1 ABCDE TWEE in het kort

Vergelijkbare documenten
TAAL- EN LEESMETHODEN. Het aanbod Taal- en leesmethoden Begrijpend Lezen. Begrijpend lezen. Effectieve strategieën voor begrijpend lezen ALGEMEEN

Alles over. Grip op lezen. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

Methodeanalyse Talent

Brochure Begrijpend lezen VMBO 1

Logopedie en Nieuwsbegrip. Yvet van Noordt

Doorlopende leerlijnen Nederlands (PO - vmbo) 2011

en 2 Brochure Begrijpend lezen VMBO 1

niveau A Toets 1 versie 1 (november)

teksten 2 niveau AA (februari), voor deel 1 en 2

De doorgaande lijn, zwakke lezers en de bibliotheek. Kees Broekhof Sardes

niveau C Toets 2 versie 2 (februari)

teksten 1 niveau AA (november), voor deel 1 en 2

niveau A Toets 1 versie 2 (november)

TAAL- EN LEESMETHODEN. Het aanbod Taal- en leesmethoden Begrijpend Lezen. Begrijpend lezen. Effectieve strategieën voor begrijpend lezen ALGEMEEN

Lezen in het PRO en BBL. Wat is PRO? Wat lezen leerlingen in PRO? Wat helpt hen om het lezen te verbeteren? Wat kunnen bibliotheken nog meer doen?

Basisarrangement. Groep: AGL fase 1 Leerjaar 1 Vak: Nederlandse taal. 5x per week 45 minuten werken aan de basisdoelen

Referentiekaders. Doorlopende leerlijn Taal en Rekenen (Meijerink) 2. Station en de referentiekaders 6

niveau C Toets 1 versie 1 (november)

Model om schoolse taalvaardigheden te observeren en te reflecteren

CONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo

Alles over. Leeslink. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

Naam leerlingen. Groep BBL 1 Nederlands. Verdiepend arrangement. Basisarrange ment. Leertijd; 5 keer per week 45 minuten werken aan de basisdoelen.

Om de kwaliteit van ons onderwijs te bewaken en de vorderingen van uw kind te volgen, nemen wij in iedere groep niet-methode gebonden toetsen af.

Tips bij het bestellen van nieuwe boeken

Checklist Begrijpend lezen en woordenschat Curriculum Nederlands ? - + +

Nederlands ( 2F bb kb/gl/tl )

Groep 7 en 8. Doelen Leerdoelen technisch lezen eind groep 8

Wat te doen met zwakke begrijpend lezers?

Doorlopende leerlijnen Nederlands (PO - havo/vwo) 2011

TAAL EN LEESMETHODEN Begrijpend Lezen Goed Gelezen

Thoni Houtveen. Afscheidscollege 19 april 2018

Technisch lezen. Wat is technisch lezen?

INFORMATIEAVOND BEGRIJPEND LEZEN LIDY AHLERS

2015 In nauw overleg met docenten Nederlands en experts wordt het vernieuwend lesmateriaal vertaald naar een vernieuwende, didactische leerlijn.

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen

Week 12: 20 t/m 24 maart Bidden, Lucas 11:1-13 De vogels in de hemel, Lucas 12:22-34 De gelijkenis van de verontschuldigingen, Lucas 14:15-24

Muiswerk Strategisch Lezen is gericht op het aanleren van deelvaardigheden die nodig zijn voor een strategische leesaanpak.

Groep 4. Doelen Leerdoelen technisch lezen eind groep 4

Visie leesbevordering

Beoordelingsformulier (Les) Voorbereiding Naam student: Krijn Cornelisse. Datum:

Snappet is een alternatief voor...

Lezen voor Beroep en Studie. 1 e trainingsavond, 6 oktober 2014

L e e s p. Presentatie. Wat is Leesparade?

Begrijpend lezen algemeen

RALFI. Aanpak voor (zeer) zwakke lezers.

Lisbo Begrijpend Lezen

Begrijpend lezen anders, beter en leuker! 14 Redax Magazine

Agenda onderwijsavond bovenbouw

Opdracht 2: Data analyseren en interpreteren op groepsniveau (technisch lezen voor leerkrachten van groep 3 (Opdracht 2a) en groep 4 (Opdracht 2b))

PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING. Vak: Nederlandse taal en literatuur (Netl)

Registratieblad aanbod doelen SLO groep 1 en 2

Leesonderwijs en dyslexie in het PO, het SBO en het VO. Betsy Ooms

De Referentieniveaus Taal. BAVO Eemlanden 14 maart 2012

Referentieniveaus en leesbevordering voor zwakke lezers

2 x per week 45 minuten werken aan de basisdoelen, daarnaast verrijking en verdiepingswerk op Studiemeter.nl.

De mogelijkheid om te differentiëren: een aansprekend en op maat gesneden leertraject voor iedere leerling!

Naar een referentieniveau Nederlandse taal voor het primair onderwijs

Leeshuis. Leeshuis begrijpend en studerend lezen past zowel bij de oude als de nieuwe AVI! Lekker lezen met Leeshuis!

A. LEER EN TOETSPLAN

Alles over. Rekenrijk. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

ABCDE Twee. Kerndoelanalyse SLO

DOCENTENHANDLEIDING LEES MEE >> NT2

Lezen met begrip: de sleutel tot schoolsucces

Lesstof overzicht Station vanaf

Alles over. Wijzer! Geschiedenis. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

Kinderen leren schrijven.

Leerjaar 1 en 2 vmbo-g/t. Doelen Leerdoelen technisch lezen eind leerjaar 2

Leerjaar 1 en 2 vmbo-b/k. Doelen Leerdoelen technisch lezen eind leerjaar 2

mijnplein 30 okt 2013 Begrijpend lezen = Begrijpend leren

PTA Nederlands BBL Kijkduin, Statenkwartier Waldeck cohort

CONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo, vmbo

Alles over. Wijzer! Natuur en techniek. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

Nieuw Nederlands 4 vmbo-gt Literatuur: Lijsters (Noordhoff Uitgevers), Lezen voor de lijst

Een doorlopende leeslijn voor elke leerling. Alle facetten van leesontwikkeling in het voortgezet onderwijs belicht

1 - Achtergrond, uitgangspunten en aanpak van Bramediawijs

Handleiding ouderportaal ParnasSys. Inleiding

Effectieve feedback op schrijfproducten

Alles over. Wijzer! Natuur en techniek. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

Verleg je grenzen! Waarom kiest ú voor het nieuwe Taalblokken? Taalblokken Nederlands Brochure MBO

PTA Nederlands BBL & KBL Kijkduin, Statenkwartier (Vakcollege Techniek) cohort

De leerling heeft in groep 6 t/m 8 op de toetsen die deel uitmaken van het leerlingvolgsysteem over

Lezen in het voortgezet onderwijs (2): Improving Adolescent Literacy

PTA Nederlands TL/GL Bohemen, Houtrust, Kijkduin, Media&Design cohort

LEZEN - KORTE DIDACTISCHE VERANTWOORDING

LEZEN - LEERJAAR 1. Leerlijn Lezen

PROGRAMMA VOOR BEGRIJPEND LEZEN DE ZUID-VALLEI

Uw kind heeft moeite met lezen Wat kunt u van De Noordkaap verwachten?

Thoni Houtveen Congres Stichting Lezen 8 november Lectoraat Geletterdheid

Handleiding Snappet vervanging

Alles over. Timboektoe. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

Schrijfplezier en schrijfvaardigheid op de basisschool. Een nieuw schrijfcurriculum gericht op inhoud en genre-kennis

Taalvaardigheid Preventie en remediëring. -betrokkenheid verhogende werkvormen creëren -een maximale -herformuleren de lln het probleem

Verbanden 1. Doelgroep Verbanden 1

VOORTGEZET TECHNISCH LEZEN Lekker Lezen

Hoe vindt uw kind een passend boek om te lezen?

Boekwerk. Voorstel voor een project omschrijving. 1.1 Doelstelling

Diataal en de referentieniveaus taal... toetsing en Onderwijsadvies

Transcriptie:

1 ABCDE TWEE in het kort ABCDE TWEE is een totaalpakket begrijpend lezen dat is afgestemd op de kerndoelen en de referentieniveaus taal. Met de tekst- en opdrachtkaarten kunnen de leerlingen toewerken naar referentieniveau 1F (eind basisschool) en/of 2F (eind vmbo). ABCDE TWEE maakt doorlopende leerlijnen basisonderwijs voortgezet onderwijs mogelijk. Daarbij zijn de teksten afgestemd op de leeftijdsgroep 12-16 jaar. Er zijn 180 zakelijke en fictionele teksten, verdeeld over een breed scala aan tekstsoorten. ABCDE TWEE vertaalt recent wetenschappelijk onderzoek naar leesontwikkeling in praktische handvatten voor uw (steun)lessen. De methode gaat uit van inzichten over cultural literacy (Donald Hirsch), hardop denkend leren lezen (Jeffrey Wilhelm) en leesstrategieën waarvan het effect is bewezen (Kees Vernooy, Paul Filipiak). In ABCDE TWEE vindt elke leerling een eigen leerlijn. Er zijn vijf niveaus. De leerling kiest binnen zijn niveau teksten die hem aanspreken onderwerpen genoeg. Is het niveau te hoog gegrepen, dan doet hij eerst een stapje terug. Zijn de resultaten goed, dan zoekt hij het hogerop. Met ABCDE TWEE werkt u efficiënt. De leerlingen werken zelfstandig, kijken hun werk na en houden hun scores bij. De teksten en opdrachten staan op kaarten die onder de leerlingen rouleren. Daardoor heeft u genoeg aan één of enkele sets. Over de auteurs Pauline Roosegaarde werkte ruim 25 jaar als leerkracht in de midden- en bovenbouw van basisscholen. Daar ontwikkelde ze voor plusleerlingen materiaal gericht op kennis ontwikkeling en begrijpend lezen, vooral op basis van krantenartikelen. Later werkte ze een aanpak uit waarbij leerlingen zoveel mogelijk zelfstandig konden werken, gebaseerd op een indeling in niveaus in plaats van een indeling in jaargroepen. Zo werd voor elke leerling een doorlopende leerlijn mogelijk. Dit materiaal vormde de basis voor ABCDE... Ik begrijp het!, de voorloper van ABCDE TWEE. Pauline werkte aan de informatieve teksten en bijbehorende opdrachten, voor alle niveaus. Klasien van der Werf was leerkracht in het basisonderwijs, vooral in groep 3 en 4, en leerde de kinderen dus (technisch en begrijpend) lezen. Ze werkt nu vanuit haar bureau Made by ús als freelance tekstschrijver en beeldontwikkelaar aan educatieve materialen. Klasien werkte bij ABCDE TWEE aan de overige teksten (verduidelijkende, overtuigende, ontspannende, sfeeroproepende) en bijbehorende opdrachten voor de niveaus AA tot en met B. Cecile Bolwerk schrijft sinds 1995 veel voor jonge doelgroepen. Ze werkte o.a. als samensteller/redacteur voor o.a. Kidsweek, de Kunstbende en de jongerenpagina s van de NCRV-Gids en daarnaast als educatief auteur aan verschillende methodes technisch en begrijpend lezen. Cecile werkte bij ABCDE TWEE aan de overige teksten (verduidelijkende, overtuigende, ontspannende, sfeeroproepende) en bijbehorende opdrachten voor de niveaus C tot en met E. 5

2 Verantwoording 2.1 Didactische keuzes 2.1.1 Ontwikkeling van het leesbegrip Het is een bekend feit dat vooral begrijpend lezen bepalend is voor iemands succes in zijn verdere schoolloopbaan. Maar wat is bepalend voor iemands succes bij het begrijpend lezen? Een eerste voorwaarde is dat een leerling de teksten aankan qua technisch lezen (decoderen van het schriftbeeld). Anders gezegd: aan het begrijpend lezen van teksten met een bepaalde moeilijkheidsgraad gaat het technisch lezen van die teksten vooraf. Uit onderzoek van E. Donald Hirsch Jr. en zijn medewerkers naar cultural literacy is naar voren gekomen dat met name één bepaald aspect van het technisch lezen sterk bepalend is voor het begrijpend lezen, namelijk het vlot en vloeiend lezen. Maar de belangrijkste conclusie uit de onderzoeken van Hirsch is dat de ontwikkeling van de woordenschat en vooral de ontwikkeling van de kennis van de wereld doorslaggevend zijn voor de ontwikkeling van het leesbegrip. In schema: vergroting kennis van de wereld meer lezen ontwikkeling taalschat vloeiender lezen ontwikkeling begrijpend lezen De onderzoeken van Hirsch hadden grotendeels betrekking op leerlingen in de basisschoolleeftijd. Pas recent onder invloed van de achteruitgaande leesvaardigheid wordt ook bij oudere leerlingen onderzocht hoe het leesbegrip zich ontwikkelt. Een voorbeeld hiervan is het SALSA-project, dat werd uitgevoerd in Nederland, Canada en Zwitserland. Enkele conclusies uit de Nederlandse tak van dit onderzoek laten zich als volgt samenvatten: intrinsieke motivatie om een tekst te lezen heeft een gunstig effect op de ontwikkeling van het begrijpend lezen; het begrijpend lezen ontwikkelt zich sterker door de mens- en maatschappijvakken dan door het vak Nederlands; en leerlingen lezen buiten school nauwelijks om informatie op te doen. 7

ABCDE TWEE houdt hier op verschillende manieren rekening mee: Om het vloeiend lezen mogelijk te maken zijn van alle teksten geluidsopnamen beschikbaar. De teksten zijn ingesproken in een rustig, maar natuurlijk spreektempo. Dit dwingt (trage) lezers om tijdens het meelezen tempo te maken. Bij elke tekst wordt aandacht besteed aan woordenschatontwikkeling. Dat gebeurt met name in de opdracht Kruiswoordraadsel op de opdrachtkaart en in de opdrachten Woordweb, Vink aan en Verbind in het onderdeel Voor het lezen op de methodesite, die aan de eigenlijke leesopdrachten voorafgaan. Om een tekst goed te kunnen begrijpen is immers van belang dat een groot percentage woorden uit de tekst bekend is. De onderwerpen van veel teksten zijn zo gekozen dat ze de belevingswereld van de leerlingen verruimen. Bovendien moeten de leerlingen bij elke tekst verbanden leggen tussen de tekst en hun eigen kennis van de wereld. Dat gebeurt bij onderdeel C Zet de zinnen in de goede volgorde, waarbij ook schuingezette zinnen voorkomen waarvan de inhoud alleen impliciet in de tekst staan, en bij de kroontjesvragen van onderdeel E Beantwoord de vragen, waarop de antwoorden evenmin rechtstreeks in de tekst te vinden zijn. Er is een ruim aanbod aan informatieve teksten met een grote variatie aan onderwerpen. Alle tekstsoorten uit de referentieniveaus komen aan bod, maar het zwaartepunt ligt niet op fictie maar op non-fictie. Bij een ruime keuze aan onderwerpen is de kans immers groter dat de leerling teksten vindt over onderwerpen die hem interesseren. De interesse in het onderwerp van de tekst motiveert hem dan om te lezen waardoor hij haast ongemerkt zijn vaardigheid in het begrijpend lezen oefent en vergroot. Op de methodesite zijn in het onderdeel Na het lezen bij alle teksten links te vinden naar websites met extra informatie. Leerlingen die tijd over hebben kunnen zich hiermee verder verdiepen in het onderwerp van de tekst. 2.1.2 Leesstrategieën Het onderwijs besteedt de laatste decennia veel aandacht aan de ontwikkeling van leesstrategieën. Voor leerlingen is dat niet altijd motiverend. Strategiegebruik wordt soms het doel van de les in plaats van een middel om de tekst beter te begrijpen. De aandacht voor de inhoud van een tekst kan in de verdrukking komen doordat er veel aandacht wordt besteed aan leesstrategieën, dat wil zeggen aan metacommunicatie over de tekst. Uit diverse onderzoeken is bovendien gebleken dat het oefenen van leesstrategieën zelden een positief effect hebben op het begrijpen lezen (anders dan vlot lezen, woordenschat en kennis van de wereld, factoren die wél steeds een gunstig effect hebben op het begrijpend lezen). Ook is gebleken dat leerlingen zich strategieën het beste eigen maken door directe instructie: door een leraar die aangeeft hoe je te werk gaat tijdens het lezen. Jeffrey Wilhelm heeft hiervoor de techniek van het hard- 8

opdenkend lezen ontwikkeld, waarbij de leraar duidelijk maakt hoe je de informatie uit de tekst haalt door dit door hardop voor te doen (modeling). Onderzoek van o.a. Kees Vernooy en Paul Filipiak heeft meer informatie opgeleverd over de vraag welke leesstrategieën voor leerlingen werken en welke niet. ABCDE TWEE kiest daarom voor de volgende aanpak: Er wordt beperkt aandacht besteed aan leesstrategieën, zodat de inhoud van de tekst centraal kan blijven staan. Er wordt alleen aandacht besteed aan vier leesstrategieën waarvan het effect bewezen is: Voorkennis activeren, Voorspellen, Verbeelden (visualiseren) en jezelf Vragen stellen (wie? wat? waar? wanneer? waarom?), oftewel de vier V s. Deze vier strategieën zijn uitgewerkt in enkele vaste vragen die samen op een A4 tje passen: twee vragen vóór het lezen, twee vragen tijdens het lezen en twee vragen na het lezen (voor de niveaus D en E nog twee extra vragen na het lezen over aspecten die specifiek zijn voor referentieniveau 2F, namelijk het schrijfdoel van de tekst en het eigen oordeel over de tekst). Doordat het hier om slechts enkele vaste vragen gaat, kunnen de leerlingen deze aanpak op termijn automatiseren. De vier V s worden aangeleerd middels hardopdenkend lezen. Het is bedoeling dat de leraar dit voordoet. Daarnaast zijn er op de methodesite voor alle niveaus A t/m E filmpjes te vinden waarin iemand de aanpak voordoet aan de hand van een voorbeeldtekst. De leerlingen kunnen hier altijd nakijken hoe de aanpak met de vier V s ook alweer werkte. 2.1.3 Antwoorden op de ontlezing Verschillende recente onderzoeken naar ontlezing laten een verontrustend beeld zien. Zo heeft 25% van de brugklassers (gemiddeld, van praktijkonderwijs tot en met gymnasium) qua begrijpend lezen het niveau van leerlingen uit groep 6 van de basisschool. 9% van de meisjes en maar liefst 29% van de jongens in het voortgezet onderwijs leest nooit of bijna nooit. Viervijfde van de mbo-studenten begrijpt schoolboekteksten alleen met begeleiding. En op een bevolking van 16,7 miljoen telt Nederland 1,5 miljoen functioneel analfabeten. Al langer bestaan er in Nederland campagnes voor leesbevordering, onder meer bij de bibliotheken. Maar recent is het tegengaan van de (effecten van de) ontlezing een speerpunt geworden van het onderwijsbeleid. In het kader van de doorlopende leerlijnen voor taal en rekenen is er immers ook voor het lezen van zakelijke teksten en fictionele, narratieve (verhalende) en literaire teksten een referentiekader op papier gezet. 9

ABCDE TWEE heeft eigen antwoorden op de (effecten van de) ontlezing: Uiteraard is ABCDE TWEE nauwkeurig afgestemd op de referentieniveaus taal. Maar daarbij is ABCDE TWEE zo opgezet dat elke leerling een eigen leerroute kan volgen. De achterstanden bij leerlingen in het voortgezet onderwijs op het gebied van begrijpend lezen lopen individueel immers sterk uiteen. ABCDE TWEE is daarom niet ingedeeld in leerjaren, maar in vijf niveaus (zie 2.2 Niveaus). De teksten en opdrachten zijn niet per niveau gebundeld in boeken, maar staan op losse kaarten, zodat leerlingen makkelijk naar een lager of hoger niveau kunnen overstappen wanneer dat nodig of mogelijk is. Om het volgen van individuele leerroutes organisatorisch mogelijk te maken hebben we gekozen voor een werkwijze waarbij de leerlingen verregaand zelfstandig werken: - Bij elke tekst van elk niveau worden dezelfde opdrachttypen in dezelfde volgorde aangeboden. De leerlingen weten na enkele teksten precies wat er bij de opdrachten van hen verwacht wordt. - De handleiding bevat een aantal instructielessen waarmee u de leerlingen op weg helpt. Daarna kunnen ze op de uitlegkaarten (waarvan elke niveauset zes exemplaren bevat) eventueel nalezen hoe de werkwijze ook alweer was. - De tekst- en opdrachtkaarten hebben een zelfsturend karakter. De tekstkaarten bevatten een zogenaamde ingebouwde leraar : een eenvoudig systeem van verwijzingen naar de methodesite, de stappenkaart en de opdrachtkaart. Deze onderdelen worden in detail beschreven onder 3 Materialen. Verder is bij de vragen steeds aangegeven in welk gedeelte van de tekst de leerling naar het antwoord moet zoeken. - Door een systeem van aftekenlijsten, antwoordenboeken en toetskaarten houden de leerlingen grotendeels zelf hun voortgang bij. Zie voor details wederom 3 Materialen. Leerlingen met achterstanden bij begrijpend lezen hebben die achterstanden vaak opgelopen doordat ze weinig motivatie voor lezen hebben. Bovendien ervaren leerlingen het leesonderwijs sowieso vaak als saai. ABCDETWEE probeert hen (alsnog) te motiveren: - Elke leerling werkt op zijn eigen niveau. Hij wordt niet over- of ondervraagd. Succesbeleving is eerder mogelijk dan bij standaardmateriaal dat niet is afgestemd op zijn mogelijkheden. Ook minder goede lezers krijgen het gevoel ik kan het wél. - Er is een ruim aanbod van informatieve teksten over uiteenlopende onderwerpen, zodat de leerling teksten kan kiezen uit onderwerpen die hem interesseren of aanspreken. 10

- De inhoud van de teksten blijft in de opdrachten centraal staan en wordt niet ondergeschikt gemaakt aan het oefenen met leesstrategieën. ABCDE TWEE besteedt zoals gezegd bewust alleen in beperkte mate tijd aan leesstrategieën. Als teksten nieuwe informatie bevatten en als leerlingen ook op die inhoud kunnen ingaan, ervaren ze dat ze echt iets leren. Met name voor minder goede lezers, onder wie dyslectische leerlingen, zijn van alle teksten geluidsopnamen beschikbaar. 2.2 Niveaus ABCDE TWEE is ingedeeld in vijf niveaus, die zijn afgestemd op andere niveau-indelingen, zoals avi- en clibniveaus: Avi (technisch lezen) Clib (begrijpend lezen) Referentie-niveaus taal A M5 - M7 5-7 <<1F B E5 - E7 6-8 <1F C M6 - Plus 7 - Plus 1F D E6 - >Plus 8 - >Plus <2F (1S) E M7 - >Plus Plus - >Plus 2F (1S) Voor elk niveau zijn er 36 tekstkaarten met 36 bijbehorende opdrachtkaarten. 2.2.1 Toelichting op de avi-niveaus De teksten van ABCDE TWEE zijn in de eerste plaats ingedeeld in verschillende moeilijkheidsgraden qua begrijpend lezen. Daarnaast is ervoor gezorgd dat de moeilijkheidsgraad qua technisch lezen steeds daarbij aansluit. De avi-niveaus voor technisch lezen zijn niet meer dan indicatief voor de moeilijkheidsgraad van teksten qua begrijpend lezen. Technisch lezen is immers alleen een voorwaarde voor begrijpend lezen. Het gaat bij technisch lezen echt om de techniek van het lezen: kan een leerling de tekst snel en zonder fouten lezen? Er zijn twaalf avi-niveaus. Het laagste avi-niveau is Start. Dat is het niveau van kinderen die net begonnen zijn met lezen. Het hoogste avi-niveau is Plus. Dat is het niveau van kinderen die snel en zonder fouten een lastige tekst kunnen lezen. Tussen avi-start en avi-plus liggen tien niveaus: M3, E3, M4, E4, M5, E5, M6, E6, M7 en E7. M betekent midden en E betekent eind. De cijfers 3 tot en met 7 geven aan in welke groep van de basisschool dat niveau gemiddeld bereikt wordt. Avi-niveau E5 wordt dus gemiddeld aan het einde van groep 5 behaald en avi-niveau M7 gemiddeld halverwege groep 7. Maar de makers van ABCDE TWEE benadrukken: het gaat hier om een gemiddelde. 11

2.2.2 Toelichting op de clib-niveaus De clib is een index voor de vaardigheid begrijpend lezen van leerlingen en voor de begrijpelijkheid van boeken. Een boek met een clib-score van 42 is goed begrijpelijk voor leerlingen die voor de vaardigheid begrijpend lezen eveneens een clib-score van ongeveer 42 hebben. Hoe stelt u de clib-score van een leerling vast? Dat kan met behulp van de clib-toetsen of de Toetsen Begrijpend Lezen. De clib-score van boeken wordt met behulp van een zogenaamde leesbaarheidsformule door het Cito berekend. De clib-waarden lopen van 0-100. Hoe hoger de clib-score, hoe moeilijker het boek en hoe hoger het vereiste vaardigheidsniveau. Er zijn acht clib-niveaus. Het laagste clib-niveau is Start. Dat is het niveau waarop je alleen heel eenvoudige tekstjes kunt snappen. Het hoogste clib-niveau is Plus. Dat is het niveau van kinderen die zonder moeite lastige teksten kunnen begrijpen. Tussen clib- Start en clib-plus liggen zes niveaus: 3, 4, 5, 6, 7 en 8. De cijfers 3 tot en met 8 geven aan in welke groep van het basisonderwijs dat niveau gemiddeld bereikt wordt. Clib-niveau 5 wordt gemiddeld aan het einde van groep 5 behaald en clib-niveau 7 gemiddeld aan het einde van groep 7. Voor de clib-niveaus geldt hetzelfde als voor de avi-niveaus: het gaat om een gemiddelde! Let op: Een leerling kan voor een onderwerp zoveel belangstelling hebben en daardoor zo gemotiveerd zijn, dat hij met inzet en doorzettingsvermogen een misschien wat te moeilijke tekst toch met veel plezier en gemak leest. En plezier in lezen, daar gaat het in het leesonderwijs uiteindelijk om. 12

2.3 Aansluiting bij de kerndoelen ABCDE TWEE sluit als volgt aan bij de kerndoelen voor de onderbouw voortgezet onderwijs: Kerndoelen 3: Woordverwerving De leerling leert strategieën te gebruiken voor het uitbreiden van zijn woordenschat. ABCDE TWEE --Opdrachten rond de woordbetekenis --Overig: ondersteuning van de docent bij het aanbieden van woordraadstrategieën 4: Lezen en luisteren De leerling leert strategieën te gebruiken bij het verwerven van informatie uit gesproken en geschreven teksten. --Opdrachten: algemene opdrachtkaart met tekstonafhankelijke stappenplannen voor leesstrategieën en door de vaste opbouw in de opdrachten 5: Omgaan met informatiebronnen De leerling leert in schriftelijke en digitale bronnen informatie te zoeken, deze informatie te ordenen en te beoordelen op waarde voor hemzelf en anderen. --Teksten: informatieve, overtuigende en verduidelijkende teksten, veelal over onderwerpen uit de mens- en maatschappijvakken --Opdrachten rond het nauwkeurig en kritisch omgaan met informatie in de teksten; opdrachten rond het gebruik van de atlas als informatiebron; een algemene opdrachtkaart met tekstonafhankelijke stappenplannen voor leesstrategieën --Overig: vaste opbouw in de opdrachten 8: Fictie en non-fictie De leerling leert verhalen, gedichten en informatieve teksten te lezen die aan zijn belangstelling tegemoet komen en zijn belevingswereld uitbreiden. --Teksten: non-fictie (informatieve, overtuigende en verduidelijkende teksten) en fictie (ontspannende en sfeeroproepende teksten), veelal over onderwerpen uit de mens- en maatschappijvakken --Opdrachten rond het gebruik van de atlas als informatiebron --Overig: illustraties (waaronder humoristische cartoons); vrije tekstkeuze waarbij de leerlingen hun eigen interesses kunnen volgen 13

2.4 Aansluiting bij de referentieniveaus taal ABCDE TWEE sluit als volgt aan bij de referentieniveaus taal 1F (eind basisonderwijs) en 2F (eind vmbo): Lezen: zakelijke teksten ABCDE TWEE, niveaus A-B-C (referentieniveau 1F) ABCDE TWEE, niveaus D-E (referentieniveau 2F) Taken Lezen van informatieve teksten --Informatieve teksten --Informatieve teksten Lezen van instructies --Verduidelijkende teksten --Verduidelijkende teksten Lezen van betogende teksten --Overtuigende teksten --Overtuigende teksten Taakuitvoering Techniek en woordenschat --Opdrachten rond de woordbetekenis, ondersteuning van de docent bij woordraadstrategieën --(Aan technisch lezen wordt in ABCDE TWEE geen aandacht besteed.) --Opdrachten waarbij de woordbetekenis centraal staat, ondersteuning van de docent bij woordraadstrategieën --(Technisch lezen voor 2F n.v.t.) Begrijpen --Opdrachten rond het nauwkeurig en kritisch omgaan met informatie in de tekst; toepassing van stappenplannen voor leesstrategieën --Opdrachten rond het nauwkeurig en kritisch omgaan met informatie in de tekst, rond het onderscheiden van hoofd- en bijzaken, rond de opbouw van de tekst en rond figuurlijk taalgebruik; toepassing van leesstrategieën 14

Lezen: zakelijke teksten ABCDE TWEE, niveaus A-B-C (referentieniveau 1F) ABCDE TWEE, niveaus D-E (referentieniveau 2F) Interpreteren --Opdrachten rond het kritisch omgaan met feiten en meningen in de tekst en rond het schrijfdoel van de auteur --Opdrachten rond het kritisch omgaan met feiten en meningen in de tekst en rond het schrijfdoel van de auteur Evalueren --Opdrachten waarbij de leerling zijn oordeel over de tekst verwoordt --Opdrachten waarbij de leerling op macroniveau verbanden binnen de tekst beoordeelt Samenvatten --Opdrachten waarbij de leerling informatie samenvat --Opdrachten waarbij de leerling informatie samenvat Opzoeken --Opdrachten rond het gebruik van naslagwerken en schema s --Opdrachten rond het gebruik van naslagwerken en schema s 15

Lezen: fictionele, narratieve* en literaire teksten ABCDE TWEE, niveaus A-B-C (referentieniveau 1F) ABCDE TWEE, niveaus D-E (referentieniveau 2F) Taken Lezen van fictionele, narratieve en literaire teksten --Ontspannende teksten --Sfeeroproepende teksten --Ontspannende teksten --Sfeeroproepende teksten Taakuitvoering Begrijpen --Opdrachten rond inleving in personages, rond het samenvatten van de tekst, rond wisseling van tijd en plaats en rond het verschil prozapoëzie --Opdrachten rond inleving in personages, rond het samenvatten van de tekst en rond het herkennen van genres Interpreteren --Opdrachten rond het herkennen van het fictionele element in de tekst en rond het herkennen van emoties --Opdrachten rond het realistisch gehalte van de tekst en rond het typeren van personages Evalueren --Opdrachten waarbij de leerling zijn oordeel over de tekst verwoordt --Opdrachten waarbij de leerling zijn oordeel over de tekst verwoordt en beargumenteert * verhalende 16