VOORLOPIG VOORSTEL Inkoop Beschermd Wonen en Opvang De intentieovereenkomst ten behoeve van de dienstverlening voor Beschermd Wonen en Opvang kan leiden tot deelovereenkomsten rondom nieuwe producten, diensten, processen en systemen. Om voorlopige voorstellen in te dienen en te toetsen is dit formulier opgesteld. Dit formulier helpt u om uw voorlopig voorstel nader te formuleren. Uw antwoorden op de gestelde vragen geven de gemeente Dordrecht de mogelijkheid om een goed beeld te krijgen van uw voorlopig voorstel en de haalbaarheid hiervan. Op basis van gezamenlijkheid en co-creatie wil de gemeente Dordrecht deze voorlopige voorstellen graag faciliteren. Wij willen u vragen dit formulier zo concreet en specifiek mogelijk in te vullen. Uiteraard wordt uw voorlopige voorstel door ons vertrouwelijk behandeld. Aanvrager Organisatie Gemeente Dordrecht Overige initiatiefnemers Naam Contactpersoon Martine den Ouden Telefoon 078 770 4744 E-mail m.den.ouden@dordrecht.nl
Titel voorlopig voorstel Omschrijving voorlopig voorstel Pilot Beschermd Thuis: duurzaam beschermd wonen in de wijk Aanleiding en achtergrond: In onze regio willen we graag dat mensen participeren in de samenleving. Een belangrijke behoefte van iedere burger, en een voorwaarde voor maatschappelijke participatie, is een goede en veilige woonplek. Wonen is een grondrecht, geeft een basis voor het (her)opbouwen van een bestaan, en draagt ook bij aan de identiteit van mensen. Voor kwetsbare mensen met een indicatie voor beschermd wonen is zelfstandig wonen in een eigen woning verre van vanzelfsprekend. Het gros van deze cliënten verblijft in een zorginstelling. Vaak een statische situatie waarin mensen jaren verblijven. De gemeenten willen dat ook deze groep van meest kwetsbare burgers zoveel als mogelijk over stabiele, zelfstandige huisvesting midden in de samenleving kunnen beschikken. Zelfstandig wonen in de wijk sluit niet alleen aan bij onze visie op normalisering, inclusie en participatie maar ook bij de wensen van kwetsbare burgers zelf. De commissie Dannenberg die de VNG adviseerde over de toekomst van het beschermde wonen schrijft hierover: Kwetsbare burgers, waaronder degenen die gebruik maken van beschermde woonplekken, hebben een voorkeur voor zelfstandig wonen in de wijk [ ]. Het merendeel van de mensen met een verstoorde zelfregulatie wil en kan dit ook. Zij vinden het prettig als zij in de maatschappelijke context steun krijgen van naasten en van ervaringsdeskundigen en zeker zijn van professionele hulp om op terug te vallen. Het uitblijven van stabiele huisvesting heeft negatieve gevolgen voor het participatieniveau en het herstel van mensen en is, zo menen we, een belangrijk ingrediënt in het totale recept voor een zo maximaal mogelijk zelfstandig leven. Doel Het doel van het voorstel is: het bevorderen van normalisatie, zelfredzaamheid en participatie door: - enerzijds maximaal in te zetten op een stabiele, duurzamezo normaal mogelijke woonsituatie in de wijk, - en anderzijds maximaal in te zetten op flexibilisering van de zorg en ondersteuning. Transformatie Wat is het verschil ten opzichte van de huidige praktijk? - Mensen met een indicatie voor BW worden door deze aanpak niet meer geconfronteerd met een verhuizing naar een intramurale voorziening, en dus ook niet meer met een terugkerende verhuizing naar de wijk bij afloop van de voorziening. Hiermee worden 2 grote stresserende life-events voorkomen. - De ondersteuning op alle leefgebieden wordt extramuraal geleverd, maar dan wel in een dusdanige vorm dat optimaal wordt aangesloten bij het normale systeem in de wijk en in het leven van de cliënt. - Gebruik makend van de sociale infrastructuur die er al is. Maar nog verder dan dat: ook signaleren waar en hoe de bestaande sociale
infrastructuur versterking behoeft om kwaliteit voor deze mensen te kunnen waarborgen. En dus, indien nodig, het versterken van de bestaande structuur in de wijk. - De zorg en ondersteuning moet maximaal flexibel zijn in die zin dat op alle domeinen met de cliënt gekeken wordt hoe iemand hierin zo normaal mogelijk wordt ondersteund. Tegelijkertijd is het van belang dat de ondersteuners zo duurzaam mogelijk zijn: langdurige begeleiding, zo weinig mogelijk wisseling van gezichten. Aansluitend bij de capaciteiten van de cliënt. - De start (in pilot-vorm) is kleinschalig. Dit om te kunnen waarborgen dat de ervaringen zorgvuldig kunnen worden gemonitord en hierdoor een lerende organisatie ontstaat die in de toekomst in meerdere gebieden toegepast kan gaan worden. Deze pilot-aanpak voor een beperkte groep cliënten vraagt een intensieve samenwerking tussen: - Gemeente (verantwoordelijk voor BW, IB, participatiewet, maar ook deels verantwoordelijk voor de sociale infrastructuur in de wijk) - De zorgaanbieder - Een schil van nader te definiëren partners afhankelijk van de situatie van de bewoner (sociaal team, woningcorporatie, vrijwilligersorganisatie enz) Resultaten en opbrengsten - Het bijdragen aan normalisering: mensen worden niet langer uit de wijk gehaald om intramuraal te gaan wonen, maar blijven in de wijk met extra ondersteuning. - Het bijdragen aan normalisering: op alle domeinen wordt eerst gekeken hoe bewoners zo normaal mogelijk geholpen kunnen worden. Ook als dit soms creatieve oplossingen vraagt. - Het verstevigen van de lokale sociale infrastructuur ten behoeve van deze groep mensen - Het verder flexibiliseren van de zorg en maximaal aansluiten bij de wensen en mogelijkheden van de persoon. - Het genereren van lessen voor de toekomst: aan welke condities moet de lokale infrastructuur voldoen om mensen met een BW-indicatie thuis te laten wonen? Doorlooptijd Wat is de verwachte doorlooptijd van het voorlopig voorstel (tot en met datum gerealiseerd)? - Voorbereiding pilot 2 e kwartaal 2016
- Start pilot 3 e kwartaal 2016 - Doorlooptijd: in principe oneindig. Voor zo lang de betrokken mensen uit de pilotgroep in de wijk zelfstandig kunnen en willen blijven wonen, moet het commitment van de gemeenten er zijn om de zorg en ondersteuning te blijven leveren. - Afhankelijk van de geboekte resultaten kan er in de 2 e helft van 2017 een uitbreiding van de pilot-groep plaatsvinden. Toelichting Toetsingscriteria voorlopig voorstel Algemeen toetstingskader: Wmo 2015; Aanbestedingsrichtlijn en Aanbestedingswet; Aansluiting bij de sturingsprincipes vanuit het Wmo beleidsplan Drechtsteden 2015-2018; Aansluiting bij de uitgangspunten van de transformatie-opdracht (vijf pijlers); Reeds geïmplementeerde inhoudelijke en systeemveranderingen in overeenkomsten 2016; Het door de gemeente vastgesteld budget; Uitkomsten rapport commissie Dannenberg. De vijf pijlers van het transformatieproces zijn: Normalisering; Participatie; Persoonsgerichte aanpak; Stijging van Zelfredzaamheid waar mogelijk; Aansluiten op de lokale situatie. Bij welke van onderstaande punten sluit uw voorlopig voorstel aan? - Volwaardig bugerschap (o.a. keuzevrijheid en eigen regie); - Gewoon waar dat kan, speciaal waar het moet: - Wonen;
- Werken/dagbesteding/participatie; - Financien; - Sociaal netwerk; - Gezondheid. - Doelmatigheid; - Aansluiting op de mogelijkheden in stad/wijk of buurt;. - Samenwerking nulde-, eerste-, tweede-, derdelijn; - Verbinding en samenhang binnen het gemeentelijk domein; - Interventies en instrumenten om vooruitgang/ontwikkeling vast te stellen en/of te bevorderen. Na indiening van het voorlopig voorstel wordt eerst getoetst door de gemeente of het voorlopig voorstel kansrijk is voor verdere uitwerking. Wij verzoeken u vriendelijk om uw volledig ingevulde formulier voorlopig voorstel per email te sturen naar contractmanagement@drechtsteden.nl. Als u vragen heeft bij het invullen van dit formulier, of andere vragen heeft, dan kunt u contact met ons opnemen via contractmanagement@drechtsteden.nl.