Structurele wijzigingen in de DSM-5: begin van een hervorming?

Vergelijkbare documenten
transistiepsychiatrie Dr. R. Klaassen Kinder- en jeugdpsychiater Bascule Projectleider headspace

Autisme en de DSM-5 symposium autismenetwerk Zuid- Holland Zuid Autismeweek

Diagnose en classificatie in de psychiatrie

18/03/2016. inhoud. Zorg voor jongeren met psychiatrische problemen. jongeren populatie. jongeren populatie. jongeren populatie. jongeren populatie

Het Effect van Assertive Community Treatment (ACT) op het. Sociaal Functioneren van Langdurig Psychiatrische Patiënten met. een Psychotische Stoornis.

Behandeleffecten. in Forensisch Psychiatrisch Center de Rooyse Wissel. Treatment effects in. Forensic Psychiatric Centre de Rooyse Wissel

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind.

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon

Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze. in Relatie tot Depressie

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and

6 Forensische aspecten Aandachtspunten 134 Noten 134

Inleiding: de komst van de DSM-5

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten?

Persoonlijkheidsstoornissen

Validatie van de Depressie lijst (DL) en de Geriatric Depression Scale (GDS-30) bij Verpleeghuisbewoners

Effecten van een op MBSR gebaseerde training van. hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim

Persoonlijkheidsstoornissen

Op naar DSM 5. Mariken van Onna Klinisch psycholoog-psychotherapeut Supervisor VGCt Karakter Nijmegen Universitair Centrum Kinder- en jeugdpsychiatrie

Psychiatrie & Psychologie bij 22q11DS

Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: The Manager as a Resource.

Inhoudsopgave Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen

Disclosure belangen spreker

Psychometrische Eigenschappen van de Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometric Properties of the Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5)

De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de. modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie

Running head: OPVOEDSTIJL, EXTERNALISEREND PROLEEMGEDRAG EN ZELFBEELD

De relatie tussen Zelfwaardering, Externe Attributie en Psychotische symptomen.

Zwakbegaafdheid in de GGZ. Een explorerend onderzoek 1. Jannelien Wieland a,b & Frans Zitman c

Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten

DSM-5: de algemene wijzigingen ten opzichte van de DSM-IV

This item is the archived peer-reviewed author-version of:

FEEDBACK DSM-IV code combinaties

Wat is depressie? Oorzaak, omvang, gevolg

Hechting en Psychose: Attachment and Psychosis:

Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen. bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar

Een triagetool: het Kompas Kinder- en Jeugdpsychiatrie. Frits Boer & Frank Verhulst 8 oktober 2015 Ede

Stress en Psychose 59 Noord. Stress and Psychosis 59 North. A.N.M. Busch

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten?

25% DSM5 & Zorgvraagzwaarte. 3.5% in ggz. Creëer markt 3.5% 20.5% 3.5% Explosie in ggz. 2004: Wachtlijstenproblematiek. 2004: Wachtlijstenproblematiek

Bent u gemotiveerd? L.E.J. Gerretsen Studentnummer: Eerste begeleider: prof. dr. L. Lechner Tweede begeleider: Dr. A.

Clinical Staging en Vroege Interventie voor Borderline Persoonlijkheidsstoornis

The relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope

De relatie tussen depressie- en angstsymptomen, diabetesdistress, diabetesregulatie en. proactieve copingvaardigheden bij type 2 diabetespatiënten

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50

Modererende Rol van Seksuele Gedachten. Moderating Role of Sexual Thoughts. C. Iftekaralikhan-Raghubardayal

BISEKSUALITEIT: DE ONZICHTBARE SOCIALE IDENTITEIT. Biseksualiteit: de Onzichtbare Sociale Identiteit met Zichtbare Gezondheidsgevolgen

Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag. Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer?

Running head: INVLOED MBSR-TRAINING OP STRESS EN ENERGIE 1. De Invloed van MBSR-training op Mindfulness, Ervaren Stress. en Energie bij Moeders

Disclosure belofte. Ik stel het belang van de patiënt voorop en eerbiedig zijn opvattingen. Doel van de patient staat centraal

De overgang van stepped care naar personalized care bij de combinatie van lichamelijke en psychische klachten

Terugvalpreventie bij anorexia nervosa

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive

De Relatie tussen de Fysieke Omgeving en het Beweeggedrag van Kinderen gebruik. makend van GPS- en Versnellingsmeterdata

De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility.

Nederlandse samenvatting

De Relatie tussen Dagelijkse Stress, Negatief Affect en de Invloed van Bewegen

Disclosures. De combinatie van lichamelijke klachten en psychische stoornissen. Inhoud. Vaak voorkomende SOLK. Wat is SOLK?

DSM-5: een inleiding. J. De Fruyt

Diagnostische instabiliteit van terugval bij angststoornissen en depressie

Het executief en het sociaal cognitief functioneren bij licht verstandelijk. gehandicapte jeugdigen. Samenhang met emotionele- en gedragsproblemen

Bijlagen J. Wiersma et al., Neem de regie over je depressie, DOI / , 2015 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Media

de Rol van Persoonlijkheid Eating: the Role of Personality

Het Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive

Falende Interpretatie? De Samenhang van Faalangst met Interpretatiebias

Psychotische stoornissen in DSM V. Mirjam Klein (supervisor Erik Giltay) Afdeling Psychiatrie LUMC, Leiden

Running head: EFFECT VAN IB-CGT OP SEKSUELE DISFUNCTIES BIJ VROUWEN

Q&A-lijst. Vijftien veel gestelde vragen over DSM-5

NISPA en Radboud(umc) Let s get together. Let s get together: medicine/psychiatry & addiction - Universitair Medisch Centrum

De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en. Discrepantie

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS

42 de psycholoog / mei 2014 de dsm is geen zorgbepalend instrument malou van hintum

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën

Het Mini Internationaal Neuropsychiatrisch Interview (mini)

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

DSM-5 De belangrijkste veranderingen t.o.v DSM-IV

Quality of life in persons with profound intellectual and multiple disabilities. Marga Nieuwenhuijse maart 2016

Diagnostiek bij psychosomatiek: doen we patiënten tekort?

Diagnostiek van Persoonlijkheidsstoornissen. De Relatie tussen. Persoonlijkheidskenmerken en de. Kernfactoren van (Mal)Adaptief Functioneren

gegeven met informatie over risico, complexiteit, duur, ernst en een doorverwijzingsadvies.

Over de toekomst van de psychiatrische diagnostiek

BELEIDSREGEL CV

Advies KAGB over de Forensische Psychiatrie 26 April Em. Prof. Paul Cosyns UA Gewoon lid, Psychiatrie

De Effectiviteit van een Mindfulness-gebaseerde Lichaamsscan: een. Vergelijking met Rusten in Liggende Positie

De Relatie tussen Hechting en Welbevinden bij Ouderen: De mediërende Invloed van Mindfulness en Zingeving

Hoofdstuk 1 Inleiding: de komst van de DSM-5 Theo Ingenhoven 9. Hoofdstuk 2 Korte geschiedenis van de DSM Paul Wisman 17

Persoonlijkheidsstoornissen

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten.

Impact van de ingebruikname van de DSM-5

ICD-Io en de classificatie van psychische stoornissen

Determinanten en Barrières van Seksuele Patiëntenvoorlichting. aan Kankerpatiënten door Oncologieverpleegkundigen

De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende. Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie

Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en. Bevlogenheid

MIDDELENGERELATEERDE en VERSLAVINGSSTOORNISSEN. Dr. Marie-Catherine Monté en Dr. Marieke Waignein

Transcriptie:

korte bijdrage Structurele wijzigingen in de DSM-5: begin van een hervorming? T.A.M.J. VAN AMELSVOORT, F. VAN DEN EEDE, K. GOETHALS, H.J.C. VAN MARLE, A.-J. BEEKMAN ACHTERGROND De aanloop naar de verschijning van de dsm-5 ging gepaard met veel kritiek: het dsmclassificatiesysteem kreeg van sommigen de schuld van de onbevredigende diagnostiek in ons vakgebied. De afgelopen decennia zijn er geen grote wetenschappelijke doorbraken geweest op ons vakgebied, terwijl de cijfers geen vermindering van het aantal psychische problemen laten zien in onze westerse maatschappij. Men vond het tijd voor hervormingen, en de vraag is of de dsm-5 deze gaat bieden. DOEL Een update en beschouwing geven over structurele, diagnoseoverstijgende wijzigingen die zijn doorgevoerd in de dsm-5. METHODE Bespreken van de doorgevoerde wijzigingen. RESULTATEN De belangrijkste diagnoseoverstijgende structurele wijzigingen in de dsm-5 zijn: het weglaten van het onderscheid tussen kinder- en jeugdstoornissen enerzijds en stoornissen bij volwassenen anderzijds; het verdwijnen van het meerassensysteem; een meer dimensionele benadering met de mogelijkheid om de mate van ernst van een stoornis aan te geven. CONCLUSIE De beginnende hervorming die lijkt plaats te vinden in ons psychiatrisch classificatiesysteem is zichtbaar in de dsm-5 en dit is een positieve ontwikkeling. Waarschijnlijk is dit slechts een voorbode van toekomstige hervormingen. TIJDSCHRIFT VOOR PSYCHIATRIE 56(2014)3, 152-156 TREFWOORDEN classificatie, dsm-5 artikel 152 De nieuwe versie van dsm heeft bijna 20 jaar op zich laten wachten (apa 1994; 2013). De verwachtingen waren dan ook zeer hoog gespannen na 2 decennia van psychiatrisch en vooral neurobiologisch wetenschappelijk onderzoek. Het was echter meteen duidelijk dat de nieuwe dsm-5 deze hoge verwachtingen niet kon inlossen. De diagnostiek in de psychiatrie blijft voor veel psychiaters onbevredigend en er is een gebrek aan grote doorbraken op het gebied van diagnostiek en behandeling. De wetenschappelijke inzichten vertalen zich tot op heden namelijk onvoldoende in een gedegen nosologisch systeem. Sterkte en zwakte De critici geven de dsm de schuld van deze teleurstellende situatie want onze diagnostiek is gebaseerd op consensus in plaats van wetenschappelijke evidentie. De beperkte diagnostische validiteit is een zwakte en patiënten met psychische problemen verdienen beter. Ook de voorstanders van de dsm zijn langzaam tot het besef gekomen dat ons classificatiesysteem niet meer helemaal aansluit bij de huidige kennis over psychische stoornissen. Thomas Insel (2013), de directeur van het Amerikaanse onderzoeksinstituut National Institute of Mental Health, zegt dan ook: Het doel van de dsm is net zoals met zijn voorgangers, het scheppen van een gemeenschappelijke taal om psychopathologie te beschrijven. Terwijl de dsm door sommigen de bijbel van de psychiatrie

is genoemd, wordt deze door anderen toch vooral als een woordenboek met een aantal labels en etiketten gezien. Echter, de dsm-5 geeft op dit moment de best beschikbare informatie voor het klinisch classificeren van psychische stoornissen. Kort gezegd: het moet beter, maar op dit moment kunnen we niet beter. De dsm-5 is een classificatiesysteem en geen diagnostisch systeem. De onvrede over onze psychiatrische diagnostiek heeft inmiddels wel een proces van hervormingen in gang gezet. Een van deze hervormingen vormt het stageringsmodel, dat reeds uitgebreid belicht werd in het themanummer over stagering en profilering (Tijdschrift voor Psychiatrie 2012: 54: nummer 11). De dsm-5 lijkt ook een uiting van deze in gang gezette hervorming binnen ons vakgebied. Hoewel de makers van de dsm-5 hebben gekozen voor een vrij conservatieve benadering waarbij geen grote inhoudelijke wijzigingen zijn doorgevoerd, hebben zij een aantal grote, structurele, diagnoseoverstijgende hervormingen aangebracht in deze dsm-5 ten opzichte van zijn voorganger. Allereerst wordt het onderscheid tussen stoornissen in zuigelingen- tot adolescentieleeftijd en die bij volwassenen niet meer als apart hoofdstuk beschouwd. Ten tweede is de meerassige beoordeling verdwenen. Ten slotte is een meer dimensionele benadering geïntroduceerd door meer ruimte te maken voor comorbiditeit en de ernst van de symptomen apart te laten vastleggen. Psychiatrie gedurende de levensloop In de dsm-5 zijn de hoofdstukken zo ingedeeld dat alle psychiatrische stoornissen in principe op verschillende stadia gedurende de levensloop gediagnosticeerd kunnen worden. Hier is zelfs bij de volgorde van de hoofdstukken in het boek rekening mee gehouden. Er wordt gestart met de stoornissen waarbij een verstoorde ontwikkeling op jonge leeftijd al een rol speelt, en men eindigt met de stoornissen die zich vooral op latere leeftijd manifesteren. De wijziging die apart onderscheid tussen stoornissen in zuigelingen- tot adolescentieleeftijd opheft, sluit aan bij het toegenomen besef dat stoornissen die op jonge leeftijd optreden, óf een chronisch beloop hebben en niet ophouden met het bereiken van de volwassen leeftijd, óf na een periode van remissie weer terugkeren op volwassen leeftijd. Zo is het enerzijds, ondanks de nodige criticasters, inmiddels algemeen aanvaard dat adhd ook op volwassen leeftijd gediagnosticeerd kan worden (Asherson e.a. 2010). Anderzijds realiseren we ons ook dat van de stoornissen waarvan men vroeger dacht dat deze zich pas voor het eerst op volwassen leeftijd manifesteren, zoals psychose, de voortekenen zich rond 14-jarige leeftijd al kunnen presenteren. Hoewel het lastig is om precies vast te stellen wat het moment van ontstaan is van psychiatrische ziektebeelden, AUTEURS THERESE VAN AMELSVOORT, hoogleraar Transitiepsychiatrie, Universiteit van Maastricht; tevens psychiater, Mondriaan, Virenze, de Koraalgroep en het Academisch Ziekenhuis Maastricht. FILIP VAN DEN EEDE, medisch coördinator van de dienst psychiatrie in het Universitair Ziekenhuis Antwerpen (UZA); deeltijds docent Collaborative Antwerp Psychiatric Research Institute (CAPRI), Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen, Universiteit Antwerpen (UA). KRIS GOETHALS, A-opleider psychiatrie GGZ Westelijk Noord-Brabant; directeur Universitair Forensisch Centrum, Universitair Ziekenhuis Antwerpen; Collaborative Antwerp Psychiatric Research Institute (CAPRI), Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen, Universiteit Antwerpen. HJALMAR VAN MARLE, hoogleraar Forensische psychiatrie, Erasmus Medisch Centrum en de Erasmus School of Law van de Erasmus Universiteit, Rotterdam; supervisor gedragskundige rapportages in de opleiding tot psychiater, ErasmusMC en LUMC; tevens psychiater, forensische polikliniek Het Dok, Rotterdam. AART-JAN BEEKMAN, hoogleraar Psychiatrie en hoofd afd. Psychiatrie VUmc, Amsterdam; tevens lid van de raad van bestuur van GGZ ingeest. CORRESPONDENTIEADRES Prof. dr. Therese van Amelsvoort, afd. Psychiatrie en Psychologie, Universiteit Maastricht, Vijverdalseweg 1, 6226 NB Maastricht. E-mail: t.vanamelsvoort@maastrichtuniversity.nl Het artikel werd voor publicatie geaccepteerd op 27-11-2013. Geen strijdige belangen meegedeeld. wijzen vele studies, gebruikmakend van een diversiteit aan epidemiologische benaderingen, allemaal naar één conclusie: namelijk dat psychische stoornissen op volwassen leeftijd niet alleen vaak voorkomen, maar dat de meeste hun oorsprong vinden op jeugdige leeftijd (Jones 2013). Aangezien in de meeste psychiatrische instellingen er een vrij strikte scheiding is tussen kinder- en jeugdpsychiatrie en volwassenenpsychiatrie, wat in de praktijk goed zichtbaar is door de twee compleet verschillende werkwijzen zowel inhoudelijk als procesmatig, zal het interessant zijn om te zien of de introductie van de levensloopvisie in de dsm-5 zich ook in de dagelijkse praktijk zal gaan doorontwikkelen, waardoor de strikte scheiding bij 18 jaar flexibeler wordt of misschien zelfs opgeheven wordt. STRUCTURELE WIJZIGINGEN IN DE DSM-5 153

T.A.M.J. VAN AMELSVOORT, F. VAN DEN EEDE, K. GOETHALS E.A. 154 De volwassenenpsychiatrie doet er goed aan de zorg in te richten voor de diagnostiek en behandeling van stoornissen zoals adhd en autismespectrumstoornissen, terwijl het verstandig is als de kinder- en jeugdpsychiatrie haar jeugdigen screent op psychotische symptomen. De langetermijngevolgen van de psychische stoornissen worden verergerd door te laat of geen hulp zoeken en vroegdetectie is dus cruciaal (De Giralomo e.a. 2012). De ziektelast en de prevalentie van psychische stoornissen zijn bij jongeren van 15-24 jaar het hoogst (who 2009), maar het blijkt dat vooral schaamte en verlegenheid een belemmering vormen voor deze doelgroep om hulp te vragen (Yap e.a. 2012). Dit vraagt dus om een andere aanpak (McGorry e.a. 2013). De door de Nederlandse overheid voorgenomen overheveling van de kinder- en jeugdpsychiatrie naar de gemeente is vanuit deze levensloopvisie en vanuit wetenschappelijk oogpunt bezien gecontra-indiceerd en staat haaks op de nieuwe, wenselijke (internationale) hervormingen binnen ons vakgebied en de in oktober 2013 gelanceerde International Declaration of Youth Mental Health (iaymh 2013). Het verdwijnen van de meerassige beoordeling Hoewel het in ons zorgstelsel een vereiste is (bijvoorbeeld van zorgverzekeraars) volgens alle assen van de dsm-iv te classificeren, zijn in de praktijk niet alle vijf assen nodig om bij iemand een diagnose te stellen en deze te behandelen. Het lijkt dan ook een logische beslissing om de dsm-5 te ontdoen van dit categorische model. De dsm-5 integreert de voormalige assen I, II en iii om kunstmatig onderscheid tussen stoornissen weg te nemen, waarbij ook het belang van het noemen van de relevante somatische ziektebeelden gehandhaafd blijft. Persoonlijkheidsstoornissen krijgt een apart hoofdstuk, net als de andere stoornissen. De term zwakzinnigheid is, gelukkig, verdwenen en vervangen door intellectual disability, in de dsm-5 opgenomen in het hoofdstuk neurodevelopmental disorders. Verder vond men het coderen van Global Assessment of Functioning op as V van de dsm-iv overbodig en men raadt aan om voor het functioneren aparte schalen te gebruiken, zoals World Health Organization Disability Assessment Schedule (whodas 2.0), die door de dsm-5 Disability Study Group op dit moment beschouwd wordt als het beste instrument voor het meten van beperkingen in de dagelijkse praktijk. whodas 2.0 is gebaseerd op de International Classification of Functioning, Disability, and Health (icf) en is te gebruiken voor alle patiënten ongeacht type aandoening. Dit instrument, alsmede informatie over het scoren, is toegevoegd in sectie iii van de dsm-5. Dimensionele benadering Resultaten van studies naar zowel genetische factoren als omgevingsfactoren vormen aanleiding om de validiteit van het huidige categorische stelsel sterk in twijfel te trekken. Er is veel overlap in symptomen tussen de huidige categorische classificaties. In de dsm-5 wordt meer ruimte voor comorbiditeit geboden ten opzichte van de dsm-iv. Er is tevens ruimte om de mate van ernst van een stoornis en andere psychosociale en contextuele kenmerken aan te geven door middel van specifiers. Overige structurele veranderingen In dit themanummer zullen de auteurs van de verschillende bijdragen dieper ingaan op de wijzigingen binnen de verschillende diagnostische categorieën. Er zijn echter ook belangrijke wijzigingen in de indeling tussen de categorieën van stoornissen onderling, waarvan de meeste gebaseerd zijn op nieuwe wetenschappelijke inzichten. Deze brengen dan ook een aanzienlijke verbetering met zich mee. Zo vormen de bipolar and related disorders voortaan een aparte categorie. De angststoornissen in dsm-iv werden in dsm-5 opgesplitst in: anxiety disorders, obsessive-compulsive and related disorders en trauma- and stressor-related disorders. Gender dysphoria werd in dsm-5 een aparte categorie, evenals paraphilic disorders. Andere wijzigingen zijn dan weer controversieel en voor discussie vatbaar, zoals het onderbrengen van factitious disorder (de nagebootste stoornis in dsm-iv) in de categorie somatic symptom and related disorders (de somatoforme stoornissen in dsm-iv). Ten slotte zijn de niet anderszins omschreven (nao) -categorieën ook van het toneel verdwenen en vervangen door 2 opties: other specified disorder, waarbij de clinicus de reden kan aangeven waarom niet aan alle criteria van een specifieke stoornis wordt voldaan; en unspecified disorder, waarbij de clinicus specificatie achterwege kan laten. Slotbeschouwingen De diagnoseoverstijgende wijzigingen die in de dsm-5 zijn aangebracht, zijn het resultaat van voortschrijdend inzicht op basis van wetenschappelijk onderzoek. Ook zijn de wijzigingen het resultaat van een poging om de dsm-5 meer te harmoniseren met het icd-classificatiesysteem. Het introduceren van nieuwe namen of definities van veel afzonderlijke stoornissen wordt nu nog wetenschappelijk te prematuur geacht, en deze zijn dus grotendeels ongewijzigd ten opzichte van zijn voorganger. Wel zijn in sectie iii stoornissen opgenomen die nog nader onderzocht dienen te worden.

Beweringen dat er veel meer nieuwe diagnoses zijn bijgekomen in de dsm-5, moeten we tegenspreken: er zijn ook diagnoses verdwenen of samengevoegd met andere diagnoses, zodat er in totaal in de dsm-5 ongeveer evenveel diagnoses zijn als voorheen. Sommige nieuwe stoornissen kunnen mogelijkerwijze wel tot overdiagnostiek leiden, zoals: disruptive mood dysregulation disorder en psychological factors affecting other medical conditions. Het is nu nog moeilijk te zeggen wat precies de gevolgen van de introductie van dsm-5 zullen zijn voor de patiënt en de clinicus in Nederland en België. De conclusie is gerechtvaardigd dat de beginnende hervorming die lijkt plaats te vinden in ons psychiatrisch classificatiesysteem al zichtbaar is in de dsm-5; dit is een positieve ontwikkeling. Waarschijnlijk is dit slechts de voorbode van de vele hervormingen die nog zullen volgen, zoals het Research Domain Criteria (RDoC)-project waarbij precisiediagnostiek nagestreefd wordt via integratie van neurobiologische en klinische variabelen. LITERATUUR American Psychiatric Association: De Girolamo G, Dagani J, Purcell R, McGorry P, Bates T, Birchwood M. Diagnostic and Statistical Manual of Cocchi A, McGorry PD. Age of onset of Designing youth mental health services Mental Disorders (5de versie). Arlington: mental disorders and use of mental for the 21st century: examples from American Psychiatric Association; 2013. health services: needs, opportunities and Australia, Ireland and the UK. Br J American Psychiatric Association: obstacles. Epidemiol Psychiatr Sci 2012; Psychiatry 2013; 202: s30-5. Diagnostic and Statistical Manual of 21: 47-57. WHO. Global health risks: mortality Mental Disorders (4de versie). Arlington: Insel T. Transforming Diagnosis. Bethesda: and burden of disease attributable to American Psychiatric Association; 1994. National Institute of Mental Health, 29 selected major risks. Geneva: World Health Asherson P, Adamou M, Bolea B, Muller April 2013. Organization, 2009. U, Morua SD, Pitts M, e.a. Is ADHD a valid Insel T, Lieberman J. DSM-5 and RDoC: Yap MB, Reavley N, Jorm AF. Where would diagnosis in adults? Yes. BMJ 2010; 340: c549. Shared interests. National Institute of Mental Health and American Psychiatric Association. Press Release, 13 mei 2013. Jones PB. Adult mental health disorders and their age of onset. Br J Psychiatry 2013; 202: s5-s10. young people seek help for mental disorders and what stops them? Findings from an Australian national survey. J Affect Disord 2012; Dec 7. STRUCTURELE WIJZIGINGEN IN DE DSM-5 155

SUMMARY Structural changes in DSM-5: the beginning of a transformation? T.A.M.J. VAN AMELSVOORT, F. VAN DEN EEDE, K. GOETHALS, H.J.C. VAN MARLE, A.-J. BEEKMAN BACKGROUND The dsm-5 received both praise and criticism following its publication in May 2013. Some blamed the dsm classification system for the unsatisfactory diagnostic system within psychiatry. Over the last 30 years or so there have been no major breakthroughs in our field and there has been no reduction in the number of mental health problems in Western society. It is time for a change; the question is whether dsm-5 will succeed in bringing about this change. AIM To update and analyse the structural, diagnosis-independent changes that have been incorporated in dsm-5. 156 T.A.M.J. VAN AMELSVOORT, F. VAN DEN EEDE, K. GOETHALS E.A. METHOD RESULTS CONCLUSION KEY WORDS We discuss the changes. The most important structural, diagnosis-independent changes include: 1. the separate classification of disorders that begin in childhood from those that begin in adolescence has been abolished; 2. the multi-axial system has disappeared; 3. the approach has become more dimensional, which allows for the assessment of the severity of a disorder. In the dsm-5 there are clear signs that a transformation of our psychiatric assessment system has begun; this can only be seen as a positive development, but is probably just the tip of the iceberg. Further changes are likely to occur, some in the near future, others in the long term. TIJDSCHRIFT VOOR PSYCHIATRIE 56(2014)3, 152-156 classification, dsm-5