Aan Betreft De Commissie Grondgebiedzaken hoofdlijnen voorontwerp - bestemmingsplan Grensmaas Inleiding Zoals bekend hebben Provinciale Staten op 1 juli 2005 het POL Grensmaas vastgesteld. Gelijktijdig hebben alle betrokken partijen de uitvoeringsovereenkomst ondertekend. Het POL Grensmaas vormt het beleidskader voor een aantal vervolgbesluiten, te weten: herziening van bestemmingsplannen; verlenen van vergunningen en ontheffingen. Het voorontwerp bestemmingsplan Grensmaas vormt op haar beurt de vertaling en detaillering van het POL Grensmaas naar de gewenste en meest doelmatige bestemmingen. Doel en planopzet Met het POL Grensmaas en in het verlengde daarvan het bestemmingsplan Grensmaas wordt beoogd om in het gebied langs de Maas tussen Maastricht en Maaseik door verbreding van de Maas te komen tot beperking van de wateroverlast, grootschalige natuurontwikkeling en afbouw van de grindwinning in de provincie Limburg. Uitgangspunt is, zoals bekend, het realiseren van een nieuwe ruimtelijke structuur voor het Grensmaasgebied. In het bestemmingsplan is gekozen voor een combinatie van mengbestemmingen en specifieke bestemmingen. Daarmee is getracht om zonder verlies aan rechtszekerheid van de burger in te spelen op toekomstige al dan niet vaststaande ontwikkelingen. De beoogde flexibiliteit is tot uitdrukking gebracht in diverse vrijstellings- en wijzigingsbevoegdheden alsmede een nadere eisenregeling. Naast de voorschriften maken twee plankaarten deel uit van de juridische regeling. Plankaart A geeft de bestemmingen aan, terwijl plankaart B betrekking heeft op de dubbelbestemmingen. In de algemene beschrijving in hoofdlijnen (artikel 3 voorschriften) zijn de belangrijkste programmatische en beleidsmatige uitgangspunten en doelstellingen voor het gehele plangebied verwoord. In het POL Grensmaas zijn de winplaatsen (de te vergraven gebieden: stroomgeulverbreding, weerdverlaging, dekgrondberging, verwijderen deklaag en/of aan te vullen gebieden) als Concrete Beleidsbeslissing (CBB) opgenomen. Een CBB is een volledig afgewogen, concrete en uitvoerbare beslissing ten aanzien van een bepaald aspect van de ruimtelijke ontwikkeling van een bepaald gebied. Met volledig afgewogen wordt bedoeld dat bij de beslissing rekening is gehouden met alle betrokken belangen. De onderdelen van het POL die de status van een CBB hebben zijn bindend voor zowel de provincie als voor gemeenten. Gevolg is dat tegen het bestemmingsplan Grensmaas géén zienswijzen kunnen worden ingediend tegen de winplaatsen als zijnde een onderdeel dat zijn grondslag vindt in een CBB. Procedure Op 26 februari 1996 hebben de betrokken Maasgemeenten de samenwerkingsovereenkomst ruimtelijke planvorming Grensmaas ondertekend. Ter uitvoering van deze samenwerking is
aan Arcadis opdracht verstrekt voor het gezamenlijk herzien van de bestemmingsplannen voor het Grensmaasgebied. 2
In de vergadering van 19 november 1998 (Gemeenteblad Afd A, 1998, no. 117, agendapunt 7) heeft de gemeenteraad al ingestemd met de hoofdlijnen van het bestemmingsplan Grensmaas. Vervolgens is omtrent het voorontwerp van dit bestemmingsplan een inspraakronde gehouden waarbij 21 reacties zijn ingediend. Voorafgaand hieraan zijn in november 1998 een tweetal informatiebijeenkomsten gehouden in de fanfarezalen van Meers en Urmond. Wij merken op dat het huidig voorontwerp van bestemmingsplan zoveel mogelijk aangepast is aan de inspraakreacties van 1998, uitgezonderd reacties die betrekking hadden op de winplaatsen. Hier is immers sprake van doorvertaling van vastgesteld beleid (w.o. Deltaplan Grote Rivieren, Structuurschema Groene Ruimte en Oppervlaktedelfstoffen) dat niet meer ter discussie staat. Tot slot is het voorontwerp aangepast aan actuele situaties en rijks- en provinciale beleidskaders. Voorts brengen wij onder uw aandacht dat per 1 juli 2005 de wettelijke inspraakverplichting (art 6a van de wet op de Ruimtelijke Ordening) is komen te vervallen. Hoewel de Inspraakverordening gemeente Stein 2004 de mogelijkheid biedt alsnog inspraak te verlenen op het voorontwerp komt het ons, gezien het vorenstaande, niet zinvol voor een hernieuwde inspraakronde te houden. Het onderwerp van inspraak moet immers betrekking hebben op nieuwe beleidsvoornemens die duidelijk herkenbaar en door de bevolking te beïnvloeden zijn. Dit is hier niet aan de orde. Daarbij speelt ook dat de hoofdbestemmingen in essentie ongewijzigd intact zijn gebleven ten opzichte van het voorontwerp plan van 1998. Wel zullen wij de bewoners informeren omtrent de inhoud van het bestemmingsplan via een tweetal bijeenkomsten in de fanfarezaal van Meers en Urmond op 14 en 16 november 2005. Bovendien zal in de gehele maand november 2005 als extra service naar de burgers inzage in het bestemmingsplan Grensmaas worden verleend. Landschappelijke Hoofdstructuur In het Grensmaasplan is gekozen voor de combinatie van de aanleg van een Rivierenpark met de inrichting van het omliggende cultuurlandschap. De uitwerking hiervan wordt geëffectueerd door het ontwikkelen van een herkenbare landschappelijke structuur. Belangrijk uitgangspunt voor de visueel-landschappelijke herinrichting is het versterken van de volgende groene structuurlijnen in noord-zuidrichting. Rivier met verbrede stroomgeul De Grensmaas wordt de belangrijkste visuele noord-zuid lijn door het verbinden de bosrijke natuurlocaties in zowel Nederland als Vlaanderen. Julianakanaal en Groene Oostgrens Om het landschap in het Grensmaasgebied als een eigen wereld te kunnen beleven wordt gestreefd naar een landschappelijke beplanting en natuurlijke ontwikkeling van de kanaalzone teneinde de visuele invloed vanuit het oostelijk gelegen stedelijk gebied terug te dringen (Groene Oostgrens). Groene Snoer Het Groene Snoer gaat de belangrijkste noord-zuid verbinding vormen voor extensieve recreatie (wandelen en fietsen). De aanleg van een doorlopende laanstructuur met functionele verharding zorgt voor een herkenbare oriëntatie voor de gebruikers van het gebied. 3
Behoud en herstel kleinschaligheid Buiten het Rivierpark Grensmaas wordt gestreefd naar behoud en ontwikkeling van kleinschalige verkaveling en beplanting (meidoornhagen, hoogstamboomgaarden) rond kernen en gehuchten. Beplanting dorpsranden Op plaatsen waar sterke nieuwbouw heeft plaatsgevonden wordt door beplanting van randen gestreefd naar een aantrekkelijke landschappelijke overgang van bebouwing naar het landelijk gebied. Bijvoorbeeld aanplant van boomweiden met behoud van het agrarisch gebruik. Uitvoering kan plaatsvinden via het instrument landinrichting. Kwaliteit openbare ruimtes in en om de dorpen Het streven is om samen met de gemeenten de aantrekkelijkheid van de openbare ruimtes (pleinen, wegen) zowel voor recreanten als de eigen bewoners te verbeteren. Hierbij kunnen ook de restruimtes tussen bebouwing en nieuwe kades benut worden voor verbetering van de dagelijkse leefomgeving. Hoofdbestemmingen Natuurgebied Deze bestemming heeft betrekking op een aantal bestaande natuurgebieden. Het betreft hier de Kingbeek en de bosrand tussen de Maas en het Julianakanaal (ter hoogte van de weg van Elsloo naar Meers). Middels de projectie van deze bestemming wordt gestreefd naar een verdere uitwerking van de rijks- en provinciale ecologische hoofdstructuur. Voor deze als zodanig bestemde gronden gelden o.m. de volgende hoofdlijnen van beleid. - uitgangspunt is een duurzame instandhouding en herstel van ter plaatse aanwezige of nagestreefde ecosystemen. In waterafhankelijke gebieden worden de natte omstandigheden hersteld. Het beheer van de gronden is op natuurontwikkeling gericht; - vanwege de aanwezige waarden zijn alleen extensieve vormen van recreatie toegestaan. Nieuwe bebouwing en infrastructuur alsmede nieuwvestiging van agrarische bedrijven zijn uitgesloten. Ontgrondingsgebied 1 Ruimtelijk en functioneel vinden op deze als zodanig bestemde gronden de grootste wijzigingen c.q. veranderingen plaats in het Maasdal. De omvang van de ontgrondingen is afgestemd op de begrenzing van de winplaatsen zoals aangegeven in het POL Grensmaas. Ontgronding binnen deze bestemming is geen doel op zich, maar gericht op grootschalige natuurontwikkeling, ecologisch rivierherstel en bescherming tegen wateroverlast. Voor deze gronden gelden de volgende hoofdlijnen van beleid. - de gronden zijn bestemd voor de winning, verwerking en transport van oppervlaktedelfstoffen; - ontgronding vindt plaats door stroomgeulverbreding en weerdverlaging van de Maas. Ook de kleibergingen vallen binnen deze bestemming; - na beëindiging van de ontgrondingswerkzaamheden zijn Burgemeester en Wethouders bevoegd de bestemming Ontgrondingsgebied 1 te wijzigen ten behoeve van natuurontwikkeling in de bestemming Natuurgebied. 4
Agrarisch gebied met landschappelijke en/of natuurlijke waarden (Aln) Deze bestemming ziet op het agrarisch gebied dat overblijft nadat de stroomgeulverbreding en weerdverlaging inclusief kleibergingen zijn uitgevoerd. Dit resterende agrarisch cultuurlandschap, waarvoor het instrument landinrichting wordt ingezet, is vooral te vinden rondom de IAZI en de kernen Maasband en Meers. Binnen het Aln-gebied is tevens bij Meers een nieuwe leidingenstrook geprojecteerd en een nadere begrenzing aangegeven voor uitbreiding van vaste verwerkingsinstallatie. Binnen de gronden van deze bestemming wordt gestreefd naar een duurzame landbouw waarbij met name voor de melkveehouderij perspectieven worden gezien. Terzake gelden o.m. de volgende functionele hoofdlijnen: - het beleid is gericht op de samenhang en verwevenheid van de agrarische, landschappelijke, natuurlijke en recreatieve waarden te handhaven en te ontwikkelen; - de natuurwaarden zijn gebonden aan kleine landschapselementen als heggen, houtwallen, dijkjes, beken, hoogstamboomgaarden, bermen e.d.; - het cultuurhistorisch patroon van onverharde wegen zal zoveel mogelijk intact worden gelaten; - belangrijk uitgangspunt voor de visueel - landschappelijke inrichting is het versterken van een aantal groene structuurlijnen in noord - zuid richting die in oost - westrichting met elkaar verbonden worden; - nieuwvestiging van niet - grondgebonden agrarische bedrijven is uitgesloten; - Burgemeester en Wethouders kunnen onder voorwaarden de Aln - bestemming wijzigen in de bestemming bosgebied, natuurgebied en agrarische bedrijfsdoeleinden. Agrarische Bedrijfsdoeleinden Deze gronden zijn bestemd voor de uitoefening van een agrarisch bedrijf binnen een daartoe aangewezen bouwperceel of bouwblok. Onder deze bestemming is een zevental bestaande agrarische bedrijven gebracht, te weten twee in de kern Maasband, drie in het gebied Meers, één bedrijf in Urmond en één in Nattenhoven. Het gaat hier om een ruimtelijke bouwkavel dat wil zeggen dat door de actuele milieuwetgeving beperkingen kunnen worden opgelegd aan het benutten van het agrarisch bouwperceel. Terzake gelden o.m. de volgende hoofdlijnen van beleid: - de bestemming heeft betrekking op grondgebonden agrarische bedrijven; - binnen het bouwvlak is bedrijfsuitbreiding gekoppeld aan de regels van de POL-uitwerking BOM+; - het omschakelen naar niet - grondgebonden agrarische activiteiten is niet toegestaan; - binnen de bestaande bebouwing is met vrijstelling verbrede plattelandsontwikkeling mogelijk (bed en breakfast, vakantieappartementen). Woondoeleinden Vanwege zijn ligging midden in het Grensmaasgebied is de gehele woonkern Maasband opgenomen binnen het gebied behorende tot het bestemmingsplan Grensmaas. De bestaande burgerwoningen zijn bestemd conform huidig gebruik en zijn tevens voorzien van een ruime uitbreidingsmogelijkheid tot maximaal 25%. 5
Terzake gelden de volgende hoofdlijnen van beleid: - de woonfunctie kan niet vervangen worden door niet-woonfuncties; - aan huis gebonden beroepen zijn rechtstreeks toegestaan mits de woonfunctie in overwegende mate behouden blijft; - voor consumentverzorgende activiteiten kan, onder voorwaarden, vrijstelling worden verleend. Dubbele bestemmingen Doel van deze bestemming is bescherming te bieden aan objecten en gebieden die veelal binnen meerdere bestemmingen zijn gelegen en vanwege hun belang bovenop de regeling van de hoofdbestemming nog een aparte regeling hebben verkregen. Gronden die als zodanig bestemd zijn genieten een extra bescherming vooral ten aanzien van bouwvoornemens. In eerste instantie dient dan ook aan de regeling van dubbele bestemmingen te worden tegemoet gekomen (voorrangsregeling). Het betreft hier o.m. de bestemmingen stroomvoerend en waterbergend winterbed, beschermingszones watergang, waterkering en allerlei leidingen. Procedurestappen Terzake zal de volgende procedure toegepast worden: Behandeling hoofdlijnen BP Grensmaas in Commissie GGZ van 24 oktober 2005 Infobijeenkomst fanfarezalen Meers en Urmond op 14 november respectievelijk 16 november 2005 Gelegenheid tot inzage van voorontwerp in de maand november 2005 Tervisielegging ontwerp-bestemmingsplan 27 januari 2006 Vaststelling bestemmingsplan 29 juni 2006 Advies Naar aanleiding van het vorenstaande adviseren wij u in te stemmen met de: 1. voorgestane landschappelijke hoofdstructuur. 2. hoofdbestemmingen en aangegeven procedurestappen. De betreffende planstukken liggen voor U ter inzage. Burgemeester en Wethouders de Secretaris, de Burgemeester, Dict. EC 6
7