Samenvatting spelregels om het spel te leren kennen Gemaakt in opdracht van de provincie Flevoland Lotte van den Berg & Trygve Rosenvinge Norwegian university of Science and Technology (NTNU) Voor verantwoording zie de uitgebreide spelregels
Samenvatting Zie voor een uitgebreide omschrijving de spelregels Bordsegmenten Er zijn 7 segmenten die de steden en dorpen in Flevoland afbeelden, namelijk Almere Poort, Almere Stad, Dronten, Emmeloord, Lelystad, Urk en Zeewolde. 22 23 1 24 25 2 1 26 3 17 6. 13 29 29 7 9. 8 12 28 9. 2 31 30 Actiekaarten met spelmogelijkheden III II I 1 loper 32 27 10 11 6. 8 7 14 26 28 5 5 30 31 44 energiecentraleblokjes 33 25 4 15 24 27 16 34 35 18 34 33 32 13 12 10 Geld 21 35 19 15 14 20 16 23 4 18 17 22 20 19 21 3 1 11 Telborden Op de telborden wordt tijdens het spel de ecopunten (EP) en de hoeveelheid CO2 bijgehouden. Iedere speler gebruikt hiervoor een transformator/ pion. 2 Afhankelijk van de steden/dorpen komen op het spelbord woongebieden (rood), industriegebieden (paars), agrarische gebieden (groen) en/of woon-industriegebieden voor (rood/paars). III II I II I II I
Spelmateriaal Stroomlijnen Transformatoren 77 voorzieningskaarten Er zijn er 35 voor de landbouw, 30 voor de woongebieden en 12 voor de industrie 16 globale kaarten Deze kaarten hebben gevolgen voor alle spelers. 38 gebeurteniskaarten Hiermee kunnen tijdens het spel punten worden verdiend 18 opdrachtkaarten Energiecentrales 9x 7x 9x 7x 4x 4x 4x opstartkosten aanschafwaarde kosten uitbreiding opbrengst in MW, CO 2 uitstoot of ecopunten EP 3
Doel van het spel Spelers bouwen energiecentrales en verbinden die via een netwerk met de steden. Iedere speler krijgt de mogelijkheid om bepaalde gebieden te voorzien van electriciteit. Zo wordt geld verdiend waarmee zijn of haar netwerk uitgebreid kan worden om de opdracht te vervullen. Als een opdracht vervuld is, worden er ecopunten verdiend die (gedeeltelijk) opwegen tegen de hoeveelheid uitgestoten CO 2. Maar let op, als je grijze energie gebruikt, verdien je minder ecopunten! Het spel geeft inzicht in de verschillen tussen het toepassen van grijze en duurzame energie. Kort overzicht Het spel bestaat uit acht rondes Iedere ronde is opgebouwd uit vier beurten. De speler die aan de beurt is speelt de vier speelmogelijkheden in de door hem/haar gewenste volgorde. Per ronde mag de speler elk van de vier actiekaarten maar één keer gebruiken. Als de speler een actiekaart heeft gebruikt, wordt deze omgekeerd op tafel gelegd. Als alle vier actiekaarten zijn gespeeld is de beurt voorbij en is de volgende speler aan zet. Er zijn vier actiekaarten met verschillende speelmogelijkheden: - energiecentrale actiekaart, om energiecentrales te bouwen en uit te breiden. - netwerk actiekaart, om stroomlijnen en transformatoren te bouwen. - voorziening actiekaart, om gebieden van stroom te voorzien. - management actiekaart, om de kaarten in je hand te organiseren en kaarten met andere spelers te verhandelen. Opdracht - Als de opdracht is volbracht, pakt de speler een nieuwe opdracht. Einde van een ronde - Een ronde eindigt als iedere speler 4 actiekaarten heeft gespeeld. Einde van het spel - Na acht rondes is het spel afgelopen. Voorbereiding Schud de opdracht-, voorziening-, gebeurtenis- en globale kaarten Geef iedere speler: Vier verschillende actiekaarten; Een startbedrag van 250; Vijf willekeurige voorzieningskaarten, waarvan elke speler er drie kiest om te behouden, de andere twee worden op de aflegstapel geledgd; Twee willekeurige opdrachtkaarten waarvan de speler er eentje kiest om mee te spelen. De andere kaart gaat terug op de stapel, dien nadat alle spelers een opdrachtkaart wordt geschudt. Een energiecentrale met één stroomlijn. De spelers kunnen bij het begin van het spel kiezen voor een kolencentrale of een gascentrale en krijgen deze als start gratis. Stroomlijnen en transformatoren in zijn eigen kleur. Leg het spelbord met de segmenten en de telborden uit op tafel met daarbij: de opdrachtkaarten op een stapel met vier kaarten open de gebeurteniskaarten op een stapel met drie kaarten open de globale kaarten op een stapel met twee kaarten open de energiecentrales en de kaarten met informatie over de centrales 4
De spelers houden de gekozen opdracht en voorzieningskaarten in de hand. Wordt het spel voor het eerst gespeeld dan kan men er voor kiezen met de kaarten open op tafel te spelen. Het begin van het spel ziet er dan als volgt uit: Beginnen met spelen Ronde 1 - Beginnende speler Kies een speler die deze ronde mag beginnen. Suggestie, de speler met het hoogste getal in zijn geboortedag (bijv. 25 juni = 25) begint. In de volgende ronde begint de speler die naast hem zit (met de klok mee). Zet de loper in telvak 1 op het spelbord. Hier volgt een logische manier om te beginnen, de spelers zijn vrij om hun speelmogelijkheden in een andere volgorde uit te spelen. Iedere ronde bestaat uit de volgende speelmogelijkheden/beurten: De energiecentrale actiekaart gebruiken. De netwerk actiekaart gebruiken. De voorziening actiekaart gebruiken. De management actiekaart gebruiken. 5
De energiecentrale actiekaart gebruiken Je bouwt je eerste (gratis) energiecentrale op één van de witte aansluitpunten, samen met de eerste stroomlijn die eraan verbonden wordt. De eerste stroomlijn is altijd deel van een nieuwe energiecentrale en is daarom gratis. - Tip: bouw de energiecentrale in de buurt van één van de steden die op je voorzieningskaarten genoemd wordt. Je draait je energiecentrale actiekaart om. Een logische volgende beurt zou zijn om stroomlijnen te bouwen. De netwerk actiekaart gebruiken Het kost 10 om een stroomlijn te bouwen. De CO 2 uitstoot is 1 en wordt bijgehouden op het telbord. Een stroomlijn wordt gebouwd op de witte lijnen van het raster. Als een stroomlijn over water wordt gebouwd kost het 20 en heeft het een uitstoot van 2 CO 2. Hier kost het 10 en 1 CO 2 Hier kost het 20 en 2 CO 2 De cirkels geven transformatoren aan; de zwarte staan goed, maar de gele staat te dicht bij de zwarte. Met één transformator kun je meerdere gebieden van energie voorzien. Het kost 10 om een transformator te bouwen en er is een CO 2 uitstoot van 1. Een transformator wordt gebouwd op een kruising in het raster, met tenminste 1 kruising tussen deze en de volgende transformator, zoals hierboven is weergegeven. Er mogen niet twee transformatoren op één plek geplaatst worden. Een transformator is nodig in de volgende gevallen: - Als je een splitsing wilt maken in de stroomlijn. - In gebieden die je van stroom wilt voorzien. Het is niet toegestaan om meer dan 5 eenheden (stroomlijnen en transformatoren) per keer te bouwen. De eenheden mogen in verschillende combinaties gebouwd worden, bijvoorbeeld: - 5 stroomlijnen - 4 stroomlijnen en 1 transformator - 3 stroomlijnen en 2 transformatoren De eenheden hoeven niet bij elkaar gebouwd te worden zolang ze verbonden worden met bestaande stroomlijnen. Stroomlijnen van verschillende spelers mogen elkaar kruisen, maar mogen niet langs elkaar lopen. Dit is het einde van deze beurt, je draait je netwerk actiekaart om en de volgende speler kan zijn beurt uitvoeren. Een logische volgende beurt zou zijn om gebieden te voorzien van stroom. De voorzienings actiekaart gebruiken Het voorzien van een gebied houdt in dat je de betreffende gemeente voorziet van elektriciteit. Afhankelijk van het type gebied dat je voorziet krijg je meer of minder inkomen. Ten eerste moet je een voorzieningskaart hebben voor de plaats die je wilt voorzien, daarbij ook rekening houdend met het type gebied. Rode kaarten kunnen woongebieden voorzien, groene kaarten kunnen landbouwgebieden voorzien en paarse kaarten kunnen industriegebieden voorzien. Woonindustriegebieden worden voorzien door rode of paarse kaarten. 6
Rode kaarten zijn voor woongebieden, groene kaarten voor de landbouwgebieden en paarse kaarten voor de industriegebieden. Dit is het inkomen dat je krijgt als je (in dit geval) de industrie van Almere Stad voorziet. Ten tweede moet de energiecentrale genoeg capaciteit hebben om de gebieden te voorzien: - Een energiecentrale kan slechts één keer per ronde gebruikt worden. - De centrale moet in verbinding staan met de gebieden die je wilt voorzien. - Een transformator is vereist om het gebied te verbinden met de centrale. - Een transformator kan verschillende gebieden tegelijk voorzien (zie de figuur op blz. 7). Dan moet je de kosten betalen die nodig zijn om de centrale te laten werken. Dit staat linksonder op de kaart van de centrale, samen met de hoeveelheid CO 2 die de centrale uitstoot. Je mag meerdere voorzieningskaarten gebruiken, zolang je daar energie voor hebt. De hoeveelheid CO 2 of de hoeveelheid ecopunten EP, wordt bijgehouden op het telbord. De hoeveelheid staat op de kaart energiecentrales. Aan het eind van het spel gaat dit pas een rol spelen. Leg de voorzieningskaart vervolgens op de aflegstapel en ontvang het geld dat er rechtsonder op staat. - Het is mogelijk om meer dan één gebied per keer te voorzien, zolang de capaciteit van de energiecentrale hoog genoeg is en er een verbinding van stroomlijnen is naar ieder gebied. - Als de energiecentrale meer MW geeft dan het te voorzien gebied nodig heeft gaat het overgebleven deel verloren. Dit kan niet worden bewaard voor een volgende ronde. Dit is het einde van deze beurt, je draait je voorziening actiekaart om en de volgende speler kan zijn beurt uitvoeren. In de volgende ronde is het alleen nog maar mogelijk om de management actiekaart te gebruiken. De management actiekaart gebruiken In deze beurt heb je de mogelijkheid om de volgende dingen te doen. - Je kunt voorzieningskaarten en gebeurteniskaarten weggooien. - Je mag je hand aanvullen tot een maximum van 5 kaarten. Je mag kaarten nemen die open op tafel liggen of van de stapel pakken (voorzieningskaarten en/of gebeurteniskaarten). - Voor gebeurteniskaarten betaal je het bedrag dat in de rechterbovenhoek staat. - Technische kaarten liggen op tafel, dus die tellen niet mee voor de kaarten in je hand. - Vul de voorzieningskaarten en gebeurteniskaarten op de tafel aan als je klaar bent met deze beurt. Nieuwe ronde Na 4 beurten is de eerste ronde afgelopen. De globale kaart en eventuele pestkaarten worden verwijderd en de volgende ronde begint. Zet de loper in het volgende telvak. Er wordt een nieuwe globale kaart op tafel gelegd. Het is een optie om iedere speler 50 extra te geven, gevorderde spelers kunnen dit weglaten om het spel uitdagender te maken. Spelers mogen hun actiekaarten ook in een andere volgorde spelen dan in de eerste ronde. 7
Einde van het spel Nadat alle rondes gespeeld zijn wordt er bekeken hoeveel ecopunten (EP) en hoeveel CO 2 iedere speler heeft verdiend. De ecopunten zijn 2 punten waard, de hoeveelheid CO 2 wordt hier van afgetrokken. Degene die de meeste punten over heeft (of de minste minpunten heeft), heeft zijn middelen het beste gebruikt en wint het spel. Iedere 100 die over is heeft ook een waarde van 1 EP. Meer over... Energiecentrales - Energiecentrales worden gebouwd op een aansluitpunt. - Er mogen maximaal 3 centrales achter elkaar gebouwd worden. - Men mag geen centrales achter de centrale van een andere speler bouwen. - Als je een energiecentrale bouwt is de eerste stroomlijn gratis. - Een waterkrachtcentrale hoeft niet aan water te grenzen. - Het is alleen mogelijk om een energiecentrale uit dezelfde categorie uit te breiden. - De prijs van de uitbreiding staat op de kaart. - Als je een uitbreiding bouwt, komt het kaartje weer terug in het spel. - Men mag direct een uitbreiding bouwen, voor de totale prijs (rechtsboven op de kaart). Gebeurteniskaarten - Er zijn twee soorten gebeurteniskaarten, de roze kaarten en de groene kaarten. - Roze kaarten worden gekocht of gepakt als je de management actiekaart speelt. - Groene kaarten zijn technische kaarten die zorgen voor betere technologie. Deze geven punten aan het einde van het spel. Hoe meer technische kaarten, des te meer punten: 1 kaart = 1 EP 2 kaarten = 3 EP 3 kaarten = 6 EP 4 kaarten = 10 EP 5 kaarten = 15 EP - Technische kaarten tellen in de managementfase niet mee als handkaarten. - Gebeurteniskaarten moeten gespeeld worden in de beurt met de overeenkomende speelmogelijkheid (dit is te zien aan het symbool op de kaart). Opdrachtkaarten - beloning Als de kaart 4/8 EP vermeldt, krijg je 4 EP als je (half) grijze energie gebruikt uit kolen, gas, bio of afval, en 8 EP als je alleen energie uit wind, water en/of zon gebruikt. Kaarten uit de managementfase Als je kaarten in de managementfase pakt kun je ze in een volgende beurt gebruiken, aangenomen dat je de bijbehorende actiekaart nog moet uitvoeren. Geld lenen Als een speler niet genoeg geld heeft om zijn speelmogelijkheden uit te voeren, kan hij geld lenen van de bank. Hij kan 100 lenen maar moet dit terug betalen vóór het einde van het spel. Er komt rente bij, dus de speler moet 120 betalen. Dit bedrag moet in een keer betaald worden. Als een speler er niet in slaagt om het geld terug te betalen resulteert dit in 5 minpunten. Colofon Spel gemaakt in opdracht van de provincie Flevoland, door studenten van de NTNU te Trondheim, Noorwegen, in het kader van de studie Industrieel Ontwerpen. Supervisor: Prof. dr. C. Boks Lotte van den Berg, Trygve Rosenvinge, Magnus Heimsjo, Suzanne Hönig, Christoffer Sorensen Begeleidingscommissie: Dennis Menting, Hans Rijnten, Jan van den Berg Februari 2010 Provincie Flevoland Postbus 51, 8200 AB Lelystad www.flevoland.nl Alle rechten voorbehouden 8