Verslag pfho EZ & terugkoppeling BO cultuur 16 september 2015 Ons kenmerk: 15.0006820 Aanwezig: Mw. A.M. Kennis Mw. A. van den Berg Dhr. W. Jaeger (vz.) Dhr. G. Pas Mw. M. Verbeek Dhr. T. Smit Dhr. T. Stam Mw. H. Timmerman Mw. M. van Meerten Mw. M. Sanderse Dhr. P. Eijking Mw. A. Heijstee Dhr. H. Tuning Dhr. J. Frijdal Dhr. Th. Reijn Ambtelijk: Dhr. E. Bodar Mw. M. Zivkovic-Laurenta Mw. M. den Uijl (verslag) Gemeente Blaricum Gemeente Bussum Gemeente Hilversum Gemeente Huizen Gemeente Huizen Gemeente Laren Gemeente Laren Gemeente Muiden Gemeente Naarden Gemeente Naarden Gemeente Wijdemeren Gemeente Wijdemeren Terugkoppeling bestuurlijk overleg Cultuur Dhr. Smit geeft aan dat cultuur een belangrijke pijler is van de regio, dat komt ook terug in de RSA. In regionaal verband gebeurt er nog niet zoveel. Tijdens het bestuurlijk overleg cultuur is afgesproken om vooral praktisch dingen in te vullen, zodat de energie behouden blijft. Door regionaal samen te werken kan cultuur in de regio worden versterkt. Cultuurhistorie en erfgoed krijgt focus vanwege de sterke aanwezigheid in het gebied, samen met beeldende kunst. Verschillende acties worden ondernomen: er wordt ingezet op het ontsluiten van kennis over de verschillende collecties via een digitaal platform. Daarnaast wordt in samenwerking met provincie Noord-Holland een bezoekersstromenonderzoek uitgevoerd. Kansrijk is het verbinden van cultuuragenda s, verbetering van het professionele cultuurnetwerk en een regionale erfgoednota. Een museumstuk uit Hilversum wordt momenteel tentoongesteld in Laren. Dit was mogelijk omdat men kennis heeft van elkaars collecties. Dhr. Smit doet een dringend beroep op de portefeuillehouders om hun cultuurambtenaren te laten aansluiten bij het ambtelijk vooroverleg. Kennis en inzet is nodig. Dhr. Jaeger geeft aan dat kennisuitwisseling op korte termijn het belangrijkst is. Ook waar het gaat om subsidiëring. Daarnaast het verbinden van cultuuragenda s. Hilversum is momenteel bezig met een erfgoednota; het zou goed zijn als deze meteen regionaal wordt opgesteld. Daarnaast moet het cultuurnetwerk zich beter ontwikkelen en dienen professionele organisaties met elkaar in contact te komen. Dit biedt bijvoorbeeld kansen voor regionale cultuureducatie. De aandacht moet zich richten op kwaliteit, niet op gemeentegrenzen. Mw. Heijstee vraagt of het RBT is aangehaakt, zij zijn ook bezig met een digitaal platform. Dhr. Smit antwoordt dat er nauw contact is.
Dhr. Jaeger benadrukt dat een verandering in focus essentieel is en dat dit mogelijk tot weerstand kan leiden. Hilversum heeft onlangs een nieuwe cultuurvisie opgesteld, dat gaf redelijk wat rumoer. Dhr. Smit voegt toe dat Hilversum hier wel al verder in is dan de andere gemeenten. Dhr. Pas geeft aan dat geïnventariseerd is welke voorzieningen er zijn in de regio en of deze van lokaal, regionaal of bovenlokaal belang zijn. Het plan is om bijeenkomsten te organiseren om te bespreken met welke problemen de organisaties te maken hebben, hiervoor oplossingen te bedenken en de rol van gemeenten hierbij te identificeren. Mw. Van der Zee benadrukt dat de regio rijk is aan cultuurhistorie en erfgoed, hier kunnen snel verbeteringen aangebracht worden. De cijfers moeten op orde zijn, want dit zorgt voor een sterkere argumentatie. Dhr. Smit wil naast deze ontwikkelingen ook nog een ander initiatief toelichten. Het gaat hier om het stimuleren van recreatie in natuurgebieden. Er wordt een werkgroep gevormd met het RBT, itrovator, GNR en de Regio G&V. Natuurmonumenten wordt ook gevraagd aan te sluiten. Dit om de projecten van GNR, Natuurmonumenten, itrovator en de Agenda Groen van de stad Amsterdam met elkaar te verbinden. Dit moet leiden tot meer focus. Dhr. Smit is bestuurlijk trekker van Groene Recreatie. Afgesproken wordt dat er naast de terugkoppeling in het pfho EZ ook nog bestuurlijke overleggen cultuur op locatie worden georganiseerd. Dhr. Smit benadrukt het belang van het leveren van ambtelijke capaciteit. Niet alleen waar het gaat om cultuur, maar ook voor toerisme of economie in brede zin. Dhr. Jaeger sluit daarbij aan en stelt dat deze voortgang niet was geboekt als de regiocapaciteit niet was uitgebreid. Pagina 2 van 5
Ontwerpverslag portefeuillehoudersoverleg Economische Zaken 1. Opening & mededelingen - Mw. Verbeek geeft aan dat er in Huizen een motie is ingediend om de visie over leegstand van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland mee te nemen in de regionale samenwerkingsagenda. Onderdeel van de visie is de inventarisatie van leegstaande kantoren. In Huizen is dit inmiddels gebeurd en zijn er mogelijkheden voor transformatie, ook zijn er subsidiemogelijkheden. Mw. Verbeek oppert het idee om dit soort kansen uit te wisselen en regelmatig mee te nemen in het overleg. De voorzitter vraagt mw. Verbeek om het startschot te nemen en de volgende keer een notitie te agenderen. Momenteel wordt er in Huizen gewerkt aan een collegevoorstel waarin de besproken elementen terugkomen. - Mw. Timmermans kondigt het gebiedsprogramma Verder met de Vesting Muiden aan. Portefeuillehouders reageren positief op het voorstel om volgend portefeuillehoudersoverleg een presentatie te agenderen. 2. Verslag vorige vergadering Het conceptverslag van de vergadering d.d. 27 mei jl., nr. 15.0003788, wordt zonder wijzigingen vastgesteld. 3. Economic Board Gooi & Vechtstreek en samenwerking bedrijfsleven De Board gaat onder voorzitterschap van dhr. Broertjes over op een nieuwe werkwijze. Per jaar worden twee tot drie onderbouwde adviezen opgesteld door expertgroepen. De samenstelling van deze expertgroepen is afhankelijk van het thema. Een kleine triple helix kerngroep houdt zich bezig met het bepalen van de thema s voor de adviezen en de regionaal economische agenda. In januari worden de resultaten aan de portefeuillehouders gepresenteerd en wordt geëvalueerd of de nieuwe opzet succesvol is. Mw. Van den Berg en mw. Van Meerten geven aan dat zij bedenkingen hebben over het proces rondom de wisseling van het voorzitterschap. De voorzitter benadrukt dat de Board zelf over haar samenstelling gaat, dit dient niet gepolitiseerd te worden. De samenstelling van de Board is nog niet compleet en kan bij de samenstelling van nieuwe themagroepen ook variëren. Momenteel ligt het verzoek bij de Bedrijvenfederatie om ondernemers aan te dragen voor de kerngroep. Dhr. Tuning is blij om te horen dat de Board zich doorontwikkelt, maar zou graag eerder in gesprek gaan over de aansluiting van ondernemers en het bedrijfsleven met de overheid. Mw. Zivkovic-Laurenta vult aan dat er is afgesproken om met een afvaardiging van het pfho EZ, de Bedrijvenfederatie, de Board en ilocator om tafel te gaan om de economische visie en identiteit aan te scherpen en de onderlinge samenwerking te versterken. De voorzitter stelt voor om een brief terug te sturen, waarbij gesteld wordt dat het aanhaken van bedrijvenverenigingen van groot belang is. Dit moet de komende maanden vorm krijgen. Hierin wordt nadrukkelijk gesteld dat de Board zich hier de komende maanden ook mee bezig moet houden. De ontmoeting moet op korte termijn plaatsvinden. Er dient een sessie georganiseerd te worden, waarbij een bestuurlijke trekkersgroep met de bedrijvenfederatie en de Board in gesprek gaat over de economische identiteit. 4. Terugkoppeling BO PRES Het verslag van de vergadering van het BO PRES is bijgevoegd. De voorzitter licht toe: geconstateerd wordt dat er veel bestuurlijke drukte is en er op dit moment weinig concreet resultaat uit voortkomt. Op dit moment wordt gewerkt aan een agenda en aan het onderscheiden van doelen die met elkaar bereikt wensen te worden. Daarnaast heeft dhr. Jaeger als voorzitter pfho Economische Zaken deelgenomen aan de burgemeestersconferentie, die op verzoek van burgemeester Van Der Laan voor de tweede keer plaatsvond. De eerste keer nam burgemeester Broertjes alleen deel. Onderwerp van overleg was de samenwerking in de MRA. Afgesproken is dat er een bestuurlijke regiegroep wordt ingesteld om een Pagina 3 van 5
voorstel voor de toekomstige regionale samenwerking uit te werken. Deze voorstellen zullen besproken worden met een nog te vormen bestuurlijke klankbordgroep, voordat voorstellen worden voorgelegd aan colleges van gemeenten en provincies, de gemeenteraden en provinciale staten. Iedere deelregio vaardigt twee vertegenwoordigers af; hierover wordt een brief naar de colleges gestuurd. Dhr. Tuning vraagt hoe Gooi en Vechtstreek bovenregionaal wordt gepresenteerd op economisch gebied. Dhr. Jaeger geeft aan dat hij telkens hetzelfde verhaal houdt, en dat de regio werkt aan een economische visie gebaseerd op de speerpunten toerisme, zorg en media. Aandachtspunt is dat de regioagenda niet aansluit op de MRA agenda, maar ook moet het verschillende schaalniveau in gedachten worden gehouden. Waar wordt gesproken over zorg gaat over academische ziekenhuizen. Creatieve industrie is erg gericht op start-ups rond Amsterdam. Vooral bij toerisme vinden we nu aansluiting, met name omdat dit ook in belang is van Amsterdam. 5. Relatie tussen lokale acties toerisme en het actieprogramma toerisme MRA Bestuurlijk trekker in het BO PRES Dennis Straat (gemeente Zaanstad) heeft de vraag uitgezet bij gemeenten om de relatie tussen het actieprogramma toerisme MRA en de lokale initiatieven die er zijn op het gebied van toerisme te delen. Afgesproken is dit regionaal te inventariseren en gezamenlijk te beantwoorden. Bijna alle gemeenten hebben inmiddels geantwoord. Op 8 oktober a.s. vindt een bestuurlijke bijeenkomst toerisme MRA plaats. Dhr. Jaeger, mw. Verbeek, mw. Van Meerten en dhr. Frijdal nemen hieraan deel. Geagendeerd staat de verbinding tussen verschillende deelregio s en de verschillende pakketten die kunnen worden samengesteld. De urgentie vanuit Amsterdam is groot. Vanuit de werkgroep toerisme wordt gevraagd om bestuurlijk draagvlak en om ambtelijke capaciteit te leveren, zodat er ook vanuit regio Gooi en Vechtstreek wordt meegewerkt aan de uitwerking van het actieprogramma Toerisme. In het BO PRES is 1 dag per week toegezegd, dit wordt momenteel ingevuld door mw. Zivkovic-Laurenta. De voorzitter dringt erop aan dat het sterker is om 2 dagen per week aan tafel te zitten. Mw. Van Meerten en mw. Van den Berg geven aan dat er in het ambtelijk apparaat van Gooise Meren extra capaciteit wordt vrijgespeeld voor het toeristische domein. Dit zou mogelijk hierop ingezet kunnen worden. Portefeuillehouders reageren enthousiast. Dhr. Frijdal geeft aan dat Wijdemeren zich ook inzet om extra capaciteit te gaan leveren, om de regionale doelstellingen na te kunnen streven. 6. Werkbudget immovator en bijdrage PRES Momenteel loopt de bijdrage aan het Platform Regionaal Economische Structuur (PRES) MRA via Hilversum. Dit is verwarrend, omdat er is afgesproken dat binnen het PRES de gehele regio vertegenwoordigd wordt. Daarnaast trekt Hilversum het landelijke netwerk CLICK/Media & ICT, onderdeel van het topsectorenbeleid van het Rijk. Dit is niet alleen van regionaal, maar van nationaal belang. Dit jaar zijn er duidelijker regionale doelstellingen geformuleerd. Voorgesteld wordt om naast de bijdrage aan PRES, ook de geldstroom aan immovator (uitvoerder van het netwerk media & ICT) via de Regio te laten lopen. Portefeuillehouders reageren positief. Op dit moment heeft het geen consequenties voor andere gemeenten. Dhr. Jaeger licht toe dat Hilversum hoopt dat dit initiatief als een hefboom werkt en andere gemeenten ook extra capaciteit of middelen gaan leveren die de regio ten goede komen. Afgesproken wordt in de zomer van 2016 de overdracht van de gelden te evalueren. Het portefeuillehoudersoverleg EZ adviseert positief aan het algemeen bestuur van de Regio. 7. Monitor Creatieve Industrie Gooi en Vechtstreek Mw. Van Meerten vraagt wat het nut en noodzaak is van de monitor. Dhr. Reijn geeft aan het een lastige situatie te vinden. Het zou goed zijn om cijfers te hebben over de sector, maar wat levert het op dit moment op om dit onderzoek te doen. Dhr. Tuning sluit daarbij aan, zeker nu het gesprek wordt gevoerd over wat er nodig is om een regionaal economische visie op te stellen. Ook heeft de commissie economie aangegeven dat het voorstel dat er ligt onvoldragen is. Op dit moment kan het pfho EZ hier niet over besluiten. Pagina 4 van 5
De voorzitter concludeert dat de komende maanden de visie over de economie verder wordt ontwikkeld, daarom is het beter om te wachten op de definiëring van wat er nodig is aan data. 8. Actualiteiten en w.v.t.t.k. a) Nieuwbouw regionaal ziekenhuis Dhr. Jaeger geeft aan dat Tergooi wil dat Hilversum een garantie afgeeft. Wat dit inhoudt is nog niet helder. Als er meer duidelijk is zal dit weer op regionaal niveau worden besproken. b) Economische bedrijvigheid in natuurgebieden Dhr. Smit heeft dit (Groene Recreatie) reeds toegelicht in het bestuurlijk overleg cultuur. Dhr. Frijdal vult aan dat er in de Gebiedscommissie Amstel, Gooi en Vecht wordt gewerkt aan een masterplan Oostelijke Vechtplassen, onderdeel van een gebiedsprogramma Amstel, Gooi en Vecht. Welke onderdelen van het gebied zijn kwetsbaar, waar liggen kansen en hoe kan het beheer en onderhoud gefinancierd worden. Afgesproken wordt hier structureel over terug te koppelen. Mw. Heijstee vraagt het verslag van de Gebiedscommissie AGV structureel te agenderen. c) Regionale bijeenkomst kleine zelfstandigen 4 e kwartaal 2015 Mw. Zivkovic-Laurenta licht toe dat er een initiatief wordt genomen om een regionale bijeenkomst voor kleine zelfstandigen te organiseren. Op dit moment zijn er veel lokale initiatieven. Portefeuillehouders geven aan dat het van belang is om scherpe doelstellingen voor de bijeenkomst op te stellen en te waken over het verwachtingspatroon. d) Adviescommissie Detailhandel (ADZ) De provincie heeft erop aangedrongen afvaardiging te leveren aan de Adviescommissie Detailhandel (ADZ). Mw. Zivkovic-Laurenta deed dit voorheen, maar geeft aan niet over de benodigde kennis en ervaring te beschikking. Aan de regiogemeenten is gevraagd of iemand met kennis van detailhandel zitting wil nemen. Dhr. Tuning stelt dat afgevraagd moet worden wat de impact is om wel of niet aan tafel te zitten. Afgesproken wordt contact te zoeken met de provincie en na te gaan wat er precies wordt verwacht. Voor de deelname aan Plabeka geldt dat het duidelijk moet worden wat de regio kan halen en brengen in dit verband, alvorens een besluit te nemen of regionale vertegenwoordiging in Plabeka gewenst is of niet. e) Stand van zaken Kredietunie Op verzoek van dhr. Tuning zal dit de volgende keer worden geagendeerd. Pagina 5 van 5