Bacheloropleiding Management in de Zorg

Vergelijkbare documenten
Deze versie treedt in werking op 1 september 2016 en vervangt alle voorgaande versies.

A. Nadere facultaire invulling van onderstaande artikelen uit de HU-OER

A. Nadere facultaire invulling van onderstaande artikelen uit de HU-OER

Functieprofiel: Manager Functiecode: 0202

Studiegids. Bacheloropleiding. Farmakunde

Bacheloropleiding Management in de Zorg

Studiegids. Bacheloropleiding. Communicatiesystemen Afstudeerrichting Bedrijfscommunicatie

Keuzedeel mbo. Zorg en technologie. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0137

Landelijk Opleidingscompetentieprofiel. Master Physician Assistant

Verkorte studiegids. Bacheloropleiding ACADEMISCHE LERARENOPLEIDING PRIMAIR ONDERWIJS (ALPO)

Zorginnovaties en technologie

Studiegids. Bacheloropleiding. Bouwtechnische Bedrijfskunde Voltijd

INHOUDSOPGAVE ALGEMEEN Aard van dit document Informatie en communicatie Inwerkingtreding en duur

Ruimtelijke Ordening en Planologie Voltijd

Functieprofiel: Adviseur Functiecode: 0303

Bacheloropleiding Management in de Zorg

Studiegids Bacheloropleiding Journalistiek Studiegids. Bacheloropleiding. Journalistiek /114

Studiegids. Bacheloropleiding. Communicatiemanagement voltijd

Competentieprofiel. kaderlid LGB Beroepsinhoud Zorg

Keuzedeel mbo. Gezonde leefstijl. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0219

De faculteit Communicatie en Journalistiek kent de volgende nadere regelgeving die een integraal onderdeel van de OER vormen:

Begrippenkader Studieloopbaanbegeleiding en Reflectie

Competentieprofiel. Instituut voor Interactieve Media. Competentieprofiel studenten Instituut voor Interactieve Media vastgesteld juni 2006

Erratum Studiegids Communicatiemanagement voltijd

Functieprofiel: Studentendecaan Functiecode: 0401

Studiegids. Bacheloropleiding. Journalistiek

Studiegids. Associate degree Eventmanager

Uitleg over de OER Alles wat iedere student moet weten over zijn of haar Onderwijs- en Examenregeling (OER)

Studiegids. Bacheloropleiding deeltijd. Technische Bedrijfskunde

Studiegids. Bacheloropleiding. Facility Management Versie 1.1. Hogeschool Utrecht, HU Diensten Utrecht, september 2013

FUNCTIEBESCHRIJVING BELEIDSMEDEWERKER ONDERZOEKSINFRASTRUCTUUR

CANMEDS EN VERPLEEGKUNDIGE TAKEN ZORGROBOTICA VOLGENS HET BEROEPSPROFIEL VERPLEEGKUNDIGE

Functieprofiel: Senior Managementassistent Functiecode: 0305

Studiegids. Masteropleiding. Dovenstudies / Leraar Nederlandse Gebarentaal

vastgesteld door de faculteitsdirectie op 19 maart instemming van de facultaire medezeggenschapsraad op 5 april 2012.

Studentendecaan. Context. Doel

Bacheloropleiding Management in de Zorg

Studiegids. Bacheloropleiding. Civiele Techniek Voltijd

OER. Uitleg over de. Alles wat iedere student moet weten over zijn of haar Onderwijs- en Examenregeling (OER)

Informatiemanager. Doel. Context

Bijlage cursusomschrijvingen. Management in Zorg deeltijd

2 ALGEMENE BESCHRIJVING VAN DE OPLEIDING Naam

Studiegids. Bacheloropleiding. Journalistiek

Studiegids. Bacheloropleiding HBO-Rechten deeltijd inclusief afstudeerrichting kandidaatgerechtsdeurwaarder

Studiegids. Bacheloropleiding. AD Eventmanager

Post HBO opleiding Management in Zorg en Welzijn

Toekomstbestendige beroepen in de verpleging en verzorging

Functieprofiel: Faculteitsdirecteur Functiecode: 0205

PR V1. Beroepscompetentie- profiel RBCZ therapeuten

Opleidingscommissies Hogeschool Utrecht

Studiegids. Bacheloropleiding. Milieukunde (duaal)

Functieprofiel Beleidsadviseur Functieprofiel titel Functiecode 00

Studiegids. Associate Degree Eventmanager

Studiegids. Bacheloropleiding. Culturele en Maatschappelijke Vorming Afstudeerrichting Social Management

Studiegids. Bacheloropleiding. Milieukunde Duaal

Functieprofiel doktersassistent(e)

Governance. Informatiemanagement. Architectuur. Gemeenschappelijk

A. Hieronder is voor zover van toepassing nadere facultaire invulling per artikel gegeven

OER Master facultair hoofdstuk 10 Maatschappij & Recht Vastgesteld d.d

Studiegids. Bacheloropleiding. Geodesie/Geo-informatica Duaal

Specifieke doelgroepen DA

Arbo- en Milieudeskundige

Studiegids. Bacheloropleiding Pedagogiek. Voltijd

Functiekaart. Functionele loopbaan: B4 B5

A. Hieronder is voor zover van toepassing nadere facultaire invulling per artikel gegeven:

Deze versie treedt in werking op 1 september 2013 en vervangt alle voorgaande versies.

Studiegids. Bacheloropleiding. Bouwkunde Voltijd

Format voor het plan van aanpak voor het aanvragen van een ster

Studiegids Bachelor Fysiotherapie voltijd

Studiegids. Bacheloropleiding. Bedrijfskunde MER. Voltijd Versie 1.2

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel)

Doel. Context VSNU UFO/INDELINGSINSTRUMENT FUNCTIEFAMILIE ONDERWIJS- & ONDERZOEKSONDERSTEUNING VAARDIGHEIDSDOCENT VERSIE 3 APRIL 2017

Studiegids. Bacheloropleiding. Farmakunde

Studiegids Bacheloropleiding HBO-Rechten deeltijd, inclusief afstudeerrichting kandidaatgerechtsdeurwaarder /94

van onderwijs en onderwijsondersteuning binnen Directeur onderwijsinstituut

Studiegids. Bacheloropleiding voltijd. Sociaal Pedagogische Hulpverlening

De onderwijs- en examenregeling

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel)

Studiegids. Bacheloropleiding deeltijd. Informatica

Studiegids. Bacheloropleiding. Sociaal Pedagogische Hulpverlening Studiegids bacheloropleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening

Functieprofiel: Lector Functiecode: 0101

Studiegids. Bacheloropleiding deeltijd. Pedagogiek

Studiegids. Bacheloropleiding COMMUNICATIESYSTEMEN, AFSTUDEERRICHTING DIGITALE MEDIA EN COMMUNICATIE

1.2 Waartoe dient het bedrijfsmaatschappelijk werk? Visie Doelstelling 21

Studiegids. Bacheloropleiding. Communicatiemanagement voltijd

Studiegids. Bacheloropleiding. Bouwkunde Duaal

Concretere eisen om te (kunnen) voldoen aan relevante wet- en regelgeving zijn specifiek benoemd

Studiegids. Bacheloropleiding. Facility Management Versie 1.3

A. Hieronder is voor zover van toepassing nadere facultaire invulling per artikel gegeven

Functieprofiel: Projectleider Functiecode: 0302

Functieprofiel: Arbo- en Milieucoördinator Functiecode: 0705

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Bijlage, Bachelor Opleiding Docent Muziek

VISIE OP ONDERWIJS. Associate degrees voltijd

Functieprofiel: Teamleider Onderwijs Functiecode: 0108

Competentie 1 Ondernemerschap Initiëren en/of creëren van producten en/of diensten, zelfstandig en ondernemend.

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) Masteropleiding Leraar Engels. Studiejaar

Instituut voor Gezondheidszorg

Studiegids bacheloropleiding CM deeltijd Studiegids. Bacheloropleiding. Deeltijd /130

Opleiding: Eerst Verantwoordelijke Verzorgende met plus (EVV met plus)

Transcriptie:

Studiegids Bacheloropleiding Management in de Zorg Instituut Verpleegkundige Studies 2012-2013 Hogeschool Utrecht, HU Diensten Utrecht, september 2012

Inhoudsopgave 1 Voorwoord 5 2 Inrichting van de opleiding 7 2.1 Beroepsprofiel... 7 2.1.1 Beroep... 7 2.1.2 Uitwerking van beroepsprofiel... 7 2.1.3 Competenties beginnende beroepsbeoefenaar... 24 2.1.4 Vaardigheden afgestudeerde... 25 2.1.5 Werkveld en functies... 37 2.2 Opleidingsprofiel... 38 2.2.1 Algemeen... 38 2.2.2 Doelstelling opleiding... 39 2.2.3 Het hbo-niveau van de opleiding... 39 2.2.4 Didactische uitgangspunten... 43 2.3 Inrichting opleiding... 44 2.3.1 Opleidingsvarianten... 44 2.3.2 Verkorte en versnelde opleidingsroutes... 45 2.3.3 Getuigschriften... 45 2.3.4 Graden en titulatuur... 45 2.3.5 Opleidingsstructuur... 46 2.4 Propedeuse... 47 2.4.1 Programma... 49 2.4.2 Studieadvies... 49 2.4.3 Overstappen... 51 2.5 Hoofdfase... 53 2.5.1 Toelating hoofdfase... 54 2.5.2 Programma s... 54 2.5.3 Stages en stagewaardigheid... 56 2.5.4 Profileringsruimte... 58 2.5.5 Excellentie... 59 2.5.6 Afstuderen... 60 2.5.7 Vervolgopleidingsmogelijkheden... 61 2.6 Examencommissie... 61 2.6.1 Instelling en benoeming... 61 2.6.2 Samenstelling... 62 2.6.3 Taken en bevoegdheden... 62 2.6.4 Verzoekschrift... 62 2.7 Introductie- en begeleidingsdagen, excursies, werkweken en trainingen... 63 2.8 Voorzieningen... 63 2.8.1 Begeleiding... 63 2.8.2 ICT-faciliteiten... 64 2.8.2.1 Algemeen... 64 2.8.2.2 Studentenmail... 65 2.8.2.3 SharePoint... 65 2.8.2.4 OSIRIS Student... 65 2.8.2.5 Wachtwoord... 67 2.8.2.6 Informatiebeveiliging en privacy... 67 2.8.2.7 Registratie studievoortgang... 67 2.8.3 Onderwijsbalie... 68 2.8.4 Studievereniging... 68 2.8.5 Opleidingscommissies... 69 2.9 Contactgegevens... 69 3 Cursussen 70 3.1 Cursusdeelname... 70 3.2 Inschrijving voor cursussen... 70 2/209

3.3 Aanwezigheidsplicht... 70 3.4 Beginvereisten... 70 4 Tentamens en examens 71 4.1 Introductie... 71 4.2 Vrijstellingen... 71 4.3 Organisatie tentamens... 72 4.3.1 Tentamenvorm en -duur... 72 4.3.2 Tentamenrooster... 74 4.3.3 Inschrijving en deelname (her)tentamens... 74 4.3.4 Voorzieningen in geval van een functiebeperking... 75 4.3.5 Legitimatieplicht bij schriftelijke tentamens... 77 4.3.6 Gang van zaken tijdens tentamens... 77 4.4 Beoordeling... 78 4.4.1 Toekennen resultaat en inzage... 78 4.4.2 Onregelmatigheden / fraude... 80 4.4.3 Bewaring en teruggave tentamen- en examenwerk... 81 4.4.4 Geldigheidsduur resultaten... 81 5 Diplomering 82 5.1 Procedure afgifte getuigschrift... 82 5.2 Aantekening cum laude of met genoegen... 82 6 Roosters 84 6.1 Jaarrooster... 84 6.2 Vakanties en vrije dagen... 84 6.3 Lesdagen en tijden... 84 6.4 Openingstijden gebouwen... 85 6.5 Roosterinformatie en -wijzigingen... 85 7 Klachten, bezwaar en beroep 86 7.1 Inleiding... 86 7.2 Bezwaar... 86 7.3 Beroep... 87 7.3.1 Beroep aantekenen... 87 7.3.2 Hoger beroep... 88 7.4 Klachten... 88 7.4.1 Klacht indienen... 88 7.4.2 Herzieningsverzoeken bij klachten... 88 7.5 Ongewenst gedrag... 89 8 Studentzaken 90 8.1 Studiebegeleiding... 90 8.2 Profileringsfonds... 90 8.3 Studentendecaan... 91 8.4 Vertrouwenspersoon... 92 8.5 Studentenarts... 92 8.6 Bureau Studentenpsychologen... 93 8.7 Mediation... 93 8.8 Studeren met een functiebeperking... 93 8.9 Verbetering taal- en schrijfvaardigheden... 94 8.10 Mediatheek... 94 8.11 International Office... 94 8.11.1 Study abroad... 94 8.11.2 Stage in het buitenland... 95 8.12 Medezeggenschap... 95 8.12.1 Inspraakorganen... 95 8.12.2 Ondersteuning bestuurlijk actieve studenten... 96 8.13 Studium Generale... 96 8.14 Studentenvereniging... 96 8.14.1 Algemeen... 96 8.14.2 Bestuursbeurs... 97 3/209

8.15 Topsport... 97 8.16 Trajectum... 97 8.17 Sport... 97 8.18 Veilig, gezond en milieuvriendelijk studeren... 97 8.19 Verzekeringen: Wettelijke aansprakelijkheid, ongevallen en reisverzekering... 99 8.20 Werken naast je studie... 100 8.21 Huisvesting... 100 9 Over de HU 101 9.1 Algemene informatie... 101 9.1.1 Onderwijsprofiel HU... 101 9.1.2 Bachelor- en Masterstelsel... 102 9.1.3 Hogeschool- en faculteitsregelingen... 103 9.1.4 Orderegels... 104 9.1.5 Kwaliteitszorg... 105 9.1.6 Organogram HU... 105 9.1.7 Locaties HU... 105 9.2 Algemene informatie faculteit Gezondheidszorg... 105 9.2.1 Algemeen... 105 9.2.2 Organogram faculteit... 107 9.2.3 Contactgegevens... 107 9.2.4 Plattegrond... 107 9.2.5 Praktische voorschriften en aanwijzingen... 108 9.2.6 Faciliteiten... 108 9.2.7 In- en uitschrijven voor de opleiding... 109 9.2.8 Toelatingsonderzoek... 110 9.2.9 Studiekosten, eigen bijdragen en tegemoetkoming... 110 9.2.9.1 Collegegeld... 110 9.2.9.2 Kosten voor boeken en leermiddelen... 112 9.2.9.3 Overige kosten... 112 9.2.9.4 Financiële tegemoetkoming... 112 10 Cursusbeschrijvingen 113 11 Bijlagen 114 11.1 Onderwijs- en examenregeling... 114 Deze studiegids is op 18 juni 2012 vastgesteld door Frank Buijs, senior adviser Faculty of Health Care, namens de instituutsdirecteur a.i. na advies van de OC en goedgekeurd door de faculteitsdirecteur op 25 juni 2012. 4/209

1 Voorwoord Beste student, Voor je ligt de studiegids 2012-2013 van de opleiding Management in de Zorg. We hopen dat je bij onze opleiding een prettige en succesvolle studietijd hebt. In deze studiegids vind je belangrijke spelregels en informatie die je daarbij kunnen helpen. Hogeschool Utrecht biedt vraaggestuurd en competentiegericht onderwijs aan. Competentiegericht: dat wil zeggen dat jij goed voorbereid bent als je het beroepsleven begint (zie 2.1 1.). Vraaggestuurd: we streven ernaar het onderwijs en ook de ondersteuning eromheen zo in te richten dat jij je in en tijdens je studie kunt ontwikkelen op een manier die jíj belangrijk vindt en die bij je past. Hieronder vind je informatie over de belangrijkste aspecten van je studie en de keuzes die jij kunt maken. Invloed van de student Veel van onze mogelijkheden zijn ontwikkeld of verbeterd op initiatief van je medestudenten. De hogeschool beschouwt je als partner, je maakt deel uit van onze kennisgemeenschap. De HU hecht daarom veel waarde aan jouw mening en ideeën. Dat begint al bij de evaluaties van alle cursussen, waar je als student je oordeel en verbetertips kan geven. Ook organiseren we op opleidingen of faculteiten onderwijsdialogen, waarin we samen in gesprek gaan over je opleiding en alles eromheen. De HU ondersteunt actief deelname van studenten in opleidingscommissies en medezeggenschapsorganen (8.12). We vragen je elk jaar de NSE (Nationale Studenten Enquête) in te vullen. En ben je bijzonder tevreden over het onderwijs van de ene docent (e); nomineer hem/haar als docent(e) van het jaar! Excelleren De HU kent verschillende vormen van excellentie. Wanneer je uitstekende resultaten in je studie haalt, kun je bij je diploma de aantekening cum laude of met genoegen ontvangen (5.2). Maar je kunt ook uitblinken op andere aspecten als innovatie en leiderschap. Ook dat wil de HU graag onderstrepen en hiervoor is het SIRIUS-programma ontwikkeld. Je kunt sterren verzamelen en als je erg goed bent, ontvang je het predicaat Excellente student (2.5.5.). Verbreden en verdiepen Veel opleidingen kennen afstudeerrichtingen, waarin je je kunt specialiseren op een onderdeel van je vakgebied. Daarnaast kennen de meeste opleidingen de zogenaamde vrije profileringsruimte (van 30 EC, een half jaar), die je kunt gebruiken om je te verdiepen binnen je eigen vakgebied, maar ook om kennis te maken met een geheel ander vakgebied. Binnen jouw faculteit, een opleiding van een andere faculteit, maar ook een cursus aan een andere instelling is mogelijk (2.5.4). Ook kun je een eigen examenprogramma ontwikkelen, je studieloopbaanbegeleider (SLB er, 2.8.1) kan je hierover adviseren. De examencommissie van je opleiding (2.6) moet daar toestemming voor geven. Ook is er Studium Generale dat inspirerende programma s aanbiedt. Wat anders? Je kunt je studietijd natuurlijk ook willen benutten om je zo breed mogelijk te ontwikkelen en juist ervaring buiten je reguliere studie op te doen. Wil je een tijdje studeren in het buitenland (8.11)? Of dacht je erover bestuurlijk actief te worden in bijvoorbeeld een studievereniging, gezelligheidsvereniging of studentensportclub? (8.14, 8.17). Hiervoor noemden we al medezeggenschap en opleidingscommissies. Of combineer je topsport met een studie (8.15)? Er is van alles denkbaar dat door de HU actief ondersteund wordt. Studievertraging Het kan ook dat je studie door allerlei oorzaken niet verloopt zoals je dat graag zou willen. Als dat komt door oorzaken waar jij niets aan kunt doen, bijvoorbeeld ziekte of relatieproblemen, zijn er verschillende regelingen waarop je een beroep kunt doen. Als je door jouw persoonlijke situatie tentamens mist, kan je om een extra herkansing vragen (4.3.3). Haal je te weinig studiepunten en dreig je een negatief studieadvies te krijgen, dan krijg je hulp bij een studieplanning waar de examencommissie wel rekening 1 De nummers verwijzen naar een paragraaf in de studiegids 5/209

mee kan houden (2.4.2). En had je een studiebeurs, maar studeer je door deze omstandigheden zo lang dat je geen er recht meer op hebt? Dan is er een mogelijkheid tot financiële ondersteuning (8.) In al deze gevallen geldt: meld het zo spoedig mogelijk aan je studieloopbaanbegeleider (2.8.1) of je studentendecaan (8.3)! Als je te lang over je studie doet, kun je langstudeerder worden. Om dat te voorkomen bieden opleidingen soms extra inhaaltrajecten aan. Die worden via SharePoint bekend gemaakt. En heb je een functiebeperking? Dan kun je mogelijk langer over je studie doen, maar dat hoeft lang niet altijd. De hogeschool kent een breed scala aan voorzieningen die jou in je studie kunnen ondersteunen (8.8). Problemen en klachten Heb je problemen die je studie negatief beïnvloeden? Of vragen omdat je niet precies weet waar je terecht kunt? Bij je SLB er (2.8.1) of een studentendecaan (8.3) ben je aan het juiste adres; zij kunnen je adviseren of doorverwijzen. Als je klachten hebt over de bejegening door studenten of medewerkers, kun je ook een vertrouwenspersoon (8.4) inschakelen. Zijn er bijvoorbeeld samenwerkingsproblemen in je projectgroep: als je ze op tijd inschakelt kunnen onze studentmediators vaak escalatie voorkomen en de samenwerking weer herstellen (8.7). En gaat er binnen de HU iets fout of ben je het niet eens met een besluit? Op elke faculteit of opleiding is een klachtenloket waar je terecht kunt met bezwaren en klachten (7.1). Wat verwacht de HU van jou? Wij streven ernaar je een opleiding en studieklimaat te bieden waarin je je optimaal kunt ontplooien. We willen niet dat dit door andere studenten wordt verpest door ongewenst gedrag (bijvoorbeeld intimidatie, hatemails, verbaal of fysiek geweld), en verwachten dan ook dat je je aan onze interne regels houdt (9.1.4) Als je een diploma haalt, moet je dat ook verdiend hebben. Fraude (4.4.2) wordt niet getolereerd. Zeker als het gevolgen heeft voor onschuldige medestudenten doordat tentamenresultaten ongeldig worden verklaard zijn de straffen zwaar. Zowel ongewenst gedrag als fraude kunnen leiden tot verwijdering van de opleiding. Je ziet, er zijn heel veel mogelijkheden bij de HU om een prettige studietijd te hebben. Je vindt het merendeel terug in deze studiegids. Lees de gids goed door, voordat je aan je studie begint. Via de inhoudsopgave kun je altijd achterhalen waar je iets kunt vinden. Is het niet duidelijk of kun je het niet vinden: kijk op SharePoint, of vraag het je SLB er of bij de onderwijsbalie van Management in de Zorg. We wensen je een prettige studietijd en veel succes in dit studiejaar. Mede namens alle collega s die aan jouw opleiding bijdragen, Ingrid Spaan Directeur Instituut Verpleegkundige Studies 6/209

2 Inrichting van de opleiding 2.1 Beroepsprofiel 2.1.1 Beroep De opleiding Management in de Zorg kent een voltijd en een deeltijdvariant. De deeltijdvariant is bestemd voor werkers in de zorg, welzijn en dienstverlening die een volgende stap in hun carrière willen zetten, namelijk het geven van leiding in de positie van een middenmanager. De voltijdvariant kent een breder werkterrein op de gebieden van leefstijl, arbeid, technologie en wellness en leidt op voor functies als projectmanager, voorlichter, adviseur en coördinator. In de complexe omgeving van zorg en welzijn zijn professionals nodig die de hele keten kunnen overzien en bruggen kunnen slaan tussen alle partijen. 2.1.2 Uitwerking van beroepsprofiel Het beroepsprofiel van Management in de Zorg is een landelijk profiel, vastgesteld en in juni 2010 geactualiseerd door de brancheorganisaties en hogescholen. Het profiel is toegespitst op de (hiërarchische) positie van middenmanager en toepasbaar op het bredere werkterrein van de voltijd variant. Het profiel is gericht op het sturen en leiding geven aan de primaire processen in gezondheidszorg- en welzijnsorganisaties en op het geven van sturing aan de ontwikkeling, implementatie en borging van beleid. Daarbij horen kwalificaties op het terrein van het managen van processen, mensen en middelen. De uitoefening vergt een HBO denk- en werkniveau. Management in de Zorg voltijd (leefstijl, arbeid en gezondheid) De voltijd opleiding Management in de Zorg sluit aan bij de al langer bestaande deeltijd. Het betekent dat het landelijk opleidingsprofiel (zie 2.1.1) het uitgangspunt is geweest bij de ontwikkeling van voltijdse variant. Tweede belangrijke input voor de inhoudelijke onderbouwing van de voltijd variant is voorgekomen uit een externe marktanalyse. Daarin hebben vertegenwoordigers uit het toekomstig beroepenveld aangegeven wat voor hen de meest relevante competenties zijn voor de nieuwe zorgprofessionals, en in welke rollen en functies men die nieuwe professionals zou willen inzetten. Deze twee invalshoeken hebben geleid tot het omschrijven van één integrale rol en vijf beroepsrollen. Vervolgens zijn, vanuit het landelijke profiel en vanuit de externe analyse, gekoppeld aan de 6 rollen, 27 kwalificaties vastgesteld. Vijf beroepsrollen en één integrale rol De vijf rollen schetsen een goed beeld over datgene wat je als afgestudeerde van de opleiding wordt verwacht. Deze rollen met de daarbij behorende taakgebieden en competenties vormen het uitgangspunt voor de eindkwalificaties van de bacheloropleiding. 1. Rol gezondheidszorgdeskundige: WAT Voorbereiden, uitvoeren, evalueren en verbeteren van interventies, gericht op groepen cliënten dan wel organisaties, bedrijven of overheden binnen het gekozen zorgdomein. Bijdragen aan zorgbeleid en zorgvernieuwing in de organisatie. Eigen deskundigheid uitbouwen en inzetten voor verdere ontwikkeling van het beroep en ondersteuning van anderen in de sector. WAARTOE Beantwoorden van de vraag van (groepen) cliënten, organisaties, bedrijven of overheden. 2. Rol coördinator: WAT Een op de vraag toegesneden activiteitenpakket dan wel dienstenaanbod ontwikkelen en zorgen voor de kwaliteitsborging hiervan. 7/209

WAARTOE Zorg dragen voor een kwantitatief en kwalitatief adequate inzet van mensen en middelen, afgestemd op dat activiteitenpakket of dienstenaanbod. Regelen, plannen, coördineren, beheren, registreren, archiveren. Overdragen, overleggen, vergaderen, besluiten nemen, procedures ontwikkelen. Effectieve en efficiënte taakuitvoering mogelijk maken, zowel van zichzelf als van collega s als met team, vaak in multidisciplinaire settings. 3. Rol projectleider: WAT Projecten initiëren, inrichten, ontwikkelen, uitvoeren en evalueren. WAARTOE Verbeteringen en vernieuwingen in de praktijk van het gekozen zorgdomein. 4. Rol educator / adviseur / coach WAT Anderen ondersteunen bij hun leerproces: GVO-activiteiten en preventie-activiteiten. Adviseren aan (groepen)cliënten, organisaties, bedrijven en overheden op het eigen zorgdomein. Coaching van collega s. WAARTOE Het bevorderen van gezond gedrag. Het ondersteunen van organisaties, bedrijven en overheden bij het implementeren van verbeteringen of vernieuwingen. De persoonlijke en professionele ontwikkeling van individuele medewerkers faciliteren en ondersteunen. 5. Rol innovator: WAT Initiëren, faciliteren, implementeren en sturen van veranderingsprocessen. Actief de ontwikkeling en uitvoering van innovatief en strategisch beleid van de organisatie ondersteunen; vertalen naar eigen werkeenheid en / of taakopdracht. WAARTOE Het verbeteren en vernieuwen van de zorgverlening in de praktijk / werkorganisatie. 6. Integrale rol / rol zelfstuurder WAT Het eigen beroepsmatig handelen, houding en motivatie beschrijven, erop reflecteren en deze verder ontwikkelen. De eigen beroepsontwikkeling in kaart brengen (zijn eigen leervragen definiëren) verder uitstippelen en ter hand nemen. De eigen professionaliteit voortdurend ontwikkelen op basis van nieuwe situaties in de samenleving en/of beroepsdomein. WAARTOE Het ontwikkelen van de eigen professionaliteit en de professie zelf. Rollen en competenties per niveau Rollen en kwalificaties Hieronder staan in schema de 6 rollen met daaraan gekoppeld de opleidingskwalificaties die richtinggevend zijn voor de opleiding ( oorspronkelijk waren er 27 competenties, twee zijn samengevoegd waardoor er 25 in het schema zijn beschreven). Integrale kwalificatie: Rolomschrijving Kwalificaties 0. Zelfstuurder 1. De beginnend beroepsbeoefenaar kan het beroepsmatig handelen, houding en motivatie beschrijven, erop reflecteren en deze verder ontwikkelen. 2. De beginnend beroepsbeoefenaar kan verantwoording afleggen over efficiency en effectiviteit van het eigen professioneel handelen. 3. De beginnend beroepsbeoefenaar kan de eigen professionaliteit voortdurend ontwikkelen op basis van nieuwe situaties in de 8/209

samenleving en/of beroepsdomein. 4. De beginnend beroepsbeoefenaar kan met andere medewerkers in de organisatie in verschillende rollen professioneel samenwerken. Vijf beroepsrollen: Rolomschrijving Kwalificaties 1. Gezondheidszorgdeskundige 5. De beginnend beroepsbeoefenaar kan als gesprekspartner binnen de gezondheidszorg en dienstverlening functioneren. 6. De beginnend beroepsbeoefenaar kan het cliënt / patiëntengedrag in de maatschappelijke en technologische ontwikkelingen interpreteren en hierop acties ondernemen. 7. De beginnend beroepsbeoefenaar kan de maatschappelijke, nationale en internationale) ontwikkelingen en veranderingen op het gebied van de gezondheidszorg en dienstverlening integreren in het (toekomstig) handelen. 8. De beginnend beroepsbeoefenaar kan een bijdrage leveren aan onderzoek ten behoeve van de ontwikkeling van de zorg- en dienstverlening. 9. De beginnend beroepsbeoefenaar kan ICT aanwenden voor verbetering van de zorg- en dienstverlening. 10. De beginnend beroepsbeoefenaar kan intern en extern communiceren en samenwerken met diverse doelgroepen. 2. Coördinator 11. De beginnend beroepsbeoefenaar kan de organisatie ondersteunen bij de dagelijkse gang van zaken. 12. De beginnend beroepsbeoefenaar kan een bijdrage leveren aan financieel beleid en beheer van de organisatie. 13. De beginnend beroepsbeoefenaar kan een bijdrage leveren aan het personeelsbeleid. 14. De beginnend beroepsbeoefenaar kan een plan deskundigheidsbevordering maken op teamniveau en individueel niveau. 3. Projectleider 15 De beginnend beroepsbeoefenaar kan een project plannen, inrichten en aansturen. 16. De beginnend beroepsbeoefenaar kan een noodzakelijke verandering aansturen. 4. Educator/adviseur/coach 17. De beginnend beroepsbeoefenaar kan in het kader van preventie voorlichtingsplannen ontwikkelen, uitvoeren en evalueren. 18. De beginnend beroepsbeoefenaar kan in het kader van preventie en voorlichting verschillende activiteiten ontwikkelen en met anderen uitvoeren. 19. De beginnend beroepsbeoefenaar kan de ontwikkelingen in de zorg en -dienstverlening volgen en vertalen voor marketing 20. De beginnend beroepsbeoefenaar kan d.m.v. coaching en intervisie een bijdrage leveren aan intercollegiale kwaliteitszorg. 21. De beginnend beroepsbeoefenaar kan een advies uitbrengen met betrekking tot ontwikkelingen in de gezondheidszorg, en er voor zorg dragen dat dit advies geaccepteerd en doorgevoerd wordt in de organisatie. 5. Innovator 22. De beginnend beroepsbeoefenaar kan als ondernemer optreden binnen en buiten de eigen organisatie. 23. De beginnend beroepsbeoefenaar kan de gezondheidszorg en dienstverlening op effectiviteit en efficiency beoordelen en 9/209

voorstellen doen tot verbetering. 24. De beginnend beroepsbeoefenaar kan in het kader van kwaliteitszorg een plan maken ter verbetering van de zorg- en dienstverlening, dit uitvoeren, implementeren en evalueren. 25. De beginnend beroepsbeoefenaar kan veranderingen in de samenleving (o.a. ook regelgeving) signaleren, onderzoeken en de resultaten hiervan vertalen in een bijdrage aan het beroep en het beroepshandelen. Rollen en kwalificaties per niveau 0. Zelfstuurder (integrale rol) 1. De beginnend beroepsbeoefenaar kan het beroepsmatig handelen, houding en motivatie beschrijven, erop reflecteren en deze verder ontwikkelen. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student kan leerdoelen formuleren en op basis hiervan zijn handelen en leerproces sturen. - De student kan reflecteren over zijn leer-, en beroepsmotivatie. - De student kan kritisch reflecteren op eigen handelen individueel en met anderen. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan het beroepsmatig handelen, houding en motivatie beschrijven, erop reflecteren en deze verder ontwikkelen. 2. De beginnend beroepsbeoefenaar kan verantwoording afleggen over efficiency en effectiviteit van het eigen professioneel handelen. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student kan verantwoording over gemaakte keuzen van het eigen leerproces afleggen. - De student kan keuzen maken op basis van efficiency en effectiviteit en deze motiveren. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan verantwoording afleggen over efficiency en effectiviteit van het eigen professioneel handelen. 3. De beginnend beroepsbeoefenaar kan de eigen professionaliteit voortdurend ontwikkelen op basis van nieuwe situaties in de samenleving en/of beroepsdomein. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student toont een leer-, ontwikkelhouding. - De student kan voortdurend reflecteren en stelt zelfstandig op basis hiervan het gedrag bij of onderneemt andere actie om te groeien. - De student volgt actief ontwikkelingen in het beroepsdomein en vertaalt deze naar zijn persoonlijk ontwikkelingsplan. - De student kan eigen sterke en zwakke kanten onderzoeken en hierop reflecteren. - De student kan zijn motivatie en mogelijkheden in kader van loopbaanperspectief verantwoorden. - De student kan aspecten van ethiek herkennen en bespreekbaar maken. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan de eigen professionaliteit voortdurend ontwikkelen op basis van nieuwe situaties in de samenleving en/of beroepsdomein. - De student kan ethische en normatieve aspecten van zijn handelen verantwoorden. 10/209

4. De beginnend beroepsbeoefenaar kan met andere medewerkers in de organisatie in verschillende rollen professioneel samenwerken. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student kan met andere studenten doelgericht samenwerken. - De student kan problemen herkennen in de samenwerking en kan een constructieve bijdrage leveren om deze op te lossen. 1. Gezondheidszorgdeskundige - De student kan samenwerken en kritische reflecteren over die samenwerking. - De student kan andermans rollen en de eigen rol bij samenwerking herkennen. - De student kan communicatietechnieken toepassen. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan met andere medewerkers in de organisatie professioneel samenwerken. - De student kan afhankelijk van de situatie de verschillende rollen integreren in zijn handelen. 5. De beginnend beroepsbeoefenaar kan als gesprekspartner binnen de gezondheidszorg en dienstverlening functioneren. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student kan medische en terminologie van het beroepsdomein gebruiken. - De student kan de invloed van gezond en ongezond gedrag herkennen en bespreekbaar maken. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan als gesprekspartner binnen de gezondheidszorg en dienstverlening functioneren. - De student kan communiceren met verschillende partijen in de gezondheidszorg. - De student kan nieuwe ontwikkelingen op het gebied van de gezondheidszorg en dienstverlening vertalen naar het beroepsmatig handelen. 6. De beginnend beroepsbeoefenaar kan het cliënt / patiëntengedrag in de maatschappelijke en technologische ontwikkelingen interpreteren en hierop acties ondernemen. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student heeft kennis van maatschappelijke en technologische ontwikkelingen in het beroepsdomein. - De student kan in een onderwijssituatie het cliënt / patiëntengedrag in de maatschappelijke en technologische ontwikkelingen interpreteren en hierop acties ondernemen. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan het cliënt / patiëntengedrag in de maatschappelijke en technologische ontwikkelingen interpreteren en hierop acties ondernemen. 7.De beginnend beroepsbeoefenaar kan de maatschappelijke, nationale en internationale ontwikkelingen en veranderingen op het gebied van de gezondheidszorg en dienstverlening integreren in het (toekomstig) handelen. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student kan het beroepsdomein plaatsen in een maatschappelijke context. - De student kan het actuele overheidsbeleid ten aanzien van de gezondheidszorg en dienstverlening in kaart brengen. - De student kan de maatschappelijke ontwikkelingen in Nederland relateren aan het (toekomstig) beroepsmatig handelen. - De student kan de maatschappelijke - De beginnend beroepsbeoefenaar kan de maatschappelijke, nationale en internationale) ontwikkelingen en veranderingen op het gebied van de gezondheidszorg en dienstverlening integreren in het 11/209

ontwikkelingen plaatsen in internationale ontwikkelingen. - De student kan de wettelijke normen en richtlijnen in het beroepsdomein toepassen. (toekomstig) handelen. - De student kan de ontwikkelingen van de gezondheidszorg en dienstverlening verklaren vanuit maatschappelijke nationale en internationale ontwikkelingen en onderbouwde voorspellingen doen over de toekomst. - De student kan een standpunt innemen tav de commerciële rol cq de rol als zorg/dienstverlener binnen de gezondheidszorg en dienstverlening. - De student kan op basis van ontwikkelingen in de gezondheidszorg effectieve analyses maken en toepassen. 8. De beginnend beroepsbeoefenaar kan een bijdrage leveren aan onderzoek ten behoeve van de ontwikkeling van de zorg- en dienstverlening. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student kan gegevens van onderzoek kritisch lezen en interpreteren. - De student kan een onderzoeksopzet maken. - De student kan de zorg- en dienstverlening relateren aan resultaten van onderzoek. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan een bijdrage leveren aan onderzoek ten behoeve van de ontwikkeling van de zorg- en dienstverlening. - De student kan de methoden en technieken van wetenschappelijk onderzoek gebruiken om gegevens te verzamelen. - De student kan gegevens van een onderzoek bewerken analyseren en rapporteren. 9. De beginnend beroepsbeoefenaar kan ICT aanwenden voor verbetering van de zorg- en dienstverlening. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student kan met verschillende besturingssystemen en applicaties werken die relevant zijn voor het zoeken, verwerken en verspreiden van informatie ten behoeve van innovatie. - De student kan efficiënt en doelmatig gegevens en informatie vinden en deze beoordelen op kwaliteit en relevantie voor innovatie. - De student kan een informatieanalyse uitvoeren. - De student kan een bijdrage leveren aan kenniscirculatie. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan ICT aanwenden voor verbetering van de zorg- en dienstverlening. - De student kan een digitaal kennisnetwerk opzetten. 10. De beginnend beroepsbeoefenaar kan intern en extern communiceren en samenwerken met diverse doelgroepen. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student beheerst de mondelinge en schriftelijke basis communicatie vaardigheden. - De student kan communiceren met andere gezondheidszorgmedewerkers. - De student kan mondeling en schriftelijk communiceren met - De beginnend beroepsbeoefenaar kan intern en extern communiceren en samenwerken met diverse doelgroepen. 12/209

medewerkers in de zorg en - dienstverlening. - De student kan de basis communicatie vaardigheden toepassen in verschillende situaties. - De student kan in zijn communicatie gebruiken maken van verschillende media (kranten, tijdschriften, radio, tv, internet, etc). 2. Coördinator 11. De beginnend beroepsbeoefenaar kan de organisatie ondersteunen bij de dagelijkse gang van zaken. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student kan met anderen in een organisatie samenwerken. - De student kan de organisatiestructuur en cultuur in kaart brengen. - De student kan zijn eigen verantwoordelijkheid nemen en verantwoordelijkheden delegeren. - De student kan sturing geven aan het werk en taken van anderen. - De student kan het logistieke proces in een organisatie beoordelen op effectiviteit en efficiëntie. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan de organisatie ondersteunen bij de dagelijkse gang van zaken. 12. De beginnend beroepsbeoefenaar kan een bijdrage leveren aan (financieel) beleid en beheer van de organisatie. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student kan beleidsrelevante informatie verzamelen, categoriseren en beoordelen. - De student kan een beleidsplan of een onderdeel van een plan schrijven. - De student kan een bijdrage leveren aan het beheer van een intern budget van een project en dit verantwoorden. - De student kan een kostenberekening van een dienst of product maken. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan een bijdrage te leveren aan financieel beleid en beheer van de organisatie. - De student kan verschillende vormen van beheer in een organisatie toepassen. - De student kan die financiële instrumenten in relatie brengen met het bedrijfsresultaat. 13. De beginnend beroepsbeoefenaar kan bijdrage leveren aan het personeelsbeleid. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student kan op basis van een analyse van de huidige en gewenste situatie verbetervoorstellen voor het personeelsbeleid genereren. - De student kan functionele en doelgerichte gesprekken voeren, passend binnen de HRM-cyclus. - De student kan een adequate bijdrage leveren aan samenwerkingsprocessen. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan bijdrage leveren aan het personeelsbeleid. - De student kan verschillende instrumenten op het gebied van personeelsmanagement toepassen. - De student kan algemene principes van personeelsmanagement toepassen. 14. De beginnend beroepsbeoefenaar kan een plan deskundigheidsbevordering maken op teamniveau en individueel niveau. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie 13/209

- De student kan uit een knelpuntenanalyse deskundigheidsbevordering afleiden en voor een onderdeel daarvan een plan schrijven. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan een plan deskundigheidsbevordering maken op teamniveau en individueel niveau. 3. Projectleider 15. De beginnend beroepsbeoefenaar kan een project plannen, inrichten en aansturen. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student kan de fasen van projectmatig werken uitvoeren, evalueren en bijstellen. - De student kan in een projectgroep samenwerken en een bijdrage leveren aan het resultaat. - De student kan een projectplan schrijven. - De student kan de projectorganisatie beschrijven met de daarbij benodigde mensen en middelen. - De student kan een kosten/baten analyse van een project opstellen. - De student kan de kwaliteit van een project bewaken. - De student kan een risicoanalyse van een project opstellen. - De student kan een project uitvoeren, evalueren en bijstellen. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan een project plannen, inrichten en aansturen. 16. De beginnend beroepsbeoefenaar kan een noodzakelijke verandering aansturen. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie 4. Educator/adviseur/coach - De student kan weerstand voor veranderingen herkennen. - De student kan mensen op een positieve manier beïnvloeden / sturen. - De student kan draagvlak creëren. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan een noodzakelijke verandering aansturen. 17. De beginnend beroepsbeoefenaar kan in het kader van preventie voorlichtingsplannen voor diverse doelgroepen ontwikkelen, uitvoeren en evalueren. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student kan voorlichtingsplannen analyseren en beoordelen. - De student kan een voorlichtingsplan schrijven. - De student kan een voorlichtingsplan projectmatig uitvoeren. - De student kan een voorlichtingsproject evalueren. - De student kan de effecten van preventieve gezondheidszorg inschatten. - De student kan gezondheidsvoorlichtingsmateri alen voor verschillende doelgroepen ontwikkelen en beoordelen. De beginnend beroepsbeoefenaar kan in het kader van preventie voorlichtingsplannen voor diverse doelgroepen ontwikkelen, uitvoeren en evalueren. 14/209

18. De beginnend beroepsbeoefenaar kan in het kader van preventie en voorlichting verschillende activiteiten ontwikkelen en met anderen uitvoeren. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student kan in een onderwijssituatie in het kader van preventie en voorlichting verschillende activiteiten ontwikkelen en met anderen uitvoeren. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan in het kader van preventie en voorlichting verschillende activiteiten ontwikkelen en met anderen uitvoeren. 19. De beginnend beroepsbeoefenaar kan de ontwikkelingen in de zorg en -dienstverlening volgen en vertalen voor marketing Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student kan een eenvoudige marktanalyse maken. - De student kan de principes van marketing toepassen. - De student kan een brochure /folder maken en beoordelen. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan de ontwikkelingen in de zorg en - dienstverlening volgen en vertalen voor marketing. 20. De beginnend beroepsbeoefenaar kan door middel van coaching en intervisie een bijdrage leveren aan intercollegiale kwaliteitszorg. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student kan meewerken aan intercollegiale toetsing. - De student kan basiscoachvaardigheden toepassen. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan door middel van coaching en intervisie een bijdrage leveren aan intercollegiale kwaliteitszorg. - De student kan met anderen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van het beroep. 21. De beginnend beroepsbeoefenaar kan een advies uitbrengen met betrekking tot ontwikkelingen in de gezondheidszorg, en er voor zorg dragen dat dit advies geaccepteerd en doorgevoerd wordt in de organisatie. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie De student kan presentatietechnieken toepassen. De student kan schriftelijke en mondeling advies aan een organisatie uitbrengen. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan een advies uitbrengen met betrekking tot ontwikkelingen in de gezondheidszorg, en er voor zorg dragen dat dit advies geaccepteerd en doorgevoerd wordt in de organisatie. 5. Innovator 22. De beginnend beroepsbeoefenaar kan als ondernemer optreden binnen en buiten de eigen organisatie. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student kan een ondernemingsplan schrijven voor de introductie van nieuwe - De beginnend beroepsbeoefenaar kan als ondernemer optreden binnen en 15/209

producten of diensten in de gezondheidszorg. buiten de eigen organisatie. - De student kan kansen signaleren, zowel voor bestaande als nieuwe producten of diensten in de gezondheidszorg, kan daarnaar handelen, en durft daarbij risico`s te nemen met het oog op uiteindelijk voordeel voor het geheel. 23. De beginnend beroepsbeoefenaar kan de gezondheidszorg en dienstverlening op effectiviteit en efficiency beoordelen en voorstellen doen tot verbetering. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student kan vanuit diverse doelgroepen de specifieke zorgen dienstverlening koppelen. - De student kan de effectiviteit van de zorg- en dienstverlening beoordelen. - De student kan de zorg- en dienstverlening koppelen aan de kosten. - De student kan de kwaliteit van de zorg- en dienstverlening beoordelen. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan de gezondheidszorg en dienstverlening op effectiviteit en efficiency beoordelen en voorstellen doen tot verbetering. 24. De beginnend beroepsbeoefenaar kan in het kader van kwaliteitszorg een plan maken ter verbetering van de zorg- en dienstverlening, dit uitvoeren, implementeren en evalueren. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student kan de kwaliteitszorgcyclus toepassen op een onderdeel van de zorgen dienstverlening. - De student kan de verschillende kwaliteitssystemen beoordelen en hanteren. - De student kan de huidige en wenselijke situatie in kaart brengen. - De student kan een verbeterplan schrijven gericht op de interne en externe klant. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan in het kader van kwaliteitszorg een plan maken ter verbetering van de zorg- en dienstverlening, dit uitvoeren, implementeren en evalueren. - De student kan de wet en regelgeving beoordelen en naar de praktijk vertalen. - De student kan een bijdrage leveren aan de kwaliteitszorg van de organisatie. 25. De beginnend beroepsbeoefenaar kan veranderingen in de samenleving (o.a. ook regelgeving) signaleren, onderzoeken en de resultaten hiervan vertalen in een bijdrage aan het beroep en het beroeps handelen. Eindniveau één Eindniveau twee Eindniveau drie - De student kan actief ontwikkelingen in het beroepsdomein volgen. - De beginnend beroepsbeoefenaar kan veranderingen in de samenleving (o.a. ook regelgeving) signaleren, onderzoeken en de resultaten hiervan vertalen in een bijdrage aan het beroep en het beroepshandelen. 16/209

- De student kan ontwikkelingen vertalen naar het beroep en het beroepshandelen. Voltijd Management in de Zorg (Leefstijl, Arbeid en Gezondheid) Hoewel de voltijd management in de Zorg is gebaseerd op het beroepsprofiel van Management in de Zorg, is de insteek van deze opleidingsvariant veel breder. Dit betreft niet alleen het werkterrein, dat verruimd is naar Leefstijl, Arbeid, Technologie en Wellness and Health, maar ook de taken van jou als afgestudeerde, die uiteen kunnen lopen van projectmanager of -leider, voorlichter tot coach of coördinator. In de sector gezondheidszorg en welzijn zijn veel instellingen en organisaties betrokken: patiëntenverenigingen die opkomen voor het belang van de patiënt en advies geven over preventie, verzekeraars die de kosten van gezondheidszorg willen verbeteren, gemeenten die vergoedingen aan langdurig zieke mensen moeten verstrekken, zieken- en verpleeghuizen die de kwaliteit van zorg willen verbeteren, de overheid die nieuwe wetten en regels stelt, de technologie die met nieuwe instrumenten de markt benadert, enzovoorts. Als afgestudeerde heb je kennis van de gezondheidszorg én van organisaties. Je adviseert en coördineert en loopt vooruit op ontwikkelingen in het werkveld. Je kunt projecten bedenken en uitvoeren: bijvoorbeeld hoe mensen gezonder leven, zodat ze minder ziek worden, hoe mensen sneller revalideren, hoe mensen langer en gezonder arbeid kunnen verrichten, hoe de jeugd gezonder oud kan worden. Je kunt verbanden leggen tussen vragen van cliënten of doelgroepen en toepassingen in de praktijk. Omdat het gaat om een nieuwe opleiding op Hbo-niveau die opleidt tot een `nieuwe beroepsgroep zijn er nog geen voorbeelden van afgestudeerde beroepsbeoefenaren. Voor het opstellen van het opleidingsprofiel is daarom deels gebruik gemaakt van het beroepsprofiel van de Manager in de Zorg. Daarnaast is nauw overleg gevoerd met een breed gedeelte van het werkveld in de verschillende betrokken domeinen waarin de toekomstige afgestudeerde van de opleiding Management in de Zorg voltijd - Leefstijl, Arbeid en Gezondheid werkzaam kan zijn. Instellingen die betrokken zijn geweest bij het ontwikkelen van de opleiding Management in de Zorg voltijd - Leefstijl, Arbeid en Gezondheid zijn: Leefstijl Arbeid Technologie Wellness and Health SZW- Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Achmea Astmafonds Nederlandse hartstichting Agis zorgverzekeringen GGD Nederland (vereniging voor GGD-en) NISB Nederlands instituut vaan Sport & Bewegen Achemea arbo Commit Arbeidsinspectie ArboNed De Unie, vakbond voor industrie en dienstverlening RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu TNO STI Suez Vilans OTIB Opleidings- en ontwikkelingsfonds voor het Technisch Installatie Bedrijf Smart Homes RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu De domeinen waarin een afgestudeerde van de opleiding Management in de Zorg voltijd - Leefstijl, Arbeid en Gezondheid werkzaam kan zijn, zijn: Leefstijl en gezondheid Arbeid en gezondheid Technologie en zorg Wellness and Health 17/209

Het domein Leefstijl en Gezondheid Binnen de overheid (zowel gemeenten als ministerie) en landelijke adviescentra (bijvoorbeeld voedingscentrum) is behoefte aan adviseurs op het snijvlak van leefstijl en gezondheid, vooral aan mensen op hbo-niveau met een zodanige kennis van gezondheid en leefstijl dat ze verschillende deskundigheden uit die terreinen kunnen organiseren rondom bepaalde doelgroepen. Daarbij onderscheiden ze zich, behalve door hun brede kennis van de betrokken domeinen, door hun organisatievermogen: ze zijn in staat om plannen te realiseren. Het zijn dus niet zozeer bedenkers van nieuw beleid, als wel `uitvoerders. Thema s uit het domein Leefstijl en Gezondheid Relevante thema s en vraagstukken uit het domein Leefstijl en Gezondheidszorg: Inhoudelijk gaat het om gezondheid en vitaliteit in de dagelijkse omgeving buiten het werk. Dat is een complex en veelvormig domein waarin meerdere thema s kunnen spelen: voeding, alcohol & drugs, verkeer, bewegen & sport, woonomstandigheden, stressmanagement enzovoort. Belangrijk is dus dat de begrippen `leefstijl en gezondheid telkens opnieuw vraaggericht worden gespecificeerd: voor elke doelgroep dient zorgvuldig te worden vastgesteld wat de precieze mix van vragen en problemen is en welke mix van interventies dus de oplossing kan zijn. Extra aandacht verdienen doelgroepen met een economische kwetsbaarheid omdat die vaak met een ongezonde leefstijl gepaard gaat. Er is behoefte aan coördinatie van beschikbare voorzieningen. Zorg- en welzijnsvoorzieningen zijn te veel actief op een strikt afgebakend eigen domein, terwijl de cliënten meestal behoefte hebben aan de inbreng vanuit verschillende domeinen (bijvoorbeeld huisarts, fysiotherapeut, fitnesscentrum, maatschappelijk werk). Er zijn dus mensen nodig die al die deskundigheden efficiënt rondom specifieke doelgroepen bij elkaar kunnen brengen. Duurzame gedragsverandering is het centrale doel op het terrein van leefstijl en gezondheid. Het veranderen van een leefstijl is geen eenvoudige opgave. Leefstijl is immers de optelsom van jarenlange onbewuste conditionering en vergt dus veelal langdurige, gerichte, gecoördineerde begeleiding op verschillende terreinen. Preventie: zorgverzekeraars zijn geïnteresseerd in de bezuiniging die haalbaar is door het voorkomen van zorg. Het domein Arbeid en Gezondheid Binnen bedrijven en instellingen bestaat de behoefte aan mensen die gezondheidszorgdeskundigheid kunnen vertalen naar concrete bijdragen aan de gezondheid van de organisatie en haar medewerkers. Ook is er een groeiende vraag naar specifieke kennis van de gezondheidszorg binnen stafafdelingen voor ARBO- of personeelszaken en aan mensen die de bedrijfsklanten van zorgverzekeraars kunnen adviseren over bijvoorbeeld verzuimpreventie en gezonde arbeidsomstandigheden. Uit marktonderzoek 2 blijkt dat er vooral behoefte is aan mensen die vanuit een brede kennis van en visie op gezondheid samen met andere disciplines (managers, personeelsfunctionarissen, Arbo-coördinatoren, preventiemedewerkers, bedrijfsmaatschappelijk werkers, organisatieadviseurs) concrete resultaten weten te boeken. De professionals in het domein van Arbeid en Gezondheid kunnen zowel bij bedrijven of instellingen werkzaam zijn, als bij externe instanties, zoals zorgverzekeraars of adviesbureaus. Gezondheid dient in dit verband te worden opgevat als welbevinden op lichamelijk, geestelijk, sociaal (en spiritueel) welbevinden. Dit domein is altijd in ontwikkeling, onder andere als gevolg van wetgeving op het gebied van arbeidsongeschiktheid en arbeidsomstandigheden. Thema s uit het domein Arbeid en Gezondheid Relevante thema s en vraagstukken uit het domein Arbeid en Gezondheidszorg: Fysieke en psychische overbelasting: hoe overbelasting in de werkomgeving voorkomen kan worden en hoe verschijnselen van overbelasting vroegtijdig herkend en behandeld kunnen worden. Verzuimpreventie: hoe (langdurig) verzuim voorkomen kan worden door bijvoorbeeld gerichte gedragsbeïnvloeding of aanpassing van fysieke en mentale werkomstandigheden. Regievoering van zorg: hoe een bedrijf (of branchevereniging) kan bevorderen dat de zorgtrajecten voor medewerkers vlot en efficiënt verlopen (verzuimbeperking), bijvoorbeeld door afspraken tussen de verschillende betrokken behandelaars/zorginstellingen te bevorderen en te monitoren. 2 HU/MarkèsMarketing: Eindrapportage Kwalitatief en kwantitatief marktonderzoek Brede Bachelor Management in de Zorg. mei 2007 18/209

Doelgroepgericht (personeels)beleid: hoe een bedrijf of instelling via haar strategisch en personeelsbeleid de gezondheid c.q. het werkvermogen van verschillende groepen medewerkers (jongeren, ouderen, gehandicapten enzovoorts) kan bevorderen en in stand houden. Maatschappelijke ontwikkelingen en wetgeving: hoe een organisatie kan inspelen op de maatschappelijke ontwikkelingen rondom arbeid en gezondheid en vooral de wetgeving die de overheid daartoe produceert. Implementatie van integraal arbo-beleid: hoe een bedrijf of instelling de werkomstandigheden voor medewerkers optimaal kan maken. Daarbij spelen aspecten van veiligheid, gezondheid, milieu en welzijn tegelijkertijd en door elkaar heen. Dat maakt integraal beleid - en dus samenwerking tussen verschillende disciplines binnen de organisatie - absoluut noodzakelijk. Het domein Technologie en zorg Uit marktonderzoek blijkt dat er in het veld een groeiende behoefte aan kennisontwikkeling op het snijvlak van technologie en zorg is. De uitdaging voor de toekomstige afgestudeerden is de integratie tot stand te brengen tussen technologie en zorgorganisatie, dit in het belang van de cliënt en diens kwaliteit van leven. Deze uitdaging speelt op twee niveaus, namelijk op het niveau van de strategie en dat van de zorgprocessen. Het is daarbij van belang om te onderkennen dat het begrip `technologie in relatie tot zorg meer omvat dan alleen ICT. Het gaat ook om bijvoorbeeld bouwkundige aanpassingen (van badkamers en toiletten), installatietechnische voorzieningen (koeling in warme zomers, ventilatie, verlichting en domotica) en hulpmiddelen. Deze zaken zullen centraal staan tijdens de excursie naar Technologie THUIS NU! In Woerden. In een verkenning van het domein technologie en zorg bleken verschillende invalshoeken mogelijk. De cure: daarbij gaat het vooral om (hoogwaardige) technologische hulpmiddelen binnen de tweedelijns gezondheidszorg, maar ook het concept healing environments (gezonde ziekenhuisbouw) De inbreng van technologie binnen de (eerstelijns) care en daarbinnen met name voor de doelgroep van ouderen. De patiënt/cliënt: daarbij gaat het om de vraag hoe technologie de kwaliteit van leven op peil kan houden (bijvoorbeeld bij ouderen of mensen met een lichamelijke beperking). De zorgverlener/zorgorganisatie of mantelzorger: hoe technologie de efficiëntie en kwaliteit van zorg kan helpen verhogen. Binnen het domein Technologie en zorg wordt gebruik gemaakt van het gecombineerde framework van ICF en MIBD voor inventariseren van specifieke zorgbehoeften en de hierbij passende oplossingen. Deze methodiek wordt aanvullend op de DESTEP-methode gebruikt voor het structureren van resultaten en dus bij het opstellen van het eindrapport. Thema s uit het domein Technologie en zorg Relevante thema s en vraagstukken uit het domein Technologie en Gezondheidszorg zijn: Substitutie: technologie als middel om zorg te substitueren, niet alleen naar (lager geschoolde zorgverleners), maar ook naar mantelzorgers of de patiënten zelf. Kenmerkend bij deze vorm is dat technologie bepaalde kennis en vaardigheden voor een bredere doelgroep toegankelijk maakt. Hiermee hangt tevens samen de ondersteuning van zorg omdat er in de toekomst een groeiend tekort aan zorgprofessionals ontstaat. Hieruit volgt verder het vergroten van de kwaliteit van zorg. Kwaliteit van zorg:technologie als middel om de kwaliteit van zorg te vergroten. Hierbij denkt men in eerste instantie aan hoogwaardige technologische hulpmiddelen binnen de medisch-specialistische diagnose en behandeling. Maar ook binnen de care kan de kwaliteit van zorg door middel van technologie verbeterd worden, waaronder mobiliteits-en tilhulpmiddelen en allerlei woningaanpassingen. Preventie: technologie als middel om het gedrag en de leefstijl van mensen tijdig te beïnvloeden. Efficiëntie van zorg: technologie als middel om de doelmatigheid van de zorgprocessen te verbeteren. Hierbij kan men denken aan het op afstand monitoren van bepaalde aandoeningen (telemetrie) of het ondersteunen van processen. Mogelijke werkomgevingen: technische installatiebedrijven en grote bouwbedrijven; vastgoedontwikkelaars en woningbouwcorperaties; gemeentelijke en provinciale overheden; zorgverzekeraars; 19/209

hulpmiddelenfabrikanten en -leveranciers onderzoeksinstituten als TNO Arbeid of de Stichting Consument en Veiligheid (meestal Masterdiploma vereist); zelfstandig adviseur. Tot de taakgebieden kunnen behoren: inventarisatie van de zorgvraag van een specifieke doelgroep in de zorg; advies uitbrengen (rapport/plan van aanpak) om de zorgvraag door middel van technologie te beantwoorden. Hier hoort bijvoorbeeld ook een aankoopadvies voor kostbare technologie: zorgen voor zorgverbetering en ondersteuning van processen d.m.v. technologie; beleidsontwikkeling: het verbinden van de technologische ontwikkelingen met de bestaande en toekomstige gezondheidszorg; voorlichtingsplannen maken voor een instelling; adviezen geven over de inpassing van technologie (automatisering, inzet van technologische hulpmiddelen etc.) in de gezondheidszorg; bouwkundig advies aan (individuele) cliënten met een beperking; voorlichting/opleiding over het gebruik van technologische oplossingen binnen de zorg; kwaliteitsonderzoek van een zorgproces/procedure/implementatietraject; programma s leiden die het gebruik van technologie in de gezondheidszorg bevorderen. Het domein Wellness and Health In de markt bestaan steeds meer grote ondernemingen op het gebied van wellness, zoals spa s en beautyfarms, maar ook hotelketens met een wellnesscentrum. Een van de mogelijkheden van de afgestudeerde is om als projectleider en (uiteindelijk) manager in deze sector aan de slag te kunnen. Hierbij gaat het om de samenwerking van geneeskundige zorg, paramedische zorg, lichamelijke verzorging, sport en ontspanning. In dat nieuwe, `gemengde domein liggen grote commerciële kansen, maar zeker ook kansen om de kwaliteit van zorg te verhogen. De uitdaging is om deze beide kansen op een verantwoorde manier te benutten. Dat vergt naast kennis van de verschillende domeinen, vooral het vermogen om nieuwe bruggen tussen disciplines te slaan en bestaande verbanden te verbeteren. Leefstijl is veelal verbonden met wellness, vandaar dat het soms lijkt alsof er sprake is van overlap, terwijl dit juist gezien wordt als een voorbeeld van integratie. Een scherp oog voor de juiste balans tussen commercie en kwaliteit van zorg is van doorslaggevend belang. Thema s uit het domein Wellness and Health Het betreft onder andere voorlichtingsactiviteiten - niet alleen voor cliënten, maar ook op het niveau van de branche richting overheid, patiëntenorganisaties en verzekeraars. Er wordt geanticipeerd op actuele ontwikkelingen. Een voorbeeld hiervan is de aandacht vanuit het ministerie voor patiëntveiligheid; denk hierbij aan het voorkomen van infecties bij de toepassing van piercings en tatoeages. Ook legionella besmetting hoort bij het voorkomen. De afgestudeerde zal bijvoorbeeld binnen de cosmetische branche kunnen bijdragen aan productvernieuwing, niet zozeer als inhoudelijk deskundige maar meer als projectleider die de markt goed kent en bruggen naar belendende disciplines kan slaan. Er is landelijk veel aanbod voor make up en wellnessdagen. In de opleiding wordt vooral aandacht geschonken aan het managen hiervan. Deeltijd opleiding Management in de Zorg en Dienstverlening De opleidingskwalificaties zijn beschreven in de vorm van competenties. Soms is een beroepskwalificatie uitgewerkt in één opleidingscompetentie, soms in meer dan één. In onderstaand schema zijn de elf centrale beroepskwalificaties en de bijbehorende beroepsrollen (linker kolom) vertaald naar elf eindkwalificaties in het onderwijs (rechterkolom). Het programma van de Utrechtse deeltijdopleiding Management in de Zorg is ontworpen en opgebouwd aan de hand van deze eindkwalificaties. Met andere woorden: als de student succesvol afstudeert, is hij/zij als (beginnend) middenmanager bekwaam op de genoemde eindkwalificaties. De beroepskwalificaties zoals weergegeven in de matrix van kerncompetenties zijn op de volgende pagina s uitgewerkt in landelijke opleidingskwalificaties. Deze geven het eindniveau van de opleiding (en 20/209