Cartografische oefeningen antwoorden voor de leerkracht

Vergelijkbare documenten
Cartografische oefeningen

Oefentoets Versie A. Vak: Wiskunde Onderwerp: Meetkunde Leerjaar: 1 (2017/2018) Periode: 3

2.1 Gelijkvormige driehoeken[1]

VOORBEREIDINGSWEEK BASISOPDRACHTEN

Deze stelling zegt dat je iedere rechthoekige driehoek kunt maken door drie vierkanten met de hoeken tegen elkaar aan te leggen.

P is nu het punt waarvan de x-coördinaat gelijk is aan die van het punt X en waarvan de y-coördinaat gelijk is aan AB (inclusief het teken).

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2008 tijdvak 1

Vraag Antwoord Scores

1. rechthoek. 2. vierkant. 3. driehoek.

Vraag Antwoord Scores. 1 maximumscore 2 De staplengte is 1600 : De staplengte is 0,580 meter, dit is 58 (cm) (of 0,58 meter) 1

4.1 Rekenen met wortels [1]

0. voorkennis. Periodieke verbanden. Bijzonder rechthoekige driehoeken en goniometrische verhoudingen

CURSUS ATELIERONDERSTEUNING WISKUNDE/WETENSCHAPPEN 5 INHOUD

E = mc². E = mc² E = mc² E = mc². E = mc² E = mc² E = mc²

Niveau 2F Lesinhouden Rekenen

Samenvatting wiskunde havo 4 hoofdstuk 5,7,8 en vaardigheden 3 en 4 en havo 5 hoofdstuk 3 en 5 Hoofdstuk 5 afstanden en hoeken Voorkennis Stelling van

44 De stelling van Pythagoras

Inleiding goniometrie

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden

Notities Driehoeksmeting en initiatie coördinaatrekenen

Los de volgende vergelijkingen op. Rond eventueel af op 2 decimalen.

Oefeningen in verband met tweedegraadsvergelijkingen

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden

2010-I. A heeft de coördinaten (4 a, 4a a 2 ). Vraag 1. Toon dit aan. Gelijkstellen: y= 4x x 2 A. y= ax

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Wiskunde: goniometrie en meetkunde. 22 juli dr. Brenda Casteleyn

Van barbaarse broek tot extravagante hoed

Noorderpoortcollege School voor MBO Stadskanaal. Reader. Wiskunde MBO Niveau 4 Periode 8. M. van der Pijl. Transfer Database

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Wiskunde Leerjaar 2 - Periode 1 Meetkunde

7 a. 8 a. de Wageningse Methode Antwoorden H24 GONIOMETRIE HAVO 1

Hoe navigatie op zee ontstond...

Uitwerkingen oefeningen hoofdstuk 3

6.1 Rechthoekige driehoeken [1]

Hoofdstuk 2 Oppervlakte en inhoud

Kijken naar de sterren

Oppervlakte en inhoud van ruimtelijke figuren

pythagoras handleiding inhoudsopgave 1 de grote lijn 2 applets 3 bespreking per paragraaf 4 tijdsplan 5 materialen voor een klassengesprek pythagoras

Driehoeksmeting in een. Copyright. rechthoekige driehoek

met tijdseenheden overig niet-metrisch moeten zelf bedacht of opgezocht worden a geheeltallig en < 10

LOPUC. Een manier om problemen aan te pakken

Mercator en de ontdekkingsreizen

7 a. 8 a. de Wageningse Methode Antwoorden H24 GONIOMETRIE HAVO 1

wiskunde B havo 2018-I

blikken b dat nodig is voor de toren. Op de uitwerkbijlage staat een tabel, die hoort bij dit verband. Vul de tabel op de uitwerkbijlage verder in.

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 22 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Poolcoördinaten (kort)

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 1 donderdag 9 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

De bepaling van de positie van een. onderwatervoertuig (inleiding)

GPS. Global Positioning System, werking en toepassingen. Maarten Mennes Mei 2006.

Wiskunde oefentoets hoofdstuk 10: Meetkundige berekeningen

Tentamen Wiskunde B CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE. Datum: 19 december Aantal opgaven: 5

7 Hoeken. Kern 3 Hoeken. 1 Tekenen in roosters. Kern 2 Hoeken meten Kern 3 Hoeken tekenen Kern 4 Kijkhoeken. Kern 1 Tegelvloeren. Kern 3 Oppervlakte

LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - HAVO - AARDRIJKSKUNDE ANTWOORDEN

Hoofdstuk 4: Meetkunde

Reader oriëntatietechnieken

Correctiemodel. Vergelijkingen oplossen. x = 12 1punt. x = 0,86 1punt. x = 25 = 5 1punt. x = 144 = 12 1punt

PROBLEEMOPLOSSEND DENKEN MET

2012 I Onafhankelijk van a

Eindexamen havo wiskunde B 2013-I

Practicum hoogtemeting 3 e klas havo/vwo

Eindexamen wiskunde B 1-2 havo 2004-II

Het gewicht van een paard

Taak na blok 1 startles 8

Wiskunde Leerjaar 2 - Periode 1 Meetkunde

Hoofdstuk 10 Meetkundige berekeningen

Eindexamen wiskunde B1-2 havo 2006-I

Eindexamen wiskunde vmbo gl/tl I

7 cm. Bereken de inhoud van het stuk appeltaart in cm³. Een vliegtuig vliegt op 12 km hoogte en begint met dalen onder een hoek van 3.

wiskunde B havo 2015-II

wiskunde CSE GL en TL

Toetswijzer examen Cool 2.1

H24 GONIOMETRIE VWO. Dus PQ = 24.0 INTRO. 1 a 6 km : = 12 cm b. 5 a 24.1 HOOGTE EN AFSTAND BEPALEN. 2 a factor = 3

wiskunde CSE GL en TL

Positionering Nokia N76-1

De tijd vliegt! Naam: Klas: School: Datum:

Novum, wiskunde LTP leerjaar 1. Wiskunde, LTP leerjaar 1. Vak: Wiskunde Leerjaar: 1 Onderwerp: In de Ruimte H1 Kerndoel(en):

tan c b + a c c b HOOFDSTUK 8 DRIEHOEKSMETING IN EEN RECHTHOEKIGE DRIEHOEK EXTRA OEFENINGEN

handleiding pagina s 678 tot Handleiding 1.2 Huistaken huistaak 20: bladzijde Werkboek 3 Posters 4 Scheurblokken

voltooid. Hoeveel jaar is dat geleden? Schrijf je berekening op.

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 20 juni uur

Luc Gheysens - Extremumvraagstukken p.1

4900 snelheid = = 50 m/s Grootheden en eenheden. Havo 4 Hoofdstuk 1 Uitwerkingen

6.1 Kwadraten [1] HERHALING: Volgorde bij berekeningen:

6,9. Samenvatting door een scholier 1093 woorden 21 september keer beoordeeld. Aardrijkskunde HFD 1 1. Schaalniveaus

Oefeningen in verband met tweedegraadsvergelijkingen

Meetkunde. MBO Wiskunde Niveau 4 - Leerjaar 1, periode 3

Noorderpoortcollege School voor MBO Stadskanaal. Reader. Wiskunde MBO Niveau 4 Periode M. van der Pijl.

Leerdoelen. Wat is GPS? Na het uitwerken van deze werkbladen...

Pienter 1ASO Extra oefeningen hoofdstuk 7

Extra oefeningen hoofdstuk 12: Omtrek - Oppervlakte - Inhoud

Ten noorden van de evenaar ligt het noordelijk halfrond. Ten zuiden daarvan het zuidelijk halfrond.

Schooljaar: Leerkracht: M. Smet Leervak: Wiskunde Leerplan: D/2002/0279/048

Voorbereidende sessie toelatingsexamen

Deel 3 havo. Docentenhandleiding havo deel 3 CB

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1

opdrachten bij hoofdstuk 7 Lijnen cirkels als PDF

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Examen HAVO. wiskunde B1,2

Eindexamen havo wiskunde B pilot II

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Wiskunde: goniometrie en meetkunde. 15 september dr. Brenda Casteleyn

Transcriptie:

Cartografische oefeningen antwoorden voor de leerkracht Stad OCMW V.U.: welzijnshuis Sint-Niklaas naam achternaam Abingdonstraat 99 9100 Sint-Niklaas Stedelijke Musea Sint-Niklaas

1

Meting met het gps-toestel satelliet gps-scherm Het gps-systeem is een navigatiesysteem bestaande uit 24 werkende satellieten (21 + 3 reserve) die in zes vaste banen op 20.200 km hoogte cirkelen rond de aarde en die elk een eigen signaal uitzenden. Deze banen zijn zodanig samengesteld dat vanaf elke plaats op aarde altijd minstens vier satellieten waarneembaar zijn. Een gebruiker van dergelijk systeem kan dus op elk moment van de dag (24/24u) en in alle (weers)omstandigheden, waar ook ter wereld, de juiste coördinaten en richting waarheen men rijdt, vaart of vliegt bepalen. Het meetprincipe van het Global Positioning System is gebaseerd op de afstandsmeting tussen satelliet en ontvanger en het bekend zijn van de positie van de satelliet. De afstanden tussen de satelliet en de ontvanger worden uit de gemeten looptijden van radiogolven, via codes, afgeleid. De nauwkeurigheid varieert, afhankelijk van het gebruikte systeem en de omstandigheden, van enkele tientallen meters tot 1 à 2 meter. 2

We gaan dit even bekijken in de praktijk : In de inkomhal van het Mercatormuseum zie je een bronzen merkteken op de vloer. Bepaal met je gps-toestel de coördinaten van dit punt. Welke coördinaten geeft het toestel aan? Lengteligging:... Breedteligging:... Hoogte:... Dankzij het NGI kennen we de juiste coördinaten van dit punt. Deze kun je aflezen aan de balie: Lengteligging: 04 08 47, 788 = 04 08 47 Breedteligging: 51 10 04, 0056 = 51 10 04 Hoogte: 18, 41 m Wat stel je vast? We gaan nu de gps-afwijking in meters berekenen. Weet dat de omtrek van de aarde op de evenaar ongeveer 40.000 km is en een cirkel 360 bedraagt. Eén graad op de evenaar komt dan overeen met 40.000 km/360 = 111 km (afgerond). Voor de berekening van de breedtegraad zijn er weinig problemen. Deze zijn immers overal even groot. Eén breedteminuut is dus 40.000 km/111 = 1752 m of 1 zeemijl. Eén breedteseconde is dan 1752 m/60 = 30,90 m. Voor de lengtegraden ligt dit iets moeilijker aangezien ze enkel aan de evenaar 111 km uit elkaar liggen en versmallen tot ze aan de noord- en zuidpool nul meter bedragen. In de buurt van het museum werd door het NGI de lengte van 1 seconde berekend: 19,43 meter. Lengte: Breedte: Hoogte: 3

2. Bereken de schaal van de luchtfoto Neem 2 goed herkenbare, ver uit elkaar liggende, punten op de topografische kaart van Sint- Niklaas, schaal 1/25.000. Zorg ervoor dat je deze punten ook op de luchtfoto herkent. Schaal 1/25.000 betekent dat: 1 cm = 25.000 cm in werkelijkheid. Meet op de kaart de afstand tussen deze twee punten. De gemeten afstand in cm is :... Welke afstand is dit in werkelijkheid? Gemeten afstand op kaart x 25.000 = cm Meet dezelfde afstand op de luchtfoto. De gemeten afstand in cm is nu:... X cm op de luchtfoto komt overeen met Y cm in werkelijkheid. De schaal is dus X/Y of 1/ Welke schaal heeft de luchtfoto? 1/10.000 4

3. Plaatsbepaling op een kaart Bepaal plaats X op de kaart in de omgeving van Sint-Niklaas waar, met het kompas gemeten, men de oude windmolen 'Witte Molen' in het centrum van Sint-Niklaas ziet onder de hoek van 259, de watertoren in de wijk Westakkers ten oosten van Sint-Niklaas op 41 en de kerktoren van Velle ten zuidoosten van Sint-Niklaas op 97 30'. De Witte Molen, de watertoren en de kerk staan duidelijk op de kaart weergegeven. Met een kompas meet men de hoek ten opzichte van het noorden in wijzerszin. Toelichting. Wat we dus moeten weten is niet onder welke hoek men de Witte Molen ziet, vanuit het nog te bepalen punt X, maar onder welke hoek men vanuit de Witte Molen het punt X ziet. Bekijk de figuur. Vanuit X zie je de Witte Molen onder een hoek van 259, maar vanuit de Witte Molen zie je het punt X onder een hoek van 79. Een verschil van 180. Deze 180 moet je dus bij je richtingsgetallen optellen of aftrekken wanneer je bekomen richtingsgetal groter dan 360 wordt. 5

Bereken de hoeken waaronder men vanuit de gegeven punten, het punt X ziet: Witte Molen: 259 180 = 79 Watertoren: 41 + 180 = 221 Kerktoren: 97 30 + 180 = 277 30 of 277,5 Het punt X ligt ter hoogte van de viaduct aan Europark Noord Oplossing op kaart 6

Hierbij de constructie + de proef van de oefening (voor de leerlingen): Proef: 7

4. Meten met een jacobsstaf Een jacobsstaf is een eenvoudig instrument dat ten tijde van Mercator gebruikt werd om hoeken te meten. Dit toestel werd voornamelijk gebruikt door zeelui en landmeters. Zeelieden gebruikten de jacobsstaf voor het bepalen van de breedtegraad. Als een zeeman de plaats van zijn schip op zee wou bepalen, moest hij de hoek meten die de zon met de horizon maakte als ze op haar hoogste punt stond. Voor landmeters was deze jacobsstaf dan weer een nuttig instrument om afstanden en hoogtes van gebouwen mee te bepalen. We bekijken dit even in de praktijk. We gaan op het bruggetje (aan de vijver) in het Mercatorpark staan: Hou de vierkante regel vlak aan je oog. Richt de jacobsstaf naar de toren met de smeedijzeren versiering van het 19 de eeuwse burgershuis recht voor je. Verschuif de dwarslat tot wanneer, vanuit je oog gezien, de nok van de toren gelijk valt met het bovenste uiteinde van de dwarslat en het onderste uiteinde gelijk komt met het grondniveau (daar waar de witte poort het voetpad raakt). Meet de afstand van het begin van de regel tot aan de dwarslat: Tussen 55 cm en 70 cm Meet de lengte van de dwarslat en deel deze door twee: 31 cm / 2 = 16,50 cm Bereken in een van de rechthoekige driehoeken, de helft van de hoek die je hebt gemeten. 8

Gebruik hiervoor één van volgende formules en een wetenschappelijke rekenmachine. sinus = overstaande rechthoekzijde schuine zijde cosinus = aanliggende rechthoekzijde schuine zijde tangens = overstaande rechthoekzijde aanliggende rechthoekzijde cotg. = aanliggende rechthoekzijde overstaande rechthoekzijde Hoe groot is de hoek die je gemeten hebt? Een hoek tussen 30 en 35 9

10

Stedelijke Musea Sint-Niklaas sites: SteM Zwijgershoek, Zwijgershoek 14, 9100 Sint-Niklaas Mercatormuseum, Zamanstraat 49D, 9100 Sint-Niklaas De Salons, Stationsstraat 85, 9100 Sint-Niklaas 03 778 34 50 stedelijke.musea@sint-niklaas.be www.musea.sint-niklaas.be