POSTADRES Postbus 20 7500 AA Enschede BEZOEKADRES Hengelosestraat 51 Aan de Gemeenteraad TELEFOON 14 0 53 DATUM ONS KENMERK BEHANDELD DOOR 14 oktober 2014 J.L. Kappe UW BRIEF VAN UW KENMERK DOORKIESNUMMER (053) 481 79 41 ONDERWERP Implementatie Participatiewet Geachte leden van de Raad, Via deze brief informeren wij u over de adviezen en uitgangspunten die de ambtelijke werkgroepen hanteren bij de implementatie van de Participatiewet. Zodat u, net als het college, wordt meegenomen in de gedachtegang van deze inhoudelijke werkgroepen. Inleiding Voor de implementatie van de Participatiewet zijn verschillende ambtelijke werkgroepen in het leven geroepen, elk gekoppeld aan een inhoudelijk thema van de wet (zie brief Implementatie Participatiewet van 17 april jl.). Nu de werkgroepen een eind op weg zijn met de werkzaamheden en uitkomsten bij elkaar komen, informeren wij u alvast over de adviezen die de werkgroepen hebben geformuleerd en de inhoudelijke achtergronden hiervan. Uitwerking van deze adviezen vindt plaats in het concept uitvoeringsprogramma Enschedese arbeidsmarktaanpak (EAA) 2015 en bijbehorende verordeningen. Deze stukken worden in november ter besluitvorming aan u voorgelegd. Deze brief loopt hier dus alvast op vooruit en heeft een informatief karakter. Adviezen van de werkgroepen 1. Doelstellingen uitvoeringsprogramma Enschedese arbeidsmarktaanpak (EAA) 2015 Het uitvoeringsprogramma EAA wordt jaarlijks geactualiseerd. Belangrijke voorwaarde voor een succesvolle Enschedese arbeidsmarktaanpak is de toegang tot voldoende banen. Een effectieve werkgeversbenadering draagt hier aan bij. Het advies is daarom om de Werkgever op kop opnieuw als doelstelling op te nemen in het uitvoeringsprogramma EAA 2015. Een (regionale) werkgeversbenadering is eveneens één van de verplichtingen van de Participatiewet. De werkgroepen geven het advies om de MAU-doelstellingen te hanteren als doelstellingen van het uitvoeringsprogramma EAA 2015. Deze hebben namelijk hoge prioriteit binnen de organisatie, omdat ze betrekking hebben op instroombeperking en uitstroombevordering. Daarnaast dragen de
14 oktober 2014 2/5 doelstellingen in hoge mate bij aan het terugdringen van het tekort op de uitkeringen (zie Analyserapport MAU, september 2013). Tot slot adviseren de werkgroepen om het arbeidsfit maken van werkzoekenden als doelstelling op te nemen in het uitvoeringsprogramma EAA 2015. Het advies is om via Werkplein Twente in Enschede de volgende werkgerichte arbeidsmarktinstrumenten in te zetten en het aantal ingezette trajecten te monitoren: loonkostensubsidie (LKS); jobcoaching; werkplekaanpassingen; voorschakeltrajecten naar werk (proefplaatsingen, scholing (o.a. leer-werktrajecten) en participatieplaatsen/klimopbanen). Deze instrumenten passen bij het karakter van de Participatiewet en stellen de gemeente in staat om op zowel de huidige als de nieuwe doelgroepen te helpen bij het vinden van werk. De hoeveelheid in te zetten re-integratieinstrumenten hangt nauw samen met het aantal beschikbare reguliere banen en is daarmee afhankelijk van de conjunctuur. Mede daarom zal voor een deel van de werkzoekenden niet altijd direct een traject ingezet kunnen worden. - Werkgever op kop opnemen in uitvoeringsprogramma EAA 2015. - MAU-doelstellingen opnemen in uitvoeringsprogramma EAA 2015. - Arbeidsfit maken van werkzoekenden opnemen als doelstelling in uitvoeringsprogramma EAA 2015 en daarbij bovengenoemde arbeidsmarktinstrumenten inzetten en aantallen te monitoren. 2. Bemiddeling huidige en nieuwe doelgroepen De werkgroepen adviseren om werkzoekenden met een korte afstand tot de arbeidsmarkt (minder dan twee jaar) en jongeren tot 27 jaar via Werkplein Twente actief te bemiddelen naar werk. Naar verwachting kan circa eenderde deel van deze groep op eigen kracht werk kan vinden. De inzet vanuit de gemeente beperkt zich dan tot stimuleren, faciliteren (maatwerk) en controleren. In deze ondersteuning spelen digitale middelen een belangrijke rol. Voor tweederde deel van deze groep is een intensievere vorm van ondersteuning nodig (inzet van eerder genoemd instrumentarium). Bij werkzoekenden met een grote afstand tot de arbeidsmarkt (meer dan 2 jaar) is participatie in de vorm van vrijwilligerswerk, mantelzorg, maatschappelijke tegenprestatie, dagbesteding of (jeugd) zorg de doelstelling voor de korte termijn. Vanuit de wijkteams wordt - in nauwe samenwerking met het stadsdeelmanagement uitvoering gegeven aan dit onderdeel van meedoen naar vermogen. De winst van deze aanpak ligt niet direct in de uitstroom naar betaald werk, maar in het voorkomen van sociaal isolement, een goed voorbeeld geven aan de kinderen, het voorkomen van zorgkosten en het leveren van bijdrage aan de stad via vrijwilligerswerk en mantelzorg. De betrokkenheid bij deze groep vanuit het Werkplein Twente is primair gericht op controleren (herbeoordeling). Als blijkt dat iemand de stap naar de arbeidsmarkt weer kan maken, dan faciliteert Werkplein Twente dit. - Bemiddelen en ondersteunen van werkzoekenden met korte afstand tot betaald werk en jongeren tot 27 jaar via Werkplein Twente. - Stimuleren van werkzoekenden met een grote afstand tot de arbeidsmarkt naar maatschappelijke participatie (meedoen). 3. Loonkostensubsidie Vanaf 1 januari 2015 kunnen werkgevers een loonkostensubsidie (LKS) ontvangen bij het in dienst nemen van een werkzoekende die niet in staat is volledig het wettelijk minimumloon te verdienen. Voor het bepalen van de hoogte van de LKS worden loonwaardemetingen uitgevoerd. Om duidelijkheid te creëren voor iedere werkgever en werknemer binnen de arbeidsmarktregio Twente, stellen de werkgroepen voor om regionaal dezelfde loonwaardesysteem in te kopen.
14 oktober 2014 3/5 In sommige gevallen is de loonkostensubsidie hoger dan de kosten van een uitkering. Dit is bijvoorbeeld het geval bij het plaatsen van een alleenstaande met een lage loonwaarde en een fulltime dienstverband. Dit kan de gemeente ca. 3.000,- extra per jaar kosten. We kunnen beslissen om in deze situatie geen subsidie in te zetten. De werkgroepen adviseren om vooraf geen werkzoekenden van LKS uit te sluiten, omdat het bepalen van de loonwaarde pas op de werkplek gebeurt. De totale uitgaven aan LKS zijn op dit moment nog moeilijk in te schatten. Daarom monitoren we de kosten in 2015 voor wat betreft hun beslag op de uitkeringsmiddelen (BUIG-budget). Indien nodig moet een heroverweging plaatsvinden ten aanzien van het sturen op doelgroepen. Adviezen werkgroepen: - Loonwaardesystematiek regionaal inkopen. - Vooraf geen werkzoekenden uitsluiten van LKS. - Uitgaven aan LKS monitoren. Indien nodig het sturen op doelgroepen heroverwegen. 4. Garantiebanen In het sociaal akkoord is afgesproken om zogeheten garantiebanen te creëren voor werkzoekenden met een beperking. In ca. 10 jaar tijd moeten overheid en bedrijfsleven 125.000 extra banen genereren. Ook de gemeente Enschede wordt geacht hieraan bij te dragen. Hoewel het om een beperkt aantal banen 1 gaat, staat dit op gespannen voet met de gemeentelijke CFO-doelstellingen. Vanwege onze voorbeeldfunctie, ook als centrumgemeente in de arbeidsmarktregio is het belangrijk deze extra banen te creëren. Het advies is om in eerste instantie uit te gaan van vijf garantiebanen per jaar. - Creëren van vijf extra banen per jaar binnen de gemeente Enschede. 5. Jongeren met een arbeidsbeperking Vanaf 1 januari 2015 zijn jongeren met een arbeidsbeperking voor een uitkering afhankelijk van de gemeente. In potentie kunnen zich jaarlijks ca. 200 van deze jongeren melden bij de gemeente Enschede. Door samenwerking met de scholen (VSO, PRO en ROC) kan via een preventieve aanpak een groot deel van deze jongeren alsnog uitstromen naar werk. Voor de preventieve aanpak van de VSO- en PRO-scholen zijn Europese subsidiegelden (ESF) beschikbaar gesteld voor de periode 2014 2016 ( 1,3 mln.). Een eerste door de scholen afgegeven indicatie geeft aan dat zij zelf ca. 150 jongeren via de preventieve aanpak kunnen toeleiden naar werk. De resterende ca. 50 jongeren zullen zich bij de gemeente melden voor een uitkering en bemiddeling naar werk. Vaak zijn zij niet in staat een startkwalificatie te halen. De werkgroepen onderzoeken of het actieteam, bestaande uit de gemeente Enschede, scholen en diverse zorginstanties, hier een rol in kan spelen. Om vanaf 1 januari 2015 de nieuwe doelgroep jongeren met een arbeidsbeperking te kunnen bemiddelen, is een goede diagnose van belang. Dit vraagt om specifieke kennis, die ontwikkeld wordt binnen de afdeling Werk. Aangezien deze jongeren vaak niet in staat zijn om te werken naast hun studie, komen zij in aanmerking voor een studietoelage. Het advies van de werkgroepen is om de studieregeling budgetneutraal uit te voeren, vanwege de beperkt beschikbare Rijksmiddelen. De toelage per individu valt daardoor aanzienlijk lager uit dan de huidige regeling van het UWV 2. De wijze van uitvoering wordt binnen de arbeidsmarktregio afgestemd. Door de uitgaven jaarlijks te monitoren, kunnen we waar nodig bijsturen op hoogte en duur van de verstrekkingen. 1 Voor de Twentse overheden geldt dat ca. 90 garantiebanen per jaar moeten worden gerealiseerd. 2 De hoogte van de huidige studieregeling bedraagt 25% van de WML per jaar.
14 oktober 2014 4/5 - Aansluiten bij de preventieve aanpak van de scholen (VSO, PRO en ROC). - Onderzoeken of Actieteam een rol kan hebben in aanpak jongeren met beperkt arbeidsvermogen, die niet/nauwelijks in staat zijn een startkwalificatie te halen. - De studieregeling budgettair neutraal uitvoeren. Indien nodig bijsturen op hoogte en duur van de verstrekkingen. 6. Beschut werk Zoals eerder aangegeven komen werkzoekenden die niet in staat zijn om het wettelijk minimumloon te verdienen, in aanmerking voor garantiebanen. De Participatiewet biedt echter ook de ruimte om beschutte werkplekken te creëren. Als de werkzoekende een indicatie beschut werk krijgt, dan is de gemeente verplicht een arbeidscontract aan te bieden op basis van het wettelijk minimumloon. Uitgaande van de beschikbare Rijksmiddelen kunnen jaarlijks ca. 10 plekken beschikbaar worden gesteld. De werkgroepen adviseren om beschut werk zoveel mogelijk vorm te geven bij reguliere werkgevers. Mocht dat in bepaalde gevallen niet lukken, dan kunnen de werkzoekenden werkzaamheden uitvoeren bij de DCW (als vangnet). Op die manier kan de productiviteit van werkzoekenden toch worden benut. Een bijkomstigheid is dat de hiervoor beschikbare begeleidingsmiddelen bijdragen aan het reduceren van het tekort op de sociale werkvoorziening (SW). Samen met het programma WZW wordt op dit moment nagedacht over een samenhangend stelsel van voorzieningen in de wijken waar mensen gebruik van kunnen maken op het moment dat er geen beschutte werkplek beschikbaar is. Hierbij is ook aandacht voor harmonisering van de huidige voorzieningen voor arbeidsmatige dagbesteding en beschut werken. Vanwege de onduidelijke instroomcriteria die het Rijk hanteert, loopt regionaal nog een bestuurlijke discussie over de vraag of het überhaupt wenselijk is dat instroom plaatsvindt in nieuw beschut werk per 1 januari 2015. - Jaarlijks ca. 10 plekken beschut werk beschikbaar stellen op basis van de omvang van de Rijksmiddelen. - Beschut werk vormgeven bij reguliere werkgevers. De DCW inschakelen als vangnet. - Voorzieningen in de wijken creëren voor werkzoekenden die niet kunnen instromen in beschut werk. 7. Maatschappelijke tegenprestatie Gemeenten hebben de mogelijkheid om van uitkeringsgerechtigden een tegenprestatie te vragen. Deze tegenprestatie mag de kans op werk of de re-integratie van de persoon niet belemmeren. De maatschappelijke tegenprestatie is een manier om mensen naar vermogen mee te laten doen in Enschede. De werkgroepen adviseren dit instrument niet als verplichting op te leggen, maar om het toe te passen in de vorm van maatwerk door een kan -bepaling op te nemen in de verordening. Daarmee geven we werkzoekenden de ruimte om zelf met ideeën voor invulling te komen. Advies van de werkgroepen is om de maximale duur te beperken tot een half jaar en het maximaal aantal uren tot 24 uur per week. - Tegenprestatie niet verplichten voor iedere werkzoekende, maar inzetten als maatwerk. 8. Kostendelersnorm De kostendelersnorm regelt de bijstandsnorm voor uitkeringsgerechtigden die een woning delen met andere meerderjarigen. Door het inwonen van anderen kunnen de lasten worden gedeeld en kan er een lagere uitkering worden toegekend. Op dit moment heeft dat ook gevolgen voor de hoogte van de uitkering (in Enschede 15% minder uitkering), maar het aantal inwonende personen is niet relevant. Dit verandert door toepassing van de kostendelersnorm. Hoe meer meerderjarigen inwonend zijn, hoe lager de uitkering. De kostendelersnorm leidt voor een aantal uitkeringsgerechtigden tot een lagere uitkering en voor sommigen juist tot een hogere uitkering. We weten niet precies om welke aantallen
14 oktober 2014 5/5 het gaat, maar een indicatie wijst uit dat om ca. 1500 werkzoekenden gaat. Personen die op 31 december 2014 een Wwb-uitkering hebben houden hun bestaande uitkering tot 1 juli 2015 (overgangsrecht). De gemeente heeft ten aanzien van de kostendelersnorm geen beleidsvrijheid. 9. Financiën Bij de begeleiding van nieuwe doelgroepen gebruiken we de middelen die het Rijk daarvoor beschikbaar stelt binnen het participatiebudget (ca. 400.000). De middelen worden onder meer ingezet voor jobcoaching, werkplekaanpassingen en no risk -polissen. Op voorhand worden hier geen extra middelen uit het participatiebudget of gemeentefonds op ingezet. De totale uitgaven worden gemonitord zodat, indien nodig, kan worden bijgestuurd. De individuele trajectkosten van de nieuwe gemeentelijke doelgroepen kunnen aanzienlijk oplopen. Om die reden stellen wij voor om een maximum te stellen aan de trajectkosten waarbij de jaarlijkse kosten niet hoger mogen zijn dan de jaarlijkse uitkeringslast. Uitzonderingen hierop worden beoordeeld op basis van een gedegen kosten- batenanalyse. Om in het uitvoeringsprogramma EAA 2015 extra ruimte te creëren voor extra maatregelen voor uitstroom en het opvangen van een daling van het Rijksbudget van ca. 1 mln., adviseren de werkgroepen om de volgende besparingen door te voeren: Het afschaffen van de werkgeversbijdrage van de klimopbanen. De inzet van de werkzoekenden weegt in praktijk voldoende op tegen de begeleidingskosten. De verwachte besparing is ca. 0,7 mln. in 2015. Het verlagen van de arbeidsbonus van 2.000 naar 1.000. Dit levert een besparing op van ca. 0,1 mln. Hierbij is tevens het advies om in het kader van zelfredzaamheid de arbeidsbonus op aanvraag te verstrekken. - De begeleiding van nieuwe doelgroepen uitvoeren binnen de daarvoor beschikbare rijksmiddelen. - De uitgaven aan begeleiding van nieuwe doelgroepen monitoren en indien nodig bijsturen. - Stellen van een maximum aan de trajectkosten van nieuwe doelgroepen gelijk aan de jaarlijkse uitkeringslast. - Creëren van ruimte in het participatiebudget 2015 door: - Afschaffen van de werkgeversbijdrage voor de klimopbanen per 1 januari 2015. - Verlagen van de arbeidsbonus van 2.000 naar 1.000. Wij hopen u met deze brief meer inzicht te hebben gegeven in de wijze waarop de werkgroepen het concept uitvoeringsprogramma EAA 2015 uitwerken, evenals de bijbehorende verordeningen. Zoals eerder aangegeven worden deze onderwerpen in november voorgelegd ter besluitvorming door uw Raad. Hoogachtend, Burgemeester en Wethouders van Enschede, de Secretaris, de Burgemeester, (M.J.M. Meijs) (P.E.J. den Oudsten)