegankelijkheid van de bossen en de natuurreservaten (hierna: Toegankelijkheidsbesluit ) bepaalt, in artikel 11, 2, dat de toegankelijkheidsregeling voor een erkend natuurreservaat verloopt volgens de procedure van de artikelen 10, 11, 12 en bijlage 3 van het Reservatenbesluit. Bij de indiening van het ontwerp toegankelijkheidsregeling moet, aldus artikel 11, 4, er ook een planning betreffende het gebruik en het plaatsen van wegwijzers, infopanelen en borden, als vermeld in artikel 7 van hetzelfde besluit, worden Minaraad advies 11 02 van 20 januari 2011, erkenning reservaat Keygnaert p. 6.

toegevoegd. Die planning wordt samen met de toegankelijkheidsregeling goedgekeurd. [5] Criteria voor de Minaraad. Het Agentschap voor Natuur en Bos dient, aldus artikel 10, 4, van het Reservatenbesluit, zodra een concrete erkenningsaanvraag volledig is verklaard, een exemplaar ervan, vergezeld van zijn eigen ontwerpadvies, door te sturen naar onder meer de Minaraad, voor advies. Aangezien de Minaraad de enige van de aangeduide adviesverlenende instanties is waarbij er geen specificatie vermeld staat van de adviesopdracht, kan de Minaraad in principe advies uitbrengen over al de in par. 2 vermelde afwegings- en beslissingsaspecten van een concreet dossier, evenals over de regeling van de toegankelijkheid. Op basis van het voorgaande zal de Minaraad, in het hierna volgende advies, ingaan op volgende zaken: Het actuele natuurtype en de actuele of potentiële natuurwaarde van de betreffende terreinen en het visiegebied, evenals de natuurstreefbeelden (artikel 10, 5, 1 en 6 van het Reservatenbesluit); De oppervlakte van de voorgestelde terreinen en de uitbreidingsmogelijkheden binnen het voorgestelde visiegebied, inclusief, indien van toepassing, de criteria bepaald in artikel 36, 2 van het decreet; De beschermende statuten van het terrein (artikel 10, 5, 2 van het Reservatenbesluit); Het actuele en toekomstige beheer van het betreffende terrein, gekaderd binnen de visie voor het volledige visiegebied, evenals de vooruitzichten voor het verbeteren en het voortbestaan van de ecologische waarden van het betreffende terrein (artikel 10, 5, 3 en 5 ); De afwijkingen van de verbodsbepalingen, de vergunningsplicht en de meldingsplicht bedoeld in artikelen 7 tot en met 19 van het besluit van de Vlaamse regering van 23 juli 1998 tot vaststelling van nadere regels ter uitvoering van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu (artikel 10, 6, 3 van het Reservatenbesluit); De toegankelijkheidsregeling (besluit van de Vlaamse Regering van 5 december 2008 betreffende de toegankelijkheid van de bossen en de natuurreservaten bepaalt). 2. Algemene beschrijving [6] Algemene beschrijving. Het reservaatproject Keygnaert, ingediend door Natuurpunt Beheer vzw, is gelegen in de (deel)gemeenten Zandvoorde (Oostende) en Oudenburg. Er wordt ongeveer 19 ha ter erkenning voorgelegd. Het aanvraagdossier betreft een eerste erkenning. Dit vormt de aanleiding voor de huidige adviesvraag. Het visiegebied heeft een bestemming als Natuurgebied en Landschappelijk waardevol agrarisch gebied. Het gebied bestaat uit een mozaïekpatroon van graslanden en moerassen met open water en riet. De belangrijkste vegetaties zijn zilverschoongraslanden, veldgerst-kamgrasgraslanden, intensieve cultuurgraslanden, akkers en water- en oevervegetaties. Minaraad advies 11 02 van 20 januari 2011, erkenning reservaat Keygnaert p. 7.

3. Concrete beoordeling van het dossier 3.1. Visiegebied, actuele natuurwaarden en natuurstreefbeeld [7] Beschrijving visiegebied. Het visiegebied bestaat uit een aaneengesloten poldercomplex van reliëfrijke, laaggelegen poldergraslanden, gelegen langs de oude kreken Grote en Kleine Keignaart. Doorheen deze polder lopen tientallen sloten met goed ontwikkelde rietkragen en met een grote biologische waarde. Het erkenningsdossier stelt dat het natuurreservaat een logisch geheel vormt in functie van de ontwikkeling van een voldoende groot weidevogelreservaat 1. Naast Natuurgebied is er binnen het visiegebied ook een deel Landschappelijk waardevol agrarisch gebied opgenomen. Dit betreffen volgens het erkenningsdossier voornamelijk graslanden met een hoge natuurwaarde (cf. BWK). Deze graslanden zouden van belang zijn om een duurzaam reservaat op te bouwen, omwille van de vereiste minimumoppervlakte voor een succesvolle weidevogelpopulatie en omwille van de beperking van randeffecten op de aanwezige habitats 2. [8] Beschrijving actuele natuurwaarden. Het visiegebied is van oudsher een open landschap met waardevolle graslandvegetaties, voornamelijk te typeren als zilverschoongraslanden en veldgerst-kamgraslanden. In het gebied liggen er evenwel ook een aantal intensief gebruikte cultuurgraslanden (voornamelijk beemdgras-raaigrasweiden) en maïsakkers. De bemestingsdruk is er groot en de vegetatie soortenarm 3. Langs de sloten en kreken komen waardevolle oevervegetaties voor. Binnen het gebied zijn ook een aantal poelen aanwezig met zeldzame waterplanten. De meeste van de ter erkenning aangevraagde percelen betreffen typische poldergraslanden met kamgras en veldgerst, en een opvallend microreliëf met zilte vegetaties in de depressies. In de sloten en op de oevers komen rietvegetaties voor. Op de biologische waarderingskaart (BWK) variëren de ter erkenning aangevraagde percelen van biologisch zeer waardevol (6 perceelsdelen, voornamelijk grenzend aan de kreken) tot biologisch minder waardevol (9). De meeste percelen zijn volgens het advies van het Agentschap voor Natuur en Bos reeds actueel biologisch waardevol door de aanwezigheid van al dan niet soortenrijke reliëfrijke graslanden. De reliëfrijke, vochtige tot natte graslanden vormen een belangrijke habitat voor weidevogels. [9] Beschrijving natuurstreefbeeld. In het gebied wordt algemeen gestreefd naar het behoud en het herstel van het natuurlijke polderlandschap en de eraan gekoppelde fauna en flora. De natuurstreefbeelden op perceelsniveau omvatten voornamelijk kwaliteitsvolle, reliëfrijke graslanden met lokaal zilte elementen. 1 Ingediend erkenningsdossier, p. 4 2 Ingediend erkenningsdossier, p. 4-5 3 Ingediend erkenningsdossier, p. 20 Minaraad advies 11 02 van 20 januari 2011, erkenning reservaat Keygnaert p. 8.

[10] Beoordeling en aanbevelingen. De Minaraad beoordeelt de eerste erkenning van het reservaatproject als belangrijk en gerechtvaardigd door de aanwezigheid van Europees beschermde habitats, biologisch waardevolle vegetaties en de goede kansen op verdere natuurontwikkeling. De streefbeelden die met dit project beoogd worden, lijken voor de Minaraad realistisch en in overeenstemming te zijn met de gebiedsvisie. Volgens het Agentschap voor Natuur en Bos zijn de streefbeelden reeds grotendeels gerealiseerd. Enkel de recent ingezaaide akkers zijn nog weinig soortenrijk en moeten nog verder verschralen. Enkele inrichtingswerken moeten nog uitgevoerd worden in het kader van een lopend natuurinrichtingsproject 4. Een deel van het visiegebied omvat Landschappelijke waardevol agrarisch gebied. De Minaraad erkent dat de opname van deze percelen in het visiegebied raadzaam is voor het behoud van de bestaande en toekomstige natuurwaarden. De Minaraad vraagt evenwel om bij toekomstige aankopen en beheer in het gebied voldoende gedragen afspraken te maken met de lokale landbouwers om de goede verstandhouding niet in het gedrang te brengen. 3.2. Oppervlakte van percelen en uitbreidingsmogelijkheden [11] Beschrijving. Er worden 21 percelen ter erkenning voorgedragen met een totale oppervlakte van 19,3401 ha. Al deze percelen zijn volgens de aktes vrij van pacht. De stad Oostende is eigenaar en heeft de percelen in huur gegeven aan Natuurpunt Beheer vzw. De terreinbeherende vereniging heeft van de eigenaar toestemming gekregen om de percelen ter erkenning voor te dragen. Bijna alle percelen zijn volledig gelegen in Natuurgebied/Reservaatsgebied. Twee perceelsranden situeren zich in Landschappelijk waardevol agrarisch gebied. [12] Beoordeling en aanbevelingen. Voor de twee perceelsdelen die zich situeren in een zone met een Landschappelijk waardevolle agrarische bestemming buiten Habitatrichtlijngebied, wordt artikel 36, 2 van het Natuurdecreet van toepassing. Om erkend te kunnen worden, moeten deze percelen voldoen aan de volgende voorwaarden: (a) een actuele hoge natuurwaarde hebben, (b) weinig geschikt zijn voor normaal landbouwgebruik in de betrokken landbouwstreek en (c) de erkenning mag de agrarische structuur niet aantasten. Volgens de Minaraad levert het erkenningsdossier voldoende argumenten aan die er op wijzen dat aan deze voorwaarden voldaan wordt. Het betreffen perceelsranden die als minder waardevol met zeer waardevolle elementen geklasseerd worden. Ze sluiten aan bij graslanden, die goede potenties hebben voor verdere natuurontwikkeling. Deze perceelsdelen kunnen dus volgens de Minaraad als zodanig erkend worden. 3.3. De beschermende statuten van het terrein [13] Beschrijving. Het noordelijk deel van het visiegebied overlapt met het VENgebied De historische polders van Oostende (aanduiding GEN, VEN-afbakening fase 1). Op twee perceelsranden na, situeren al de voorgedragen hectares zich erin. 4 Zie advies Agentschap voor Natuur en Bos Minaraad advies 11 02 van 20 januari 2011, erkenning reservaat Keygnaert p. 9.

Het visiegebied is volledig gelegen in de ankerplaats Keignaert en Zoute Kreek. Een kleine zone in het noorden is geklasseerd als het Beschermd Landschap Grote Keygnaert. Daarin bevinden zich zeven percelen (deels). Het noordelijke deel van het visiegebied is aangeduid als Habitatrichtlijngebied onder de naam Polders (BE2500002) voor vijf Europees beschermde habitats en twee soorten, waarvan twee habitats (Atlantische schorren en voedselrijke ruigtes) ook effectief voorkomen in het gebied. De meeste van de ter erkenning voorgestelde percelen (19) zijn grotendeels in dit SBZ-H gelegen. In het gebied is het natuurinrichtingsproject Oostends Krekengebied in uitvoering, dat op 10 april 2003 ingesteld werd. Alle percelen leggen binnen de perimeter van dit project. [14] Beoordeling en aanbevelingen. Het voorkomen van een VEN-gebied, een Habitatrichtlijngebied en een natuurinrichtingsproject in het gebied impliceert het belang en de potenties van de aanwezige natuurwaarden. De Minaraad acht het dan ook raadzaam om het reservaatproject te erkennen. Bij verdere initiatieven in het gebied dient er voldoende rekening gehouden te worden met de lokale erfgoed- en landschapswaarden. Het advies van het Agentschap voor Natuur en Bos stelt dat alle ter erkenning voorgedragen percelen gelegen zijn in VEN-gebied en op één na ook in SBZ-H. Volgens het ingediende erkenningsdossier en het bijhorende kaartmateriaal zijn er echter meer percelen (deels) buiten de beschermde gebieden gelegen. Dit schept verwarring. De Minaraad vraagt dus om dit duidelijker aan te geven. 3.4. Het actuele en toekomstige beheer [15] Beschrijving. Het huidige beheer in de Keygnaart bestaat voornamelijk uit beweiding en akkerteelt. De ter erkenning aangevraagde percelen zijn alle graslanden die in hoofdzaak halfextensief begraasd worden. Dertien voormalige akkerpercelen werden recent via inzaaiïng omgevormd tot grasland. De sloten en kreken in het gebied worden regelmatig geruimd. De omvormingswerken die in de toekomst gepland worden, omvatten het ruimen van poelen, plaggen van depressies, aanbrengen van reliëfelementen en verwijderen van opslag. In het kader van het natuurinrichtingsproject zullen o.a. bufferstroken met riet aangelegd worden. Het overgangs- en eindbeheer zullen bestaan uit maaien en begrazing (eerst intensief, dan extensiever), wat volgens het Agentschap voor Natuur en Bos de optimale beheersvorm is om reliëfrijke kamgras-, veldgerst- en zilte graslanden in stand te houden 5. [16] Beoordeling en aanbevelingen. De Minaraad is van oordeel dat het erkenningsdossier voldoende aantoont dat het beheer zich richt op het behoud en de versterking van de aanwezige Europees en Vlaams beschermde habitats. De voorgestelde beheermaatregelen, zowel op het niveau van het visiegebied als op het niveau van de voorgelegde percelen, zijn ook adequaat aan de feitelijke toestand van het terrein en de gestelde doelen. 5 Zie advies Agentschap voor Natuur en Bos Minaraad advies 11 02 van 20 januari 2011, erkenning reservaat Keygnaert p. 10.

De Minaraad dringt erop aan om de maatregelen voor het herstel van zilte vegetaties en hun abiotisch milieu goed uit te werken op basis van onderbouwde gegevens. Binnendijkse vegetaties met een significant zilt karakter, zoals zilte graslanden, worden gekenmerkt door een uitzonderlijke fauna en flora. Specifieke abiotische factoren typeren dit habitatype en vormen essentiële randvoorwaarden voor een duurzame instandhouding (microreliëf, microvariatie in topografie en bodemgesteldheid, constante aanvoer van brak of zout grondwater onder de vorm van kwel, voldoende hoge waterstand doorheen gans het jaar, ). Dergelijke binnendijkse schorrenvegetaties staan als uiterst zeldzaam geklasseerd in Vlaanderen en worden internationaal beschermd volgens Habitatrichtlijn) 6. De relatieve bijdrage van Vlaanderen voor het behoud van dit habitattype in Europa wordt als belangrijk beschouwd, omdat Vlaanderen actueel een gemiddelde bijdrage levert aan de Europees Atlantische oppervlakte 7. Door de grote zeldzaamheid en kwetsbaarheid van zilte milieus, is het essentieel om bij herstel en uitbreiding voldoende aandacht te besteden aan de noodzakelijke randvoorwaarden. Uit het erkenningsdossier valt af te leiden dat in het gebied nog goed ontwikkelde vegetaties en abiotische omstandigheden voorkomen, zodat een verdere lokale ontwikkeling reëel lijkt. 3.5. De afwijkingen van de verbodsbepalingen [17] Beschrijving. Er wordt een reeks ontheffingen aangevraagd met betrekking tot het vangen en het doden van dieren (voor onderzoek en voor eventuele bestrijding van schadelijke diersoorten bij overpopulatie), met betrekking tot werken aan de vegetatie (inclusief lokaal gebruik van bestrijdingsmiddelen in geval van explosieve toename van bepaalde soorten die met mechanische bestrijding niet in te dijken is), voor beperkte grondwerken en constructies eigen aan een reservaat en voor het plaatsen van een begrazingsraster. [18] Beoordeling en aanbevelingen. Voor de Minaraad zijn dit geen ongewone afwijkingsvragen. Voorwaarde is wel de concrete afwijkingen met terughoudendheid worden toegepast. 3.6. De toegankelijkheidsregeling [19] Beschrijving. Momenteel zijn de mogelijkheden voor openstelling in het gebied beperkt. Via geleide wandelingen kunnen delen wel bezocht worden die normaal gesproken niet toegankelijk zijn. Buiten de beheerde percelen geeft een uitkijktoren een uitzicht over de kreek en de achterliggende beheerde graslanden. Als de eigendomsstructuur dit toelaat, kan er op langere termijn een wandellus uitgewerkt worden. Door de hoge verstoringsgevoeligheid van weidevogelgebied, zal dit zich voornamelijk langs de rand van het gebied moeten beperken. Het gebied grenst ook aan een openbare weg. [20] Beoordeling en aanbevelingen. De Minaraad spreekt zich met dit advies niet uit over de voorgelegde toegankelijkheidsregeling, maar neemt zich voor om ten 6 Decleer, K. (red.), 2007. Europese beschermde natuur in Vlaanderen en het Belgisch deel van de Noordzee. Habitattypes, dier- en plantensoorten. Mededelingen van het Instituut voor Natuur en Bosonderzoek, INBO.M.2007.01, Brussel. 7 Agentschap voor Natuur en Bos, 2009. Gewestelijke doelstellingen voor de habitats en soorten van de Europese Habitat- en Vogelrichtlijn voor Vlaanderen. Werkdocument versie 2 van 16/03/2009. Minaraad advies 11 02 van 20 januari 2011, erkenning reservaat Keygnaert p. 11.

gepaste tijde een algemeen advies hierover te geven. 4. Algemene punten en conclusie [21] Kwaliteitsbeoordeling van het ingediende dossier. De Minaraad stelt vast dat het door vzw Natuurpunt ingediende dossier in grote lijnen conform is aan bijlage 3 bij het Reservatenbesluit. [22] De samenstelling van het dossier. De Minaraad beschouwt het dossier als omzeggens volledig, maar heeft toch enkele aanmerkingen. Bij het kaartmateriaal dat aan de Minaraad bezorgd werd, ontbrak er een overzichtskaart van de gewestplanbestemmingen in het gebied. Dit maakte het moeilijk om de tekst van het erkenningsdossier daadwerkelijk te verifiëren. De Minaraad was dus genoodzaakt om zelf de benodigde kaartinformatie op te zoeken. De Raad vraagt om in de toekomst volledige dossiers aan te bieden wat het kaartmateriaal betreft. Volgens het ingediende dossier zijn er in het visiegebied Europees beschermde binnendijkse Atlantische schorren aanwezig; het dossier vermeldt ook dat het reeds wetenschappelijk aangetoond is dat zilte habitats zich onder goed beheer zeer mooi kunnen ontwikkelen 8. Deze stelling wordt echter niet gestaafd met een bronvermelding. Gezien het belang van deze vegetaties als doelvegetatie, en de actie die ondernomen wordt ter realisatie van hun specifieke abiotische voorwaarden, lijkt het toch raadzaam om de bronvermelding op te nemen. Op die manier kunnen beheerders van gelijkaardige habitats zich ook op de(r)gelijke gestaafde ervaringen baseren. [23] Algemene conclusie. De Minaraad adviseert deze erkenning positief. 8 Ingediend erkenningsdossier, p. 27 Minaraad advies 11 02 van 20 januari 2011, erkenning reservaat Keygnaert p. 12.