Participatiewet Startnotitie

Vergelijkbare documenten
Van Martin Heekelaar Datum 30 oktober 2012 Betreft

Informerende bijeenkomst Participatiewet. voor gemeenteraadsleden West-Friesland. Woensdag 14 mei 2014 Maandag 26 mei 2014

- omvang bezuinigingen - financiële risico s - invulling bezuiniging 64,8 mln op re-integratie en 4 mln SW.

Presentatie Participatiewet & Wijzigingen Wwb. Commissie Samenleving Brielle

Voorstel aan de gemeenteraad van Oostzaan

Participatiewet. 1 januari 2015

Samenvatting van de antwoorden n.a.v. schriftelijke vragen over de Contourenbrief Participatiewet in de Vaste Kamercommissie SZW, dd.

Werk, inkomen. sociale zekerheid. versie

Visie en uitgangspunten (1)

Puntsgewijze samenvatting van de Hoofdlijnennotitie werken naar vermogen

Raadsbesluit Raadsvergadering: 28 mei 2014

Transitie Participatiewet: Regionale Stellingen

Wet werken naar vermogen. perspectieven voor cliënten en gemeente?

Pagina 1 van 5 Versie Nr.1 Registratienr.: Z/14/004375/12040

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Wie ben ik? Turgut Hefti Arbeidsdeskundige en jurist UWV, Achmea DossierMeester

Programma. Wat is de Participatiewet? Hoe kunnen wij u helpen?

Een nieuwe taak voor gemeenten

Participatiewet. Wetgeving

MEEDOEN WERKT! PRESENTATIE participatiewet. in opdracht van Min. SZW

Werk, inkomen. sociale zekerheid

Deelplan Participatiewet Beleidsplan sociaal domein

BESCHUT WERK NIEUW AGENDA. De ontwikkeling van de sociale werkvoorziening en het oude beschut werk

PARTICIPEREN IN TYTSJERKSTERADIEL

Factsheet. Participatiewet. Informatie voor de werkgever, juli 2014

2513AA22. De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA S GRAVENHAGE

Werken naar vermogen. Maart 2012

Samenvatting Participatiewet

BELEIDSKADERNOTITIE PARTICIPATIEWET HAARLEMMERLIEDE EN SPAARNWOUDE

Ontwikkelingen wet- en regelgeving bij arbeidsintegratie. November 2013 Neeltje Huvenaars

Participatiewet en de lokale invulling. Presentatie aan de raad van de Gemeente Oude IJsselstreek Prof. Dr. Rob van Eijbergen

Welke re-integratiemiddelen krijgen gemeenten onder de Participatiewet?

Regionale Impact Participatiewet. 1. Participatiewet West-Brabant 2. Gecoördineerde werkgeversbenadering

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Unieke Achterhoekers aan het werk? Doet u ook mee? Hans Bakker & Evert Jan Hamer Namens Werkbedrijf Achterhoek 10 december 2015

Participatiewet. 9 september raadscommissie EM - 1 -

Afdeling: Beleid Maatschappij Leiderdorp, 30 oktober 2014 Onderwerp: Re-integratieverordening. Aan de raad. Participatiewet

De Wet werken naar vermogen, een nieuwe weg in de sociale zekerheid!

Wajong en Participatiewet

TRANSITIE Wwn w v n / hers r t s ruct c ure r rin i g S W S

Participatiewet en Quotumheffing White Paper

De Participatiewet. In een politiek krachtenveld. 25 september Twitter mee! hashtag: #VGNparticipatie

Ynlieding Op 1 januari 2015 is de Participatiewet in werking getreden. Deze wet voegt de WWB, de Wsw en een deel van de Wajong samen.

Beschut werk in Aanleiding

Toelichting Participatiewet Raadsbijeenkomst

BESCHUT WERK NIEUW PRESENTATIE AAN DE GEMEENTERAAD

Invoering Participatiewet. Raadscommissie Samenleving 8 oktober 2014

RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering. Onderwerp Strategische kaders Participatiewet. Aan de raad, Onderwerp Strategische kaders Participatiewet

Opdracht ministerie SZW Doel: - Informatie voor VSO en PrO scholen - Omslag in denken. Middel MEEDOEN WERKT!

RAADSVOORSTEL Kaderstellend en besluitvormend. Aan de Raad Agenda nr. 6 Vaststellen concept Strategische Kadernotitie Participatiewet Peelregio.

VISIE BESCHUT WERK (nieuw) REGIO MIDDEN-LIMBURG

Beleidskader en verordeningen Participatiewet Eddy van der Spek Eva Mercks

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Beleidsplan Participatiewet. Berkelland

Participatiewet Nieuwe opgaven Uitgangspunten Financiële keuzes

Bijlage 1 : Beschut werk

VISIE BESCHUT WERK (nieuw) REGIO MIDDEN-LIMBURG

Onderwerp: Impact Sociaal Akkoord voor de Participatiewet

Onderwerp : Financiele verkenning bestuursakkoord met betrekking tot de Wet Werken Naar Vermogen

Toelichting kadernota werk & inkomensondersteuning

1. Bijgaande conceptnota van uitgangspunten Wet werken naar vermogen in Leiden vast te stellen voor inspraak

Toelichting kadernota werk & inkomensondersteuning

Korte inhoud : De verordeningen Participatiewet dienen door de gemeenteraad te worden vastgesteld.

Het sociale domein in verandering. Kansen voor verbetering

Pagina 1 van 5 Versie Nr.1 Registratienr.: Z/14/004375/13096_1 Agendapunt 7

De Participatiewet. Raad op Zaterdag Den Haag, 21 september Edith van Ruijven

Verordeningen Participatiewet

Transitieavond Maandag 16 april uur uur. 1.Inleiding 2.Jeugdzorg 3.AWBZ 4.WWNV

Presentatie banenafspraak/ quotumregeling en de instrumenten

De decentralisatie van arbeidsparticipatie. Louis Polstra

Voorstel aan de gemeenteraad van Wormerland

De wereld van het sociaal domein. Raadsbijeenkomst 28 januari 2014 Eerste bespreking beleidsplannen en De Verbinding

Jack Kerkhofs Onderwijsgroep Buitengewoon / TECA

Transitie Sociaal Domein Almere Eerste overzicht gevolgen regeerakkoord VVD-PvdA

De Onderwijsspecialisten. Participatiewet. Hoe en wat? Richard Brenkman & Frans van der Ven. Zutphen, februari 2016

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Wet Werken naar Vermogen en samenvatting van de memorie van toelichting

Bram wil werken! Wat betekenen de veranderingen in wet- en regelgeving voor hem? Februari 2015

Inhoud. Participatiewet & Participatiebudget. Indicatie aantallen (bijstand en nieuw instrumentarium) Aanleiding en opdracht werkgroep

De drie decentralisaties, Holland Rijnland en de gemeente Teylingen. Presentatie Commissie Welzijn 5 maart 2012

Voorstelnummer: Houten, 18 maart 2014

Nieuwe wetten voor zorg en ondersteuning bij wonen en werken

Kadernota Participatie en Inkomen. Raadsinformatieavond 14 januari 2014

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Sociaal Domein 2016: De Uitdaging Hoe krijgen we mensen aan het werk? Evelien Meester

Participatiewet. Figuur 2: Personen met bijstandsuitkering: verdeling naar leeftijd januari 2015 december % 80% 49% 54% 60% 40% 42% 37% 20%

Veranderingen in de Jeugdzorg, Wmo en Participatiewet

Aan de raad. Brielle, 3 oktober Beslispunt: Instemmen met de Kadernota Participatiewet 2015.

Aan de Raad. 1. Aanleiding Het voorstel wordt aan de raad voorgelegd in zijn kaderstellende rol

DECENTRALISATIE STAND VAN ZAKEN BREDE COMMISSIE 26 AUGUSTUS 2013

Participatiewet Dilemma s beschut werken. (Uitloop)Commissie Sociaal 14 maart 2013

BESCHUT WERKEN ALS WETTELIJKE VERPLICHTING AANLEIDING WETTELIJK KADER RIS.8139

1 van 5. Registratienummer: Bijlage(n) 2 Onderwerp. Beleidsplan Participatiewet. Middenbeemster, 30 september Aan de raad

De drie transities. Awbz Jeugdzorg Wet Werken naar Vermogen

Risicoanalyse en scenariostudie als onderbouwing van de Kadernota. Samenvatting

Participeren in Tytsjerksteradiel en Achtkarspelen Contourennotitie Participatiewet

Voorgesteld besluit Het Meerjarenbeleidskader Participatiebeleid Werk en Wederkerigheid vast te stellen

Actuele kijk op de Participatiewet in het sociale domein

Participatiewet Op weg naar resultaat

Presentatie inforaad 23 mei 2013 Decentralisaties

Transcriptie:

Participatiewet Startnotitie datum : 15 februari 2013 auteur : R. Schievink afdeling : Samenleving

Voorwoord Doel notitie Met deze notitie willen wij het college en de raad informeren over de contouren van de Participatiewet. De beoogde invoeringsdatum van deze wet is 1 januari 2014. Veel zaken zijn op dit moment nog onduidelijk en moeten in de loop van 2013 helder worden. We beperken ons daarom in deze notitie tot het geven van informatie over de hoofdpunten van de Participatiewet. Daarnaast geven we aan voor welke (beleids)keuzes en vraagstukken we komen te staan. De notitie is daarom ook bedoeld om inzichtelijk te maken dat we de komende tijd goed moeten nadenken over mogelijke toekomstige uitvoeringsproblemen. Behandeling wetsvoorstel Naar verwachting wordt het wetsvoorstel Participatiewet in het voorjaar van 2013 aan de Tweede Kamer aangeboden. Meer informatie over het wetsvoorstel zelf en de behandeling hiervan is op dit moment niet voorhanden. Vervolg In vervolg op deze startnotitie leggen wij u dit jaar nog een aantal andere documenten voor, zoals bijvoorbeeld een contourennota. Voor de planning van deze activiteiten verwijzen wij u naar bijlage I. Startnotitie Participatiewet 2

Inhoudsopgave 1. Inleiding 4 1.1 aanleiding 4 1.2 sociale agenda 4 1.3 leeswijzer 4 2. Sociaal Maatschappelijke Agenda en samenhang overige transities 5 2.1 Sociaal Maatschappelijke Agenda 5 2.2 samenhang overige transities 6 2.3 transitie en transformatie 6 3. Participatiewet 7 3.1 doel van de Participatiewet 7 3.2 Wajong 7 3.3 Wsw 7 3.4 uitbreiding doelgroepen 8 3.5 prognose omvang cliëntenbestand 8 3.6 werkgeversbenadering 8 3.7 verplicht quotum 8 3.8 mentaliteitsomslag 9 4. Budgetten 10 5. Beleidskeuzes en vraagstukken 9 5.1 gemaakte keuzes 9 5.2 nog te maken keuzes 10 Bijlage I planning Startnotitie Participatiewet 3

1. Inleiding 1.1 Aanleiding Nederland kent diverse regelingen om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan de slag te helpen. Dat voorzieningenstelsel is historisch gegroeid tot wat het nu is, maar onderling is er onvoldoende samenhang. De regelingen kennen verschillen in polisvoorwaarden, rechten en plichten, de hoogte van de inkomensondersteuning, uitvoering en financiering. Ook de mogelijkheden voor ondersteuning verschillen per regeling. De regering vindt dit moeilijk uit te leggen, op termijn niet langer financieel houdbaar en is daarom van mening dat deze situatie niet langer kan blijven bestaan. Dit heeft ertoe geleid dat wij aan de vooravond staan van één van de grootste hervormingen binnen het sociaal domein; de invoering van de Participatiewet. Een wet die de Wet werk en bijstand (WWB), een deel van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong) en de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) samenvoegt. Hierdoor ontstaat er één wet aan de onderkant van de arbeidsmarkt voor alle werkloze werknemers en werknemers met een gedeeltelijke loonwaarde. Door deze regeling te laten uitvoeren door één uitvoerder, is het volgens de regering mogelijk meer mensen te laten participeren, budgetten gerichter en effectiever in te zetten en kosten te besparen. De Participatiewet moet er voor zorgen dat gemeenten een samenhangende aanpak ontwikkelen voor mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. De invoering van deze wet gaat gepaard met een forse bezuiniging. 1.2 Sociaal Maatschappelijke Agenda We willen de Participatiewet onder de vlag van de Sociaal Maatschappelijke Agenda uitvoeren 1. Keuzes die we maken, moeten passen binnen de uitgangspunten van de Sociaal Maatschappelijke Agenda. 1.3 Leeswijzer In hoofdstuk 2 gaan we in op de invoering van de Participatiewet in relatie tot de Sociaal Maatschappelijke Agenda en de andere decentralisaties. In hoofdstuk 3 leiden wij u op hoofdlijnen door de Participatiewet. We gaan in op het doel van de nieuwe wet en de mentaliteitsomslag bij zowel de burger als de professional, op de uitbreiding van de personenkring, welke aantallen klanten vanuit welke regelingen komen en het belang van een gedegen werkgeversbenadering. In hoofdstuk 4 gaan we heel kort in op de financiële kaders en in hoofdstuk 5 komen de mogelijke (beleids)keuzes en vraagstukken aan bod. 1 Zie voor nadere uitleg het hoofdstuk Sociaal Maatschappelijke Agenda. Startnotitie Participatiewet 4

2. Sociaal Maatschappelijke Agenda en overige transities 2.1 Sociaal Maatschappelijke Agenda De Sociaal Maatschappelijke Agenda is een beleidskader voor het sociaal beleid in de gemeente Achtkarspelen dat antwoord geeft op de vraag wat de gemeente voor een gemeente wil zijn in sociaal-maatschappelijk opzicht. De gemeente heeft een visie ontwikkeld om uitvoering te geven aan de Sociaal Maatschappelijke Agenda. De kern daarvan is het gezamenlijk met uitvoeringsorganisaties vaststellen van de maatschappelijke vraagstukken die er liggen en welke organisatie of combinatie van organisaties welk deel van het vraagstuk kan/kunnen oppakken. Allemaal gebaseerd op basis van wederkerigheid 2, eigen verantwoordelijkheid van burgers, 1 gezin, 1 plan, 1 contactpersoon, een regievoerende overheid en een maatschappelijk middenveld en zelfstandige burgers die samen oplossingen zoeken. De drie niveaus van het zelforganiserend vermogen, de thema s van de Sociaal Maatschappelijke Agenda en de inzet van voorzieningen zijn aan elkaar gekoppeld. Op het niveau van leefbaar investeert de gemeente in veel basisvoorzieningen voor een hele grote doelgroep. Op het niveau van ondersteuning en zorg levert de gemeente maatwerk voor een beperkte groep. Bovenstaande in een piramide gezet, ziet er als volgt uit: Toelichting De meeste mensen (85%) zijn zelfredzaam en participeren zelfstandig in de samenleving. Een beperkt aantal mensen (10%) heeft ondersteuning nodig bij het houden of weer op de rit krijgen van regie over hun eigen leven. Een kleinere groep mensen (5%) is kwetsbaar en heeft structureel intensieve zorg en ondersteuning nodig. Vaak spelen er meerdere problemen tegelijk. Hier hebben we het duidelijk over een 2 Wederkerigheid is de onderlinge verplichting binnen een relatie om een gift te beantwoorden met een tegengift. Startnotitie Participatiewet 5

vangnet. Het gaat dan over voorzieningen uit de Wmo, Participatiewet, AWBZ, Jeugdzorg en zorgverzekering. Afstemming van verschillende ondersteuners is hierbij van belang. Centrale punten voor de rol van de gemeente Centrale opgave is hoe we het met z n allen zo doen dat mensen zelf en met hulp van anderen in de samenleving hun problemen oplossen en kunnen meedoen, waardoor zij geen of minder een beroep hoeven te doen op de overheid. De volgende uitgangspunten gelden hierbij: 1. we richten ons op preventie en leefbaarheid: daardoor kunnen mensen langer in hun eigen kracht blijven en kan een beroep op zwaardere ondersteuning voorkomen worden; 2. we willen mensen aanspreken op hun eigen verantwoordelijkheid en capaciteiten en het stelsel van voorzieningen en regelingen simpeler en overzichtelijker maken; 3. we zetten in op integraliteit en doelmatigheid, benaderen vraagstukken in een huishouden in context, perspectief en samenhang en we zorgen voor een goed vangnet op maat voor mensen met ernstige beperkingen en anderen die het niet zelf redden. 2.2 Samenhang overige transities Zoals genoemd wordt de Participatiewet een brede voorziening met zoveel mogelijk gelijke rechten, plichten en arbeidsmarktkansen voor mensen met arbeidsvermogen. De uitkeringsvoorwaarden, financiering, ondersteuning en uitvoering van de huidige regelingen worden met de nieuwe wet zoveel mogelijk gelijk getrokken. De invoering van de Participatiewet staat niet op zich. Er is samenhang met twee andere decentralisaties die vanuit het rijk zijn voorgesteld. Het gaat om: de overheveling van de AWBZ Begeleiding naar de WMO (2015); de overheveling van de Jeugdzorg (2015). De decentralisaties gaan gepaard met beleidsvrijheid, maar ook met een verlaging van de budgetten. We worden geconfronteerd met grote bezuinigingen. We moeten meer gaan doen met minder geld. Maar er zijn ook kansen. Door de kortingen in de toekomst moeten we de budgetten en werkzaamheden slimmer inzetten en organiseren. Het is daarom van belang om dwarsverbanden, samenhang, synergie en samenwerking tussen deze beleidsterreinen en uitvoering te vinden, te stimuleren en te realiseren. De implementatie (beleid en uitvoering) van de Participatiewet kunnen we niet los zien van bovengenoemde decentralisaties omdat er sprake is van overlap in de doelgroepen van de verschillende regelingen. Dit betekent dat we de Participatiewet moeten implementeren in samenhang met de decentralisaties op het terrein van zorg, jeugd en aanpalende terreinen zoals passend onderwijs. Hierbij moet het accent liggen op de overlap in doelgroepen in relatie tot de inzet van voorzieningen en de inzet/uitwisseling van financiële middelen met als uitgangspunt 1 gezin, 1 plan, 1 contactpersoon. 2.3 Transitie en transformatie Bij decentralisatie spelen twee processen tegelijkertijd: een transitie- en transformatieproces. Het transitieproces betreft de periode van het veranderen van het stelsel, waarbij met name de structuur centraal staat (nieuwe regels, wetten, financiële verhoudingen). Een stelselwijziging alleen is niet voldoende om een nieuwe manier van werken in het lokale sociale domein te realiseren. Dat vergt een transformatie naar een nieuw lokaal samenspel, een nieuwe cultuur, nieuwe verhoudingen en nieuwe werkwijzen. Startnotitie Participatiewet 6

3. Participatiewet 3.1 Participatiewet In de Participatiewet worden de WWB, de Wsw en een deel van de Wajong samengevoegd. Voor de doelgroep wordt een systeem van loondispensatie geïntroduceerd zoals dat nu in de Wajong bestaat. Daardoor kan het loon dat werkgevers betalen in overeenstemming worden gebracht met de arbeidsproductiviteit van alle betrokken medewerkers. Voor zover werknemers voor een loon onder het wettelijk minimumloon werken, is dat altijd tijdelijk en groeit het totaal van loon en aanvullende uitkering toe naar het wettelijk minimumloon. Op basis van de evaluatie van de lopende experimenten met loondispensatie 3 neemt de regering een beslissing over de maatvoering en invulling hiervan. De regering wil met de Participatiewet concreet bereiken dat: 1. iedereen mee doet. Bij voorkeur via een reguliere baan, maar als dat (nog) een brug te ver is, door op een andere manier te participeren in de samenleving; 2. mensen worden beoordeeld op hun mogelijkheden, niet op hun beperkingen; 3. er alleen ondersteuning is voor wie het nodig heeft; 4. een transparant en activerend nieuw stelsel mensen uit een uitkering houdt. Om bovenstaande te realiseren kiest de regering voor een activerende aanpak, waarbij alle burgers die (gedeeltelijk) kunnen werken, ook naar vermogen gaan werken. 3.2 Wajong Met ingang van 1 januari 2014 is de Wajong alleen nog toegankelijk voor volledig en duurzaam arbeidsongeschikten; voor de groep niet volledige en duurzame arbeidsongeschikten is de nieuwe Participatiewet beschikbaar. Huidige Wajongers worden niet herkeurd. 3.3 Wsw Instroom in de Wsw in zijn huidige vorm en onder de huidige voorwaarden stopt met ingang van 1 januari 2014. Gemeenten krijgen binnen de kaders van de Participatiewet de ruimte om beschut werk zelf te organiseren als voorziening. Op termijn komen er middelen beschikbaar voor structureel 30.000 beschutte werkplekken (een derde van het huidige aantal). De huidige middelen in de Wsw gaan fors omlaag, enerzijds doordat er vanaf 2014 geen mensen in de regeling stromen (volume-effect) en anderzijds omdat de rijksvergoeding wordt afgestemd op 100% WML. 4 Personen die met de inwerkingtreding van de Participatiewet met een Wsw-indicatie werkzaam zijn, behouden hun rechten. Personen die op 1 januari 2014 op de wachtlijst staan en dus geen Wsw-dienstbetrekking hebben, kunnen niet meer instromen in de Wsw. Deze personen vallen, voor zover zij behoren tot de doelgroep van de gemeente, onder de doelgroep van de Participatiewet. 3 32 gemeenten doen bij wijze van proef ervaring op met loondispensatie. 4 In het Regeerakkoord is niet aangegeven wat dat betekent voor de rijksvergoeding, maar er moet rekening mee worden gehouden dat de vergoeding per Wsw er (evenals in de oorspronkelijke WWNV-plannen) daalt van 25.750 euro naar 22.050 euro per jaar. Mogelijk wordt dat in het Regeerakkoord bedoeld met de efficiencykorting die wordt opgelegd op de sociale werkvoorziening. Deze efficiencykorting wordt verspreid over zes jaar. Startnotitie Participatiewet 7

3.4 Uitbreiding doelgroepen Zoals genoemd betekent de komst van de Participatiewet een hervorming voor de Wajong en het afschaffen van de Wsw. Vanaf 2014 zijn wij verantwoordelijk voor de ondersteuning van: het cliëntenbestand dat van de WWB over gaat naar de Participatiewet; cliënten die volgens het oude regiem onder de Wsw of Wajong vielen maar na de sociale hervorming onder de Participatiewet vallen. 3.5 Prognose omvang cliëntenbestand De Participatiewet treedt in werking per 1 januari 2014. Op basis van diverse bronnen hebben wij hieronder een prognose gemaakt van de omvang van het cliëntenbestand eind 2014. Tabel 1: Omvang cliëntenbestand per 31 december 2014 WWB + IOAW per 01-01-2013 WWB + IOAW per 31-12- 2013 5 WWB + IOAW per 01-01-2014 WWB + IOAW per 31-12-2014 6 Instroom 2014 voorheen Wajong 7 Instroom 2014 voorheen Wsw 8 Tytsjerksteradiel 522 560 560 582 20 20 622 Achtkarspelen 666 714 714 743 20 20 783 Totaal per 31-12- 2014 Totaal 1188 1274 1274 1325 40 40 1405 3.6 Werkgeversbenadering Om de Participatiewet succesvol uit te voeren moet de samenwerking met werkgevers veel aandacht krijgen. Gemeenten zijn financieel verantwoordelijk voor de uitvoering van de Participatiewet en hebben er dus belang bij actief op zoek te gaan naar geschikte banen en de re-integratie-inspanningen af te stemmen op de vraag en behoefte van werkgevers. De werkgever wordt maatschappelijk partner van de gemeente. Goede dienstverlening aan werkgevers en werknemers is essentieel. Het moet voor werkgevers eenvoudig zijn om mensen met een arbeidsbeperking in dienst te nemen. Werkgevers willen zo min mogelijk administratieve last ervaren bij het in dienst nemen van mensen met een arbeidsbeperking. UWV en gemeenten spelen een sleutelrol bij het ontzorgen en het effectief ondersteunen van werkgevers. Onlangs zijn UWV en VNG overeengekomen dat ze de dienstverlening aan werkgevers gaan organiseren vanuit 35 arbeidsmarktregio s. De arbeidsmarktregio s krijgen één aanspreekpunt waar werkgevers terecht kunnen voor informatie, advies en expertise. Ook worden vacatures en gegevens van werkzoekenden in één systeem geregistreerd. 3.7 Verplicht quotum Er komt per 1 januari 2015 een verplicht quotum voor middelgrote en grote werkgevers in de markt-, premiegesubsidieerde en collectieve sectoren voor het in dienst hebben van arbeidsgehandicapten op straffe van een boete van 5.000 per werkplaats voor een arbeidsgehandicapte. Er geldt een uitzondering op de quotumregeling voor bedrijven met minder dan 25 werknemers. De quotumregeling wordt in zes jaar stapsgewijs ingevoerd. Zo wil het kabinet voorkomen dat verdringing optreedt en krijgen de werkgevers tijd om aanpassingen door te voeren. 5 Bron: Juniraming 2012 CPB macro stijging cliëntenbestand WWB/IOAW van 7,2% 6 Bron: Juniraming 2012 CPB macro stijging cliëntenbestand WWB/IOAW van 4% 7 Bron: Ministerie van SZW Contouren Participatiewet 21 december 2012 8 Bron: Ministerie van SZW Contouren Participatiewet 21 december 2012 Startnotitie Participatiewet 8

3.8 Mentaliteitsomslag (transformatie) Mensen met een beperking verdienen erkenning voor wat ze kunnen. De Participatiewet neemt dit als uitgangspunt en vindt daarom dat burgers op hun mogelijkheden en verantwoordelijkheden aangesproken kunnen en moeten worden. Dit vereist een fundamentele omslag in denken over en omgaan met mensen met een arbeidsbeperking. Deze omslag geldt voor de burger, collega s, werkgevers, de maatschappij als geheel en uiteraard de gemeente. Dit vereist ook een andere aanpak van de professional. De professional moet coachend zijn richting de burger waarbij burgerkracht, eigen verantwoordelijkheid nemen (burger) en geven (professional) en zelfredzaamheid van de burger, de basis zijn. De consulent wordt dus coach en moet zich met name richten op wat mensen wel kunnen. Startnotitie Participatiewet 9

4. Budgetten Voor de financiering van de Participatiewet blijft de financieringssystematiek van de WWB gehandhaafd. De uitkeringen worden betaald uit het Inkomensdeel. Re-integratie- en begeleidingsbudgetten worden samengevoegd in een gebundeld re-integratiebudget. De komende jaren wordt er verder bezuinigd op het beschikbare Participatiebudget (onderdeel re-integratie). Nu is er landelijk 683 miljoen euro per jaar beschikbaar. Op basis van het Regeerakkoord is berekend dat er een bedrag oplopend tot 193 miljoen euro per jaar extra wordt bezuinigd vanaf 2017. Het beschikbare werkdeel is vanaf 2017 gelijk aan 490 miljoen euro per jaar. Voor het jaar 2014 zijn de budgetten op gemeenteniveau nog niet bekend. Dit betekent dat wij op dit moment de financiële gevolgen van de invoering van de Participatiewet nog niet in beeld hebben. Wij verwachten dat het ministerie van SZW rond september 2013 de voorlopige budgetten voor 2014 bekend maakt. Vooralsnog nemen we het onderwerp Participatiewet budgettair neutraal op in de begroting. Zodra de financiële gevolgen inzichtelijk zijn, komen wij hierop terug via de Kadernota. 5. Beleidskeuzes en vraagstukken 5.1 Gemaakte keuzes Met het vaststellen van de Contourennotitie Wet werk en bijstand 9 en de opiniërende en besluitvormende behandeling van de Re-integratie- en Participatieverordening 10 heeft de raad al een voorschot genomen op de inwerkingtreding van de Participatiewet per 1 januari 2014. In bovengenoemde Contourennotitie en verordening zijn de volgende uitgangspunten vastgelegd voor het uitvoeren van de re-integratietaak: - een baan boven een uitkering; - de arbeidsmarkt is leidend; - de financiële middelen zijn leidend. Daarnaast is in de verordening de relatie gelegd tussen doelgroepen en de beschikbare financiële middelen. Onderstaand schema is hierbij van toepassing. Klantgroep Rol gemeente Voorbeelden instrumenten Zelfredzaam Regie Werkgeversdienstverlening Groepsgewijze dienstverlening Eigen verantwoordelijkheid Handhaven Ondersteunen Uitvoerend & regie Werkgeversdienstverlening Jobhunten Jobcoaching Trainen werknemersvaardigheden Participatie Zorg Regie Verwijzen'1 gezin, 1 plan, 1 contactpersoon' Inzet Participatiebudget Minimaal Ja Minimaal, vnl gebruik maken van andere financieringsstromen 9 Vastgesteld in de Raadsvergadering van 13 december 2012. 10 Informatiecarrousel van 10 januari 2013, opiniërend in raadsvergadering van 24 januari 2013, besluitvormend behandeld in raadsvergadering van 14 februari 2013; bij het stemmen gestaakt. Startnotitie Participatiewet 10

5.2 Nog te maken keuzes Wij verwachten dat wij in 2013 (beleids)keuzes moeten maken voor onder meer de volgende onderwerpen: Hoe gaan we de voorziening voor beschut werken organiseren? Hoe zetten we het instrument loondispensatie in? Zetten we het instrument no-riskpolis 11 in? Hoe ontzorgen wij de werkgever (aanpassing werkplek/inzet jobcoach)? Werkgeversdienstverlening. Daarnaast moeten we (beleids)keuzes maken en vragen beantwoorden in relatie tot de andere twee decentralisaties. Te denken valt aan de volgende vraagstukken: Hoe geven we invulling aan het principe 1 gezin, 1 plan, 1 contactpersoon? Hebben/krijgen we voldoende ruimte om te experimenteren om te beoordelen wat werkt en wat niet werkt? Hoe gaan we de resultaten meten en welke instrumenten gebruiken we hiervoor? Willen/moeten we klanttevredenheid gebruiken als maat en willen/moeten we meetinstrumenten ontwikkelen voor de vooruitgang van burgers op het terrein van participatie en zelfredzaamheid? Zien we mogelijkheden om de resultaten vergelijkbaar te maken (gebruik gemeenschappelijke basisindicatoren, gebruik eenduidige definities en meetmethodes e.d.)? Hoe overtuigen we (externe) partners op inhoud en niet op macht? Hoe communiceren we om inwoners voor te bereiden? Hoe spreken we de inwoners aan op eigen kracht? Hoe kunnen we de ontwikkeling van onze medewerkers vormgeven om ze voor te bereiden op hun nieuwe rol? 11 Het doel van dit instrument is om werkgevers te stimuleren mensen met een arbeidsbeperking aan te nemen. Deze polis voorkomt dat de werkgever bij ziekte het loon moet doorbetalen. Startnotitie Participatiewet 11

Bijlage I PLANNING 2013 2014 Participatiewet jan febr mrt apr mei juni juli aug sept okt nov dec jan febr mrt apr mei juni juli aug sept okt nov dec fase 1 startnotitie communicatieplan fase 2 visie en kaderstelling (contourennota) 12 fase 3 beleidsplan 2013 (vaststelling college, ter info naar raad) Re-integratie- en Participatieverordening voorbereiding implementatie contractafspraken uitvoerders voorbereiden fase 4 operationaliseren monitoren en borgen deadlines voor college deadlines voor raad 12 De planning van de contourennotitie is qua tijd ambitieus ingestoken. Afhankelijk van de behandeling van het wetvoorstel Participatiewet in de 2e kamer zal de planning aangepast worden.