art 7 ERNSTIG Welzijnswet 1996, art 94bis, 1 KB Welzijnsbeleid 1998, art 26, 4 ARBEIDSWEGONGEVAL Een ongeval van een werknemer is een arbeidsongeval (AO) als volgende voorwaarden zijn vervuld: een plotse gebeurtenis, met een letsel, één of meerdere uitwendige oorzaken, het ongeval is gebeurd tijdens en door het feit van uitvoering van de arbeidsovereenkomst. Opmerking Er is altijd een causaal verband tussen ongeval en letsel. Maar het letsel dat de werknemer overkomt, moet niet altijd tot arbeidsongeschiktheid leiden. Er moeten daarentegen wel altijd medische kosten worden gemaakt. Een ongeval dat schade veroorzaakt aan prothesen of orthopedische toestellen wordt ook beschouwd als arbeidsongeval. Hierbij moet er geen letsel van de betrokken werknemer worden aangetoond. Een ongeval van een werknemer is een ernstig arbeidsongeval (EAO) als het ongeval zich op de arbeidsplaats zelf voordoet en dat wegens zijn ernst een grondig specifiek onderzoek vereist met het oog op het treffen van preventiemaatregelen die een herhaling van het ongeval moeten vermijden. De criteria om een ongeval als een ernstig arbeidsongeval te bestempelen zijn: 1. Een dodelijk arbeidsongeval; 2. Een arbeidsongeval dat direct verband houdt met: een gebeurtenis: zie lijst in bijlage I van het KB Welzijnsbeleid, en/of het betrokken voorwerp zie lijst in bijlage II van het KB Welzijnsbeleid. en dat aanleiding heeft gegeven tot: hetzij een blijvend letsel (lijst in bijlage III van KB Welzijnsbeleid ) hetzij een tijdelijk letsel (lijst in bijlage III van het KB Welzijnsbeleid). Opmerking De lijsten in bijlage I, II en III zijn gebaseerd op de tabellen A, B en E welke gebruikt worden bij het invullen van de codes bij aangifte van arbeidsongevallen. Een ongeval van een werknemer op de weg naar het werk (arbeidswegongeval) is een arbeidsongeval als het gaat om ongevallen die zich voordoen in de loop van het normale traject dat de werknemer moet afleggen om zich van zijn verblijfplaats naar zijn werk (en omgekeerd) te verplaatsen. Dit traject begint vanaf het moment dat de werknemer de drempel van zijn eerste of tweede verblijfplaats overschrijdt. art 8 1 Welke trajecten zijn inbegrepen? De normale weg is de snelste weg om op het werk of om thuis geraken. Ook redelijke omwegen kunnen deel uitmaken van dit woon-werk traject, zoals: De uitzendkracht brengt/haalt zijn kinderen naar/van school, crèche, Ophalen/afzetten van collega s in het kader van carpooling naar het werk. 1 van 5
LICHTE KB Arbeidsongevallenaangifte 2003, art 1 en 2 INCIDENT OF BIJNA- ONGEVAL AANGIFTE ONGEVALLEN Een licht arbeidsongeval is : als de eerste hulp op de werkplek volstaat, de tussenkomst van een arts niet nodig is, het ongeval geen salarisverlies noch arbeidsongeschiktheid voor het slachtoffer betekent. De werkgever vult het EHBO-register in zodra hij ingelicht is over het licht arbeidsongeval. Als de gevolgen van het licht arbeidsongeval later zouden verergeren, dan zal men op basis hiervan alsnog een arbeidsongevallenaangifte bij de verzekeraar kunnen indienen. Zie CIN 2014 01 «Arbeidsongevallenaangifte». In de wetgeving is er geen definitie van «incident» of «bijna-ongeval». In de literatuur is wel een bruikbare definitie te vinden: Een incident of bijna ongeval is een ongewenste gebeurtenis of gevaarlijke situatie die al dan niet schade kan veroorzaken. De mogelijke schade kan zich voordoen bij personen, aan materiaal, aan machines,. De Arbeidsongevallenwet van 1971 verplicht de werkgever om ongevallen die aanleiding kunnen geven tot een schadevergoeding aan te geven bij de arbeidsongevallenverzekeraar. Bij uitzendkrachten wordt in dit geval het uitzendbureau beschouwd als werkgever. Bij een arbeidsongeval verwittigen de gebruiker en de uitzendkracht onmiddellijk het uitzendbureau en geven hen de nodige informatie om de arbeidsongevallenaangifte te kunnen indienen bij de verzekeraar. Voor meer informatie, zie CIN 2014 01 «Arbeidsongevallenaangifte». art 62 Welk ongeval? Aan wie? Door wie? Wanneer? Hoe? Alle AO op de werkplek en in het woonwerkverkeer Verzekeraar Werkgever (bij uitzendkrachten het uitzendbureau) binnen 8 kalenderdagen Papieren aangifte of elektronische aangifte via Kruispuntbank 2 van 5
KENNISGEVING In bepaalde gevallen moet de werkgever de overheid (inspectiediensten) of andere instanties informeren over de arbeidsongevallen op de werkplek. Het betreft hierbij de kennisgeving of melding die telefonisch, op papier, per fax of e-mail kan worden uitgevoerd. Welzijnswet 1996, art. 94nonies Codex, TI, H III, art. 26 2 en art. 27 Codex, TI, HIII, Welzijnsbeleid, art. 28 Arbeidsongeval Aan wie? Wanneer? Hoe? Bij dood of EAO met blijvende ongeschiktheid Arbeidsinspectie onmiddellijk Elk geschikt technologisch middel voor A en B Externe preventiedienst voor C en D EAO met tijdelijk letsel Arbeidsinspectie Binnen 10 dagen Gewoon arbeidsongeval vanaf vier dagen verlet voor A en B Externe preventiedienst voor C en D of Dienst Risicobeheersing van de Externe Dienst ingeval C- of D-. Medische Dienst van interne dienst PBW of medische dienst van externe dienst PBW. Kopie AO-aangifte of steekkaart Kopie AO-aangifte of steekkaart 3 van 5
ONDERZOEK De werkgever onderzoekt alle arbeidsongevallen overkomen aan zijn werknemers waaronder ook deze van de uitzendkrachten. De werkgever (gebruiker) betrekt het uitzendbureau met de analyse van het arbeidsongeval van de betrokken uitzendkracht op zijn werkplek. Wet Uitzendarbeid 1987, art 19 Welzijnswet 1996, art 94ter KB Welzijnsbeleid 1998, art 11 en 26 Als Niet ernstig arbeidsongeval Ernstig arbeidsongeval Dan Stelt de interne preventiedienst van de werkgever een ongevallensteekkaart op voor alle arbeidsongevallen op de werkplek met een arbeidsongeschiktheid van 4 of meer dagen. Beschikt de interne preventiedienst niet over een preventieadviseur niveau 1 of 2, wordt deze taak overgenomen door de externe dienst PBW. Een kopie van de arbeidsongevallenaangifte mag gebruikt worden als arbeidsongevallensteekkaart, op voorwaarde dat de gebruiker deze aanvult met de nodige te nemen preventiemaatregelen. De preventieadviseur ondertekent de arbeidsongevallensteekkaart. Ze wordt 10 jaar bewaard door de gebruiker. Laat de werkgever zijn (interne of externe) preventiedienst een omstandig verslag opstellen en bezorg dit binnen de 10 dagen aan de inspectie «Toezicht welzijn op het werk». Het uitzendbureau werkt mee bij de opstelling van het omstandig verslag voor zijn uitzendkrachten. Voor meer informatie over ernstige arbeidsongevallen, zie CIN 2016 09 «Ernstige arbeidsongevallen». ARBEIDS- ONGESCHIKTHEID art 22 AO-VERZEKERING art 49 VERZWAARD RISICO KB Verzwaard risico 2008 Wanneer het arbeidsongeval een tijdelijke en/of permanente arbeidsongeschiktheid heeft veroorzaakt, heeft het slachtoffer vanaf de dag die volgt op het begin van die arbeidsongeschiktheid, recht op een dagelijkse vergoeding. Opmerking: Een arbeidsongeval en een beroepsziekte zijn twee verschillende zaken. Een beroepsziekte wordt veroorzaakt door het uitoefenen van een bepaald werk, en is iets dat niet «plots» gebeurt zoals bij een arbeidsongeval. De werkgever sluit zich verplicht aan bij een arbeidsongevallenverzekeraar. Als juridische werkgever voor uitzendkrachten ligt deze verplichting bij het uitzendbureau en niet bij de gebruiker. Het uitzendbureau zorgt bijgevolg voor de arbeidsongevallenaangiften van uitzendkrachten. Werkgevers die een onevenredig groot aantal arbeidsongevallen hebben in vergelijking met andere ondernemingen in dezelfde sector (op basis van NACE-code), ook «verzwaard risico» genoemd, betalen een forfaitaire bijdrage (ook «preventiecontributie» genoemd) aan hun arbeidsongevallenverzekeraar. Deze verzekeraar gebruikt de preventiecontributie voor het verbeteren van de preventie bij deze werkgever en bezorgt hierover een rapport aan het Fonds voor Arbeidsongevallen. Uitzendbureaus zijn hierbij uitgesloten voor wat betreft de arbeidsongevallen overkomen aan hun uitzendkrachten. Zie circulaire CIN 2016 01 «Verzwaard risico arbeidsongevallen» voor meer informatie. 4 van 5
WETGEVING Wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk (Welzijnswet) (laatste wijziging 29 februari 2016); Wet van 24 juli 1987 betreffende de tijdelijke arbeid, de uitzendarbeid en het ter beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers (Wet uitzendarbeid) (laatste wijziging 14 juni 2016); Wet betreffende arbeidsongevallen van 10 april 1971 (laatste wijziging 23 mei 2016); Koninklijk besluit van 12 maart 2003 tot vaststelling van de wijze en van de termijn van aangifte van een arbeidsongeval (laatste wijziging 19/03/2014); Koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk (KB Welzijnsbeleid) (laatste wijziging 28 mei 2014); Koninklijk besluit van 23 december 2008 tot uitvoering van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 in verband met de onevenredig verzwaarde risico s (laatste wijziging 25 november 2015). Draagwijdte en doelstelling van de circulaire Een circulaire herneemt de inhoud van een besluit op een eenvoudige en klare taal. De informatie opgenomen in deze circulaire wordt gegeven ten louter indicatieve titel en houden geenszins een raad of juridisch advies in. Preventie en Interim wijst elke aansprakelijkheid af voor enige schade die zou volgen, rechtstreeks of onrechtstreeks, uit een vergissing of een weglating in deze circulaire. Het gebruik van deze circulaire behoort tot de exclusieve verantwoordelijkheid van de lezer. 5 van 5